Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62011CN0680

    Zaak C-680/11: Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Upper Tribunal (Verenigd Koninkrijk) op 22 december 2011 — Anita Chieza/Secretary of State for Work and Pensions

    PB C 65 van 3.3.2012, p. 8–8 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    3.3.2012   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 65/8


    Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Upper Tribunal (Verenigd Koninkrijk) op 22 december 2011 — Anita Chieza/Secretary of State for Work and Pensions

    (Zaak C-680/11)

    2012/C 65/15

    Procestaal: Engels

    Verwijzende rechter

    The Upper Tribunal (Administrative Appeals Chamber)

    Partijen in het hoofdgeding

    Verzoekende partij: Anita Chieza

    Verwerende partij: Secretary of State for Work and Pensions

    Prejudiciële vraag

    1)

    Is de verschillende behandeling op grond van geslacht onder het stelsel van arbeidsongeschiktheidsuitkeringen noodzakelijk en objectief verbonden met het verschil in pensioenleeftijd, zodat zij binnen de werkingssfeer valt van de afwijkingsmogelijkheid neergelegd in artikel 7, lid 1, sub a, van richtlijn 79/7 (1), indien een aanvrager:

    a)

    een vrouw is;

    b)

    ziek wordt voor zij de pensioenleeftijd heeft bereikt (voor een vrouw: 60 jaar);

    c)

    gedurende 28 weken en tot na het bereiken van de pensioenleeftijd wettelijk ziekengeld (hierna: „WZG”) van haar werkgever heeft ontvangen;

    d)

    na het bereiken van de pensioenleeftijd een tijdelijke arbeidsongeschiktheidsuitkering heeft aangevraagd;

    e)

    heeft voldaan aan de premievoorwaarden om recht te hebben op de tijdelijke arbeidsongeschiktheidsuitkering;

    f)

    een tijdelijke arbeidsongeschiktheidsuitkering is geweigerd omdat haar „periode van arbeidsongeschiktheid” volgens de wet is begonnen nadat zij de pensioenleeftijd had bereikt (omdat de wetgeving bepaalt dat een periode waarin iemand aanspraak heeft op WZG niet als periode van arbeidsongeschiktheid wordt gerekend),

    terwijl een mannelijke aanvrager die kort voor het bereiken van de leeftijd van 60 jaar ziek wordt, gedurende 28 weken van zijn werkgever WZG ontvangt en een tijdelijke arbeidsongeschiktheidsuitkering aanvraagt, in beginsel voor een tijdelijke arbeidsongeschiktheidsuitkering in aanmerking komt aangezien zijn periode van arbeidsongeschiktheid begonnen is na het bereiken van de leeftijd van 60 jaar maar voordat hij de pensioenleeftijd heeft bereikt?


    (1)  Richtlijn 79/7/EEG van de Raad van 19 december 1978 betreffende de geleidelijke tenuitvoerlegging van het beginsel van gelijke behandeling van mannen en vrouwen op het gebied van de sociale zekerheid (PB L 6, blz. 24).


    Top