Dit document is overgenomen van EUR-Lex
Document 62001CJ0317
Judgment of the Court of 21 October 2003. # Eran Abatay and Others (C-317/01) and Nadi Sahin (C-369/01) v Bundesanstalt für Arbeit. # Reference for a preliminary ruling: Bundessozialgericht - Germany. # EEC-Turkey Association - Interpretation of Article 41(1) of the Additional Protocol and Article 13 of Decision No 1/80 - Abolition of restrictions on the freedom of movement for workers, on the freedom of establishment and on the freedom to provide services - Standstill clauses - Direct effect - Scope - Legislation of a Member State requiring a work permit in the international road haulage sector. # Joined cases C-317/01 and C-369/01.
Arrest van het Hof van 21 oktober 2003.
Eran Abatay en anderen (C-317/01) en Nadi Sahin (C-369/01) tegen Bundesanstalt für Arbeit.
Verzoek om een prejudiciële beslissing: Bundessozialgericht - Duitsland.
Associatieovereenkomst EEG-Turkije - Uitlegging van artikel 41, lid 1, van aanvullend protocol en artikel 13 van besluit nr. 1/80 van Associatieraad - Afschaffing van beperkingen van vrij verkeer van werknemers, vrijheid van vestiging en vrij verrichten van diensten - Standstillbepalingen - Rechtstreekse werking - Draagwijdte - Wettelijke regeling van lidstaat op grond waarvan arbeidsvergunning is vereist in sector internationaal goederenvervoer over weg.
Gevoegde zaken C-317/01 en C-369/01.
Arrest van het Hof van 21 oktober 2003.
Eran Abatay en anderen (C-317/01) en Nadi Sahin (C-369/01) tegen Bundesanstalt für Arbeit.
Verzoek om een prejudiciële beslissing: Bundessozialgericht - Duitsland.
Associatieovereenkomst EEG-Turkije - Uitlegging van artikel 41, lid 1, van aanvullend protocol en artikel 13 van besluit nr. 1/80 van Associatieraad - Afschaffing van beperkingen van vrij verkeer van werknemers, vrijheid van vestiging en vrij verrichten van diensten - Standstillbepalingen - Rechtstreekse werking - Draagwijdte - Wettelijke regeling van lidstaat op grond waarvan arbeidsvergunning is vereist in sector internationaal goederenvervoer over weg.
Gevoegde zaken C-317/01 en C-369/01.
Jurisprudentie 2003 I-12301
ECLI-code: ECLI:EU:C:2003:572
«Associatieovereenkomst EEG-Turkije – Uitlegging van artikel 41, lid 1, van Aanvullend protocol en artikel 13 van besluit nr. 1/80 van Associatieraad – Afschaffing van beperkingen van vrij verkeer van werknemers, vrijheid van vestiging en vrij verrichten van diensten – Standstillbepalingen – Rechtstreekse werking – Draagwijdte – Wettelijke regeling van lidstaat op grond waarvan arbeidsvergunning is vereist in sector internationaal goederenvervoer over weg»
|
I - 0000 | |||
|
I - 0000 | |||
(Aanvullend protocol bij Associatieovereenkomst EEG-Turkije, art. 41, lid 1; besluit nr. 1/80 van Associatieraad, art. 13)
(Besluit nr. 1/80 van Associatieraad EEG-Turkije, art. 13)
(Aanvullend protocol bij Associatieovereenkomst EEG-Turkije, art. 41, lid 1; besluit nr. 1/80 van Associatieraad, art. 13)
ARREST VAN HET HOF
21 oktober 2003 (1)
„Associatieovereenkomst EEG-Turkije – Uitlegging van artikel 41, lid 1, van aanvullend protocol en artikel 13 van besluit nr. 1/80 van Associatieraad – Afschaffing van beperkingen van vrij verkeer van werknemers, vrijheid van vestiging en vrij verrichten van diensten – Standstillbepalingen – Rechtstreekse werking – Draagwijdte – Wettelijke regeling van lidstaat op grond waarvan arbeidsvergunning is vereist in sector internationaal goederenvervoer over weg”
In de gevoegde zaken C-317/01 en C-369/01, betreffende verzoeken aan het Hof krachtens artikel 234 EG van het Bundessozialgericht (Duitsland) in de aldaar aanhangige gedingen tussen Eran Abatay e.a. (C-317/01), Nadi Sahin (C-369/01)en
Bundesanstalt für Arbeit , om een prejudiciële beslissing over de uitlegging van artikel 41, lid 1, van het aanvullend protocol, ondertekend te Brussel op 23 november 1970 en gesloten, goedgekeurd en bevestigd namens de Gemeenschap bij verordening (EEG) nr. 2760/72 van de Raad van 19 december 1972 (PB L 293, blz. 1), en artikel 13 van besluit nr. 1/80 van 19 september 1980 betreffende de ontwikkeling van de associatie, genomen door de Associatieraad die in het leven is geroepen bij de associatieovereenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en Turkije,wijstHET HOF VAN JUSTITIE,,
gelet op de schriftelijke opmerkingen ingediend door:
gezien het rapport ter terechtzitting,
gehoord de mondelinge opmerkingen van E. Abatay e.a., N. Sahin, de Duitse regering en de Commissie ter terechtzitting van 14 januari 2003,
gehoord de conclusie van de advocaat-generaal ter terechtzitting van 13 mei 2003,
het navolgende
HET HOF VAN JUSTITIE,
uitspraak doende op de door het Bundessozialgericht bij beschikkingen van 20 juni en 2 augustus 2001 gestelde vragen, verklaart voor recht:
Skouris |
Jann |
Timmermans |
Gulmann |
Cunha Rodrigues |
Rosas |
Edward |
La Pergola |
Puissochet |
Schintgen |
Macken |
Colneric |
von Bahr |
De griffier |
De president |
R. Grass |
V. Skouris |