This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62017TA0331
Case T-331/17: Judgment of the General Court of 12 July 2019 — Steifer v EESC (Civil service — Officials — Pensions — Pension entitlement acquired before entry into service of the EU — Transfer to the EU scheme — Grant of additional seniority — Reimbursement of the amount of pension entitlement not taken into account in the scheme for the calculation of annuities of pension of the EU — No new and substantial facts — No excusable error — Liability — Inadmissibility)
Zaak T-331/17: Arrest van het Gerecht van 12 juli 2019 — Steifer/EESC („Openbare dienst — Ambtenaren — Pensioenen — Pensioenrechten verworven vóór de indiensttreding bij de Unie — Overdracht aan de regeling van de Unie — Extra pensioenjaren — Terugbetaling van het bedrag van de pensioenrechten die bij de berekening van de pensioenjaren van de Unie niet in aanmerking zijn genomen — Geen nieuwe en wezenlijke feiten — Geen verschoonbare dwaling — Aansprakelijkheid — Niet-ontvankelijkheid”)
Zaak T-331/17: Arrest van het Gerecht van 12 juli 2019 — Steifer/EESC („Openbare dienst — Ambtenaren — Pensioenen — Pensioenrechten verworven vóór de indiensttreding bij de Unie — Overdracht aan de regeling van de Unie — Extra pensioenjaren — Terugbetaling van het bedrag van de pensioenrechten die bij de berekening van de pensioenjaren van de Unie niet in aanmerking zijn genomen — Geen nieuwe en wezenlijke feiten — Geen verschoonbare dwaling — Aansprakelijkheid — Niet-ontvankelijkheid”)
PB C 328 van 30.9.2019, p. 44–45
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
30.9.2019 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 328/44 |
Arrest van het Gerecht van 12 juli 2019 — Steifer/EESC
(Zaak T-331/17) (1)
(„Openbare dienst - Ambtenaren - Pensioenen - Pensioenrechten verworven vóór de indiensttreding bij de Unie - Overdracht aan de regeling van de Unie - Extra pensioenjaren - Terugbetaling van het bedrag van de pensioenrechten die bij de berekening van de pensioenjaren van de Unie niet in aanmerking zijn genomen - Geen nieuwe en wezenlijke feiten - Geen verschoonbare dwaling - Aansprakelijkheid - Niet-ontvankelijkheid”)
(2019/C 328/48)
Procestaal: Frans
Partijen
Verzoekende partij: Guy Steifer (Brussel, België) (vertegenwoordigers: M.-A. Lucas en M. Bertha, advocaten)
Verwerende partij: Europees Economisch en Sociaal Comité (vertegenwoordigers: M. Pascua Mateo, K. Gambino en L. Camarena Januzec, gemachtigden, bijgestaan door M. Troncoso Ferrer en F.-M. Hislaire, advocaten)
Voorwerp
Verzoek krachtens artikel 270 VWEU, ten eerste tot nietigverklaring van het besluit van de directeur human ressources en financiële middelen van het EESC van 21 oktober 2002 tot afwijzing van verzoekers verzoek van 2 oktober 2002 om terugbetaling van het deel van zijn aan de regeling van de Europese Unie overgedragen Belgisch pensioenrechten dat niet tot extra pensioenjaren heeft geleid, vermeerderd met vertragingsrente, en van besluit 360/03 A van die directeur van 15 december 2003 tot vaststelling van zijn pensioenrechten, ten tweede tot veroordeling van het EESC tot terugbetaling aan verzoeker van het bedrag van de periodieke achterstallen die de Federale pensioendienst sinds 1 januari 2004 aan het EESC betaalt wegens de overdracht van zijn pensioenrechten en, maandelijks, van het bedrag van die periodieke achterstallen die in de toekomst betaald zullen worden, en ten derde tot vergoeding van de schade die verzoeker zou hebben geleden als gevolg van een van de gronden van die nota, waarbij die directeur hem ten onrechte had meegedeeld dat hij geen recht had op een Belgisch pensioen
Dictum
1) |
Het beroep wordt niet-ontvankelijk verklaard. |
2) |
Guy Steifer wordt verwezen in de kosten. |