Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62014TB0721

    Zaak T-721/14: Beschikking van het Gerecht van 27 oktober 2015 — België/Commissie („Beroep tot nietigverklaring — Onlinegokdiensten — Bescherming van consumenten en spelers en voorkoming van onlinegokken door minderjarigen — Aanbeveling van de Commissie — Niet voor beroep vatbare handeling — Niet-ontvankelijkheid”)

    PB C 429 van 21.12.2015, p. 25–25 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    21.12.2015   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 429/25


    Beschikking van het Gerecht van 27 oktober 2015 — België/Commissie

    (Zaak T-721/14) (1)

    ((„Beroep tot nietigverklaring - Onlinegokdiensten - Bescherming van consumenten en spelers en voorkoming van onlinegokken door minderjarigen - Aanbeveling van de Commissie - Niet voor beroep vatbare handeling - Niet-ontvankelijkheid”))

    (2015/C 429/32)

    Procestaal: Nederlands

    Partijen

    Verzoekende partij: Koninkrijk België (vertegenwoordigers: L. Van den Broeck en M. Jacobs, gemachtigden, bijgestaan door P. Vlaemminck en B. Van Vooren, advocaten)

    Verwerende partij: Europese Commissie (vertegenwoordigers: H. Tserepa Lacombe en F. Wilman, gemachtigden)

    Voorwerp

    Verzoek om nietigverklaring van aanbeveling 2014/478/EU van de Commissie van 14 juli 2014 betreffende beginselen ter bescherming van consumenten en gebruikers van onlinegokdiensten en ter voorkoming van onlinegokken door minderjarigen (PB L 214, blz. 38)

    Dictum

    1)

    Het beroep wordt niet-ontvankelijk verklaard.

    2)

    Op de verzoeken tot interventie van de Helleense Republiek en de Portugese Republiek hoeft niet te worden beslist.

    3)

    Het Koninkrijk België draagt zijn eigen kosten en die van de Europese Commissie.

    4)

    Het Koninkrijk België, de Helleense Republiek, de Portugese Republiek en de Commissie dragen hun eigen kosten in verband met de verzoeken tot interventie.


    (1)  PB C 431 van 1.12.2014.


    Top