Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62013CN0376

    Zaak C-376/13: Beroep ingesteld op 2 juli 2013 — Europese Commissie/Republiek Bulgarije

    PB C 252 van 31.8.2013, p. 23–24 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
    PB C 252 van 31.8.2013, p. 15–16 (HR)

    31.8.2013   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 252/23


    Beroep ingesteld op 2 juli 2013 — Europese Commissie/Republiek Bulgarije

    (Zaak C-376/13)

    2013/C 252/39

    Procestaal: Bulgaars

    Partijen

    Verzoekende partij: Europese Commissie (vertegenwoordigers: G. Braun, G. Koleva, L. Malferrari)

    Verwerende partij: Republiek Bulgarije

    Conclusies

    De Europese Commissie verzoekt het Hof:

    vast te stellen dat de Republiek Bulgarije niet heeft voldaan aan de krachtens artikel 2, lid 1, van de mededingingsrichtlijn op haar rustende verplichtingen, doordat zij overeenkomstig § 5a, leden 1 en 2, van de overgangs- en slotbepalingen van de ZES (wet elektronische communicatie) het aantal ondernemingen waaraan radiofrequenties voor digitale terrestrische verspreiding kunnen worden toegewezen en waaraan een vergunning voor het aanbieden van de overeenkomstige elektronischecommunicatiedienst zal worden verleend, heeft beperkt tot twee (terwijl daarvoor vijf ondernemingen in aanmerking zouden kunnen komen);

    vast te stellen dat de Republiek Bulgarije niet heeft voldaan aan de krachtens de artikelen 2, lid 2, en 4, lid 2, van de mededingingsrichtlijn, artikel 7, lid 3, van de machtigingsrichtlijn en artikel 9, lid 1, van de kaderrichtlijn op haar rustende verplichtingen, doordat zij overeenkomstig de artikelen 47a, leden 1 en 2, en 48, lid 3, ZES ondernemingen die tv-uitzendingen verzorgen, maar waarvan de programma’s niet in de Republiek Bulgarije worden uitgezonden, alsook de aan hen verbonden personen, verbiedt om deel te nemen aan aanbestedingen waarbij radiofrequenties voor digitale terrestrische verspreiding worden toegewezen en om de overeenkomstige [diensten] te verrichten;

    vast te stellen dat de Republiek Bulgarije niet heeft voldaan aan de krachtens de artikelen 2, lid 2, en 4, lid 2, van de mededingingsrichtlijn, artikel 7, lid 3, van de machtigingsrichtlijn en artikel 9, lid 1, van de kaderrichtlijn op haar rustende verplichtingen, doordat zij overeenkomstig artikel 48, lid 5, ZES houders van radiofrequenties voor digitale terrestrische verspreiding verbiedt om elektronischecommunicatiediensten voor de uitzending van radio- en televisieprogramma’s aan te bieden.

    de Republiek Bulgarije te verwijzen in de kosten.

    Middelen en voornaamste argumenten

    De Europese Commissie voert aan dat de Republiek Bulgarije niet heeft voldaan aan de verplichtingen die op haar rusten krachtens de artikelen 2, leden 1 en 2, en 4, lid 2, van richtlijn 2002/77/EG van de Commissie van 16 september 2002 betreffende de mededinging op de markten voor elektronischecommunicatienetwerken en -diensten („mededingingsrichtlijn”) (1), artikel 7, lid 3, van richtlijn 2002/20/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 maart 2002 betreffende de machtiging voor elektronischecommunicatienetwerken en -diensten („machtigingsrichtlijn”) (2) en artikel 9, lid 1, van richtlijn 2002/21/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 maart 2002 inzake een gemeenschappelijk regelgevingskader voor elektronischecommunicatienetwerken en -diensten („kaderrichtlijn”) (3).

    De Republiek Bulgarije heeft niet voldaan aan de verplichtingen die op haar rusten krachtens artikel 2, lid 1, van de mededingingsrichtlijn, volgens hetwelk de lidstaten geen uitsluitende of bijzondere rechten voor het aanleggen en/of het beschikbaar stellen van elektronischecommunicatienetwerken, of voor het verrichten van openbare elektronischecommunicatiediensten, toekennen of handhaven. Bij wetgevingshandeling heeft de Republiek Bulgarije het aantal ondernemingen waaraan een vergunning voor het gebruik van radiofrequenties voor digitale terrestrische verspreiding zal worden verleend en die diensten als multiplexaanbieder in hun gebied zouden vervullen, beperkt tot twee (terwijl daarvoor vijf ondernemingen in aanmerking hadden kunnen komen). Dit is gebeurd op basis van onevenredige en niet-objectieve criteria. Aldus heeft de Republiek Bulgarije bijzondere rechten voor het verrichten van deze elektronischecommunicatiediensten in het leven geroepen.

    De Republiek Bulgarije heeft niet voldaan aan de verplichtingen die op haar rusten krachtens de artikelen 2, lid 2, en 4, lid 2, van de mededingingsrichtlijn, artikel 7, lid 3, van de machtigingsrichtlijn en artikel 9, lid 1, van de kaderrichtlijn. Die artikelen bepalen immers dat radiofrequenties voor elektronischecommunicatiediensten op grond van objectieve, doorzichtige, niet-discriminerende en evenredige criteria moeten worden toegewezen. De Republiek Bulgarije heeft criteria vastgesteld met betrekking tot de deelname aan aanbestedingen waarbij radiofrequenties voor digitale terrestrische verspreiding worden toegewezen. Die criteria waren echter niet geschikt om het nagestreefde doel te bereiken. Door criteria voor de toewijzing van radiofrequenties voor digitale terrestrische verspreiding op te stellen die niet geschikt zijn en derhalve heel wat ondernemingen ervan kunnen weerhouden om deel te nemen aan die aanbestedingen, heeft de Republiek Bulgarije niet voldaan aan de krachtens artikel 2, lid 2, van de mededingingsrichtlijn op haar rustende verplichting om ervoor te zorgen dat elke onderneming gerechtigd is elektronischecommunicatiediensten te verrichten.


    (1)  PB L 249, blz. 21.

    (2)  PB L 108, blz. 21.

    (3)  PB L 108, blz. 33.


    Top