Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52015IP0231

    Resolutie van het Europees Parlement van 11 juni 2015 over de situatie in Nepal na de aardbevingen (2015/2734(RSP))

    PB C 407 van 4.11.2016, p. 70–73 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    4.11.2016   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 407/70


    P8_TA(2015)0231

    De situatie in Nepal na de aardbevingen

    Resolutie van het Europees Parlement van 11 juni 2015 over de situatie in Nepal na de aardbevingen (2015/2734(RSP))

    (2016/C 407/10)

    Het Europees Parlement,

    gezien zijn eerdere resoluties over Nepal,

    gezien de gezamenlijke verklaring van de vicevoorzitter van de Commissie/hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid, Federica Mogherini, EU-commissaris voor ontwikkeling Neven Mimica en EU-commissaris voor humanitaire hulp en crisisbestrijding Christos Stylianides van 25 april 2015 over de aardbevingen in Azië, en gezien andere officiële verklaringen,

    gezien de verklaring van de voorzitter van de delegatie van het Europees Parlement voor de betrekkingen met de landen in Zuid-Azië van 30 april 2015 over de aardbevingen in Nepal,

    gezien het bezoek aan Nepal van de delegatie van het Europees Parlement voor de betrekkingen met de landen in Zuid-Azië ter gelegenheid van de 9e interparlementaire vergadering van het EP en Nepal van 8 tot 10 april 2015,

    gezien de resolutie van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties van 15 mei 2015 over het opdrijven van noodhulp, herstel en wederopbouw naar aanleiding van de verwoestende aardbevingen in Nepal,

    gezien het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten (ICCPR) van 1966,

    gezien het Internationaal Verdrag inzake economische, sociale en culturele rechten van 1966,

    gezien de initiatieven die Nepal na de aardbevingen heeft gelanceerd, zoals het nationale plan voor wederopbouw en herstel en de evaluatie van de behoeften na de ramp,

    gezien artikel 135, lid 5, en artikel 123, lid 4, van zijn Reglement,

    A.

    overwegende dat de humanitaire toestand in Nepal en de omringende landen na de verwoestende aardbevingen van 25 april en 12 mei 2015 nog altijd bijzonder slecht is, met tot nog toe ruim 8 800 als dood opgegeven personen en nog veel meer gewonden, ten minste een half miljoen vernietigde woningen, 2,8 miljoen ontheemden en miljoenen mensen die dringend humanitaire bijstand nodig hebben;

    B.

    overwegende dat bovendien zo'n 1,7 miljoen kinderen hun woonplaats hebben moeten verlaten, één of allebei hun ouders hebben verloren of geen huis of school meer hebben; overwegende dat weeskinderen meer kans hebben om het slachtoffer te worden van ondervoeding, ziekte, misbruik, verwaarlozing en mensenhandel; overwegende dat de Nepalese politie melding heeft gemaakt van volwassenen die groepen kinderen onder hun hoede nemen hoewel ze niet met hen verwant zijn; overwegende dat er een reisverbod is ingesteld voor alleen reizende minderjarigen en dat internationale adopties zijn stilgelegd;

    C.

    overwegende dat de aardbeving niet alleen een vreselijke tol heeft geëist in termen van doden en gewonden maar ook ernstige schade heeft toegebracht aan het culturele, religieuze en historische erfgoed van Nepal, waaronder vier van de zeven werelderfgoedsites in het land en duizenden monumenten, tempels en kloosters, hetgeen een klap betekent voor de Nepalese identiteit en voor belangrijke bronnen van inkomsten;

    D.

    overwegende dat in de berggebieden meer dan 500 grote grondverschuivingen zijn vastgesteld, waardoor heel wat rivieren onderbroken zijn en het gevaar bestaat van overstromingen en vloedgolven als gevolg van de uitbarsting van gletsjermeren; overwegende dat de waarschijnlijkheid van nieuwe grondverschuivingen, overstromingen en uitbarstingen van gletsjermeren gezien het op handen zijnde moessonseizoen heel hoog is;

    E.

    overwegende dat er grote bezorgdheid heerst over mogelijke uitbraken van besmettelijke ziekten, in het bijzonder in overbevolkte gebieden en in gebieden waar de systemen voor waterbevoorrading, riolering en hygiëne niet meer functioneren;

    F.

    overwegende dat de moessonregens heel binnenkort zullen beginnen en de hulpoperaties in hoge mate zullen bemoeilijken, met name in meer verafgelegen gebieden;

    G.

    overwegende dat volgens de VN als gevolg van de ernstige schade aan bestaansmiddelen in de landbouw 1,4 miljoen mensen voedselhulp nodig hebben; overwegende dat het plantseizoen deze maand begint en dat bijgevolg naar schatting 236 000 mensen landbouwproductiemiddelen nodig hebben, zoals zaad voor rijst en groenten, en dat de toestand nog wordt verergerd door de sterke uitdunning van de veestapel; overwegende dat boeren die het komende plantseizoen missen, pas aan het eind van 2016 zullen kunnen oogsten;

    H.

    overwegende dat EU-commissaris Stylianides en adjunct-secretaris-generaal van de VN Valerie Amos de getroffen gebieden van 30 april tot 2 mei 2015 hebben bezocht;

    I.

    overwegende dat de EU en haar lidstaten heel wat financiële steun hebben verleend, waaronder een meteen verstrekt bedrag van 6 miljoen EUR voor dringende hulp en een totale steunverlening van de kant van de Europese Commissie ter hoogte van 22,6 miljoen EUR tot dusver, en dat er via het EU-mechanisme voor civiele bescherming noodhulpgoederen en zoek- en reddingsteams ter beschikking zijn gesteld;

    J.

    overwegende dat de VN-coördinator voor humanitaire hulp op 4 juni 2015 evenwel heeft verklaard dat de internationale financiële steun voor Nepal ontoereikend blijft en dat de VN van de totale beloofde 422 miljoen USD slechts 120 miljoen USD heeft ontvangen;

    K.

    overwegende dat het onlangs in gebruik genomen rampenhulpcentrum en de opslagruimte voor humanitaire hulp, met genoeg voedsel voor 200 000 mensen gedurende twee weken, waarvoor de EU eveneens financiering heeft verschaft, correct gefunctioneerd hebben en goede voorbeelden vormen van de weg die de overheid vóór de aardbevingen was ingeslagen;

    L.

    overwegende dat de hulpoperaties evenwel zijn bemoeilijkt als gevolg van beperkte en beschadigde infrastructuur, maar dat bevoorradingsroutes zijn uitgestippeld die door aangrenzende landen lopen, met name in India in het kader van de Indiase „Operatie vriendschap”;

    M.

    overwegende dat er nog altijd problemen zijn met lang aanslepende douaneprocedures voor humanitaire hulpgoederen die door overheids- en privédonoren naar Nepal worden gestuurd, ook al is een deel van die problemen inmiddels opgelost; overwegende dat de periode van 30 dagen waarin geen invoerrechten werden gevorderd, voorbij is en dat in plaats daarvan een lijst is opgesteld met voorwerpen die volledig of deels zijn vrijgesteld van invoerbelasting;

    N.

    overwegende dat het gevaar bestaat dat duizenden mensen die als gevolg van de aardbevingen hulp nodig hebben, aan hun lot worden overgelaten, aangezien er verontrustend genoeg tekenen zijn dat de hulpverlening wordt gehinderd door discriminatie op grond van geslacht, kaste en etniciteit; overwegende dat ruim de helft van de Dalit-gemeenschap nog altijd geen huisvesting of voedsel heeft ontvangen;

    O.

    overwegende dat de wederopbouw volgens ramingen van het Nepalese ministerie van Financiën ongeveer 10 miljard USD zal kosten, wat overeenkomt met de helft van het jaarlijkse bbp van Nepal;

    P.

    overwegende dat de Nepalese overheid heeft aangekondigd op 25 juni 2015 in Kathmandu een internationale conferentie te zullen beleggen met als doel meer financiële steun van de internationale gemeenschap te verkrijgen voor de wederopbouw en het herstel van het land;

    Q.

    overwegende dat Nepal één van de armste landen ter wereld is en pas sinds kort, na een tien jaar durende burgeroorlog, langzaam weer overeind komt; overwegende dat de overheid de voorbije jaren evenwel inspanningen heeft gedaan om zich voor te bereiden op het verwachte geval van een grote aardbeving;

    1.

    betuigt zijn diepste deelneming met alle slachtoffers van deze verschrikkelijke tragedie, onder wie de familieleden van de ruim 8 800 mensen die in Nepal, India, China en Bangladesh om het leven zijn gekomen;

    2.

    looft de inspanningen van de Nepalese instanties en samenleving in de nasleep van de aardbevingen;

    3.

    prijst de snelle hulpverlening door de Commissie en de lidstaten aan Nepal en roept de internationale gemeenschap ertoe op de Nepalese overheid te blijven bijstaan, zowel op korte termijn, met humanitaire steun, als op lange termijn, met assistentie op het vlak van herstel en wederopbouw, vraagt dat hierbij bijzondere aandacht wordt besteed aan de landbouwsector en aan moeilijk bereikbare gebieden en dringt erop aan dat de internationale gemeenschap haar toezeggingen nakomt;

    4.

    benadrukt het belang van spoedeisende gezondheidszorg en van maatregelen ter preventie van de uitbraak van besmettelijke ziekten; verzoekt de EU en de internationale gemeenschap om gezondheidsinstellingen en -diensten in het land te helpen reactiveren, in het bijzonder in afgelegen gebieden, onder meer door tenten en medische uitrusting te leveren aan beschadigde of verwoeste gezondheidsinstellingen;

    5.

    vraagt de Nepalese overheid en de internationale gemeenschap ervoor te zorgen dat kinderen die van hun familie zijn gescheiden, zo snel mogelijk opnieuw met hun verwanten worden verenigd, en kinderen in het centrum van de humanitaire hulp te plaatsen; vraagt voorts dat er bijzondere aandacht wordt besteed aan de extreme kwetsbaarheid van kinderen, die in veel gevallen te lijden hebben onder ondervoeding en onder meer het slachtoffer kunnen worden van misbruik en mensenhandel; onderstreept dat het belangrijk is dat kinderen opnieuw naar school gaan;

    6.

    maakt zich zorgen over de meldingen van misbruik en intimidatie van vrouwen en kinderen in geïmproviseerde kampen, en verzoekt de Nepalese overheid aanvullende maatregelen te nemen om de veiligheid van kwetsbare personen en een snel onderzoek van dergelijke meldingen te garanderen;

    7.

    roept de internationale gemeenschap ertoe op de Nepalese overheid bij te staan bij de redding en het herstel van beschadigd cultureel, religieus en historisch erfgoed;

    8.

    benadrukt dat volgens de ramingen van de VN dringend een aanvullend bedrag van 298,2 miljoen USD voor humanitaire hulpverlening nodig is, in het bijzonder omdat het moessonseizoen op handen is, en doet een oproep voor hernieuwde internationale inspanningen om aan deze dringende behoefte aan financiële middelen tegemoet te komen;

    9.

    vraagt de Nepalese overheid met klem de resterende problemen in verband met douaneprocedures voor humanitaire hulpgoederen uit de weg te ruimen, ervoor te zorgen dat de plaatselijke politie aan de grenzen niet langer „hulpbelasting” heft op humanitaire hulpgoederen, en er samen met hulporganisaties op toe te zien dat de hulp snel aankomt op de plaatsen waar zij nodig is;

    10.

    geeft uiting aan zijn bezorgdheid over meldingen van discriminatie bij het verdelen van humanitaire hulp en verzoekt de Nepalese overheid ervoor te zorgen dat de hulp terechtkomt bij al wie daar nood aan heeft, ongeacht hun identiteit en ongeacht de oorsprong van de hulp; vraagt de vicevoorzitter/hoge vertegenwoordiger bovendien deze kwestie in haar contacten met Nepal op het hoogst mogelijke politieke niveau aan te kaarten;

    11.

    looft de overheden in de regio, met name de overheid van India, voor hun aandeel in de internationale hulpoperaties; vraagt dat de Commissie, lidstaten en internationale belanghebbenden blijven samenwerken met de Nepalese overheid en andere overheden in de regio om de paraatheid en weerbaarheid bij natuurrampen te vergroten, onder meer op het vlak van de bouw van infrastructuur en de opstelling van codes en rampenplannen; benadrukt dat in het nationale plan voor wederopbouw en herstel ook andere belangrijke onderwerpen aan bod moeten komen, zoals de strijd tegen armoede, milieubescherming en klimaatverandering;

    12.

    onderstreept dat Nepal als post-conflictland meer binnenlandse inspanningen en internationale ondersteuning nodig heeft om zich tot een democratie te kunnen ontwikkelen; roept de politieke krachten in Nepal op tot constructieve en compromisgerichte samenwerking met als doel een nieuwe, democratische en inclusieve grondwet aan te nemen die aan de verwachtingen van de Nepalese bevolking voldoet, en wijst erop dat dit een mijlpaal zou vormen in het vredesproces en in aanzienlijke mate zou bijdragen tot een snel, geslaagd herstel na deze ramp; is in dit verband ingenomen met de overeenkomst die de grootste politieke partijen van Nepal op 8 juni 2015 hebben bereikt;

    13.

    benadrukt dat het van essentieel belang is de langverwachte plaatselijke verkiezingen te organiseren, aangezien het welslagen van de wederopbouwinspannningen zal afhangen van de administratieve capaciteiten van de plaatselijke autoriteiten;

    14.

    verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie te doen toekomen aan de Raad, de Commissie, de regeringen en parlementen van de lidstaten, de regering en de constituerende vergadering van Nepal, de regeringen en parlementen van de Zuid-Aziatische Associatie voor Regionale Samenwerking en de secretaris-generaal van de Verenigde Naties.


    Top