Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32014R0754

    Uitvoeringsverordening (EU) nr. 754/2014 van de Commissie van 11 juli 2014 betreffende de weigering van de toelating van Pediococcus pentosaceus (NCIMB 30068) en Pediococcus pentosaceus (NCIMB 30044) als toevoegingsmiddelen voor diervoeding Voor de EER relevante tekst

    PB L 205 van 12.7.2014, p. 10–11 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    Legal status of the document In force

    ELI: http://data.europa.eu/eli/reg_impl/2014/754/oj

    12.7.2014   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    L 205/10


    UITVOERINGSVERORDENING (EU) Nr. 754/2014 VAN DE COMMISSIE

    van 11 juli 2014

    betreffende de weigering van de toelating van Pediococcus pentosaceus (NCIMB 30068) en Pediococcus pentosaceus (NCIMB 30044) als toevoegingsmiddelen voor diervoeding

    (Voor de EER relevante tekst)

    DE EUROPESE COMMISSIE,

    Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

    Gezien Verordening (EG) nr. 1831/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 22 september 2003 betreffende toevoegingsmiddelen voor diervoeding (1), en met name artikel 9, lid 2,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1)

    De toelating van toevoegingsmiddelen voor diervoeding, met inbegrip van toelatingsgronden en -procedures, is geregeld bij Verordening (EG) nr. 1831/2003. Bij artikel 10, lid 7, van Verordening (EG) nr. 1831/2003, in samenhang met artikel 10, leden 1 tot en met 4, van die verordening, worden specifieke bepalingen vastgesteld voor de evaluatie van in de Unie als inkuiltoevoegingsmiddelen gebruikte producten op de datum waarop die verordening van toepassing werd.

    (2)

    Overeenkomstig artikel 10, lid 7, van Verordening (EG) nr. 1831/2003 werden Pediococcus pentosaceus (NCIMB 30068) en Pediococcus pentosaceus (NCIMB 30044), voorheen Lactococcus lactis (NCIMB 30044), in het repertorium van toevoegingsmiddelen voor diervoeding opgenomen als inkuiltoevoegingsmiddelen voor alle diersoorten.

    (3)

    Overeenkomstig artikel 10, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1831/2003, in samenhang met artikel 7 van die verordening, werden aanvragen ingediend voor de verlening van een toelating voor Pediococcus pentosaceus (NCIMB 30068) en Pediococcus pentosaceus (NCIMB 30044) als toevoegingsmiddelen voor diervoeding voor alle diersoorten, waarbij is verzocht om die toevoegingsmiddelen in te delen in de categorie „technologische toevoegingsmiddelen” en de functionele groep „inkuiltoevoegingsmiddelen”. De krachtens artikel 7, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1831/2003 vereiste nadere gegevens en documenten waren bij die aanvragen gevoegd.

    (4)

    De Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA) heeft in haar adviezen van 6 maart 2014 (2) geconcludeerd dat Pediococcus pentosaceus (NCIMB 30068) en Pediococcus pentosaceus (NCIMB 30044) resistent zijn tegen tetracycline, een antibioticum dat in de menselijke en de diergeneeskunde wordt gebruikt.

    (5)

    Volgens de beschikbare informatie kan het risico niet worden uitgesloten dat Pediococcus pentosaceus (NCIMB 30068) en Pediococcus pentosaceus (NCIMB 30044) de resistentie tegen dit antibioticum overdragen naar andere micro-organismen. Bijgevolg is niet bewezen dat Pediococcus pentosaceus (NCIMB 30068) en Pediococcus pentosaceus (NCIMB 30044) geen negatief effect hebben op de diergezondheid, de gezondheid van de mens of het milieu, indien zij worden gebruikt als toevoegingsmiddelen voor diervoeding onder de voorgestelde voorwaarden.

    (6)

    Aan de in artikel 5 van Verordening (EG) nr. 1831/2003 gestelde voorwaarden voor verlening van de toelating is dus niet voldaan. Bijgevolg dient de toelating van Pediococcus pentosaceus (NCIMB 30068) en Pediococcus pentosaceus (NCIMB 30044) als toevoegingsmiddel voor diervoeding te worden geweigerd.

    (7)

    Aangezien verder gebruik van Pediococcus pentosaceus (NCIMB 30068) en Pediococcus pentosaceus (NCIMB 30044) als toevoegingsmiddelen voor diervoeding een risico kan vormen voor de diergezondheid en voor de gezondheid van de mens, moeten deze additieven zo spoedig mogelijk uit de handel worden genomen. Om praktische redenen is het echter noodzakelijk de belanghebbende partijen een overgangsperiode te gunnen waarbinnen zij hun bestaande voorraden van met deze additieven geproduceerd kuilvoer kunnen opgebruiken.

    (8)

    De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid,

    HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

    Artikel 1

    Weigering van de toelating

    De toelating van Pediococcus pentosaceus (NCIMB 30068) en Pediococcus pentosaceus (NCIMB 30044) als toevoegingsmiddel voor diervoeding wordt geweigerd.

    Artikel 2

    Overgangsmaatregelen

    1.   De bestaande voorraden van Pediococcus pentosaceus (NCIMB 30068) en Pediococcus pentosaceus (NCIMB 30044) en van voormengsels daarmee worden zo spoedig mogelijk uit de handel genomen, uiterlijk op 30 september 2014.

    2.   Kuilvoer dat met Pediococcus pentosaceus (NCIMB 30068) en Pediococcus pentosaceus (NCIMB 30044) of met voormengsels daarmee is geproduceerd vóór 1 augustus 2014, kan worden opgebruikt zolang de voorraad strekt.

    Artikel 3

    Inwerkingtreding

    Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

    Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

    Gedaan te Brussel, 11 juli 2014.

    Voor de Commissie

    De voorzitter

    José Manuel BARROSO


    (1)  PB L 268 van 18.10.2003, blz. 29.

    (2)  EFSA Journal 2014; 12(3):3609 en EFSA Journal 2014; 12(3):3610.


    Top