Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31995R1430

Verordening (EG) nr. 1430/95 van de Commissie van 23 juni 1995 tot vaststelling van de uitvoerrestituties in de sector van op basis van groenten en fruit verwerkte produkten, andere dan voor toegevoegde suiker toegekende restituties

PB L 141 van 24.6.1995, p. 32–34 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 30/06/1996

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/1995/1430/oj

31995R1430

Verordening (EG) nr. 1430/95 van de Commissie van 23 juni 1995 tot vaststelling van de uitvoerrestituties in de sector van op basis van groenten en fruit verwerkte produkten, andere dan voor toegevoegde suiker toegekende restituties

Publicatieblad Nr. L 141 van 24/06/1995 blz. 0032 - 0034


VERORDENING (EG) Nr. 1430/95 VAN DE COMMISSIE van 23 juni 1995 tot vaststelling van de uitvoerrestituties in de sector van op basis van groenten en fruit verwerkte produkten, andere dan voor toegevoegde suiker toegekende restituties

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 426/86 van de Raad van 24 februari 1986 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector van op basis van groenten en fruit verwerkte produkten (1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1032/95 (2), en met name op artikel 13, lid 8, artikel 14, lid 5, en artikel 14 bis, lid 7,

Gelet op Verordening (EG) nr. 3290/94 van de Raad van 22 december 1994 inzake de aanpassingen en de overgangsmaatregelen in de landbouwsector voor de tenuitvoerlegging van de overeenkomsten in het kader van de multilaterale handelsbesprekingen van de Uruguay-Ronde (3), en met name op artikel 3,

Overwegende dat bij Verordening (EG) nr. 1429/95 van de Commissie (4) de uitvoeringsbepalingen inzake de uitvoerrestituties in de sector van op basis van groenten en fruit verwerkte produkten zijn vastgesteld;

Overwegende dat op grond van artikel 13, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 426/86 het verschil tussen de prijzen voor de in artikel 1, lid 1, onder a), van voornoemde verordening bedoelde produkten in de internationale handel en de prijzen voor die produkten in de Gemeenschap door een uitvoerrestitutie kan worden overbrugd voor zover dit nodig is om een in economisch opzicht belangrijke uitvoertransactie mogelijk te maken; dat in artikel 14 bis, lid 4, van Verordening (EEG) nr. 426/86 is bepaald dat, als de restitutie voor de suiker die is verwerkt in de in artikel 1, lid 1, genoemde produkten niet toereikend is om uitvoer van de produkten mogelijk te maken, voor die produkten de overeenkomstig artikel 14 vastgestelde restitutie geldt;

Overwegende dat krachtens artikel 14, lid 2, van Verordening (EEG) nr. 426/86 bij de vaststelling van de restituties rekening moet worden gehouden met de situatie of de vooruitzichten met betrekking tot enerzijds de prijzen en de beschikbaarheid van op basis van groenten en fruit verwerkte produkten op de markt van de Gemeenschap en anderzijds de in de internationale handel toegepaste prijzen; dat bovendien rekening moet worden gehouden met de in artikel 14, lid 2, onder b), bedoelde kosten en het economische aspect van de beoogde uitvoer;

Overwegende dat op grond van artikel 13, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 426/86 de restituties moeten worden vastgesteld binnen de grenzen die voortvloeien uit de in overeenstemming met artikel 228 van het Verdrag gesloten overeenkomsten;

Overwegende dat krachtens artikel 14, lid 3, van Verordening (EEG) nr. 426/86 de prijzen op de markt van de Gemeenschap worden vastgesteld rekening houdend met de prijzen die het gunstigst blijken met het oog op uitvoer; dat de prijzen in de internationale handel moeten worden bepaald op basis van de in artikel 14, lid 3, tweede alinea, bedoelde noteringen en prijzen;

Overwegende dat het, wegens de omstandigheden in de internationale handel of de specifieke vereisten van bepaalde markten, nodig kan zijn de restitutie voor een bepaald produkt te differentiëren naar gelang van de bestemming van dat produkt;

Overwegende dat voor voorlopig verduurzaamde kersen, tomaten zonder schil, gekonfijte kersen, bereide hazelnoten en sinaasappelsap op dit ogenblik in economisch opzicht belangrijke uitvoertransacties kunnen plaatsvinden;

Overwegende dat handel tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Federatieve Republiek Joegoslavië (Servië en Montenegro) bij Verordening (EEG) nr. 990/93 van de Raad (5) verboden is; dat dit verbod niet van toepassing is op de situaties die limitatief zijn opgesomd in de artikelen 2, 4, 5 en 7 van voornoemde verordening; dat hiermee rekening dient te worden gehouden bij de vaststelling van de restituties;

Overwegende dat de representatieve marktkoersen zoals gedefinieerd in artikel 1 van Verordening (EEG) nr. 3813/92 van de Raad (6), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 150/95 (7), worden gebruikt voor de omrekening van in de nationale valuta van derde landen uitgedrukte bedragen en dat aan de hand van die representatieve marktkoersen ook de landbouwomrekeningskoers van de valuta's van de Lid-Staten wordt bepaald; dat de nadere voorschriften voor de bepaling en de toepassing van deze omrekeningskoersen zijn vastgesteld bij Verordening (EEG) nr. 1068/93 van de Commissie (8), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1053/95 (9);

Overwegende dat toepassing van bovengenoemde voorschriften op de huidige marktsituatie of op de te verwachten marktontwikkelingen, en met name de noteringen en de prijzen voor op basis van groenten en fruit verwerkte produkten in de Gemeenschap en in de internationale handel, leidt tot de restituties zoals die worden vastgesteld in de bijlage bij deze verordening;

Overwegende dat er overeenkomstig artikel 13, lid 2, van Verordening (EEG) nr. 426/86 voor moet worden gezorgd dat de beschikbare middelen zo doeltreffend mogelijk worden gebruikt, zonder dat dit evenwel tot discriminatie tussen de belanghebbende marktdeelnemers leidt; dat er in dit verband op moet worden toegezien dat de eerder door de restitutieregeling op gang gebrachte handelsstromen niet worden verstoord;

Overwegende dat het Comité van beheer voor op basis van groenten en fruit verwerkte produkten, geen advies heeft uitgebracht binnen de door zijn voorzitter bepaalde termijn,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

1. De uitvoerrestituties en de voor restitutie in aanmerking komende hoeveelheden in de sector van op basis van groenten en fruit verwerkte produkten voor in de periode van 1 juli 1995 tot en met 30 juni 1996 afgegeven certificaten met vaststelling vooraf van de restitutie worden vastgesteld in de bijlage bij deze verordening.

2. Certificaten die in het kader van de voedselhulp worden afgegeven, zoals bedoeld in artikel 14 bis van Verordening (EEG) nr. 3719/88 van de Commissie van 18 november 1988 houdende gemeenschappelijke uitvoeringsbepalingen inzake het stelsel van invoer-, uitvoer- en voorfixatiecertificaten voor landbouwprodukten (10), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1199/95 (11), worden niet afgeboekt op de in lid 1 bedoelde hoeveelheden.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op 26 juni 1995.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.

Gedaan te Brussel, 23 juni 1995.

Voor de Commissie

Franz FISCHLER

Lid van de Commissie

(1) PB nr. L 49 van 27. 2. 1986, blz. 1.

(2) PB nr. L 105 van 9. 5. 1995, blz. 3.

(3) PB nr. L 349 van 31. 12. 1994, blz. 105.

(4) Zie bladzijde 28 van dit Publikatieblad.

(5) PB nr. L 102 van 28. 4. 1993, blz. 14.

(6) PB nr. L 387 van 31. 12. 1992, blz. 1.

(7) PB nr. L 22 van 31. 1. 1995, blz. 1.

(8) PB nr. L 108 van 1. 5. 1993, blz. 106.

(9) PB nr. L 107 van 12. 5. 1995, blz. 4.

(10) PB nr. L 331 van 2. 12. 1988, blz. 1.

(11) PB nr. L 119 van 30. 5. 1995, blz. 4.

BIJLAGE

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

Top