EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31965L0569

Richtlijn 65/569/EEG van de Raad van 23 december 1965 tot wijziging van de Richtlijn van de Raad van 5 november 1963 betreffende de aanpassing van de wetgevingen van de Lid-Staten inzake conserveermiddelen die mogen worden gebruikt in voor menselijke voeding bestemde waren

PB 222 van 28.12.1965, p. 3263–3264 (DE, FR, IT, NL)

Dit document is verschenen in een speciale editie. (EL, ES, PT, FI, SV)

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 28/06/1967; stilzwijgende opheffing door 31967L0427

ELI: http://data.europa.eu/eli/dir/1965/569/oj

31965L0569

Richtlijn 65/569/EEG van de Raad van 23 december 1965 tot wijziging van de Richtlijn van de Raad van 5 november 1963 betreffende de aanpassing van de wetgevingen van de Lid-Staten inzake conserveermiddelen die mogen worden gebruikt in voor menselijke voeding bestemde waren

Publicatieblad Nr. 222 van 28/12/1965 blz. 3263 - 3264
Bijzondere uitgave in het Fins: Hoofdstuk 13 Deel 1 blz. 0084
Bijzondere uitgave in het Grieks: Hoofdstuk 03 Deel 1 blz. 0197
Bijzondere uitgave in het Zweeds: Hoofdstuk 13 Deel 1 blz. 0084
Bijzondere uitgave in het Spaans: Hoofdstuk 13 Deel 1 blz. 0036
Bijzondere uitgave in het Portugees: Hoofdstuk 13 Deel 1 blz. 0036


++++

( 1 ) PB no . 209 van 11 . 12 . 1965 , blz . 3139/65 .

( 2 ) PB no . 12 van 27 . 1 . 1964 , blz . 161/64 .

RICHTLIJN VAN DE RAAD

van 23 december 1965

tot wijziging van de richtlijn van de Raad van 5 november 1963 betreffende de aanpassing van de wetgevingen van de Lid-Staten inzake conserveermiddelen die mogen worden gebruikt in voor menselijke voeding bestemde waren

( 65/569/EEG )

DE RAAD VAN DE EUROPESE ECONOMISCHE GEMEENSCHAP ,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap , inzonderheid op artikel 100 ,

Gezien het voorstel van de Commissie ,

Gezien het advies van het Europese Parlement ( 1 ) ,

Gezien het advies van het Economisch en Sociaal Comité ,

Overwegende dat , op grond van artikel 5 , sub b ) , van de richtlijn van de Raad van 5 november 1963 betreffende de conserveermiddelen die mogen worden gebruikt in voor menselijke voeding bestemde waren ( 2 ) , de Lid-Staten tot en met 31 december 1965 de bepalingen van de nationale wetgevingen inzake de oppervlakbehandeling van citrusvruchten met bifenyl , orthofenylfenol en natriumorthofenylfenolaat kunnen handhaven ;

Overwegende dat , indien de met genoemde stoffen behandelde citrusvruchten binnen de Gemeenschap niet meer in de handel zouden mogen worden gebracht , de voorziening met citrusvruchten van gebieden die ver afgelegen zijn van de produktiegebieden in sterke mate ontoereikend zou worden en op bepaalde tijden van het jaar zelfs zou worden onderbroken ;

Overwegende dat het niet mogelijk is de onderzoekingen met betrekking tot de methoden voor een controle van het nauwkeurige residugehalte van de onderhavige stoffen in citrusvruchten die aan de consument worden verkocht , binnen enkele maanden te beëindigen ; dat het derhalve noodzakelijk is de termijn die in artikel 5 , sub b ) , van de richtlijn van 5 november 1963 tot en met 31 december 1965 is beperkt , te verlengen tot en met 31 december 1966 , ten einde de Lid-Staten in de gelegenheid te stellen hun desbetreffende wetgeving te blijven toepassen ;

Overwegende dat aan iedere Lid-Staat de mogelijkheid moet worden geboden te eisen dat de behandelde citrusvruchten het onderwerp vormen van voorschriften betreffende het merken en etiketteren waarbij van deze behandeling melding wordt gemaakt ,

HEEFT DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD :

Artikel 1

Artikel 5 van de richtlijn van de Raad van 5 november 1963 betreffende de aanpassing van de wetgevingen van de Lid-Staten inzake conserveermiddelen die mogen worden gebruikt in voor menselijke voeding bestemde waren wordt als volgt gewijzigd :

_ de datum van 31 december 1965 die voorkomt onder b ) wordt vervangen door 31 december 1966 ;

_ de tekst sub b ) wordt aangevuld met de volgende bepaling :

" Elke Lid-Staat kan evenwel eisen dat de citrusvruchten waarvan het oppervlak met genoemde stoffen is behandeld het onderwerp vormen van voorschriften betreffende het merken en etiketteren waarbij van deze behandeling melding wordt gemaakt " .

Artikel 2

Deze richtlijn is gericht tot de Lid-Staten .

Gedaan te Brussel , 23 december 1965 .

Voor de Raad

De Voorzitter

E . COLOMBO

Top