Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32005F0214

    Wederzijdse erkenning van geldelijke sancties, zoals bepaalde boetes voor snelheidsovertredingen

    Wederzijdse erkenning van geldelijke sancties, zoals bepaalde boetes voor snelheidsovertredingen

    Het vergemakkelijken van de tenuitvoerlegging van geldelijke sancties in grensoverschrijdende gevallen, ongeacht waar die in de EU zijn opgelegd, draagt bij aan een gelijke behandeling van EU-burgers.

    BESLUIT

    Kaderbesluit 2005/214/JBZ van de Raad van 24 februari 2005 inzake de toepassing van het beginsel van wederzijdse erkenning op geldelijke sancties.

    SAMENVATTING

    WAT DOET DIT KADERBESLUIT?

    Het kaderbesluit voert specifieke maatregelen in onder het principe van wederzijdse erkenning, waardoor een rechterlijke of bestuurlijke autoriteit een geldelijke sanctie rechtstreeks kan toezenden aan een autoriteit in een ander EU-land en die boete kan laten erkennen en innen zonder verdere formaliteiten.

    KERNPUNTEN

    Het kaderbesluit is van toepassing op 39 genoemde, in het beslissingsland strafbaar gestelde feiten, zonder toetsing van de dubbele strafbaarheid (d.w.z. wanneer een feit strafbaar is volgens de wet van zowel het beslissings- als het tenuitvoerleggingsland). Die feiten zijn o.a.:

    • deelname aan een criminele organisatie;
    • terrorisme;
    • mensenhandel en handel in wapens en gestolen voertuigen;
    • oplichting (het op bedrieglijke wijze verwerven van geld of bezittingen);
    • verkrachting;
    • inbreuken op de verkeerswetgeving.

    De sancties moeten opgelegd zijn door de rechterlijke of bestuurlijke autoriteit van een EU-land en moeten het resultaat zijn van een onherroepelijke beslis-sing, d.w.z. dat er geen mogelijkheid meer mag zijn om tegen de beslissing beroep aan te tekenen.

    Bij het toezenden van de beslissing die de geldelijke sanctie oplegt, moet het EU-land dat de sanctie oplegt een certificaat opsturen in de taal van het EU-land dat de beslissing uitvoert.

    De beslissing wordt toegezonden aan de bevoegde autoriteiten van het land van de EU waar de natuurlijke persoon of rechtspersoon (een onderneming) eigendom heeft of inkomsten geniet, gewoonlijk verblijf houdt of, in geval van een rechtspersoon, zijn statutaire zetel heeft.

    Het EU-land waarnaar de beslissing is toegezonden, kan weigeren deze ten uitvoer te leggen als het certificaat niet wordt voorgelegd, onvolledig is of duidelijk niet overeenstemt met de beslissing. Het kan ook weigeren de beslissing ten uitvoer te leggen in een beperkt aantal gevallen, o.a. als:

    • voor dezelfde feiten een beslissing is gegeven in de tenuitvoerleggingsstaat of in een andere staat dan de beslissings- of de tenuitvoerleggingsstaat, en, in het laatste geval, deze beslissing ten uitvoer is gelegd;
    • de beslissing betrekking heeft op feiten die niet zijn opgenomen in de lijst van strafbare feiten in het kaderbesluit en niet strafbaar zijn naar het nationaal recht van de tenuitvoerleggingsstaat;
    • de tenuitvoerlegging van de beslissing naar het recht van de tenuitvoer-leggingsstaat verjaard is (d.w.z. dat de termijn voor de uitvoering van de beslissing voorbij is) en de beslissing betrekking heeft op feiten die naar het recht van die staat onder zijn rechtsmacht vallen;
    • de beslissing gegeven is tegen een natuurlijke persoon die vanwege zijn leeftijd nog niet strafrechtelijk verantwoordelijk gesteld kon worden voor de feiten naar het recht van de tenuitvoerleggingsstaat;
    • de geldelijke sanctie die wordt opgelegd minder bedraagt dan 70 EUR of het equivalent daarvan.

    De tenuitvoerlegging van de beslissing wordt beheerst door de wet van de tenuitvoerleggingsstaat. De tenuitvoerleggingsstaat kan ook:

    • beslissen het bedrag van de geldelijke sanctie te beperken tot het maximum dat door zijn nationale recht wordt gesteld, indien de feiten niet op het grond-gebied van de beslissingsstaat zijn gepleegd;
    • hechtenis of andere sancties opleggen die worden voorzien door zijn nationale recht, indien de geldelijke sanctie niet ten uitvoer kan worden gelegd.

    Amnestie, gratie en herziening van de straf kunnen zowel door de beslissings- als de tenuitvoerleggingsstaat worden verleend.

    Zie voor meer informatie:

    REFERENTIES

    Besluit

    Datum van inwerkingtreding

    Uiterste datum voor omzetting in nationaal recht

    Publicatieblad van de Europese Unie

    Kaderbesluit 2005/214/JBZ

    22.3.2005

    22.3.2007

    PB L 76 van 22.3.2005, blz. 16-30

    Wijzigingsbesluit(en)

    Datum van inwerkingtreding

    Uiterste datum voor omzetting in nationaal recht

    Publicatieblad van de Europese Unie

    Kaderbesluit 2009/299/JBZ

    28.3.2009

    28.3.2011

    PB L 81 van 27.3.2009, blz. 24-36

    Laatste bijwerking 19.06.2015

    Naar boven