EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52023PC0747

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD tot wijziging van Uitvoeringsbesluit (EU) (ST 12319/2021, ST 12319/2021 ADD 1) van 29 oktober 2021 betreffende de goedkeuring van de beoordeling van het herstel- en veerkrachtplan voor Roemenië

COM/2023/747 final

Brussel, 21.11.2023

COM(2023) 747 final

2023/0428(NLE)

Voorstel voor een

UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

tot wijziging van Uitvoeringsbesluit (EU) (ST 12319/2021, ST 12319/2021 ADD 1) van 29 oktober 2021 betreffende de goedkeuring van de beoordeling van het herstel- en veerkrachtplan voor Roemenië

{SWD(2023) 382 final}


2023/0428 (NLE)

Voorstel voor een

UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

tot wijziging van Uitvoeringsbesluit (EU) (ST 12319/2021, ST 12319/2021 ADD 1) van 29 oktober 2021 betreffende de goedkeuring van de beoordeling van het herstel- en veerkrachtplan voor Roemenië

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EU) 2021/241 van het Europees Parlement en de Raad van 12 februari 2021 tot instelling van de herstel- en veerkrachtfaciliteit 1 , en met name artikel 20, lid 1,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)Nadat Roemenië op 31 mei 2021 zijn nationale herstel- en veerkrachtplan had ingediend, heeft de Commissie de Raad een voorstel voor een positieve beoordeling voorgelegd. De Raad heeft de positieve beoordeling goedgekeurd door middel van het uitvoeringsbesluit van de Raad van 29 oktober 2021 2 (het “uitvoeringsbesluit van de Raad”).

(2)Overeenkomstig artikel 11, lid 2, van Verordening (EU) 2021/241 moet de maximale financiële bijdrage voor niet-terugbetaalbare financiële steun van elke lidstaat uiterlijk op 30 juni 2022 worden geactualiseerd volgens de daarin vastgestelde methode. Op 30 juni 2022 heeft de Commissie de bijgewerkte resultaten van die update aan het Europees Parlement en de Raad voorgelegd. 

(3)Op 8 september 2023 heeft Roemenië bij de Commissie een gewijzigd nationaal herstel- en veerkrachtplan ingediend, met inbegrip van een REPowerEU-hoofdstuk overeenkomstig artikel 21 quater van Verordening (EU) 2021/241.

(4)In het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan wordt ook rekening gehouden met de geactualiseerde maximale financiële bijdrage overeenkomstig artikel 18, lid 2, van Verordening (EU) 2021/241. Het plan bevat een met redenen omkleed verzoek aan de Commissie om de Raad voor te stellen het uitvoeringsbesluit van de Raad overeenkomstig artikel 21, lid 1, van Verordening (EU) 2021/241 te wijzigen omdat het herstel- en veerkrachtplan door objectieve omstandigheden gedeeltelijk niet langer haalbaar is. De door Roemenië ingediende wijzigingen van het herstel- en veerkrachtplan hebben betrekking op 56 maatregelen.

(5)Op 14 juli 2023 heeft de Raad in het kader van het Europees Semester aanbevelingen aan Roemenië gericht. De Raad heeft Roemenië met name aanbevolen het begrotingsbeleid voort te zetten in overeenstemming met de aanbeveling van de Raad van 18 juni 2021, opdat uiterlijk in 2024 een einde komt aan het buitensporige overheidstekort in Roemenië en de externe positie van Roemenië wordt versterkt. Ook werd Roemenië aanbevolen om de geldende energiesteunmaatregelen zo snel mogelijk in 2023 en 2024 af te bouwen en de besparingen te gebruiken om het overheidstekort terug te dringen. Indien hernieuwde stijgingen van de energieprijzen nieuwe of voortgezette steunmaatregelen vereisen, heeft de Raad Roemenië aanbevolen ervoor te zorgen dat deze gericht zijn op de bescherming van kwetsbare huishoudens en bedrijven, budgettair betaalbaar zijn en stimulansen voor energiebesparing behouden. De Raad heeft Roemenië verder aanbevolen nationaal gefinancierde overheidsinvesteringen in stand te houden en te zorgen voor een doeltreffende absorptie van subsidies uit de herstel- en veerkrachtfaciliteit en andere Uniefondsen, met name om de groene en de digitale transitie te bevorderen. Ook werd aanbevolen te zorgen voor effectief bestuur en de administratieve capaciteit te versterken, zodat het herstel- en veerkrachtplan snel en gestaag kan worden uitgevoerd en het cohesiebeleid snel in de praktijk kan worden gebracht. Daarnaast beval de Raad Roemenië aan de afhankelijkheid van fossiele brandstoffen te verminderen en de energietransitie te versnellen, met name door hernieuwbare energie sneller in te zetten en de netcapaciteit te verbeteren, zodat nieuwe capaciteit op de markt kan opereren en de energie-efficiëntie en de ambitie van de renovatie van gebouwen kan worden verhoogd, onder meer door betere toegang tot informatie en duurzame financieringsopties. Tot slot werd Roemenië aanbevolen om de beleidsinspanningen op te voeren die gericht zijn op het aanbieden en verwerven van de vaardigheden die nodig zijn voor de groene transitie.

(6)De indiening van het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan volgde op een in overeenstemming met het nationale rechtskader uitgevoerd proces van raadpleging van lokale en regionale autoriteiten, sociale partners, maatschappelijke organisaties, jongerenorganisaties en andere relevante belanghebbenden. De samenvatting van de raadplegingen is samen met het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan ingediend. Krachtens artikel 19 van Verordening (EU) 2021/241 heeft de Commissie de relevantie, doeltreffendheid, efficiëntie en samenhang van het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan beoordeeld in overeenstemming met de in bijlage V bij die verordening opgenomen beoordelingsrichtsnoeren.

Actualiseringen op basis van artikel 18, lid 2, van Verordening (EU) 2021/241

(7)In het door Roemenië ingediende gewijzigde herstel- en veerkrachtplan zijn acht maatregelen geactualiseerd om rekening te houden met de geactualiseerde maximale financiële bijdrage. Roemenië heeft toegelicht dat, aangezien de maximale financiële bijdrage daalde van 14 244 851 992 EUR 3 tot 12 125 664 294 EUR 4 , verscheidene investeringen werden gewijzigd, overgedragen of het niveau van de vereiste uitvoering ervan werd verlaagd ten opzichte van het oorspronkelijke plan, voor een totaalbedrag van 2 119 187 698 EUR, wat overeenstemt met de verlaging van de maximale financiële bijdrage. 

(8)Deze wijzigingen hebben betrekking op maatregelen in het kader van de componenten C2 – Bossen en bescherming van de biodiversiteit, C4 – Duurzaam vervoer, C6 – Energie, C7 – Digitale transformatie, C10 – Lokale fondsen, C12 – Gezondheidszorg, en C15 – Onderwijs. Met name de streefdoelen 25 en 26 in investering C2.I1 – Nationale bebossings- en herbebossingscampagne, met inbegrip van stedelijke bossen – zijn verlaagd wat betreft het niveau van de vereiste uitvoering; mijlpalen 72 en 73 en streefdoelen 74 en 75 van investering C4.I1 – Modernisering en vernieuwing van spoorweginfrastructuur – zijn gewijzigd; streefdoel 173 van investering C7.I8 – Gekwalificeerde elektronische identiteitskaart en digitale handtekening – is verlaagd wat betreft het niveau van de vereiste uitvoering en streefdoel 174 is gewijzigd om de geactualiseerde inhoud van de maatregel weer te geven; streefdoelen 302, 305 en 306, en mijlpaal 304, van investering C10.I1 – Duurzame stedelijke mobiliteit – zijn geschrapt, en doelstelling 303 is verlaagd wat betreft het niveau van de vereiste uitvoering; streefdoelen 367 en 372 van investering C12.I1 – Ontwikkeling van medische preziekenhuisinfrastructuur – zijn verlaagd wat betreft het niveau van de vereiste uitvoering; streefdoel 377 van investering C12.I2 – Ontwikkeling van openbare ziekenhuisinfrastructuur – is verlaagd wat betreft het niveau van de vereiste uitvoering; mijlpaal 458 en streefdoel 459 in investering C15.I2 – Opzetten, uitrusten en operationeel maken van 412 aanvullende diensten voor kansarme groepen – zijn verlaagd wat betreft het niveau van de vereiste uitvoering.

Wijzigingen op basis van artikel 21 van Verordening (EU) 2021/241

(9)De wijzigingen van het herstel- en veerkrachtplan die Roemenië op grond van objectieve omstandigheden heeft ingediend, hebben betrekking op 48 maatregelen.

(10)Roemenië heeft toegelicht dat 16 maatregelen vanwege beperkingen in de toeleveringsketen, in sommige gevallen gecombineerd met een hoge inflatie, niet meer volledig haalbaar zijn binnen de termijn die in het oorspronkelijke herstel- en veerkrachtplan was voorzien. Deze hebben betrekking op respectievelijk streefdoelen 5, 6, 7 en 8 van investering C1.I1 – Uitbreiding van de water- en rioleringssystemen in agglomeraties met meer dan 2 000 inwonerequivalenten, waaraan prioriteit wordt gegeven in het versnelde plan voor naleving van de Europese richtlijnen; streefdoelen 11 en 12 van investering C1.I2 – Opvang van afvalwater in agglomeraties met minder dan 2 000 inwoners die het bereiken van een goede toestand van waterlichamen verhinderen en/of natuurlijke beschermde gebieden aantasten; streefdoel 13 van investering C1.I3 – Ondersteuning van de aansluiting van de lage-inkomensbevolking op bestaande watervoorzienings- en rioleringsnetwerken; streefdoelen 14, 15, 17 en mijlpaal 16 van investering C1.I4 – Aanpassing aan de klimaatverandering door automatisering en digitalisering van de waterafvoer- en opslagapparatuur van bestaande ophopingen om het ecologische debiet te waarborgen, de zekerheid van de watervoorziening voor de bevolking te vergroten en het risico op overstromingen te beperken, in het kader van component C1 – Waterbeheer; streefdoel 58 van investering C3.I3b – Luchtkwaliteit-, radioactiviteits- en geluidsbewakingsapparatuur voor het Nationaal Agentschap voor Milieubescherming, in het kader van component C3 – Afvalbeheer; mijlpalen 95 en 96 en streefdoelen 101, 102, 103, 104, 105 en 106 van investering C5.I1 – Oprichting van een fonds voor renovatiegolven ter financiering van werkzaamheden ter verbetering van de energie-efficiëntie van het bestaande gebouwenbestand, in het kader van component C5 – Renovatiegolf; mijlpalen 129 en 130 en streefdoelen 131 en 132 van investering C6.I2 – Infrastructuur voor de distributie van hernieuwbare gassen (waarbij bij wijze van overgangsmaatregel aardgas wordt gebruikt in combinatie met groene waterstof), alsmede productiecapaciteit voor groene waterstof en/of het gebruik ervan voor elektriciteitsopslag, in het kader van component C6 – Energie; streefdoelen 295 en 296 van investering C10.I1 – Duurzame stedelijke mobiliteit; streefdoelen 318 en 319 van investering C10.I2 – Bouw van huisvesting voor jongeren en voor beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg en het onderwijs; streefdoelen 321 en 322 van investering C10.I3 – Gemiddeld herstel van openbare gebouwen ter verbetering van de openbare dienstverlening door bestuurlijke territoriale eenheden; streefdoelen 324 en 325 van investering C10.I4 – Ontwikkeling/actualisering in GIS-formaat van documenten inzake ruimtelijke ordening en stedenbouwkundige planning, in het kader van component C10 – Lokale fondsen; mijlpaal 336 en streefdoel 337 van investering C11.I2 – Modernisering/creatie van musea en gedenktekens; mijlpaal 340 van hervorming C11.R2 – Kader voor de operationalisering van fietsroutes op nationaal niveau; mijlpaal 342 en streefdoel 343 van investering C11.I4 – Uitvoering van 3 000 km fietsroutes, in het kader van component C11 – Toerisme en cultuur; streefdoelen 486, 487 en 488 van investering C15.I10 – Ontwikkeling van het netwerk van groene-scholen en aankoop van groene minibussen; streefdoelen 503, 504, 505 en 506 van investering C15.I17 – Zorgen voor universitaire infrastructuur (huizen, kantines, recreatiefaciliteiten), in het kader van component C15 – Onderwijs. Op grond hiervan heeft Roemenië verzocht om een verlenging van het tijdschema voor de uitvoering van deze maatregelen en om een verlaging van het niveau van de vereiste uitvoering van enkele van de overeenkomstige mijlpalen en streefdoelen. Het uitvoeringsbesluit van de Raad moet dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(11)Roemenië heeft toegelicht dat als gevolg van beperkingen aan de aanbodzijde, zoals onverwachte vertragingen bij de afronding van de aanbestedingsprocedures of onvoldoende vraag, zeven maatregelen niet meer volledig haalbaar zijn. Deze betreffen: streefdoel 18 van investering C1.I5 – Passende toewijzing van stroomgebiedadministraties voor toezicht op, preventie van en reactie op noodsituaties, in het kader van component C1 – Waterbeheer; streefdoel 39 van investering C2.I4 – Geïntegreerde investeringen voor de ecologische wederopbouw van habitats en de instandhouding van soorten die verband houden met weiden, aquatische en waterafhankelijke gebieden, in het kader van component C2 – Bossen en bescherming van de biodiversiteit; mijlpalen 135 en 136 en streefdoelen 137, 138 en 139 van investering C6.I4 – Industriële productieketen en/of assemblage en/of recycling van batterijen, cellen en fotovoltaïsche panelen (met inbegrip van hulpapparatuur), alsmede nieuwe opslagcapaciteit voor elektriciteit, en streefdoel 141 van investering C6.I5 – Het waarborgen van energie-efficiëntie in de industriële sector, in het kader van component C6 – Energie; mijlpaal 334 en streefdoel 335 van investering C11.I1 – Promotie van de 12 toeristische/culturele routes, in het kader van component C11 – Toerisme en cultuur; streefdoelen 466 en 467 van investering C15.I4 – Ondersteuning van onderwijsinstellingen met een hoog risico op voortijdige schoolverlaters en streefdoel 482 van investering C15.I9 – Zorgen voor digitale apparatuur en middelen voor scholen, in het kader van component C15 – Onderwijs. Op grond hiervan heeft Roemenië verzocht het niveau van de vereiste uitvoering van de overeenkomstige mijlpalen en streefdoelen van deze maatregelen te verlagen, enkele tussentijdse streefdoelen te schrappen of de beschrijving van de maatregelen te wijzigen, en moet het uitvoeringsbesluit van de Raad dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(12)Roemenië heeft toegelicht dat 21 maatregelen zijn gewijzigd om betere alternatieven uit te voeren, om zo de oorspronkelijke ambitie van de maatregelen te bereiken. Deze betreffen: mijlpaal 41 van investering C2.I5 – Geïntegreerde systemen ter beperking van overstromingsrisico’s in bosstroomgebieden, in het kader van component C2 – Bossen en bescherming van de biodiversiteit; mijlpaal 45 van hervorming C3.R1 – Verbetering van de governance op het gebied van afvalbeheer om de overgang naar de circulaire economie te versnellen; streefdoelen 48, 49, 52 en 53 van investering C3.I1 – Ontwikkeling, modernisering en voltooiing van geïntegreerde systemen voor het beheer van stedelijk afval op districtsniveau of op het niveau van de stad/gemeente in het kader van component C3 – Afvalbeheer; mijlpalen 59, 60 en 66 en streefdoel 64 van hervorming C4.R1 – Duurzaam vervoer, decarbonisatie en verkeersveiligheid; mijlpalen 86 en 87 en streefdoelen 88 en 89 van investering C4.I4 – Ontwikkeling van het ondergrondse vervoersnetwerk in de gemeenten Boekarest en Cluj-Napoca, in het kader van component C4 – Duurzaam vervoer; mijlpaal 167 van investering C7.I5 – Digitalisering op milieugebied in het kader van component C7 – Digitale transformatie; mijlpaal 209 van hervorming C8.R5 – Oprichting en operationalisering van de Nationale Ontwikkelingsbank, mijlpaal 214 van hervorming C8.R6 – Hervorming van het openbare pensioenstelsel; en mijlpaal 231 en streefdoel 232 van investering C8.I4 – Invoering van elektronische douane in het kader van component C8 – Belasting- en pensioenhervormingen; mijlpaal 246 van investeringen C9.I1 – Digitale platforms voor transparantie van wetgeving, ontbureaucratisering en vereenvoudiging van de procedures voor het bedrijfsleven, streefdoelen 267 en 269 van investeringen C9.I4 – Grensoverschrijdende en meerlandenprojecten – Lagestroomprocessoren en halfgeleiderchips; streefdoel 283 van investering C9.I7 – Excellentie versterken en de deelname van Roemenië aan partnerschappen en missies in Horizon Europa ondersteunen, in het kader van component C9 – Bedrijfsondersteuning, onderzoek, ontwikkeling en innovatie; mijlpaal 420 van hervorming C14.R4 – Ontwikkeling van een eerlijk unitair beloningssysteem in de publieke sector, in het kader van component C14 – Goed bestuur; mijlpaal 452 van hervorming C.15.R1 – Uitwerking en goedkeuring van het wetgevingspakket voor de uitvoering van het project “Educated Romania”; streefdoel 457 van investering C15.I1 – Bouw, uitrusting en operationalisering van 110 crèches; mijlpaal 479 van hervorming C15.R5 – Goedkeuring van het wetgevingskader voor de digitalisering van het onderwijs; mijlpalen 489 en 490 en streefdoelen 491 en 492 van investering C15.I11 – Voorzieningen voor pre-universitaire klaslokalen en schoollaboratoria/workshops; mijlpaal 495 van hervorming C15.R7 – Hervorming van het bestuur van het pre-universitair onderwijs en professionalisering van management; mijlpaal 498 van investering C15.I15 – Onlineschool: Evaluatieplatform en ontwikkeling van inhoud; mijlpaal 501 van investering C15.I16 – Digitalisering van universiteiten en hun voorbereiding op de digitale beroepen van de toekomst, en streefdoel 507 van investering C15.I18 – Opleidings- en coachingsprogramma voor schoolmanagers en inspecteurs, in het kader van component C15 – Onderwijs. Op grond hiervan heeft Roemenië verzocht om de beschrijving van de maatregelen en van de overeenkomstige mijlpalen en streefdoelen aan te passen, en moet het uitvoeringsbesluit van de Raad dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(13)Roemenië heeft toegelicht dat één maatregel niet meer volledig haalbaar is binnen het oorspronkelijk geplande tijdschema of vertraging heeft opgelopen en dat er wijzigingen nodig zijn om aan de gewijzigde wettelijke eisen te voldoen. Het gaat om: mijlpaal 349 en streefdoel 350 van investering C11.I7 – Versnellen van de digitalisering van filmproductie en -distributie, in het kader van component C11 – Toerisme en cultuur. Op grond hiervan heeft Roemenië verzocht het tijdschema voor de uitvoering ervan te verlengen of de beschrijving van de maatregelen en van de overeenkomstige mijlpalen en streefdoelen te wijzigen, en moet het uitvoeringsbesluit van de Raad dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(14)Roemenië heeft toegelicht dat twee maatregelen vanwege het gebrek aan vraag als gevolg van de hoge inflatie en de onzekere economische context als gevolg van de Russische aanvalsoorlog tegen Oekraïne niet meer haalbaar zijn binnen het tijdschema en de geraamde kosten van het oorspronkelijke herstel- en veerkrachtplan. Het gaat om streefdoel 285 van investering C9.I9 – Steun voor houders van excellentiecertificaten die zijn ontvangen in het kader van de Marie Skłodowska Curie-prijs voor individuele beurzen, in het kader van component C9 – Bedrijfsondersteuning, onderzoek, ontwikkeling en innovatie; streefdoel 330 van hervorming C11.R1 – Operationalisering van organisaties voor bestemmingsmanagement (DMO’s), in het kader van component C11 – Toerisme en cultuur. Op grond hiervan heeft Roemenië verzocht het tijdschema voor de uitvoering ervan te verlengen, de beschrijving van de maatregelen te wijzigen en de overeenkomstige mijlpalen en streefdoelen te verlagen, en moet het uitvoeringsbesluit van de Raad dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(15)Roemenië heeft toegelicht dat het vanwege de ongunstige omstandigheden op de energiemarkt na de aanvalsoorlog van Rusland tegen Oekraïne niet langer mogelijk is om één maatregel volledig uit te voeren om de continuïteit van de elektriciteitsvoorziening te waarborgen, rekening houdend met de bepalingen in de wet inzake decarbonisatie die op grond van het tweede betalingsverzoek in het kader van mijlpaal 113 zijn beoordeeld. Dit betreft streefdoelen 115 en 119 van hervorming C6.R1 – Hervorming van de elektriciteitsmarkt, vervanging van steenkool in de energiemix en steun voor een wet- en regelgevingskader voor particuliere investeringen in de productie van hernieuwbare elektriciteit in het kader van component C6 – Energie. Op grond hiervan heeft Roemenië verzocht om de beschrijving van de maatregel en van de overeenkomstige streefdoelen aan te passen, en moet het uitvoeringsbesluit van de Raad dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(16)Voorts heeft Roemenië verzocht de middelen die zijn vrijgekomen als gevolg van het schrappen of terugschroeven van maatregelen uit hoofde van artikel 21 van Verordening (EU) 2021/241, voor een totaal bedrag van 577 082 830 EUR, te gebruiken om twee nieuwe maatregelen op te nemen in het kader van component 16 – REPowerEU: investering C16. I6 – Proefproject voor de installatie van 20 MW aan drijvende zonnepanelen op irrigatiekanalen en investering C16.I7 – Subsidievoucherregeling voor het verbeteren van de energie-efficiëntie van huishoudens.

(17)De Commissie is van oordeel dat de door Roemenië aangevoerde redenen de actualisering overeenkomstig artikel 18, lid 2, van Verordening (EU) 2021/241 en de wijziging op grond van artikel 21, lid 2, van die verordening rechtvaardigen.

Correctie van schrijffouten

(18)In de tekst van het uitvoeringsbesluit van de Raad zijn 17 schrijffouten vastgesteld die gevolgen hebben voor 17 mijlpalen en streefdoelen en 16 maatregelen. Het uitvoeringsbesluit van de Raad moet worden gewijzigd om de schrijffouten te corrigeren die niet overeenstemmen met de inhoud van het herstel- en veerkrachtplan dat op 31 mei 2021 bij de Commissie is ingediend, zoals overeengekomen tussen de Commissie en Roemenië. Deze schrijffouten hebben betrekking op: streefdoel 55 van investering C3.I2 – Ontwikkeling van infrastructuur voor mest- en ander composteerbaar beheer van landbouwafval in het kader van component C3 – Afvalbeheer; mijlpaal 79 van hervorming C4.R2 – Prestatiegebaseerd kwaliteitsbeheer in het vervoer — Verbetering van de institutionele capaciteit en de corporate governance, in het kader van component C4 – Duurzaam vervoer; streefdoel 134 van investering C6.I3 – Ontwikkeling van flexibele en hoogrenderende gasgestookte warmtekrachtkoppeling (WKK) in stadsverwarming met het oog op een diepe decarbonisatie, in het kader van component 6 – Energie; mijlpalen 164 en 166 van investering C7.I4 – Digitalisering van het gerechtelijk apparaat, mijlpaal 167 van investering C7.I5 – Digitalisering op milieugebied, en streefdoel 185 van investering C7.I16 – Opleidingsprogramma voor geavanceerde digitale vaardigheden voor ambtenaren, in het kader van component 7 – Digitale transformatie; mijlpaal 217 van investering C8.I1 – Het vergemakkelijken van de naleving door belastingplichtigen door de ontwikkeling van digitale diensten, en mijlpaal 226a van investering C8.I2 – Verbetering van de belasting- en belastingadministratieprocessen, onder meer door de invoering van geïntegreerd risicobeheer, in het kader van component 8 – Belasting- en pensioenhervormingen; mijlpaal 241 van hervorming C9.R1 – Transparantie van wetgeving, ontbureaucratisering en vereenvoudiging van de procedures voor het bedrijfsleven en mijlpaal 256 van investering C9.I2 – Financiële instrumenten voor de particuliere sector, in het kader van component 9 – Bedrijfsondersteuning, onderzoek, ontwikkeling en innovatie; mijlpaal 317 van investering C10.I2 – Bouw van huisvesting voor jongeren en voor beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg en het onderwijs; mijlpaal 328 van hervorming C11.R1 – Operationalisering van organisaties voor bestemmingsmanagement (DMO’s), in het kader van component C11 – Toerisme en cultuur; mijlpaal 384 van hervorming C13.R3 – Implementatie van het minimale inclusie-inkomen (VMI), in het kader van component 13 – Sociale hervormingen; mijlpaal 439 van hervorming C14.R9 – Verbeteren van het procedurele kader voor de toepassing van de beginselen van corporate governance in staatsbedrijven, in het kader van component 14 – Goed bestuur; streefdoel 474 van investering C15.I6 – Ontwikkeling van 10 regionale consortia en ontwikkeling en uitrusting van 10 beroepscampussen; streefdoel 497 van investering C15.I14 – Uitrusten van praktijkworkshops op scholen voor beroepsonderwijs en -opleiding, in het kader van component 15 – Onderwijs. Deze correcties hebben geen gevolgen voor de uitvoering van de betrokken maatregelen.

Het REPowerEU-hoofdstuk op basis van artikel 21 quater van Verordening (EU) 2021/241

(19)Het REPowerEU-hoofdstuk omvat twee hervormingen en zeven investeringen. Het REPowerEU-hoofdstuk van Roemenië zal naar verwachting een blijvend effect hebben op het verminderen van het verbruik van fossiele brandstoffen en de broeikasgasemissies en op de toename van het gebruik van hernieuwbare energie, wat zal bijdragen aan de vermindering van de kwetsbaarheid tijdens het winterseizoen.

(20)Het hoofdstuk bevat een belangrijke hervorming om de aanwijzing van gebieden voor versnelde uitrol te vergemakkelijken, wat naar verwachting de installatie van nieuwe hernieuwbare- energiecentrales zal stimuleren. Deze hervorming wordt aangevuld met twee investeringen die gericht zijn op het inzetten van hernieuwbare energie. Een investering daarvan, investering C6.I1 – Nieuwe capaciteit voor de productie van elektriciteit uit hernieuwbare energiebronnen, in het kader van component 6 – Energie, werd overgeheveld naar het REPowerEU-hoofdstuk overeenkomstig artikel 21 quater, lid 2, van Verordening (EU) 2021/241.

(21)Het plan omvat ook een hervorming om een éénloketsysteem op te zetten, dat informatie en bijstand moet bieden aan particulieren als het gaat om installaties voor hernieuwbare energie en renovaties op het gebied van energie-efficiëntie. Hiermee wordt een eerste stap gezet om personen die getroffen worden door energiearmoede en kwetsbare energieverbruikers tegemoet te komen. Deze hervorming wordt aangevuld met een investering om zonne-energie in te zetten op daken van woongebouwen en twee investeringen om de energie-efficiëntie in het land te verbeteren door respectievelijk openbare gebouwen en privéwoningen te renoveren. Bij laatstgenoemde investeringen in energie-efficiëntie voor de renovatie van particuliere woningen wordt prioriteit gegeven aan energiearme huishoudens en kwetsbare energieconsumenten, om energiearmoede aan te pakken. De investering bestaat uit een subsidievoucherregeling voor renovaties op het gebied van energie-efficiëntie alsook de installatie van zonnepanelen op daken. De begunstigden krijgen gerichte hulp vanuit het éénloketsysteem dat in het kader van een hervorming is opgezet.

(22)Het REPowerEU-hoofdstuk omvat ook een investering om het onderhoud, de efficiëntie en de cyberveiligheid van het elektriciteitstransmissienet te verbeteren, de aansluiting van nieuwe hernieuwbare-energiecentrales te vergemakkelijken en de veerkracht en betrouwbaarheid van de infrastructuur te verbeteren.

(23)Het REPowerEU-hoofdstuk omvat ook een investering in opleidingen voor werknemers op het gebied van vaardigheden op het gebied van groene energie.

(24)De Commissie heeft het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan, waaronder het REPowerEU-hoofdstuk, beoordeeld aan de hand van de beoordelingscriteria van artikel 19, lid 3, van Verordening (EU) 2021/241.

Evenwichtige respons die bijdraagt aan de zes pijlers

(25)Overeenkomstig artikel 19, lid 3, punt a), van Verordening (EU) 2021/241 en criterium 2.1 van bijlage V daarbij, vormt het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan, inclusief het REPowerEU-hoofdstuk, in hoge mate (score A) een alomvattende en voldoende evenwichtige respons op de economische en sociale situatie en draagt het zodoende bij aan elk van de zes in artikel 3 van die verordening bedoelde pijlers, daarbij rekening houdend met de specifieke uitdagingen van en de financiële toewijzing aan de betrokken lidstaat.

(26)Het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan, samen met het REPowerEU-hoofdstuk, heeft alleen gevolgen voor de oorspronkelijke beoordeling van de bijdrage van het herstel- en veerkrachtplan aan de eerste pijler inzake de groene transitie, zoals uiteengezet in het uitvoeringsbesluit van de Raad van 29 oktober 2021. Wat de andere pijlers betreft, hebben de aard en omvang van de wijzigingen van het herstel- en veerkrachtplan geen gevolgen voor de vorige beoordeling dat het plan in hoge mate een alomvattende en voldoende evenwichtige respons op de economische en sociale situatie vormt, noch voor de passende bijdrage ervan tot elk van de zes pijlers in artikel 3 van Verordening (EU) 2021/241.

(27)Wat de eerste pijler betreft, dragen de maatregelen in het REPowerEU-hoofdstuk bij tot de verwezenlijking van de klimaatdoelstellingen voor 2030 van de Unie en de doelstelling van EU-klimaatneutraliteit tegen 2050, waarbij ernaar wordt gestreefd de invoering van hernieuwbare energiebronnen te versnellen door maatregelen in te voeren voor het stroomlijnen van de vergunnings- en administratieve procedures. Van alle maatregelen in het REPowerEU-hoofdstuk wordt verwacht dat ze aanzienlijk zullen bijdragen aan de groene transitie en aan het aanpakken van de bijbehorende uitdagingen.

Aanpakken van alle of een significant deel van de in de landspecifieke aanbevelingen vastgestelde uitdagingen

(28)Overeenkomstig artikel 19, lid 3, punt b), van Verordening (EU) 2021/241 en criterium 2.2 van bijlage V daarbij, zal het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan met inbegrip van het REPowerEU-hoofdstuk naar verwachting bijdragen tot een doeltreffende aanpak van alle of een significant deel van de uitdagingen (score A) die zijn vastgesteld in de relevante landspecifieke aanbevelingen aan Roemenië, met inbegrip van begrotingsaspecten daarvan en de aanbevelingen overeenkomstig artikel 6 van Verordening (EU) nr. 1176/2011, of uitdagingen die zijn vastgesteld in andere relevante documenten die de Commissie in het kader van het Europees Semester officieel heeft goedgekeurd.

(29)In het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan wordt met name rekening gehouden met de landspecifieke aanbevelingen die formeel zijn vastgesteld door de Raad voorafgaand aan de beoordeling van het gewijzigde plan door de Commissie. Aangezien de maximale financiële toewijzing voor Roemenië als gevolg van de actualisering is gedaald, zijn de aanbevelingen van 2022 en 2023 die geen verband houden met energie-uitdagingen niet meegenomen in de algehele beoordeling.

(30)Na de voortgang bij de uitvoering van alle relevante landspecifieke aanbevelingen te hebben beoordeeld als onderdeel van het Europees Semester 2023, komt de Commissie tot de bevinding dat aanbeveling 2020.3.1 over het waarborgen van liquiditeitssteun voor de economie ten gunste van huishoudens en bedrijven volledig is uitgevoerd. Er is aanzienlijke vooruitgang geboekt met betrekking tot aanbeveling 2020.2.1 over het bieden van adequate inkomensvervanging en aanbeveling 2019.2.1 over het vrijwaren van de financiële stabiliteit en de robuustheid van de banksector.

(31)Het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan omvat een uitgebreide reeks elkaar versterkende hervormingen en investeringen die bijdragen tot een doeltreffende aanpak van alle of een aanzienlijk deel van de economische en sociale uitdagingen die zijn beschreven in de landspecifieke aanbevelingen die de Raad in het Europees Semester tot Roemenië heeft gericht, met name op het gebied van de houdbaarheid van de overheidsfinanciën en het pensioenstelsel, de gezondheidszorg, het openbaar bestuur, het ondernemingsklimaat, het onderwijs en de groene en digitale transitie. Door de bovengenoemde uitdagingen aan te pakken, zal het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan naar verwachting ook bijdragen tot het corrigeren van de onevenwichtigheden waarmee Roemenië te kampen heeft en die in 2019, 2020 en 2023 in de aanbevelingen op grond van artikel 6 van Verordening (EU) nr. 1176/2011 zijn vastgesteld, met name wat betreft de externe rekeningen, die verband houden met grote overheidstekorten.

(32)Aangezien Roemenië nog steeds ten volle zijn niveau van ambitie handhaaft voor de investeringen en hervormingen, veranderen de wijzigingen in het herstel- en veerkrachtplan van Roemenië niets aan de eerdere beoordeling dat het herstel- en veerkrachtplan ertoe bijdraagt dat alle of een significant deel van de landspecifieke aanbevelingen doeltreffend worden aangepakt. Daarnaast versterkt het REPowerEU-hoofdstuk de ambitie van het plan wat betreft de meeste relevante landspecifieke aanbevelingen op het gebied van energie (LSA’s 2023.3 en 2022.3), met name om de afhankelijkheid van fossiele brandstoffen te verminderen en de energietransitie te versnellen.

(33)Verschillende maatregelen in het REPowerEU-hoofdstuk (component C16) zijn gericht op een snellere invoering van hernieuwbare energie. Deze omvatten hervormingen C16.R1 – Creëren van een rechtskader voor het gebruik van staatsgrond als gebieden voor versnelde investeringen in hernieuwbare energiebronnen – en C16.R2 – Opzetten van een éénloketsysteem om energieadviesdiensten te verlenen voor renovaties op het gebied van energie-efficiëntie en energieproductie uit hernieuwbare bronnen voor prosumenten – en investeringen C16.I2 – Nieuwe capaciteit voor de productie van elektriciteit uit hernieuwbare energiebronnen, C16.I4 – Subsidievoucherregeling voor het versnellen van de inzet van hernieuwbare energie door huishoudens, en C16.I6 – Proefproject voor de installatie van 20 MW aan drijvende zonnepanelen op irrigatiekanalen. Bovendien zijn hervorming C16.R1 – Creëren van een rechtskader voor het gebruik van staatsgrond als gebieden voor versnelde investeringen in hernieuwbare energiebronnen – en investering C16.I5 – Digitalisering, efficiënter maken en moderniseren van het nationale elektriciteitstransmissienetwerk – gericht op het verbeteren van de netcapaciteit, zodat de nieuw gebouwde capaciteit sneller op het netwerk kan worden aangesloten. Maatregelen C16.R2 – Opzetten van een éénloketsysteem om energieadviesdiensten te verlenen voor renovaties op het gebied van energie-efficiëntie en energieproductie uit hernieuwbare bronnen voor prosumenten, C16.I3 – Verbetering van de energie-efficiëntie van openbare gebouwen, en C16.I7 – Subsidievoucherregeling voor het verbeteren van de energie-efficiëntie van huishoudens – helpen het tempo en de ambitie van renovaties te verhogen om de energie-efficiëntie van het gebouwenbestand te bevorderen. De introductie van renovatiekantoren in het kader van maatregel C16.R2 – Opzetten van een éénloketsysteem om energieadviesdiensten te verlenen voor renovaties op het gebied van energie-efficiëntie en energieproductie uit hernieuwbare bronnen voor prosumenten – is specifiek gericht op de aanbeveling om betere toegang te bieden tot informatie en duurzame financieringsopties. Tot slot draagt investering C16.I1 – Training voor vaardigheden op het gebied van groene energie – bij aan het aanbieden en verwerven van vaardigheden en competenties die nodig zijn voor de groene transitie.

Bijdrage aan het groeipotentieel, het scheppen van banen en de economische, sociale en institutionele veerkracht

(34)Overeenkomstig artikel 19, lid 3, punt c), van Verordening (EU) 2021/241 en criterium 2.3 van bijlage V daarbij, zal het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan met inbegrip van het REPowerEU-hoofdstuk naar verwachting een hoge impact (score A) hebben op de versterking van het groeipotentieel, op het scheppen van banen en op de economische, sociale en institutionele veerkracht van Roemenië, waarmee wordt bijgedragen tot de uitvoering van de Europese pijler van sociale rechten, onder meer door de bevordering van beleid inzake kinderen en jongeren, en op het verzachten van de economische en sociale gevolgen van de COVID-19-crisis, waardoor de economische, sociale en territoriale cohesie en de convergentie binnen de Unie worden bevorderd.

(35)Het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan, met inbegrip van het REPowerEU-hoofdstuk, draagt nog steeds bij aan de economische cohesie en blijft de zwakke punten van de economie in overeenstemming met de oorspronkelijke beoordeling aanpakken. Naast de maatregelen in het oorspronkelijke herstel- en veerkrachtplan zullen maatregelen in het REPowerEU-hoofdstuk naar verwachting ook bijdragen aan duurzame groei. Dit is bijvoorbeeld het geval voor de ondersteuning van groene vaardigheden en de ontwikkeling van hernieuwbare energiebronnen.

(36)De wijzigingen in het herstel- en veerkrachtplan hebben geen invloed op de bijdrage van het plan aan de sociale cohesie. Het gewijzigde plan bevat nog steeds maatregelen om reeds lang bestaande sociale problemen aan te pakken, zoals het reactievermogen en de toegankelijkheid van de gezondheidszorg en langdurige zorg, en de toegang tot diensten voor kinderen in kwetsbare gemeenschappen en personen met een handicap. Verwacht wordt dat de maatregelen in het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan verder zullen helpen bij de verwezenlijking van het actieplan voor de Europese pijler van sociale rechten, dat op 7 mei 2021 tijdens de top van Porto is goedgekeurd, en dat ze zullen bijdragen aan het verbeteren van de niveaus van de indicatoren van het sociale scorebord.

Geen ernstige afbreuk doen

(37)Overeenkomstig artikel 19, lid 3, punt d), van Verordening (EU) 2021/241 en criterium 2.4 van bijlage V daarbij, zal het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan met inbegrip van het REPowerEU-hoofdstuk naar verwachting waarborgen dat geen enkele erin opgenomen maatregel (score A) voor de uitvoering van hervormingen en investeringsprojecten ernstige afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852 van het Europees Parlement en de Raad 5 (het beginsel “geen ernstige afbreuk doen”).

(38)In het gewijzigde plan wordt de naleving van het beginsel “geen ernstige afbreuk doen” beoordeeld aan de hand van de methodologie die is uiteengezet in de technische richtsnoeren van de Commissie over de toepassing van het beginsel “geen ernstige afbreuk doen” in het kader van de verordening betreffende de herstel- en veerkrachtfaciliteit (C(2023) 6454 final). Wijzigingen die in het kader van de herziening van het herstel- en veerkrachtplan in maatregelen zijn aangebracht, hebben geen invloed op de beoordeling die is uitgevoerd voor de oorspronkelijke versie van het herstel- en veerkrachtplan, die hetzelfde blijft.

(39)Roemenië heeft voor de nieuwe hervormingen en investeringen een systematische beoordeling van elke maatregel aan de hand van het beginsel “geen ernstige afbreuk doen” verstrekt. Waar nodig zijn in de relevante mijlpalen en streefdoelen specifieke waarborgen opgenomen om ervoor te zorgen dat het beginsel van “geen ernstige afbreuk doen” wordt nageleefd. Op basis van de door Roemenië verstrekte informatie kan worden geconcludeerd dat het plan er naar verwachting voor zal zorgen dat geen van de maatregelen ernstige afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852.

(40)Geen enkele maatregel van het REPowerEU-hoofdstuk valt onder artikel 21 quater, lid 3, punt a), van Verordening (EU) 2021/241.

Bijdrage aan de REPowerEU-doelstellingen

(41)Overeenkomstig artikel 19, lid 3, punt d) bis, van Verordening (EU) 2021/241 en criterium 2.12 van bijlage V daarbij, zal het REPowerEU-hoofdstuk naar verwachting daadwerkelijk en in hoge mate (score A) bijdragen tot energiezekerheid, de diversificatie van de energievoorziening van de Unie, een toename van het gebruik van hernieuwbare energiebronnen en van de energie-efficiëntie, een verhoging van de opslagcapaciteit voor energie of tot de noodzakelijke vermindering van de afhankelijkheid van fossiele brandstoffen vóór 2030.

(42)Het REPowerEU-hoofdstuk van Roemenië zal naar verwachting een blijvend effect hebben op de vermindering van het verbruik van fossiele brandstoffen en de broeikasgasemissies en op de toename van het gebruik van hernieuwbare energie door de installatie van nieuwe capaciteit voor hernieuwbare energiebronnen en renovaties op het gebied van energie-efficiëntie te stimuleren, ook bij energiearme en kwetsbare energieconsumenten. Dit wordt aangevuld met een éénloketsysteem dat informatie en hulp biedt aan prosumenten. Deze maatregelen zullen naar verwachting bijdragen aan de doelstellingen die zijn vastgelegd in artikel 21 quater, lid 3, punten b), d) en e), van Verordening (EU) 2021/241.

(43)Bovendien is een maatregel in het REPowerEU-hoofdstuk gericht op het verbeteren van het onderhoud, de efficiëntie en de cyberveiligheid van het transmissienetwerk, waardoor de aansluiting van nieuwe hernieuwbare-energiecentrales wordt vergemakkelijkt en de veerkracht en betrouwbaarheid van de infrastructuur worden verbeterd. Dit zal naar verwachting bijdragen aan de doelstellingen die zijn vastgelegd in artikel 21 quater, lid 3, punten b) en e), van Verordening (EU) 2021/241. De invoering van subsidievoucherregelingen voor het verbeteren van de energie-efficiëntie van huishoudens en het inzetten van hernieuwbare energie, waarbij kwetsbare huishoudens voorrang moeten krijgen, zal naar verwachting bijdragen aan de doelstelling om energiearmoede aan te pakken, zoals vastgelegd in artikel 21 quater, lid 3, punt c), van Verordening (EU) 2021/241.

(44)Het REPowerEU-hoofdstuk zal naar verwachting ook bijdragen aan een versnelde omscholing van de beroepsbevolking naar groene vaardigheden, zoals bepaald in artikel 21 quater, lid 3, punt f), van Verordening (EU) 2021/241, met de nadruk op de ontwikkeling van vaardigheden in schone technologieën die nodig zijn voor het gebruik van hernieuwbare energiebronnen.

Maatregelen met een grensoverschrijdende of meerlandendimensie of een soortgelijk effect

(45)Overeenkomstig artikel 19, lid 3, punt d) ter, van Verordening (EU) 2021/241 en criterium 2.13 van bijlage V daarbij, wordt verwacht dat de in het REPowerEU-hoofdstuk opgenomen maatregelen in hoge mate (score A) een grensoverschrijdende of meerlandendimensie of een soortgelijk effect zullen hebben.

(46)Het REPowerEU-hoofdstuk zal naar verwachting bijdragen tot het verminderen van de afhankelijkheid van fossiele brandstoffen en de vraag naar energie. Verschillende maatregelen in het REPowerEU-hoofdstuk ondersteunen met name de inzet van hernieuwbare energiebronnen en de vermindering van de vraag naar energie in gebouwen. Het hoofdstuk bevat met name een hervorming om de identificatie van gebieden die in aanmerking komen voor versnelling te vergemakkelijken, wat naar verwachting de installatie van nieuwe hernieuwbare-energiecentrales en een investering in het gebruik van hernieuwbare energie zal stimuleren. Het hoofdstuk bevat ook een hervorming om een éénloketsysteem op te zetten, dat informatie en hulp biedt aan particulieren om systemen voor hernieuwbare energie te installeren en renovaties op het gebied van energie-efficiëntie te verrichten. Deze hervorming wordt aangevuld met een investering om zonne-energie in te zetten op woongebouwen en twee investeringen om de energie-efficiëntie in het land te verbeteren door respectievelijk openbare en particuliere gebouwen te renoveren.

(47)De geraamde kosten van de maatregelen in het REPowerEU-hoofdstuk die naar verwachting een grensoverschrijdende of meerlandendimensie of een soortgelijk effect zullen hebben, vertegenwoordigen 96,5 % van de totale geraamde kosten van het hoofdstuk.

Bijdrage aan de groene transitie, met inbegrip van biodiversiteit

(48)Overeenkomstig artikel 19, lid 3, punt e), van Verordening (EU) 2021/241 en criterium 2.5 van bijlage V daarbij, bevat het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan, met inbegrip van het REPowerEU-hoofdstuk, maatregelen die in hoge mate (score A) bijdragen tot de groene transitie, met inbegrip van biodiversiteit, of tot de aanpak van de uitdagingen die daaruit voortvloeien. De maatregelen ter ondersteuning van de klimaatdoelstellingen vertegenwoordigen 44,1 % van de totale toewijzing voor het herstel- en veerkrachtplan en 96,5 % van de totale geraamde kosten van de maatregelen in het REPowerEU-hoofdstuk, berekend volgens de in bijlage VI bij die verordening beschreven methode. Overeenkomstig artikel 17 van Verordening (EU) 2021/241 is het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan, inclusief het REPowerEU-hoofdstuk, in overeenstemming met de informatie die is opgenomen in het nationaal energie- en klimaatplan 2021-2030.

(49)De klimaatambitie van het gewijzigde plan zonder het REPowerEU-hoofdstuk daalt licht ten opzichte van het oorspronkelijke plan, voornamelijk door het terugbrengen van het niveau van de vereiste uitvoering van sommige maatregelen als gevolg van de verlaging van de maximale financiële bijdrage die beschikbaar is voor Roemenië, en bedraagt 40,1 % van het gewijzigde plan, vergeleken met 41 % voor het oorspronkelijke plan.

(50)Het REPowerEU-hoofdstuk omvat echter negen maatregelen die gericht zijn op het versnellen van de inzet van hernieuwbare energiebronnen, het tempo van renovaties op het gebied van energie-efficiëntie en de omscholing van de beroepsbevolking naar groene vaardigheden. Daarom overschrijdt de bijdrage aan de klimaatverandering van het herstel- en veerkrachtplan, met inbegrip van het REPowerEU-hoofdstuk, de minimale klimaatdoelstelling van 37 % zoals bepaald in Verordening (EU) 2021/241. De maatregelen met betrekking tot de groene transitie, met inbegrip van biodiversiteit, in het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan, met inbegrip van het REPowerEU-hoofdstuk, hebben een blijvend effect, aangezien de maatregelen gericht zijn op structurele veranderingen om de algehele afhankelijkheid van Roemenië van fossiele brandstoffen te verminderen en op grotere energiebesparingen door over te schakelen op groene technologieën, met name technologieën met betrekking tot hernieuwbare energiebronnen, energieopslag, energie-efficiëntie en decarbonisatie van de industrie. Hierdoor dragen ze ook bij aan het behalen van de streefdoelen voor 2030-2050 en de doelstelling van klimaatneutraliteit van de EU tegen 2050.

Bijdrage aan de digitale transitie

(51)Overeenkomstig artikel 19, lid 3, punt f), van Verordening (EU) 2021/241 en criterium 2.6 van bijlage V daarbij, bevat het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan maatregelen die in hoge mate (score A) bijdragen tot de digitale transitie of tot de aanpak van de daaruit voortvloeiende uitdagingen. De maatregelen ter ondersteuning van de doelstellingen inzake digitalisering zijn goed voor 21,8 % van de totale toewijzing voor het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan, berekend volgens de in bijlage VII bij die verordening beschreven methode.

(52)De wijziging van het herstel- en veerkrachtplan had geen gevolgen voor de bijdrage ervan aan de digitale transitie wat betreft de gewijzigde maatregelen. Het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan levert nog steeds een aanzienlijke bijdrage aan de digitale transitie, onder andere door het ontwikkelen van de nodige infrastructuur (het opbouwen van connectiviteit, de cloud en het verbeteren van de cyberbeveiliging) voor zowel bedrijven als de overheid.

(53)Het REPowerEU-hoofdstuk zal naar verwachting bijdragen aan de digitale transitie en het aanpakken van de daaruit voortvloeiende uitdagingen door middel van één hervorming en twee subinvesteringen. De hervorming heeft onder meer tot doel de digitalisering van het agentschap voor staatsdomeinen te ondersteunen. Eén subinvestering is gericht op het leveren van digitale oplossingen die de doeltreffendheid en snelheid van interventies op het elektriciteitstransmissienet verbeteren om onderbrekingen te verminderen. De tweede is bedoeld om het risico van cyberaanvallen op de IT-infrastructuur van de beheerder van het elektriciteitstransmissienet te beperken. Overeenkomstig artikel 21 quater, lid 5, van Verordening (EU) 2021/241 mogen hervormingen en investeringen in het REPowerEU-hoofdstuk niet in aanmerking worden genomen bij de berekening van de totale toewijzing voor het plan met het oog op de toepassing van het bij die verordening vastgestelde vereiste van het digitale streefcijfer.

Blijvend effect

(54)Overeenkomstig artikel 19, lid 3, punt g), van Verordening (EU) 2021/241 en criterium 2.7 van bijlage V daarbij, zal het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan met inbegrip van het REPowerEU-hoofdstuk naar verwachting in hoge mate (score A) een blijvend effect sorteren voor Roemenië.

(55)In het algemeen hebben de aanpassingen in het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan geen wezenlijk effect op de eerdere beoordeling van het herstel- en veerkrachtplan wat betreft het blijvend effect van hervormingen om resultaten op de lange termijn en structurele verandering te bewerkstelligen.

(56)In het herstel- en veerkrachtplan worden ook investeringen gehandhaafd waarvan verwacht wordt dat ze een blijvend effect zullen hebben en de groene en digitale transitie van de economie zullen ondersteunen. De digitale maatregelen in het herstel- en veerkrachtplan zijn bedoeld om het niveau van de digitalisering van de relevante instellingen te verhogen, wat naar verwachting een blijvend effect zal hebben op de kwaliteit van de dienstverlening, het ondernemingsklimaat en het optimale gebruik van overheidsgegevens.

(57)Tot slot wordt verwacht dat het REPowerEU-hoofdstuk van Roemenië ook een blijvend effect zal hebben en het Roemeense energiebeleid ook na de looptijd van het herstel- en veerkrachtplan vorm zal geven, door te helpen het verbruik van fossiele brandstoffen en de broeikasgasemissies te verminderen en de decarbonisatie en het gebruik van hernieuwbare energie te vergroten.

Monitoring en uitvoering

(58)Overeenkomstig artikel 19, lid 3, punt h), van Verordening (EU) 2021/241 en criterium 2.8 van bijlage V daarbij, zijn de regelingen die worden voorgesteld in het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan, inclusief het REPowerEU-hoofdstuk, passend (score A) om te zorgen voor de doeltreffende monitoring en uitvoering van het herstel- en veerkrachtplan, met inbegrip van het beoogde tijdschema en de mijlpalen en streefdoelen alsmede de bijbehorende indicatoren.

(59)In het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan worden duidelijk de bestaande regelingen beschreven die een effectieve coördinatie en uitvoering garanderen. Het ministerie van Investeringen en Europese Projecten (“MIPE”) behoudt zijn rol als nationale coördinator die belast is met de algemene uitvoering van het plan. Sinds de vaststelling van het uitvoeringsbesluit van de Raad tot goedkeuring van de beoordeling van het herstel- en veerkrachtplan van Roemenië heeft het ministerie de administratieve capaciteit van zijn gespecialiseerde structuur versterkt door middel van een interne reorganisatie en een uitbreiding van het personeelsbestand. De coördinatie op hoog niveau wordt nog steeds verzorgd door het interministerieel comité voor de coördinatie van het plan, dat nauw samenwerkt met het MIPE.

(60)Hoewel de initiële uitvoeringsregelingen van kracht blijven, omvat het REPowerEU-hoofdstuk verschillende nieuwe uitvoerende instanties naast andere die al praktijkervaring hebben met de specifieke kenmerken van de herstel- en veerkrachtfaciliteit.Daarbij wordt rekening gehouden met het feit dat, met name gezien de ambitie van het plan, de uitvoering een uitdaging blijft en nauwlettend moet worden gemonitord.

(61)Het toezicht- en rapportagemechanisme is adequaat en betrouwbaar. Het MIPE blijft verantwoordelijk voor het toezicht op de geboekte vooruitgang voor elke mijlpaal en elk streefdoel, evenals voor de rapportage over het bereiken van mijlpalen en streefdoelen op basis van de informatie die door de uitvoerende instanties wordt verstrekt. Alle gewijzigde maatregelen in het plan en in het aanvullende REPowerEU-hoofdstuk bevatten een adequaat aantal mijlpalen en streefdoelen, die realistisch en duidelijk gedefinieerd zijn om ervoor te zorgen dat de voortgang bij de uitvoering van het plan robuust kan worden gemonitord. De mijlpalen en streefdoelen zijn ook relevant voor reeds voltooide maatregelen die in aanmerking komen uit hoofde van artikel 17, lid 2, van Verordening (EU) 2021/241. Om een betalingsverzoek te kunnen rechtvaardigen, moeten deze mijlpalen en streefdoelen in de loop van de tijd op bevredigende wijze worden bereikt.

Kosten

(62)Overeenkomstig artikel 19, lid 3, punt i), van Verordening (EU) 2021/241 en criterium 2.9 van bijlage V daarbij, is de motivering die in het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan, inclusief het REPowerEU-hoofdstuk, verstrekt wordt voor het bedrag van de geraamde totale kosten van het herstel- en veerkrachtplan in redelijke mate (score B) redelijk en aannemelijk, strookt het met het kostenefficiëntiebeginsel, en staan de kosten in verhouding tot het verwachte nationale economische en sociale effect.

(63)Roemenië heeft individuele kostenramingen verstrekt voor alle nieuwe maatregelen in het REPowerEU-hoofdstuk. Afgezien van de maatregelen in het REPowerEU-hoofdstuk zijn er geen nieuwe maatregelen. Over het algemeen zorgen de aannames die Roemenië heeft gebruikt voor de kostenraming van de nieuwe maatregelen, voor een redelijke onderbouwing en methodologie. De motivering die voor de nieuwe maatregelen wordt verstrekt, is in redelijke mate (score B) redelijk en aannemelijk, strookt met het kostenefficiëntiebeginsel en staat in verhouding tot de verwachte nationale economische en sociale gevolgen. Voor een deel van de nieuwe maatregelen hadden verdere motiveringen en gedetailleerde informatie over ramingen ervoor kunnen zorgen dat er meer zekerheid was dat de kosten redelijk en aannemelijk zijn. Aangezien voor deze kostenramingen de gebruikte methodologie niet voldoende wordt toegelicht en het verband tussen de motivering en de kosten zelf soms niet volledig duidelijk is, krijgt het criterium voor kostenbeoordeling een gemiddelde score. In het geval van gewijzigde maatregelen is er voldoende informatie verstrekt om de evenredigheid van de wijzigingen in de kostenramingen of bijbehorende streefdoelen te rechtvaardigen. De beoordeling van de redelijkheid en aannemelijkheid van de kosten van de maatregelen, die nu gewijzigd zijn, is niet veranderd ten opzichte van de oorspronkelijke beoordeling van deze maatregelen. De totale kosten van het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan zijn evenredig met de verwachte sociale en economische gevolgen van de beoogde maatregelen. Tot slot zijn de geraamde totale kosten van het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan in overeenstemming met het kostenefficiëntiebeginsel en staan zij in verhouding tot de verwachte nationale economische en sociale gevolgen.

Bescherming van de financiële belangen van de Unie

(64)Overeenkomstig artikel 19, lid 3, punt j), van en criterium 2.10 van bijlage V bij Verordening (EU) 2021/241 werden de in het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan met inbegrip van het REPowerEU-hoofdstuk voorgestelde regelingen als passend (score A) beoordeeld om corruptie, fraude en belangenconflicten bij het gebruik van de financiële middelen die afkomstig zijn van de faciliteit te voorkomen, op te sporen en recht te zetten, waaronder regelingen die gericht zijn op het voorkomen van dubbele financiering van de faciliteit en andere Unieprogramma’s. Dit laat de toepassing onverlet van andere instrumenten om de naleving van het Unierecht te bevorderen en te handhaven, onder meer voor het voorkomen, opsporen en rechtzetten van corruptie, fraude en belangenconflicten, en het beschermen van de begroting van de Unie overeenkomstig Verordening (EU, Euratom) 2020/2092 van het Europees Parlement en de Raad 6 .

(65)In de oorspronkelijke beoordeling werd geconcludeerd dat de door Roemenië voorgestelde controle- en auditregelingen adequaat zijn (score A) uit hoofde van criterium 2.10 van bijlage V bij Verordening (EU) 2021/241, mits tijdig wordt voldaan aan twee mijlpalen met betrekking tot een gegevensopslagsysteem voor het toezicht op de uitvoering van het herstel- en veerkrachtplan en de goedkeuring van het wettelijke mandaat voor de belangrijkste instellingen in Roemenië die betrokken zijn bij de uitvoering van het plan. Het ministerie van Investeringen en Europese Projecten heeft de algemene verantwoordelijkheid voor de uitvoering van het plan en moet namens alle uitvoerende instanties antwoorden geven als het gaat om de operationele en administratieve aspecten van het plan. De auditautoriteit van de Rekenkamer is verantwoordelijk voor het uitvoeren van audits met betrekking tot aanvragen voor financiële middelen en het documenteren en verwezenlijken van de streefdoelen en mijlpalen.

(66)Sinds de oorspronkelijke beoordeling heeft de Commissie toegang gehad tot informatie over de daadwerkelijke uitvoering van het audit- en controlesysteem van Roemenië. Dit omvat de voorlopige bevindingen van de audit van de Commissie in Roemenië over de bescherming van de financiële belangen van de Unie.

(67)In het licht van deze informatie is de Commissie van oordeel dat het internecontrolesysteem van het herstel- en veerkrachtplan van Roemenië over het algemeen toereikend is.

Samenhang van het herstel- en veerkrachtplan

(68)Overeenkomstig artikel 19, lid 3, punt k), van Verordening (EU) 2021/241 en criterium 2.11 van bijlage V daarbij, bevat het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan, inclusief het REPowerEU-hoofdstuk, in hoge mate (score A) maatregelen voor de uitvoering van projecten voor hervormingen en overheidsinvesteringen die samenhangende acties vormen.

(69)De wijzigingen hebben geen invloed op de algemene samenhang van het plan. Voor alle belangrijke gebieden in het herstel- en veerkrachtplan – groene economie, onderwijs, ondernemingsklimaat, gezondheid, sociale inclusie, openbaar bestuur en digitalisering – zijn de componenten opgebouwd rond consistente pakketten van zowel hervormingen als investeringen, met maatregelen die elkaar wederzijds versterken of aanvullen. Er bestaan ook synergieën tussen de verschillende componenten en geen enkele maatregel is strijdig met of ondermijnt de effectiviteit van een andere maatregel. De belangrijkste aandachtspunten van het Roemeense herstel- en veerkrachtplan zijn ongewijzigd: groene transitie en digitale transformatie blijven centraal staan, waarbij de groene hervormingen en investeringen uit de componenten van het oorspronkelijke herstel- en veerkrachtplan worden versterkt door de nieuwe maatregelen in het REPowerEU-hoofdstuk. Digitale hervormingen en investeringen zijn nog altijd gericht op het ondersteunen van de terreinen met de grootste investeringskloven, zoals digitalisering van overheidsdiensten en scholen. De maatregelen in het REPowerEU-hoofdstuk zijn in overeenstemming met het Roemeense beleid dat erop gericht is broeikasgasemissies terug te dringen en het aandeel van hernieuwbare energiebronnen te vergroten. Deze maatregelen versterken ook de maatregelen in het oorspronkelijke herstel- en veerkrachtplan voor energie-efficiëntie en versterking van het elektriciteitsnetwerk, aangezien ze gericht zijn op het vergroten van het aandeel van de productie van hernieuwbare energie en het verlagen van de vraag naar energie.

Gelijkheid

(70)Het gewijzigde plan bevat nog steeds een reeks maatregelen die naar verwachting zullen bijdragen aan het aanpakken van de uitdagingen van het land op het gebied van gendergelijkheid en gelijke kansen voor iedereen. In het REPowerEU-hoofdstuk wordt bij de maatregel voor de renovatie van eengezinswoningen prioriteit gegeven aan huiseigenaren die te maken hebben met energiearmoede en kwetsbare energieverbruikers, en er wordt dus verwacht dat deze zal bijdragen aan gelijke kansen voor alle bevolkingsgroepen.

Raadplegingsproces

(71)Bij de voorbereiding van het REPowerEU-hoofdstuk werden relevante belanghebbenden geraadpleegd. Er werd een interministeriële werkgroep opgericht om het plan voor te bereiden. Het ontwerp van het REPowerEU-hoofdstuk werd voorgelegd aan het toezichtcomité van het herstel- en veerkrachtplan, bestaande uit vertegenwoordigers van overheidsorganisaties, vertegenwoordigers van vakbonden en werkgevers, vertegenwoordigers van verenigingen van lokale overheden (Nationale Unie van districtsraden van Roemenië, Vereniging van gemeenten van Roemenië, Vereniging van gemeenten van Roemenië, Vereniging van steden van Roemenië en Vereniging van gemeenten van Roemenië en Vereniging van gemeenten van Roemenië), evenals vertegenwoordigers van de Economische en Sociale Raad. Zij werden in de gelegenheid gesteld om opmerkingen te maken. In maart werd een openbare raadpleging gehouden, evenals een openbaar evenement met deelname van vertegenwoordigers uit het bedrijfsleven, het maatschappelijk middenveld en belanghebbenden. Opmerkingen en voorstellen werden door belanghebbenden naar het MIPE gestuurd. Na deze raadplegingen werd een nieuwe versie van het hoofdstuk opgesteld.

(72)Om te zorgen voor draagvlak bij de desbetreffende actoren, is het van cruciaal belang dat alle betrokken lokale autoriteiten en belanghebbenden, waaronder de sociale partners, worden betrokken bij de uitvoering van de investeringen en hervormingen in het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan met inbegrip van het REPowerEU-hoofdstuk.

Positieve beoordeling

(73)De Commissie heeft het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan, inclusief het REPowerEU-hoofdstuk, positief beoordeeld en concludeert dat het plan op bevredigende wijze voldoet aan de beoordelingscriteria van Verordening (EU) 2021/241. Nu moeten, overeenkomstig artikel 20, lid 2, van, en bijlage V bij die verordening, de hervormings- en investeringsprojecten die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan, inclusief het REPowerEU-hoofdstuk, worden vastgelegd, alsmede de relevante mijlpalen, streefdoelen en indicatoren en het bedrag dat door de Unie ter beschikking wordt gesteld voor de uitvoering van het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan, inclusief het REPowerEU-hoofdstuk, in de vorm van niet-terugbetaalbare financiële steun.

Financiële bijdrage

(74)De totale kosten van het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan inclusief het REPowerEU-hoofdstuk van Roemenië worden geraamd op 28 511 575 220 EUR. Aangezien het bedrag van de geraamde totale kosten van het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan hoger is dan de bijgewerkte maximale financiële bijdrage die voor Roemenië beschikbaar is, moet de overeenkomstig artikel 11 berekende financiële bijdrage die aan het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan van Roemenië, met inbegrip van het REPowerEU-hoofdstuk, is toegewezen, 12 125 664 294 EUR bedragen.

(75)Overeenkomstig artikel 21 bis, lid 5, van Verordening (EU) 2021/241 heeft Roemenië op 8 september 2023 een verzoek ingediend tot toewijzing van de in artikel 21 bis, lid 1, van die verordening bedoelde ontvangsten, die over de lidstaten worden verdeeld op basis van de indicatoren die zijn vastgesteld in de methode van bijlage IV bis bij Verordening (EU) 2021/241. De totale kosten van de in artikel 21 quater, lid 3, punten b) tot en met f), van Verordening (EU) 2021/241 bedoelde maatregelen in het REPowerEU-hoofdstuk worden geraamd op 2 017 474 050 EUR. Aangezien dit bedrag hoger is dan het voor Roemenië beschikbare toewijzingsaandeel, moet de aanvullende niet-terugbetaalbare financiële steun die voor Roemenië beschikbaar is, gelijk zijn aan het toewijzingsaandeel. Dit bedrag is gelijk aan 1 397 228 597 EUR.

(76)Daarnaast heeft Roemenië overeenkomstig artikel 4 bis van Verordening (EU) 2021/1755 7 , een met redenen omkleed verzoek ingediend om zijn gehele resterende voorlopige toewijzing uit de middelen van de reserve voor aanpassing aan de Brexit, ten bedrage van 43 162 623 EUR, naar de faciliteit over te dragen. Dat bedrag moet beschikbaar worden gesteld om de hervormingen en investeringen in het REPowerEU-hoofdstuk te ondersteunen als aanvullende niet-terugbetaalbare financiële steun.

(77)De totale financiële bijdrage die voor Roemenië beschikbaar is, moet 13 566 055 514 EUR bedragen.

Voorfinanciering voor REPowerEU

(78)Roemenië heeft verzocht om de volgende financiering voor de uitvoering van zijn REPowerEU-hoofdstuk: overdracht van 43 162 623 EUR uit de voorlopige toewijzing uit de middelen van de reserve voor aanpassing aan de Brexit en 1 397 228 597 EUR uit de inkomsten uit het emissiehandelssysteem uit hoofde van Richtlijn 2003/87/EG van het Europees Parlement en de Raad.

(79)Voor deze bedragen heeft Roemenië op 8 september 2023 krachtens artikel 21 quinquies van Verordening (EU) 2021/241 verzocht om 20 % van de gevraagde financiering voor te financieren. Onder voorbehoud van de beschikbare middelen moet die voorfinanciering ter beschikking van Roemenië worden gesteld, onder voorbehoud van de inwerkingtreding van en in overeenstemming met een overeenkomst tussen de Commissie en Roemenië overeenkomstig artikel 23, lid 1, van Verordening (EU) 2021/241 (de “financieringsovereenkomst”).

(80)Het Uitvoeringsbesluit ST 12319/2021; ST 12319/2021 ADD 1 van de Raad van 29 oktober 2021 betreffende de goedkeuring van de beoordeling van het herstel- en veerkrachtplan voor Roemenië moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd. Voor de duidelijkheid moet de bijlage bij dat uitvoeringsbesluit volledig worden vervangen,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Uitvoeringsbesluit (EU) ST 12319 2021, ST 12319 2021 ADD 1 wordt als volgt gewijzigd:

1) De tekst van artikel 1 wordt vervangen door:

Artikel 1

Goedkeuring van de beoordeling van het herstel- en veerkrachtplan

De beoordeling van het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan van Roemenië op grond van de criteria van artikel 19, lid 3, van Verordening (EU) 2021/241 wordt goedgekeurd. De hervormings- en investeringsprojecten in het kader van het herstel- en veerkrachtplan, de regelingen en het tijdschema voor de monitoring en de uitvoering van het herstel- en veerkrachtplan, met inbegrip van de relevante mijlpalen en streefdoelen, de relevante indicatoren voor het bereiken van de beoogde mijlpalen en streefdoelen, en de regelingen voor volledige toegang door de Commissie tot de relevante onderliggende gegevens worden vastgelegd in de bijlage bij dit besluit.”;

2) In artikel 2 worden de leden 1 en 2 vervangen door:

“1. De Unie stelt aan Roemenië een financiële bijdrage ter beschikking in de vorm van niet-terugbetaalbare steun ten bedrage van 13 566 055 514 EUR 8 . Deze bijdrage omvat:

(a)een bedrag van 10 211 538 399 EUR dat ter beschikking wordt gesteld om uiterlijk op 31 december 2022 in een juridische verbintenis te worden vastgelegd;

(b)een bedrag van 1 914 125 895 EUR dat ter beschikking wordt gesteld om voor de periode van 1 januari 2023 tot en met 31 december 2023 in een juridische verbintenis te worden vastgelegd;

(c)een bedrag van 1 397 228 597 EUR 9 , overeenkomstig artikel 21 bis, lid 6, van Verordening (EU) 2021/241, uitsluitend voor de in artikel 21 quater van die verordening bedoelde maatregelen, met uitzondering van de in artikel 21 quater, lid 3, punt a), bedoelde maatregelen;

(d)een bedrag van 43 162 623 EUR, overgeheveld van de reserve voor aanpassing aan de Brexit naar de faciliteit.

2. De financiële bijdrage van de Unie wordt door de Commissie aan Roemenië in termijnen beschikbaar gesteld in overeenstemming met de bijlage bij dit besluit. Een bedrag van 1 851 159 668 EUR wordt beschikbaar gesteld als voorfinanciering overeenkomstig artikel 13 van Verordening (EU) 2021/241.

Een bedrag van 288 078 244 EUR wordt beschikbaar gesteld als voorfinanciering overeenkomstig artikel 21 quinquies van Verordening (EU) 2021/241. Die voorfinanciering kan door de Commissie in maximaal twee tranches worden uitbetaald.

De voorfinanciering en de termijnen mogen door de Commissie worden uitbetaald in een of meerdere tranches. De omvang van de tranches is afhankelijk van de beschikbaarheid van de middelen.”;

3) De bijlage wordt vervangen door de tekst in de bijlage bij dit besluit.

Artikel 2 Adressaat

Dit besluit is gericht tot Roemenië.

Gedaan te Brussel,

   Voor de Raad

   De voorzitter

(1)    PB L 57 van 18.2.2021, blz. 17.
(2)    ST 12319/2021; ST 12319/2021 ADD 1.
(3)    Dit bedrag stemt overeen met de financiële toewijzing na aftrek van het proportionele aandeel van Roemenië in de uitgaven van artikel 6, lid 2, van Verordening (EU) 2021/241, berekend volgens de methode van artikel 11 van die verordening.
(4)    Dit bedrag stemt overeen met de financiële toewijzing na aftrek van het proportionele aandeel van Roemenië in de uitgaven van artikel 6, lid 2, van Verordening (EU) 2021/241, berekend volgens de methode van artikel 11 van die verordening.
(5)    Verordening (EU) 2020/852 van het Europees Parlement en de Raad van 18 juni 2020 betreffende de totstandbrenging van een kader ter bevordering van duurzame beleggingen en tot wijziging van Verordening (EU) 2019/2088 (PB L 198 van 22.6.2020, blz. 13).
(6)    Verordening (EU, Euratom) 2020/2092 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2020 betreffende een algemeen conditionaliteitsregime ter bescherming van de Uniebegroting (PB L 433 I van 22.12.2020, blz. 1).
(7)    Verordening (EU) 2021/1755 van het Europees Parlement en de Raad van 6 oktober 2021 tot oprichting van de reserve voor aanpassing aan de Brexit (PB L 357 van 8.10.2021, blz. 1).
(8)    Dit bedrag stemt overeen met de financiële toewijzing na aftrek van het proportionele aandeel van Roemenië in de uitgaven van artikel 6, lid 2, van Verordening (EU) 2021/241, berekend volgens de methode van artikel 11 van die verordening.
(9)    Dit bedrag stemt overeen met de financiële toewijzing na aftrek van het proportionele aandeel van Roemenië in de uitgaven van artikel 6, lid 2, van Verordening (EU) 2021/241, berekend volgens de methode van bijlage IV bis bij die verordening.
Top

Brussel, 21.11.2023

COM(2023) 747 final

BIJLAGE

bij het

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

tot wijziging van Uitvoeringsbesluit (EU) (ST 12319/2021, ST 12319/2021 ADD 1) van 29 oktober 2021 betreffende de goedkeuring van de beoordeling van het herstel- en veerkrachtplan voor Roemenië

{SWD(2023) 382 final}


BIJLAGE

1.DEEL 1: HERVORMINGEN EN INVESTERINGEN IN HET KADER VAN HET HERSTEL- EN VEERKRACHTPLAN

Beschrijving van hervormingen en investeringen

A.ONDERDEEL 1: Waterbeheer

Het doel van deze component is te zorgen voor een duurzame watervoorziening met het oog op een veilige toekomst van mens, milieu en economie. De component heeft met name tot doel: (1) de toegang van het publiek tot openbare water- en sanitaire voorzieningen te verbeteren, met name in plattelandsgebieden, in overeenstemming met de vereisten van de wetgeving van de Europese Unie, en deze toegankelijk te maken voor alle sociale groepen; (2) de veiligheid van bestaande accumulaties te vergroten; (3) versterking van de administratieve en responscapaciteit van het nationaal waterbeheer (ANAR) in noodsituaties, met name in verband met infrastructuur voor waterbeheer; (4) de nauwkeurigheid van voorspellingen van weerswaarschuwingen en waarschuwingssystemen verbeteren om het aantal doden en gewonden als gevolg van extreme weersomstandigheden te verminderen.

De component bestaat uit twee hervormingen en zeven investeringen.

De in de component opgenomen maatregelen zullen naar verwachting een aantal uitdagingen aanpakken die in de landspecifieke aanbeveling aan de orde zijn gesteld om de investeringen toe te spitsen op de groene en de digitale transitie, met name op onder meer milieu-infrastructuur (landspecifieke aanbevelingen 4, 2019 en landspecifieke aanbeveling 3, 2020).

Verwacht wordt dat geen enkele maatregel in deze component ernstig afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregelen en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01).

A.1.    Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor de lening

Hervorming 1. Versterking van het regelgevingskader voor duurzaam beheer van de water- en afvalwatersector en snellere toegang van het publiek tot hoogwaardige diensten in het kader van Europese richtlijnen

Het doel van deze hervorming is het verbeteren van de capaciteit van regionale exploitanten van water- en afvalwaterinfrastructuur en het verbeteren van de kwaliteit en efficiëntie van de samenwerking tussen hen en lokale overheden/intercommunale ontwikkelingsorganisaties (IDA’s) en eigenaren van water- en afvalwaterinfrastructuur. Daartoe worden een aantal wijzigingen in de wet- en regelgeving aangebracht:

1) wet nr. 241/2006 betreffende de watervoorziening en de riolering wordt gewijzigd om het volgende mogelijk te maken:

-Goedkeuring van de tariefstrategie van de regionale exploitant van water en riolering door de algemene vergadering van de Intercommunale Ontwikkelingsverenigingen (IDA’s), op basis van het speciale mandaat van de lokale bestuurlijke eenheden. Door deze wijziging wordt de tijd die nodig is voor de goedkeuring van de tariefstrategie aanzienlijk ingekort, zodat de infrastructuur voor water- en afvalwaterdiensten kan worden uitgebreid.

-Lokale overheidsinstanties verplichten een register bij te houden van natuurlijke en rechtspersonen die geen afvalwater lozen in het openbare rioleringsnet en de lijst van deze personen jaarlijks aan de Nationale Milieuwacht toe te zenden.

-Gebruikers te verplichten zich aan te sluiten op bestaande openbare rioleringssystemen indien zij niet over een geschikt inzamelings- en behandelingssysteem beschikken.

-In voorkomend geval alleen de levering van de waterdienst mogelijk te maken, op voorwaarde dat het afvalwater wordt opgevangen via individuele opvang- en behandelingssystemen die hetzelfde niveau van milieubescherming waarborgen als gecentraliseerde inzamelings- en behandelingssystemen.

-Zorgen voor het uitzonderlijke karakter van adequate individuele systemen, in die zin dat deze systemen betrekking hebben op situaties waarin gecentraliseerde systemen technisch en economisch niet haalbaar zijn.

-De directe lozing van onbehandeld afvalwater uit geschikte individuele systemen in het milieu verbieden.

-Criteria ontwikkelen voor vergunningverlening, bouw, registratie/registratie, exploitatie en onderhoud van geschikte individuele systemen.

De uitvoering van de bovengenoemde hervorming wordt uiterlijk op 31 december 2021 voltooid.

2) inwerkingtreding van de wet tot goedkeuring van het nationale programma „Eerste aansluiting op water en sanitaire voorzieningen”, dat gezinnen en alleenstaanden met een laag inkomen (die een gemiddeld maandelijks netto-inkomen hebben dat lager is dan het gegarandeerde bruto nationaal minimumloon per gezinslid) moet helpen om de kosten voor aansluiting op het watervoorzienings- en rioleringssysteem te betalen. De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 31 maart 2022 voltooid.

3) ondertekening van uitvoeringsovereenkomsten tussen het bestuur van het Milieufonds en de lokale overheden die deelnemen aan het eerste programma voor aansluiting op water en sanitaire voorzieningen. De overeenkomsten moeten uiterlijk op 31 december 2022 zijn voltooid.

Hervorming. 2 herconfiguratie van het huidige economische mechanisme van het Nationaal Waterbeheer (ANAR) met het oog op de modernisering en het onderhoud van het nationale waterbeheersysteem en de correcte uitvoering van de kaderrichtlijn water en de overstromingsrichtlijn

Het doel van de hervorming is te zorgen voor de modernisering en het onderhoud van het nationale waterbeheersysteem en de correcte uitvoering van Richtlijn 2000/60/EG (kaderrichtlijn water) en Richtlijn 2007/60/EG (overstromingsrichtlijn) en te zorgen voor een zo efficiënt mogelijk kostenbeheer op ANAR-niveau.

Daartoe wordt een nieuw economisch mechanisme operationeel gemaakt dat ANAR in staat stelt zo goed mogelijk tegemoet te komen aan de behoeften van de consument, onder meer door de koppeling tussen taken en personeelsstructuur te verbeteren, door de nodige studies uit te voeren voor de 11 stroomgebieden in Roemenië, die betrekking hebben op: I) het economische belang van duurzaam waterbeheer en duurzaam watergebruik; II) trends in de ontwikkeling van de waterbehoeften en de op het niveau van stroomgebieden/gebieden opgevangen water; en iii) macro-economische indicatoren op middellange en lange termijn en het optimale mechanisme voor kostenterugwinning voor de watervolumes die ANAR aan gebruikers van waterbronnen verstrekt in overeenstemming met de vereisten inzake ecologisch debiet.

Op basis van deze studies worden wetswijzigingen van waterwet nr. 107/1996 vastgesteld om het nieuwe economische mechanisme voor watervoorraden in Roemenië te reguleren.

De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 30 september 2024 voltooid.

Hervorming 1 gaat vergezeld van drie investeringen — investeringen 1, 2 en 3.



Investering 1. Uitbreiding van water- en rioleringssystemen in agglomeraties met meer dan 2 000 inwonerequivalenten, met prioriteit in het versnelde plan voor de naleving van de Europese richtlijnen

Het doel van deze investering is het uitbreiden van de dekking van water- en afvalwateropvangsystemen in gemeenten met meer dan 2 000 inwonerequivalenten, met prioriteit in het plan voor een snellere naleving van de Europese richtlijnen.

Als gevolg van de investering moet in agglomeraties met meer dan 1 282 inwonerequivalenten (l.e) in totaal 2 000 km waterdistributienetten en ten minste 2 003 km riolering worden aangelegd en operationeel worden gemaakt, met prioriteit in het versnelde plan voor de naleving van de Europese richtlijnen en in overeenstemming met de wijzigingen van wet nr. 241/2006 die in het kader van hervorming 1 zijn aangenomen.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

Investering 2. Opvang van afvalwater in agglomeraties met minder dan 2 000 inwonerequivalenten die het bereiken van een goede toestand van waterlichamen in de weg staan en/of gevolgen hebben voor beschermde natuurlijke gebieden

Het doel van de investering is de aanleg van individuele systemen of andere geschikte (gemeenschappelijke) systemen voor de opvang van afvalwater in agglomeraties met minder dan 2 000 inwonerequivalenten.

Als gevolg van de investering moeten in totaal ten minste 12 900 afzonderlijke of andere geschikte systemen en ten minste 320 km riolering worden aangelegd en operationeel gemaakt. De investering gaat pas van start na de goedkeuring van de wetswijzigingen inzake passende individuele systemen (hervorming 1) en de inwerkingtreding van de wetgevingshandeling tot goedkeuring van het nationale programma voor de eerste aansluiting op de water- en rioleringsnetten (hervorming 1) en moet in overeenstemming zijn met de wijzigingen van wet nr. 241/2006 die in het kader van de hervorming van 1 zijn aangenomen.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

Investering 3. Ondersteuning van de aansluiting van de bevolking met een laag inkomen op bestaande water- en rioleringsnetwerken

Het doel van de investering is steun te verlenen aan gezinnen en alleenstaanden met een laag inkomen (die een gemiddeld maandelijks netto kasinkomen hebben dat lager is dan het gegarandeerde bruto nationaal minimumloon per gezinslid) om de kosten van aansluiting op het openbare watervoorzienings- en sanitaire systeem te dekken.

Als gevolg van de investering worden ten minste 70 851 extra huishoudens aangesloten op water en riolering via het nationale programma voor eerste aansluiting op water en sanitaire voorzieningen, dat in het kader van de hervorming van 1 is goedgekeurd. De investering wordt uitgevoerd door de lokale autoriteiten via de openbare water- en rioleringsbedrijven die de geplande bouwsystemen beheren. De investering dient ter financiering van kosten die door de aanbestedende diensten overeenkomstig de wettelijke bepalingen zijn gemaakt en gerechtvaardigd, met dien verstande dat het niveau van 2 371 EUR per aangesloten huishouden niet mag worden overschreden.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

Investering 4. Aanpassing aan de klimaatverandering door automatisering en digitalisering van apparatuur voor de verwijdering en opslag van water van bestaande accumulaties om de ecologische doorstroming te waarborgen, de zekerheid van de watervoorziening van de bevolking te vergroten en het risico op overstromingen te verminderen

De investering bestaat uit twee subinvesteringen: (1) herstel van bestaande defensielijnen overeenkomstig de overstromingsrichtlijn en de nationale strategie voor overstromingsrisicobeheer; en (2) herstel van bestaande accumulaties die dreigen in te storten.

Het doel van de eerste subinvestering is de renovatie van bestaande overstromingsverdedigingslijnen. Als gevolg van deze subinvestering moet in totaal ten minste 408 km aan overstromingsverdedigingslijnen worden hersteld in overeenstemming met de overstromingsrichtlijn en de nationale strategie voor overstromingsrisicobeheer. Bij de herstelwerkzaamheden wordt prioriteit gegeven aan gebieden op basis van preventie- en beschermingsplannen en de beperking van overstromingen, en wordt gebruikgemaakt van vullingen uit lokaal materiaal dat uit de dyke-riverbank wordt gewonnen, gevolgd door bedekking van gras.

De uitvoering van de subinvestering wordt uiterlijk op 31 maart 2026 voltooid.

Het doel van de tweede subinvestering is het herstel en de renovatie van beschadigde dammen en polders ter voorkoming van overstromingen op bestaande overstromingsverdedigingslijnen, teneinde hun vermogen om overstromingen te voorkomen te herstellen en te behouden. De subinvestering wordt uitgevoerd door de goedkeuring, uiterlijk op 30 juni 2023, van de projectontwerpen voor het herstel van 13 bestaande dammen, waarvoor er geen haalbare alternatieven zijn om overstromingsrisico’s te verminderen. Op basis van deze projectontwerpen moeten 13 bestaande dammen, waarvoor herziene haalbaarheidsstudies hebben geconcludeerd dat er geen haalbare alternatieven zijn om overstromingsrisico’s te verminderen, worden hersteld. De rehabilitatie vindt plaats in overeenstemming met de eisen die zijn vastgesteld in de haalbaarheidsstudies en projectontwerpen, en voldoet volledig aan de resultaten en voorwaarden van de uitgebreide en cumulatieve MEB die is voltooid overeenkomstig Richtlijn 2011/92/EU (MEB-richtlijn), alsook aan relevante beoordelingen in het kader van Richtlijn 2000/60/EG (kaderrichtlijn water) en de passende beoordeling uit hoofde van Richtlijn 92/43/EEG (habitatrichtlijn), met inbegrip van de uitvoering van de vereiste risicobeperkende maatregelen. Een goede ecologische toestand/een goed ecologisch potentieel van de betrokken waterlichamen in overeenstemming met de eisen van de kaderrichtlijn water moet worden bereikt en gestaafd met de meest recente relevante ondersteunende gegevens, en elke achteruitgang moet worden vermeden. Wat de polders ter voorkoming van overstromingen betreft, moeten als gevolg van deze investering 13 polders voor overstromingspreventie op bestaande overstromingsverdedigingslijnen worden gesaneerd of nieuw geïnstalleerd.

De uitvoering van de subinvestering wordt uiterlijk op 31 maart 2026 voltooid.

Investering 5. Passende middelen voor het beheer van stroomgebieden met het oog op de monitoring van en de preventie van en de reactie op noodsituaties

Het doel van de investering is ANAR/stroomgebiedbeheersinstanties te voorzien van de nodige machines en apparatuur om in te grijpen om de gevolgen van extreme weersomstandigheden te beperken.

Als gevolg van de investering moeten 11 stroomgebiedbeheerders zijn uitgerust met machines voor de toegang tot en interventie van ruw terrein, amfibische toegang en het vervoer van mobiele zandzakken/dijken in moeilijk bereikbare gebieden; drones uitgerust met LIDAR/Flir/fotogrammetriesensoren; geoelectro-resistieve/geo-radartechnologieën van dijkbakken, en hardware- en software-infrastructuur voor gegevensanalyse en -opslag die door bovengenoemde apparatuur zijn verzameld, teneinde overstromingspreventie en -respons op noodsituaties te ondersteunen en te verbeteren.

Verwachtwordt dat deze maatregel geen ernstige afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregel en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01). Met name eventuele aan te kopen voertuigen hebben specifieke CO2-emissies, zoals gedefinieerd in artikel 3, lid 1, punt h), van Verordening (EU) 2019/631, die lager zijn dan 50gCO2/km.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2024 zijn voltooid.

Investering 6. Uitvoering van het waterkadaster

Het doel van de investering is te zorgen voor een snelle afbakening van kleine waterlopen, waarbij gebruik wordt gemaakt van technieken voor de interpretatie en verwerking van semiautomatische satellietinformatie die wereldwijd en Europees beschikbaar is voor ongeveer 70 % van de lengte van de kadastrale waterlopen, de bepaling met behulp van semi-automatische methoden van hydromorfologische actieve gebieden (erosie/sedimentatie) ter ondersteuning van de uitvoering van de kaderrichtlijn water, en van kritieke punten van de langsinfrastructuur van waterlopen (dammen, uitrusting aan de wal) om prioriteit te geven aan de uitvoering van de overstromingsrichtlijn.

Het waterkadaster wordt ontwikkeld en operationeel gemaakt door i) het Digital Terrain Model (DTM)/het Digital Surface Model (DSM) op nationaal niveau aan te kopen, op basis van satellietinformatie die ter beschikking wordt gesteld van alle overheidsinstanties; ontwikkeling van software voor de bepaling van de modificatie van de rivierbedding (erosiesedimentatieproces), monitoring van grindwinning en het potentieel van grondverschuivingen in de gebieden van het ensemble van dammeren; semiautomatische digitalisering en afbakening van kleine rivierbedden op basis van DTM/DSM orthofoto en satellietbeelden.

De uitvoering van de investering wordt voltooid op 31 december 2025.

Investering 7. Uitbreiding van het nationale observatienetwerk van het Nationaal Geïntegreerd Meteorologisch Systeem (SIMIN)

Het doel van deze investering is het vergroten van de capaciteit om ernstige weersomstandigheden (nowcasting) te voorspellen en zo de negatieve effecten ervan te verminderen of te voorkomen. Dit wordt bereikt door de uitbreiding van het nationale netwerk van waarnemingen in het kader van het nationaal geïntegreerd meteorologisch systeem (SIMIN) met automatische en autonome meteorologische grondstations en agro-meteorologische stations.

Als gevolg van deze investering moeten uiterlijk op 31 december 2025 300 automatische en autonome grondmeteorologische stations en 100 agrometeorologische stations worden verworven en operationeel worden gemaakt. Daarnaast moet de informatie- en communicatietechnologie voor de integratie van de aanvullende meteorologische stations in het nationaal geïntegreerd meteorologisch systeem (SIMIN) uiterlijk op 30 juni 2026 operationeel zijn.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

 

A.2.    Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor de lening

Volgende NUM.

Gerelateerde maatregel (hervorming of investering)

Mijlpaal/Doelstelling

Naam

Kwalitatieve

indicatoren 
(voor mijlpalen)

Kwantitatieve

indicatoren
(voor streefcijfers)

Indicatieve tijdlijn

in te vullen

Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling

Eenheid

van

meten

Basislijn

Doelstelling

Kwartaal

Jaar

1

Hervorming 1. Versterking van het regelgevingskader voor duurzaam beheer van de water- en afvalwatersector en snellere toegang van het publiek tot hoogwaardige diensten in het kader van Europese richtlijnen

Mijlpaal

Inwerkingtreding van de wijzigingen van wet nr. 241/2006 inzake watervoorziening en riolering

Wetsbepaling met vermelding van de inwerkingtreding van de nieuwe wettelijke regeling

KWARTAAL 4

2021

Inwerkingtreding van de wijzigingen van wet nr. 241/2006 betreffende de watervoorziening en de riolering, die:

-De goedkeuring van de tariefstrategie van de regionale exploitant van water en riolering mogelijk te maken door de algemene vergadering van de Intercommunale Ontwikkelingsverenigingen (IDA’s), op basis van het speciale mandaat van de lokale bestuurlijke eenheden. Door deze wijziging wordt de tijd die nodig is voor de goedkeuring van de tariefstrategie aanzienlijk ingekort, zodat de infrastructuur voor water- en afvalwaterdiensten kan worden uitgebreid.

-Lokale overheidsinstanties verplichten een register bij te houden van natuurlijke en rechtspersonen die geen afvalwater lozen in het openbare rioleringsnet en de lijst van deze personen jaarlijks aan de Nationale Milieuwacht toe te zenden.

-Gebruikers te verplichten zich aan te sluiten op bestaande openbare rioleringssystemen indien zij niet over een geschikt inzamelings- en behandelingssysteem beschikken.

-In voorkomend geval alleen de levering van de waterdienst mogelijk te maken, op voorwaarde dat het afvalwater wordt opgevangen via individuele opvang- en behandelingssystemen die hetzelfde niveau van milieubescherming waarborgen als gecentraliseerde inzamelings- en behandelingssystemen.

- Zorgen voor de uitzonderlijke aard van adequate individuele systemen, die alleen betrekking hebben op situaties waarin gecentraliseerde systemen technisch en economisch niet haalbaar zijn.

-De directe lozing van onbehandeld afvalwater uit geschikte individuele systemen in het milieu verbieden.

-Criteria ontwikkelen voor vergunningverlening, bouw, registratie/registratie, exploitatie en onderhoud van geschikte individuele systemen.

2

Hervorming 1. Versterking van het regelgevingskader voor duurzaam beheer van de water- en afvalwatersector en snellere toegang van mensen tot hoogwaardige diensten in het kader van Europese richtlijnen

Mijlpaal

Inwerkingtreding van de wet tot goedkeuring van het nationale programma „Eerste verbinding met water en sanitaire voorzieningen”

Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de wet inzake het eerste programma voor aansluiting op water en sanitaire voorzieningen

KWARTAAL 1

2022

Inwerkingtreding van de wet tot goedkeuring van het nationale programma „First Conconnection to Water and Sanitation”, dat gezinnen en alleenstaanden met een laag inkomen (die een gemiddeld maandelijks netto-inkomen in geld hebben dat lager is dan het gegarandeerde bruto nationaal minimumloon per gezinslid) ondersteunt om de kosten voor aansluiting op het watervoorzienings- en rioleringssysteem te betalen.

Huishoudens met een laag inkomen worden door de lokale autoriteiten geïdentificeerd. Het eerste verbindingsprogramma financiert vervolgens, via het beheer van het Milieufonds, de verbindingswerkzaamheden voor de geïdentificeerde gezinnen die door de plaatselijke autoriteiten zijn gecontracteerd.

3

Hervorming 1. Versterking van het regelgevingskader voor duurzaam beheer van de water- en afvalwatersector en snellere toegang van mensen tot hoogwaardige diensten in het kader van Europese richtlijnen

Mijlpaal

Uitvoeringsovereenkomsten gesloten met de lokale overheden die deelnemen aan het eerste programma voor aansluiting op water en sanitaire voorzieningen

Uitvoeringsovereenkomsten gesloten met de lokale overheden die deelnemen aan het eerste programma voor aansluiting op water en sanitaire voorzieningen

KWARTAAL 4

2022

Het bestuur van het Milieufonds ondertekent de uitvoeringsovereenkomsten met de lokale autoriteiten die deelnemen aan het eerste programma voor aansluiting op water en sanitaire voorzieningen.

4

Hervorming 2. Herconfiguratie van het huidige economische mechanisme van ANAR om de modernisering en het onderhoud van het nationale waterbeheersysteem en de correcte uitvoering van de kaderrichtlijn water en de overstromingsrichtlijn te waarborgen

Mijlpaal

Inwerkingtreding van de wet tot wijziging van waterwet nr. 107/1996

Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van een wetgevingshandeling voor wijzigingen van waterwet nr. 107/1996

 

 

 

KWARTAAL 3

2024

Op basis van de uitgevoerde studies worden wetswijzigingen van waterwet nr. 107/1996 vastgesteld en in werking getreden om het nieuwe economische mechanisme voor watervoorraden in Roemenië te reguleren.

Het nieuwe mechanisme verbetert de correlatie tussen het door ANAR gereguleerde waterinkomstensysteem (ANAR) en de kosten voor elke categorie watergebruikers waaraan ANAR de nodige watervolumes levert, in overeenstemming met de eisen inzake ecologisch debiet.

5

Investering 1. Uitbreiding van water- en rioleringssystemen in agglomeraties met meer dan 2 000 inwonerequivalenten, met prioriteit in het versnelde plan voor de naleving van de Europese richtlijnen

Doel

Aangelegde en operationele waterdistributienetten

 

Kilometers (km)

 0

319

 KWARTAAL 3

 2024

Ten minste 319 km waterdistributienetten moeten worden aangelegd en operationeel worden gemaakt in de gemeenten in agglomeraties die prioriteit hebben gekregen in het versnelde plan voor de naleving van de Europese richtlijnen en in overeenstemming met de wijzigingen van wet nr. 241/2006 in mijlpaal 1.

6

Investering 1. Uitbreiding van water- en rioleringssystemen in agglomeraties met meer dan 2 000 inwonerequivalenten, met prioriteit in het versnelde plan voor de naleving van de Europese richtlijnen

Doel

Aangelegde en operationele waterdistributienetten

 

 Kilometers (km)

319

 1 282

 KWARTAAL 2

2026 

In totaal wordt 1 282 km waterdistributienetten aangelegd en operationeel gemaakt in de gemeenten in agglomeraties die prioriteit hebben gekregen in het versnelde plan voor de naleving van de Europese richtlijnen en in overeenstemming met de wijzigingen van wet nr. 241/2006 in mijlpaal 1.

7

Investering 1. Uitbreiding van water- en rioleringssystemen in agglomeraties met meer dan 2 000 inwonerequivalenten, met prioriteit in het versnelde plan voor de naleving van de Europese richtlijnen

Doel

Aangelegde en operationele rioleringsnetten

 

Kilometers (km)

0

239

KWARTAAL 3

2024

Een rioolnetwerk van ten minste 239 km moet worden aangelegd en operationeel gemaakt in agglomeraties met meer dan 2 000 inwonerequivalenten (l.e), met prioriteit in het versnelde plan voor de naleving van de Europese richtlijnen en in overeenstemming met de wijzigingen van wet nr. 241/2006 in mijlpaal 1.

8

Investering 1. Uitbreiding van water- en rioleringssystemen in agglomeraties met meer dan 2 000 inwonerequivalenten, met prioriteit in het versnelde plan voor de naleving van de Europese richtlijnen

Doel

Aangelegde en operationele rioleringsnetwerken die in agglomeraties zijn gebouwd en operationeel zijn, met prioriteit in het versnelde plan voor de naleving van de Europese richtlijnen.

 

Kilometers (km)

239

2 003

KWARTAAL 2

2026

In agglomeraties met meer dan 2 003 inwonerequivalenten (l.e) moet een rioolnetwerk van ten minste 2 000 km worden aangelegd en operationeel worden gemaakt, met prioriteit in het versnelde plan voor de naleving van de Europese richtlijnen en in overeenstemming met de wijzigingen van wet nr. 241/2006 die in mijlpaal 1 zijn opgenomen.

9

Investering 2. Opvang van afvalwater in agglomeraties met minder dan 2 000 inwonerequivalenten die het bereiken van een goede toestand van waterlichamen in de weg staan en/of gevolgen hebben voor beschermde natuurgebieden

Doel

Afzonderlijke of andere geschikte systemen die zijn gebouwd en operationeel zijn in agglomeraties met minder dan 2 000 inwonerequivalenten

 

Aantal

0

1 000

KWARTAAL 4

2023

Er worden ten minste 1 000 afzonderlijke of andere geschikte systemen gebouwd en operationeel gemaakt om de belasting te verlichten in agglomeraties met minder dan 2 000 inwonerequivalenten die het bereiken van een goede toestand van waterlichamen en/of gevolgen hebben voor beschermde natuurlijke gebieden.

10

Investering 2. Opvang van afvalwater in agglomeraties met minder dan 2 000 inwonerequivalenten die het bereiken van een goede toestand van waterlichamen in de weg staan en/of gevolgen hebben voor beschermde natuurgebieden

Doel

Afzonderlijke of andere geschikte systemen die zijn gebouwd en operationeel zijn in agglomeraties met minder dan 2 000 inwonerequivalenten.

 

Aantal

1 000

12 900

KWARTAAL 2

2026

Ten minste 12 900 in totaal worden afzonderlijke of andere geschikte systemen gebouwd en operationeel gemaakt om de belasting te verlichten in agglomeraties met minder dan 2 000 inwonerequivalenten die het bereiken van een goede toestand van waterlichamen en/of gevolgen hebben voor beschermde natuurlijke gebieden.

11

Investering 2. Opvang van afvalwater in agglomeraties met minder dan 2 000 inwonerequivalenten die het bereiken van een goede toestand van waterlichamen in de weg staan en/of gevolgen hebben voor beschermde natuurlijke gebieden

Doel

Aangelegd en operationeel rioleringsnet in agglomeraties met minder dan 2 000 inwonerequivalenten.

 

Kilometers (km)

0

80

KWARTAAL 2

2024

Een rioolnetwerk van ten minste 80 km in agglomeraties met minder dan 2 000 inwonerequivalenten moet worden aangelegd en operationeel zijn en in overeenstemming zijn met de wijzigingen van wet nr. 241/2006 die in mijlpaal 1 zijn vastgesteld.

12

Investering 2. Opvang van afvalwater in agglomeraties met minder dan 2 000 inwonerequivalenten die het bereiken van een goede toestand van waterlichamen in de weg staan en/of gevolgen hebben voor beschermde natuurgebieden

Doel

Aangelegde en operationele rioleringsnetwerken in agglomeraties met minder dan 2 000 inwonerequivalenten

 

Kilometers (km)

80

320

KWARTAAL 2

2026

In agglomeraties met minder dan 320 inwonerequivalenten moet ten minste 2 000 km aan rioolrioolnetwerk worden aangelegd en operationeel zijn en in overeenstemming zijn met de wijzigingen van wet nr. 241/2006 die in mijlpaal 1 zijn vastgesteld.

13

Investering 3. Ondersteuning van de aansluiting van de bevolking met een laag inkomen op bestaande water- en rioleringsnetwerken

Doel

Huishoudens aangesloten op water- en rioleringsnetwerken via het nationale programma „Eerste aansluiting op water en sanitaire voorzieningen”

 

Aantal

0

70 851

KWARTAAL 2

2026

Ten minste 70 851 extra huishoudens worden aangesloten op water en riolering via het nationale programma „Eerste aansluiting op water en sanitaire voorzieningen”.

14

Investering 4.1 Herstel van bestaande defensielijnen overeenkomstig de overstromingsrichtlijn en de nationale strategie voor overstromingsrisicobeheer

Doel

Herstelde overstromingsverdedigingslijnen in overeenstemming met de overstromingsrichtlijn en de nationale strategie voor overstromingsrisicobeheer

 

Kilometers (km)

0

79

KWARTAAL 4

2024

Ten minste 79 km aan overstromingsverdedigingslijnen moet worden hersteld in overeenstemming met de overstromingsrichtlijn en de nationale strategie voor overstromingsrisicobeheer. De saneringswerkzaamheden worden geprioriteerd op basis van overstromings- en overstromingsplannen en bestaan uit vullingen uit lokaal materiaal dat uit de dyke-riverbank wordt gewonnen, gevolgd door bedekking van gras.

15

Investeringen. 4.1. Herstel van bestaande verdedigingslijnen overeenkomstig de overstromingsrichtlijn en de nationale strategie voor overstromingsrisicobeheer

Doel

Herstelde overstromingsverdedigingslijnen in overeenstemming met de overstromingsrichtlijn en de nationale strategie voor overstromingsrisicobeheer

 

Kilometers (km)

79

408

KWARTAAL 1

2026

In totaal moet ten minste 408 km aan overstromingsbeschermingslijnen worden hersteld overeenkomstig de overstromingsrichtlijn en de nationale strategie voor overstromingsrisicobeheer.

De saneringswerkzaamheden worden geprioriteerd op basis van overstromings- en overstromingsplannen en bestaan uit vullingen uit lokaal materiaal dat uit de dyke-riverbank wordt gewonnen, gevolgd door bedekking van gras.

16

Investering 4.2. Herstel van bestaande accumulaties die noodinterventies voor een veilige werking vereisen

Mijlpaal

Goedkeuring van projectontwerpen bij regeringsbesluit/ministerieel besluit, naargelang het geval

Vaststelling van regeringsbesluit/ministerieel besluit, voor zover van toepassing

KWARTAAL 2

2023

De projectontwerpen voor het herstel van 13 bestaande dammen, waarvoor geen haalbare alternatieven bestaan om het overstromingsrisico te verminderen, worden vastgesteld bij regeringsbesluit/ministerieel besluit, naargelang het geval (afhankelijk van de omvang van de investering). De haalbaarheidsstudies omvatten met name een beoordeling en vergelijking van de voordelen en effecten van alternatieven voor de renovatie van dammen, teneinde overstromingsrisico’s te voorkomen, met inbegrip van de mogelijke verwijdering van dammen en de vervanging ervan door op de natuur gebaseerde oplossingen. In deze baten- en impactanalyse worden zowel de voordelen beoordeeld die op lange termijn van de verschillende opties worden verwacht, teneinde overstromingsrisico’s te voorkomen, waarbij met name rekening wordt gehouden met voorspellingen met betrekking tot toekomstige overstromingsrisico’s, als met de milieuresultaten.

Het project heeft tot doel de veilige exploitatie van dammen te waarborgen, het overstromingsrisico te verminderen en waterlichamen en biodiversiteit te beschermen door middel van maatregelen om de migratie van vissen en de ecologische stroming te waarborgen en eutrofiëring van waterlichamen te voorkomen.

Het is in overeenstemming met de nationale overstromingsrisicobeheerstrategie en de toepasselijke overstromingsrisicobeheersplannen, in overeenstemming met Richtlijn 2007/60/EG (overstromingsrichtlijn).

Alle maatregelen die in het kader van de milieueffectbeoordeling, de beoordeling uit hoofde van Richtlijn 2000/60/EG (kaderrichtlijn water) en de passende beoordeling uit hoofde van Richtlijn 92/43/EEG (habitatrichtlijn) zijn vastgesteld en die nodig zijn om de naleving van de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) te waarborgen, worden geïntegreerd in het projectontwerp en strikt nageleefd in de fasen van de bouw, modernisering, exploitatie en buitengebruikstelling van de infrastructuur, onder meer door de uitvoering van de vereiste mitigerende maatregelen.

Achteruitgang van de ecologische toestand van de getroffen waterlichamen moet worden vermeden en de maatregel mag de verbetering van de ecologische toestand of het ecologisch potentieel van de betrokken waterlichamen niet in de weg staan.

Wanneer water wordt onttrokken, verleent de bevoegde autoriteit een relevante vergunning, waarin de voorwaarden worden gespecificeerd om achteruitgang te voorkomen en ervoor te zorgen dat de betrokken waterlichamen in een goede ecologische toestand blijven verkeren, in overeenstemming met de eisen van de kaderrichtlijn water en gestaafd door de meest recente relevante ondersteunende gegevens.

Wateronttrekking moet worden vermeden wanneer de betrokken waterlichamen (oppervlakte- of grondwater) zich in minder dan een goede toestand of een potentieel goede toestand bevinden (in het kader van de intensivering van de klimaatverandering).

17

Investering 4.2. Herstel van bestaande accumulaties die noodinterventies voor een veilige werking vereisen

Doel

Bestaande dammen gerehabiliteerd

 

Aantal

0

13

KWARTAAL 1

2026

13 bestaande dammen, waarvoor in herziene haalbaarheidsstudies is geconcludeerd dat er geen haalbare alternatieven zijn om overstromingsrisico’s te verminderen, worden hersteld overeenkomstig de vereisten van stap 16 en met volledige inachtneming van de resultaten en voorwaarden van de uitgebreide en cumulatieve MEB die moet zijn voltooid overeenkomstig Richtlijn 2011/92/EU (MEB-richtlijn), alsook relevante beoordelingen in het kader van Richtlijn 2000/60/EG (kaderrichtlijn water) en de passende beoordeling uit hoofde van Richtlijn 92/43/EEG (habitatrichtlijn), met inbegrip van de uitvoering van de vereiste mitigerende maatregelen. Voor dammen waarvoor verwijdering en vervanging door op de natuur gebaseerde oplossingen op basis van de resultaten van de haalbaarheidsstudies als de beste optie zijn aangemerkt, worden verdere studies afgerond om de ontmantelingsopties te beoordelen.

Een goede ecologische toestand/een goed ecologisch potentieel van de betrokken waterlichamen in overeenstemming met de eisen van de kaderrichtlijn water moet worden bereikt en gestaafd met de meest recente relevante ondersteunende gegevens, en elke achteruitgang moet worden vermeden.

18

Investering 5. Passende middelen voor het beheer van stroomgebieden met het oog op de monitoring van en de preventie van en de reactie op noodsituaties

Doel

Stroomgebiedbeheerders die zijn uitgerust met machines voor ruwe toegang en interventie, amfibische toegang en vervoer van mobiele tassen/dijken in moeilijk bereikbare gebieden, drones uitgerust met LIDAR/Flir/fotogrammetriesensoren, geo-elektroresistieve/georadar technologieën van dijkbakken en hardware- en software-infrastructuur

 

Aantal

0

11

KWARTAAL 4

2024

11 stroomgebiedbeheerders worden uitgerust met het volgende:

— machines voor de toegang tot en interventie van ruw terrein, amfibietoegang en vervoer van mobiele zandzakken/dijken in moeilijk bereikbare gebieden. Om de naleving van de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C 58/01) te waarborgen, hebben aan te kopen voertuigen specifieke CO2-emissies, zoals gedefinieerd in artikel 3, lid 1, punt h), van Verordening (EU) 2019/631, die lager zijn dan 50gCO2/km;

drones uitgerust met LIDAR/Flir/fotogrammetriesensoren,

— geoelectro-resistieve/geo-radartechnologieën van dijkbakken;

— hardware- en software-infrastructuur voor de analyse en opslag van gegevens die met bovengenoemde apparatuur zijn verzameld, teneinde overstromingspreventie en -respons op noodsituaties te ondersteunen en te verbeteren.

19

Investering 6. Uitvoering van het waterkadaster

Mijlpaal

Waterkadaster ontwikkeld en operationeel gemaakt

Waterkadaster operationeel

KWARTAAL 4

2025

Het waterkadaster wordt ontwikkeld en operationeel gemaakt door:

— aanbesteding van het Digital Terrain Model (DTM)/het Digital Surface Model (DSM) op nationaal niveau, op basis van satellietinformatie die ter beschikking wordt gesteld van alle overheidsinstanties;

— ontwikkeling van software voor de bepaling van de modificatie van de rivierbedding (erosiesedimentatieproces), monitoring van de grindwinning en het potentieel van grondverschuivingen in de gebieden van het ensemble van dammeren;

— semiautomatische digitalisering en afbakening van kleine rivierbedden op basis van DTM/DSM ortho-foto- en satellietbeelden.

20

Investering 7. Uitbreiding van het nationale observatienetwerk van het Nationaal Geïntegreerd Meteorologisch Systeem (SIMIN)

Doel

Aangekochte en operationele meteorologische stations

 

Aantal

0

400

KWARTAAL 4

2025

Het netwerk van autonome automatische meteorologische grondstations wordt uitgebreid met de verwerving en operationalisering van 300 automatische en autonome meteorologische grondstations en 100 agrometeorologische stations.

21

Investering 7. Uitbreiding van het nationale observatienetwerk van het Nationaal Geïntegreerd Meteorologisch Systeem (SIMIN)

Mijlpaal

Operationeel informatie- en communicatietechnologiesysteem voor de integratie van de aanvullende meteorologische en agro-meteorologische stations in het nationaal geïntegreerd meteorologisch systeem (SIMIN)

Nationaal Meteorologisch Systeem (SIMIN) geïntegreerd met de extra operationele stations

KWARTAAL 2

2026

De informatie- en communicatietechnologie voor de integratie van de aanvullende meteorologische stations in het nationaal geïntegreerd meteorologisch systeem (SIMIN) wordt operationeel gemaakt.

B.ONDERDEEL 2: Bescherming van bossen en biodiversiteit

Het doel van de component is de nationale bosbeheerpraktijken te harmoniseren met die voor het behoud van de biodiversiteit en de bescherming van het milieu en het waarborgen van de transitie naar een klimaatneutraal Europa door nieuwe bosgebieden te creëren en aangetaste habitats te herstellen.

De component bestaat uit twee hervormingen en vijf investeringen.

De in de component opgenomen maatregelen zullen naar verwachting een aantal uitdagingen aanpakken die in de landspecifieke aanbeveling aan de orde zijn gesteld om de investeringen toe te spitsen op de groene en de digitale transitie, met name op onder meer milieu-infrastructuur (landspecifieke aanbevelingen 4, 2019 en landspecifieke aanbeveling 3, 2020).

Verwacht wordt dat geen enkele maatregel in deze component ernstig afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregelen en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01).

B.1. Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor niet-terugbetaalbare financiële steun

Hervorming 1. Hervorming van de systemen voor bosbeheer en governance door de ontwikkeling van een nieuwe nationale bosstrategie en latere wetgeving

Het doel van de hervorming is te zorgen voor een duidelijk en robuust strategisch en regelgevingskader voor de uitvoering van duurzaam bosbouwbeleid dat de mitigatie van en aanpassing aan de klimaatverandering ondersteunt.

De hervorming omvat de volgende acties:

(1) Voltooiing van onafhankelijke studies naar zwakke punten in het bestuur, zowel op institutioneel als op regelgevingsgebied, en tenuitvoerlegging van de bepalingen van de huidige bosbouwwetgeving (uiterlijk op 30 juni 2022);

(2) Goedkeuring van de nationale bosstrategie 2020-2030 op basis van de aanbevelingen van de onder (1) uitgevoerde beoordeling (uiterlijk op 30 september 2022);

(3) Goedkeuring en inwerkingtreding van gewijzigde ministeriële verordeningen tot vaststelling van de bindende regels voor bebossing en herbebossing waarin is voorzien in de nationale bosstrategie 2020-2030 die is aangenomen in het kader van (2) (uiterlijk op 30 september 2022);

(4) Vaststelling en inwerkingtreding van wetgevingshandelingen tot wijziging en aanvulling van de bestaande boswetgeving met het oog op de stroomlijning van het rechtskader, de bestrijding van illegale houtkap en de verbetering van het bosbeheer (uiterlijk op 30 juni 2023).

De hervorming wordt ondersteund met twee investeringen — investeringen 1 en 2.

De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 30 september 2023 voltooid.

Investering 1. Nationale campagne voor bebossing en herbebossing, met inbegrip van stedelijke bossen

Het doel van de investering is het creëren van nieuwe bossen en gebieden met bosvegetatie in gebieden die kwetsbaar zijn voor klimaatverandering, door middel van de identificatie en beoordeling van land, de financiering van bebossing, de zorg voor aanplant, de uitbreiding van het bosvegetatiegebied langs communicatieroutes en binnen stedelijke agglomeraties (stedelijke bossen, met inbegrip van minibossen) rond gemeenten en tussen percelen met landbouwgewassen, alsmede andere beschermende bosgordijncategorieën.

Als gevolg van deze investering wordt in totaal 26 760 ha nieuwe arealen bebost of herbebost en wordt in totaal 3 150 000miljoen 2 nieuwe stedelijke bosgebieden gecreëerd, in overeenstemming met de wettelijke voorschriften van de in het kader van hervorming 1 vastgestelde nationale bosstrategie.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

Investering 2. Ontwikkeling van moderne productiecapaciteit voor bosbouwkundig teeltmateriaal

Het doel van de investering is de ontwikkeling van voldoende productiecapaciteit voor de voortplanting (boomsoorten en ecotypen) die geschikt zijn voor de toekomstige klimatologische omstandigheden in Roemenië.

Als gevolg van deze investering moeten ten minste 90 nieuwe en gerenoveerde boomkwekerijen operationeel worden gemaakt, in overeenstemming met de wettelijke voorschriften van de nationale bosstrategie die in het kader van de hervorming van 1 is aangenomen.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 september 2024 zijn voltooid.

B.2.    Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor niet-terugbetaalbare financiële steun

Volgende NUM.

Gerelateerde maatregel (hervorming of investering)

Mijlpaal/Doelstelling

Naam

Kwalitatieve

indicatoren 
(voor mijlpalen)

Kwantitatieve

indicatoren
(voor streefcijfers)

Indicatieve tijdlijn

in te vullen

Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling

Eenheid

van

meten

Basislijn

Doelstelling

Kwartaal

Jaar

22

Hervorming 1. Hervorming van de systemen voor bosbeheer en governance door de ontwikkeling van een nieuwe nationale bosstrategie en latere wetgeving

Mijlpaal

Goedkeuring van de nationale bosstrategie 2020-2030

Goedkeuring van de nationale bosstrategie 2020-2030

 

 

 

KWARTAAL 3

2022

De nationale bosstrategie 2020-2030 wordt vastgesteld.

De strategie bevat, op basis van de aanbevelingen van de onafhankelijke studies, de volgende bindende regels voor bebossing en herbebossing:

a. Eisen voor soorten en ecotypen om klimaatbestendig te zijn en geen negatieve gevolgen voor de biodiversiteit te hebben. De strategie beantwoordt aan de behoefte aan geactualiseerde richtsnoeren voor het aanplanten van bomen in Roemenië en creëert waarborgen, met name om het gebruik of de vrijlating van invasieve uitheemse soorten uit te sluiten.

b. Eisen voor de productie van teeltmateriaal dat gericht is op boomsoorten en ecotypen die geschikt zijn voor de verwachte toekomstige klimaatomstandigheden in Roemenië in voldoende hoeveelheden met betrokkenheid van de particuliere sector, en voor maatregelen om de oprichting van commerciële kwekerijen voor korte vruchtwisseling of monocultuur te ontmoedigen.

c. Eisen voor bebossing om een positieve bijdrage te leveren aan de doelstellingen van biodiversiteitsbehoud, waterbeheer en bodembescherming door bebossing of herbebossing van landbouwgrond met een hoge natuurwaarde, grasland of wetlands te verbieden, met uitzondering van het herstel van habitats.

d. Eisen voor preventieve maatregelen ter verhoging van het natuurlijke absorptievermogen van de bodem die in bosbeheeractiviteiten moeten worden opgenomen, en specifieke voorschriften voor aanpassing aan de klimaatverandering om ervoor te zorgen dat bosbeheer gebaseerd is op monitoring van soorten.

e. Eisen voor stedelijke bebossing die moeten worden verwezenlijkt door middel van een benadering op landschapsniveau die bijdraagt tot het versterken van de connectiviteit met natuurlijke of semi-natuurlijke gebieden (zoals bossen of landbouwgebieden), met de nadruk op het koppelen van habitats met groene infrastructuur en ecologische corridors.

f. Eisen voor bebossings- en herbebossingsprojecten die moeten worden uitgevoerd in gebieden die blootstaan aan en kwetsbaar zijn voor klimaatrisico’s, met name droogte en overstromingen, en waar passend bebossing of herbebossing vermindert de daaruit voortvloeiende risico’s.

g. In de strategie worden duurzaamheidscriteria vastgesteld voor bosbiomassa voor energiegebruik.

h. De strategie omvat specifieke maatregelen om illegale houtkap aan te pakken, zoals een volledige uitvoering van SUMAL, met inbegrip van monitoring van de houtkap door middel van teledetectie, versterking van de sanctieregeling en, in voorkomend geval, andere maatregelen.

I. De strategie omvat ook concrete maatregelen voor de bescherming van boshabitats en -soorten, en met name de afstemming van bosbouwnormen op biodiversiteitsoverwegingen.

23

Hervorming 1. Hervorming van de systemen voor bosbeheer en governance door de ontwikkeling van een nieuwe nationale bosstrategie en latere wetgeving

Mijlpaal

Inwerkingtreding van gewijzigde ministeriële verordeningen tot vaststelling van bindende regels voor bebossing en herbebossing als bedoeld in de nationale bosbouwstrategie 2020-2030

Bepaling in de ministeriële verordeningen betreffende de inwerkingtreding van de wijzigingen

KWARTAAL 3

2022

Inwerkingtreding van de volgende gewijzigde ministeriële verordeningen (MO) in overeenstemming met de bindende regels voor bebossing en herbebossing waarin de nationale bosstrategie 2020-2030 voorziet:

a.Besluit nr. 766/2018 betreffende de opstelling en wijziging van bosbeheerplannen, met inbegrip van de bepalingen inzake landgebruik van bosgrond, en van de methode voor de goedkeuring van jaarlijkse quota voor het oogsten van windmolens.

b.Besluit nr. 1648/2000 betreffende de goedkeuring van technische voorschriften inzake samenstellingen, regelingen en technologieën voor bosregeneratie en bebossing van aangetaste grond

c.Besluit nr. 1649/2000 betreffende de goedkeuring van de technische normen voor de verzorging en het beheer van stands

d.Besluit nr. 1650/2000 betreffende de goedkeuring van de technische normen voor de keuze en toepassing van behandelingen

e.Besluit nr. 1653/2000 betreffende de goedkeuring van de technische normen voor de jaarlijkse controle van regeneraties

f.Besluit nr. 1672/2000 betreffende de goedkeuring van de technische normen voor bosbeheer

24

Hervorming 1. Hervorming van de systemen voor bosbeheer en governance door de ontwikkeling van een nieuwe nationale bosstrategie en latere wetgeving

Mijlpaal

Inwerkingtreding van de wetgevingshandelingen tot wijziging en aanvulling van de bestaande wetgeving inzake bossen

Bepaling in de wet die de inwerkingtreding van de wetgevingshandelingen aangeeft

 

 

 

KWARTAAL 2

2023

Inwerkingtreding van de volgende wetgevingshandelingen, gericht op het stroomlijnen van het rechtskader, het bestrijden van illegale houtkap en het verbeteren van het bosbeheer:

I) Nieuw bosbouwwetboek, waarin wijzigingen van het systeem van strafrechtelijke sancties zijn opgenomen;

II) Noodverordening nr. 85/2006 tot vaststelling van methoden voor de beoordeling van schade aan bosvegetatie in bossen en daarbuiten;

III) Wet nr. 171/2010 inzake de bestraffing van overtredingen op het gebied van bossen, tot vaststelling van berekeningsmethoden voor de milieu- en financiële schade als gevolg van illegale houtkap en andere vormen van criminaliteit in verband met bossen;

IV) Andere overheidsbesluiten ter bestrijding van illegale houtkap en ter verbetering van het bosbeheer: Wijzigingen van Regeringsbesluit nr. 743/2015, Regeringsbesluit nr. 1076/2009, Regeringsbesluit nr. 229/2009, Regeringsbesluit nr. 497/2020;

25

Investering 1. Nationale campagne voor bebossing en herbebossing, met inbegrip van stedelijke bossen

Doel

Nieuwe gebieden bebost of herbebost land

 

ha

0

6 000

KWARTAAL 4

2023

Nieuwe beboste of herbeboste gebieden (ten minste 6 000 ha), in overeenstemming met de wettelijke voorschriften van de nationale bosstrategie:

a.    Alleen soorten en ecotypen die bestand zijn tegen de verwachte toekomstige effecten van de klimaatverandering worden gebruikt en zij hebben geen negatieve gevolgen voor de biodiversiteit. Het gebruik van uitheemse soorten wordt alleen toegestaan indien wordt aangetoond dat het gebruik ervan leidt tot gunstige en passende ecosysteemomstandigheden (zoals klimaat, bodem, vegetatiegebieden, brandbestendigheid) en dat de aanwezige inheemse soorten niet langer zijn aangepast aan toekomstige gemodelleerde klimaatomstandigheden en bodemhydrologische omstandigheden.

b.    Alleen boomsoorten en ecotypen die geschikt zijn voor de toekomstige verwachte klimaatomstandigheden voor Roemenië worden gebruikt;

c.    Bebossing draagt positief bij tot de verwezenlijking van de doelstellingen op het gebied van biodiversiteitsbehoud, waterbeheer en bodembescherming. Bebossing vindt niet plaats op landbouwgrond met een hoge natuurwaarde, grasland of wetlands, tenzij de interventie tot doel heeft habitats te herstellen.

d.    Bebossings- of herbebossingsprojecten worden uitgevoerd in gebieden die blootgesteld zijn aan en kwetsbaar zijn voor klimaatrisico’s, met name droogte en overstromingen.

E. bebossings- en herbebossingsprojecten worden onderworpen aan een milieueffectbeoordelingsprocedure (MEB), indien dit in de MEB-screeningprocedure wordt vastgesteld; en bosbeheerplannen die relevant zijn voor de bebossings- en herbebossingsacties worden onderworpen aan een volledige strategische milieueffectbeoordelingsprocedure (milieurapport), met name wanneer zij gevolgen hebben voor beschermde habitats en/of soorten.

26

Investering 1. Nationale campagne voor bebossing en herbebossing, met inbegrip van stedelijke bossen

Doel

Nieuwe gebieden bebost of herbebost land

 

ha

6 000

26 760

KWARTAAL 2

2026

Nieuwe beboste of herbeboste gebieden (in totaal 26 760 ha), in overeenstemming met de wettelijke voorschriften van de nationale bosstrategie en in overeenstemming met de in streefdoel 25 gespecificeerde eisen.

27

Investering 1. Nationale campagne voor bebossing en herbebossing, met inbegrip van stedelijke bossen

Doel

Nieuwe stedelijke bosgebieden ontstaan.

 

m2

0

500 000

KWARTAAL 4

2023

Nieuwe stedelijke bosgebieden (ten minste 500 000 m2), in overeenstemming met de wettelijke voorschriften van de nationale bosstrategie:

a.    Alleen soorten en ecotypen die bestand zijn tegen de verwachte toekomstige effecten van de klimaatverandering worden gebruikt en zij hebben geen negatieve gevolgen voor de biodiversiteit. Het gebruik van uitheemse soorten wordt alleen toegestaan indien wordt aangetoond dat zij leiden tot gunstige en passende ecosysteemomstandigheden (zoals klimaat, bodem, vegetatiegebieden, brandbestendigheid) en dat de aanwezige inheemse soorten niet langer zijn aangepast aan toekomstige gemodelleerde klimaatomstandigheden en bodemhydrologische omstandigheden.

b.    Alleen soorten en ecotypen worden gebruikt die geschikt zijn voor de toekomstige verwachte klimaatomstandigheden voor Roemenië;

c.    Stedelijke bebossing wordt uitgevoerd door middel van een benadering op landschapsniveau die de verbindingen met natuurlijke of semi-natuurlijke gebieden (zoals bossen of landbouwgebieden) versterkt, met de nadruk op het verbinden van habitats door middel van groene infrastructuur en ecologische corridors. Bij de selectie van soorten en ecotypen wordt rekening gehouden met hun rol bij het reinigen van de lucht en het verlenen van andere ecosysteemdiensten aan stedelijke gebieden.

d.    Bebossing draagt positief bij tot de verwezenlijking van de doelstellingen op het gebied van biodiversiteitsbehoud, waterbeheer en bodembescherming. Bebossing vindt niet plaats op landbouwgrond met een hoge natuurwaarde, grasland of wetlands, tenzij de interventie tot doel heeft habitats te herstellen.

e.    Bebossings- of herbebossingsprojecten worden uitgevoerd in gebieden die blootgesteld zijn aan en kwetsbaar zijn voor klimaatrisico’s, met name droogte en overstromingen.

28

Investering 1. Nationale campagne voor bebossing en herbebossing, met inbegrip van stedelijke bossen

Doel

Nieuwe stedelijke bosgebieden gecreëerd

 

 

m2

500 000

3 150 000

KWARTAAL 2

2026

Nieuwe stedelijke bosgebieden (in totaal 3 150 000 m2), in overeenstemming met de wettelijke voorschriften van de bosstrategie en in overeenstemming met de in streefdoel 25 gespecificeerde eisen.

29

Investering 2. Ontwikkeling van moderne productiecapaciteit voor bosbouwkundig teeltmateriaal

Doel

Nieuwe en gerenoveerde boomkwekerijen operationeel (opgericht of gerenoveerd)

 

Aantal

0

90

KWARTAAL 3

2024

Nieuwe en gerenoveerde boomkwekerijen (ten minste 90), in overeenstemming met de wettelijke voorschriften van de nationale bosstrategie. De productie van teeltmateriaal moet gericht zijn op boomsoorten en ecotypen die geschikt zijn voor de verwachte toekomstige klimaatomstandigheden van Roemenië.

B.3.    Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor de lening

Reform 2. Hervorming van het beheersysteem voor beschermde natuurgebieden met het oog op een coherente en doeltreffende uitvoering van de Europese biodiversiteitsstrategie

Het doel van deze hervorming is het huidige kader voor de aanwijzing van beschermde natuurgebieden operationeel te maken, met name door de instelling van een mechanisme om wetgeving te koppelen die specifiek is voor de verschillende sectoren die gevolgen hebben voor de biodiversiteit, namelijk onderwijs, landbouw, bosbouw, jacht, toerisme, ruimtelijke ordening, vervoer en energie.

Dit wordt bereikt door de aanneming en inwerkingtreding van twee wetgevingshandelingen:

(1) wetgevingshandeling tot oprichting van het interinstitutioneel comité om het rechtskader te analyseren dat van toepassing is op sectoren met gevolgen voor de biodiversiteit en om voorstellen op te stellen en te bevorderen om het rechtskader te wijzigen of aan te vullen in het licht van actuele informatie over de verspreiding en dynamiek van de staat van instandhouding van soorten en habitats (uiterlijk op 30 juni 2022);

(2) wetgevingshandeling tot wijziging van het rechtskader dat van toepassing is op sectoren die gevolgen hebben voor de biodiversiteit, met als doel ervoor te zorgen dat het bestaande rechtskader in de verschillende betrokken sectoren de uitvoering van de instandhoudingsmaatregelen in de beheersplannen van de beschermde natuurgebieden niet beïnvloedt/beperkt (uiterlijk op 30 juni 2025). De wetgevingshandeling is gebaseerd op de voorstellen van het bij (1) ingestelde comité.

De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 30 juni 2025 voltooid.

Investering 3. Actualisering van goedgekeurde beheersplannen en identificatie van potentiële gebieden voor strikte bescherming in natuurlijke terrestrische en mariene habitats met het oog op de uitvoering van de EU-biodiversiteitsstrategie voor 2030

De investering bestaat uit twee subinvesteringen.

Het doel van de eerste subinvestering (investering 3.1) is om goedgekeurde beheersplannen bij te werken. Het doel van de tweede subinvestering (investering 3.2) is om potentiële gebieden voor strikte bescherming vast te stellen in overeenstemming met de EU-biodiversiteitsstrategie voor 2030.

Wat de actualisering van bestaande beheersplannen als gevolg van de investering betreft, worden uiterlijk op 30 juni 2026 ten minste 250 beheersplannen voor beschermde natuurgebieden herzien en bijgewerkt in overeenstemming met de EU-wetgeving.

De uitvoering van deze subinvestering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

Wat de strikt beschermde gebieden betreft, worden twee wetgevingshandelingen vastgesteld en in werking getreden: (1) wetgevingshandeling voor de aanwijzing van strikt beschermde gebieden die zijn aangewezen in beschermde Natura 2000-gebieden met bestaande beheersplannen of met inbegrip van oerbossen (uiterlijk op 31 december 2023); en (2) wetgevingshandeling voor de aanwijzing van strikt beschermde gebieden die zijn aangewezen in beschermde Natura 2000-gebieden zonder bestaande beheersplannen en in andere gebieden (uiterlijk op 31 december 2025).

De uitvoering van deze subinvestering moet uiterlijk op 31 december 2025 zijn voltooid.

Investering 4. Geïntegreerde investeringen voor de ecologische wederopbouw van habitats en de instandhouding van soorten die verband houden met grasland, aquatische en van water afhankelijke gebieden

Deze investering bestaat uit vijf subinvesteringen.

Het doel van de eerste subinvestering (investering 4.1) is de connectiviteit van waterlopen te herstellen door belemmeringen in waterlopen weg te nemen en zo bij te dragen tot het herstel van de laterale connectiviteit van van water afhankelijke aquatische habitats en soorten, in overeenstemming met de toepasselijke beheersplannen van de beschermde natuurgebieden. Als gevolg van deze subinvestering wordt de connectiviteit van 1 700 ha oeverhabitats hersteld.

De uitvoering van deze subinvestering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

De tweede subinvestering (investering 4.2) is gericht op de heropbouw van graslandhabitats in de beschermde natuurgebieden. Als gevolg van deze subinvestering wordt ten minste 2 800 ha graslandhabitats ecologisch hersteld.

De uitvoering van deze subinvestering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

De derde subinvestering (investering 4.3) is gericht op het terugdringen van eutrofiëring en het behoud van de biologische diversiteit van de Donaudelta. De acties die onder deze subinvestering moeten vallen, omvatten de regulering van het waterpeil in twee meren, het ontwerpen en bereiken van het optimale profiel van de grenzen van meren, ontkleuren, versteviging van de oevers, onderhoudswerkzaamheden, het kappen voor de regeneratie van vegetatie en bomen in de perimeter, het verwijderen van hout en stranden die de watercirculatie belemmeren en sedimentatie veroorzaken, monitoring van soorten en habitats in het gebied, en kleinschalige afvloeiingswerkzaamheden met het oog op een optimale watercirculatie. Als gevolg van deze subinvestering zal op basis van de bijgewerkte haalbaarheidsstudie (juni 100) ten minste 2 021 ha aan meren zijn verwijderd.

De uitvoering van deze investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

De vierde subinvesteringsdoelstelling (investering 4.4) is de ontwikkeling van een monitoringsysteem voor wilde steuren langs de benedenloop van de Donau (1 500 km), in combinatie met AI, om de stroperij ervan te bestrijden. Als gevolg van deze subinvestering wordt een netwerk voor monitoring, communicatie en overdracht van gegevens over wilde steuren operationeel gemaakt. Verwacht wordt dat deze subinvestering geen ernstige afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregel en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01). Met name moeten aan te kopen voertuigen specifieke CO2-emissies, zoals gedefinieerd in artikel 3, lid 1, punt h), van Verordening (EU) 2019/631, hebben die lager zijn dan 50gCO2/km. De aan te schaffen meetboten moeten voldoen aan de beste technologie die vanuit milieuoogpunt beschikbaar is.

De uitvoering van deze subinvestering moet uiterlijk op 30 september 2025 zijn voltooid.

Tot slot is het doel van de vijfde subinvestering (investering 4.5) de modernisering van de publieke toegang en de infrastructuur voor bezoekers van de Donaudelta om de druk op habitats en soorten te verminderen. Als gevolg van deze subinvestering moeten 10 bezoekerscentra worden gebouwd om de druk van het toerisme op habitats te verlichten door toeristenstromen te kanaliseren en te monitoren naar een netwerk van 10 bezoekerscentra met 40 waarnemingspunten die geschikt zijn uitgerust voor de behoeften van alle categorieën bezoekers. Bij de bouw van de bezoekerscentra wordt gebruik gemaakt van milieuvriendelijke technologieën, ecosysteemgerichte benaderingen en materialen op een traditionele manier voor de gemeenschapsarchitectuur van de Donaudelta.

De uitvoering van deze subinvestering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

Investering 5. Geïntegreerde systemen voor de beperking van overstromingsrisico’s in stroomgebieden van bossen

Het doel van de investering is het overstromingsrisico te verminderen teneinde mensen, infrastructuur en sociaal-economische doelstellingen in risicogebieden te beschermen, alsook het milieu en de biodiversiteit te beschermen door middel van relevante milieumaatregelen, met name die welke betrekking hebben op het waarborgen van vismigratie en het waarborgen van ecologische stromen.

De investering wordt in twee stappen uitgevoerd:

(1) goedkeuring van het projectontwerp voor de moderniseringswerkzaamheden ter bescherming tegen overstromingen, met inbegrip van: I) herstel van ten minste 6 beschadigde alluviumretentiestructuren voor het aanbrengen van longitudinale maatregelen (in voorkomend geval visladders en ecologisch debiet); de bouw van ten minste 30 nieuwe alluviale structuren, met inbegrip van visladders en ecologisch debiet, met een maximale hoogte van 5 m; III) herstel van ten minste 4 ha grond door herbebossing, onkruidingen of het bouwen van twigomheiningen; en iv) herstel van ten minste 30 km torrentbed. Deze stap moet uiterlijk op 31 maart 2023 zijn voltooid.

(2) voltooiing van de moderniseringswerkzaamheden voor bescherming tegen overstromingen op basis van het in het kader van (1) hierboven goedgekeurde projectontwerp. De uitvoering van deze stap wordt uiterlijk op 30 juni 2026 voltooid.

Alle maatregelen die in het kader van de beoordeling uit hoofde van Richtlijn 2000/60/EG (kaderrichtlijn water) zijn vastgesteld en die nodig zijn om de naleving van de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) te waarborgen, moeten in het projectontwerp worden geïntegreerd en strikt worden nageleefd in alle fasen van de bouw, modernisering, exploitatie en ontmanteling. Achteruitgang van de ecologische toestand van de getroffen waterlichamen moet worden vermeden en de maatregel mag de verbetering van de ecologische toestand of het ecologisch potentieel van de betrokken waterlichamen niet in de weg staan.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

B.4.    Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor de lening

Volgende NUM.

Gerelateerde maatregel (hervorming of investering)

Mijlpaal/Doelstelling

Naam

Kwalitatieve indicatoren
(voor mijlpalen)

Kwantitatieve indicatoren
(voor streefcijfers)

Indicatieve termijn voor voltooiing

Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling

Eenheid

Basislijn

Doelstelling

Kwartaal

Jaar

30

Hervorming 2. Hervorming van het beheersysteem voor beschermde natuurgebieden door een coherente en doeltreffende uitvoering van de Europese biodiversiteitsstrategie

Mijlpaal

Inwerkingtreding van de wetgevingshandeling tot oprichting van het interinstitutioneel comité voor de analyse van het rechtskader dat van toepassing is op sectoren die gevolgen hebben voor de biodiversiteit

Bepaling in de wet die de inwerkingtreding van de wetgevingshandeling aangeeft

KWARTAAL 2

2022

Inwerkingtreding van de wetgevingshandeling tot oprichting van het interinstitutioneel comité voor de analyse van het rechtskader dat van toepassing is op sectoren die gevolgen hebben voor de biodiversiteit, namelijk onderwijs, landbouw, bosbouw, jacht, toerisme, ruimtelijke ordening, vervoer en energie.

Het comité wordt geleid door het ministerie van Milieu, Waterbeheer en Bosbouw en omvat de vakministeries en de ondergeschikte autoriteiten die verantwoordelijk zijn voor de betrokken sectoren: onderwijs, landbouw, bosbouw, jacht, toerisme, ruimtelijke organisatie, vervoer en energie.

Het comité bereidt voorstellen voor tot herziening van het rechtskader in het licht van actuele informatie over de verspreiding en dynamiek van de staat van instandhouding van soorten en habitats.

31

Hervorming 2. Hervorming van het beheersysteem voor beschermde natuurgebieden door een coherente en doeltreffende uitvoering van de Europese biodiversiteitsstrategie

Mijlpaal

Inwerkingtreding van de wetgevingshandeling tot wijziging van het rechtskader dat van toepassing is op sectoren die gevolgen hebben voor de biodiversiteit

Bepaling in de wet die de inwerkingtreding van de wetgevingshandeling aangeeft

KWARTAAL 2

2025

Inwerkingtreding van de wetgevingshandeling tot wijziging van het rechtskader dat van toepassing is op sectoren die gevolgen hebben voor de biodiversiteit.

Het doel van deze wetswijzigingen is ervoor te zorgen dat het bestaande rechtskader in de verschillende betrokken sectoren de uitvoering van de instandhoudingsmaatregelen in de beheersplannen van de beschermde natuurgebieden niet beïnvloedt/beperkt.

De wetgevingshandeling wordt gebaseerd op de voorstellen van het comité in het licht van actuele informatie over de verspreiding en dynamiek van de staat van instandhouding van soorten en habitats.

32

Investering 3.1 Actualisering van goedgekeurde beheersplannen

Doel

Beschermde natuurgebieden met geactualiseerde beheersplannen zijn in werking getreden

 

Aantal

0

100

KWARTAAL 1

2025

Beschermde natuurgebieden (ten minste 100) met geactualiseerde beheersplannen treden in werking. Er wordt voorrang gegeven aan de gebieden die mogelijk worden getroffen door infrastructuurprojecten waarvoor Roemenië zich er krachtens de desbetreffende EU-wetgeving toe heeft verbonden om verder monitoringgegevens te verzamelen met het oog op de vaststelling van gebiedsspecifieke instandhoudingsdoelstellingen voor habitats en soorten, met inbegrip van trekvogelsoorten.

33

Investeringen. 3.1 actualisering van goedgekeurde beheersplannen

Doel

Beschermde natuurgebieden met geactualiseerde beheersplannen zijn in werking getreden

 

Aantal

100

250

KWARTAAL 2

2026

Ten minste 250 beschermde natuurgebieden met geactualiseerde beheersplannen zijn in werking getreden. Er wordt voorrang gegeven aan de gebieden die mogelijk worden getroffen door infrastructuurprojecten waarvoor Roemenië zich er krachtens de desbetreffende EU-wetgeving toe heeft verbonden om verder monitoringgegevens te verzamelen met het oog op de vaststelling van gebiedsspecifieke instandhoudingsdoelstellingen voor habitats en soorten, met inbegrip van trekvogelsoorten.

34

Investering 3.2 Identificatie van potentiële gebieden voor strikte bescherming in natuurlijke terrestrische en mariene habitats met het oog op de uitvoering van de EU-biodiversiteitsstrategie voor 2030

Mijlpaal

Inwerkingtreding van de wetgevingshandeling voor de aanwijzing van strikt beschermde gebieden (aangewezen in beschermde Natura 2000-gebieden met bestaande beheersplannen of met inbegrip van oerbossen)

Bepaling in de wet die de inwerkingtreding van een wetgevingshandeling aangeeft

KWARTAAL 4

2023

Inwerkingtreding van de wetgevingshandeling voor de aanwijzing van strikt beschermde gebieden. De handeling wordt gebaseerd op de analyses/studies en het in kaart brengen van de afbakening van gebieden die worden voorgesteld voor niet-interventie (strikt beschermd), die nodig zijn om een voorstel voor een wetgevingshandeling op basis van de EU-biodiversiteitsstrategie voor 2030 te onderbouwen. In de wetgevingshandeling worden strikt beschermde gebieden aangewezen die in beschermde Natura 2000-gebieden zijn aangewezen met bestaande beheersplannen of met inbegrip van oerbossen.

35

Investering 3.2. Identificatie van potentiële gebieden voor strikte bescherming in natuurlijke terrestrische en mariene habitats met het oog op de uitvoering van de EU-biodiversiteitsstrategie voor 2030

Mijlpaal

Inwerkingtreding van de wetgevingshandeling voor de aanwijzing van strikt beschermde gebieden (geïdentificeerd in beschermde Natura 2000-gebieden zonder bestaande beheersplannen en in andere gebieden)

Bepaling in de wet die de inwerkingtreding van een wetgevingshandeling aangeeft

KWARTAAL 4

2025

Inwerkingtreding van de wetgevingshandeling voor de aanwijzing van strikt beschermde gebieden. De handeling wordt gebaseerd op de analyses/studies en het in kaart brengen van de afbakening van gebieden die worden voorgesteld voor niet-interventie (strikt beschermd), die nodig zijn om een voorstel voor een wetgevingshandeling op basis van de EU-biodiversiteitsstrategie voor 2030 te onderbouwen. In de wetgevingshandeling worden strikt beschermde gebieden aangewezen die zijn aangewezen in beschermde Natura 2000-gebieden zonder bestaande beheersplannen en in aanvullende gebieden.

36

Investering 4.1. Wegnemen van belemmeringen in waterlopen om het herstel van de connectiviteit van afhankelijke habitats en soorten te vergemakkelijken

Doel

Oeverhabitats met herstelde connectiviteit

 

ha

0

1 700

KWARTAAL 2

2026

Oeverhabitats met herstelde connectiviteit (ten minste 1 700 ha)

37

Investering 4.2 Herstel van graslandhabitats in beschermde natuurgebieden

Doel

Ecologisch herstelde graslandhabitats

 

ha

0

2 800

KWARTAAL 2

2026

Ecologisch herstel van graslandhabitats (ten minste 2 800 ha).

38

Investering 4.3 Decolourisering van de Donaudelta om eutrofiëring te verminderen en de biologische diversiteit in stand te houden

Doel

Gebieden van het meer die hebben geprofiteerd van de verwijdering van waterplanten

 

ha

0

100

KWARTAAL 2

2026

Meren (ten minste 100 ha) die hebben geprofiteerd van de verwijdering van waterplanten, op basis van de bijgewerkte haalbaarheidsstudie (juni 2021).

39

Investering 4.4 Tenuitvoerlegging van een monitoringsysteem voor wilde steuren langs de benedenloop van de Donau

Mijlpaal

Netwerk voor monitoring, communicatie en overdracht van gegevens over wilde steuren operationeel

 Het netwerk is operationeel

KWARTAAL 3

2025

Netwerk voor monitoring, communicatie en overdracht van gegevens over wilde steuren operationeel. De maatregelen voorzien in de ontwikkeling van een monitoringsysteem voor wilde steuren langs de benedenloop van de Donau (1 500 km), in combinatie met AI, met het oog op de bestrijding van stroperij. Om de naleving van de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C 58/01) te waarborgen, hebben aan te kopen voertuigen specifieke CO2-emissies, zoals gedefinieerd in artikel 3, lid 1, punt h), van Verordening (EU) 2019/631, die lager zijn dan 50gCO2/km. De aan te schaffen meetboten moeten voldoen aan de beste technologie die vanuit milieuoogpunt beschikbaar is.

40

Investering 4.5. Aanpassing van de infrastructuur voor de toegang van het publiek tot en het bezoek aan de Donaudelta om de druk van het toerisme op habitats en soorten te verminderen

Doel

Bezoekerscentra die zijn gebouwd om de druk van het toerisme op habitats te verlichten

 

Aantal

0

10

KWARTAAL 2

2026

10 bezoekerscentra gebouwd om de druk van het toerisme op habitats te verlichten door toeristenstromen te kanaliseren en te monitoren naar een netwerk van 10 bezoekerscentra met 40 waarnemingspunten die naar behoren zijn uitgerust en uitgerust voor de behoeften van alle bezoekerscategorieën.

De locaties worden geselecteerd overeenkomstig de criteria van het beheersplan voor het Donaudelta-voorbehoud, dat momenteel wordt herzien.

Bij de bouw van de bezoekerscentra wordt gebruik gemaakt van milieuvriendelijke technologieën, ecosysteemgerichte benaderingen en materialen op een traditionele manier voor de gemeenschapsarchitectuur van de Donaudelta.

41

Investering 5. Geïntegreerde systemen voor de beperking van overstromingsrisico’s in stroomgebieden van bossen

Mijlpaal

Goedkeuring van het projectontwerp

Goedkeuring van het projectontwerp

KWARTAAL 1

2023

Het projectontwerp voor de moderniseringswerkzaamheden ter bescherming tegen overstromingen wordt goedgekeurd. Zij moet omvatten:

-Herstel van ten minste 6 beschadigde structuren voor het vasthouden van alluvium voor het aanbrengen van langsmaatregelen (in voorkomend geval visladders en ecologisch debiet);

-Bouw van ten minste 30 nieuwe alluviale structuren, met inbegrip van visladders en ecologisch debiet, met een maximale hoogte van 5 m;

-Ten minste 4 ha grond hersteld door herbebossing, onkruidingen of het bouwen van twigomheiningen;

-ten minste 30 km torrentbed hersteld.

Alle maatregelen die in het kader van de beoordeling uit hoofde van Richtlijn 2000/60/EG (kaderrichtlijn water) zijn vastgesteld en die nodig zijn om de naleving van de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) te waarborgen, moeten in het projectontwerp worden geïntegreerd en strikt worden nageleefd in de fasen van de bouw, modernisering, exploitatie en ontmanteling. Achteruitgang van de ecologische toestand van de getroffen waterlichamen moet worden vermeden en de maatregel mag de verbetering van de ecologische toestand of het ecologisch potentieel van de betrokken waterlichamen niet in de weg staan.

42

Investering 5. Geïntegreerde systemen voor de beperking van overstromingsrisico’s in stroomgebieden van bossen

Mijlpaal

Voltooiing van de moderniseringswerkzaamheden voor bescherming tegen overstromingen

Voltooiing van de modernisering van de werkzaamheden ter bescherming tegen overstromingen

KWARTAAL 2

2026

Het project voor de modernisering van de bescherming tegen overstromingen wordt voltooid overeenkomstig de vereisten van stap 41.

C.ONDERDEEL 3: Afvalbeheer

Het doel van de component is de uitbreiding en modernisering van afvalbeheersystemen in Roemenië te versnellen, met bijzondere aandacht voor gescheiden inzameling, preventie, vermindering, hergebruik en nuttige toepassing om te voldoen aan de toepasselijke EU-wetgeving en de overgang naar de circulaire economie.

De component bestaat uit één hervorming en drie investeringen.

De in de component opgenomen maatregelen zullen naar verwachting een antwoord bieden op een aantal van de uitdagingen die in de landspecifieke aanbeveling aan de orde zijn gesteld om de investeringen toe te spitsen op de groene en de digitale transitie, met name op onder meer milieu-infrastructuur (landspecifieke aanbevelingen 2019 en 2020).

Verwacht wordt dat geen enkele maatregel in deze component ernstig afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregelen en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01).

C.1.    Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor de lening

Hervorming 1. Het beheer van het afvalbeheer verbeteren om de overgang naar de circulaire economie te versnellen

Het doel van deze hervorming is een strategisch en juridisch kader voor de overgang naar de circulaire economie tot stand te brengen door de nationale strategie voor de circulaire economie en een actieplan vast te stellen en bepaalde rechtshandelingen met betrekking tot afvalbeheer te wijzigen.

De uitvoering van deze hervorming omvat de volgende stappen:

(1) Goedkeuring van de nationale strategie voor de circulaire economie om het kader vast te stellen voor de transformatie van de Roemeense economie naar een circulaire werking die de hele levenscyclus van producten bestrijkt (uiterlijk op 31 september 2022);

(2) Inwerkingtreding van de wetgevingshandelingen die nodig zijn voor de operationalisering van een unitair afvalbeheer overeenkomstig het nationale afvalbeheerplan, met name wetgeving met betrekking tot de behandeling van afval, de sanitaire voorzieningen van gemeenten en de vaststelling van tarieven voor de sanitaire voorzieningen en de uitgebreide producentenverantwoordelijkheid voor verpakkingen (uiterlijk op 31 september 2022);

(3) Goedkeuring van het actieplan voor de nationale strategie voor de circulaire economie, waarin de belangrijkste uitvoeringsstappen van de strategie worden vastgesteld (zie punt (1) hierboven), de verantwoordelijke autoriteiten en een bindend tijdschema voor de acties (uiterlijk op 31 september 2023). Alle acties die van het eerste kwartaal van 3 2023 tot en met het eerste kwartaal van 1 2026 in het kader van de strategie en het actieplan aan de overheidsinstanties zijn toegewezen, moeten uiterlijk op 30 maart 2026 zijn voltooid.

Als gevolg van de hervorming, de controle en het toezicht en de milieukwaliteitsparameters van het Roemeense afvalbeheersysteem moeten worden verbeterd en moet het niveau van gescheiden afvalinzameling worden verhoogd. Uiterlijk op 30 juni 2026 wordt een bijdrage van 4,5 procentpunten aan de nationale doelstelling van 50 % recycling en voorbereiding voor hergebruik tegen 2025 bereikt.

De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 30 juni 2026 voltooid.

Hervorming 1 gaat vergezeld van drie investeringen — investeringen 1, 2 en 3.

Investering 1. Ontwikkeling, modernisering en voltooiing van geïntegreerde systemen voor het beheer van stedelijk afval op districtsniveau of op stedelijk/gemeentelijk niveau

Het doel van deze investering is de ontwikkeling en modernisering van de geïntegreerde afvalbeheersystemen en -infrastructuur voor het beheer van overheidsafval op provinciaal of stedelijk/gemeentelijk niveau.

De investering draagt bij tot de verwezenlijking van de nieuwe doelstellingen voor de voorbereiding, het hergebruik en de recycling van stedelijk afval uit hoofde van Richtlijn (EU) 2018/851 tot wijziging van Richtlijn 2008/98/EG betreffende afvalstoffen. De investeringen worden gebaseerd op het nationale afvalbeheerplan, de plannen voor het beheer van districten en het afvalbeheerplan van de gemeente Boekarest, en dragen bij tot de recyclingdoelstellingen van het pakket circulaire economie.

De uitvoering van deze investering omvat:

a) de oprichting van centra voor vrijwillige afvalinzameling om te zorgen voor gescheiden inzameling van huishoudelijk afval voor een aantal afvalstromen (I.1.a), waardoor 565 vrijwillige inzamelingscentra uiterlijk op 30 juni 2026 operationeel moeten zijn.

b) de oprichting van gedigitaliseerde ecoeilanden voor de gescheiden inzameling van afval op lokaal niveau, voornamelijk in appartementsgebouwen (I.1.b), waardoor 13 752 gedigitaliseerde ecoeilanden voor gescheiden inzameling van afval uiterlijk op 30 juni 2026 operationeel zijn.

c) geïntegreerde centra voor stedelijke agglomeraties voor gescheiden afvalinzameling (I.1.c), waardoor geïntegreerde afvalinzamelingscentra uiterlijk op 30 juni 2026 operationeel moeten zijn in 14 stedelijke agglomeraties.

d) de bouw van afvalrecyclinginstallaties om te voldoen aan de recyclingdoelstellingen van het pakket circulaire economie (I.1.d), waardoor 26 afvalrecyclinginrichtingen uiterlijk op 30 juni 2026 operationeel moeten zijn om de recyclingdoelstellingen van de nationale strategie voor de circulaire economie te halen.

De bovengenoemde investeringen (a-d) moeten in overeenstemming zijn met de bepalingen van het nationale afvalbeheerplan, de afvalbeheerplannen van de graafschappen en het afvalbeheerplan van de gemeente Boekarest, naargelang het geval.

Verwachtwordt dat deze maatregel geen ernstige afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregel en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01). In het bijzonder moeten de in het kader van deze maatregel aangekochte voertuigen uit milieuoogpunt de best beschikbare technologie zijn.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

Investering 2. Ontwikkeling van infrastructuur voor het beheer van mest en ander composteerbaar landbouwafval

Het doel van de investering is de ontwikkeling van systemen voor de inzameling en terugwinning van mest.

De investering bestaat voornamelijk uit het opzetten van geïntegreerde gemeentelijke systemen voor mestterugwinning, composteerstations en compostbeheerinstallaties voor grote landbouwgemeenschappen, biogassystemen en de aankoop van apparatuur voor het beheer van landbouwcompost. De voorgestelde investeringen zijn gericht op de modernisering van de infrastructuur, de vermindering van de ammoniak- en methaanemissies en de vermindering van nitraatverontreiniging.

Als gevolg van de investering worden uiterlijk op 30 juni 2026 254 geïntegreerde systemen voor de inzameling van composteerbaar landbouwafval opgezet en operationeel gemaakt.

Verwachtwordt dat deze maatregel geen ernstige afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregel en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01). In het bijzonder moeten de in het kader van deze maatregel aangekochte voertuigen uit milieuoogpunt de best beschikbare technologie zijn.

De investering moet in overeenstemming zijn met het nationale afvalbeheerplan.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

Investering 3. Ontwikkeling van publieke monitoring-, controle- en institutionele capaciteit voor afvalbeheer en verontreinigingspreventie

Het doel van deze investering is de respectieve overheidsinstanties uit te rusten voor monitoring-, controle- en rapportageactiviteiten op het gebied van afvalbeheer.

De investering wordt uitgevoerd door middel van twee actielijnen:

(1) 43 commissarissen van de National Environmental Guard County uitrusten met digitale apparatuur (ICT-systeem, scansystemen voor vrachtwagens, dashcam en op het lichaam gedragen videocamera’s, onbemande luchtvaartuigen) voor monitoring en controle van afvalbeheer (uiterlijk op 31 december 2024). Als gevolg daarvan zullen uiterlijk op 31 december 2025 400 controlemissies worden uitgevoerd door de leden van de Nationale Milieuwacht met behulp van de nieuwe digitale apparatuur.

(2) Aankoop en operationalisering van 384 luchtkwaliteits-, radioactiviteits- en geluidsbewakingsapparatuur voor het nationaal agentschap voor milieubescherming om te zorgen voor de verzameling, transmissie, opslag en rapportage van gegevens over concentraties van verontreinigende stoffen in het milieu (uiterlijk op 30 juni 2025).

Verwachtwordt dat deze maatregel geen ernstige afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregel en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01). In het bijzonder moeten de in het kader van deze maatregel aangekochte voertuigen uit milieuoogpunt de best beschikbare technologie zijn.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2025 zijn voltooid.

C.2.    Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor de lening

Volgende NUM.

Gerelateerde maatregel (hervorming of investering)

Mijlpaal/Doelstelling

Naam

Kwalitatieve

indicatoren 
(voor mijlpalen)

Kwantitatieve indicatoren (voor streefdoelen)

Indicatieve tijdlijn

in te vullen

Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling

Eenheid

van

meten

Basislijn

Doelstelling

Kwartaal

Jaar

43

Hervorming 1 Verbetering van de governance van het afvalbeheer om de overgang naar de circulaire economie te versnellen

Mijlpaal

De vaststelling van de nationale strategie voor de circulaire economie

Vaststelling van de nationale strategie voor de circulaire economie bij regeringsbesluit

KWARTAAL 3

2022

Vaststelling van de nationale strategie voor de circulaire economie, die gebaseerd zal zijn op de aanbevelingen van het lopende project van het instrument voor technische ondersteuning.

In de strategie worden regels vastgesteld voor de gehele levenscyclus van producten en worden de volgende kernelementen gedefinieerd:

-methoden en instrumenten voor regelgevings-, financiële en informatiebeheer ter ondersteuning van circulaire initiatieven;

-identificatie van de sectoren die moeten worden bestreken;

-herziening van milieu- en economische stimulansen voor afval om recycling gemakkelijker te maken dan storten en verbranden;

-richtsnoeren voor het gebruik van de financiële en beheersmethoden/instrumenten in de respectieve sectoren;

-governancekader voor samenwerking tussen belanghebbenden (autoriteiten, academische wereld, particuliere sector, non-profitsector en burgers).

De nationale strategie voor de circulaire economie draagt op doeltreffende wijze bij aan de EU-doelstellingen inzake afvalrecycling, met name wat betreft de recycling van stedelijk afval en de vermindering van de hoge stortingspercentages.

44

Hervorming 1 Verbetering van de governance van het afvalbeheer om de overgang naar de circulaire economie te versnellen

Mijlpaal

De goedkeuring van het actieplan voor de nationale strategie voor de circulaire economie

Goedkeuring van het actieplan voor de nationale strategie voor de circulaire economie bij regeringsbesluit van Roemenië

KWARTAAL 3

2023

In het actieplan worden de belangrijkste uitvoeringsstappen van de in het kader van mijlpaal 43 aangenomen strategie, de verantwoordelijke autoriteiten en een bindend tijdschema voor de vastgestelde acties vastgesteld op basis van de aanbevelingen van deskundigen die in het kader van het instrument voor technische ondersteuning moeten worden geformuleerd.

Het plan omvat een adequaat systeem voor toezicht op de uitvoering en corrigerende instrumenten om de verwezenlijking van de geplande kernacties te waarborgen.

45

Hervorming 1 Verbetering van de governance van het afvalbeheer om de overgang naar de circulaire economie te versnellen

Mijlpaal

Uitvoering van de acties van de nationale strategie en het actieplan voor de circulaire economie die aan de overheidsinstanties zijn toegewezen

Uitvoering van acties in de nationale strategie en het actieplan voor de circulaire economie die aan de overheidsinstanties zijn toegewezen

KWARTAAL 1

2026

Voltooiing van de uitvoering van alle acties waarin de nationale strategie en het actieplan voor de circulaire economie voorzien en die van het eerste kwartaal van 3 2023 tot en met het tweede kwartaal van 1 2026 aan de overheidsinstanties zijn toegewezen.

46

Hervorming 1 Verbetering van de governance van het afvalbeheer om de overgang naar de circulaire economie te versnellen

Mijlpaal

Inwerkingtreding van de wetgevingshandelingen die nodig zijn voor de operationalisering van een unitair afvalbeheer overeenkomstig het nationale afvalbeheerplan

Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de wetgevingshandelingen inzake afvalbeheerspraktijken

KWARTAAL 3

2022

Inwerkingtreding van wetgevingshandelingen die nodig zijn om het afvalstoffenbeheer in Roemenië te consolideren, met name door middel van de governancemaatregelen inzake het beheer van stedelijk afval in het nationale afvalbeheerplan, teneinde de afvalbeheerdoelstellingen van de EU-kaderrichtlijn afvalstoffen te verwezenlijken.

De volgende wetgevingshandelingen treden in werking:

1. Verordening betreffende de afvalstoffenregeling, die

de uitgebreide producentenverantwoordelijkheid reguleren overeenkomstig de kaderrichtlijn afvalstoffen. Het besluit voorziet ook in strenge sancties om illegaal storten, storten van afval en verbranding in de open lucht te ontmoedigen.

2. Verordening tot wijziging van Wet 101/2006 (de saneringswet).

3. Wijziging van Besluit 109/2007 van de nationale regelgevende instantie voor openbare nutsdiensten van de Gemeenschap (ANRSC) inzake de methode voor sanitaire tarieven.

Verordening nr. 2 en het gewijzigde ANRSC-besluit (nr. 3) regelen:

-de volledige operationalisering van de economische instrumenten (betalen zoals u gooien, stortbelasting en uitgebreide producentenverantwoordelijkheid);

-de rol van de nationale regelgevende instantie voor communautaire openbare nutsdiensten als nationale regelgevende instantie voor het tariefbeleid inzake stedelijk afval;

-de financiële verantwoordelijkheden van verenigingen voor ontwikkeling tussen gemeenschappen met betrekking tot de projecten voor geïntegreerde afvalbeheersystemen.

47

Hervorming 1 Verbetering van de governance van het afvalbeheer om de overgang naar de circulaire economie te versnellen

Doel

Bijdrage met 4,5 % aan de nationale doelstelling van 50 % recycling en voorbereiding voor hergebruik tegen 2025

Bijdrage met 4,5 % aan de nationale doelstelling van 50 % recycling en voorbereiding voor hergebruik

45,5

50

KWARTAAL 2

2026

Een bijdrage van 4,5 procentpunten van de investeringen van het nationale plan voor herstel en veerkracht in het beheer van stedelijk afval aan de nationale doelstelling van 50 % recycling en voorbereiding voor hergebruik van stedelijk afval die tegen 2025 moet zijn bereikt (zoals gedefinieerd in de kaderrichtlijn afvalstoffen (2008/98/EG, gewijzigd bij Richtlijn (EU) 2018/851) en Besluit 2011/753/EU van de Commissie van 18 november 2011 tot vaststelling van voorschriften en berekeningsmethoden voor de controle op de naleving van de in artikel 11, lid 2, van Richtlijn 2008/98/EG vastgestelde doelstellingen).

De bijdrage wordt berekend op basis van de hoeveelheden stedelijk afval van infrastructuur die worden ondersteund door het nationale plan voor herstel en veerkracht en die in 2025 zullen worden gerecycled. De bijdrage wordt berekend in verhouding tot het voor 2025 vastgestelde nationale streefcijfer voor recycling en voorbereiding voor hergebruik van 50 %.

48

Investering 1.a Oprichting van vrijwillige verzamelcentra

Doel

Vrijwillige verzamelcentra opgericht en operationeel

Aantal

0

250

KWARTAAL 3

2024

Er zijn ten minste 250 vrijwillige inzamelingscentra opgericht en operationeel, in overeenstemming met het nationale afvalbeheerplan/de afvalbeheerplannen van de provincie Boekarest en de afvalbeheerplannen van de gemeente Boekarest.

Vrijwillige verzamelcentra bedienen gemeenschappen van maximaal 50 000 inwoners.

De centra zorgen voor de gescheiden inzameling van huishoudelijk afval dat niet in een deur-tot-deursysteem kan worden ingezameld, respectievelijk recycleerbaar afval en bioafval dat niet in individuele afvalbakken kan worden ingezameld, alsook speciale afvalstromen (omvangrijk afval, afgedankte elektrische en elektronische apparatuur, gebruikte batterijen, gevaarlijk afval, bouw- en sloopafval).

Om ervoor te zorgen dat de maatregel voldoet aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), moeten de in het kader van deze maatregel aangekochte voertuigen uit milieuoogpunt de best beschikbare technologie zijn.

49

Investering 1.a Oprichting van vrijwillige verzamelcentra

Doel

Vrijwillige verzamelcentra opgericht en operationeel

Aantal

250

565

KWARTAAL 2

2026

565 vrijwillige inzamelingscentra, opgericht en operationeel, in overeenstemming met het nationale afvalbeheerplan/de afvalbeheerplannen van de provincie Boekarest en het afvalbeheerplan van de gemeente Boekarest.

Vrijwillige verzamelcentra bedienen gemeenschappen van maximaal 50 000 inwoners.

De centra zorgen voor de gescheiden inzameling van huishoudelijk afval dat niet in een deur-tot-deursysteem kan worden ingezameld, respectievelijk recycleerbaar afval en bioafval dat niet in individuele afvalbakken kan worden ingezameld, alsook speciale afvalstromen (omvangrijk afval, afgedankte elektrische en elektronische apparatuur, gebruikte batterijen, gevaarlijk afval, bouw- en sloopafval).

50

Investering 1.b Bouw van gedigitaliseerde ecoeilanden voor gescheiden afvalinzameling op lokaal niveau

Doel

Gedigitaliseerde ecoeilanden voor gescheiden afvalinzameling, opgericht en operationeel

Aantal

0

7 000

KWARTAAL 4

2024

Ten minste 7 000 gedigitaliseerde ecoeilanden voor gescheiden afvalinzameling, opgezet en operationeel, in overeenstemming met het nationale afvalbeheerplan/de plannen voor het beheer van afval in de provincie Boekarest en het afvalbeheerplan van de gemeente Boekarest.

Gedigitaliseerde ecoeilanden worden gebruikt om appartementencomplexen binnen plaatsen te bedienen.

Er wordt prioriteit gegeven aan gemeenschappen met de grootste behoeften, in samenhang met de afvalbeheerplannen/het nationale beheersplan voor het district en als aanvulling op investeringen in het kader van het cohesiebeleid, op basis van de volgende criteria:

-afvalopwekkingscapaciteit in verhouding tot de grootte van de plaats (rangorde I gemeenten, II gemeenten en steden);

-laag niveau van gescheiden afvalinzameling;

-beschikbaarheid van bestaande afvalverwerkingsinstallaties.

De gedigitaliseerde ecoeilanden zorgen voor de gescheiden inzameling van huishoudelijk afval, voornamelijk in blokgebieden, voor de volgende gescheiden ingezamelde afvalstromen: papier- en kartonafval, kunststofafval, metaalafval, glasafval, bioafval, restafval. Elk ecoeiland dient ten minste 200 inwoners te bedienen.

51

Investering 1.b Bouw van gedigitaliseerde ecoeilanden voor gescheiden afvalinzameling op lokaal niveau

Doel

Gedigitaliseerde ecoeilanden voor gescheiden afvalinzameling, opgericht en operationeel

Aantal

7 000

13 752

KWARTAAL 2

2026

13 752 gedigitaliseerde ecoeilanden voor gescheiden afvalinzameling, opgezet en operationeel, in overeenstemming met het nationale afvalbeheerplan/de plannen voor het beheer van afval in de provincie Boekarest en het afvalbeheerplan van de gemeente Boekarest.

Gedigitaliseerde ecoeilanden worden gebruikt om appartementencomplexen binnen plaatsen te bedienen.

Er wordt prioriteit gegeven aan gemeenschappen met de grootste behoeften, in samenhang met de afvalbeheerplannen/het nationale beheersplan voor het district en als aanvulling op investeringen in het kader van het cohesiebeleid, op basis van de volgende criteria:

-afvalopwekkingscapaciteit in verhouding tot de grootte van de plaats (rangorde I gemeenten, II gemeenten en steden);

-laag niveau van gescheiden afvalinzameling;

-beschikbaarheid van bestaande afvalverwerkingsinstallaties.

De gedigitaliseerde ecologische eilanden zorgen voor de gescheiden inzameling van huishoudelijk afval, voornamelijk in blokgebieden, voor de volgende gescheiden ingezamelde afvalstromen: papier- en kartonafval, kunststofafval, metaalafval, glasafval, bioafval, restafval. Elk ecoeiland dient ten minste 200 inwoners te bedienen.

52

Investering 1.c Geïntegreerde centra voor stedelijke agglomeraties met betrekking tot gescheiden inzameling

Doel

In stedelijke agglomeraties opgerichte en in bedrijf zijnde geïntegreerde afvalinzamelingscentra

Aantal

0

6

KWARTAAL 4

2024

Ten minste 6 geïntegreerde afvalinzamelingscentra opgericht en in gebruik genomen in stedelijke agglomeraties, in overeenstemming met het nationale afvalbeheerplan/de plannen voor het beheer van afval in de provincie Boekarest en het afvalbeheerplan van de gemeente Boekarest.

De locaties zorgen ervoor dat de meest bevolkte regio’s als volgt worden bestreken:

-Boekarest (noordelijk deel) en de aangesloten regio Ilfov;

-Boekarest (zuidzijde) en de aangesloten regio Ilfov;

-Constanta;

-Galati en Braila;

-Iasi;

-Craiova;

-Ploiesti;

-Timisoara;

-Cluj-Napoca;

-Sibiu;

-Brasov;

-Baia Mare;

-Targu Mures;

-Buzau.

De centra zorgen voor de gescheiden inzameling van huishoudelijk afval dat niet in een deur-tot-deursysteem kan worden ingezameld, respectievelijk recycleerbaar afval en bioafval dat niet in individuele afvalbakken kan worden ingezameld, alsook speciale afvalstromen — omvangrijk afval, afgedankte elektrische en elektronische apparatuur, gebruikte batterijen, gevaarlijk afval, bouw- en sloopafval.

Om ervoor te zorgen dat de maatregel voldoet aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), moeten de in het kader van deze maatregel aangekochte voertuigen uit milieuoogpunt de best beschikbare technologie zijn.

53

Investering 1.c Geïntegreerde centra voor stedelijke agglomeraties met betrekking tot gescheiden inzameling

Doel

In stedelijke agglomeraties opgerichte en in bedrijf zijnde geïntegreerde afvalinzamelingscentra

Aantal

6

14

KWARTAAL 2

2026

In stedelijke agglomeraties worden ten minste 8 aanvullende geïntegreerde afvalinzamelingscentra opgericht en operationeel, in overeenstemming met het nationale afvalbeheerplan/de plannen voor het beheer van afval in de provincie Boekarest en het afvalbeheerplan van de gemeente Boekarest.

De locaties zorgen ervoor dat de meest bevolkte regio’s als volgt worden bestreken:

-Boekarest (noordelijk deel) en de aangesloten regio Ilfov;

-Boekarest (zuidzijde) en de aangesloten regio Ilfov;

-Constanta;

-Galati en Braila;

-Iasi;

-Craiova;

-Ploiesti;

-Timisoara;

-Cluj-Napoca;

-Sibiu;

-Brasov;

-Baia Mare;

-Targu Mures;

-Buzau.

De centra zorgen voor de gescheiden inzameling van huishoudelijk afval dat niet in een deur-tot-deursysteem kan worden ingezameld, respectievelijk recycleerbaar afval en bioafval dat niet in individuele afvalbakken kan worden ingezameld, alsook speciale afvalstromen — omvangrijk afval, afgedankte elektrische en elektronische apparatuur, gebruikte batterijen, gevaarlijk afval, bouw- en sloopafval.

54

Investering 1.d Bouw van afvalrecyclinginstallaties om de recyclingdoelstellingen van het pakket circulaire economie te halen

Doel

Gebouwde en in bedrijf zijnde afvalrecyclinginrichtingen

Aantal

0

26

KWARTAAL 2

2026

26 afvalrecyclinginrichtingen moeten worden gebouwd en in bedrijf gesteld om te voldoen aan de recyclingdoelstellingen van de nationale strategie voor de circulaire economie en in overeenstemming met het nationale afvalbeheerplan/de plannen voor het beheer van afval in de provincie Boekarest en het afvalbeheerplan van de gemeente Boekarest. Er wordt steun verleend aan particuliere marktdeelnemers die investeren in gescheiden ingezamelde afvalrecyclinginrichtingen om het effect van afval op het milieu en de bevolking te verminderen, het verbruik van hulpbronnen te verminderen teneinde duurzame economische ontwikkeling in alle regio’s te bevorderen en de recyclingdoelstellingen van het pakket circulaire economie te verwezenlijken. Prioriteit wordt gegeven aan geavanceerde projecten, gedigitaliseerd door het ontwerp van de werking, monitoring en interventie, waarbij het technologische energieverbruik, technologievervoer en onderhoud worden verminderd.

Om ervoor te zorgen dat de maatregel voldoet aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), moeten de in het kader van deze maatregel aangekochte voertuigen uit milieuoogpunt de best beschikbare technologie zijn.

55

Investeringen 2 Ontwikkeling van infrastructuur voor het beheer van mest en ander composteerbaar landbouwafval

Doel

Geïntegreerde systemen voor de inzameling van composteerbaar landbouwafval, opgezet en operationeel.

Aantal

0

254

KWARTAAL 2

2026

Er worden ten minste 254 geïntegreerde systemen voor de inzameling van composteerbaar landbouwafval opgezet en operationeel gemaakt, in overeenstemming met het nationale afvalbeheerplan, en wel als volgt:

-150 gemeentelijke geïntegreerde systemen (gemeenschappelijk platform, individuele platforms voor kleine en middelgrote landbouwers en op maat gemaakte apparatuur voor compostbeheer);

-94 gemeentelijke geïntegreerde systemen voor gemeenschappen met een bestaand gemeenschappelijk platform (individuele platforms voor kleine en middelgrote landbouwers en op maat gemaakte apparatuur voor compostbeheer);

-5 composteersystemen voor gemeenschappen met grote landbouwbedrijven (composteerstation en op maat gemaakte apparatuur voor compost management);

-5 biogassystemen voor gemeenschappen met zeer grote landbouwbedrijven (met een elektrische capaciteit van ten minste 300 kW en een warmtecapaciteit van ten minste 300 KW). Deze installaties moeten voldoen aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (C (2023) 6454 final) door te voldoen aan de duurzaamheids- en broeikasgasemissiereductiecriteria van de artikelen 29 tot en met 31 en de regels inzake biobrandstoffen op basis van levensmiddelen en diervoeders die zijn vastgesteld in artikel 26 van Richtlijn (EU) 2018/2001 betreffende hernieuwbare energie (REDII), en de daarmee verband houdende gedelegeerde en uitvoeringshandelingen.

Bij de selectie van de grote landbouwbedrijven en gemeenschappen van landbouwers (gemeenten en steden) wordt rekening gehouden met de beste positieve milieueffecten ten opzichte van de overheidsuitgaven van de investeringen, op basis van richtsnoeren waarin de selectiecriteria duidelijk worden gespecificeerd, waaronder:

-het aantal dieren, om de werkelijke (niet historische) bron van verontreiniging aan te tonen;

-de concentratie en trend van nitraten in ondergrondse wateren;

-beschikbaarheid van een geschikte bouwplaats;

-positieve kosten-batenanalyse; aantonen van de duurzaamheid van de investering op lange termijn, met inbegrip van modellen van de circulaire economie (met nadruk op biogasstations);

-beschikbaarheid van financiële middelen voor medefinanciering en voor de verdere werking van investeringen;

-positieve openbare raadplegingen om de maatschappelijke acceptatie van de milieu-investering aan te tonen.

De kleine en middelgrote landbouwers die van kleine platforms profiteren, wonen in de gemeenschappen waar mestbeheerplatforms functioneel zijn of nieuwe platforms worden gebouwd en zijn eigenaar van de in die gemeenschappen gefokte dieren.

Om ervoor te zorgen dat de maatregel voldoet aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), moeten de in het kader van deze maatregel aangekochte voertuigen uit milieuoogpunt de best beschikbare technologie zijn.

56

Investering 3.a Toezicht- en controleapparatuur voor de Nationale Milieuwacht

Doel

Commissarissen van de nationale milieuwacht die zijn uitgerust met digitale apparatuur voor monitoring- en controleactiviteiten op het gebied van afvalbeheer

Aantal

0

43

KWARTAAL 4

2024

Operationalisering van uitrusting voor 43 commissarissen van de milieuwacht voor monitoring- en controleactiviteiten op het gebied van afvalbeheer, teneinde de traceerbaarheid van afval te verbeteren, de zichtbaarheid op de werkelijke weg van afvaltransporten te vergroten en zo de hoeveelheden illegaal afvaltransport te verminderen. De volgende apparatuur moet worden aangekocht:

-1 geïntegreerd ICT-systeem voor de 43 commissarissen;

-8 scansystemen voor vrachtwagens;

-271 videocamera’s met disashcam;

-16 onbemande luchtvaartuigen;

-8 nutsvoertuigen die zijn uitgerust met radiocommunicatie voor het vervoer van controleapparatuur;

-709 op het lichaam gedragen Cameras.

Om ervoor te zorgen dat de maatregel voldoet aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), moeten de in het kader van deze maatregel aangekochte voertuigen uit milieuoogpunt de best beschikbare technologie zijn.

57

Investering 3.a Toezicht- en controleapparatuur voor de Nationale Milieuwacht

Doel

400 controlebezoeken met behulp van de bewakings- en controleapparatuur

Aantal

0

400

KWARTAAL 4

2025

400 controlemissies uitgevoerd door de leden van de Nationale Milieuwacht met behulp van de digitale apparatuur die in het kader van mijlpaal 56 is aangeschaft voor monitoring- en controleactiviteiten.

58

Investering 3.b Luchtkwaliteit, radioactiviteit en geluidsbewakingsapparatuur voor het nationaal agentschap voor milieubescherming

Doel

operationalisering van apparatuur voor luchtkwaliteit, radioactiviteit en geluidscontrole

Aantal

0

384

KWARTAAL 2

2025

Apparatuur voor luchtkwaliteit, radioactiviteit en geluidscontrole moet worden aangekocht en operationeel worden gemaakt.

De apparatuur moet ervoor zorgen dat gegevens over de concentraties van verontreinigende stoffen in het milieu worden verzameld, overgedragen, opgeslagen en gerapporteerd kunnen worden.

De aankoop van apparatuur voor de monitoring van de luchtkwaliteit vindt pas plaats na de vaststelling van het nationale luchtverkeersleidingsprogramma (onderdeel van het onderdeel duurzaam vervoer van het nationale plan voor herstel en veerkracht en naar schatting in juni 2022) op basis van de in het programma voorziene behoeften.

D.ONDERDEEL 4: Duurzaam vervoer

Met dit onderdeel van het herstel- en veerkrachtplan worden verschillende uitdagingen in verband met duurzaam vervoer aangepakt om slimme, veilige en inclusieve mobiliteit in Roemenië te bevorderen. Het moet worden gezien in samenhang met component 10 „lokaal fonds”, dat aanvullende maatregelen voor duurzame mobiliteit in stedelijke gebieden omvat.

Het doel van deze component is de duurzaamheid van de Roemeense vervoerssector te vergroten door de groene en digitale transitie ervan te ondersteunen. De hervormingen ter ondersteuning van de investeringen omvatten wijzigingen in de regelgeving om emissievrij wegvervoer te stimuleren, het bestuur van staatsbedrijven in de vervoerssector te verbeteren, de verkeersveiligheid te verbeteren, schoon openbaar vervoer te bevorderen en de modal shift naar het spoor en de binnenvaart te bevorderen.

De hervormingen en investeringen dragen bij tot de uitvoering van de landspecifieke aanbevelingen die Roemenië in 2019 en 2020 heeft ontvangen met betrekking tot de noodzaak om: I) „vroegtijdige publieke investeringsprojecten vervroegen en particuliere investeringen te bevorderen om het economisch herstel te bevorderen” en „de investeringen toespitsen op de groene en digitale transitie, met name op duurzaam vervoer” (landspecifieke aanbevelingen 3, 2020), waarbij „rekening wordt gehouden met regionale verschillen” (landspecifieke aanbevelingen 4, 2019); II) „de voorbereiding en prioritering van grote projecten verbeteren en de uitvoering ervan versnellen (landspecifieke aanbevelingen 4, 2019).

Verwacht wordt dat geen enkele maatregel in deze component ernstig afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregelen en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01). Investeringen in wegeninfrastructuur zijn gericht op het TEN-T-kernnetwerk, dragen bij tot de economische en sociale cohesie en gaan gepaard met ingrijpende hervormingen om het wegvervoer koolstofvrij te maken, infrastructuur voor alternatieve brandstoffen te ontwikkelen, de verkeersveiligheid te verbeteren en schoon openbaar vervoer en de modal shift te bevorderen.

D.1.    Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor niet-terugbetaalbare financiële steun

Hervorming 1. Duurzaam vervoer, decarbonisatie en verkeersveiligheid

De hervorming heeft tot doel de overgang naar duurzame en slimme mobiliteit te ondersteunen door het strategische, juridische en operationele kader van het vervoerssysteem in Roemenië te ontwikkelen en te verbeteren. De voorgestelde hervorming is gekoppeld aan maatregelen voor duurzame stedelijke mobiliteit die zijn opgenomen in het onderdeel „lokaal fonds” om te zorgen voor complementariteit en synergie met maatregelen op lokaal niveau.

De hervorming houdt het volgende in:

1.1 decarbonisatie van de weg volgens het beginsel „de vervuiler betaalt”

Met een wetgevingspakket wordt een nieuw belastingstelsel ingevoerd dat in overeenstemming is met het beginsel dat de vervuiler betaalt en andere beginselen van milieubelasting. Het pakket omvat i) op afstand gebaseerde heffingen voor zware vrachtvoertuigen (vrachtwagens en andere soorten vrachtwagens) en ii) stimuleringsregelingen voor de vernieuwing van het wagenpark (met name kleine auto’s/touringcars/bussen) door middel van sloopregelingen, in combinatie met belastingmaatregelen voor de eigendom van de meest vervuilende personenvoertuigen. De nieuwe heffingsregeling wordt op niet-discriminerende wijze ten uitvoer gelegd.

Het ministerie van Vervoer en Infrastructuur voert een analyse uit om meer specifiek het niveau van de heffingen vast te stellen, met name voor zwaar verkeer, met de specifieke stimulansen voor elektrische/hybride voertuigen, met inbegrip van lichte voertuigen, het tijdschema voor de geleidelijke invoering van dergelijke heffingen, de categorieën voertuigen die in het tolsysteem moeten worden opgenomen, het verontreinigingsniveau van personenvoertuigen, de categorieën wegen en het dekkingsniveau van het geïntegreerde nationale wegennet in Roemenië. De extra inkomsten moeten worden gebruikt voor het onderhoud van het wegennet en voor nieuwe investeringen in duurzaam vervoer.

De hervorming is er ook op gericht de minimumstreefcijfers voor overheidsopdrachten voor schone openbare voertuigen die in de EU-richtlijn schone voertuigen zijn vastgesteld, met ten minste 3 procentpunten te overschrijden.

Het wetgevingspakket omvat maatregelen om het gebruik van emissievrije voertuigen en programma’s voor de vernieuwing van het wagenpark door personen, particuliere bedrijven en overheidsinstellingen te stimuleren, die bijdragen tot een toename van het aantal in Roemenië geregistreerde emissievrije voertuigen met ten minste 100 % ten opzichte van de oorspronkelijke waarde in 2020, en tot de sloop van 250 000 vervuilende voertuigen (EURO 3 of minder) tegen 30 juni 2026.

Een belangrijk element dat bijdraagt tot de duurzaamheid van het vervoer, met name wat betreft de vermindering van de luchtverontreiniging in stedelijke gebieden en op nationaal niveau, is het nationale programma ter beheersing van de luchtverontreiniging (NAPCP), dat overeenkomstig Richtlijn (EU) 2016/2284 uiterlijk in april 2019 bij de Commissie had moeten worden ingediend en dat volgens de Roemeense autoriteiten uiterlijk op 30 juni 2022 zou worden goedgekeurd 1 .

Het door het Roemeense parlement goedgekeurde wetgevingspakket treedt uiterlijk op 30 juni 2024 in werking en de volledige operationalisering van het heffingenstelsel uiterlijk op 30 juni 2026.

1.2 infrastructuur voor alternatieve brandstoffen

Het doel van deze hervorming is de infrastructuur voor alternatieve brandstoffen voor wegvoertuigen te ontwikkelen, waarbij met name extra elektrische oplaadpunten moeten worden geïnstalleerd om uiterlijk op 30 juni 2026 ten minste 22 415 oplaadpunten te bereiken.

De door de herstel- en veerkrachtfaciliteit ondersteunde investering bestaat uit de financiering van ten minste 7 683 elektrische oplaadpunten, waarvan 6 600 punten oplaadpunten voor hoog vermogen (waarmee elektriciteit kan worden overgebracht naar een elektrisch voertuig met een vermogen van meer dan 22 kW) en 1 083 punten oplaadpunten voor normaal vermogen (die het mogelijk maken elektriciteit over te brengen naar een elektrisch voertuig met een vermogen van maximaal 22 kW, met uitzondering van apparaten met een vermogen van maximaal 3,7 kW).

Wat openbare toegankelijkheid betreft, zijn de 5 600 elektrische oplaadpunten die deel uitmaken van de component van het lokale fonds toegankelijk voor het publiek, overeenkomstig artikel 2, punt 7, van Richtlijn 2014/94/EU, en 2 083 punten (83 punten in de component van het lokale fonds en 2 000 punten in de renovatiegolfcomponent) semi-publieke/particuliere oplaadpunten.

De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 30 juni 2026 voltooid.

1.3 verkeersveiligheid

De hervorming bestaat uit een nationale verkeersveiligheidsstrategie die de volgende nieuwe maatregelen omvat:

1. Veiligheidsinspectie: de technische beoordeling ter bepaling van de verkeersveiligheid moet worden geoptimaliseerd; uitvoering en ontwikkeling van de technische expertise op het gebied van motorvoertuigen; het opzetten van onderzoeks- en deskundigenlaboratoria met methoden voor de monitoring, inspectie en beproeving van voertuigen gedurende hun gehele levensduur;

2. Ontwikkeling van databanken over verkeersveiligheidskenmerken in teststations en reparatie-eenheden; ontwikkeling van de methodologie voor gegevensverzameling en de primaire gegevensverzamelingsbasis voor de analyse van essentiële prestatie-indicatoren op het gebied van verkeersveiligheid;

3. Invoering van strengere snelheidsbeperkingen voor gevaarlijke gedeelten en verhoging van de handhaving van sancties voor overtredingen;

4. Strategie voor het wegwerken van zwarte plekken (hotspots) op het netwerk van nationale wegen en autosnelwegen. De 267 geïdentificeerde zwarte punten (hotspots) moeten uiterlijk in 2030 zijn weggewerkt, waarvan er 129 op 30 juni 2026 door het plan worden ondersteund.

Deze hervorming wordt uitgevoerd door middel van secundaire wetgeving en de daarmee samenhangende inwerkingtreding van handhavingsmaatregelen. Deze maatregelen vormen een aanvulling op de maatregelen voor verkeersveiligheid in stedelijke gebieden die deel uitmaken van de component „lokaal fonds”.

De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 31 december 2022 voltooid.

Strategie en wetgevingspakket voor intelligente vervoerssystemen (ITS) 1.4

Het doel van deze hervorming is het intelligente vervoerssysteem te ontwikkelen om het vervoer efficiënter en veiliger te maken dankzij de digitalisering van vervoersinformatie.

De hervorming wordt uitgevoerd door de opstelling van een strategisch document voor intelligente vervoerssystemen (ITS), dat door de Roemeense regering wordt goedgekeurd. De ITS-strategie wordt ontwikkeld in samenhang met intermodaal vervoersbeleid om tegemoet te komen aan de behoeften aan efficiënte exploitatie in multimodale knooppunten.

De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 30 juni 2022 voltooid.

1.5 ontwikkeling van spoorweginfrastructuur en beheer van het spoorverkeer

Het doel van deze hervorming is de efficiëntie en het concurrentievermogen van de spoorwegen in Roemenië te versterken.

De strategie omvat de moderniserings- en ontwikkelingsdoelstellingen die nodig zijn om tegemoet te komen aan de huidige en toekomstige mobiliteitsbehoeften van mensen en goederen, alsook de vastgestelde vereisten om het concurrentievermogen van het spoorvervoer te vergroten. Tegelijkertijd zijn er acties gepland om de exploitatie van de spoorweginfrastructuur te moderniseren om de prestaties van het treinverkeer te verbeteren en de exploitatie ervan efficiënter te maken teneinde de kosten van het spoorvervoer te beperken.

De hervorming omvat de „Strategie voor de ontwikkeling van de spoorweginfrastructuur 2021-2025”, die eind 2020 is goedgekeurd. Dit omvat alle onderhoud, reparaties en vernieuwingen die nodig zijn om de bestaande infrastructuur te herstellen en te onderhouden met de prestatieparameters die nodig zijn om concurrerend spoorvervoer op nationaal niveau te ondersteunen.

De maatregel omvat het investeringsplan 2020-2030, waarin prioriteit wordt gegeven aan spoorweginvesteringen in de tenuitvoerlegging van het TEN-T en het Europees beheersysteem voor het spoorverkeer (ERTMS), met een mechanisme met duidelijke indicatoren en criteria voor het prioriteren van investeringen in spoorweginfrastructuur, alsmede de institutionele regelingen die nodig zijn om dit mechanisme uit te voeren en investeringsprojecten voor te bereiden.

De maatregel omvat ook een strategie en een actieplan voor de invoering van ERTMS in de periode 2025-2030, met inbegrip van: duidelijke maatregelen voor de invoering en certificering van ERTMS voor het TEN-T-kernnetwerk op middellange en lange termijn (horizon 2030); verantwoordelijke actoren; begrotingsramingen; maatregelen op het gebied van bestuurlijke capaciteit op nationaal niveau voor verantwoordelijke instanties om het certificeringsproces volledig te beheren voor alle sectoren die tijdens de bouw ervan in aanmerking worden genomen, teneinde volledige operationalisering te waarborgen.

De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 31 december 2025 voltooid.

1.6 scheepvaartstrategie en integratie met andere vervoerswijzen

Het doel van deze hervorming is de verdere ontwikkeling van het vervoer over water (binnenwateren en havens) in Roemenië, in overeenstemming met de EU-strategie voor duurzame en slimme mobiliteit.

De maatregel omvat de vaststelling van de scheepvaartstrategie en de planning van interventiemaatregelen voor de ontwikkeling van de sector, geïntegreerd in andere vervoerswijzen, alsmede de ontwikkeling en goedkeuring van het actieplan voor de uitvoering van de strategie.

Er zal een analyse worden uitgevoerd van de huidige situatie van de Roemeense waterwegen (binnen- en zeevaart) en van de huidige situatie van Roemeense havens op het gebied van infrastructuur, met bijzondere aandacht voor de wijze waarop de milieuprestaties van schepen en havens kunnen worden verbeterd, rekening houdend met EU-brede vereisten zoals Richtlijn 2014/94/EU betreffende de uitrol van infrastructuur voor alternatieve brandstoffen. In de strategie moeten maatregelen worden overwogen om alle havenactiviteiten te vergroenen (emissies, lawaai, verontreiniging). Om de bevaarbaarheid van de Donau op duurzame wijze te bevorderen, wordt een aanpak ontwikkeld die duurzame infrastructuur, alternatieve brandstoffen en digitalisering combineert, waarbij rekening wordt gehouden met de milieugevoeligheid van de Donau. Er worden voorstellen gedaan om het wettelijke en institutionele kader voor het beheer van de waterinfrastructuur te wijzigen met het oog op: integratie van het vervoer over water met andere vervoerswijzen, vermindering van de milieu-impact van havens (zee- en binnenvaart) en scheepvaart, opstelling van plannen voor de ontwikkeling van intermodale havens en een duurzame uitbreiding van het vrachtvervoer op de Donau met 15 % tegen 2026.

De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 30 juni 2023 voltooid.

Investering 1. Modernisering en vernieuwing van de spoorweginfrastructuur

Het doel van deze investering is de „modernisering” van de spoorlijnen (met inbegrip van spoorwegvervanging, slangen, ondergrond, elektrificatie, consolidering/bouw van bruggen/bruggen, ERTMS-niveau 2) in overeenstemming met de TEN-T-normen, en de „vernieuwing” (vervanging van het spoor, traverse, gebroken steen, waardoor de lijn op constructieve snelheid komt) en specifieke spoorwegtrajecten te „elektrificeren”. Daarnaast zijn elf „quick wins” -investeringen gepland om snelheidsbeperkingen voor spoorwegen weg te nemen, de treinsnelheid te verhogen en de veiligheid op het spoor te vergroten. „Quick wins” -projecten worden uitgevoerd om de levensvatbaarheid van het spoorvervoer langs de TEN-T-corridors te waarborgen totdat deze worden gemoderniseerd. De investering levert in totaal 315 km verbeterde spoorlijnen op met een capaciteitstoename van 30 % en ERTMS 2; 2 426 km (2 163 km enkelvoudig spoor „quick wins” -projecten + 263 km vernieuwing van lijnen) van vernieuwde spoorwegen met een snelheid van 15 % (een gemiddelde snelheid van minimaal 100 km/u).

De investering omvat ook een portefeuille van 17 projecten voor elektronische centralisatie die moeten worden uitgevoerd via het nationale herstel- en veerkrachtplan, die een evenwichtige ruimtelijke spreiding in Roemenië hebben en echte spoorwegtrajecten vertegenwoordigen die de TEN-T-corridors bevoorraden. De 17 projecten voor elektronische centralisatie moeten capaciteitsproblemen oplossen voor 111 treinstations met een totale lengte van meer dan 973 km. Als gevolg daarvan wordt een toename van het verkeersvolume met 10-15 % verwacht. Bovendien moeten de voorgestelde elektronische centralisatieprojecten knelpunten voor spoorwegovergangen wegnemen door de wachttijden aanzienlijk te verkorten.

Verwachtwordt dat deze maatregel geen ernstige afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregel en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01). De projecten moeten met name volledig in overeenstemming zijn met de resultaten en voorwaarden van de overeenkomstig Richtlijn 2011/92/EU af te ronden milieueffectbeoordeling, alsook met de relevante beoordelingen in het kader van Richtlijn 2000/60/EG en Richtlijn 92/43/EEG van de Raad, met inbegrip van de uitvoering van de vereiste risicobeperkende maatregelen. Dit moet ervoor zorgen dat de investering geen significante of onomkeerbare gevolgen heeft voor de betrokken waterlichamen en geen significante negatieve gevolgen heeft voor beschermde habitats en soorten.

De uitvoering van de investeringen moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid, waarbij 50 % van de werkzaamheden uiterlijk op 31 december 2024 is voltooid.

Investering 2. Rollend spoorwegmaterieel

Het doel van deze investering in nieuw emissievrij en verbeterd rollend spoorwegmaterieel is de kwaliteit van het openbaar personenvervoer per spoor te verbeteren en zo het gebruik van dit soort duurzaam vervoer met betrekking tot het wegvervoer via een modal shift te vergroten.

Nieuw rollend spoorwegmaterieel wordt kosteloos ter beschikking gesteld van exploitanten van personenvervoer per spoor in het kader van openbaredienstcontracten die volledig in overeenstemming zijn met Verordening (EG) nr. 1370/2007.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.



D.2.    Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor niet-terugbetaalbare financiële steun

Volgende NUM.

Gerelateerde maatregel (hervorming of investering)

Mijlpaal/Doelstelling

Naam

Kwalitatieve

indicatoren 
(voor mijlpalen)

Kwantitatieve

indicatoren
(voor streefcijfers)

Indicatieve tijdlijn

in te vullen

Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling

Eenheid

van

meten

Basislijn

Doelstelling

Kwartaal

Jaar

59

Hervorming 1. Duurzaam vervoer, decarbonisatie en verkeersveiligheid

Het koolstofvrij maken van de weg volgens het beginsel „de vervuiler betaalt”

Mijlpaal

Inwerkingtreding van de wetgeving voor de invoering van een nieuwe op afstand gebaseerde heffingsregeling voor zware bedrijfsvoertuigen (vrachtwagens) en hogere eigendomsbelastingen voor de meest vervuilende personenvoertuigen (auto’s/bussen/touringcars) op basis van het beginsel „de vervuiler betaalt” en het beginsel van groene belastingen

Bepaling in de wetgeving betreffende de inwerkingtreding van de wetgeving

KWARTAAL 2

2023

Wetgevingspakket voor de invoering van een nieuwe op afstand gebaseerde heffingsregeling voor zware bedrijfsvoertuigen (vrachtwagens) en hogere eigendomsbelastingen voor de meest vervuilende personenvoertuigen (auto’s/bussen/touringcars) op basis van het beginsel „de vervuiler betaalt” en het beginsel van groene belastingen.

Het nieuwe heffingssysteem voor voertuigen omvat:

-specifiek niveau van op afstand gebaseerde heffingen en duidelijke criteria voor het in rekening brengen van zware bedrijfsvoertuigen in overeenstemming met het beginsel „de vervuiler betaalt”;

-stimulansen voor schone/emissiearme voertuigen en vervoerswijzen;

-een systeem van afschrikmiddelen voor het gebruik van de meest vervuilende voertuigen, onder meer door middel van fiscale/financiële maatregelen door middel van de hoogte van de eigendomsbelasting op particuliere personenvoertuigen;

-inkomsten gebruiken om wegenonderhoud en nieuwe investeringen in duurzaam vervoer te ondersteunen;

-de verschuiving van 10 % van het wegverkeer (passagiers en goederen) naar het spoor tussen 2020 en 2026;

-tijdschema voor de volledige operationalisering van het heffingssysteem tegen het vierde kwartaal van 2-2026.

60

Hervorming 1. Duurzaam vervoer, decarbonisatie en verkeersveiligheid

Het koolstofvrij maken van de weg volgens het beginsel „de vervuiler betaalt”

Mijlpaal

Inwerkingtreding van de wetgeving ter bevordering van het gebruik van schone voertuigen en programma’s voor de vernieuwing van het wagenpark door binnenlandse gebruikers, particuliere bedrijven en openbare instellingen

Bepaling in de wetgeving inzake de inwerkingtreding van de wetgeving om het gebruik van schone voertuigen en programma’s voor de vernieuwing van het wagenpark te stimuleren

KWARTAAL 2

2024

De wetgeving omvat financiële en fiscale stimulansen voor:

-het aantal emissievrije voertuigen tegen 2025 met ten minste 100 % verhogen ten opzichte van de oorspronkelijke waarde in 2020;

-schrap ten minste 250 000 vervuilende voertuigen (EURO 3 of minder) tussen 2022 en Q2-2026.

61

Hervorming 1. Duurzaam vervoer, decarbonisatie en verkeersveiligheid

Het koolstofvrij maken van de weg volgens het beginsel „de vervuiler betaalt”

Doel

Nieuwe schone voertuigen die door overheidsinstanties worden aanbesteed, ten minste 3 % boven de drempels van de richtlijn schone voertuigen

Percentage (%)

0

3

KWARTAAL 4

2025

De doelstelling heeft betrekking op het percentage schone voertuigen in het totale aantal door overheidsinstellingen aangekochte voertuigen. De doelstelling is om de minimumstreefcijfers voor overheidsopdrachten voor het aandeel schone voertuigen van het totale aantal voertuigen per categorie zoals vastgesteld in de richtlijn schone voertuigen (Richtlijn (EU) 2019/1161 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 tot wijziging van Richtlijn 2009/33/EG) in de periode 2021-2025 met ten minste 3 procentpunten te overschrijden.

Duidelijkheidshalve zou dit neerkomen op een streefcijfer van ten minste 21,7 % voor lichte bedrijfsvoertuigen, 9 % voor zware bedrijfsvoertuigen en 27 % voor bussen, aangezien de minimumstreefcijfers voor overheidsopdrachten die in de richtlijn schone voertuigen voor Roemenië zijn vastgesteld, de volgende zijn: 18,7 % voor lichte voertuigen, 6 % voor zware bedrijfsvoertuigen, 24 % voor bussen.

62

Hervorming 1. Duurzaam vervoer, decarbonisatie en verkeersveiligheid

Het koolstofvrij maken van de weg volgens het beginsel „de vervuiler betaalt”

Doel

Afgedankte vervuilende motorvoertuigen (EURO 3 of lager)

Aantal

0

250 000

KWARTAAL 2

2026

Ten minste 250 000 vervuilende voertuigen (met emissienormen EURO 3 of lager) ouder dan 15 jaar worden tussen 2022 en medio 2026 gesloopt.

63

Hervorming 1. Duurzaam vervoer, decarbonisatie en verkeersveiligheid

Het koolstofvrij maken van de weg volgens het beginsel „de vervuiler betaalt”

Doel

Verhoging van het aantal emissievrije voertuigen

Aantal

0

29 500

KWARTAAL 1

2026

De doelstelling heeft betrekking op de toename van het aantal emissievrije (elektrische en waterstofvoertuigen, zoals gedefinieerd in Richtlijn 2014/94/EU betreffende infrastructuur voor alternatieve brandstoffen) (M1 — personenauto’s, N1 — lichte bedrijfsvoertuigen; N2 en N3 — zware bedrijfsvoertuigen, op basis van VN/ECE-normen) geregistreerd in Roemenië tussen eind 2020 en eind 2025. De officiële gegevens voor eind 2025 worden eind 1 2026 door het Nationaal Instituut voor de Statistiek aan het Europees Waarnemingscentrum voor alternatieve brandstoffen gerapporteerd voor monitoringdoeleinden.

64

Hervorming 1. Duurzaam vervoer, decarbonisatie en verkeersveiligheid/infrastructuur voor alternatieve brandstoffen

Doel

Op nationaal niveau geïnstalleerde elektrische oplaadpunten

Aantal

1 836

22 415

KWARTAAL 2

2026

Het nationale streefcijfer voor elektrische oplaadpunten voor emissievrije wegvoertuigen bestaat uit:

a.1 836 reeds bestaande oplaadpunten

b.2 896 oplaadpunten met hoog vermogen (ten minste 50 kW) (waarvan 264 elektrische laadpunten worden voorgesteld in het kader van de door de herstel- en veerkrachtfaciliteit gefinancierde projecten voor de ontwikkeling van het wegennet) worden tegen 2030 geïnstalleerd op het netwerk van nationale wegen/autosnelwegen, overeenkomstig de C.N.A.I.R-strategie voor de installatie van laadstations voor elektrische voertuigen op het TEN-T-netwerk in Roemenië.

c.5 683 oplaadpunten gefinancierd uit de component „Local Fund” van het ministerie van Ontwikkeling (5 600 oplaadpunten voor hoog vermogen en 83 oplaadpunten voor normaal vermogen), die als volgt worden uitgesplitst:

-oplaadpunten in gemeenten van districtswoningen: 1 697;

-oplaadpunten in andere gemeenten: 796;

-oplaadpunten in steden: 679;

-oplaadpunten in plattelandsgebieden: 2 428.

d.2 000 oplaadpunten gefinancierd door het onderdeel „renovatiegolf” van het ministerie van Ontwikkeling (1 000 hogevermogenspunten en 1 000 normale vermogenspunten);

e.ten minste 10 000 andere oplaadpunten voor hoog en normaal vermogen die worden gefinancierd uit nationale bronnen, andere EU-financiering (met inbegrip van het cohesiebeleid) en/of particuliere bronnen (onder meer via concessies).

Deze oplaadpunten bevinden zich in de gebieden die in de algemene stedelijke plannen/plannen voor duurzame stedelijke mobiliteit zijn vastgesteld als gebieden voor huisvesting/gemengde gebieden/dienstengebieden/commerciële zones/vervoersgebieden (zo dicht mogelijk bij de bewoners — om de reisbehoeften te beperken). Deze oplaadpunten moeten zich ook bevinden in multimodale punten om pendelaars aan te moedigen gebruik te maken van het openbaar vervoer.

De oplaadpunten worden geïnstalleerd:

85-95 % in openbaar toegankelijke/semi-openbare ruimten;

5-15 % in particuliere gebouwen.

65

Hervorming 1. Duurzaam vervoer, decarbonisatie en verkeersveiligheid

Verkeersveiligheid

Mijlpaal

Goedkeuring van de nationale verkeersveiligheidsstrategie

Goedkeuring van de strategie bij regeringsbesluit (secundaire wetgeving) en begin van de uitvoering ervan

KWARTAAL 2

2022

De nationale verkeersveiligheidsstrategie 2021-2030 moet uitvoering geven aan de EU-regels en -richtsnoeren zoals uiteengezet in het EU-beleidskader voor verkeersveiligheid 2021-2030 en de „Vision Zero”, met als doel het aantal verkeersdoden tegen 2050 tot bijna nul terug te brengen. Als tussentijdse doelstelling neemt Roemenië de EU-doelstelling over om het aantal slachtoffers (doden en zwaargewonden) met 50 % te verminderen ten opzichte van het referentiescenario van 2019 tot 2030.

De strategie wordt op geïntegreerde en multidisciplinaire wijze gericht op alle actoren die betrokken zijn bij de verkeersveiligheid en omvat:

-handhaving van de regels inzake naleving, hogere straffen voor inbreuken op de wet;

-verlaging van de snelheidsbeperkingen in specifieke gebieden of wegen, afhankelijk van ongevallengegevens/risicoanalyse en beste praktijken op EU-niveau, invoering van een systeem voor snelheidsbeheer en verplichte veiligheidskenmerken, herziening van de verkeersregels, met inbegrip van prioriteit voor kwetsbare gebruikers;

-vermindering van zwarte/hotspots in zowel stedelijke als interstedelijke omgevingen, met inbegrip van een specifiek investeringsactieplan om het aantal zwarte/hotspots tegen het vierde kwartaal van 129 tegen het vierde kwartaal van 2 te verminderen ten opzichte van de oorspronkelijke 267 zwarte/hotspots in 2021;

-geleidelijke afschaffing uit het nationale register van oude/gebrekkige voertuigen, meer veiligheidsinspecties en -controles;

-onderwijs en opleiding, voorlichtingscampagnes;

-integratie van het wetgevingssysteem en hervorming van de intelligente vervoerssystemen (ITS).

Een strategisch document voor intelligente vervoerssystemen (ITS) wordt goedgekeurd door de Roemeense regering. De ITS-strategie wordt ontwikkeld in samenhang met intermodaal vervoersbeleid om tegemoet te komen aan de behoeften aan efficiënte exploitatie in multimodale knooppunten.

De entiteit die verantwoordelijk is voor het toezicht op de uitvoering van de verkeersveiligheidsstrategie en de kernprestatie-indicatoren worden duidelijk gedefinieerd en operationeel gemaakt.

66

Hervorming 1. Duurzaam vervoer, decarbonisatie en verkeersveiligheid

Verkeersveiligheid

Mijlpaal

Inwerkingtreding van de verkeersveiligheid — wetgeving — wetgeving inzake toezicht, handhaving en sancties op verkeersveiligheidsovertredingen

Bepaling in de wetgeving betreffende de inwerkingtreding van de verkeersveiligheidswetgeving

KWARTAAL 4

2022

De volgende wetswijzigingen ter bevordering van de verkeersveiligheid worden ingevoerd:

-handhaving van de regels inzake naleving, hogere straffen voor inbreuken op de wet;

-monitoring van verkeersovertredingen door automatische apparatuur (videocamera’s, sensoren);

-verlaging van de snelheidsbeperkingen in specifieke gebieden of wegen, afhankelijk van ongevallengegevens/risicoanalyse en beste praktijken op EU-niveau, invoering van een systeem voor snelheidsbeheer en verplichte veiligheidskenmerken, herziening van de verkeersregels, met inbegrip van prioriteit voor kwetsbare gebruikers;

-geleidelijke afschaffing uit het nationale register van oude/gebrekkige voertuigen, meer veiligheidsinspecties en -controles.

Met de algemene doelstelling voor verkeersveiligheid wordt gestreefd naar een vermindering van het aantal verkeersdoden met 50 % tegen 2030 ten opzichte van 2019, in overeenstemming met het EU-beleidskader voor verkeersveiligheid 2021-2030.

67

Hervorming 1. Duurzaam vervoer, decarbonisatie en verkeersveiligheid/verkeersveiligheid

Doel

Geïnstalleerde en functionele apparatuur om de snelheidshandhaving en de naleving van de verkeersveiligheidsregels te verbeteren

Aantal

0

1 800

KWARTAAL 4

2024

1 000 snelheidscontrolesystemen, 300 mobiele radars en 500 camera’s moeten worden geïnstalleerd en functioneel.

Snelheidscontrolesystemen zijn verkeersveiligheidsinfrastructuur bestaande uit snelheidsbegrenzingsconstructies van voertuigen. Mobiele radars worden gebruikt door de Wegenpolitie, afhankelijk van de sectoren waar de meeste snelheidsovertredingen worden geregistreerd, en camera’s dienen als automatische registratie van verkeersovertredingen.

Zij worden prioritair geplaatst in de geïdentificeerde 267 zwarte punten/hotspots.

68

Hervorming 1. Duurzaam vervoer, decarbonisatie en verkeersveiligheid 
Verkeersveiligheid

Doel

Vermindering van het aantal verkeersslachtoffers (zwaargewonden en overleden personen) met 25 % ten opzichte van het referentiescenario van 2019

Percentage (%)

100

75

KWARTAAL 1

2026

De doelstelling heeft betrekking op een vermindering van het jaarlijkse aantal verkeersslachtoffers (ernstig gewonden en overleden personen) in 2025 ten opzichte van het referentiescenario van 2019 bij verkeersongevallen in het hele land, dankzij de hervorming van de verkeersveiligheid, het uitgebreide actieplan en de in het kader van het Roemeense herstel- en veerkrachtplan ondersteunde verkeersveiligheidsinvesteringen. De officiële gegevens voor eind 2025 worden eind 1 2026 door het Nationaal Instituut voor de Statistiek gerapporteerd.

69

Hervorming 1. Duurzaam vervoer, decarbonisatie en verkeersveiligheid 
Ontwikkeling van spoorweginfrastructuur en beheer van het spoorverkeer

Mijlpaal

Goedkeuring van de strategie voor de ontwikkeling van de spoorweginfrastructuur 2021-2025 en toepassing van het actieplan

Goedkeuring van de strategie voor de ontwikkeling van de spoorweginfrastructuur bij Regeringsbesluit nr. 985/2020 (secundaire wetgeving), goedkeuring van het actieplan en begin van de uitvoering

KWARTAAL 4

2021

In de goedgekeurde strategie en het goedgekeurde actieplan worden de verantwoordelijke autoriteiten/actoren, de termijnen voor de uitvoering, de financiële toewijzingen en de indicatoren vermeld. Tegelijkertijd stelt de minister van Vervoer en Infrastructuur samen met C.N.C.F. C.F.R. SA een mechanisme vast met duidelijke indicatoren en criteria voor het prioriteren van investeringen in spoorweginfrastructuur, alsmede de institutionele regelingen die nodig zijn voor de uitvoering van dit mechanisme en de voorbereiding van investeringsprojecten.

Goedkeuring van het actieplan voor de ontwikkeling van de spoorweginfrastructuur 2021-2025, dat het volgende omvat:

-een systeem met indicatoren voor het prioriteren van investeringen;

-een structuur die verantwoordelijk is voor de projectvoorbereiding;

-maatregelen om het goederenvervoer per spoor in 2026 met ten minste 25 % te verhogen ten opzichte van 2020;

-specifieke maatregelen om de doelstelling van een toename van het aantal treinreizigers met gemiddeld 25 % te bereiken ten opzichte van het referentiescenario van 2021;

-maatregelen om het gebruik van nieuw rollend materieel te vergroten;

-maatregelen om passagiers op pendelroutes over te hevelen van bussen/minibussen naar spoorwegen.

Het ministerie van Vervoer en Infrastructuur keurt ook het investeringsplan voor de ontwikkeling van de vervoersinfrastructuur voor de periode 2020-2030 goed, waarin prioriteit wordt gegeven aan spoorweginvesteringen en de operationalisering van ERTMS overeenkomstig het plan voor herstel en veerkracht, waarmee de strategie voor de ontwikkeling van spoorweginfrastructuur wordt geactualiseerd in het licht van alle beschikbare financieringsbronnen.

70

Hervorming 1. Duurzaam vervoer, decarbonisatie en verkeersveiligheid 
Ontwikkeling van spoorweginfrastructuur en beheer van het spoorverkeer

Mijlpaal

Publicatie en uitvoering van het nationale actieplan voor het Europees beheersysteem voor het spoorverkeer (ERTMS)

Goedkeuring en uitvoering van het actieplan

KWARTAAL 4

2025

De mijlpaal heeft betrekking op de uitvoering van een nieuw ERTMS-actieplan tegen 2025.

Het actieplan omvat:

-duidelijke stappen voor de invoering en certificering van ERTMS voor het TEN-T-kernnetwerk op middellange (2025) en lange termijn (horizon 2030);

-verantwoordelijke actoren;

-begrotingsramingen;

-maatregelen inzake bestuurlijke capaciteit op nationaal niveau voor de aangemelde instanties om het ERTMS-certificeringsproces voor alle beoogde sectoren binnen het tijdsbestek van hun bouw volledig te beheren, teneinde volledige operationalisering te waarborgen.

71

Hervorming 1. Duurzaam vervoer, decarbonisatie en verkeersveiligheid

Scheepvaartstrategie

Mijlpaal

Goedkeuring van de scheepvaartstrategie

Goedkeuring van de scheepvaartstrategie door de regering

KWARTAAL 2

2023

Ontwikkeling en goedkeuring van de scheepvaartstrategie.

Ontwikkeling en goedkeuring van het actieplan voor de uitvoering van de scheepvaartstrategie.

Ontwikkeling en goedkeuring van een gids voor prioritaire investeringen in vaartuigen.

De scheepvaartstrategie omvat:

analyse van de huidige situatie van de Roemeense waterwegen (zowel de binnenvaart als de zeevaart) en de stand van zaken van de Roemeense havens op het gebied van infrastructuur; analyse van projecten in de Roemeense scheepvaartsector; analyse van toekomstige trends en scenario’s voor 2027, 2030, 2035 en 2050; De analyse is gericht op de wijze waarop de milieuprestaties van vaartuigen en havens kunnen worden verbeterd, rekening houdend met vereisten op EU-niveau, zoals Richtlijn 2014/94/EU betreffende de uitrol van infrastructuur voor alternatieve brandstoffen; hoewel er belang moet worden gehecht aan de levering van groene brandstoffen aan schepen (met name via walstroom), moet in de strategie worden overwogen om alle havenactiviteiten te vergroenen (emissies, lawaai, verontreiniging). Om de bevaarbaarheid van de Donau op duurzame wijze te bevorderen, is een aanpak nodig waarbij duurzame infrastructuur, alternatieve brandstoffen en digitalisering worden gecombineerd, rekening houdend met de milieugevoeligheid van de Donau.

Er worden voorstellen gedaan om het juridische en institutionele kader voor het beheer van de scheepvaartinfrastructuur te wijzigen met als doel: het vervoer over water te integreren met andere vervoerswijzen, ontwikkelingsplannen voor intermodale havens op te stellen en het vrachtvervoer op de Donau tussen eind 2022 en eind 2026 op duurzame wijze met 15 % te verhogen.

72

Investering 1. Modernisering en vernieuwing van de spoorweginfrastructuur

Mijlpaal

Ondertekening van contracten voor 50 % van de werkzaamheden in verband met modernisering, modernisering en vernieuwing van spoorweginfrastructuur

 

Ondertekening van contracten

KWARTAAL 4

2022

De doelstelling heeft betrekking op de gunning van contracten met winnende ondernemingen ter waarde van 50 % van de werkzaamheden voor de bouw van en het toezicht op spoorwegen, en wel als volgt:

-Modernisering, elektrificatie van spoorlijnen, ERTMS op het traject Arad-Timișoara — Caransebeeventuele;

-Modernisering, elektrificatie van spoorlijnen, ERTMS op het traject Cluj-Napoca — Episcopia Bihor.

De vernieuwingsinvesteringen hebben betrekking op de volgende lijnen:

·Boekarest — Pitești — uitgebreid TEN-T;

·Reșița — Voiteni — Verband met de TEN-T-kerncorridor.

De investering omvat ook een reeks „Quick Wins” -projecten om snelheidsbeperkingen en -beperkingen op de volgende punten op te heffen:

·Boekarest — Craiova;

·Arad — Oradea;

·Sibiu — Copșa Mică;

·Oradea — Satu Mare — Halmeu;

·Apahida — Dej — Baia Mare — Satu Mare;

·Dej — Beclean — Ilva Mica

·Aanpassing — Siculeni;

·Filiași — Tg.Jiu — Petroșani — Simeria;

·Pitești — Slatina — Craiova;

·Coșlariu — Teiuș — Cluj-Napoca;

·Tecuci — Bârlad — Vaslui — Iași.

De aanbestedingsprocedure wordt uitgevoerd overeenkomstig L98/2016 en de latere wijzigingen daarvan, waarbij de relevante Europese Richtlijn 2014/24/EU is omgezet.

De gunning van opdrachten geschiedt na open en concurrerende aanbestedingen en de goedkeuring van de desbetreffende vergunningen, waarbij een milieueffectbeoordeling (met inbegrip van de uit hoofde van de kaderrichtlijn water vereiste beoordelingen) en passende beoordelingsadviezen (onderdeel van de habitatrichtlijn) worden uitgebracht en opgenomen in het ontwerp van de investeringen, en zorgen voor naleving van de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01).

73

Investering 1. Modernisering en vernieuwing van de spoorweginfrastructuur

Mijlpaal

Ondertekening van contracten voor 100 % van de werkzaamheden in verband met modernisering, modernisering en vernieuwing van spoorweginfrastructuur

Ondertekening van contracten

KWARTAAL 4

2023

De doelstelling heeft betrekking op de ondertekening van contracten met winnende bedrijven voor:

-Modernisering, elektrificatie van spoorlijnen, ERTMS op het traject Arad-Timișoara — Caransebeeventuele;

-Modernisering, elektrificatie van spoorlijnen, ERTMS op het traject Cluj-Napoca — Episcopia Bihor.

De vernieuwingsinvesteringen hebben betrekking op de volgende lijnen:

·Boekarest — Pitești — uitgebreid TEN-T;

·Reșița — Voiteni — Verband met de TEN-T-kerncorridor.

De investering omvat ook „Quick Wins” -projecten om snelheidsbeperkingen en -beperkingen op de volgende punten op te heffen:

·Boekarest — Craiova;

·Arad — Oradea;

·Sibiu — Copșa Mică;

·Oradea — Satu Mare — Halmeu;

·Apahida — Dej — Baia Mare — Satu Mare;

·Dej — Beclean — Ilva Mica

·Aanpassing — Siculeni;

·Filiași — Tg.Jiu — Petroșani — Simeria;

·Pitești — Slatina — Craiova;

·Coșlariu — Teiuș — Cluj-Napoca;

·Tecuci — Bârlad — Vaslui — Iași.

De aanbestedingsprocedure wordt uitgevoerd overeenkomstig L98/2016 en de latere wijzigingen daarvan, waarbij de relevante Europese Richtlijn 2014/24/EU is omgezet.

De gunning van opdrachten geschiedt na open en concurrerende aanbestedingen en de goedkeuring van de desbetreffende vergunningen, waarbij een milieueffectbeoordeling (met inbegrip van de uit hoofde van de kaderrichtlijn water vereiste beoordelingen) en passende beoordelingsadviezen (onderdeel van de habitatrichtlijn) worden uitgebracht en opgenomen in het ontwerp van de investeringen, en zorgen voor naleving van de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01).

74

Investering 1. Modernisering en vernieuwing van de spoorweginfrastructuur

Doel

Voltooiing van de werkzaamheden voor ten minste 50 % van de totale investeringen in spoorweginfrastructuur.

Percentage (%)

 

0

50

KWARTAAL 4

2024

De doelstelling heeft betrekking op de tussentijdse voltooiing van 50 % van de werkzaamheden voor investeringen in spoorweginfrastructuur, gemeten in percentage voltooide werkzaamheden (gecertificeerd door toezichtrapport) voor:

-Modernisering, elektrificatie, ERTMS op het traject Arad-Timișoara- Caransebeat;

-Upgrade, elektrificatie, ERTMS op baanvak Cluj-Napoca — Episcopia Bihor.

De vernieuwingsinvesteringen hebben betrekking op de volgende lijnen:

·Boekarest — Pitești — uitgebreid TEN-T;

·Reșița — Voiteni — Verband met de TEN-T-kerncorridor.

De investering omvat ook „Quick Wins” -projecten om beperkingen en snelheidsbeperkingen op de volgende punten op te heffen:

·Boekarest — Craiova;

·Arad — Oradea;

·Sibiu — Copșa Mică;

·Oradea — Satu Mare — Halmeu;

·Apahida — Dej — Baia Mare — Satu Mare;

·Dej — Beclean — Ilva Mica;

·Aanpassing — Siculeni;

·Filiași — Tg.Jiu — Petroșani — Simeria;

·Pitești — Slatina — Craiova;

·Coșlariu — Teiuș — Cluj-Napoca;

·Tecuci — Bârlad — Vaslui — Iași.

75

Investering 1. Modernisering en vernieuwing van de spoorweginfrastructuur

Doel

Kilometers nieuwe/verbeterde operationele spoorweginfrastructuur

Kilometers (km)

0

2 741

KWARTAAL 2

2026

De doelstelling omvat:

-315 km verbeterde spoorlijnen met een capaciteitstoename van 30 % en ERTMS-niveau 2 geïnstalleerd;

-2 426 km (2 163 km totale lengte van het tracé „quick wins” -projecten + 198 km vernieuwing van het traject Boekarest — Pitești + 65 km vernieuwing van het traject Reșita — Voiteni) van vernieuwde spoorwegen met 15 % hogere snelheid (gemiddelde snelheid tot min. 100 km/u).

De doelstelling heeft betrekking op het aantal km nieuwe en verbeterde spoorwegen dat moet worden aangevuld met een kennisgeving van aanvaarding door de aanbestedende dienst en in gebruik, in overeenstemming met de TEN-T-normen en TSI’s:

-Modernisering, elektrificatie, ERTMS op het traject Arad-Timișoara- Caransebeeventuele;

-Upgrade, elektrificatie, ERTMS op baanvak Cluj-Episcopia Bihor.

-Voor de twee bovengenoemde projecten omvatten de werkzaamheden volledige ERTMS-installaties op het spoor en moet de vereiste certificering voor de interoperabiliteit van de Europese spoorwegen tegelijk met de investering zelf worden voltooid.

Het renovatieproces van investeringen omvat de volgende lijnen:

·Boekarest — Pitești — uitgebreid TEN-T;

·Reșița — Voiteni — Verband met de TEN-T-kerncorridor.

De investering omvat „Quick Wins” -projecten om de snelheidsbeperkingen en -beperkingen op de volgende punten op te heffen:

·Boekarest — Craiova;

·Arad — Oradea;

·Sibiu — Copșa Mică;

·Oradea — Satu Mare — Halmeu;

·Apahida — Dej — Baia Mare — Satu Mare;

·Dej — Beclean — Ilva Mica;

·Aanpassing — Siculeni;

·Filiași — Tg.Jiu — Petroșani — Simeria;

·Pitești — Slatina — Craiova;

·Coșlariu — Teiuș — Cluj-Napoca;

·Tecuci — Bârlad — Vaslui — Iași.

Er moet bewijs worden geleverd van de naleving van de vergunningsprocedures in het kader van de milieueffectbeoordeling overeenkomstig Richtlijn 2011/92/EU, om de naleving van de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) te waarborgen. Een goede ecologische toestand/een goed ecologisch potentieel van de betrokken waterlichamen in overeenstemming met de eisen van de kaderrichtlijn water (Richtlijn 2000/60/EG) moet worden bereikt/behouden en moet worden gestaafd door de meest recente relevante ondersteunende gegevens.

ERTMS-baansystemen moeten worden gecertificeerd voor Europese interoperabiliteit.

76

Investering 2. Rollend spoorwegmaterieel

Mijlpaal

Ondertekening van contracten na openbare en openbare aanbestedingen.

Ondertekening van contracten

KWARTAAL 2

2023

De mijlpaal heeft betrekking op de contracten die zijn ondertekend tussen het ministerie van Vervoer en Infrastructuur en de winnende ondernemingen voor de levering van rollend materieel: 20 EMU (elektrische motorstellen — RE-IR — Elektrische interregio — langeafstandstreinen, met 6 eenheden), 12 H-EMU (Waterstofelektrische motorstellen, met 3 + 1 eenheden), gemoderniseerd emissievrij rollend materieel: 55 locomotieven en 139 wagons, 16 nieuwe elektrische locomotieven met 4 assen met ERTMS/European Train Control System (ETCS) en omzetting van 20 dieselhydraulische rangeerlocomotieven in elektrische locomotieven met plug-in elektrische locomotieven, na openbare en openbare aanbestedingen.

77

Investering 2. Rollend spoorwegmaterieel

Doel

Nieuw elektrisch rollend materieel in bedrijf

Aantal

0

262

KWARTAAL 2

2026

Ingebruikneming van:

-    20 EMU (elektrische motorstellen — RE-IR — Elektrische interregio — langeafstandstreinen, met 6 eenheden) en 12 H-EMU (waterstofelektrische motorstellen, met 3 + 1 eenheden)

-    55 gemoderniseerde elektrische locomotieven met een snelheid van 160 km/u en het slepen van treinen tot 16 wagons;

-    16 nieuwe elektrische locomotieven met 4 assen met ERTMS-systeem die een snelheid van 160 km/u kunnen bereiken en treinen tot 16 wagons kunnen slepen;

-    20 rangeerlocomotieven aangepast van diesel naar elektrisch vermogen en plugin;

-    139 gemoderniseerd (30 slaapwagens, slaapwagens, restaurantwagens en bistro wagons en 109 wagons van klasse voor InterCity, InterRegio en Regio).

Om de efficiëntie van de investering te maximaliseren, wordt al het nieuw aangekochte rollend materieel gebruikt op het TEN-T-netwerk, met voorrang op verbeterde lijnen.

D.3.    Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor de lening

Hervorming 2. Prestatiegebaseerd kwaliteitsbeheer in het vervoer — Verbetering van de institutionele capaciteit en corporate governance

Het doel van deze hervorming is de kwaliteit van vervoersinvesteringen en -diensten te verbeteren door de corporate governance en de prestaties van de staatsbedrijven die actief zijn in de vervoerssector te verbeteren, met name voor de ondernemingen die verantwoordelijk zijn voor wegen, spoorwegen en metro.

Bij in april 2021 in werking getreden wetgeving is een nieuwe entiteit C.N.I.R. S.A. opgericht om de investeringen in het wegvervoer te beheren, met de verantwoordelijkheid voor de uitvoering van de projecten vanaf de fase van de technische en economische documentatie, de aanbestedingsprocedures, de effectieve bouw tot de ontvangst. Verwacht wordt dat dit het mogelijk zal maken een specifieke entiteit (C.N.I.R) te richten op het efficiënte beheer en de prioritering van de investeringen in nieuwe wegen, terwijl de andere entiteit (C.N.A.I.R) zich zal richten op het beheer en onderhoud van het bestaande wegennet. Er is een overgangsperiode van 3 jaar waarin C.N.A.I.R. (National Company for Road Infrastructure Administration) en C.N.I.R. parallel investeringsprojecten moeten uitvoeren tot de volledige operationalisering van het C.N.I.R.

De selectie en benoeming van de leden van de raad van bestuur van de staatsbedrijven in de vervoerssector worden verbeterd aan de hand van transparante en concurrerende procedures, en de beloning moet in overeenstemming zijn met de kernprestatie-indicatoren (KPI’s).

Op basis van een onafhankelijke beoordeling van de financiële en operationele prestaties in overeenstemming met de normen van de OESO (Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling) worden aanbevelingen ter verbetering van de prestaties van C.N.A.I.R., C.N.I.R., C.F.R. (Compania Naommenională de Căi Ferate), C.F.R. Călători en Metrorex uitgevoerd. Om de onafhankelijke evaluatie uit te voeren, contracteert/selecteert het ministerie van Vervoer en Infrastructuur via een concurrerende openbare aanbesteding een internationale financieringsinstelling of een internationaal auditbedrijf dat erkend is voor de bekwaamheid en deskundigheid op het gebied van de prestaties van staatsbedrijven. De aanbevelingen van deze onafhankelijke beoordeling worden uiterlijk op 30 juni 2023 uitgevoerd.

Deze hervorming zorgt voor een evenwichtige vertegenwoordiging van vrouwen in alle hervormingsprocessen en in de organisatorische structuren die specifiek zijn voor de uitvoering ervan. Zij heeft ook tot doel de vertegenwoordiging van vrouwen in besluitvormingsfuncties van ondernemingen die onder deze hervorming vallen, te verbeteren.

De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 30 juni 2023 voltooid.

Investering 3. Ontwikkeling van duurzame wegeninfrastructuur op het TEN-T-netwerk, tolheffing, verkeersbeheer en verkeersveiligheid

Het doel van deze investering is de kwaliteit en efficiëntie van de wegeninfrastructuur op specifieke delen van het TEN-T-netwerk te verbeteren en de economische en sociale cohesie te bevorderen, met name in minder ontwikkelde en afgelegen gebieden.

De nieuwe autosnelwegen moeten in totaal 429 km worden aangelegd, en wel als volgt:

• A7 — Ploiești-Pașcani (319 km);

• A8 — Târgu-Mureș-Miercurea Nirajului en Leghin- Târgu Neamț (Moțca) (59 km);

• A1 — Marginea-Holdea (9 km);

• A3 — Nădășelu-Poarta Sălajului (42 km).

Alle snelwegsectoren moeten worden aangelegd overeenkomstig de TEN-T-normen, moeten voldoen aan en opnemen in het ontwerp van de milieueffectbeoordeling, adviezen en voorwaarden van de passende beoordeling (onderdeel van de habitatrichtlijn), en moeten nieuwe technische voorschriften omvatten om de verontreiniging te beperken, de veiligheid te verbeteren en de efficiëntie van het verkeer te bevorderen.

De aanleg van nieuwe snelwegen omvat de volgende kenmerken: verplichte technische normen in overeenstemming met de TEN-T-eisen, de bouw van elektrische laadstations, de bouw van beveiligde parkeerterreinen, de invoering van digitaliseringsoplossingen om het verkeer efficiënter en veiliger te maken, de installatie van bosgordijnen en werkzaamheden om de verkeersveiligheid te verbeteren.

Verwacht wordt dat deze maatregel geen ernstige afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregel en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren „Geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01). Alle snelwegtrajecten moeten worden aangelegd in overeenstemming met de TEN-T-normen, voldoen aan de eisen van de milieueffectbeoordeling, de passende beoordeling (onderdeel van de habitatrichtlijn) in het ontwerp opnemen en nieuwe technische kenmerken bevatten om verontreiniging te beperken en het vervoer te digitaliseren (boscordijnen, geluidsabsorberende panelen, elektrische laadstations, intelligent vervoerssysteem, verkeersveiligheid). Naleving „geen ernstige afbreuk doen” wordt gewaarborgd door middel van de volgende begeleidende maatregelen:

-de koppeling van de wegeninvesteringen aan de installatie van ten minste 22 415 elektrische laadpunten, zoals voorzien in hervorming 1 van deze component, investeringen 1 en 2 van component 10 („lokaal fonds”) en investering 1 van component 5 („renovatiegolf”);

-Hervorming 1 van deze component, waarbij het volgende wordt ingevoerd: heffingen op basis van de afstand voor zware vrachtvoertuigen (vrachtwagens en andere soorten vrachtwagens); lokale belastingmaatregelen voor de eigendom van de meest vervuilende personenvoertuigen; en iii) de toename met 29 500 van in Roemenië geregistreerde emissievrije elektrische voertuigen tussen 2020 en 2025;

-Hervorming 1 van deze component, die financiële en fiscale stimulansen biedt om het aantal emissievrije en emissiearme voertuigen te verhogen en ten minste 250 000 vervuilende voertuigen (EURO 3 of minder) te slopen;

-Hervorming 1 van deze component, die een strategie voor de ontwikkeling van de spoorweginfrastructuur en een scheepvaartstrategie en integratie met andere vervoerswijzen omvat, die de modal shift van het wegvervoer naar het spoor en/of de binnenvaart ondersteunen:

-Hervorming 4 van component 10 „lokaal fonds”, die maatregelen omvat om de vernieuwing van het openbaar vervoer met schone voertuigen te stimuleren, de verkeersveiligheid te verhogen en nationale minimumkwaliteitsnormen in stedelijke en plattelandsgebieden te waarborgen.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

Investering 4. Ontwikkeling van het ondergrondse vervoersnetwerk in de gemeenten Boekarest en Cluj-Napoca

Het doel van deze investering is de uitbreiding van het ondergrondse vervoersnet in de gemeente Boekarest met 6,6 kilometer en de aanleg van een ondergronds vervoersnet van 8,8 kilometer in Cluj-Napoca. De projecten dragen bij tot een toename van het gebruik van schoon openbaar vervoer, waardoor de luchtverontreiniging, de emissies en de congestie in deze stedelijke gebieden worden verminderd. De investering omvat faciliteiten voor personen met beperkte mobiliteit en is toegankelijk voor visueel gehandicapten.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

D.4.    Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor de lening

Volgende NUM.

Gerelateerde maatregel (hervorming of investering)

Mijlpaal/Doelstelling

Naam

Kwalitatieve

indicatoren 
(voor mijlpalen)

Kwantitatieve

indicatoren
(voor streefcijfers)

Indicatieve tijdlijn

in te vullen

Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling

Eenheid

van

meten

Basislijn

Doelstelling

Kwartaal

Jaar

78

R2. Prestatiegebaseerd kwaliteitsbeheer in het vervoer — Verbetering van de institutionele capaciteit en corporate governance 

Mijlpaal

Inwerkingtreding van Wet nr. 50/2021 voor de goedkeuring van noodverordening nr. 55/2016 inzake de reorganisatie van de nationale onderneming voor snelwegen en nationale wegen in Roemenië — S.A. (C.N.A.I.R.) en de oprichting van de National Road Investment Company — S.A. (C.N.I.R.)

Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van wet nr. 50/2021

KWARTAAL 2

2021

De inwerkingtreding van de wetgeving inzake de hervorming van het C.N.A.I.R. en de oprichting van een nieuwe onderneming voor het beheer van projecten voor investeringen in het wegvervoer (C.N.I.R.). De wet werd goedgekeurd door het parlement en trad in april 2021 in werking. Naast de wetgeving (primair en secundair) omvat het volledige regelgevingspakket (instructies, besluiten van de raad van bestuur, met de beheerteams gesloten beheerscontracten):

-Duidelijke prestatie-indicatoren, afgestemd op de mandaten en KPI’s van de raden van bestuur, sancties en stimulansen in geval van niet-naleving, om de financiële prestaties (inkomsten, winstgevendheid, betrokkenheid van de staatsbegroting) en de prestaties van de verleende dienst (bv. via een enquête naar de tevredenheid van de gebruikers) voor beide ondernemingen te beoordelen;

-Normen inzake corporate governance in overeenstemming met het O.E.C.D.-kader (beroepsraden geselecteerd via een open, concurrerende en transparante procedure).

De primaire en secundaire wetgeving moet worden gewijzigd om de activiteiten van de onderneming doeltreffender te maken en de bevoegdheden en institutionele mechanismen van C.N.A.I.R. te heroriënteren.

Meer in het bijzonder behoudt C.N.A.I.R. de huidige taken op het gebied van wegenonderhoud en bestaande investeringen op het niveau van zowel grote als kleine projecten. Er is een overgangsperiode van 3 jaar waarin C.N.A.I.R. en C.N.I.R. parallel investeringsprojecten moeten uitvoeren totdat het C.N.I.R. volledig operationeel is en alle grote investeringsprojecten onder het beheer van het C.N.I.R. vallen.

79

R2. Prestatiegebaseerd kwaliteitsbeheer in het vervoer — Verbetering van de institutionele capaciteit en corporate governance

Mijlpaal

Selectie en benoeming van de leden van de raad van bestuur van C.N.A.I.R., C.N.I.R, C.F.R., Metrorex, C.F.R. Călători.

Mandaten gevalideerd door de algemene vergadering van belanghebbenden

KWARTAAL 4

2022

De selectie en benoeming van de leden van de raad van bestuur van staatsbedrijven in de vervoerssector (C.N.A.I.R., C.N.I.R, C.F.R., Metrorex, C.F.R. Călători) geschiedt:

-op basis van een transparante en concurrerende procedure,

-met een looptijd van 4 jaar om ervoor te zorgen dat de efficiëntieplannen voor de middellange en lange termijn worden uitgevoerd;

-met beloning van leden van de raad van bestuur op basis van prestatie-indicatoren (KPI’s) die verband houden met de financiële duurzaamheid op lange termijn (KPI die relevant is voor het profiel van elke onderneming) en prestaties van de verleende dienst (bv. op basis van een klanttevredenheidsenquête) door elke onderneming;

-in overeenstemming met de beginselen van goed bestuur in overeenstemming met de hervorming van staatsbedrijven tot wijziging van Wet 111/2016.

80

R2. Prestatiegebaseerd kwaliteitsbeheer in het vervoer — Verbetering van de institutionele capaciteit en corporate governance

Mijlpaal

Uitvoering van de belangrijkste aanbevelingen om de financiële en operationele prestaties van C.N.A.I.R., C.N.I.R., C.F.R., Călători en Metrorex te verbeteren

De belangrijkste aanbevelingen worden uitgevoerd

KWARTAAL 2

2023

Na de voltooiing van een onafhankelijke evaluatie van de financiële en operationele prestaties van C.N.A.I.R, C.N.I.R., C.F.R. (Compania Naand ională de Căi Ferate), C.F.R. Călători en Metrorex overeenkomstig de OESO-normen, worden de belangrijkste aanbevelingen van de evaluatie uitgevoerd.

Voor de onafhankelijke evaluatie selecteert het ministerie van Vervoer en Infrastructuur via openbare aanbestedingsprocedures een internationale financieringsinstelling of een internationaal auditbedrijf, erkend op grond van haar bekwaamheid en deskundigheid op het gebied van de prestaties van staatsbedrijven. Er wordt een onafhankelijke evaluatie uitgevoerd van de financiële en operationele prestaties van C.N.A.I.R, C.F.R. Călători en Metrorex overeenkomstig de OESO-normen. De belangrijkste aanbevelingen van de evaluatie worden uitgevoerd.

81

R2. Prestatiegebaseerd kwaliteitsbeheer in het vervoer — Verbetering van de institutionele capaciteit en corporate governance

Doel

Betere spoorprestaties wat betreft stiptheid van treinen

Percentage (%)

0

20

KWARTAAL 4

2025

De doelstelling is een vermindering met ten minste 20 % van het percentage treinen met een vertraging van meer dan 30 minuten ten opzichte van de basislijn van 2020 tot 2025, op basis van officiële gepubliceerde statistieken.

Eind 2021 moet een analyse worden uitgevoerd om de uitgangswaarde voor het aantal treinen met vertragingen te kwantificeren.

82

I3. Ontwikkeling van duurzame wegeninfrastructuur op het TEN-T-netwerk, tolheffing, verkeersbeheer en verkeersveiligheid

Mijlpaal

Ondertekening van contracten voor 100 % van de werken, na open en concurrerende aanbestedingen en verkregen relevante vergunningen, waarbij adviezen over milieueffectbeoordeling en passende beoordeling (onderdeel van de habitatrichtlijn) zijn uitgebracht en opgenomen in het ontwerp van de investeringen

Ondertekening van contracten

KWARTAAL 4

2023

De mijlpaal heeft betrekking op de ondertekening van contracten voor de bouw van en het toezicht op 100 % van de werkzaamheden op de snelwegtrajecten op het TEN-T-netwerk van A1, A3, A7 en A8:

• A7 — Ploiesti-Pascani;

• A8 — Târgu-Mures-Miercurea Nirajului en Leghin- Târgu Neamț (Moțca);

• A1 — Marginea-Holdea;

• A3 — Nădășelu-Poarta Sălajului.

Om te voldoen aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) moeten alle snelwegtrajecten worden aangelegd in overeenstemming met de TEN-T-normen, voldoen aan de milieueffectbeoordelingsvereisten en de passende beoordeling (onderdeel van de habitatrichtlijn) in het ontwerp opnemen, en nieuwe technische kenmerken bevatten om de verontreiniging te beperken en het vervoer te digitaliseren (boscordijnen, geluidsabsorberende panelen, elektrische laadstations, intelligent vervoerssysteem, verkeersveiligheid) in overeenstemming met de relevante regelgeving.

De aanbestedingsprocedure is open en concurrerend en wordt uitgevoerd overeenkomstig Wet 98/2016 en de latere wijzigingen daarvan, waarbij de relevante Europese Richtlijn 2014/24/EU is omgezet.

83

I3. Ontwikkeling van duurzame wegeninfrastructuur op het TEN-T-netwerk, tolheffing, verkeersbeheer en verkeersveiligheid

Doel

Aanleg van nieuwe wegen, 50 % van de werkzaamheden voltooid

Percentage (%)

0

50

KWARTAAL 4

2024

De doelstelling heeft betrekking op de voltooiing van ten minste 50 % van de werkzaamheden (gecertificeerd door een toezichtrapport) van de wegeninfrastructuur op het TEN-T-netwerk:

• A7 — Ploiești-Pașcani (319 km);

• A8 — Târgu-Mureș-Miercurea Nirajului en Leghin- Tg. Neamț (Moțca) (59 km);

• A1 — Marginea-Holdea (9 km);

• A3 — Nădășelu-Poarta Sălajului (42 km).

De snelwegen worden gebouwd volgens technische specificaties, met volledige vermelding van alle MEB-resultaten, adviezen en voorwaarden voor passende beoordeling (onderdeel van de habitatrichtlijn) en voldoen aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01).

84

I3. Ontwikkeling van duurzame wegeninfrastructuur op het TEN-T-netwerk, tolheffing, verkeersbeheer en verkeersveiligheid

Doel

Aanleg van nieuwe wegen voltooid (met TEN-T-normen)

Kilometers (km)

910

1 339

KWARTAAL 2

2026

De doelstelling heeft betrekking op het aantal km wegeninfrastructuur dat is aangelegd en in gebruik is genomen (in totaal 429 km) op het TEN-T-netwerk:

·A7 — Ploiești-Pașcani (319 km);

·A8 — Târgu-Mureș-Miercurea Nirajului en Leghin — Târgu Neamț (Moțca) (59 km);

·A1 — Marginea-Holdea (9 km);

·A3 — Nădășelu-Poarta Sălajului (42 km).

De uitgangswaarde van 910 km autosnelweg komt overeen met het aantal km dat eind 2020 voltooid en operationeel was volgens de gegevens van het Nationaal Instituut voor Statistiek.

Aantal elektrische oplaadpunten in ruimten die zijn gebouwd op de nieuwe wegeninfrastructuur: 264 (gemiddeld 5 laadpunten/stations in 52 laadstations).

Intelligent verkeerssysteem (ITS): 429 km autosnelwegen die zijn uitgerust met de nieuwe ITS overeenkomstig de desbetreffende verordeningen.

Bosgordijnen: 625 ha specifieke bomen zoals beschreven in de beoordeling „geen ernstige afbreuk doen” voor deze maatregel.

Veilige en beveiligde parkeerplaatsen langs de autosnelwegen: 18.

De snelwegen worden gebouwd volgens technische specificaties, met volledige vermelding van alle MEB-resultaten, adviezen en voorwaarden voor passende beoordeling (onderdeel van de habitatrichtlijn), teneinde te voldoen aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01).

85

I3. Ontwikkeling van duurzame wegeninfrastructuur op het TEN-T-netwerk, tolheffing, verkeersbeheer en verkeersveiligheid

Doel

Verkeersveiligheid zwarte/hotspots verwijderd

Aantal

0

129

KWARTAAL 2

2026

De bestaande 267 zwarte/hotspots op het gebied van verkeersveiligheid in 2021 moeten met 129 worden verminderd.

Maatregelen om de 129 zwarte/hotspots voor verkeersveiligheid weg te werken, zijn onder meer:

-locatie van wegmuren met rollen, beton of kabel (met gebruikmaking van duurzame materialen in overeenstemming met de circulaire economie), afhankelijk van het soort weg, om de verkeersveiligheid te verbeteren in gebieden met een hoog risico op verkeersongevallen;

-maatregelen om de gevolgen van botsingen met harde objecten in het weggebied te beperken door middel van het lokaliseren van slagdempers die zijn uitgerust met een systeem voor ongevallendetectie en verkeersmonitoring;

-aankoop van systemen ter bescherming van werknemers die noodinterventies uitvoeren in de snelweginfrastructuur en nationale wegen die openstaan voor internationaal verkeer, type „Truck Mounted attenuator”;

-Verkeersveiligheidscampagne gericht op kwetsbare categorieën weggebruikers;

-de verkeersveiligheid ’s nachts verhogen door gevaarlijke weggedeelten met groene lichtbronnen te signaleren;

-omleiding van het verkeer ’s nachts door routering van palen, lichtknoppen, met inbegrip van borden ter bescherming van weggebruikers tegen wilde dieren;

-het verhogen van de verkeersveiligheid door het verlichten van gevaarlijke sectoren en het optimaliseren van het verbruik van bestaande verlichtingssystemen door ze uit te rusten met een systeem voor afstandsbeheer;

-overgangen om de verkeersveiligheid te vergroten en verkeersopstoppingen weg te nemen en voetgangerspaden te ontwikkelen;

-proefproject: het waarborgen van een hoog niveau van verkeersveiligheid op een snelweggedeelte dat het verkeer van autonome voertuigen mogelijk maakt.

De identificatie van zwarte/hotspots voor verkeersveiligheid wordt uitgevoerd door de Roemeense politie, die ook certificeert dat deze zijn verwijderd als gevolg van de werkzaamheden van C.N.A.I.R.

86

I4. Ontwikkeling van het ondergrondse vervoersnetwerk in de gemeenten Boekarest en Cluj-Napoca

Mijlpaal

Ondertekening van contracten voor 50 % van de werken, na openbare en openbare aanbestedingen en relevante vergunningen.

Ondertekening van contracten

KWARTAAL 4

2022

De contracten tussen het ministerie van Vervoer/City-Hall van Cluj-Napoca en de winnende ondernemingen worden ondertekend na een openbare en openbare aanbesteding voor de aankoop van 50 % van de werken aan nieuwe metrolijnen in Boekarest en Cluj-Napoca, en wel als volgt:

· M6 Boekarest: deel 1 mei — Tokio (6 stations), lengte 6,6 km;

·M1 Cluj-Napoca: Țara Moților (Teilor) — Sf. Maria (Câmpului) (7 stations), lengte 8,8 km.

De werkzaamheden die deel uitmaken van deze investering zijn: bouwweerstandswerkzaamheden, stations, interstations, tunnels, galerijen, andere constructies.

De aanbestedingsprocedure wordt uitgevoerd overeenkomstig L98/2016 en de latere wijzigingen daarvan, waarbij de relevante Europese Richtlijn 2014/24/EU is omgezet.

In de technische specificaties van de inschrijving moeten, indien nodig, alle resultaten en voorwaarden van de milieueffectbeoordeling volledig worden opgenomen.

87

I4. Ontwikkeling van het ondergrondse vervoersnetwerk in de gemeenten Boekarest en Cluj-Napoca

Mijlpaal

Ondertekening van contracten voor 100 % van de werken, na openbare en openbare aanbestedingen en relevante vergunningen.

Ondertekening van contracten

KWARTAAL 4

2023

De contracten tussen het ministerie van Vervoer/City-Hall van Cluj-Napoca en de winnende ondernemingen worden ondertekend, na een openbare en openbare aanbesteding voor de aankoop van 100 % van de werken, met inbegrip van structurele weerstandswerkzaamheden, stations, interstations, tunnels, galerijen, andere bouwwerken, voor de nieuwe metrolijnen:

· M6 Boekarest: deel 1 mei — Tokio (6 stations), lengte 6,6 km;

·M1 Cluj-Napoca: Țara Moților (Teilor) — Sf. Maria (Câmpului) (7 stations), lengte 8,8 km.

De werkzaamheden die deel uitmaken van deze investering zijn: werkzaamheden in verband met de weerstand tegen de constructie; stations, interstations, tunnels, galerijen, andere constructies.

De aanbestedingsprocedure wordt uitgevoerd overeenkomstig L98/2016 en de latere wijzigingen daarvan, waarbij de relevante Europese Richtlijn 2014/24/EU is omgezet.

De technische specificaties van de inschrijving moeten, indien nodig, alle resultaten en voorwaarden van de milieueffectbeoordeling volledig omvatten.

88

I4. Ontwikkeling van het ondergrondse vervoersnetwerk in de gemeenten Boekarest en Cluj-Napoca

Doel

Aanleg van 50 % van de investeringen in metrolijnen in Boekarest en Cluj-Napoca

Percentage (%)

0

50

KWARTAAL 4

2024

Voltooiing van ten minste 50 % van de werkzaamheden (gecertificeerd door toezichtrapport) voor nieuwe metrolijnen in Boekarest en Cluj-Napoca, met inbegrip van structurele weerstandswerkzaamheden, stations, interstations, tunnels, galerijen en andere constructies, als hieronder:

· M6 Boekarest: sectie 1 mei — Tokio;

·M1 Cluj-Napoca: Țara Moților (Teilor) — Sf. Maria (Câmpului).

89

I4. Ontwikkeling van het ondergrondse vervoersnetwerk in de gemeenten Boekarest en Cluj-Napoca

Doel

Aantal kilometers nieuwe metrolijnen in Boekarest en Cluj-Napoca voltooid

Kilometers (km)

0

15,4

KWARTAAL 2

2026

Voltooiing van de werkzaamheden aan de hoofdconstructie (bouwweerstandsstations, interstations, tunnels, galerijen, andere constructies) van nieuwe metrolijnen in Boekarest en Cluj-Napoca, voor een totale lengte van 15,4 km, als volgt:

· M6 Boekarest: deel 1 mei — Tokio (6 stations), lengte 6,6 km;

·M1: Cluj-Napoca — Afdeling 1: Țara Moților (Teilor) — Sf. Maria (Câmpului) (7 stations), lengte 8,8 km.

E.ONDERDEEL 5: Renovatie van gebouwen

In zijn nationale langetermijnrenovatiestrategie raamt Roemenië de noodzaak om 12,8 miljard EUR te investeren in de renovatie van gebouwen om het eindenergieverbruik in 0,83 met 2030 Mtoe te verminderen ten opzichte van het basisscenario.

Het doel van de component is de snelheid en de kwaliteit van de energierenovaties te verhogen, zowel in de publieke als in de particuliere sector, en tegelijkertijd de uitdaging van de bescherming van erfgoed aan te pakken. De hervormingen en investeringen in deze component zijn erop gericht het primaire energieverbruik en het eindenergieverbruik te verminderen in overeenstemming met de doelstellingen voor 2030 die zijn vastgesteld in de nationale langetermijnrenovatiestrategie.

Met deze investeringen en hervormingen wordt gevolg gegeven aan de landspecifieke aanbevelingen van Roemenië van de afgelopen twee jaar om „het investeringsgerelateerd economisch beleid toe te spitsen op [...] koolstofarme en energie-efficiëntie” (landspecifieke aanbevelingen 4, 2019) en „te focussen op investeringen voor de groene [...] transitie, met name op schone en efficiënte productie en gebruik van energie” (landspecifieke aanbevelingen 3, 2020).

Verwacht wordt dat geen enkele maatregel in deze component ernstig afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregelen en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01).

E.1.    Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor de lening

Hervorming 1. Vereenvoudigd en geactualiseerd regelgevingskader ter ondersteuning van de uitvoering van investeringen in de transitie naar groene en veerkrachtige gebouwen

De hervorming vereenvoudigt het wet- en regelgevingskader voor activiteiten op het gebied van de renovatie van gebouwen om de groene transitie te versnellen. De hervorming heeft betrekking op de volgende subhervormingen:

-R1.a. Codificatie van wetgeving ter ondersteuning van de uitvoering van investeringen in de transitie naar groene gebouwen. Het wetboek ruimtelijke ordening, stadsplanning en bouw verbindt, vereenvoudigt en codificeert ten minste 10 wetgevingshandelingen op het gebied van ruimtelijke ordening, urbanisme en bouw in één enkele wetgevingshandeling. De goedkeuring en inwerkingtreding van de code is opgenomen in de hervorming 5 van component 10 van het lokale fonds tegen 31 maart 2023. Het doel van dit hervormingselement is de tijd die nodig is voor de afgifte van bouwvergunningen door de betrokken entiteiten met ten minste 50 % te verkorten ten opzichte van 2020, van 270 dagen tot 135 dagen voor het gehele proces van het verkrijgen van bouwvergunningen. In de code worden ook de kernbeginselen van de Europese Green Deal geïntegreerd, zoals het bevorderen van hulpbronnenefficiëntie, op de natuur gebaseerde oplossingen, biodiversiteitscorridors en de circulaire economie. Zij bevordert ook de digitalisering van de vergunningsprocedures. De uitvoering van de subhervorming wordt uiterlijk op 31 juni 2025 voltooid.

-R1.b. Optimalisering van het wet- en regelgevingskader ter ondersteuning van de uitvoering van investeringen in de transitie naar groene gebouwen. Wat het wetgevingskader betreft, wordt noodverordening nr. 18/2009 van de regering inzake het nationale meerjarenprogramma voor de verbetering van de energieprestatie van residentiële gebouwen gewijzigd om het ambitieniveau van energierenovaties te verhogen tot een besparing van ten minste 30 % primaire energie tot 60 % besparing op primaire energie voor residentiële gebouwen. Het nieuwe technische regelgevingskader omvat de volgende goedgekeurde en operationele richtsnoeren: Richtsnoeren voor bijna-energieneutrale gebouwen (BENG), richtsnoeren om de uitvoering van de bouwinformatiemodelling (BIM) te vergemakkelijken, en een methodologie voor een niet-invasieve benadering van energie- en hulpbronnenefficiëntie in historische gebouwen. Het nieuwe regelgevingskader heeft tot doel richtsnoeren te verstrekken voor de technische uitvoering van BENG-vereisten, ter ondersteuning van de centrale overheidsinstanties die verantwoordelijk zijn voor het toezicht op de uitvoering van de BENG-vereisten; en normen vast te stellen om besparingen op energie- en hulpbronnenefficiëntie voor historische gebouwen te realiseren zonder afbreuk te doen aan hun architectonische en historische waarde. De uitvoering van de subhervorming wordt uiterlijk op 31 december 2022 voltooid.

Hervorming 2. Strategisch, wetgevend en procedureel kader ter ondersteuning van de aardbevingsbestendigheid van het gebouwenbestand

De hervorming heeft betrekking op de volgende subhervormingen:

-R2.a. de vaststelling van een nationale strategie ter beperking van het risico op seismische invloeden. De strategie omvat een actieplan met specifieke doelstellingen om het seismische risico op korte, middellange en lange termijn (2030, 2040 en 2050) voor de verschillende soorten kwetsbare gebouwen te verminderen, met inbegrip van bewustmaking van het publiek en versterking van de institutionele capaciteit voor seismische beheersing. De hervorming zorgt voor een geïntegreerde en consistente aanpak van de planning van energie- en seismische renovaties en vermindert van meerdere jaren tot meerdere maanden de tijd die nodig is om de prioritering van de interventies voor het gebouwenbestand doeltreffend te voltooien. Dit hervormingselement wordt ten uitvoer gelegd door de goedkeuring van de strategie door de regering en wordt uiterlijk op 31 december 2022 voltooid.

-R2.b. Optimalisering van het wetgevingskader voor de beperking van het seismische risico van bestaande gebouwen. Het doel van de subhervorming is de verbetering van het bestaande programma voor de aanpassing van het bestaande gebouwenbestand, dat in het verleden geen geïntegreerde aanpak van seismische en energierenovaties had. De subhervorming verandert het programma in een meerjarenprogramma, voert in de lijst van subsidiabele uitgaven de werkzaamheden op die nodig zijn om de energieprestatie te verbeteren, breidt het uit tot openbare gebouwen en niet alleen tot particuliere gebouwen, en introduceert ook seismische risicoklasse RSII als een van de in aanmerking komende criteria. Dit hervormingselement wordt ten uitvoer gelegd door de inwerkingtreding van de nieuwe wet inzake de beperking van het aardbevingsrisico van gebouwen en de uitvoering ervan wordt uiterlijk op 31 december 2022 voltooid.

Investering 1. Oprichting van een renovatiegolffonds ter financiering van werkzaamheden ter verbetering van deenergie-efficiëntie van het bestaande gebouwenbestand

Het doel van de investering is het energierenovatiepercentage van meergezins- en openbare gebouwen in Roemenië te verhogen. Aangezien Roemenië een van de Europese landen is die het meest zijn blootgesteld aan seismische risico’s, moet energierenovatie waar nodig parallel met de seismische renovatie worden uitgevoerd om een kostenefficiënte aanpak en een langdurig effect van de investering te waarborgen. Bij de werken wordt ook rekening gehouden met de esthetische en architectonische kwaliteit van het gebouw, door rekening te houden met de mogelijke eisen inzake culturele bescherming bij renovatie in het geval van gebouwen die tot cultureel erfgoed behoren. De investering moet ook de toegankelijkheid van gebouwen verbeteren door faciliteiten te creëren en gebouwen aan te passen aan de behoeften van personen met een handicap en aan de vergrijzing.

De investering wordt uitgevoerd op twee assen:

-As 1 — Investeringen in residentiële meergezinsgebouwen voor een groene en veerkrachtige transitie

Uiterlijk op 31 maart 2022 wordt een nationale steunregeling voor energie-efficiënte renovatie en geïntegreerde renovatie (seismische consolidatie en energie-efficiëntie) van meergezinswoningen vastgesteld. Het doel van de investering is een totaleCO2-besparing van ten minste 0,11 miljoen ton en een totale besparing van primaire energie van ten minste 0,11 Mtep. In de regeling wordt bepaald dat bij alle renovaties gemiddeld een besparing van ten minste 30 % van de vraag naar primaire energie wordt verwacht. In geval van ingrijpende renovatie van gebouwen met meer dan 10 parkeerplaatsen moet de bekabelingsinfrastructuur voor elke parkeerplaats de mogelijkheid bieden om oplaadpunten voor elektrische voertuigen te installeren en wordt één oplaadpunt voor elke 5 parkeerplaatsen geïnstalleerd.

Het ministerie van Ontwikkeling, Openbare Werken en Administratie is verantwoordelijk voor de publicatie van oproepen tot het indienen van voorstellen voor lokale overheden, terwijl de lokale overheden verantwoordelijk zijn voor de gunning van opdrachten. Eén oproep tot het indienen van voorstellen heeft betrekking op zowel de renovatie op het gebied van energie-efficiëntie als de seismische consolidatie van woongebouwen en wordt gewijd aan de gebieden met het hoogste seismische risico. De specificatie van de oproep vereist dat prioriteit wordt gegeven aan gemeenschappen die het risico lopen op armoede en sociale uitsluiting. Een afzonderlijke oproep tot het indienen van voorstellen heeft uitsluitend betrekking op gematigde renovaties op het gebied van energie-efficiëntie en wordt gericht op gemeenschappen die het risico lopen op armoede en sociale uitsluiting. Een derde oproep tot het indienen van voorstellen heeft betrekking op gematigde (90 %) en grondige (10 %) energierenovaties en wordt toegewezen aan alle lokale administratieve eenheden, met inbegrip van de zes sectoren van Boekarest, op basis van het aantal gebouwen en hun bevolking in het district. Indien na deze eerste ronde middelen niet zijn vastgelegd, worden de resterende middelen onder dezelfde voorwaarden ter beschikking gesteld van alle lokale administratieve eenheden volgens het beginsel „wie het eerst komt, het eerst maalt”.

Meergezinswoningen die zijn ingedeeld in seismische risicoklasse I of II (RSI en RsII) worden uitgesloten van de financiering van interventies die uitsluitend gericht zijn op energie-efficiëntie.

De uitvoering van de investeringen in het kader van deze as wordt uiterlijk op 30 juni 2026 voltooid.

-As 2 — Investeringen in openbare gebouwen voor een groene en veerkrachtige transitie

Uiterlijk op 31 maart 2022 wordt een nationale steunregeling voor energie-efficiënte renovatie en geïntegreerde renovatie (seismische consolidatie en energie-efficiëntie) van openbare gebouwen vastgesteld. Het doel van de investering is een totaleCO2-besparing van ten minste 0,059 miljoen ton en een totale besparing van primaire energie van ten minste 0,0168 Mtep. In de regeling wordt bepaald dat bij alle renovaties gemiddeld een besparing van ten minste 30 % van de vraag naar primaire energie wordt verwacht. In geval van ingrijpende renovatie van gebouwen met meer dan 10 parkeerplaatsen wordt ervoor gezorgd dat ten minste één oplaadpunt voor elektrische voertuigen of ingebouwde infrastructuur wordt geïnstalleerd.

Het ministerie van Ontwikkeling, Openbare Werken en Bestuurszaken houdt toezicht op de uitvoering en de werkzaamheden worden uitgevoerd via de nationale investeringsmaatschappij of rechtstreeks door de betrokken centrale, provincieraden, provinciale gemeenten en andere gemeenten, met inbegrip van de zes sectoren van Boekarest. Het ministerie is verantwoordelijk voor de publicatie van oproepen tot het indienen van voorstellen voor overheidsinstanties. De oproepen worden zoveel mogelijk samengevoegd tot gecentraliseerde grote aanbestedingspakketten en standaardaanbestedingsdocumenten met prestatie-indicatoren en specifieke vereisten en technische en economische evaluatieprocedures worden ontwikkeld.

Er wordt een oproep tot het indienen van geïntegreerde projecten (seismische consolidatie en energie-efficiëntie) georganiseerd voor de lokale bestuurlijke eenheden in gebieden met het hoogste seismische risico. Een afzonderlijke oproep tot het indienen van projecten heeft betrekking op matige (80 %) en grondige (20 %) energierenovaties. Indien na deze eerste ronde middelen niet zijn vastgelegd, worden de resterende middelen onder dezelfde voorwaarden ter beschikking gesteld van alle lokale administratieve eenheden volgens het beginsel „wie het eerst komt, het eerst maalt”.

Openbare gebouwen die zijn ingedeeld in de risicoklassen RSI en RsII voor seismische risico’s worden uitgesloten van de financiering van interventies die uitsluitend gericht zijn op energie-efficiëntie.

De uitvoering van de investeringen in het kader van deze as wordt uiterlijk op 30 juni 2026 voltooid.

Investering 2. Implementatie van het nationaal gebouwenregister

Het doel van de investering is een nationale gebouwenvoorraaddatabank op te zetten waarin belangrijke informatie wordt vermeld, zoals de typologie van het gebouw, het energieverbruik en het seismische risico. De databank draagt bij tot de ontwikkeling van beleidsanalyses en de formulering en evaluatie van programma’s, tot het identificeren van beoogde gebouwen voor verschillende programma’s, het identificeren van slechte/goede prestaties, het prioriteren van investeringen en het volgen van de algehele vooruitgang.

Met de investering wordt een nationaal gebouwenregister opgezet, een IT-systeem voor het bestaande nationale openbare en particuliere gebouwenbestand. Het register is gekoppeld aan en interoperabel met stedelijke gegevensbanken op lokaal niveau en andere nationale registersystemen. In de eerste proeffase bevat het register een deel met informatie over alle gebouwen die in het kader van het herstel- en veerkrachtplan worden gerenoveerd. Dit maakt het mogelijk het energieverbruik van die gebouwen te monitoren.

Het energiepaspoort voor gebouwen maakt deel uit van de logboeken en bevat alle informatie over energiegerelateerde interventies in digitaal formaat. Logboeken maken als geïntegreerd systeem deel uit van het nationaal gebouwenregister.

Het nationaal gebouwenregister is uiterlijk op 31 december 2024 online beschikbaar met de proefsectie.

Investering 3. Versterking van de professionele capaciteit van professionals en werknemers op het gebied van renovatie door de ontwikkeling van opleidingen over energie-efficiëntie in de bouwsector

Het doel van de investering is de investeringen in de renovatie van gebouwen aan te vullen door de vaardigheden en capaciteit van de professionals en werknemers in de bouwsector te versterken, wat momenteel ontoereikend is om de vereiste ambitieuze energierenovaties te realiseren.

De opleidingsprogramma’s bestaan uit korte cursussen in programma’s voor een leven lang leren ter verbetering van de vaardigheden van professionals en werknemers met groene banen in het kader van de energierenovatie van gebouwen, die in verschillende regio’s op uniforme wijze over het Roemeense grondgebied moeten worden verspreid. Er worden partnerschappen ontwikkeld tussen de opleidingscentra, universiteiten en relevante instellingen. De opleidingssessies worden gestructureerd in modules en omvatten zowel theoretische als praktische cursussen. De investering heeft betrekking op de deelname van personen met een handicap aan gespecialiseerde en opleidingscursussen/programma’s.

Het doel van de investering is de ontwikkeling van 10 certificeringsregelingen op het gebied van energieprestaties van gebouwen voor specialisten en kwalificaties voor bouwvakkers, die in totaal ten minste 8 000 personen bestrijken.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2023 zijn voltooid.

Investering 4. Circulaire economie en grotere energie-efficiëntie van historische gebouwen

Het doel van deze investering is het aanpakken van de uitdagingen van de energierenovatie van historische gebouwen en hulpbronnenefficiëntie, zoals historische monumenten en gebouwen in beschermde gebieden, door middel van een interdisciplinaire en geïntegreerde aanpak waarbij de beginselen van duurzaamheid en de circulaire economie worden toegepast, in overeenstemming met de „nationale strategie voor de bescherming van historische monumenten”. De investering bevordert de inzameling, de reparatie en het hergebruik van materiaal afkomstig van renovatiewerkzaamheden aan historische gebouwen, en draagt aldus bij tot zowel de instandhouding van het erfgoed als de doelstellingen inzake klimaat en energie- en hulpbronnenefficiëntie, in overeenstemming met de EU-strategie voor de renovatiegolf.

De investering moet i) nieuwe materialen en technologische oplossingen ontwikkelen en testen voor interventies op het gebied van energie- en hulpbronnenefficiëntie in historische gebouwen; beroepsvaardigheden ontwikkelen voor maatregelen op het gebied van energie- en hulpbronnenefficiëntie in historische gebouwen; oprichting van een proefcentrum voor de verzameling en het hergebruik van historische bouwmaterialen afkomstig van sloopwerken aan historische gebouwen; zorg dragen voor het regelmatige onderhoud van historische gebouwen.

Uiterlijk op 31 december 2024 is binnen het Nationaal Erfgoedinstituut een proefcentrum voor de verzameling en het hergebruik van historische bouwmaterialen operationeel en tegen 31 december 2025 worden 2 certificeringsregelingen voor energie- en hulpbronnenefficiënte interventies in historische gebouwen ontwikkeld die in totaal ten minste 200 personen bestrijken.

E.2.    Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor de lening

Volgende tekst.

Gerelateerde maatregel (hervorming of investering)

Mijlpaal/Doelstelling

Naam

Kwalitatieve indicatoren
(voor mijlpalen)

Kwantitatieve indicatoren
(voor streefcijfers)

Indicatieve termijn voor voltooiing

Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling

Eenheid

Basislijn

Doelstelling

Kwartaal

Jaar

90

Hervorming 1. Vereenvoudigd en geactualiseerd regelgevingskader ter ondersteuning van de uitvoering van investeringen in de transitie naar groene en veerkrachtige gebouwen

Mijlpaal

Inwerkingtreding van de wijzigingen van het bestaande wetgevingskader voor het nationale meerjarenprogramma voor de verbetering van de energieprestatie van woongebouwen (Noodverordening nr. 18/2009 van de regering)

Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de wijzigingen van Noodverordening nr. 18/2009 van de regering

KWARTAAL 4

2022

De wijzigingen van het nationale meerjarenprogramma voor de verbetering van de energieprestatie van residentiële gebouwen verhogen het ambitieniveau van energierenovaties tot een besparing van ten minste 30 % primaire energie tot 60 % besparing op primaire energie voor residentiële gebouwen door een bijgewerkte lijst op te stellen van uitgaven voor matige of grondige renovatie die in aanmerking komen voor steun, en door de ambitie van de prestatie-indicatoren voor in het kader van het programma ingediende projecten te verhogen.

91

Hervorming 1. Vereenvoudigd en geactualiseerd regelgevingskader ter ondersteuning van de uitvoering van investeringen in de transitie naar groene en veerkrachtige gebouwen

Mijlpaal

Het technische regelgevingskader voor investeringen voor de transitie naar groene en digitale gebouwen is operationeel

Bekendmaking in het staatsblad

KWARTAAL 4

2022

Het technische regelgevingskader omvat de volgende vastgestelde en operationele richtsnoeren: 
1. „De richtsnoeren voor energieneutrale gebouwen (BENG-richtsnoeren)” bieden richtsnoeren voor de technische uitvoering van BENG-vereisten, ter ondersteuning van de centrale overheidsinstanties die verantwoordelijk zijn voor het toezicht op de uitvoering van de BENG-vereisten. De richtsnoeren omvatten de relevante indicatoren en de mechanismen voor het verzamelen en monitoren ervan.

2. „de methodologie voor een niet-invasieve benadering van energie-efficiëntie van historische gebouwen” stelt normen vast om besparingen op het gebied van energie- en hulpbronnenefficiëntie voor historische gebouwen te realiseren zonder afbreuk te doen aan hun architectonische en historische waarde.

92

Hervorming 1. Vereenvoudigd en geactualiseerd regelgevingskader ter ondersteuning van de uitvoering van investeringen in de transitie naar groene en veerkrachtige gebouwen

Doel

Verkorting van het tijdschema voor de afgifte van bouwvergunningen

Percentage (%)

0

50

KWARTAAL 2

2025

Vermindering met ten minste 50 % van de tijd die nodig is voor de afgifte van bouwvergunningen door de betrokken entiteiten, ten opzichte van 2020, van 270 dagen tot 135 dagen voor de volledige procedure voor het verkrijgen van bouwvergunningen.

93

Hervorming 2. Strategisch, wetgevend en procedureel kader ter ondersteuning van de aardbevingsbestendigheid van het gebouwenbestand

Mijlpaal

Goedkeuring en uitvoering van de nationale strategie ter beperking van het risico op seismische verschijnselen voor de aanpassing van het bestaande gebouwenbestand.

Goedkeuring door de regering van de nationale strategie ter beperking van het risico op seismische criminaliteit.

 

 

 

 

KWARTAAL 4

2022

In de strategie worden de criteria vastgesteld voor het prioriteren van investeringen in de vermindering van het seismische risico voor het bestaande gebouwenbestand op basis van het niveau van het seismische risico voor gebouwen en gemeenschappen en de voordelen van risicobeperkingsmaatregelen.

De invoering van een methode voor snelle visuele beoordeling voor seismische risicobeoordeling van het tweede niveau draagt bij tot het verkorten van de tijd die nodig is om de prioritering van interventies voor het gebouwenbestand op basis van kwetsbaarheidsgegevens van meerdere jaren tot meerdere maanden doeltreffend te voltooien.

Zij houdt rekening met de in de langetermijnrenovatiestrategie voorgestelde maatregelen door middel van de ontwikkeling van een verplichte geïntegreerde interventiegids.

94

Hervorming 2. Strategisch, wetgevend en procedureel kader ter ondersteuning van de aardbevingsbestendigheid van het gebouwenbestand

Mijlpaal

Inwerkingtreding van de nieuwe wet inzake de beperking van het aardbevingsrisico van gebouwen 

Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de nieuwe wet inzake aardbevingsrisicovermindering van gebouwen 

KWARTAAL 4

2022

Inwerkingtreding van de nieuwe wet inzake seismische risicovermindering van gebouwen. De wet heeft betrekking op de volgende handelingen:

-een meerjarenaanpak voor de aanpassing van het bestaande gebouwenbestand opnemen

-opnemen in de lijst van in aanmerking komende personen; uitgaven voor de verschillende in aanmerking komende soorten werkzaamheden die nodig zijn om de energieprestaties te verhogen;

-het programma uit te breiden tot openbare gebouwen naast meergezinswoningen;

-invoering van de RsII-seismische klasse als een van de in aanmerking komende criteria, naast de RsI-seismische klasse.

95

Investering 1. Oprichting van een renovatiegolffonds ter financiering van werkzaamheden ter verbetering van de energie-efficiëntie van het bestaande gebouwenbestand

Mijlpaal

Tot vaststelling van een nationale steunregeling voor energie-efficiënte renovatie en geïntegreerde renovatie (seismische consolidatie en energie-efficiëntie) van meergezinswoningen 

Bekendmaking van het ministerieel besluit tot vaststelling van de financieringsregeling 

 

 

 

KWARTAAL 1

2022

De regeling financiert de energierenovatie van ten minste 3,2 miljoen m² woongebouwen.

De regeling financiert de volgende soorten projecten:

-geïntegreerde projecten (seismische consolidatie en energie-efficiëntie);

-energierenovatieprojecten.

De financieringsregeling waarborgt dat ten minste 90 % van de totale toewijzing wordt gebruikt voor energie-efficiëntiewerkzaamheden en niet meer dan 10 % van de toewijzing wordt gebruikt voor seismische consolidatie en andere aanvullende werkzaamheden (zoals brandveiligheid, toegankelijkheid).

De gehele regeling waarborgt dat alle contracten voldoen aan de relevante energie-efficiëntie-eis van een minimale vermindering van het energieverbruik met ten minste 50 % ten opzichte van het jaarlijkse energieverbruik voor verwarming voorafgaand aan de renovatie voor elk gebouw (behalve voor gebouwen met een status van cultuurgoed), die ten minste 30 % (matige renovatie) en 60 % (grondige renovatie) besparingen op de vraag naar primaire energie opleveren ten opzichte van de toestand vóór de renovatie en voldoen aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01).

96

Investering 1. Oprichting van een renovatiegolffonds ter financiering van werkzaamheden ter verbetering van de energie-efficiëntie van het bestaande gebouwenbestand

Mijlpaal

Tot vaststelling van een nationale steunregeling voor energie-efficiënte renovatie en geïntegreerde renovatie (seismische consolidatie en energie-efficiëntie) voor openbare gebouwen) 

Bekendmaking van het besluit tot vaststelling van de regeling 

 

 

 

KWARTAAL 1

2022

De regeling financiert de energierenovatie van ten minste 1,8 miljoen m² openbare gebouwen. De regeling waarborgt de volgende soorten projecten:

-geïntegreerde projecten (seismische consolidatie en energie-efficiëntie)

-energierenovatieprojecten.

De financieringsregeling waarborgt dat ten minste 90 % van de totale toewijzing wordt gebruikt voor energie-efficiëntiewerkzaamheden en niet meer dan 10 % van de toewijzing wordt gebruikt voor seismische consolidatie en andere aanvullende werkzaamheden (zoals brandveiligheid, toegankelijkheid).

De gehele regeling waarborgt dat alle contracten voldoen aan de relevante energie-efficiëntie-eis van een minimale vermindering van het energieverbruik met ten minste 50 % ten opzichte van het jaarlijkse energieverbruik voor verwarming voorafgaand aan de renovatie voor elk gebouw (behalve voor gebouwen met een status van cultuurgoed), die ten minste 30 % (matige renovatie) en 60 % (grondige renovatie) besparingen op de vraag naar primaire energie oplevert ten opzichte van de toestand vóór de renovatie en voldoet aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01).

97

Investering 1. Oprichting van een renovatiegolffonds ter financiering van werkzaamheden ter verbetering van de energie-efficiëntie van het bestaande gebouwenbestand

Mijlpaal

Oproepen tot het indienen van voorstellen voor energie-efficiënte renovatie en geïntegreerde renovatie (seismische consolidatie en energie-efficiëntie) voor residentiële gebouwen

Publicatie van de specificaties van de oproep

KWARTAAL 2

2022

Het ministerie van Ontwikkeling, Openbare werken en Administratie publiceert de volgende drie oproepen tot het indienen van voorstellen voor de renovatie op het gebied van energie-efficiëntie en geïntegreerde renovatie (seismische consolidatie en energie-efficiëntie) van woongebouwen:

-oproep tot het indienen van geïntegreerde projecten waarbij seismische consolidatiemaatregelen op geïntegreerde wijze worden uitgevoerd met die welke gericht zijn op het verhogen van de energie-efficiëntie. De oproep is bestemd voor lokale bestuurlijke eenheden in gebieden waar de piekwaarde van de grondversnelling voor aardbevingsontwerp a (g), volgens de zoneringskaart van het Roemeense grondgebied in de Code voor seismisch ontwerp P100-1, voor IMR = 225 jaar of meer bedraagt. De specificatie van de oproep vereist dat prioriteit wordt gegeven aan gemeenschappen die het risico lopen op armoede en sociale uitsluiting.

-oproep tot het indienen van voorstellen voor energie-efficiëntierenovatieprojecten voor gemeenschappen die het risico lopen op armoede en sociale uitsluiting, met een begroting van ten minste 20 % van de toewijzing voor investering 1, as 1, die betrekking heeft op energie-efficiëntie.

-oproep tot het indienen van voorstellen voor territoriale renovatieprojecten voor energie-efficiëntie die openstaan voor alle lokale administratieve eenheden, met inbegrip van de zes sectoren van Boekarest per district, afhankelijk van het aantal meergezinswoningen en de bevolking van het district.

Gebouwen die zijn ingedeeld in de seismische risicoklassen RsI en RsII worden uitgesloten van energie-efficiëntiecontracten die in het kader van de tweede en derde oproep worden gegund.

Alle drie de oproepen tot het indienen van voorstellen bevatten selectiecriteria die bepalen dat alle contracten voor elk gebouw (behalve voor gebouwen met een status van cultuurgoed) een minimale vermindering van het energieverbruik voor verwarming met ten minste 50 % moeten bevatten ten opzichte van het jaarlijkse energieverbruik voor verwarming vóór de renovatie (met uitzondering van gebouwen met een status van cultuurgoed), die ten minste 30 % besparingen op primaire energie moet opleveren ten opzichte van de staat van vóór de renovatie (matige renovatie). In het kader van de derde oproep moet 10 % van het budget worden besteed aan projecten die ten minste 60 % besparing op primaire energie opleveren (grondige renovatie) ten opzichte van de staat van vóór de renovatie.

De investering heeft geen betrekking op de vervanging van gasketels.

Indien na de eerste ronde nog geen contracten zijn gesloten, worden de resterende middelen onder dezelfde voorwaarden ter beschikking gesteld van alle lokale bestuurlijke eenheden volgens het beginsel „wie het eerst komt, het eerst maalt”.

98

Investering 1. Oprichting van een renovatiegolffonds ter financiering van werkzaamheden ter verbetering van de energie-efficiëntie van het bestaande gebouwenbestand

Mijlpaal

Oproep tot het indienen van voorstellen voor energie-efficiënte renovatie en geïntegreerde renovatie (seismische consolidatie en energie-efficiëntie) (openbare gebouwen)

Publicatie van de specificaties van de oproep

KWARTAAL 2

2022

Door het ministerie van Ontwikkeling, Openbare werken en Administratie gepubliceerde oproepen tot het indienen van voorstellen voor de renovatie op het gebied van energie-efficiëntie en geïntegreerde renovatie (seismische consolidatie en energie-efficiëntie) van openbare gebouwen met het oog op een groene en veerkrachtige transitie:

-oproep tot het indienen van geïntegreerde projecten waarbij seismische consolidatiemaatregelen worden uitgevoerd op een geïntegreerde manier met die welke gericht zijn op het verhogen van de energie-efficiëntie. De oproep is bestemd voor lokale bestuurlijke eenheden in gebieden waar de piekwaarde van de grondversnelling voor aardbevingsontwerp a (g), volgens de zoneringskaart van het Roemeense grondgebied in de Code voor seismisch ontwerp P100-1, voor IMR = 225 jaar of meer bedraagt.

-oproep voor gematigde (80 %) en grondige (20 %) energierenovatieprojecten voor energierenovaties, gericht op centrale overheidsinstanties, districtsraden, provinciale gemeenten en andere gemeenten, waaronder de zes sectoren van Boekarest.

Gebouwen die zijn ingedeeld in de klassen RsI en RsII seismisch risico worden uitgesloten van opdrachten die in het kader van de tweede oproep worden gegund.

De twee oproepen tot het indienen van voorstellen bevatten selectiecriteria die bepalen dat alle contracten voor elk gebouw (behalve voor gebouwen met een status van cultuurgoed) een minimale vermindering van het energieverbruik voor verwarming met ten minste 50 % moeten bevatten ten opzichte van het jaarlijkse energieverbruik voor verwarming vóór de renovatie (behalve voor gebouwen met een status van cultuurgoed), die ten minste 30 % besparingen op primaire energie opleveren (matige renovatie) ten opzichte van de staat van vóór de renovatie. Voor de tweede oproep moet 20 % van het budget worden besteed aan projecten die ten minste 60 % besparing op primaire energie opleveren (grondige renovatie) ten opzichte van de staat voorafgaand aan de renovatie.

De investeringen hebben geen betrekking op de vervanging van gasketels.

Indien na de eerste ronde nog geen contracten zijn gesloten, worden de resterende middelen onder dezelfde voorwaarden ter beschikking gesteld van alle gemeenten volgens het beginsel „wie het eerst komt, het eerst maalt”.

99

Investering 1. Oprichting van een renovatiegolffonds ter financiering van werkzaamheden ter verbetering van de energie-efficiëntie van het bestaande gebouwenbestand

Mijlpaal

Ondertekening van contracten voor energie-efficiënte renovatie en geïntegreerde renovatie (seismische consolidatie en energie-efficiëntie) voor residentiële gebouwen

Ondertekening van contracten

KWARTAAL 4

2022

De ondertekening van contracten voor energie-efficiënte renovatie en geïntegreerde renovatie (seismische consolidatie en energie-efficiëntie) voor de transitie naar groene en veerkrachtige gebouwen (residentiële gebouwen) geschiedt in overeenstemming met de voorwaarden van mijlpalen 95 en 97.

100

Investering 1. Oprichting van een renovatiegolffonds ter financiering van werkzaamheden ter verbetering van de energie-efficiëntie van het bestaande gebouwenbestand

Mijlpaal

Ondertekening van contracten voor energie-efficiënte renovatie en geïntegreerde renovatie (seismische consolidatie en energie-efficiëntie) voor openbare gebouwen

Ondertekening van contracten

KWARTAAL 4

2022

Contracten voor energie-efficiënte renovatie en geïntegreerde renovatie (seismische consolidatie en energie-efficiëntie) voor de transitie naar groene en veerkrachtige gebouwen (openbare gebouwen) worden ondertekend in overeenstemming met de voorwaarden van mijlpalen 96 en 98.

101

Investering 1. Oprichting van een renovatiegolffonds ter financiering van werkzaamheden ter verbetering van de energie-efficiëntie van het bestaande gebouwenbestand

Doel

Voltooide energierenovatie van meergezinswoningen

Aantal (m2)

0

2 050 865

KWARTAAL 4

2025

Energierenovatie van residentiële gebouwen, in overeenstemming met de voorwaarden in mijlpalen 95 en 97

103

Investering 1. Oprichting van een renovatiegolffonds ter financiering van werkzaamheden ter verbetering van de energie-efficiëntie van het bestaande gebouwenbestand

Doel

Voltooide energierenovatie van meergezinswoningen

Aantal (m2)

2 050 865

3 204 478

KWARTAAL 2

2026

Energierenovatie van residentiële gebouwen, in overeenstemming met de voorwaarden in mijlpalen 95 en 97

104

Investering 1. Oprichting van een renovatiegolffonds ter financiering van werkzaamheden ter verbetering van de energie-efficiëntie van het bestaande gebouwenbestand

Doel

Voltooide energierenovatie van openbare gebouwen

Aantal (m2)

0

1 204 553

KWARTAAL 4

2025

Energierenovatie van openbare gebouwen, in overeenstemming met de voorwaarden in mijlpaal 96 en 98

106

Investering 1.

Oprichting van een renovatiegolffonds ter financiering van werkzaamheden ter verbetering van de energie-efficiëntie van het bestaande gebouwenbestand

Doel

Voltooide energierenovatie van openbare gebouwen

Aantal (m2)

1 204 553

1 797 841

KWARTAAL 2

2026

Energierenovatie van openbare gebouwen, in overeenstemming met de voorwaarden in mijlpaal 96 en 98

107

Investering 2. Implementatie van het nationaal gebouwenregister

Mijlpaal

Nationaal digitaal bouwregister opgezet en operationeel.

Het nationale digitale gebouwenregister is online beschikbaar, met een proefsectie met informatie over de gebouwen die zijn gerenoveerd via het nationale herstel- en veerkrachtplan.

KWARTAAL 4

2024

Het informatiesysteem voor het register bevat een databank met geografische referenties van openbare en particuliere gebouwen, als aanvulling op het INSPIRE-geoportaal, gekoppeld aan en interoperabel met stedelijke databanken op lokaal niveau en andere nationale registersystemen. Het energiepaspoort voor gebouwen maakt deel uit van de logboeken en bevat alle informatie over energiegerelateerde interventies in digitaal formaat. Logboeken maken als geïntegreerd systeem deel uit van het nationaal gebouwenregister.

Het doel van het register is de energierenovatiegegevens (energiebesparing, emissiereductie) en gegevens over de seismische kwetsbaarheid en andere kenmerken van gebouwen te volgen.

108

Investering 3. Versterking van de professionele capaciteit van professionals en werknemers in de renovatiesector door de ontwikkeling van opleidingen over energie-efficiënte bouw

Doel

Vaststelling van certificeringsregelingen op het gebied van de energieprestatie van gebouwen

Aantal

0

10

KWARTAAL 1

2023

Er moeten ten minste 10 certificeringsregelingen voor werknemers en bouwspecialisten worden opgezet. Er worden certificaten verstrekt in opleidingsprogramma’s in de vorm van korte cursussen in programma’s voor een leven lang leren, die in verschillende regio’s op uniforme wijze over het Roemeense grondgebied worden verspreid. De opleiding is gericht op het verbeteren van de vaardigheden van professionals en werknemers in het kader van de energierenovatie van gebouwen.

109

Investering 3. Versterking van de professionele capaciteit van professionals en werknemers in de renovatiesector door de ontwikkeling van opleidingen over energie-efficiënte bouw

Doel

Ten minste 8 000 specialisten en werknemers met een certificaat voor de voltooiing van opleidingen op het gebied van energie-efficiëntie

Aantal

0

8 000

KWARTAAL 4

2023

Ten minste 8 000 specialisten en werknemers in de bouwsector moeten een certificaat van korte duur hebben behaald voor de voltooiing van opleidingen op het gebied van energie-efficiëntie. 

110

Investering 4. Circulaire economie en grotere energie-efficiëntie van historische gebouwen

Mijlpaal

Een laboratorium voor het testen van nieuwe materialen en technologische oplossingen voor historische gebouwen is operationeel.

Het laboratorium is operationeel

KWARTAAL 4

2024

De organisatiestructuur en de beheersprocedures van het laboratorium moeten zodanig zijn opgezet dat tests volgens wetenschappelijke methoden kunnen worden uitgevoerd. De resultaten van de test worden gebruikt voor de ontwikkeling van de technische procedures van de methode om de energie-efficiëntie van historische gebouwen te verbeteren door gebruik te maken van technieken en nieuwe materialen, afhankelijk van de regio, de bouwtraditie en de fysieke kenmerken.

111

Investering 4. Circulaire economie en grotere energie-efficiëntie van historische gebouwen

Mijlpaal

Binnen het Nationaal Erfgoedinstituut is een proefcentrum voor de verzameling en het hergebruik van historisch bouwmateriaal operationeel.

Exploitatievergunning verkregen

KWARTAAL 4

2024

Het proefcentrum wordt uitgerust met infrastructuur voor de ontmanteling, gescheiden inzameling en sortering van historische materialen, alsook met de nodige instrumenten voor de reparatie van ingezamelde materialen die afkomstig zijn van renovaties en sloop van historische gebouwen. De gerepareerde materialen worden hergebruikt in toekomstige werken aan historische gebouwen, met inbegrip van die welke via dit onderdeel worden gefinancierd. De ontwikkeling van het centrum is gebaseerd op de circulaire economie en is in overeenstemming met de beginselen van hulpbronnenefficiëntie.

112

Investering 4. Circulaire economie en grotere energie-efficiëntie van historische gebouwen

Doel

Ten minste 200 professionals met een certificaat voor de voltooiing van opleidingen over interventies en energie-efficiëntie in historische gebouwen.

Aantal

0

200

KWARTAAL 4

2025

Ten minste 200 professionals moeten een certificaat hebben behaald voor de voltooiing van opleidingen op het gebied van energie-efficiëntie op het gebied van historische gebouwen. 

F.ONDERDEEL 6: Energie

De energiesector is de grootste bron van broeikasgasemissies (66 %) in Roemenië. In zijn nationale energie- en klimaatplan (NECP) raamt Roemenië in de periode 2021-22,6 ongeveer 2030 miljard EUR aan investeringsbehoeften in de energiesector om de beleidsdoelstellingen van het NECP 2030 te verwezenlijken.

Het doel van de component is het aanpakken van de belangrijkste uitdagingen van de Roemeense energiesector op het gebied van decarbonisatie en luchtverontreiniging. Het heeft met name tot doel de decarbonisatie van de energiesector te versnellen door de uitfasering van bruinkool- en steenkoolcentrales tegen 2032 en het faciliteren van de uitrol van hernieuwbare energiebronnen en alternatieve energiebronnen, zoals groene waterstof. Het heeft ook tot doel de flexibiliteit van het elektriciteitsnet te vergroten, de energiesector te digitaliseren en de energie-intensiteit van de industrie te verminderen. De component is ook bedoeld om de corporate governance van staatsbedrijven in de energiesector te verbeteren.

Met deze investeringen en hervormingen wordt tegemoetgekomen aan de landspecifieke aanbevelingen van Roemenië van de afgelopen twee jaar om „het investeringsgerelateerd economisch beleid toe te spitsen op [...] koolstofarme en energie-efficiëntie” (landspecifieke aanbevelingen 4, 2019) en „te focussen op investeringen voor de groene [...] transitie, met name op schone en efficiënte productie en gebruik van energie- en milieu-infrastructuur, ook in de steenkoolregio’s” (landspecifieke aanbevelingen 3, 2020).

Verwacht wordt dat geen enkele maatregel in deze component ernstig afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregelen en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01).

F.1.    Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor niet-terugbetaalbare financiële steun

Hervorming 1. Hervorming van de elektriciteitsmarkt, vervanging van steenkool in de energiemix en steun voor een wet- en regelgevingskader voor particuliere investeringen in de productie van hernieuwbare elektriciteit

Het doel van de hervorming is het koolstofvrij maken van de energiesector, met de nadruk op elektriciteitsopwekking. De hervorming omvat twee belangrijke maatregelen: de uitfasering van steenkool en de verhoging van de capaciteit voor de opwekking van elektriciteit uit hernieuwbare bronnen.

Het eerste hervormingselement is gericht op de uitfasering van steen- en bruinkoolcentrales tegen 2032. De decarbonisatiewet en de daarmee verband houdende secundaire wetgeving waarin het tijdschema voor de ontmanteling van de totale geïnstalleerde steenkool- en bruinkoolcapaciteit is vastgesteld, treden uiterlijk op 30 juni 2022 in werking. Een cumulatieve capaciteit van 3 780 MW voor de productie van elektriciteit uit steenkool en bruinkool wordt uiterlijk op 31 december 2025 ontmanteld.

Het tweede hervormingselement heeft tot doel de uitrol van hernieuwbare energie in de Roemeense energiemix te vergemakkelijken en te versnellen. Naast de omzetting van de wetgeving van de Unie moet de nieuwe energiewet: I) „Contracts for Difference” (CfD) invoeren als het belangrijkste steunmechanisme voor investeringen in de productie van hernieuwbare energie; rechtstreekse onderhandelingen over stroomafnameovereenkomsten (PPA’s) door alle energieproducenten mogelijk te maken; de vergunnings- en vergunningsprocedures voor investeringen in hernieuwbare energie te vereenvoudigen, door kortere en verplichte administratieve responstijden vast te stellen en verantwoordingsprocedures in te voeren voor onnodige vertragingen; IV) een specifiek steunkader in te voeren voor investeringen in hernieuwbare offshore-energie in momenteel onderbenutte regio’s; en v) vraagrespons invoeren op de balanceringsmarkt om het verbruik tijdens piekuren te verminderen en de deelname van industriële consumenten aan de energiemarkt te vergroten.

De nieuwe energiewet treedt uiterlijk op 30 juni 2023 in werking. Als gevolg van die acties wordt uiterlijk op 30 juni 2026 een extra capaciteit van ten minste 3 000 MW hernieuwbare energie (wind- en zonne-energie) in gebruik genomen en op het net aangesloten.

Hervorming 2. Verbetering van de corporate governance van staatsbedrijven in de energiesector

De hervorming is gericht op het verbeteren van de corporate governance van staatsbedrijven, waarbij de nadruk ligt op de energiesector. De hervorming moet met name de transparantie en het concurrentievermogen van de selectie en benoeming van leden van het bestuur en/of de raad van toezicht van staatsbedrijven in de energiesector verbeteren. Deze raden van bestuur worden benoemd met een mandaat van 4 jaar en het beloningssysteem is gebaseerd op kwantitatieve en kwalitatieve doelstellingen die verband houden met de financiële prestaties en de prestaties van de diensten.

De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 31 december 2022 voltooid. De hervorming moet ook de beursnotering van ten minste 15 % Hidroelectrica uiterlijk op 30 juni 2023 voltooien.

Hervorming 3. Groene budgettering

Roemenië maakt momenteel geen gebruik van groene begrotingspraktijken. Het doel van deze hervorming is de monitoring van groene begrotingsuitgaven en de beoordeling van de milieu- en klimaateffecten van het begrotingsbeleid mogelijk te maken. In het kader van deze hervorming ontwikkelt en past het ministerie van Financiën een methode toe voor de beoordeling van het effect van afzonderlijke begrotingslijnen op milieudoelstellingen, in overeenstemming met de EU-taxonomie voor duurzame activiteiten en de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01). De hervorming vergroot de capaciteit van lokale overheden om groene begrotingspraktijken uit te voeren.

De methodologie wordt uiterlijk op 30 september 2023 vastgesteld, bekendgemaakt en ten uitvoer gelegd.

F.2.    Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor niet-terugbetaalbare financiële steun

Volgende NUM.

Gerelateerde maatregel (hervorming of investering)

Mijlpaal/Doelstelling

Naam

Kwalitatieve indicatoren
(voor mijlpalen)

Kwantitatieve indicatoren
(voor streefcijfers)

Indicatieve termijn voor voltooiing

Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling

Eenheid

Basislijn

Doelstelling

Kwartaal

Jaar

113

Hervorming 1. Hervorming van de elektriciteitsmarkt, vervanging van steenkool in de energiemix en steun voor een wet- en regelgevingskader voor particuliere investeringen in de productie van hernieuwbare elektriciteit

Doel

Ontmanteling van kolengestookte elektriciteitsproductiecapaciteit

 

Megawatt (MW)

 0

1 695

KWARTAAL 4

2021

1 695 MW aan geïnstalleerde kolengestookte elektriciteitsproductiecapaciteit is ontmanteld.

114

Hervorming 1. Hervorming van de elektriciteitsmarkt, vervanging van steenkool in de energiemix en steun voor een wet- en regelgevingskader voor particuliere investeringen in de productie van hernieuwbare elektriciteit

Mijlpaal

Inwerkingtreding van de decarbonisatiewet tot vaststelling van het tijdschema voor de uitfasering van steenkool/bruinkool

Bepaling in de wet die de inwerkingtreding van de wetgevingshandeling aangeeft

 

 

 

KWARTAAL 2

2022

Tegen het vierde kwartaal van 2 2022 treedt een decarbonisatiewet (en eventuele secundaire wetgeving) in werking met een tijdschema tot 2032 voor:

-Ontmanteling van de totale geïnstalleerde capaciteit voor de productie van elektriciteit uit steenkool/bruinkool (d.w.z. 4 590 MW).

-Maatregelen met betrekking tot het herstel van te sluiten mijnen (bv. berging van grond in bemijnde gebieden zoals bovengrond en herbegroeiing, afvallagen, landgebruik na sluiting voor de landvorm).

-Maatregelen voor bijscholing (omscholing en omscholing) en andere maatregelen met sociaal-economische gevolgen voor de getroffen gemeenschappen.

115

Hervorming 1. Hervorming van de elektriciteitsmarkt, vervanging van steenkool in de energiemix en steun voor een wet- en regelgevingskader voor particuliere investeringen in de productie van hernieuwbare elektriciteit

Doel

Buitenbedrijfstelling van bruinkoolcentrales

Megawatt (MW)

1 695

2 355

KWARTAAL 4

2022

Een cumulatieve capaciteit voor de productie van elektriciteit uit steenkool en bruinkool van 2 355 MW moet zijn stilgelegd, waarvan 2 025 MW buiten gebruik is gesteld en 330 MW buiten werking is gesteld. De stilgelegde capaciteit wordt uiterlijk in 2025 ontmanteld en wordt alleen geactiveerd en tot productie opgeroepen in de specifieke omstandigheden als bedoeld in artikel 4 van de decarbonisatiewet en in volledige overeenstemming met de relevante EU-wetgeving, met inbegrip van de staatssteunregels.

 116

Hervorming 1. Hervorming van de elektriciteitsmarkt, vervanging van steenkool in de energiemix en steun voor een wet- en regelgevingskader voor particuliere investeringen in de productie van hernieuwbare elektriciteit

Mijlpaal

Inwerkingtreding van de nieuwe energiewet

Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de energiewet

 

 

 

KWARTAAL 2

2023

Inwerkingtreding van een nieuwe energiewet (en van alle vereiste secundaire wetgeving) die:
— De „Contracts for Difference” (CfD) uitvoeren;

-Overeenkomsten voor de aankoop van hernieuwbare energie (PPA’s) vast te stellen;

-Vereenvoudiging van de vergunnings- en vergunningsprocedures voor investeringen in hernieuwbare energie, korte en bindende administratieve responstijden en verantwoordingsprocedures voor onnodige vertragingen, vermindering van de noodzakelijke documentatie en procedures, invoering van een nieuw specifiek kader voor offshore-installaties voor hernieuwbare energie;

-toepassing van vraagrespons op de balanceringsmarkt.

117

Hervorming 1. Hervorming van de elektriciteitsmarkt, vervanging van steenkool in de energiemix en steun voor een wet- en regelgevingskader voor particuliere investeringen in de productie van hernieuwbare elektriciteit

Mijlpaal

Ondertekening van contracten voor verschillen voor hernieuwbare bronnen

Ondertekening van alle contracten

 

 

 

KWARTAAL 4

2023

Ondertekening van contracten na de eerste ronde van aanbestedingsprocedures voor de toewijzing van „Contracts for Difference” (CfD) ter bevordering van de productie van elektriciteit (ten minste 1 500 MW geïnstalleerd vermogen) uit hernieuwbare bronnen, overeenkomstig de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), te financieren uit andere EU-fondsen. 

118

Hervorming 1. Hervorming van de elektriciteitsmarkt, vervanging van steenkool in de energiemix en steun voor een wet- en regelgevingskader voor particuliere investeringen in de productie van hernieuwbare elektriciteit

Mijlpaal

Ondertekening van contracten voor verschillen voor hernieuwbare bronnen

Ondertekening van de gunning van alle contracten

KWARTAAL 2

2025

Ondertekening van contracten na de tweede ronde van aanbestedingsprocedures voor de toewijzing van „Contracts for Difference” (CfD) ter bevordering van de productie van elektriciteit (ten minste 2 000 MW extra geïnstalleerde capaciteit) uit hernieuwbare bronnen, overeenkomstig de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), te financieren uit andere EU-fondsen.

119

Hervorming 1. Hervorming van de elektriciteitsmarkt, vervanging van steenkool in de energiemix en steun voor een wet- en regelgevingskader voor particuliere investeringen in de productie van hernieuwbare elektriciteit

Doel

Ontmanteling van de capaciteit voor de productie van bruinkool

 

Megawatt (MW)

2 025 

3 780

KWARTAAL 4

2025

Een cumulatieve capaciteit van 3 780 MW voor de productie van elektriciteit uit steenkool en bruinkool is ontmanteld en gedeeltelijk vervangen door 1 300 MW toekomstbestendige, flexibele en efficiënte gasgestookte elektriciteitsproductie of gasgestookte warmtekrachtkoppeling, waardoor het gebruik van hernieuwbare en koolstofarme gassen uit andere EU-fondsen kon worden gefinancierd.

120

Hervorming 1. Hervorming van de elektriciteitsmarkt, vervanging van steenkool in de energiemix en steun voor een wet- en regelgevingskader voor particuliere investeringen in de productie van hernieuwbare elektriciteit

Doel

Extra capaciteit voor hernieuwbare energie in opdracht

Megawatt (MW)

4 408

7 408

KWARTAAL 2

2026

Ten minste 3 000 MW extra capaciteit voor hernieuwbare energie (wind- en zonne-energie) ten opzichte van de bestaande geïnstalleerde capaciteit (wind- en zonne-energie) is in gebruik genomen en op het net aangesloten, die gedeeltelijk uit andere EU-fondsen moet worden gefinancierd.

121

Hervorming 2. Verbetering van de corporate governance van staatsbedrijven in de energiesector

Mijlpaal

Verbetering van de corporate governance van staatsbedrijven in de energiesector

De selectie en benoeming van raden van bestuur is afgerond

 

 

 

KWARTAAL 4

2022

Selectie en benoeming van de leden van de raad van bestuur en/of de raad van toezicht van alle nationale staatsbedrijven die onder de bevoegdheid van het ministerie van Energie vallen (bv. Hidroelectrica, Romgaz, Nuclearelectrica) op basis van een transparante en concurrerende procedure met een mandaat van 4 jaar en een vergoedingsregeling op basis van kwantitatieve en kwalitatieve doelstellingen die verband houden met de financiële (zoals inkomsten en rendement, betrokkenheid bij de staatsbegroting) en prestaties van de dienst (bijvoorbeeld op basis van een representatieve klanttevredenheidsenquête van een onafhankelijk orgaan).

122

Hervorming 2. Verbetering van de corporate governance van staatsbedrijven in de energiesector

Mijlpaal

Lijst van ten minste 15 % van Hidroelectrica voltooid

Afronding van het oorspronkelijke openbaar overnamebod

 

 

 

KWARTAAL 2

2023

Na de publicatie van het noteringsprospectus wordt een belang van ten minste 15 % van Hidroelectrica op de beurs verhandeld na een eerste openbare aanbieding.

123

Hervorming 3. Groene budgettering

Mijlpaal

Afronding en toepassing van een methode voor groene begrotingsplanning

Ontwikkeling en begin van de toepassing van een methode voor groene begrotingsplanning

KWARTAAL 3

2023

Het ministerie van Financiën voltooit en past een methode toe voor de beoordeling van het effect van afzonderlijke begrotingslijnen op milieudoelstellingen in overeenstemming met de EU-taxonomie voor duurzame activiteiten en de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01). De methode wordt vastgesteld, gepubliceerd en toegepast en maakt het mogelijk toezicht te houden op de groene begrotingsuitgaven en de beoordeling van de milieu- en klimaateffecten van het begrotingsbeleid.

F.3.    Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor de lening

Hervorming 4. Ontwikkeling van een gunstig wet- en regelgevingskader voor toekomstige technologieën, met name waterstof en opslagoplossingen

Het doel van de hervorming is het bestaande wet- en regelgevingskader te wijzigen om maatregelen in te voeren om de uitrol van hernieuwbare waterstof te ondersteunen en te vergemakkelijken, met bijzondere aandacht voor de sectoren vervoer en energie (gas en elektriciteit). Bij de hervorming wordt met name een nationale waterstofstrategie en een strategisch actieplan ontwikkeld, waarin het tijdschema voor de uitvoering van de maatregelen in de strategie wordt vastgesteld. De hervorming neemt alle wettelijke en administratieve belemmeringen voor de ontwikkeling van de technologie voor hernieuwbare waterstof weg en draagt bij tot de verwezenlijking van de toekomstige nationale en Europese streefcijfers voor de productie, de opslag, het vervoer en het gebruik van hernieuwbare waterstof tegen 2030.

Door middel van regelgeving zijn waterstofklare apparaten (zoals ketels) en apparatuur vanaf 1 januari 2026 verplicht voor alle nieuwe installaties.

Overeenkomstig artikel 7, lid 2, van de verordening inzake herstel en veerkracht heeft Roemenië om technische ondersteuning verzocht via het instrument voor technische bijstand voor de ontwikkeling van de nationale waterstofstrategie, met inbegrip van de vaststelling van een reeks beleidsmaatregelen om publieke en particuliere investeringen op het gebied van productie, opslag, vervoer en verbruik/gebruik van waterstof (hernieuwbare gassen) te sturen, te coördineren en te mobiliseren, met inbegrip van de herziening van het wetgevingskader dat nodig is om dit gebied te stimuleren. De wijzigingen van het wet- en regelgevingskader op basis van de nationale waterstofstrategie en het desbetreffende actieplan worden uiterlijk op 31 maart 2023 voltooid.

Hervorming 5. Vermindering van de energie-intensiteit van de economie door de ontwikkeling van een duurzaam mechanisme om de energie-efficiëntie in de industrie te stimuleren

Het doel van de hervorming is investeringen in energie-efficiëntie in de industrie te vergemakkelijken en de veerkracht van de industriële sector te vergroten.

De hervorming: belemmeringen voor energieprestatiecontracten weg te nemen; het invoeren van markttoezicht op energie-efficiëntie om ervoor te zorgen dat producten voldoen aan de normen voor ecologisch ontwerp, iii) kmo’s bewuster maken van energie-efficiëntiemaatregelen, -programma’s en -voordelen; een monitoringsysteem opzetten voor de uitvoering van de aanbevelingen van energie-audits in de ETS-sectoren; invoering van nieuwe normen voor groene financiële instrumenten.

De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 31 december 2022 voltooid.

Hervorming 6. Vergroting van het concurrentievermogen en decarbonisatie van de verwarmings- en koelingssector

Het doel van de hervorming is bij te dragen tot het koolstofvrij maken van de verwarmings- en koelingssector.

De hervorming: I) het kader van de verantwoordelijkheden tussen centrale en lokale autoriteiten voor het beheer van de verwarmings- en koelingssector te verduidelijken en de toepassing van de wet inzake corporate governance uit te breiden tot leveranciers van stadsverwarming; zorgen voor de duurzaamheid en traceerbaarheid van biomassa om negatieve gevolgen van het gebruik van bio-energie voor de biodiversiteit en bossen te voorkomen, en de energiemix voor verwarming en koeling buiten bosbiomassa diversifiëren; appartementsgebouwen en hun huurdersverenigingen in staat te stellen overtollige zonne- en eventueel windenergie in flexibelere vormen te produceren en te verkopen, door nettometersystemen in te voeren, de aansluitprocedures te vereenvoudigen en stimulansen in te voeren.

De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 31 december 2023 voltooid.

Investering 2: Productiecapaciteit voor groene waterstof voor gebruik als elektriciteitsopslag en/of voor het koolstofvrij maken van de industrie

Het doel van deze investering is bij te dragen tot de uitrol van groene waterstof in overeenstemming met de EU-strategie voor waterstof, door de installatie van een productiecapaciteit voor groene waterstof van ten minste 60 MWH2 in elektrolyse-installaties, waarbij ten minste 10 000 ton waterstof uit hernieuwbare bronnen wordt geproduceerd.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2025 zijn voltooid.

Investering 3: Ontwikkeling van flexibele en zeer efficiënte gasgestookte elektriciteits- en warmteopwekking (WKK) in stadsverwarming, met het oog op een verregaande decarbonisatie

Het doel van de investering is bij te dragen tot het aanpakken van de uitdagingen van Roemenië bij de transitie naar steenkool en bruinkool. De investering moet met name zorgen voor de levering van warmte aan verbruikers in het kader van de uitfasering van de productie van elektriciteit en warmte uit steenkool.

De investering moet leiden tot de installatie van een elektriciteitsproductiecapaciteit van ten minste 300 MWe van toekomstbestendige, flexibele en hoogefficiënte gasgestookte warmtekrachtkoppeling die het gebruik van hernieuwbare en koolstofarme gassen mogelijk maakt.

Verwachtwordt dat deze maatregel geen ernstige afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregel en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01). Dit wordt gewaarborgd door middel van de volgende begeleidende maatregelen: 

·Hervorming 4 in component 6, in combinatie met investering 2 in component 6, omvat geloofwaardige plannen om het gebruik van hernieuwbare en koolstofarme gassen te vergroten door de vaststelling en uitvoering van een nationale waterstofstrategie en een nationaal actieplan en de installatie van productiecapaciteit voor hernieuwbare waterstof; en het 

·Hervorming 1 in component 6 leidt tot de sluiting van installaties voor de opwekking van elektriciteit uit steenkool en bruinkool, die aanzienlijk koolstofintensiever zijn dan de hoogefficiënte gasgestookte warmtekrachtkoppeling in het kader van deze investering. De sluiting van een cumulatieve hoeveelheid van 3 780 MW aan kolen-/bruinkoolgestookte capaciteit moet uiterlijk op 31 december 2025 plaatsvinden en de capaciteit is aanzienlijk hoger dan de 300 MW gasgestookte warmtekrachtkoppeling die in het kader van deze investering moet worden geïnstalleerd en de 1 300 MW gasgestookte capaciteit die volgens plan ter vervanging zal worden geïnstalleerd; en het 

·Hervorming 1 in component 6 leidt tot de installatie van ten minste 3 000 MW extra capaciteit voor hernieuwbare energie tegen 2026, waaruit blijkt dat Roemenië een geloofwaardig traject heeft om het aandeel hernieuwbare energie te verhogen in de richting van zijn in het nationale energie- en klimaatplan vastgestelde streefcijfer voor hernieuwbare energie voor 2030. Aangezien Roemenië voornemens is dat streefcijfer te verhogen, wordt uiterlijk op 30 juni 2025 een tweede veilingronde voor de gunning van contracten voor verschillen inzake hernieuwbare energie gelanceerd om een geloofwaardig traject aan te tonen voor het vergroten van het aandeel hernieuwbare energie in de richting van het verhoogde streefcijfer; en het 

·Hervorming 1 in component 6 omvat concrete hervormingen en investeringen om het aandeel hernieuwbare energie te vergroten, zoals de uitvoering van de „Contracts for Difference” (CfD), de vaststelling van overeenkomsten voor de aankoop van hernieuwbare energie (PPA’s), de vereenvoudiging van de vergunnings- en vergunningsprocedures voor investeringen in hernieuwbare energie, korte en bindende administratieve responstijden en verantwoordingsprocedures voor onnodige vertragingen, vermindering van de noodzakelijke documentatie en procedures, en de invoering van een nieuw specifiek kader voor offshore-installaties voor hernieuwbare energie. 

Daarnaast moet het nationale programma ter beheersing van de luchtverontreiniging (NAPCP), dat uiterlijk in april 2019 als wettelijk voorschrift van de EU op basis van Richtlijn (EU) 2016/2284 bij de Commissie had moeten worden ingediend, uiterlijk op 30 juni 2022 worden goedgekeurd (zie voetnoot 1 bij hervorming 1 van de component duurzaam vervoer).

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

Investering 4. Industriële keten van productie en/of assemblage en/of recycling van batterijen, cellen en fotovoltaïsche panelen (met inbegrip van hulpapparatuur), alsmede nieuwe opslagcapaciteit voor elektriciteit

Het doel van de investering is de flexibiliteit van het elektriciteitsnet te vergroten en bij te dragen tot de integratie van extra capaciteit voor de opwekking van hernieuwbare energie.

De investering omvat drie subinvesteringen:

-De eerste subinvestering in de waardeketen voor batterijen (productie, assemblage en recycling) moet uiterlijk op 30 juni 2026 een totale jaarlijkse capaciteit voor de productie en assemblage van batterijen van ten minste 2 GW bereiken, na een oproep tot het indienen van projecten met selectiecriteria die de naleving van de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) waarborgen. Deze criteria sluiten met name activiteiten in verband met stortplaatsen voor afval, verbrandingsinstallaties 2 en installaties voor mechanische biologische behandeling 3 uit van steun in het kader van deze maatregel, alsook activiteiten in verband met de winning van grondstoffen.

-De tweede subinvestering in de waardeketen van fotovoltaïsche cellen en panelen (productie, assemblage en recycling) moet uiterlijk op 30 juni 2026 een totale jaarlijkse capaciteit van ten minste 200 MW aan fotovoltaïsche cellen en panelen bereiken, na een oproep tot het indienen van projecten met selectiecriteria die de naleving van de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” waarborgen (2021/C58/01). Deze criteria sluiten met name activiteiten in verband met stortplaatsen voor afval, verbrandingsinstallaties 4 en installaties voor mechanische biologische behandeling 5 uit van steun in het kader van deze maatregel, alsook activiteiten in verband met de winning van grondstoffen.

-Het doel van de derde subinvestering is om uiterlijk op 30 juni 2026 een totale elektriciteitsopslagcapaciteit van ten minste 240 MW (of 480 MWh) te installeren, na een oproep tot het indienen van projecten met selectiecriteria die ervoor zorgen dat de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) worden nageleefd.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

Investering 5. Zorgen voor energie-efficiëntie in de industriële sector.

Het doel van de investering is de energie-efficiëntie van de industrie te verhogen, bijvoorbeeld door het energieverbruik te verminderen, systemen te ontwikkelen om energieverbruiksmeters te digitaliseren en het zelfverbruik van energie en warmte te verhogen.

De investering moet leiden tot een vermindering van de directe en indirecte broeikasgasemissies met ten minste 30 % ten opzichte van de ex ante emissies voor ten minste 30 projecten, die moeten worden gemonitord via een IT-platform voor het centraliseren en analyseren van het nationale energieverbruik.

Om ervoor te zorgen dat de maatregel voldoet aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), sluit de in het bestek voor komende oproepen tot het indienen van projecten opgenomen subsidiabiliteitscriteria de volgende lijst van activiteiten uit: I) activiteiten in verband met fossiele brandstoffen, met inbegrip van downstreamgebruik 6 ; II) activiteiten in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) waarmee de verwachte broeikasgasemissies niet lager zijn dan de relevante benchmarks 7 ; III) activiteiten in verband met stortplaatsen voor afval, verbrandingsinstallaties 8 en installaties voor mechanische biologische behandeling 9 ; en iv) activiteiten waarbij de langdurige verwijdering van afval schade kan toebrengen aan het milieu. In de taakomschrijving wordt bovendien bepaald dat alleen activiteiten mogen worden geselecteerd die voldoen aan de relevante EU- en nationale milieuwetgeving.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2025 zijn voltooid.

F.4.    Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor de lening

Volgende NUM.

Gerelateerde maatregel (hervorming of investering)

Mijlpaal/Doelstelling

Naam

Kwalitatieve indicatoren
(voor mijlpalen)

Kwantitatieve indicatoren
(voor streefcijfers)

Indicatieve termijn voor voltooiing

Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling

Eenheid

Basislijn

Doelstelling

Kwartaal

Jaar

126

Hervorming 4. Ontwikkeling van een gunstig wet- en regelgevingskader voor toekomstige technologieën, met name waterstof en opslagoplossingen

Mijlpaal

Inwerkingtreding van de wijzigingen van het wetgevingskader ter uitvoering van de nationale waterstofstrategie

Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de wijzigingen van het wetgevingskader

 

 

 

KWARTAAL 1

2023

Inwerkingtreding van de wijzigingen van het regelgevingskader op basis van de nationale waterstofstrategie en het desbetreffende actieplan. De wijzigingen nemen alle wettelijke en administratieve belemmeringen voor de ontwikkeling van de technologie voor hernieuwbare waterstof weg en voeren de maatregelen uit die nodig zijn voor de ontwikkeling van de hele waardeketen voor hernieuwbare waterstof, met inbegrip van het verplichte gebruik van apparaten en apparatuur die klaar zijn voor waterstof door eindgebruikers uiterlijk op 1 januari 2026.

127

Hervorming 5. Vermindering van de energie-intensiteit van de economie door de ontwikkeling van een duurzaam mechanisme om de energie-efficiëntie in de industrie te stimuleren.

Mijlpaal

Inwerkingtreding van het wetgevingskader tot invoering van maatregelen om investeringen in energie-efficiëntie in de industrie te vergemakkelijken

Bepaling in de wet die de inwerkingtreding van de wetgevingshandeling aangeeft

KWARTAAL 4

2022

Inwerkingtreding van het wetgevingskader waarbij maatregelen worden ingevoerd om investeringen in energie-efficiëntie in de industrie te vergemakkelijken. De hervorming: belemmeringen voor energieprestatiecontracten weg te nemen; het invoeren van markttoezicht en de toepassing van normen voor energie-efficiëntie om ervoor te zorgen dat producten voldoen aan de normen voor ecologisch ontwerp, iii) het bewustzijn van kmo’s op het gebied van energie-efficiëntie verbeteren; een monitoringsysteem opzetten voor de uitvoering van de aanbevelingen van energie-audits in de ETS-sectoren; invoering van nieuwe normen voor groene financiële instrumenten.

128

Hervorming 6. Vergroting van het concurrentievermogen en decarbonisatie van de verwarmings- en koelingssector

Mijlpaal

Inwerkingtreding van het wetgevingskader tot invoering van maatregelen om de verwarmings- en koelingssector koolstofvrij te maken

Bepaling in de wet die de inwerkingtreding van de wetgevingshandeling aangeeft

KWARTAAL 4

2023

Inwerkingtreding van het wetgevingskader tot invoering van maatregelen om de verwarmings- en koelingssector koolstofvrij te maken. De hervorming: I) het kader van de verantwoordelijkheden tussen centrale en lokale autoriteiten voor het beheer van de verwarmings- en koelingssector te verduidelijken en de toepassing van de wet inzake corporate governance uit te breiden tot aanbieders van stadsverwarming; een herziening van het kader omvatten om de duurzaamheid en traceerbaarheid van biomassa te waarborgen en negatieve gevolgen van het gebruik van bio-energie voor de biodiversiteit en bossen te voorkomen; diversifiëren van de energiemix bij verwarming en koeling van bosbiomassa; de rol van prosumenten in de productie van hernieuwbare energie vergroten, met inbegrip van kwantitatieve compensatie.

129

Productiecapaciteit voor groene waterstof voor gebruik als elektriciteitsopslag en voor het koolstofvrij maken van de industrie

Mijlpaal

Ondertekening van contracten voor de bouw van ten minste 60 MWH2 van nieuwe elektrolyse-installaties

Ondertekening van contracten

KWARTAAL 2

2022

Ondertekening van contracten voor de bouw van nieuwe capaciteit voor elektrolyse-installaties van ten minste 60 MWH2, met een verwacht volume van ten minste 10 000 ton hernieuwbare waterstof.

131

Investering 2. in productiecapaciteit voor groene waterstof voor gebruik als elektriciteitsopslag en voor het koolstofvrij maken van de industrie

Doel

Productie van groene waterstof

 

Megawatt (MWH2)

0

60

KWARTAAL 4

2025

Een elektrolyse-capaciteit van ten minste 60 MWH2 met een verwacht volume van ten minste 10 000 ton hernieuwbare waterstof moet in gebruik zijn genomen.

133

Investering 3. Ontwikkeling van flexibele en hoogrenderende gasgestookte warmtekrachtkoppeling (WKK) voor stadsverwarming met het oog op een diepe decarbonisatie

Mijlpaal

Ondertekening van contracten voor hoogrenderende gaswarmtekrachtkoppeling en stadsverwarmingsprojecten

Ondertekening van contracten

 

 

 

KWARTAAL 2

2022

Ondertekening van contracten voor de bouw of aanpassing van hoogrenderende warmtekrachtkoppeling voor stadsverwarming als omschreven in Richtlijn 2010/31/EU. De selectiecriteria waarborgen de naleving van de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), met name de voorwaarden van bijlage III. De investeringen vervangen ten minste dezelfde capaciteit van aanzienlijk koolstofintensievere energiecentrales en/of warmteopwekkingsinstallaties (zoals steenkool, bruinkool of olie), wat leidt tot een daling van de broeikasgasemissies.

134

Investering 3. Ontwikkeling van flexibele en hoogrenderende gasgestookte warmtekrachtkoppeling (WKK) voor stadsverwarming met het oog op een diepe decarbonisatie

Doel

Hoogrenderende warmtekrachtkoppelingsinstallaties en stadsverwarming

 

Megawatt (MWe)

0

300

KWARTAAL 2

2026

Inbedrijfstelling van hoogrenderende warmtekrachtkoppeling bij stadsverwarming, in overeenstemming met de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), met name de voorwaarden van bijlage III overeenkomstig mijlpaal 133.

135

Investering 4. Industriële keten van productie en/of assemblage en/of recycling van batterijen, cellen en fotovoltaïsche panelen (met inbegrip van ondersteunende apparatuur), en nieuwe opslagcapaciteit voor elektriciteit

Mijlpaal

Ondertekening van contracten voor investeringen in de waardeketens voor batterijen en fotovoltaïsche energie

Ondertekening van contracten

 

 

 

KWARTAAL 2

2024

Ondertekening van contracten voor investeringen in de waardeketen van batterijen en fotovoltaïsche cellen en panelen (productie — assemblage — recycling). De selectiecriteria waarborgen de naleving van de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), met name door het gebruik van uitsluitingen op het gebied van afvalbeheer en winning van grondstoffen.

136

Investering 4. Industriële keten van productie en/of assemblage en/of recycling van batterijen, cellen en fotovoltaïsche panelen (met inbegrip van ondersteunende apparatuur), en nieuwe opslagcapaciteit voor elektriciteit

Mijlpaal

Ondertekening van contracten in het kader van de steunregeling voor batterijopslag

Ondertekening van contracten

 

 

 

KWARTAAL 2

2024

Ondertekening van contracten voor de ontwikkeling van batterijopslagcapaciteit van ten minste 240 MW. De selectiecriteria waarborgen de naleving van de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), met name door het gebruik van uitsluitingen op het gebied van afvalbeheer en winning van grondstoffen.

137

Investering 4. Industriële keten van productie en/of assemblage en/of recycling van batterijen, cellen en fotovoltaïsche panelen (met inbegrip van ondersteunende apparatuur), en nieuwe opslagcapaciteit voor elektriciteit

Doel

Installaties voor de productie en/of assemblage en/of recycling van batterijen

 

Gigawatt (GW)

2

KWARTAAL 2

2026

Inbedrijfstelling van installaties voor de productie en assemblage van batterijen met een totale capaciteit van ten minste 2 GW per jaar.

138

Investering 4. Industriële keten van productie en/of assemblage en/of recycling van batterijen, cellen en fotovoltaïsche panelen (met inbegrip van ondersteunende apparatuur), en nieuwe opslagcapaciteit voor elektriciteit

Doel

Capaciteit voor fotovoltaïsche cellen en panelen in opdracht

Megawatt (MW)

0

200

KWARTAAL 2

2026

Inbedrijfstelling van de productie van fotovoltaïsche cellen en panelen met een totale capaciteit van ten minste 200 MW per jaar.

139

Investering 4. Industriële keten van productie en/of assemblage en/of recycling van batterijen, cellen en fotovoltaïsche panelen (met inbegrip van ondersteunende apparatuur), en nieuwe opslagcapaciteit voor elektriciteit

Doel

Geïnstalleerde capaciteit voor elektriciteitsopslag

 

Megawatt (MW)

0

240

KWARTAAL 2

2026

Inbedrijfstelling van ten minste 240 MW aan elektriciteitsopslagcapaciteit, in overeenstemming met de voorwaarden „geen ernstige afbreuk doen” zoals uiteengezet in de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) en in stap 136. 

140

Investering 5. Zorgen voor energie-efficiëntie in de industriële sector

Mijlpaal

Opening van een aanbesteding voor investeringen in energie-efficiëntie voor de industrie

Bekendmaking van het bestek

 

 

 

KWARTAAL 2

2022

Lancering van een oproep voor de selectie van energie-efficiëntieprojecten in de industrie. De selectiecriteria vereisen:

— de verwezenlijking van een vermindering van de indirecte en directe broeikasgasemissies met ten minste 30 % ten opzichte van de ex ante emissies, te monitoren via een IT-platform voor het centraliseren en analyseren van het nationale energieverbruik;

— naleving van de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) door het gebruik van een uitsluitingslijst en het vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving.

141

Investering 5. Zorgen voor energie-efficiëntie in de industriële sector

Doel

Voltooide energie-efficiëntieprojecten

 

Aantal

0

30

KWARTAAL 4

2025

Voltooiing van ten minste 30 energie-efficiëntieprojecten in de industrie waarbij de indirecte en directe broeikasgasemissies met ten minste 30 % worden verminderd ten opzichte van de vooraf te monitoren emissies via een IT-platform voor het centraliseren en analyseren van het nationale energieverbruik, in overeenstemming met de voorwaarden voor naleving van de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), zoals uiteengezet in stap 140.

G.ONDERDEEL 7: DIGITALE TRANSFORMATIE

Met dit onderdeel van het herstel- en veerkrachtplan worden de uitdagingen op het gebied van digitalisering in verband met het openbaar bestuur aangepakt, zoals versnippering, interoperabiliteit als een belangrijke belemmering voor de ontwikkeling van op de eindgebruiker gerichte digitale diensten, bureaucratische belemmeringen voor het verkrijgen van bouwvergunningen die nodig zijn voor netwerkconstructies, lage basis- en geavanceerde digitale vaardigheden en blootstelling aan cyberrisico’s. Tegen deze achtergrond is het doel van deze component al deze uitdagingen aan te pakken en een coherente en geïntegreerde digitale infrastructuur tot stand te brengen ten behoeve van burgers en bedrijven, en tegelijkertijd te voorzien in de nodige instrumenten (zoals connectiviteit, ontwikkeling van vaardigheden of cyberbeveiliging) voor de transitie naar een gedigitaliseerde economie en samenleving. De component omvat met name hervormingen die nodig zijn om de overheidscloud op te zetten en de interoperabiliteit te waarborgen, de connectiviteit te verbeteren, de bescherming en cyberbeveiliging van openbare en particuliere entiteiten te verbeteren en de digitale competenties voor de overheidssector te vergroten. De investeringen die aan de hervormingen ten grondslag liggen, variëren van de ontwikkeling van de overheidscloud tot de digitalisering van gezondheid, justitie, milieu, werkgelegenheid en sociale bescherming, overheidsopdrachten, niet-gouvernementele organisaties, connectiviteit voor witte gebieden, het waarborgen van cyberbeveiliging voor verschillende structuren en het vergroten van de vaardigheden op het gebied van cyberbeveiliging en voor ambtenaren en de bevolking in het algemeen. Een belangrijke investering betreft de invoering van de elektronische identiteitskaart voor Roemeense burgers.

De component is gestructureerd in 4 hervormingen en 19 investeringen.

Deze investeringen en hervormingen dragen bij tot de uitvoering van de landspecifieke aanbevelingen van Roemenië van de afgelopen twee jaar voor „Verbetering van vaardigheden, met inbegrip van digitale vaardigheden” (landspecifieke aanbevelingen 3 en 2019), „versterken van vaardigheden en digitaal leren” en „focussen op de groene en digitale transitie [...], digitale-diensteninfrastructuur” (landspecifieke aanbevelingen 2 en 3, 2020).

Verwacht wordt dat geen enkele maatregel in deze component ernstig afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregelen en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01).

G.1. Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor niet-terugbetaalbare financiële steun 

Hervorming 1. Ontwikkeling van een unitair kader voor het definiëren van de architectuur van een cloudsysteem van de overheid

Het doel van deze hervorming is het openbaar bestuur te moderniseren door geavanceerde technologieën in te voeren en zich te richten op de behoeften van burgers en bedrijven, en tegelijkertijd de voorwaarden te scheppen voor gegevensgestuurde beleidsontwikkeling en de interoperabiliteit van bestaande digitale technologieën te vergroten. Voorts ondersteunt de hervorming de ontwikkeling van een geïntegreerde architectuur van openbare digitale diensten.

De uitvoering van deze hervorming bestaat uit twee actielijnen. Ten eerste wordt verwacht dat de inwerkingtreding van de wet inzake de interoperabiliteit van informatiesystemen de uniforme reeks normen en regels die overheidsinstanties moeten toepassen voor de ontwikkeling van toepassingen in een veilige en duurzame omgeving, in overeenstemming zal zijn met het Europees interoperabiliteitskader. Ten tweede wordt verwacht dat de inwerkingtreding van de Government Cloud Act de verantwoordelijkheden en taken met betrekking tot het ontwerp, de uitvoering, de ontwikkeling en het beheer van de cloudinfrastructuur, -technologieën en -diensten zal bepalen. Er wordt voorzien in cyberbeveiliging voor zowel de externe als de interne bescherming van de cloud, waarbij de meest geavanceerde en economisch efficiënte beschikbare oplossingen voor cyberbeveiliging worden toegepast.

Verwacht wordt dat er een tijdelijke taskforce, bestaande uit specialisten, zal worden opgericht voor het toezicht op en de uitvoering van alle digitale maatregelen in het Roemeense herstel- en veerkrachtplan.

De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 30 juni 2022 voltooid.

Hervorming 2. Transitie naar de connectiviteitsdoelstellingen van de EU voor 2025 en stimulering van particuliere investeringen voor de uitrol van netwerken met zeer hoge capaciteit

Het doel van deze hervorming is de nationale uitrol van 5G-netwerken te versnellen, in overeenstemming met de beveiligingsvoorschriften, en te voorzien in breedbanddekking voor witte gebieden (kleine plattelandsgemeenten, geïsoleerde plaatsen, achtergestelde bewoonde gebieden), het dichten van de digitale kloof tussen het platteland en de stad, het verminderen van de administratieve lasten en het stroomlijnen van procedures en vergoedingen, en het scheppen van de voorwaarden voor gelijke toegang tot digitale diensten en internettoegang.

De hervorming omvat verschillende acties:

-De uitvoering van de routekaart van Roemenië met toepassing van de toolbox voor connectiviteit 10 . Roemenië zal naar verwachting 12 van de 39 aanbevelingen in de toolbox op EU-niveau uitvoeren.

-De inwerkingtreding van de wet inzake de beveiliging van 5G-netwerken, waarin wordt bepaald dat aanbieders van communicatie in 5G-netwerken alleen technologieën, apparatuur en software mogen gebruiken van fabrikanten die vooraf bij besluit van de premier zijn gemachtigd, op basis van het advies van de Hoge Raad voor nationale defensie. Elke fabrikant van 5G-apparatuur en -software moet deze vergunning aanvragen, die wordt ingediend bij het ministerie van Communicatie.

-De (veiling voor) verlening van de zogenaamde „5G-licenties” (d.w.z. in de 700 MHz-, 1 500 MHz- en 3,4-3,8 GHz-banden). Volgens de criteria van het Europees wetboek voor elektronische communicatie worden langetermijnlicenties overwogen om 5G efficiënt te stimuleren, concurrentie en rechten van eindgebruikers te bevorderen.

De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 30 september 2022 voltooid.

Hervorming 3. Zorgen voor cyberbeveiliging van openbare en particuliere entiteiten die eigenaar zijn van kritieke waardeinfrastructuur

Het doel van deze hervorming is het proces voort te zetten om de publieke en private entiteiten die eigenaar zijn van kritieke infrastructuur beter bestand te maken tegen cyberrisico’s.

Bij de uitvoering van deze hervorming wordt het wettelijke en institutionele kader vastgesteld voor de organisatie en uitvoering van activiteiten op het gebied van cyberbeveiliging en cyberdefensie, samenwerkingsmechanismen en verantwoordelijkheden van instellingen op deze gebieden door de voltooiing en inwerkingtreding van de defensie- en cyberbeveiligingswet. Voorts coördineert het Nationaal Centrum Cyberint de voorbereiding van de nationale cyberbeveiligingsstrategie 2021-2026, die bepalingen bevat betreffende regelmatige beoordelingen en actualiseringen van het regelgevings- en institutionele kader voor cyberbeveiliging, met als doel het publiek-privaat academisch partnerschap te versterken om de cyberweerbaarheid van de samenleving als geheel te vergroten, de capaciteit om te reageren op cyberaanvallen en de veerkracht van systemen, netwerken en diensten te ontwikkelen en de rol van Roemenië in de cyberbeveiligingsarchitectuur op internationaal niveau te consolideren.

De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 31 december 2022 voltooid.

Hervorming 4. Vergroting van de digitale competentie voor overheidsdiensten en digitaal onderwijs gedurende het hele leven voor burgers

Het doel van deze hervorming is de digitalisering van de economie en de overgang naar industrie 4.0 te ondersteunen en de arbeidsmarkt af te stemmen op de meest recente ontwikkelingen in deze sector.

De hervorming wordt uitgevoerd door de inwerkingtreding van de wijziging van de code voor de classificatie van beroepen, met inbegrip van de definitie van nieuwe digitale beroepen, die gelijkwaardig is aan die van andere EU-landen. Er wordt een analyse uitgevoerd en er wordt overleg gepleegd met universiteiten en andere relevante belanghebbenden.

De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 30 september 2022 voltooid.

Investering 1. Uitrol van de cloudinfrastructuur van de overheid

Het doel van deze investering is de uitrol van de cloudinfrastructuur van de overheid, waarbij gebruik wordt gemaakt van beveiligde en energie-efficiënte technologieën om het veilige, interoperabele en standaardkarakter van de openbare gegevens te waarborgen. 

De uitvoering van deze investering omvat: I) de bouw van datacentra van fase IV door ontwerp voor de twee belangrijkste datacentra en fase III door ontwerp voor secundaire datacentra, ii) het leveren van specifieke communicatie- en informatietechnologie-infrastructuur, iii) de ontwikkeling en uitbreiding van de ondersteunende infrastructuur (elektriciteit, fysieke beveiligingsmaatregelen), iv) de uitrol van schaalbare IT-infrastructuur met hoge beschikbaarheid in elk datacentrum. De datacentra moeten voldoen aan de „Europese gedragscode inzake energie-efficiëntie in datacentra”. 11  

Deze uitvoering van deze investering wordt ondersteund door een beoordeling door een externe consultant die naar verwachting zal voorzien in de strategische en technologische opties en het wet- en regelgevingspakket om de verwezenlijking van de overheidscloud te bepalen, de mogelijkheden voor de bouw, levering, installatie en exploitatie van civiele en technologische infrastructuur in overeenstemming met de in het plan vastgestelde termijnen, het in kaart brengen van openbare digitale toepassingen/diensten die momenteel door overheidsinstanties worden aangeboden, het ontwerp van processen en procedures die in de productie- en/of uitvoeringsfase worden uitgevoerd en het cloudontwikkelings-/migratieplan van de in kaart gebrachte toepassingen.

Ten minste 30 overheidsinstellingen moeten zijn aangesloten en gebruikmaken van de Government Cloud.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2025 zijn voltooid.

Investering 2. Cloudontwikkeling en -migratie 

Het doel van deze investering is de technologieën die in overheidsinstellingen worden gebruikt, te moderniseren zodat zij klaar zijn voor cloud, en tegelijkertijd nieuwe cloudtoepassingen voor cloudmigratie te ontwikkelen. 

De uitvoering van deze investering zal naar verwachting leiden tot een minimum aan cloud-klaar/gevirtualiseerde toepassingen om in de cloud te migreren, op basis van de analyse die door de externe consultant zal worden ontwikkeld om de overheid te ondersteunen bij de uitrol van de overheidscloud. Naar verwachting zullen ten minste 30 cloud-native digitale dienstentoepassingen van de overheid worden gemigreerd in Platform-as-a-Service (PaaS) of Infrastructure-as-a-Service (IaaS).

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

Investering 3. Ontwikkeling van e-gezondheid en telegeneeskunde 

Het doel van deze investering is het verkorten van de arbeidstijd voor zorgaanbieders, de nationale ziekteverzekeringsinstelling en het personeel van de ziekteverzekeringsinstelling, en tegelijkertijd de cyberbeveiliging van het IT-platform voor de ziekteverzekering (PIA) te waarborgen. De capaciteit van centrale, regionale en lokale gezondheidsinstellingen wordt verder versterkt om gezondheidsgegevens digitaal te beheren en de toepassing van telegeneeskundeoplossingen wordt versneld.

De investering is ook gericht op het bevorderen van de integratie van gezondheidsinstellingen door middel van digitale infrastructuur, het vergemakkelijken van de toegang tot gegevens voor het ministerie van Volksgezondheid en andere belanghebbenden (zoals directoraten volksgezondheid), het verminderen van de versnippering en het verhogen van de kwaliteit van gezondheidsgegevens.

De investering is er ook op gericht de toegang van plattelandsgebieden en kleine stedelijke gebieden en kwetsbare groepen tot gespecialiseerde raadplegingen te verbeteren en tegelijkertijd de wachttijd te verkorten door gebruik te maken van telegeneeskunde. Telegeneeskunde is ook gericht op het verbeteren van de toegang tot informatie en onderwijs om ongeplande zwangerschappen en gezinsplanning te voorkomen.

In de uitvoeringsfase van deze investering worden verschillende stappen gevolgd. Ten eerste wordt een behoefteanalyse uitgevoerd voor de huidige PEB, waarbij de beschikbare infrastructuur en bestaande lacunes in kaart worden gebracht. Ten tweede wordt PIA door middel van een softwareoplossing omgezet van een modulair en gefragmenteerd systeem naar een systeem dat interoperabel en gebruikersvriendelijk is en geoptimaliseerde gegevensstromen, elektronische monitoring van doelstellingen, activiteiten en prestatie-indicatoren van de zorgaanbieders en met nieuwe functies (zoals digitalisering van medische gerelateerde documenten). De rol van PIA wordt uitgebreid tot buiten het nationale ziekteverzekeringscentrum door de ontwikkeling van aanvullende modules voor alle instellingen die op nationaal niveau betrokken zijn bij het gezondheidsbeleid, voor modulaire ziektenregisters en interface voor telegeneeskunde en patiëntenmonitoring. De communicatie tussen patiënt en arts en tussen artsen zal naar verwachting worden ondersteund, met bijzondere aandacht voor kwetsbare groepen of regio’s. De investering wordt geschraagd door opleiding en aankoop van uitrusting. Voorts worden nieuwe computermodules en -toepassingen en nieuwe digitale registratie- en beheersystemen ontwikkeld, op basis van interoperabele en gecentraliseerde gegevens. Een telegeneeskundesysteem wordt ontworpen om patiënten in landelijke en kleine stedelijke gebieden in real time en asynchrone toegang te bieden tot gespecialiseerde raadplegingen.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 september 2025 zijn voltooid.

Investering 4. Digitalisering van de rechterlijke macht

Het doel van deze investering is de voorbereiding en overgang van het Roemeense rechtsstelsel naar een gecentraliseerd elektronisch casemanagementsysteem te ondersteunen. Roemenië is al bezig met de ontwikkeling van andere EU-fondsen, het ECRIS-systeem (elektronisch casemanagementsysteem) en het herstel- en veerkrachtplan vormt een aanvulling op de inspanningen in dit verband.

De investering bestaat uit de volgende acties:

-de technische overgang van lokale naar gedeelde centrale servers — zij optimaliseert het beheer en het gebruik van technische middelen (centrale servers, datacentra, virtualisatieservers).

-modernisering en voltooiing van de technische infrastructuur voor telewerken en digitalisering van documenten om de veerkracht van het rechtsstelsel te vergroten.

-verbetering van de cyberbeveiligingscapaciteiten (door te voorzien in apparatuur en opleiding), zowel op centraal als op lokaal niveau (met name voor rechtbanken, maar ook voor parketten).

-invoering van een nieuw systeem voor veilige videoconferenties voor de deelname van rechters aan onlineactiviteiten op het niveau van het Hoge Hof van Cassatie en Justitie.

-ondersteunen van de voltooiing van het ECRIS-V-systeem, het centrale element van de digitale transformatie van de rechterlijke macht in Roemenië. De ontwikkeling van het systeem, een deel van de aankoop van gerelateerde software en ondersteunende hardware en de opleiding van gebruikers worden gefinancierd door het operationele programma Administratieve capaciteit. In het kader van het plan voor herstel en veerkracht worden aanvullende maatregelen gefinancierd (zoals: aankoop van een deel van de ondersteunende apparatuur in het kader van het virtualisatieproject dat de overgang van ECRIS IV naar ECRIS V zal vergemakkelijken, de oprichting van het datacentrum voor de rechterlijke macht dat ook ECRIS V zal huisvesten, de aankoop van pc’s en andere apparatuur voor de eindgebruikers).

Deze investering ondersteunt de strategie voor de ontwikkeling van de rechterlijke macht 2022-2025, die specifieke maatregelen omvat om te zorgen voor digitale interactie tussen de justitiabele en alle belanghebbende entiteiten met de rechterlijke macht, elektronische handtekeningen en elektronische zegels, de beschikbaarheid van verbeterde datacommunicatie voor e-bestanden (een mogelijkheid voor justitiabelen om langs elektronische weg toegang te krijgen tot de gerechtelijke dossiers) en de uitwerking van een sectoroverschrijdende strategie voor de digitalisering van het fysieke archief (mijlpaal 421).

Nieuwe gebouwen moeten voldoen aan de doelstelling om een primaire energievraag te bereiken die ten minste 20 % lager is dan de eis inzake bijna-energieneutrale gebouwen (BENG) overeenkomstig nationale richtsnoeren, die wordt gewaarborgd door middel van energieprestatiecertificaten.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

Investering 5. Digitalisering op milieugebied

Het doel van deze investering is de invoering van een geïntegreerd IT-systeem om duurzame ontwikkeling te ondersteunen, de infrastructuur en de milieukwaliteit te verbeteren, de natuur te beschermen en de biodiversiteit in stand te houden.

De investering bestaat uit twee hoofdacties:

-de ontwikkeling van de nodige infrastructuur voor toezicht op, controle en waarborging van de integriteit van de bossen en het vervoer van hout. Dit systeem wordt in twee fasen geïmplementeerd (installatie en configuratie van het IT-systeem en implementatie van beveiligingsoplossingen voor vertrouwelijkheid, opleiding, operationalisering van een platform voor onderzoeken en waarschuwingen). Het systeem wordt geïntegreerd in SUMAL 2.0 (het Roemeense hout- en traksysteem) en houdt toezicht op de wettelijke verplichtingen met betrekking tot  houtkap en -verwerking, tijdige bosregeneratie, de gezondheid van de bossen en de staat van instandhouding van de boshabitats (zoals verlies van bosbedekking en toename van bosbedekking). Het boskadaster, zoals voorzien in het nationale eTerra3-systeem (databank van grondbezit), wordt via de applicatieprogramma-interface (API) in SUMAL 2.0 opgenomen om een volledige dataset van eigendoms- en beheersrechten te verkrijgen. Het systeem moet uit drie hoofdonderdelen bestaan: I) vergelijking van satellietbeelden (automatisch en op verzoek) om veranderingen in de bosbedekkingsgraad op te sporen; II) monitoring van het vervoer van hout met behulp van op kunstmatige intelligentie ondersteunde videocamera’s; III) digitaal bosmodel verkregen via LiDAR-scanning vanuit de lucht en op land (hoge dichtheid — meer dan 30 punten/m²). De datacentra van het systeem voldoen aan de „Europese gedragscode inzake energie-efficiëntie in datacentra”.

-the digitalisation of 32 environmental public services (such as transmission of data and information necessary for the calculation and reporting of emission inventories, Natura 2000 reporting, nature Conservation - service on derogations and by-catches of strictly protected species, the management of the national register of zoo gardens, public aquariums and rehabilitation centres, ecosystem management service, the management plans of protected natural areas, the management of the register of authorisations issued by the county environmental agencies for the activities of harvesting / capturing and / or commercialization of the species of wild flora and fauna carried out by individuals and legal entities, the management of notification and authorization procedures in the field of GMMs (genetically modified micro-organisms) and GMOs (genetically modified organisms), public service notifications SEVESO - service for accident / incident notifications sent by economic operators, as well as classification notifications within the meaning of Directive 2012/18/ EU (SEVESO III), with interoperability with IGSU, EMAS registration service - manages organizations that adhere to a community eco-management and audit scheme, EPRTR application for reporting purposes of the economic operators, Service for Industrial Emissions, Service for issuing permits, agreements, authorizations and integrated environmental permits integrated with the document management system, Soil-Underground public service (management of data on potentially contaminated, contaminated and remedy sites), laboratory analysis public service in the field of waste, noise, radioactivity, waste generation and management reporting services, reporting services on the generation and management of waste packaging, end-of-life vehicle reporting service, service on the approval / rejection of cross border waste shipments, service for the registration of producers of batteries and accumulators, service for the registration of manufacturers of electrical and electronic equipment and for reporting data on the generation and management of electrical and electronic equipment waste, chemical reporting service in accordance with art. 36 of Regulation 1907/2006 - REACH and art. 46 and 49 of Regulation 1272/2008 – CLP, safety reports for high level sites, major accident prevention policy for low level sites, emergency plan, domino effect between installations, according to the implementation of the EU SEVESO III Directive, service to request the ecological label for legal entities, service for presenting the cases of environmental damage registered in Romania, monitoring emissions from medium combustion plants, public greenhouse gas emission permit service, registration service for economic operators that are not subject to environmental authorization in order to meet the requirements established by EU Directive 2008/98, service for issuing approvals and evaluation reports (for biocidal products, plant protection products and fertilisers), data reporting service for selective waste collection in public institutions).

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

Investering 6. Digitalisering op het gebied van werkgelegenheid en sociale bescherming

Het doel van deze investering is het verhogen van het digitaliseringsniveau voor verschillende diensten op het gebied van arbeid en sociale bescherming, ondersteund door de aankoop van apparatuur en de opleiding van het personeel.

De investering bestaat uit verschillende acties:

-digitalisering van de diensten die worden aangeboden door ANOFM (nationaal arbeidsbureau) (zoals het online indienen van documenten voor de registratie van begunstigden en de toekenning van uitkeringen, de mogelijkheid om online opleidingen te registreren en bij te wonen en de beoordeling van beroepscompetenties, onlineraadplegingen) en de modernisering van de IT-infrastructuur.

-digitalisering van de territoriale arbeidsinspectie (ITM), gericht op de controleactiviteiten op het gebied van arbeidsverhoudingen en veiligheid en gezondheid op het werk (IT-systeem, elektronische handtekeningen, vereenvoudiging van de kennisgevingsprocedure). Voorts zal het project REGES-ONLINE naar verwachting tot doel hebben de betrekkingen tussen de territoriale arbeidsinspecties en werkgevers te digitaliseren en de doorgifte van gegevens over werknemers en hun individuele arbeidsovereenkomsten te vergemakkelijken.

-digitalisering van socialebijstandsuitkeringen die worden beheerd door het nationaal agentschap voor betalingen en sociale inspectie (ANPIS) (met inbegrip van functionele IT-systemen voor begunstigden van een minimuminclusie-inkomen). Voor ANPIS is de ontwikkeling van instrumenten voor document- en informatiebeheer, realtimecommunicatiekanalen met burgers, digitaliserings- en verwerkingsinstrumenten gepland, waarbij de beveiliging van de gegevens wordt gewaarborgd. Daarnaast wordt, in synergie met de hervorming van component 13 (sociale hervormingen) van het herstel- en veerkrachtplan, verwacht dat het digitale platform voor de uitvoering van het minimuminclusie-inkomen operationeel wordt.

-opleidingen op het gebied van digitale vaardigheden voor werknemers van ANOFM, ANPIS en ITM.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

Investering 7. Invoering van elektronische formulieren op het gebied van overheidsopdrachten

Het doel van deze investering is het operationaliseren van de elektronische standaardformulieren die moeten worden gebruikt voor de bekendmaking van aankondigingen van overheidsopdrachten, die de aanbestedingspraktijken op nationaal en Europees niveau stroomlijnen, in overeenstemming met Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1780 tot vaststelling van standaardformulieren voor de bekendmaking van aankondigingen op het gebied van overheidsopdrachten en tot intrekking van Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1986.

De investering omvat een analyse van de wettelijke vereisten op EU-niveau en een vergelijking met de vorige formulieren, en gaat door met de regelingen, codelijsten, bedrijfs- en validatieregels en labels, beoordeelt de gevraagde systeemintegratie, past e-formulieren aan, definieert en implementeert het gegevensmodel van e-formulieren, de elektronische formulieren en kennisgevingen. Voorts worden de e-formulieren geïntegreerd met andere instrumenten en diensten (zoals het bedrijfsinlichtingensysteem van het nationale systeem voor overheidsopdrachten) en worden opleidingen aangeboden aan gebruikers.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2023 zijn voltooid.

Investering 8. Elektronische identiteitskaart en digitale handtekening

Het doel van deze investering is het ondersteunen van de overgang naar en de invoering van de elektronische identiteitskaart (e-ID-kaart) door Roemeense burgers. De investering is van cruciaal belang om de digitale interactie tussen publieke/private entiteiten en burgers te vergemakkelijken.

De investering bestaat uit:

-de levering van 5 miljoen elektronische identiteitskaarten tijdens de uitvoering van het nationale herstel- en veerkrachtplan. Op de elektronische identiteitskaart worden twee digitale certificaten opgeslagen: een kaart die authenticatie mogelijk maakt voor onlinediensten van de overheid, die vanaf het moment van afgifte van de elektronische identiteitskaart kan worden gebruikt, en ii) een facultatieve kaart voor de gekwalificeerde elektronische handtekening die is afgegeven door gekwalificeerde certificatiedienstverleners en die door de burgers kan worden gekocht;

-de ontwikkeling en implementatie van 11 online overheidsdiensten, met ten minste niveau „3” van geavanceerde diensten die toegankelijk zijn met behulp van de elektronische identiteitskaart. Deze online openbare diensten omvatten de volgende componenten: IT & C-infrastructuur voor de ontwikkeling, levering en grotere continuïteit van de diensten waartoe toegang wordt verkregen via een elektronische identiteitskaart, virtualiseringsoplossingen om de beschikbaarheid van de infrastructuur te verbeteren om de toegang tot elektronische diensten te waarborgen, uitbreiding van de huidige „back-up” en herstel na rampen met modulaire oplossingen;

-de ontwikkeling van een systeem voor vroegtijdige waarschuwing met betrekking tot veiligheidsrisico’s (met inbegrip van cyberrisico’s);

-de uitvoering van een bewustmakingscampagne ter bevordering van het wijdverbreide gebruik van elektronische identiteitskaarten en impliciet de bijbehorende elektronische overheidsdiensten.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

Investering 9. Digitalisering van de sector niet-gouvernementele organisaties

Het doel van deze investering is de digitale transformatie van niet-gouvernementele organisaties (ngo’s) te ondersteunen en het niveau van digitale geletterdheid onder de werknemers te verhogen.

De investering bestaat uit een oproep tot het indienen van projecten en kent 200 subsidies (van maximaal 70 000 EUR voor een uitvoeringsperiode van maximaal 30 maanden) toe aan ngo’s voor investeringen in digitale infrastructuur, digitale vaardigheden van personeel en vrijwilligers, de ontwikkeling van platforms voor klantbeheer en de aankoop van uitrusting. Daarnaast zal in het kader van deze investering een grondstofcentrum voor de digitale transformatie van ngo’s worden opgericht. Het centrum ondersteunt de ontwikkeling van IT-diensten en opensourcesoftwareoplossingen en technische bijstand bij de uitvoering van strategieën voor digitale transformatie, waarbij bestaande digitale hulpbronnen worden gecentraliseerd in een open digitale boekhandel die gemakkelijkere toegang, bijstand, e-leren en opleiding, praktijkgemeenschappen en ondersteuning op maat bij processen van digitale transformatie mogelijk maakt.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2025 zijn voltooid.

Investering 10. Digitale transformatie in het beheer van overheidsdiensten

Deze investering heeft tot doel het ambtenarenapparaat te verbeteren door de bureaucratie te verminderen en de kwaliteit van de openbare diensten te verbeteren door middel van een goed opgeleid en professioneel ambtenarenapparaat. Deze investering houdt verband met component 14 (goed bestuur).

De investering bestaat uit het operationeel maken van twee interoperabele platforms:

-e-ANFP — ontwikkeling en uitbreiding van het platform voor het beheer van overheidsdiensten (centraal, territoriaal, lokaal) voor alle loopbaanprocessen (aanwerving, beoordeling, promotie, uittreding uit het openbare systeem, op basis van een gestandaardiseerd competentiekader en functieomschrijvingen) en koppeling met samenwerkende instellingen.

-SIMRU (geïntegreerd systeem voor personeelsbeheer) — ontwikkeling van het interne beheerplatform voor overheidsinstanties voor personeelsprocessen (beheer van personeelsgegevens, organisatorisch beheer, tijdbeheer, vaststelling van doelstellingen en verslaglegging).

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2025 zijn voltooid.

Investering 11. Uitvoering van een regeling ter ondersteuning van het gebruik van communicatiediensten via verschillende soorten instrumenten voor begunstigden, met bijzondere aandacht voor witte gebieden

Het doel van deze investering is de dekking van zeer snelle internettoegang in gebieden waar de markt deze diensten niet alleen kan leveren (dorpen, met inbegrip van achtergestelde gebieden). De minimumsnelheid moet ten minste 100 Mbps kunnen worden gemoderniseerd en de netwerken moeten FTTB/H en/of 5G zijn.

De investering bestaat uit twee prioritaire stromen: I) de absolute prioriteit die gericht is op volledig witte plattelandsgemeenten die niet over vaste netwerken beschikken, maar waar er sprake is van latente vraag of sociaal-economische factoren, en ii) de onderliggende prioriteit die gericht is op vaste netwerken waar de snelheden moeten worden verbeterd en de markt niet in deze behoeften voorziet. De investering dient ter financiering van passieve infrastructuur en actieve netwerkelementen, backhaul- en toegangssegmenten, het opzetten van nieuwe netwerken of het moderniseren van bestaande netwerken.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2025 zijn voltooid.

Investering 12. Zorgen voor de bescherming van de cyberbeveiliging van zowel publieke als particuliere IT & C-infrastructuren die van cruciaal belang zijn voor de nationale veiligheid, met gebruikmaking van slimme technologieën

Het doel van deze investering is het versterken van de capaciteit van het nationale Cyberint en het waarborgen van de beveiliging van de infrastructuur van ten minste 101 instellingen en entiteiten met kritieke ICT-infrastructuur op nationaal niveau (ministeries, agentschappen, energieleveranciers/-distributeurs, gezondheid, vervoer, watervoorziening).

De investering bestaat uit verschillende actielijnen:

-Het aanbieden van cyberbeveiligingsoplossingen, -uitrusting en -opleidingen voor entiteiten die zijn geselecteerd op basis van de mate van kwetsbaarheid voor cyberaanvallen, de mogelijke gevolgen van een cyberaanval voor de verleende diensten, de waarschijnlijkheid dat zij het doelwit zijn van grote cyberaanvallen, de nationale/regionale dekking en het aantal afnemers van diensten dat door de entiteiten wordt verleend.

-Ontwikkeling van de capaciteiten van het nationale centrum Cyberint door een platform voor beveiliging en gegevensoverdracht tussen netwerken met verschillende vertrouwenspercentages operationeel te maken en de onderzoekscapaciteit van het centrum te vergroten.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2025 zijn voltooid.

Investering 13. Ontwikkeling van beveiligingssystemen voor de bescherming van het spectrum van de overheid

Het doel van deze investering is de draadloze communicatie in centrale en lokale overheidsinstellingen en -autoriteiten te beveiligen. De investering heeft met name tot doel draadloze mechanismen voor het voorkomen van kwetsbaarheden in communicatiesystemen in te voeren, draadloze oplossingen voor kwetsbaarheidsdetectie in communicatiesystemen te ontwikkelen en een uniform draadloos systeem voor het beheer van kwetsbaarheden in communicatiesystemen tot stand te brengen.

De investering wordt uitgevoerd door de totstandbrenging van een nieuw netwerk van op nationaal niveau verspreide sensoren die op specifieke ontvangstlocaties worden geplaatst om storingen in het radiospectrum van de overheid automatisch op te sporen en te waarschuwen.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 maart 2026 zijn voltooid.

Investering 14. Vergroting van de veerkracht en cyberbeveiliging van infrastructuurdiensten voor internetdienstverleners die aan overheidsinstanties in Roemenië worden verleend

Het doel van deze investering is de veerkracht van de infrastructuur van de aanbieder van internetdiensten (ISP) voor de overheidsinstanties te vergroten en tegelijkertijd hun cyberbeveiliging te waarborgen.

De investering bestaat uit het actualiseren en uitbreiden van het gigabitinternettoegangsnetwerk voor de overheid, het upgraden van de cyberbeveiligingscapaciteiten en het beveiligen van de ISP-diensten (DNS, web, e-mail, hosting). Elk district van Roemenië wordt aangesloten op een nationaal internetdistributienetwerk.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2024 zijn voltooid.

Investering 15. Het creëren van nieuwe cyberbeveiligingsvaardigheden voor de samenleving en de economie

Het doel van deze investering is de ontwikkeling van cyberbeveiligingsvaardigheden te ondersteunen, zowel voor studenten als voor publieke en private spelers.

De investering bestaat uit twee hoofdacties:

-de uitvoering van cyberbeveiligingsopleidingen voor 5 000 leerkrachten (op pre-universitair en universitair niveau) die hun nieuw verworven kennis doorgeven aan studenten in heel Roemenië. Dit deel van de investering moet het bewustzijn inzake cyberbeveiliging vergroten en bijdragen tot een langdurig effect op de economie en de samenleving.

-er wordt een toolkit ontwikkeld om de maturiteit op het gebied van cyberbeveiliging voor 1 000 spelers te vergroten op basis van een eerste beoordeling die gericht is op operationele, technologische en vaardigheden van de doelgroep.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

Investering 16. Opleidingsprogramma voor geavanceerde digitale vaardigheden voor ambtenaren

Het doel van deze investering is de geavanceerde digitale vaardigheden van ambtenaren te vergroten, met als doel de digitalisering van de overheidsdiensten te ondersteunen door de beschikbaarheid van gekwalificeerde arbeidskrachten voor interne IT-operaties te verbeteren.

De investering bestaat uit opleidingen voor geavanceerde digitale vaardigheden (databankbeheer, systeembeheer, bedrijfsanalyse, gegevensanalyse, programmering) voor 32 500 ambtenaren (waarvan 2 500 ambtenaren in hogere loopbaancategorieën). Vooraf wordt een analyse van de opleidingsbehoeften uitgevoerd.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

Investering 17. Financieringsregelingen voor bibliotheken om digitale-vaardighedenhubs te worden

Het doel van deze investering is de digitale basisvaardigheden van gemeenschappen met beperkte toegang tot digitale opleiding en van gemarginaliseerde groepen te verbeteren. De investeringen bestaan uit de omvorming van 105 bibliotheken tot hubs voor de ontwikkeling van digitale vaardigheden, ondersteund door extra middelen voor 1 030 bibliotheken om hun IT-apparatuur te veranderen/te moderniseren. In het kader van deze investering wordt verwacht dat basisvaardigheden zoals digitale geletterdheid, communicatie, mediageletterdheid, maker van digitale inhoud, digitale veiligheid en digitaal ondernemerschapsonderwijs zullen worden ontwikkeld voor 100 000 burgers uit kansarme gemeenschappen.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

G.2.    Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor niet-terugbetaalbare financiële steun

Volgnummer

Gerelateerde maatregel (hervorming of investering)

Mijlpaal/Doelstelling

Naam

Kwalitatieve indicatoren
(voor mijlpalen)

Kwantitatieve indicatoren
(voor streefcijfers)

Indicatieve termijn voor voltooiing

Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling

Eenheid

Basislijn

Doelstelling

Kwartaal

Jaar

142

Hervorming 1. Ontwikkeling van een unitair kader voor het definiëren van de architectuur van een cloudsysteem van de overheid

Mijlpaal

Vastgestelde en operationele taskforce voor de uitvoering en monitoring van hervormingen en investeringen in digitale transformatie

Inwerkingtreding van de ministeriële regeling voor de oprichting van de taskforce

KWARTAAL 4

2021

De operationalisering van een tijdelijke taskforce voor digitale transformatie die tijdens de uitvoeringsperiode van het plan voor herstel en veerkracht 17 hooggespecialiseerde contractuele posten op het gebied van digitale technologieën en projectmanagementspecialisten zal inzetten. De belangrijkste taken van deze eenheid zijn:

-de ontwikkeling en uitvoering van de sectorale componenten van het nationale plan voor herstel en veerkracht;

-het monitoren van de uitvoering van de digitale hervormingen en investeringen in het kader van het nationale plan voor herstel en veerkracht, met bijzondere aandacht voor belangrijke projecten, en het voorstellen van onmiddellijke corrigerende maatregelen voor kritieke blokken in nauwe samenwerking met de andere betrokken instellingen;

-ontwikkeling van systemen voor projectprestatiebeheer met betrekking tot specifieke doelstellingen van de digitale pijler;

-ontwikkeling en regulering van het regelgevend, methodologisch kader en van de functionele, operationele en financiële procedures op haar werkterrein;

-ontwikkeling van instrumenten voor de uitvoering van digitaal gerelateerd beleid;

-projectbeheer en verslaglegging over alle fasen van de verwezenlijking van de doelstellingen die zijn vastgesteld in het kader van de digitale gerelateerde maatregelen in het nationale plan voor herstel en veerkracht;

-vervulling van alle andere attributen die nodig zijn om de uitvoering van de digitale gerelateerde hervormingen en investeringen in het kader van de nationale plannen voor herstel en veerkracht te dekken.

De taskforce wordt gecoördineerd door een directeur die ondergeschikt is aan de minister die de portefeuille digitalisering in handen heeft.

143

Hervorming 1. Ontwikkeling van een unitair kader voor het definiëren van de architectuur van een cloudsysteem van de overheid

Mijlpaal

Voltooide analyse van de opties voor de overheidscloudarchitectuur

Outputverslag met beoordeling en ingediende aanbevelingen

KWARTAAL 1

2022

De analyse omvat:

-de strategische en technologische opties en het wetgevings- en regelgevingspakket om de verwezenlijking van de overheidscloud te bepalen, met inbegrip van interoperabiliteitsregels en bestuursmodel voor overheidsgegevens;

-de mogelijkheden voor de bouw, levering, installatie en exploitatie van civiele en technologische infrastructuur binnen de in het plan vastgestelde termijnen;

-het in kaart brengen van openbare digitale toepassingen/diensten die momenteel door overheidsinstanties worden aangeboden, het ontwerp van processen en procedures die in de productie- en/of uitvoeringsfase worden toegepast;

-het cloudontwikkelings-/migratieplan van de in kaart gebrachte toepassingen.

144

Hervorming 1. Ontwikkeling van een unitair kader voor het definiëren van de architectuur van een cloudsysteem van de overheid

Mijlpaal

Inwerkingtreding van de wet inzake de governance van clouddiensten voor de overheid

Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de wet inzake de governance van clouddiensten

KWARTAAL 2

2022

De nieuwe wet stelt een algemeen kader vast voor de ontwikkeling en het beheer van een cloudinfrastructuur, bestaande uit een reeks middelen en diensten op het gebied van informatietechnologie, communicatie en cyberbeveiliging, die door de overheidssector worden gedeeld in overeenstemming met de Europese cloudcomputingstrategie en in overeenstemming met het nationale interoperabiliteitskader.

145

Hervorming 1. Ontwikkeling van een unitair kader voor het definiëren van de architectuur van een cloudsysteem van de overheid

Mijlpaal

Inwerkingtreding van de interoperabiliteitswet

Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de interoperabiliteitswet

KWARTAAL 2

2022

De nieuwe wet:

-worden afgestemd op de bepalingen van het Europees interoperabiliteitskader 12 ;

-een kader/governance opzetten ter ondersteuning van de selectie van relevante normen en regels voor de ontwikkeling van toepassingen en diensten door de overheidssector in een veilige en duurzame omgeving;

-de migratie en integratie van gegevens in bestaande gegevensstructuren operationeel te maken en tegelijkertijd de interoperabiliteit te waarborgen;

-ervoor zorgen dat de uitvoering van functionaliteiten inhoudt dat de nationale identificatie- en vergunningsinfrastructuren in een transnationale regeling worden afgestemd op de EU-lidstaten, overeenkomstig de Europese regels die zijn vastgelegd in eIDAS-Verordening (EU) nr. 2014/910 betreffende elektronische identificatie en vertrouwensdiensten voor elektronische transacties in de interne markt;

-rekening houden met het eenmaligheidsbeginsel dat is opgenomen in Verordening (EU) 2018/1724 betreffende één digitale toegangspoort.

146

Hervorming 2.

Transitie naar de connectiviteitsdoelstellingen van de EU voor 2025 en stimulering van particuliere investeringen voor de uitrol van netwerken met zeer hoge capaciteit

Mijlpaal

Inwerkingtreding van de wet inzake de beveiliging van het 5G-netwerk

Bepaling in de wet inzake de inwerkingtreding van de 5G-beveiligingswet

 

 

 

KWARTAAL 2

2021

Inwerkingtreding van de wet inzake de beveiliging van het 5G-netwerk. De belangrijkste bepalingen zijn gericht op aanbieders van communicatie die alleen technologieën, apparatuur en software in 5G-netwerken kunnen gebruiken van fabrikanten die vooraf bij besluit van de minister-president zijn gemachtigd, op basis van het advies van de Hoge Raad voor Nationale Defensie. Elke fabrikant van 5G-apparatuur en -software moet deze vergunning aanvragen, die wordt ingediend bij het ministerie van Communicatie.

147

Hervorming 2.

Transitie naar de connectiviteitsdoelstellingen van de EU voor 2025 en stimulering van particuliere investeringen voor de uitrol van netwerken met zeer hoge capaciteit

Mijlpaal

Bekendmaking van de aanbesteding voor de machtiging van telecommunicatie-exploitanten om 5G-licenties te verlenen

De aanbesteding wordt gepubliceerd op de website van ANCOM.

 

 

 

KWARTAAL 2

2022

Publicatie en organisatie van een concurrerende selectieprocedure (veiling) voor het verlenen van de zogenaamde „5G-licenties” (d.w.z. in de 700 MHz-, 1 500 MHz- en 3,4-3,8 GHz-banden).

Volgens de criteria van het Europees wetboek voor elektronische communicatie worden langetermijnlicenties overwogen om 5G efficiënt te stimuleren, concurrentie en rechten van eindgebruikers te bevorderen.

De veilingprocedure bouwt voort op de ervaringen met eerdere spectrumveilingen in Roemenië (2012 en 2015) en met soortgelijke recente procedures in de EU, en omvat waarborgen voor de mededinging, marktvormingsmechanismen en aan de vergunningen verbonden voorwaarden, die allemaal geschikt zijn voor de specifieke kenmerken en dynamiek van de Roemeense markt.

148

Hervorming 2.

Transitie naar de connectiviteitsdoelstellingen van de EU voor 2025 en stimulering van particuliere investeringen voor de uitrol van netwerken met zeer hoge capaciteit

Mijlpaal

Aanbevelingen uit de EU-toolbox voor connectiviteit worden uitgevoerd

KWARTAAL 3

2022

De uitvoering van de routekaart van Roemenië bij de toepassing van de toolbox voor connectiviteit 13 is een gezamenlijke inspanning van meerdere belanghebbenden.

Volgens de ontwerproutekaart die momenteel door de betrokken ministeries wordt geanalyseerd, voert Roemenië voor 12 van de 39 aanbevelingen uit:

24 — passende reserveringsprijzen bevorderen

25 — tijdige beschikbaarheid van geharmoniseerde 5G-banden

28 — individuele machtigingsregeling voor de frequentieband 24,25-27,5 GHz

31 — structuur van terugkerende spectrumvergoedingen om de uitrol te stimuleren

38 — gecoördineerde en gerichte communicatie voor het informeren en voorlichten over de uitvoering van 5G

39 — het publiek informeren over de conformiteit van de installaties van de basisstations met de toepasselijke grenswaarden voor elektromagnetische velden.

Al deze aanbevelingen zullen naar verwachting uiterlijk in 2021 zijn afgerond, terwijl

2 — voorzien in modelregelingen voor de uitrol van elektronische-communicatienetwerken

3 — verstrekken van voorlichtingsmateriaal en workshops voor gemeenten en andere bevoegde autoriteiten

11 — de beschikbaarheid van informatie uit verschillende bronnen waarborgen en de transparantie van geplande civiele werken vergroten

26 — regelmatige evaluatie van de nationale spectrumplannen

32 — financiële steun gebruiken als aanvulling om investeringen te stimuleren

35 — gebruik maken van geharmoniseerde technische voorwaarden die zijn ontwikkeld door de Europese Conferentie van post- en telecommunicatieadministraties (CEPT)/Comité voor elektronische communicatie (ECC), indien gemeenschappelijke specifieke frequentiebanden noodzakelijk worden geacht

Alle worden in 2022 afgerond.

149

Hervorming 2.

Transitie naar de connectiviteitsdoelstellingen van de EU voor 2025 en stimulering van particuliere investeringen voor de uitrol van netwerken met zeer hoge capaciteit

Mijlpaal

Toewijzing van gebruiksrechten voor radiospectrum

Toegekende gebruiksrechten

 

 

 

KWARTAAL 3

2022

De „5G” -radiofrequentievergunningen worden toegewezen op basis van de resultaten van de concurrerende selectieprocedure/veiling in stap 147.

150

Hervorming 3. Zorgen voor cyberbeveiliging van openbare en particuliere entiteiten die eigenaar zijn van kritieke waardeinfrastructuur

Mijlpaal

Vaststelling van de nationale cyberbeveiligingsstrategie 2021-2026

Goedkeuring van de nationale cyberbeveiligingsstrategie 2021-2026 door de regering

KWARTAAL 4

2021

De nationale cyberbeveiligingsstrategie 2021-2026 wordt vastgesteld en bevat bepalingen met betrekking tot:

-regelmatige beoordelingen en actualiseringen van het regelgevings- en institutionele kader voor cyberbeveiliging;

-versterking van het publiek-privaat academisch partnerschap om de cyberweerbaarheid van de samenleving als geheel te vergroten;

-ontwikkeling van de capaciteit om te reageren op cyberaanvallen en de veerkracht van systemen, netwerken en diensten

-consolidatie van de rol van Roemenië in de cyberbeveiligingsarchitectuur op internationaal niveau.

151

Hervorming 3. Zorgen voor cyberbeveiliging van openbare en particuliere entiteiten die eigenaar zijn van kritieke waardeinfrastructuur

Mijlpaal

Inwerkingtreding van de Roemeense wet inzake defensie en cyberbeveiliging

Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de wet inzake defensie, cyberbeveiliging en veiligheid van Roemenië

KWARTAAL 4

2022

De Roemeense wet inzake defensie en cyberbeveiliging stelt het juridische en institutionele kader vast voor het organiseren en uitvoeren van activiteiten op het gebied van cyberbeveiliging en cyberdefensie, samenwerkingsmechanismen en reacties van instellingen op de betrokken gebieden.

152

Hervorming 4.

Vergroting van de digitale competentie voor overheidsdiensten en digitaal onderwijs gedurende het hele leven voor burgers

Mijlpaal

Inwerkingtreding van het ministerieel besluit van de minister van Arbeid en de voorzitter van het Nationaal Instituut voor de Statistiek voor de definitie van nieuwe digitale beroepen in de classificatie van beroepen (COR)

Bepaling in het besluit van de minister van Arbeid en de voorzitter van het Nationaal Instituut voor de Statistiek over de inwerkingtreding van het amendement waarin nieuwe digitale beroepen in het CvdR worden gedefinieerd.

 

 

 

KWARTAAL 3

2022

In het ministerieel besluit van de minister van Arbeid en de voorzitter van het Nationaal Instituut voor de Statistiek worden de nieuwe digitale beroepen vastgesteld op het niveau van de Roemeense classificatie van beroepen (COR) die gelijkwaardig zijn aan die welke in de landen van de Europese Unie bestaan met goede praktijken op het gebied van digitalisering. Er wordt een diagnostische studie/analyse uitgevoerd met het oog op een prognose voor de komende vijf jaar van de arbeidsbehoeften in het kader van de digitale transformatie van de economie en de overgang naar industrie 4.0, met inbegrip van aanbevelingen voor het definiëren van nieuwe digitale beroepen in de officiële classificatie van beroepen.

153

Investering 1.

Uitrol van de cloudinfrastructuur van de overheid

Mijlpaal

Ondertekening van het contract voor de uitvoering van de investering op basis van de aanbestedingsprocedure voor de uitvoering van de investering

Ondertekening van de overeenkomst

KWARTAAL 2

2022

Ondertekening van het contract voor de uitvoering van de cloudinfrastructuur van de overheid.

De instellingen die verantwoordelijk zijn voor de aanbesteding en de uitvoering van deze investering zijn de Speciale Telecommunicatiediensten en de Autoriteit voor de digitalisering van Roemenië.

De uitvoering van de Government Cloud omvat ten minste de volgende fasen:

-bouw van fase IV door ontwerp van datacentra voor de twee hoofdcentra en fase III door ontwerp voor de secundaire centra;

-het aanbieden van specifieke communicatie-infrastructuur en informatietechnologie (optischevezelkabels en communicatieapparatuur met hoge capaciteit);

-ontwikkeling/uitbreiding van het elektriciteitsnet voor elk datacentrum om redundantie en vraag naar elektriciteit te waarborgen;

-het tot stand brengen van een schaalbare en overbodige klimaatregelingsinfrastructuur, die energie-efficiënt is voor elk datacentrum;

-installatie van het branddetectie- en blussysteem voor inerte gassen om de bescherming van de volledige infrastructuur van elk datacentrum te waarborgen;

-implementatie van het fysieke beveiligingssysteem (toegangscontrole, videobewaking, bestrijding van inbraak) voor de ontwikkelde infrastructuur;

-implementatie van het netwerk voor toezicht op en beheer van de infrastructuur binnen de gerealiseerde faciliteit;

-realisatie van schaalbare IT-infrastructuur met hoge beschikbaarheid (verwerkingsapparatuur, opslag, communicatie, virtualisatiesoftware) binnen elk datacentrum;

-aankoop van de nodige licenties en gespecialiseerde uitrusting voor de perimeter cyberveiligheid.

-De beveiliging wordt gewaarborgd door de beheerder van de cloudinfrastructuur van de overheid.

154

Investering 1.

Uitrol van de cloudinfrastructuur van de overheid

Doel

Overheidsinstellingen die via de overheidscloud met elkaar verbonden zijn

Aantal

0

30

KWARTAAL 4

2024

Ten minste 30 overheidsinstellingen zijn aangesloten op en volledig gebruikmaken van de Government Cloud, overeenkomstig de bepalingen in het kader van mijlpaal 153.

Overheidsinstellingen wisselen onderling gegevens uit via de cloudinfrastructuur van de overheid.

155

Investering 1.

Uitrol van de cloudinfrastructuur van de overheid

Doel

Datacentra van fase III en fase IV door ontwerp, infrastructuur en technologieën voor clouddiensten

 

Aantal

0

4

KWARTAAL 4

2025

Twee datacentra van fase III en twee fase IV-datacentra naar ontwerp, hardware- en softwarecloud (Infrastructure-as-a-Service — IaaS/Platform-as-a-Service — PaaS/Software-as-a Service — SaaS) functioneel, overeenkomstig de bepalingen onder mijlpaal 153.

De datacentra voldoen aan de „Europese gedragscode inzake energie-efficiëntie in datacentra”.

156

Investering 2.

Cloudontwikkeling en -migratie

Doel

Toepassingen voor digitale diensten voor de overheid gemigreerd naar Infrastructure-as-a-Service — IaaS/Platform-as-a-Service — PaaS/

 

Aantal

0

5

KWARTAAL 2

2025

Aantal cloud-native digitaledienstentoepassingen van de overheid in PaaS en migratie van bestaande cloud-ready/virtualized in IaaS, na de analyse die is ontwikkeld in het kader van mijlpaal 143.

De toepassingen/diensten worden ontwikkeld voor overheidsinstanties/instellingen om hen te helpen de openbare diensten te verlenen die onder hun verantwoordelijkheid vallen en dus niet voor economische activiteiten worden gebruikt.

157

Investering 2.

Cloudontwikkeling en -migratie

 

Doel

Toepassingen voor digitale diensten voor de overheid gemigreerd naar Infrastructure-as-a-Service — IaaS/Platform-as-a-Service — PaaS

 

Aantal

5

30

KWARTAAL 2

2026

Aantal cloud-native digitaledienstentoepassingen van de overheid in PaaS en migratie van bestaande cloud-ready/virtualized in IaaS, na de analyse die is ontwikkeld in het kader van mijlpaal 143.

De toepassingen/diensten worden ontwikkeld voor overheidsinstanties/instellingen om hen te helpen de openbare diensten te verlenen die onder hun verantwoordelijkheid vallen en dus niet voor economische activiteiten worden gebruikt.

158

Investering 3. Ontwikkeling van e-gezondheid en telegeneeskunde

 

Doel

Instellingen voor volksgezondheid gedigitaliseerd

 

Aantal

0

60

KWARTAAL 2

2023

Ten minste 60 volksgezondheidsinstellingen worden gedigitaliseerd.

Instellingen met verantwoordelijkheden op het gebied van gezondheid zijn onder meer: directoraten volksgezondheid, instituten voor volksgezondheid, het nationale geneesmiddelenbureau, de nationale school voor volksgezondheid en management en het ministerie van Volksgezondheid. 
Het digitaliseringsproces omvat: 
1. Investeren in IT-systemen en digitale infrastructuur (IT-apparatuur, licenties, IT-software, communicatiesystemen) voor de volgende instellingen: Ministerie van Volksgezondheid, districtsautoriteiten op het gebied van volksgezondheid (gezondheidsstatistieken, gezondheidsadministratie (gezondheidsplanning) en beslissingsondersteuning (evaluatie van de uitgaven, nationale gezondheidsrekeningen, HR-beheer, HR — register, ondersteuning van besluiten); Provinciale ambulancediensten (met inbegrip van de Ambulancedienst Boekarest — Ilfov), het Nationaal Instituut voor Volksgezondheid, het Nationaal Instituut voor sportgeneeskunde, het Nationaal Instituut voor transfusie-hematologie „Prof. Dr. CT Nicolau”, het nationaal transplantatiebureau, het centrale opslagbureau voor speciale situaties, het nationaal register van vrijwillige hematopoëtische stamcellen, het nationaal agentschap voor geneesmiddelen en medische hulpmiddelen, forensische instituten, het Nationaal Centrum voor geestelijke gezondheid en de bestrijding van drugsbestrijding in Boekarest, de nationale school voor volksgezondheid, beheer en opleiding in de gezondheidszorg in Boekarest. Surveillancesysteem voor overdraagbare ziekten, gezondheidsstatistieken, beslissingsondersteuning, registers voor transplantatie van stamcellen).

2. Technische bijstand voor de ontwikkeling en integratie van digitale gezondheidsoplossingen in het gezondheidsstelsel.

3. Opleiding voor personeel om te leren hoe de IT-toepassingen moeten worden gebruikt. De opleiding wordt ondersteund door het nationale plan voor herstel en veerkracht voor 2 970 werknemers.

Er wordt voorrang gegeven aan zorgaanbieders in afgelegen of arme gebieden.

159

Investering 3. Ontwikkeling van e-gezondheid en telegeneeskunde

Mijlpaal

Ingezet telegeneeskundesysteem

KWARTAAL 4

2024

Het telegeneeskundesysteem is toegankelijk voor een breed scala aan relevante zorgaanbieders, met de mogelijkheid om op grote schaal in het hele land te worden ingezet, met bijzondere aandacht voor plattelandsgebieden en kleine stedelijke gebieden.

De plattelandsgebieden en kleine stedelijke gebieden waar het telegeneeskundesysteem wordt uitgerold, worden geselecteerd op basis van verschillende factoren, waaronder:

-de huidige toegang tot gezondheidszorg (gemeten aan de hand van het aantal huisartsen of huisartsen/inwoners), door prioriteit te geven aan gebieden met minder toegang tot gezondheidszorg.

-minder ontwikkelde regio’s (volgens de EU-classificatie, gemeten aan de hand van het bbp/kapitaal), door prioriteit te geven aan gebieden buiten Boekarest en Ilfov.

Het systeem zorgt zowel voor realtimeraadplegingen op afstand via videoconferentie als voor rechtstreekse gegevensoverdracht of asynchrone verbindingen.

De uitrol van het telegeneeskundesysteem zorgt ervoor dat in het laatste jaar (Q3/2025-Q2/2026) van de uitvoering van het herstel- en veerkrachtplan ten minste 200 000 telegeneeskunderaadplegingen worden georganiseerd.

160

Investering 3.

Ontwikkeling van e-gezondheid en telegeneeskunde

Mijlpaal

Nieuwe PIA (IT-platform ziekteverzekering) is operationeel

PIA (operationeel IT-platform ziekteverzekering

KWARTAAL 2

2025

De nieuwe PIA (IT-platform ziekteverzekering) zal naar verwachting:

-te zorgen voor een gebruikersvriendelijke en toegankelijke omgeving voor gebruikers, met inbegrip van gebruikers met een handicap;

-de interconnectie en interoperabiliteit te verbeteren;

-nieuwe functies mogelijk maken (bv. digitalisering van medische documenten);

-optimaliseren van gegevensstromen, elektronisch toezicht op algemene doelstellingen, specifieke doelstellingen, activiteiten en prestatie-indicatoren die op het niveau van de nationale verzekeringsinstelling/zorgaanbieder worden aangenomen.

Het platform omvat de volgende kenmerken: Actualisering van het gemeenschappelijk geïntegreerd informaticasysteem (SIUI), het nationale ziekteverzekeringskaartsysteem (CEAS) en het nationale elektronische systeem voor elektronische recepten (SIPE). 
De update is bedoeld om servers te vervangen, hun toepassingen te herschrijven in moderne, gebruiksklare technologie en andere IT- en communicatieapparatuur te vervangen. 
SIUI bevat online valideringsmodules van diensten die worden verleend voor afwikkeling op elk type aanbieder (gespecialiseerde ambulante ziekenhuizen, gespecialiseerde artsen, huisartsen, apotheken, aanbieders van medische hulpmiddelen).

161

Investering 3. Ontwikkeling van e-gezondheid en telegeneeskunde

Doel

Digitalisering van 200 volksgezondheidsvoorzieningen

Aantal

0

200

KWARTAAL 2

2025

200 voorzieningen voor de volksgezondheid komen in aanmerking voor:

-IT-systemen en digitale infrastructuur van volksgezondheidseenheden. De IT-systemen van ziekenhuizen omvatten het beheer van patiëntendossiers, toelating en lozing, apotheek, magazijnbeheer, faciliteitenbeheer, groep Diagnosis Related Group (DRG) en DRG-coderingsondersteuning, gezondheidsstatistieken, financieel beheer, kostenboekhouding, kwaliteitsbeheer, loonadministratie en personeelsbeheer, financiële verslagen voor het financieringsagentschap, beslissingsondersteuning en ambulant IT-systeem;

-Versterking van telegeneeskunde en mobiele systemen voor patiëntentoezicht. De IT-systemen van het ziekenhuis moeten interoperabel zijn met de telegeneeskundesystemen (monitoringmodule en module voor ambulante consultatie) en de specialisten van de ziekenhuisambulances moeten teleconsulten kunnen aanbieden en ook extrapatiënten en chronische patiënten kunnen monitoren met ondersteuning van thuiszorgaanbieders of huisartsen/huisartsen;

-Technische bijstand voor de ontwikkeling en integratie van digitale gezondheidsoplossingen in het gezondheidsstelsel.

-Opleiding voor personeel om te leren hoe de IT-toepassingen moeten worden gebruikt. De opleiding wordt ondersteund uit de herstel- en veerkrachtfaciliteit voor 3 000 artsen.

162

Investering 3.

Ontwikkeling van e-gezondheid en telegeneeskunde

Doel

Zorgaanbieders die verbonden zijn met het nieuwe PEB-platform

Aantal

0

25 000

KWARTAAL 3

2025

25 000 zorgaanbieders (ziekenhuizen, ambulante specialisten, laboratoria, huisartsen, apotheken, aanbieders van medische hulpmiddelen, thuiszorg) worden aangesloten op het nieuwe PEB-platform.

163

Investering 4. Digitalisering van de rechterlijke macht

Mijlpaal

Virtualisering en centralisatie van bedrijfstoepassingen

Nationaal (gecentraliseerd) elektronisch bestand (e-bestand) operationeel en gerechtelijk dossierbeheer gevirtualiseerd op minder locatie

KWARTAAL 2

2023

Om het operationele risico van het bestaande casemanagementsysteem (d.w.z. het Electronic Court Record Information System, versie Ecris IV) te beperken en een modern alternatief voor elektronische toegang tot de onderzoeksdossiers („e-bestand”) in te voeren, moet deze investering:

-gebruik te maken van „virtualisatie” om het aantal servers terug te brengen van ongeveer 270 locaties naar 60 locaties (geen volledige centralisatie vanwege de beperking van datacommunicatie voor kortetermijn- en oude technologie voor ECRIS IV);

-de 4 bestaande uitbreidingen van e-bestanden „centraliseren” in één nationaal „e-bestand”, waardoor procespartijen gemakkelijk en veilig toegang kunnen krijgen tot documenten in gerechtelijke dossiers.

Een belangrijke strategische doelstelling is ook het versnellen en waarborgen van een gemakkelijke overgang naar de volgende versie van Ecris (ECRIS V).

Het concrete doel van de in het nationale herstel- en veerkrachtplan voorgestelde „virtualisering en centralisatie” is dus de technologische modernisering van de IT-infrastructuur van de rechterlijke macht door:

-het vergroten van de capaciteit voor datatransmissie in het WAN (vergroting van de bandbreedte), die nodig is voor de goede werking van het elektronische casemanagementsysteem in een gecentraliseerde configuratie;

-zorgen voor adequate verwerkings- en opslagcapaciteit op het niveau van rechtbanken en hoven van beroep, teneinde gerechtelijke toepassingen te centraliseren en te zorgen voor een efficiënt beheer van IT-middelen in rechtbanken;

-verbetering van de veiligheid en beschikbaarheid van diensten die aan het grote publiek worden aangeboden door de invoering van het nationale elektronische bestand (e-bestand).

164

Investering 4. Digitalisering van de rechterlijke macht

Mijlpaal

Operationalisering van ECRIS V (elektronisch dossier- en informatiesysteem) voltooid

Het Ecris V-systeem operationeel en functioneel

KWARTAAL 4

2025

Het centrale element van de digitale transformatie van de rechterlijke macht is de invoering van een nieuw casemanagementsysteem (ECRIS V), dat enerzijds de digitale interactie van de justitiabele en elke belanghebbende entiteit met de rechterlijke macht mogelijk moet maken, en anderzijds een betere en uitgebreide digitale interactie tussen de instellingen op het niveau van het rechtsstelsel en tussen hen en andere aangrenzende instellingen.

165

Investering 4. Digitalisering van de rechterlijke macht

Mijlpaal

Gedigitaliseerde centrale overheidsinstanties op justitieel gebied

De capaciteit voor datatransmissie in het WAN van centrale overheidsinstanties op justitieel gebied is toegenomen

KWARTAAL 2

2026

Om de e-overheid te verbeteren en de digitale transformatie in de justitiële sector te versnellen, profiteren overheidsinstanties op het gebied van centrale justitie van de volgende technologische verbeteringen, waaronder:

-LAN- en WAN-communicatie. Dit zal betere videoconferenties mogelijk maken in overeenstemming met de meest recente wetgeving die tijdens de COVID-19-pandemie is vastgesteld;

-IT-beveiligingsapparatuur en -oplossingen voor cyberbescherming;

-IT-terminals/randapparatuur

-verbetering en uitbreiding van het aantal videoconferentiesystemen van 400 tot 600;

-gespecialiseerde apparatuur — voor complexe juridische onderzoeken zoals audio- en videobewaking, gespecialiseerde apparatuur voor kritieke processen (digitale microscopen voor forensische expertise).

166

Investering 4. Digitalisering van de rechterlijke macht

Mijlpaal

Operationeel datacentrum

Het datacentrum is opgezet en operationeel

KWARTAAL 2

2026

Een nieuw datacentrum wordt operationeel gemaakt voor het gebruik door het ministerie van Justitie, het Openbaar Ministerie en de ondergeschikte instellingen, dat interoperabel is met de overheidscloud die is ontwikkeld in het kader van het nationale herstel- en veerkrachtplan. Nieuwe gebouwen moeten voldoen aan de doelstelling om een primaire energievraag te bereiken die ten minste 20 % lager is dan de eis inzake bijna-energieneutrale gebouwen (BENG) overeenkomstig nationale richtsnoeren, die wordt gewaarborgd door middel van energieprestatiecertificaten.

167

Investering 5.

Digitalisering op milieugebied

Mijlpaal

Grotere capaciteit voor toezicht, controle en monitoring van bossen door middel van een geïntegreerd IT-systeem

Het systeem ter bestrijding van illegale houtkap is opgezet en operationeel

KWARTAAL 4

2024

Het systeem ter bestrijding van illegale houtkap wordt opgezet en operationeel. Het wordt geïntegreerd in SUMAL 2.0 (het Roemeense systeem voor het volgen van hout) en houdt toezicht op de wettelijke verplichtingen in verband met houtkap, tijdige bosregeneratie, de gezondheid van bossen, de staat van instandhouding van de boshabitats (zoals verlies van bosbedekking en toename van bosbedekking).

Het boskadaster, zoals voorzien in het nationale eTerra3-systeem (databank van grondbezit), wordt via de applicatieprogramma-interface (API) in SUMAL 2.0 opgenomen om een volledige dataset van eigendoms- en beheersrechten te verkrijgen. Het systeem moet uit drie hoofdonderdelen bestaan: I) vergelijking van satellietbeelden (automatisch en op verzoek) om veranderingen in de bosbedekkingsgraad op te sporen; II) monitoring van het vervoer van hout met behulp van op kunstmatige intelligentie ondersteunde videocamera’s; III) digitaal bosmodel verkregen via LiDAR-scanning vanuit de lucht en op land (hoge dichtheid — meer dan 30 punten/m²). De datacentra van het systeem voldoen aan de „Europese gedragscode inzake energie-efficiëntie in datacentra”.

168

Investering 5.

Digitalisering op milieugebied

Doel

Gedigitaliseerde openbare milieudiensten

 

Aantal

0

32

KWARTAAL 2

2026

Ten minste 32 milieugerelateerde openbare diensten worden gedigitaliseerd en online uitgevoerd, met inbegrip van:

-Indiening van gegevens en informatie voor emissie-inventarissen.

-Natura 2000-rapportage en natuurbeschermingsdiensten

-Beheer van milieuregisters, kennisgevings- en vergunningsprocedures en vergunningen om de diensten op het gebied van afvalbeheer voor burgers en bedrijven te stroomlijnen.

169

Investering 6. Digitalisering op het gebied van werkgelegenheid en sociale bescherming

Mijlpaal

Ingebruikneming van het onlinesysteem REGES

REGES Het onlinesysteem functioneel

KWARTAAL 4

2024

Het IT-systeem REGES-ONLINE wordt geïmplementeerd en interoperabel, zodat overheidsinstanties en instellingen toegang hebben tot de registratie van gegevens op het niveau van de applicatieprogramma-interface (API).

Het project REGES-ONLINE heeft tot doel de betrekkingen van de territoriale arbeidsinspectie met werkgevers te digitaliseren en de doorgifte van gegevens over werknemers en hun individuele arbeidsovereenkomsten te vergemakkelijken.

170

Investering 6. Digitalisering op het gebied van werkgelegenheid en sociale bescherming

Doel

Invoering van digitale diensten op het gebied van werkgelegenheid en sociale bescherming

 

Aantal

0

3

KWARTAAL 4

2025

Inwerkingtreding van digitale e-overheidsdiensten op het gebied van werk en sociale bescherming:

-Digitalisering van de door de openbare dienst voor arbeidsvoorziening (ANOFM) aangeboden diensten om efficiënt in te spelen op de nieuwe behoeften van de arbeidsmarkt door de activiteiten ten behoeve van burgers te optimaliseren en digitale vaardigheden op te leiden voor het beheer van specifieke activiteiten (zoals het online indienen van documenten voor de registratie van begunstigden en de toekenning van uitkeringen, de mogelijkheid om online opleidingen te registreren en bij te wonen en de beoordeling van beroepscompetenties, onlineraadplegingen) en de IT-infrastructuur te verbeteren.

-digitalisering van controleactiviteiten op het gebied van arbeidsverhoudingen en veiligheid en gezondheid op het werk.

-digitalisering van socialebijstandsuitkeringen die worden beheerd door het nationaal agentschap voor betalingen en sociale inspectie (ANPIS) (met inbegrip van functionele IT-systemen voor begunstigden van een minimuminclusie-inkomen). De operationalisering van het digitale platform voor de uitvoering van het minimuminclusie-inkomen — VMI — maakt onder meer het mogelijk;

ouitvoering van alle verrichtingen in verband met de uitvoering van het MII, met modules die de mogelijkheid bieden van een beheersaanpak per geval, met inbegrip van activeringsmaatregelen, op intuïtieve/gebruikersvriendelijke wijze

ointeroperabiliteit met andere relevante databanken, bv. van het ministerie van Financiën, het ministerie van Arbeid, het ministerie van Onderwijs, de openbare dienst voor arbeidsvoorziening.

171

Investering 6. Digitalisering op het gebied van werkgelegenheid en sociale bescherming

Doel

Aantal werknemers dat deelneemt aan opleidingen over digitale vaardigheden

Aantal

0

4 777

KWARTAAL 2

2026

Aantal werknemers dat deelneemt aan opleidingen over digitale vaardigheden:

-Nationaal arbeidsbureau: 1 200 werknemers

-Nationaal agentschap voor betalingen en sociale inspectie: 1 595 werknemers.

-Arbeidsinspectie en territoriale arbeidsinspecties: 1 982 werknemers

172

Investering 7. Invoering van e-formulieren bij overheidsopdrachten

Mijlpaal

Invoering van nationale elektronische formulieren in openbare aanbestedingsprocedures in overeenstemming met de EU-wetgeving

Operationele elektronische standaardformulieren voor aanbestedingsprocedures

KWARTAAL 2

2023

De investering waarborgt de uitvoering van Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1780 (e-formulieren) in het Roemeense actieplan voor overheidsopdrachten. De invoering van e-formulieren zal naar verwachting geen gevolgen hebben voor de eindgebruiker, aangezien de wijzigingen in de back-end moeten worden aangebracht. De investering heeft tot doel te zorgen voor gegevensextractie en -inkapseling, specifiek voor de nieuwe technologische vereisten op het niveau van de richtlijn.

173

Investering 8.

Elektronische identiteitskaart en digitale handtekening

Doel

Burgers aan wie een e-identiteitskaart is afgegeven

 

Aantal

0

5 000 000

KWARTAAL 2

2026

De identiteitskaart voldoet aan de eisen van de Europese Commissie inzake documentbeveiliging, in overeenstemming met de doelstellingen van Verordening (EU) nr. 1157/2019. Op de elektronische identiteitskaart worden twee digitale certificaten opgeslagen:

-een verplichte handtekening voor geavanceerde elektronische handtekening, geregistreerd op alle elektronische identiteitskaarten, geldig in Roemenië, die kan worden gebruikt zodra de elektronische identiteitskaart is afgegeven.

-een facultatief certificaat voor gekwalificeerde elektronische handtekeningen afgegeven door gekwalificeerde certificatiedienstverleners (binnenlands/niet-nationaal), dat ook geldig is voor diensten van derden en geldig is in Roemenië en in de EU, en dat beschikbaar is voor aankoop door burgers.

174

Investering 8.

Elektronische identiteitskaart en digitale handtekening

Mijlpaal

Ondersteunende maatregelen voor de invoering van elektronische identiteitskaarten uitgevoerd

Online overheidsdiensten uitgerold, systeem voor vroegtijdige waarschuwing ontwikkeld, bewustmakingscampagne uitgevoerd

KWARTAAL 2

2026

11 online overheidsdiensten met ten minste niveau „3” geavanceerd zijn toegankelijk met behulp van de elektronische identiteitskaart. Deze online openbare diensten omvatten de volgende componenten: IT & C-infrastructuur voor de ontwikkeling, levering en grotere continuïteit van de diensten waartoe toegang wordt verkregen via een elektronische identiteitskaart, virtualiseringsoplossingen om de beschikbaarheid van de infrastructuur te verbeteren om de toegang tot elektronische diensten te waarborgen, uitbreiding van de huidige „back-up” en herstel na rampen met modulaire oplossingen.

De ontwikkeling van een systeem voor vroegtijdige waarschuwing met betrekking tot veiligheidsrisico’s (met inbegrip van cyberrisico’s) wordt voltooid.

De uitvoering van een bewustmakingscampagne ter bevordering van het wijdverbreide gebruik van elektronische identiteitskaarten en impliciet de bijbehorende elektronische overheidsdiensten moet worden voltooid.

175

Investering 9. Digitalisering van de sector niet-gouvernementele organisaties

Doel

Voltooide projecten voor digitalisering van ngo’s

Aantal

0

200

KWARTAAL 4

2024

Succesvol afgeronde projecten op het gebied van digitalisering en digitale transformatie van ngo’s.

De geselecteerde projecten ondersteunen ngo’s bij het digitaliseren van hun activiteiten door te investeren in digitale infrastructuur, het vergroten van de digitale competentie van personeel en vrijwilligers bij het verlenen van diensten op afstand aan begunstigden, het ontwikkelen van platforms en oplossingen voor CRM (Customer Relationship Management).

Het selectieproces is gebaseerd op de volgende criteria: de relevantie van het project voor de digitale transformatie en samenhang; methodologie en haalbaarheid van het project; duurzaamheid; voorgestelde begroting: de voorziene kosten zijn economisch en gerechtvaardigd en houden verband met de activiteiten die voor digitalisering worden voorgesteld. De aanvrager en het voorgestelde projectteam beschikken over de ervaring, deskundigheid, motivatie en capaciteit om het project uit te voeren.

De steun bedraagt maximaal 70 000 EUR per project gedurende een uitvoeringsperiode van maximaal 30 maanden.

176

Investering 9.

Digitalisering van niet-gouvernementele organisaties

Mijlpaal

Kenniscentrum voor de digitale transformatie van ngo’s

Er is een kenniscentrum opgericht en operationeel

KWARTAAL 2

2025

Het kenniscentrum voor de digitalisering van ngo’s zorgt voor:

-ontwikkeling van IT-diensten en opensourcesoftwareoplossingen en technische bijstand bij de uitvoering van strategieën voor digitale transformatie

-centralisatie van bestaande digitale hulpmiddelen in een open digitale boekhandel

-gemakkelijkere toegang mogelijk maken 
bijstand, e-learning en opleiding

-praktijkgemeenschappen
ondersteuning op maat bij digitale transformatieprocessen.

177

Investering 10.

Digitale transformatie in het beheer van overheidsdiensten

Mijlpaal

Interactieve en samenwerkingsplatforms voor gestandaardiseerd personeelsbeheer in centrale overheidsdiensten worden opgezet en operationeel gemaakt

Geoperationaliseerde platforms

KWARTAAL 4

2025

De samenwerkingsplatforms bestrijken alle processen, van aanwerving in raden van bestuur tot evaluatie, promotie en uittreding uit het openbare systeem, op basis van het model van competentiekaders en gestandaardiseerde functiebeschrijvingen.

178

Investering 11.

Uitvoering van een regeling ter ondersteuning van het gebruik van communicatiediensten via verschillende soorten instrumenten voor begunstigden, met bijzondere aandacht voor witte gebieden

Doel

Dorpen in witte gebieden die zijn aangesloten op zeer snel internet

 

Aantal

0

945

KWARTAAL 4

2025

945 dorpen in witte gebieden moeten worden aangesloten op zeer snelle internettoegangsdiensten op een vaste locatie waar de markt geen diensten kan leveren. De dorpen krijgen de volgende prioriteiten:

— absolute prioriteit voor plattelands- of afgelegen gemeenten die niet met vaste netwerken worden bediend.

— de onderliggende prioriteit wordt gegeven aan plattelands- en afgelegen locaties die onvoldoende met vaste netwerken worden bediend.

De minimumsnelheid moet ten minste 100 Mbps kunnen worden gemoderniseerd en de netwerken moeten FTTB/H en/of 5G zijn.

179

Investering 12.

Zorgen voor de bescherming van de cyberbeveiliging van zowel openbare als particuliere ITC-infrastructuren die van cruciaal belang zijn voor de nationale veiligheid, met gebruikmaking van slimme technologieën

Doel

Entiteiten met beveiligde IT & C-infrastructuur

 

Aantal

0

101

KWARTAAL 3

2025

Het beveiligen van de infrastructuur van 101 publieke en private entiteiten die beschikken over IT & C-infrastructuur die van cruciaal belang is voor de nationale veiligheid: overheidsentiteiten op energiegebied (zoals leveranciers/distributeurs van gas of elektriciteit), watervoorziening en riolering, essentiële diensten, gezondheid en vervoer (zoals luchthavens, havens). Daarvan zijn 59 entiteiten opgenomen in het nationale cyberbeveiligingssysteem, met als doel het beveiligingsniveau te verhogen door nieuwe technologieën en oplossingen toe te voegen, en 42 entiteiten zijn begunstigden die volgens de onderstaande criteria moeten worden geïdentificeerd. Bovendien zullen 9 van de 101 entiteiten die over OT-infrastructuur beschikken, profiteren van cyberbeveiligingsoplossingen voor industriële controle (ICS).

De infrastructuur wordt geselecteerd door:

-rekening houdend met de waarschijnlijkheid dat zij het doelwit worden van APT-cyberaanvallen (Advanced Persistent Threat),

-het aantal gebruikers en de gevolgen van een dergelijke aanval voor de infrastructuur en impliciet voor de economische en sociale omgeving. Voor elke nieuwe entiteit wordt een locatieonderzoek uitgevoerd, waarbij de cyberbeveiligingsbehoeften van IT- en/of OT-netwerken uitvoerig worden onderzocht.

-de complexiteit van de gehouden OT-netwerken;

-mate van kwetsbaarheid voor cyberaanvallen (bv. controle op afstand van industriële systemen/subsystemen);

-aantal begunstigden van door die entiteiten verleende diensten.

Voor de 101 entiteiten worden ten minste de volgende elementen geoperationaliseerd:

-een geavanceerd kwetsbaarheidsdetectiesysteem in informatiesystemen en communicatieapparatuur (software- en hardware-oplossingen);

-een geïntegreerd systeem voor het identificeren van TTP’s die verband houden met cyberaanvallen op netwerk- en informatiesystemen (softwareoplossingen en hardware);

-een Complex Security Platform for Automatic Analysis and Processing of Cyber Incidents (Software and Hardware Solutions).

180

Investering 12. Zorgen voor de bescherming van de cyberbeveiliging van zowel openbare als particuliere ITC-infrastructuren die van cruciaal belang zijn voor de nationale veiligheid, met gebruikmaking van slimme technologieën

Mijlpaal

Versterking van de nationale centra Cyberint

Extra capaciteit

KWARTAAL 4

2025

De structuur van het nationale centrum Cyberint ontwikkelt de capaciteit voor de geïntegreerde bescherming van de cyberbeveiliging van ICT-IT- en OT-infrastructuren. Voorts profiteert het centrum van:

-Ontwikkeling van een technische infrastructuur voor het identificeren, monitoren, beheren en reageren op cyberbeveiligingsincidenten die gericht zijn op de bescherming van ICT-infrastructuren die van cruciaal belang zijn voor de nationale veiligheid en die niet/niet langer profiteren van de bescherming die wordt geboden door het nationale systeem voor de bescherming van ICT-infrastructuren van nationaal belang tegen cyberdreigingen, met een aanvullende rol.

-Oprichting van een nationaal platform voor de beoordeling en het beheer van cyberbeveiligingsrisico’s voor nieuwe technologieën.

-De invoering van een infrastructuur voor de beveiliging van radiocommunicatie, die het beschermingsniveau en de beschikbaarheid van communicatiediensten voor overheidsinstanties die digitale diensten aan burgers verlenen, verhoogt.

-een platform voor de beveiliging en het kanaliseren van gegevens voor overdracht tussen netwerken met verschillende betrouwbaarheidsniveaus;

-Vergroten van de onderzoekscapaciteit van het NCC (software- en hardware-oplossingen).

Daarnaast wordt een nationaal programma om marktdeelnemers en bevoegde autoriteiten voor te bereiden op cyber- en hybride crisissituaties door oefeningen te organiseren, operationeel gemaakt en worden crisisbeheerplannen opgesteld.

181

Investering 13.

Ontwikkeling van beveiligingssystemen voor de bescherming van het spectrum van de overheid

Doel

Opvanglocaties op nationaal niveau operationeel

 

Aantal

0

65

KWARTAAL 1

2026

Opvanglocaties op nationaal niveau: STS (de speciale telecommunicatiedienst) ontwikkelt een nieuw netwerk van op nationaal niveau verspreide sensoren die op speciale ontvangstlocaties worden geplaatst om storingen in het radiospectrum van de overheid op te sporen en automatisch te waarschuwen. De beschikbaarheid van het overheidsspectrum wordt gewaarborgd en de continuïteit van de radiodiensten voor de overheid wordt verleend aan burgers en overheidsinstanties, op basis van het G2G/G2B/G2C-model.

182

Investering 14.

Vergroting van de veerkracht en cyberbeveiliging van infrastructuurdiensten voor internetdienstverleners die aan overheidsinstanties in Roemenië worden verleend

Doel

Hubs die toegang bieden tot diensten van internetaanbieders (ISP) voor centrale en lokale instellingen en entiteiten van openbaar belang

 

Aantal

0

41

KWARTAAL 4

2024

Aan elk van de 41 provincies in Roemenië wordt één hub toegewezen.

Aantal beveiligde hubs met een hoge capaciteit die verbonden zijn met een nationaal internetdistributienetwerk, met meerdere tier I-leveranciers en bijbehorende beveiligingsmechanismen, die de toegang van centrale en lokale overheden tot internet en aanverwante diensten waarborgen.

Verleende beveiligingsdiensten:

-Bescherming tegen DoS (weigering van dienstverlening) bij een veelvoud van 10 Gbps

-Bijbehorende diensten van het computercrisisteam (CERT) (beveiligingspubliek, monitoring van beveiligingsevenementen in het hele netwerk, respons op beveiligingsincidenten)

-Bijbehorende diensten van centra voor beveiligingsoperaties (kennisgevings- en escalatiemechanismen voor begunstigden)

-Reputatie- en filtermechanismen voor kwaadwillig verkeer op basis van reputatie en kwaadwillige woonplaats op het niveau van de DNS-diensten die aan de begunstigden worden verleend

-Analyse van de testomgeving voor de geleverde diensten.

183

Investering 15. Het creëren van nieuwe cyberbeveiligingsvaardigheden voor de samenleving en de economie

Doel

Opleiders die deelnemen aan opleidingen op het gebied van cyberbeveiliging

 

Aantal

0

5 000

KWARTAAL 2

2026

Voltooide opleiding van opleiders op het gebied van cyberbeveiliging, van toepassing op de prioritaire gebieden van de economie en de samenleving en specifiek voor afgestudeerden en studenten (instrumenten die kosteloos ter beschikking worden gesteld van bedrijven en overheidsdiensten voor cybercursussen, striktere controle op gegevensbescherming en beveiliging van het gebruik van nieuwe technologieën en in het milieu).

184

Investering 15.

Het creëren van nieuwe cyberbeveiligingsvaardigheden voor de samenleving en de economie

Doel

Entiteiten die de overheidstoolkit en -diensten ontvangen om het maturiteitsniveau van cyberbeveiliging te verhogen

Aantal

0

1 000

KWARTAAL 2

2026

Deze investering heeft de volgende doelstellingen:

-Ontwikkeling van een nationaal programma voor de analyse, evaluatie en documentatie van de behoeften aan cybervaardigheden en de gevolgen daarvan voor de prioritaire gebieden van de economie en de samenleving.

-Evaluatie, documentatie en monitoring van het maturiteitsniveau op het gebied van cyberbeveiliging (operationeel, technologie, vaardigheden) voor 1 000 belangrijke economische en overheidsactoren (waaronder bedrijven, kmo’s, scholen, ziekenhuizen, centrale en lokale overheidsinstanties).

Het creëren en leveren van een „overheidsinstrumentarium en -diensten” om het maturiteitsniveau op het gebied van cyberbeveiliging van de 1 000 belangrijkste spelers te verhogen.

De belangrijkste spelers worden geselecteerd op basis van de volgende twee criteria:

-actoren die zijn geselecteerd om representatief te zijn voor de gebieden die zijn gespecificeerd in de NIS-richtlijn en de omzetting van de NIS-richtlijn in de Roemeense wetgeving (d.w.z. Wet 362/2018)

-actoren die zijn geselecteerd op basis van een maturiteitsbeoordeling op het gebied van cyberbeveiliging die de Roemeense nationale bevoegde autoriteit op het gebied van cyberbeveiliging (d.w.z. CERT-RO) reeds heeft uitgevoerd op basis van een enquête die een zelfbeoordeling van de maturiteit omvat.

185

Investering 16.

Opleidingsprogramma voor geavanceerde digitale vaardigheden voor ambtenaren

Doel

Digitaal opgeleide ambtenaren

 

Aantal

0

32 500

KWARTAAL 2

2026

30 000 ambtenaren opgeleid om geavanceerde digitale vaardigheden te verwerven (bv. databankbeheerder (SQL, MySQL); systeembeheerder; bedrijfsanalisten; gegevensanalist; programmeurs op verschillende platforms) en 2500 ambtenaren in hogere loopbaancategorieën met leiderschapsopleiding en talentmanagement

186

Investering 17.

Financieringsregelingen voor bibliotheken om digitale-vaardighedenhubs te worden

Doel

Bibliotheken omgezet in digitale hubs

Aantal

0

1 135

KWARTAAL 4

2025

Ten minste 1 135 bibliotheken worden gedigitaliseerd, als volgt:

-105 bibliotheken, waaronder 5 centrale districtsbibliotheken en 100 plattelands- of gemeentelijke bibliotheken, worden gerenoveerd en uitgerust met computers en technische apparatuur. De renovatie wordt uitgevoerd in overeenstemming met de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01).

-1 030 bibliotheken beschikken over nieuwe of verbeterde IT-apparatuur.

187

Investering 17.

Financieringsregelingen voor bibliotheken om digitale-vaardighedenhubs te worden

Doel

Burgers die een opleiding hebben gevolgd voor de ontwikkeling van digitale competenties

 

Aantal

0

100 000

KWARTAAL 2

2026

Burgers uit kansarme gemeenschappen die een opleiding hebben gekregen voor de ontwikkeling van digitale basisvaardigheden in bibliotheken die worden omgevormd tot digitale hubs. De digitale basisvaardigheden omvatten digitale geletterdheid, communicatie, mediageletterdheid, maker van digitale inhoud, digitale veiligheid en digitaal ondernemerschapsonderwijs.

G.3.    Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor de lening

Investering 18. Digitale transformatie en automatisering van robotische processen in overheidsdiensten

Het doel van deze investering is de digitale transformatie te ondersteunen, de productiviteit en veerkracht te verhogen, fouten te beperken en de verwerkingstijd (burgers) te verminderen door oplossingen voor robotische procesautomatisering aan te nemen (automatisering van lastige, repetitieve en op regels gebaseerde taken).

De investering bestaat uit de uitrol van geavanceerde technologieën, de herdefiniëring van bedrijfsprocessen en de verbetering van de besluitvormingsprocessen voor de overheidssector. In eerste instantie analyseert een consultant de bestaande workflows in de overheidsinstellingen en stelt hij geschikte oplossingen op het gebied van RPA-technologie voor. De volgende stap is de lancering van de oproep voor de instellingen die van RPA-oplossingen gebruik wensen te maken.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2025 zijn voltooid.

Investering 19. Regelingen voor bij- en omscholing van werknemers in bedrijven

Het doel van deze investering is de digitale transformatie van kleine en middelgrote ondernemingen te ondersteunen door de digitale vaardigheden van hun werknemers te vergroten.

De investering wordt in verschillende fasen uitgevoerd. In eerste instantie wordt een leerplan voor de bijscholing van het personeel ontwikkeld. De nadruk zal liggen op opkomende technologieën (zoals het internet der dingen, big data, machinaal leren, kunstmatige intelligentie, robotische procesautomatisering, blockchain). In de tweede fase ondersteunt een adviseur de administratie bij het vaststellen van de structuur van de opleiding en vervolgens vinden de lessen plaats voor de werknemers van de KMO’s die zich hebben aangemeld om deel uit te maken van het programma.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2025 zijn voltooid.

G.4.    Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor de lening

Volgnummer

Gerelateerde maatregel (hervorming of investering)

Mijlpaal/Doelstelling

Naam

Kwalitatieve indicatoren
(voor mijlpalen)

Kwantitatieve indicatoren
(voor streefcijfers)

Indicatieve termijn voor voltooiing

Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling

Eenheid

Basislijn

Doelstelling

Kwartaal

Jaar

188

Investering 18. Digitale transformatie en automatisering van robotische processen in overheidsdiensten

Doel

Robotprocesautomatisering (RPA) en bevordering van kunstmatige intelligentie (AI) in het openbaar bestuur

 

Aantal

0

18

KWARTAAL 4

2025

Met deze investering worden oplossingen ingevoerd ter ondersteuning van robotische procesautomatisering en kunstmatige intelligentie voor 18 overheidsinstellingen van de centrale overheid.

189

Investering 19. Regelingen voor bij- en omscholing van werknemers in bedrijven

Mijlpaal

Lancering van de oproep tot het indienen van voorstellen voor „Subsidiesteun voor digitale vaardigheden”

Publicatie van de uitnodiging

KWARTAAL 1

2022

Oproep tot het verlenen van subsidies voor het ondersteunen van kmo’s bij het opleiden van digitale vaardigheden zoals digitale instrumenten en apparatuur, het versterken van digitale vaardigheden, met inbegrip van vaardigheden in verband met cloudtechnologieën, en technologieën die specifiek zijn voor industrie 4.0.

190

Investering 19. Regelingen voor bij- en omscholing van werknemers in bedrijven

Doel

Kmo’s die worden gefinancierd voor de opleiding van hun personeel op het gebied van digitale vaardigheden

 

Aantal

0

2 000

KWARTAAL 4

2025

Aantal kmo’s dat wordt gefinancierd om hun werknemers te ondersteunen bij hun deelname aan opleidingen voor digitale vaardigheden in overeenstemming met mijlpaal 189.

H.ONDERDEEL 8: Belasting- en pensioenhervormingen

Deze component omvat een reeks hervormingen en investeringen om de belangrijkste uitdagingen op het gebied van de belastingdienst, het belastingstelsel, het begrotingskader van de overheid, het pensioenstelsel en de overheidssteun voor bedrijven aan te pakken:

I.Hervorming van de belastingdienst en herziening van het belastingkader om het belastingstelsel te versterken en de door de belastingdienst geïnde inkomsten met ten minste 3 procentpunt van het bbp te verhogen (2,5 procentpunt van de hervorming van de belastingdienst en 0,5 procentpunt van de herziening van het belastingkader) en om de btw-kloof met ten minste 5 procentpunt te verkleinen ten opzichte van 2019.

II.Hervorming van het openbare pensioenstelsel door middel van een nieuw wetgevingskader om de houdbaarheid van de begroting te waarborgen in een klimaat van vergrijzing, ongelijkheden te corrigeren, de houdbaarheid en voorspelbaarheid van het stelsel te waarborgen en het beginsel van bijdragebetaling in acht te nemen met betrekking tot de begunstigden van pensioenrechten. Het is ook gericht op de modernisering van het pensioenstelsel door middel van digitale toepassingen en diensten. De hervorming van de overheidspensioenen is gericht op de uitvoering van relevante landspecifieke aanbevelingen (landspecifieke aanbevelingen 2.2 en 2.3 en 2019), en met name op het waarborgen van de houdbaarheid van de begroting, het gelijktrekken van de pensioenleeftijd en de financiële stabiliteit van pensioenpijler II.

III.Het verhogen van de efficiëntie van de overheidsuitgaven door het begrotingsproces transparanter te maken, het toezicht- en rapportagesysteem van de begrotingsprogramma’s te verbeteren, prioriteit te geven aan grote investeringsprojecten, uitgaventoetsingen uit te voeren in alle overheidssectoren en de rol van de begrotingsraad te versterken. De digitalisering van de begrotingsprocedures zal deze doelstellingen naar verwachting ondersteunen.

IV.Vergroting van de institutionele capaciteit om pensioenuitgaven te voorspellen door gebruik te maken van complexe instrumenten voor economische modellering. Het hoofddoel van de hervorming is het ontwikkelen van de capaciteit om het effect van structurele hervormingen van het pensioenstelsel op middellange tot lange termijn in te schatten, door de nauwkeurigheid van de prognoses aanzienlijk te verbeteren en zo de gevolgen voor de houdbaarheid van het pensioenstelsel te beoordelen.

V.Vergroting van het concurrentievermogen, de innovatiecapaciteit, de productiviteit en de internationalisering van het bedrijfsleven (met name kmo’s) door alternatieve financieringsbronnen aan te bieden via de oprichting en operationalisering van een nationale ontwikkelingsbank.

Verwacht wordt dat geen enkele maatregel in deze component ernstig afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregelen en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01).

H.1.    Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor niet-terugbetaalbare financiële steun

Hervorming 1. Hervorming van het Nationaal Agentschap voor Fiscale Administratie (ANAF) door middel van digitalisering

Met deze hervorming wordt tegemoetgekomen aan de dringende behoefte aan modernisering en digitalisering van het ANAF om de belastinginning efficiënter te maken, met als doel de ontvangstenquote te verhogen (met 2,5 procentpunten in het vierde kwartaal van 4 2025 ten opzichte van 2019) en de btw-kloof te verkleinen (met 5 procentpunten tegen het vierde kwartaal van 2 2026 ten opzichte van 2019). De hervorming heeft tot doel een procedureel en ondersteunend kader tot stand te brengen voor de uitvoering en het gebruik van geïntegreerd risicobeheer op het niveau van de belastingdienst door alle overheidsfuncties om een systeem op te zetten voor het identificeren, plannen, beoordelen en aanpassen van activiteiten in het belastingadministratieproces aan de hand van vastgestelde (voortdurend geactualiseerde) fiscale risico’s.

De hervorming omvat met name de volgende elementen:

-inwerkingtreding van het rechtskader voor de verplichte inschrijving van belastingplichtigen in SPV (Virtual Private Space). Deze wet wijzigt het wetboek fiscaal procesrecht en voert de verplichting in voor rechtspersonen om zich bij het SPV in te schrijven.

-inwerkingtreding van het rechtskader tot vaststelling van de risicocriteria voor de classificatie van belastingplichtigen door middel van een besluit van de voorzitter van het ANAF. Dit is de eerste stap naar de volledige operationalisering en ontwikkeling van een geïntegreerd systeem voor het beheer van fiscale risico’s, onder meer door het operationeel maken van de gecentraliseerde risicoanalyse en van een gecentraliseerd elektronisch risicoregister. De risicocriteria worden gedefinieerd aan de hand van de belangrijkste categorieën risico’s van niet-naleving van de belastingwetgeving, te weten: risico’s in verband met belastingregistratie, indiening van aangiften, aangifteniveau en betaling, rekening houdend met internationale normen. De nieuwe risicocriteria worden verwerkt in een systeem van risicogebaseerde belastingadministratie, waarin maatregelen en controles van de belastingadministratie worden aangepast aan het belastingrisico van elke categorie belastingplichtigen.

-inwerkingtreding van het gewijzigde rechtskader op het gebied van de activiteiten van de belastingcontrole-instanties, dat gericht is op het versterken van de capaciteit en de doeltreffendheid van de structuren voor belastingcontrole om nationale en grensoverschrijdende belastingfraude en belastingontduiking te voorkomen door een vroegtijdige en gerichte identificatie van grote belastingrisico’s. Een deel van de wijzigingen in het rechtskader werd in 2020 doorgevoerd. Hierin worden de bevoegdheden van de belastingautoriteiten (belastingcontrole-instanties, controleorganen voor fraudebestrijding en organen die belast zijn met de controle van de persoonlijke belastingsituatie) vastgesteld om documentencontroles uit te voeren. Het ANAF zal het institutionele en juridische kader van de activiteiten van de controlestructuren analyseren. Rekening houdend met de conclusies en de resultaten van deze analyse wordt de herziening van het rechtskader van de belastingcontrole-instanties afgerond. Deze hervorming zal ook de samenwerking met de arbeidsinspecties en met andere instellingen op het gebied van sociale en arbeidsbescherming versterken om belastingontduiking van grijze/zwart werk te voorkomen en te beperken.

Deze hervorming zal er ook toe leiden dat ten minste 600 000 kasregisters verbonden zijn met het ANAF-systeem, dat het aandeel administratieve controles ten opzichte van de controles ter plaatse toeneemt en dat er meer belastingcontroles plaatsvinden.

De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 30 juni 2026 voltooid en wordt geschraagd door drie investeringen.

Hervorming 2. Modernisering van het douanesysteem en invoering van elektronische douane

De hervorming zal de werking van de douaneadministratie verbeteren door wijzigingen van het bestaande rechtskader te bevorderen, bevoegdheden en interne procedures te wijzigen en door te investeren in apparatuur die nodig is voor de controleactiviteiten op het nationale grondgebied en aan de buitengrens van de EU.

Het doel van deze hervorming is de administratieve en operationele capaciteit van de douaneadministratie te verbeteren en de douaneafhandeling in de richting van een volledig elektronische omgeving te sturen. De uitwisseling van informatie tussen marktdeelnemers en douaneautoriteiten, alsook tussen douaneautoriteiten in de lidstaten, geschiedt uitsluitend door middel van elektronische gegevensverwerking- en verspreidingstechnieken.

In het bijzonder worden de volgende acties uitgevoerd:

-operationalisering van de douaneadministratie;

-ontwikkeling van IT-systemen voor de douane in overeenstemming met de vereisten van het douanewetboek van de Unie;

-de douaneafhandeling toespitsen op de elektronische omgeving en het wegnemen van bureaucratische belemmeringen;

-vereenvoudiging van douaneformaliteiten.

De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 31 december 2025 voltooid en wordt geschraagd door één investering.

Hervorming 3. Verbetering van het begrotingsprogrammeringsmechanisme

Deze hervorming wordt uitgevoerd door de inwerkingtreding van het gewijzigde regelgevingskader, dat:

-zorgen voor meerjarige begrotingsplanning;

-de prioritering van overheidsinvesteringen efficiënter te maken;

-systematische uitgaventoetsingen invoeren die zijn afgestemd op de begrotingscyclus en op een duidelijk uitvoeringsplan van de bevindingen in de daaropvolgende begrotingen, en onderworpen zijn aan onafhankelijke ex-postevaluaties.

Een van de doelstellingen van deze hervorming is het begrotingsprogrammeringsmechanisme te verbeteren en het IT-systeem voor de ontwikkeling en het beheer van de nationale begroting te moderniseren door uitgebreid gebruik te maken van gegevens en informatie die de begrotingsuitgaven het best weerspiegelen, op beleids- en programmaniveau (analyse van begrotingsprocedures, stroomlijning van de tijd voor het opstellen van verslagen en het formaat waarin verslagen worden opgesteld), met gevolgen voor:

-vergroting van de transparantie in het begrotingsproces door de publicatie van analyses en verslagen die het uitgavenproces voor specifieke programma’s vereenvoudigen;

-verbetering van het systeem voor toezicht op en verslaglegging over begrotingsprogramma’s.

De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 30 juni 2024 voltooid en wordt geschraagd door één investering.

Hervorming 4. Herziening van het belastingkader

Een herziening van het belastingstelsel moet Roemenië in staat stellen het concurrentievermogen te verbeteren en tegelijkertijd de houdbaarheid van de begroting en de milieudoelstellingen te ondersteunen. Het moet ook zorgen voor een eerlijker, efficiënter, eenvoudiger en transparanter belastingstelsel dat de economie beter kan ondersteunen en de naleving door de belastingbetalers kan vergemakkelijken.

Bij de uitgebreide evaluatie van het belastingstelsel in het plan worden verstoringen in kaart gebracht en worden gebieden vastgesteld waar de relevante belastingwetgeving moet worden aangepast, met name voor de vennootschapsbelasting, de inkomstenbelasting, de socialezekerheidsbijdragen en de onroerendgoedbelasting, teneinde als basis te dienen voor besluiten voor een geleidelijke intrekking van buitensporige fiscale prikkels. De herziening van het belastingkader is ook gericht op het uitbreiden van groene belastingen, onder meer als flankerende maatregel voor de componenten duurzaam vervoer en energie.

Bij de uitvoering van deze hervorming wordt de Roemeense belastingwetgeving onderworpen aan een grondige analyse, met ondersteuning van technische bijstand van een onafhankelijke instelling, met name op het gebied van belastingen en sociale bijdragen die verschuldigd zijn over inkomen dat door natuurlijke personen wordt verdiend, vennootschapsbelasting (met inbegrip van bijzondere regelingen die in aanmerking komen voor de uitzonderingen), onroerendgoedbelastingen (lokale belastingen) en groene belastingen. Deze systematische analyse wordt gevolgd door de uitvoering van de daaruit voortvloeiende aanbevelingen om ervoor te zorgen dat het belastingstelsel duurzame economische groei beter bevordert.

Met name wat de onroerendgoedbelasting betreft, wordt bij de hervorming aandacht besteed aan de mogelijke arbitrage tussen de twee belastingstelsels die van toepassing zijn op respectievelijk natuurlijke en rechtspersonen die inkomsten uit onroerend goed verwerven, en wordt de belastbare waarde van onroerende goederen die aan de lokale belasting zijn onderworpen, automatisch vastgesteld, waardoor de praktijk om een belastbare grondslag te gebruiken die niet gekoppeld is aan de marktwaarde, wordt stopgezet.

De specifieke doelstellingen van deze hervorming zijn:

-de structuur van de belastinginkomsten te verbeteren;

-de belastingontvangsten als percentage van het BBP tegen 0,5 met 2025 procentpunten te verhogen ten opzichte van 2019;

-het wegwerken van verstoringen en mazen in het belastingstelsel die belastingplichtigen in staat stellen de belastingen tot een minimum te beperken (waardoor de billijkheid van het stelsel wordt ondermijnd), met name de inkomstenbelasting en de sociale bijdragen;

-de belastingregels te vereenvoudigen om naleving en administratie te vergemakkelijken, en preferentiële vrijstellingen en behandelingen af te schaffen;

-een efficiënter belastingstelsel en een eerlijkere verdeling van de belastingdruk tot stand brengen;

-de onroerendgoedbelasting te wijzigen, met name door aan te moedigen dat lokale overheden binnen centraal gedefinieerde bandbreedtes gratis emissierechten heffen en dat de belastinggrondslag zo dicht mogelijk bij de marktwaarde van het onroerend goed wordt geraamd.

De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 31 maart 2025 voltooid en wordt geschraagd door één investering.

Hervorming 5. Oprichting en operationalisering van de Nationale Ontwikkelingsbank

Het doel van de hervorming is de nationale ontwikkelingsbank (BND) operationeel te maken om het falen van de financiële markt rechtstreeks aan te pakken, door financiering te verstrekken aan projecten van in aanmerking komende begunstigden met een hoog risicoprofiel, maar die een groot potentieel hebben om toegevoegde waarde en banen te creëren en waarvoor de particuliere sector weinig belangstelling heeft om financiering te verkrijgen. De hervorming volgt op een project dat wordt gefinancierd in het kader van het steunprogramma voor structurele hervormingen.

De Nationale Ontwikkelingsbank wordt opgericht als een voor 100 % in handen van de staat zijnde kredietinstelling die onder toezicht van de Nationale Bank van Roemenië en in overeenstemming is met de toepasselijke lokale en EU-wetgeving. De Nationale Ontwikkelingsbank heeft een aandelenkapitaal van 3 miljard RON (ongeveer 600 miljoen EUR).

De operationalisering van de BND omvat ook de aankoop van een IT-systeem, de aankoop van softwarelicenties en hardware en IT-diensten.

Om ervoor te zorgen dat de maatregel voldoet aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), moet de investerings- en leningsstrategie van de nationale ontwikkelingsbank:

-vereisen dat de technische richtsnoeren van de Commissie inzake duurzaamheidstoetsing voor het InvestEU-fonds worden toegepast; en het

-sluit de volgende lijst van activiteiten en activa uit van subsidiabiliteit door middel van een uitsluitingslijst: I) activiteiten en activa in verband met fossiele brandstoffen, met inbegrip van downstreamgebruik; 14 II) activiteiten en activa in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) waarmee de verwachte broeikasgasemissies niet lager zijn dan de relevante benchmarks; 15 III) activiteiten en activa in verband met stortplaatsen voor afval, verbrandingsinstallaties 16 en installaties voor mechanische biologische behandeling 17 ; en iv) activiteiten en activa waarbij de verwijdering van afval op lange termijn schadelijk kan zijn voor het milieu; en het

-te eisen dat de nationale ontwikkelingsbank de naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving controleert voor alle transacties, met inbegrip van transacties die zijn vrijgesteld van duurzaamheidstoetsing; en het

-van begunstigden van eigenvermogenssteun en algemene bedrijfsfinanciering die in het voorgaande boekjaar meer dan 50 % van hun inkomsten halen uit activiteiten en/of activa op de uitsluitingslijst, eisen dat zij plannen voor de groene transitie vaststellen en publiceren.

Deze hervorming wordt geschraagd door een investering en de uitvoering ervan moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

Hervorming 6. Hervorming van het openbare pensioenstelsel

De hervorming behelst de goedkeuring van een nieuwe wet inzake het openbare pensioenstelsel, met technische bijstand, die in de plaats zal komen van wet 127/2019. De nieuwe wetgeving bevat de totale overheidsuitgaven voor pensioenen (met inbegrip van alle bestaande openbare pensioenregelingen) op middellange tot lange termijn (2024-2070), op een niveau dat de budgettaire houdbaarheid van het pensioenstelsel waarborgt. De wet moet voorzien in een automatisch remmechanisme om dit doel te bereiken.

De nieuwe wetgeving:

-invoering van een nieuwe berekeningsformule voor nieuwe pensioenen en pensioenen in betaling. De parameters van de formule worden gekozen in overeenstemming met de doelstelling om de houdbaarheid van de begroting te waarborgen. Bovendien mogen zij geen ad-hocverhogingen van de pensioenniveaus toestaan, tenzij deze vergezeld gaan van maatregelen die de budgettaire gevolgen compenseren;

-invoering van een nieuwe pensioenindexeringsregel en een mechanisme tegen ad-hocverhogingen van pensioenen (d.w.z. verhogingen die verder gaan dan de wettelijke indexeringsregels);

-de mogelijkheden voor vervroegde uittreding aanzienlijk te verminderen, stimulansen in te voeren om het beroepsleven uit te breiden en de normale pensioenleeftijd vrijwillig te verhogen tot 70 jaar in overeenstemming met de stijging van de levensverwachting, en de wettelijke pensioenleeftijd voor mannen en vrouwen gelijktrekken tot 65 jaar tegen 2035;

-stimulansen invoeren voor uitstel van pensionering;

-de bijzondere pensioenen te herzien om ze in overeenstemming te brengen met het op premie- of bijdragebetaling berustende beginsel;

-versterking van het bijdragebeginsel van het systeem;

-de toereikendheid van minimum- en lagere pensioenen te vergroten, met name voor mensen onder de armoedegrens;

-de financiële levensvatbaarheid van pijler II van het pensioenstelsel waarborgen door de bijdragen aan deze pensioenpijler te verhogen.

De regering vraagt om technische bijstand bij de voorbereiding van het wetsontwerp, waarover ook overleg wordt gepleegd met de sociale partners. In het kader van de voorbereiding van de wet wordt vooraf een beoordeling uitgevoerd van het effect van het nieuwe pensioenstelsel op de houdbaarheid van de begroting, die als input zal dienen voor het hervormingsproces.

Er wordt ook een analyse achteraf uitgevoerd van de door de verlener van technische bijstand aangenomen wetgeving, waarbij, nadat de hervorming door de regering is goedgekeurd, basis-/referentieprognoses worden opgesteld voor de totale pensioenuitgaven (als percentage van het bbp) en de budgettaire houdbaarheid van het systeem op middellange tot lange termijn (2024-2070). Deze analyses en prognoses worden openbaar gemaakt.

Elke wetswijzigingdie de kosten van de hervorming verhoogt en leidt tot een afwijking van de bovengenoemde referentieprognoses, gaat vergezeld van compenserende maatregelen om de pensioenuitgaven in overeenstemming te houden met het referentietraject dat na de goedkeuring van de hervorming door de regering is vastgesteld. De herberekening van pensioenen is in overeenstemming met het nieuwe rechtskader en omvat de totale overheidsuitgaven voor pensioenen op een niveau dat de budgettaire houdbaarheid van het pensioenstelsel waarborgt.

Er wordt ook een analyse van de bijzondere pensioenen uitgevoerd om concrete oplossingen te vinden die gericht zijn op het stroomlijnen van de bijzondere pensioenen en op het corrigeren van de ongelijkheden tussen begunstigden van deze pensioencategorieën en begunstigden van het openbare pensioenstelsel vanuit het oogpunt van het op premie- of bijdragebetaling berustende aspect, waarbij ook rekening wordt gehouden met de jurisprudentie van het Grondwettelijk Hof.

Er wordt voorzien in technische bijstand (via een openbare aanbesteding) om een analyse vooraf van de pensioenhervorming te maken, de wetgeving inzake de hervorming uit te werken en een analyse achteraf en een effectbeoordeling uit te voeren.

De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 30 maart 2023 voltooid.

Investering 1. Het vergemakkelijken van de naleving door belastingplichtigen door de ontwikkeling van digitale diensten

De doelstellingen van deze investering zijn:

-vermindering van de persoonlijke interactie met belastingplichtigen als gevolg van de uitbreiding van digitale diensten en de verlening van diensten aan belastingplichtigen in de gebouwen van de belastingeenheden, met voorrang in het zelfbedieningssysteem; het waarborgen van de digitale inclusie van belastingbetalers; 

-de ontwikkeling van de huidige (elektronische of telefonische) diensten op afstand door middel van nieuwe functionaliteiten en/of het creëren van nieuwe diensten; 

-vereenvoudiging van de formulieren, de elektronische omzetting ervan en invoering van vooraf ingevulde formulieren/afschaffing van rapportageverplichtingen, waar mogelijk; 

-verbetering van de communicatie met belastingplichtigen en invoering van een adviesmechanisme over de diensten die aan belastingplichtigen worden aangeboden, waardoor bepaalde categorieën belastingplichtigen vanaf het moment van de invoering van de nieuwe diensten kunnen worden betrokken, zodat de behoeften, verwachtingen, mogelijkheden en vaardigheden van belastingplichtigen vanaf de ontwerp- en ontwerpfase bekend zijn. 

De investering bestaat uit de volgende acties:

-herziening en optimalisering van het informatiesysteem — VIES_RO (systeem voor de uitwisseling van informatie over de belasting over de toegevoegde waarde);

-invoering van het IT-systeem van het éénloketsysteem (OSS_RO) in overeenstemming met intracommunautaire, nationale en specifieke douanevoorschriften;

-de ontwikkeling van callcenters;

-de ontwikkeling van de huidige (elektronische of telefonische) diensten op afstand door middel van nieuwe functionaliteiten en/of het creëren van nieuwe diensten;

-invoering van faciliteiten voor interactie met belastingplichtigen in de gebouwen van de belastingeenheden;

-invoering van een reeks oplossingen voor de kennis van belastingbetalers/cliënten;

-opzetten van een online veilingplatform voor de waardering van onroerend goed en mobiele activa van aanzienlijke waarde.

Het sluiten van contracten voor technische bijstand is gepland voor de voorbereiding en voltooiing van de aanbestedingsdocumentatie die in het kader van de projecten moet worden uitgevoerd en voor de uitvoering ervan.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2024 zijn voltooid.

Investering 2. Verbetering van de belasting- en belastingadministratieprocessen, onder meer door de invoering van geïntegreerd risicobeheer

De doelstellingen van deze investering zijn:

-het geïntegreerde systeem voor het beheer van fiscale risico’s volledig operationeel te maken en te ontwikkelen, onder meer door de gecentraliseerde risicoanalyse en het gecentraliseerde register operationeel te maken;

-het in kaart brengen en verminderen van niet-nalevingen en belastingkloven door slim gebruik te maken van gegevens en informatie om gebieden met een hoog fiscaal risico vast te stellen (onder meer op het gebied van zwartwerk/onderaangegeven werk);

-invoering van vrijwillige nalevingsprogramma’s;

-het hanteren van een risicogebaseerde aanpak, met inbegrip van de behandeling van belastingoptimaliseringsregelingen, bij het beheer van grote belastingplichtigen;

-versterking van de institutionele capaciteit van de structuren voor belastingcontrole om nationale en grensoverschrijdende belastingfraude en belastingontduiking te voorkomen door belangrijke belastingrisico’s vroegtijdig en doelgericht in kaart te brengen;

-reorganisatie van de personele middelen in het kader van de geleidelijke digitalisering van bedrijfsprocessen.

De investering zal naar verwachting een effect hebben op het verhogen van de naleving van de belastingwetgeving, het waarborgen van een concurrerend marktklimaat door belastingontwijking en -ontduiking terug te dringen, en op de verwezenlijking van de geplande begrotingsontvangsten door de efficiëntie van de inning te verhogen.

De investering bestaat uit de volgende acties:

-centralisatie van het systeem voor het beheer van belastingplichtigen

-de uitrol van een platform voor de exploitatie van gegevens en informatie;

-invoering van het e-factureringssysteem;

-invoering van het elektronische systeem voor fiscale markering;

-verbetering en uitbreiding van het platform dat wordt gebruikt voor internationale informatie-uitwisseling;

-centralisatie van het informatiesysteem van de schatkist (TREZOR).

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2025 zijn voltooid.

Investering 3. Zorgen voor de capaciteit om te reageren op huidige en toekomstige uitdagingen op het gebied van informatie, onder meer in de context van de pandemie, door middel van de digitale transformatie van het ministerie van Financiën/het nationaal agentschap voor belastingadministratie

De doelstellingen van deze investering zijn:

-het opzetten van een financieel knooppunt om betrouwbare, gevalideerde en actuele informatie van financiële aard of met betrekking tot overheidsgeld te verzamelen, te beheren en ter beschikking te stellen van alle belanghebbenden;

-het waarborgen van de interoperabiliteit van IT-systemen, zowel op het niveau van het ministerie van Financiën (MF) en het nationaal agentschap voor belastingadministratie (ANAF) als met die van andere instellingen;

-standaardisering van toepassingen en uniform gegevensbeheer;

-cyberbeveiligingsbeheer en gegevensveerkracht, met inbegrip van het veilig delen van gegevens in real time met nauwkeurige/actuele gegevens;

-modernisering en aanpassing van het nationaal centrum voor financiële informatie (NCFI) aan nieuwe vereisten, interne digitale transformatie, met inbegrip van dematerialisatie van interne workflows op MF/ANAF-niveau, waarborging van flexibiliteit in uren en banen, verhoging van de vaardigheidsniveaus, met inbegrip van digitale vaardigheden van werknemers;

-modernisering van het gehele IT-systeem van het ministerie van Financiën/ANAF door middel van een technologische upgrade, die zal worden uitgevoerd door de hardware- en software-infrastructuur te verschuiven naar nieuwe technologieën, het aantal IT-apparatuur dat in de administratie wordt gebruikt te verhogen, gekoppeld aan geautomatiseerde processen, en de ontwikkeling van de nodige ondersteunende infrastructuur ter ondersteuning van de voortdurende technologische ontwikkeling op het niveau van de datacentra van het ministerie van Financiën.

De investering bestaat uit de volgende acties:

-upgraden van hardwaresoftware en communicatie-infrastructuur van het IT-systeem;

-versterking van de cyberbeveiliging van het IT-systeem van het ministerie van Financiën;

-implementatie/verbetering van de onderliggende fysieke infrastructuur (elektro-energie, airconditioning, alarm- en brandblusinstallaties, fysieke beveiliging, administratie en monitoring) in het belangrijkste bestaande datacentrum

-interne digitale transformatie, met inbegrip van de modernisering van het Nationaal Centrum voor financiële informatie (NCFI), waaronder de digitalisering van het toezicht op publiek-private partnerschappen/concessieprojecten en van het beheer van gerelateerde belastingrisico’s en het openbare en particuliere informatiesysteem van de staat inzake erfgoed — Patrim.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2023 zijn voltooid.

Investering 4. Invoering van elektronische douane

Om het douanesysteem te moderniseren en elektronische douane in te voeren, investeert de overheid:

-over de operationalisering van de douaneautoriteit.

-de douanekantoren aan de grens voorzien van scanners.

-over de infrastructuur voor softwarehardware om de verwerkings- en opslagcapaciteit voor toepassingen te vergroten, zoals vastgesteld door DG TAXUD.

-over de upgrade en licentieverlening voor gevirtualiseerde infrastructuur en de invoering van een virtualisatieplatform met administratie en automatisering.

-betreffende de veiligheidsoplossing voor de IT-infrastructuur van het geïntegreerd douane-informatiesysteem, met inbegrip van ondersteunende diensten, licenties en abonnementen

-betreffende vergunningen voor databanken die nodig zijn voor de werking van de onderdelen van het geïntegreerd douane-informatiesysteem

-inzake oplossingen voor het gecentraliseerde beheer van gebruikers, werkstations en actualiseringsdiensten voor de besturingssystemen voor het geïntegreerd douane-informatiesysteem

-over de invoering van het IT-systeem voor de douaneaangifte met beperkte gegevensset voor zendingen van geringe waarde, na de inwerkingtreding op 1 juli 2021 van de nieuwe wettelijke bepalingen ter uitvoering van het „pakket btw op e-handel”, met als doel de grensoverschrijdende handel te vergemakkelijken en btw-fraude te bestrijden.

-over het ICS2-systeem — fasen 1, 2 en 3

-over de uitvoering van NCTS_RO fase 5 en AES_RO

-over de afstemming van het EMCS_RO-systeem op fase 4 van het EMCS

-betreffende de modernisering van het nationale invoersysteem in het kader van het douanewetboek van de Unie

-betreffende uniform gebruikersbeheer en digitale handtekening UUM & DS

-betreffende het systeem voor toezicht en controle door de douane

-inzake de aanvraag voor een vergunning en het beheer van activiteiten in de vrije zone

-betreffende de aanvraag voor het beheer van nationale besluiten (vergunningen)

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2025 zijn voltooid.

Investering 5. Verbetering van het begrotingsprogrammeringsmechanisme

Het doel van deze investering is het evalueren, actualiseren en moderniseren van het IT-systeem (BUGET_NG) voor de ontwikkeling en het beheer van de nationale begroting, door uitgebreid gebruik te maken van gegevens en informatie die de begrotingsuitgaven het best weerspiegelen. De investering verkort de tijd die nodig is om verslagen op te stellen en optimaliseert het formaat waarin de verslagen worden opgesteld. Dit zal ook de transparantie van het begrotingsproces vergroten door analyses en verslagen te publiceren die het uitgavenproces voor specifieke programma’s vereenvoudigen. De investering moet ook het systeem voor monitoring en rapportage van begrotingsprogramma’s verbeteren.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2023 zijn voltooid.

Investering 6. Instrument voor economische modellering (toolkit voor pensioenhervormingsopties) ter verbetering van de institutionele capaciteit om pensioenuitgaven te voorspellen

Het doel van deze investering is de capaciteit te ontwikkelen om het effect van structurele hervormingen van het pensioenstelsel op middellange tot lange termijn in te schatten, door de gemaakte prognoses aanzienlijk te verbeteren en de houdbaarheid van het pensioenstelsel te analyseren. Deze investering heeft met name tot doel de werking van het model te optimaliseren, de capaciteit om het te gebruiken te ontwikkelen en te vergroten, de bereikte resultaten te analyseren en de aan de Europese Commissie verstrekte informatie voor te bereiden. Voor de uitvoering van deze maatregel moet het ministerie van Financiën zijn team uitbreiden van het model van 1 naar 8 deskundigen (reeds bestaand personeel) en technische bijstand verlenen voor het bijwerken/ontwikkelen van het model, het personeel opleiden over het gebruik van het instrument en de verbetering van de overdracht van informatie aan de Europese Commissie en Eurostat.

De investering omvat technische bijstand van de Wereldbank aan:

-het model van de simulatie-toolkit voor pensioenhervormingsopties actualiseren/ontwikkelen overeenkomstig de kenmerken van het Roemeense pensioenstelsel.

-het model zodanig aanpassen dat resultaten worden gegenereerd die compatibel zijn met het Aging Report en de op gezette tijden door de Europese Commissie gevraagde berekening van de aansprakelijkheid (Accrued-to-Date Liability — ADL).

-Opleidingssessies/workshops ontvangen

-Het effect vooraf van de hervormingen van het pensioenstelsel realiseren/interpreteren

-Opstellen van analytische verslagen, met voorstellen om de houdbaarheid van het pensioenstelsel te verbeteren.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2023 zijn voltooid.

Investering 7. Technische ondersteuning voor de herziening van het belastingkader

De herziening van de beginselen van de onroerendgoedbelasting heeft onder meer tot doel de automatische taxatie van onroerende goederen die voor belastingdoeleinden aan de lokale belasting zijn onderworpen. Deze maatregel wordt uitgevoerd met de steun van een consultancydienst (technische bijstand die nodig is voor het opstellen van de taakomschrijving van het adviesbureau dat het IT-instrument ontwikkelt) door een IT-systeem op te zetten voor de automatisering van de taxatie van onroerend goed met het oog op de vaststelling van de belastinggrondslag aan de hand van de informatie die beschikbaar is in de systemen van andere instellingen (bv. het agentschap voor het kadaster en het kadaster, lokale overheden) en openbare informatie (bv. onroerendgoedaankondigingen, catalogi die door taxateurs worden gebruikt, statistische gegevens).

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2025 zijn voltooid.

Investering 8. Operationalisering van de Nationale Ontwikkelingsbank

De verwezenlijking van de doelstellingen van de desbetreffende hervorming vereist investeringen in de aankoop van software (licenties) en hardware (laptops), IT-diensten voor personeel die aanvankelijk op ongeveer 165 personen werden geraamd, opleiding van het personeel van de Nationale Ontwikkelingsbank om de activiteiten uit te voeren en van het personeel van het ministerie van Financiën dat betrokken is bij de beoordeling van de activiteiten en prestaties van de bank.

De opleiding van personeel van de Nationale Ontwikkelingsbank is gericht op het verbeteren van de kennis en beroepsvaardigheden en het opbouwen van technische vaardigheden van personeel voor de uitvoering van 3 nieuwe financiële producten uit de volgende categorieën: schuld, garantie en eigen vermogen. De adviseur stelt de structuur/het ontwerp van producten, ontwerpovereenkomsten/contracten met begunstigden voor, identificeert beoogde begunstigden, distributiekanalen, procedure, beleid, communicatieplan en richtsnoeren voor nieuwe producten. Het personeel van het ministerie wordt opgeleid om de vereiste vaardigheden te ontwikkelen om de prestaties van de ontwikkelingsbank te analyseren, te monitoren en te beoordelen.

De uitvoering van de investering wordt uiterlijk op 31 december 2024 voltooid.

Investering 9. Ondersteuning van de beoordeling van pensioendossiers

Het doel van deze investering is de digitalisering van de ongeveer 5 miljoen pensioendossiers in verschillende archieven en formaten in één databank te ondersteunen. De digitale bestanden worden gebruikt om de bestaande pensioendossiers te beoordelen en de herberekening van sommige pensioenen op basis van de nieuwe wetgeving te overwegen. De nieuwe databank wordt ook gebruikt voor de verlening van digitale diensten aan burgers, bedrijven en overheidsinstellingen en voor de beoordeling van relevant beleid.

De investering wordt ondersteund door de aanschaf van IT- en niet-IT-apparatuur en de aanwerving van tijdelijk personeel voor een periode van maximaal 18 maanden om te werken aan de verzameling en verwerking van gegevens.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2023 zijn voltooid.

Investering 10. Operationele efficiëntie en geavanceerde e-diensten door digitalisering van het pensioenstelsel

Het doel van de investering is het opzetten en upgraden van elektronische systemen en platforms van het Nationaal Huis voor overheidspensioenen (CNPP), het nationale openbare pensioenagentschap. Deze systemen maken de interne digitalisering van de autoriteit en de verlening van gepersonaliseerde openbare diensten aan externe actoren (burgers, instellingen, overheid) mogelijk op basis van digitale identiteit en toegang op afstand. Het systeem ondersteunt ook de besluitvorming van de overheid door de uitvoering van complexe systemen en oplossingen voor historische gegevensanalyse en waarborgt interoperabiliteit en cyberbeveiliging. Deze investering moet ook de verbetering van de digitale vaardigheden van het CNPP-personeel mogelijk maken.

De investering wordt uitgevoerd door middel van openbare aanbestedingsprocedures voor het contracteren van diensten voor het herschrijven en opnieuw in licentie geven van Horizon, Diafix en Domino, ter ondersteuning van de wetgevingshervormingen, de levering van infrastructuur voor cliëntenhardware (PC’s, multifunctioneel netwerk), de communicatie- en veiligheidscomponenten op territoriaal pensioenfonds (CTP) en centraal niveau, en de ontwikkeling van „virtuele particuliere ruimten voor CNPP voor elke burger”.

Om interoperabiliteit te waarborgen, omvat de investering de ontwikkeling van moderne en veilige mechanismen voor de interconnectie van IT-systemen door middel van registertechnologieën, interoperabiliteitshub en dienstengebaseerde architectuur voor gegevensuitwisseling.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2024 zijn voltooid.

H.2.    Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor niet-terugbetaalbare financiële steun

Volgende NUM.

Gerelateerde maatregel (hervorming of investering)

Mijlpaal/Doelstelling

Naam

Kwalitatieve indicatoren
(voor mijlpalen)

Kwantitatieve indicatoren
(voor streefcijfers)

Indicatieve termijn voor voltooiing

Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling

Eenheid

Basislijn

Doelstelling

Kwartaal

Jaar

191

Hervorming 1.

Hervorming van het Nationaal Agentschap voor Fiscale Administratie (ANAF) door middel van digitalisering

Mijlpaal

Inwerkingtreding van het rechtskader voor de verplichte inschrijving van belastingplichtigen in SPV (Virtual Private Space)

Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de verplichte inschrijving van belastingplichtigen in het SPV

KWARTAAL 1

2022

Inwerkingtreding van het rechtskader voor het verplicht stellen van registratie in de virtuele particuliere ruimte (SPV) voor alle rechtspersonen die belastingplichtig zijn.

Deze wet wijzigt het wetboek fiscaal procesrecht en voert de verplichting in voor rechtspersonen om zich bij het SPV in te schrijven.

192

Hervorming 1. Hervorming van het Nationaal Agentschap voor Fiscale Administratie (ANAF) door middel van digitalisering

Doel

Aanvullende rechtspersoon die belastingplichtigen zijn ingeschreven in SPV

Aantal

509 679

1 009 679

KWARTAAL 4

2022

Ten minste 500 000 rechtspersonen die in het SPV waren ingeschreven, ten opzichte van 509 679 aan het begin van april 2021. Met deze 500 000 extra belastingplichtigen dekt het SPV 90 % van het totale aantal grote belastingplichtigen (volgens de nieuwe definitie die beschikbaar zal zijn zodra de wijziging van het respectieve rechtskader wordt goedgekeurd) en vertegenwoordigt het ten minste 90 % van de belastinggrondslag voor grote belastingplichtigen. In dit stadium bevinden zich ongeveer 1 500 000 van de ongeveer 400 000 rechtspersonen in een insolventieprocedure of zijn ze inactief. Het doel van de maatregel is dus bijna alle geregistreerde rechtspersonen om het SPV te gebruiken.

Het toezicht op het aantal nieuwe belastingplichtigen dat in het SPV is ingeschreven, geschiedt aan de hand van specifieke verslagen die voortvloeien uit het opzoeken van databanken door het Nationaal Centrum voor financiële informatie.

193

Hervorming 1. Hervorming van het Nationaal Agentschap voor Fiscale Administratie (ANAF) door middel van digitalisering

Mijlpaal

Inwerkingtreding van het toepasselijke rechtskader tot vaststelling van de risicocriteria voor de classificatie van belastingplichtigen. Het rechtskader wordt goedgekeurd bij besluit van de voorzitter van het ANAF.

Inwerkingtreding van het besluit van de voorzitter van het ANAF tot vaststelling van risicocriteria

KWARTAAL 4

2022

De risicocriteria worden gedefinieerd aan de hand van de belangrijkste categorieën risico’s van niet-naleving van de belastingwetgeving: risico’s in verband met belastingregistratie; indiening van aangiften; aangifteniveau; wijze van betaling Deze definities worden gebruikt in het systeem van belastingrisicobeheer op basis van belastingrisicocategorieën, waarin maatregelen en controles van belastingadministratie worden aangepast aan het belastingrisico van elke categorie belastingplichtigen.

Bij de risicocriteria wordt rekening gehouden met de volgende internationale normen:

OESO ISO 31000: 2018

COM — Gids voor nalevingsrisicobeheer voor belastingdiensten 2010

— Richtsnoeren voor vrijhandelsovereenkomsten voor de evaluatie van de doeltreffendheid van de strategieën voor de behandeling van nalevingsrisico’s

194

Hervorming 1. Hervorming van het Nationaal Agentschap voor Fiscale Administratie (ANAF) door middel van digitalisering

Mijlpaal

Inwerkingtreding van het gewijzigde rechtskader op het gebied van de werkzaamheden van de belastingcontrole-instanties

Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van het rechtskader dat van invloed is op de reikwijdte van de werkzaamheden van de belastingcontrole-instanties

KWARTAAL 4

2022

Bij de nieuwe wet worden de bevoegdheden vastgesteld/herzien van de belastinginspectieorganen van de belastingautoriteiten, de controleorganen voor fraudebestrijding en de organen die verantwoordelijk zijn voor het verifiëren van de persoonlijke belastingsituatie, met als doel de institutionele capaciteit van de structuren voor belastingcontrole te versterken en nationale en grensoverschrijdende belastingfraude en belastingontduiking te voorkomen door belangrijke fiscale risico’s vroegtijdig en doelgericht te identificeren.

Het ANAF evalueert het institutionele en juridische kader van de door de controlestructuren uitgevoerde activiteiten. Rekening houdend met de conclusies en de resultaten van de analyse wordt de herziening van het rechtskader van de belastingcontrole-instanties afgerond.

195

Hervorming 1. Hervorming van het Nationaal Agentschap voor Fiscale Administratie (ANAF) door middel van digitalisering

Mijlpaal

Operationalisering/goedkeuring van het gezamenlijk actieplan van het Nationaal Agentschap voor Fiscale Administratie en Arbeidsinspectie om het fenomeen van grijze/zwarte werkontduiking te voorkomen en te beperken

Goedkeuring van het gezamenlijk actieplan van het Nationaal Agentschap voor Fiscale Administratie en Arbeidsinspectie van maatregelen die moeten worden genomen om het fenomeen van grijze/zwarte werkontduiking te voorkomen en te beperken

KWARTAAL 1

2022

In aansluiting op het samenwerkingsprotocol met de arbeidsinspectie wordt een gezamenlijk actieplan opgesteld waarin marktdeelnemers met een hoog fiscaal risico en ook risico’s worden opgenomen vanuit het oogpunt van gebruik onder aangegeven/niet-aangegeven werkzaamheden.

Het wordt uitgesplitst naar soorten seizoensgebonden activiteiten, waarvan bekend is dat de incidentie van de genoemde risico’s hoog is.

Op gezette tijden analyseert het management van de betrokken structuren (directoraat-generaal Belastingbestrijding en Arbeidsinspectie) de behaalde resultaten en de mogelijkheden en vooruitzichten voor het bijwerken van het plan, afhankelijk van de gevonden resultaten.

196

Hervorming 1. Hervorming van het Nationaal Agentschap voor Fiscale Administratie (ANAF) door middel van digitalisering

Doel

Verhoging van het aandeel van de door de belastingdienst geïnde inkomsten met ten minste 2,5 procentpunten van het bbp

Procentpunten van het bbp

2,5

KWARTAAL 4

2025

Het aandeel van de belastinginkomsten stijgt met ten minste 2,5 procentpunt van het bbp ten opzichte van 2019

197

Hervorming 1. Hervorming van het Nationaal Agentschap voor Fiscale Administratie (ANAF) door middel van digitalisering

Doel

Vermindering van de btw-kloof met 5 procentpunten

Procentpunten

5

KWARTAAL 2

2026

De btw-kloof wordt met 5 procentpunten verkleind ten opzichte van 2019

198

Hervorming 2. Modernisering van het douanesysteem en invoering van elektronische douane

Mijlpaal

Inwerkingtreding van de wijzigingen van het bestaande rechtskader om de werking van de douaneadministratie te verbeteren

Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de wijzigingen van het bestaande rechtskader om de werking van de douaneadministratie te verbeteren

KWARTAAL 4

2025

Het doel van de hervorming is de administratieve en operationele capaciteit van de douaneadministratie te verbeteren en de douaneafhandeling te sturen naar een volledig elektronische omgeving. De hervorming zal ook het elektronische douanesysteem operationeel maken na de uitrol van de relevante IT-systemen. In het bijzonder worden de volgende acties uitgevoerd:

-ontwikkeling van IT-systemen voor de douane in overeenstemming met de vereisten van het douanewetboek van de Unie;

-de douaneafhandeling toespitsen op de elektronische omgeving en het wegnemen van bureaucratische belemmeringen;

-vereenvoudiging van douaneformaliteiten.

199

Hervorming 3. Verbetering van het begrotingsprogrammeringsmechanisme

Mijlpaal

Inwerkingtreding van het gewijzigde regelgevingskader om te zorgen voor een meerjarige begrotingsplanning voor de belangrijke publieke investeringsprojecten en een evaluatie achteraf van de uitgaventoetsingen door de begrotingsraad te laten uitvoeren

Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de wijzigingen om te zorgen voor een meerjarige begrotingsplanning voor de aanzienlijke publieke investeringsprojecten

KWARTAAL 4

2022

Het nieuwe regelgevingskader wijzigt:

— Wet nr. nr.500/2002 betreffende de openbare financiën, zoals gewijzigd, tot vaststelling van criteria en voorwaarden voor de budgettaire opzet van meerjarige belangrijke openbare investeringsprojecten, met name uitgaven voor belangrijke investeringsprojecten, teneinde de financiering tot hun voltooiing veilig te stellen.

— Noodverordening nr. nr.88/2013 van de regering betreffende de vaststelling van bepaalde begrotings- en begrotingsmaatregelen om te voldoen aan verbintenissen die zijn overeengekomen met internationale organen, en tot wijziging en aanvulling van bepaalde wetgevingshandelingen, zoals gewijzigd, waarbij de beginselen die ten grondslag liggen aan de prioritering van belangrijke, nieuwe en lopende openbare investeringsprojecten worden geactualiseerd op het gebied van financiële betaalbaarheid en duurzaamheid, alsook economische en sociale rechtvaardiging; de timing van het proces van prioritering van aanzienlijke overheidsinvesteringen wordt geactualiseerd om te worden gekoppeld aan het tijdschema voor de jaarlijkse en meerjarige opstelling van de begroting van de begroting; er worden voorwaarden/sancties ingesteld voor leidende ordonnateurs die zich niet houden aan het tijdschema en de regels voor de prioritering van aanzienlijke investeringen;

— Regeringsbesluit nr. nr.225/2014 tot goedkeuring van methodologische regels voor de prioritering van projecten voor overheidsinvesteringen, zoals gewijzigd, waarbij de prioriteitscriteria voor belangrijke nieuwe en lopende openbare investeringsprojecten worden gewijzigd, zodat de begroting gericht is op de prioritaire voltooiing van grote investeringsprojecten in vergevorderde uitvoeringsfasen.

200

Hervorming 3. Verbetering van het begrotingsprogrammeringsmechanisme

Mijlpaal

Inwerkingtreding van het regeringsbesluit tot goedkeuring van de methodologie voor het opstellen, monitoren en rapporteren van de begrotingsprogramma’s

Bepaling in regeringsbesluit betreffende de inwerkingtreding van de wetgevingshandeling voor de goedkeuring van de methodologie voor het opstellen, monitoren en rapporteren van de begrotingsprogramma’s

KWARTAAL 2

2022

Het besluit van de regering:

— zorgen voor de opstelling van, het toezicht op en de verslaglegging over begrotingsprogramma’s

— verbeteren van de prestatiegerichte begrotingsplanning en vergroten van de resultaatgerichtheid;

— duidelijke doelstellingen, streefdoelen, resultaten van acties, het effect van beleid en indicatoren vast te stellen die het mogelijk maken om zowel rigoureuze voorafgaande debatten over het overheidsbeleid te financieren als een transparante en gemotiveerde beoordeling van de wijze waarop de begrote programma’s de doelstellingen en streefdoelen van het overheidsbeleid hebben bereikt.

Dit regeringsbesluit wordt gekoppeld aan de herziening van de budget_NG-aanvraag.

201

Hervorming 3.

Verbetering van het begrotingsprogrammeringsmechanisme

Mijlpaal

Voltooiing van de uitgaventoetsing in de sectoren gezondheidszorg en onderwijs

Publicatie van de analyse van de uitgaven op het gebied van onderwijs en gezondheid

KWARTAAL 2

2023

De uitgaventoetsing in de sectoren gezondheidszorg en onderwijs wordt uitgevoerd in drie belangrijke stappen:

1.Memorandum in de regering met de evaluatie van de uitgaven voor gezondheid en onderwijs

2.Oprichting van thematische werkgroepen met vertegenwoordigers van het ministerie van Financiën, het ministerie van Volksgezondheid, het Nationaal Huis van Gezondheidszorg/het ministerie van Onderwijs

3.Verzameling van gegevens, afronding van analyses en presentatie van de resultaten.

202

Hervorming 3. Verbetering van het begrotingsprogrammeringsmechanisme

Mijlpaal

Vaststelling van een meerjarenstrategie en tijdschema voor een systematische evaluatie van de uitgaven in alle sectoren

Memorandum goedgekeurd door de regering en gepubliceerd

KWARTAAL 2

2023

Het ministerie van Financiën stelt een memorandum op met het oog op goedkeuring door de regering, waarin de gebieden/programma’s/acties die in de toekomst zullen worden geëvalueerd, het tijdschema voor de uitvoering, de verantwoordelijke instellingen en de oprichting van werkgroepen voor elk betrokken gebied worden beschreven.

203

Hervorming 3.

Verbetering van het begrotingsprogrammeringsmechanisme

Mijlpaal

De ontwerpbegrotingswet 2024 bevat de aanbevelingen van uitgaventoetsingen (gezondheidszorg en onderwijs)

De ontwerpbegroting omvat de resultaten van uitgavenanalyses op het gebied van gezondheid en onderwijs.

KWARTAAL 4

2023

De ontwerpbegroting 2024 bevat de maatregelen en voorstellen die voortvloeien uit de uitgaventoetsingen voor gezondheid en onderwijs.

204

Hervorming 3.

Verbetering van het begrotingsprogrammeringsmechanisme

Mijlpaal

Inwerkingtreding van de wet om de begrotingsraad te belasten met een regelmatige effectbeoordeling van uitgaventoetsingen en de opstelling van een uitvoeringsverslag

Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van het mandaat van de onafhankelijke instelling

KWARTAAL 2

2024

Bij wet wordt de begrotingsraad gemachtigd om, te beginnen met de begroting 2024, advies uit te brengen over het resultaat van de uitgavenanalyse, waarna jaarlijks verslag wordt uitgebracht. Deze regelmatige evaluatie wordt verankerd in het mandaat van de begrotingsraad, dat samen met de wijzigingen in de begrotingswet moet worden vastgesteld (mijlpaal 199).

205

Hervorming 4. Herziening van het belastingkader

Mijlpaal

Analyse van het Roemeense belastingstelsel met als doel aanbevelingen op te stellen om ervoor te zorgen dat het belastingstelsel bijdraagt tot de bevordering en het behoud van duurzame economische groei

Voltooide analyse, publicatie van het verslag met de analyse en de aanbevelingen, goedgekeurd door/samen met de onafhankelijke instellingen die technische bijstand verlenen

N.V.T

N.V.T

KWARTAAL 4

2022

Het ministerie van Financiën zal, met ondersteuning van technische bijstand, advies- en consultancydiensten, analyseren hoe de structuur van het Roemeense belastingstelsel/de Roemeense belastingwetgeving kan worden verbeterd om ervoor te zorgen dat het belastingstelsel bijdraagt tot de bevordering en het behoud van duurzame economische groei. De nadruk ligt op:

— over de geleidelijke afschaffing van de fiscale prikkels en mazen in de inkomstenbelasting en de vennootschapsbelasting (met inbegrip van bijzondere regelingen die in aanmerking komen voor de uitzonderingen);

— op sociale premies en onroerendgoedbelasting (d.w.z. lokale belastingen), en

— over de verschuiving van de belastingheffing naar groene belastingen, rekening houdend met de verdelingseffecten.

De analyse en de aanbevelingen worden gepubliceerd door het ministerie van Financiën.

206

Hervorming 4. Herziening van het belastingkader

Mijlpaal

Inwerkingtreding van wijzigingen van het belastingwetboek waardoor het toepassingsgebied van de bijzondere belastingregeling voor micro-ondernemingen geleidelijk wordt beperkt

Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de wijzigingen van het belastingwetboek

KWARTAAL 4

2022

De nieuwe wet wijzigt het belastingwetboek met het oog op een geleidelijke beperking van het toepassingsgebied van de bijzondere belastingregeling voor micro-ondernemingen. De vermindering van de bijzondere bepalingen begint in het eerste kwartaal van 1 2023 en wordt in het vierde kwartaal van 4 2024 voltooid.

207

Hervorming 4. Herziening van het belastingkader

Mijlpaal

Inwerkingtreding van

— wijzigingen van het belastingwetboek (wet nr.227/2015) om andere fiscale prikkels te verminderen en/of af te schaffen met als doel het belastingstelsel te vereenvoudigen, doeltreffender, transparanter en eerlijker te maken tegen 2024

— Wetgeving om de groene belasting uit te breiden

Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van het wetgevingskader voor de vermindering en/of afschaffing van fiscale prikkels en de uitbreiding van de groene belasting

KWARTAAL 1

2023

De nieuwe wet wijzigt het belastingwetboek door uitvoering te geven aan de aanbevelingen van de herziening van het belastingstelsel (zie mijlpaal 205) om ervoor te zorgen dat het belastingstelsel bijdraagt tot het bevorderen en in stand houden van duurzame economische groei. Deze wijzigingen worden in januari 2024 geleidelijk ingevoerd.

208

Hervorming 4. Herziening van het belastingkader

Mijlpaal

Inwerkingtreding van wijzigingen van het belastingwetboek (Wet nr.227/2015) tot geleidelijke verlaging van de fiscale prikkels voor personeel in de bouwsector

Bepaling in de wet die de inwerkingtreding van het wetgevingskader aangeeft dat de fiscale prikkels voor personeel in de bouwsector geleidelijk worden verminderd

KWARTAAL 1

2025

De nieuwe wet wijzigt het belastingwetboek met het oog op de geleidelijke vermindering van fiscale prikkels voor personeel in de bouwsector. De geleidelijke vermindering van de fiscale stimuleringsmaatregelen voor personeel in de bouwsector begint in 2025 en wordt eind 2028 voltooid.

209

Hervorming 5. Oprichting en operationalisering van de Nationale Ontwikkelingsbank

Mijlpaal

Operationalisering van de Nationale Ontwikkelingsbank

Inschrijving van de Nationale Ontwikkelingsbank in het handelsregister

KWARTAAL 4

2024

De nationale ontwikkelingsbank wordt ingeschreven in het handelsregister en vrijgesteld van de toepassing van Richtlijn 2013/36/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2013. Het is volledig operationeel en beschikt over opgeleid personeel (dat kritieke functies in het frontoffice, backoffice en ondersteunende functies bestrijkt) dat in staat is de eerste financiële instrumenten te leveren, in overeenstemming met de beste praktijken ter plaatse. De pas opgerichte bank overbruggt de financieringskloof, zorgt voor een betere toegang tot financiering voor in aanmerking komende begunstigden en verstrekt expertise voor de ontwikkeling van nieuwe producten.

De investerings- en leningsstrategie van de nationale ontwikkelingsbank waarborgt de naleving van de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) van ondersteunde transacties in het kader van deze maatregel door gebruik te maken van duurzaamheidstoetsing, een uitsluitingslijst en de vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving.

210

Hervorming 5. Oprichting en operationalisering van de Nationale Ontwikkelingsbank

Mijlpaal

Voltooiing van de pijlerbeoordeling van de nationale ontwikkelingsbank om EU-middelen uit te voeren

Voltooiing van de pijlerbeoordeling van de nationale ontwikkelingsbank om de door de Europese Unie ontvangen EU-middelen uit te voeren

KWARTAAL 2

2026

Voltooiing van de pijlerbeoordeling door een onafhankelijke externe audit op basis van de desbetreffende taakomschrijving (Besluit C (2019) 2882 van de Commissie van 17 april 2019). Een dergelijke beoordeling is een stap in het proces die de nationale ontwikkelingsbank in staat stelt een uitvoerende partner te worden voor middelen van de Unie op basis van artikel 154 van het Financieel Reglement van de EU.

211

Hervorming 6. Hervorming van het openbare pensioenstelsel

Mijlpaal

Opdracht voor technische bijstand die wordt verleend door een entiteit die wordt geselecteerd overeenkomstig de nationale wetgeving inzake overheidsopdrachten

Contract ondertekend

KWARTAAL 4

2021

Ondertekening van het contract voor technische bijstand met de geselecteerde entiteit ter voorbereiding van analyses en voorstellen voor een hervorming van het pensioenstelsel — algemene regeling en bijzondere regelingen — in overeenstemming met de beginselen die zijn vastgelegd in het nationale plan voor herstel en veerkracht. De nieuwe wetgeving:

-invoering van een nieuwe berekeningsformule voor nieuwe pensioenen en pensioenen in betaling. De parameters van de formule worden zorgvuldig gekozen in overeenstemming met de doelstelling voor de totale bruto pensioenuitgaven van de overheid als percentage van het bbp (9,4 % van het bbp op lange termijn, d.w.z. tussen 2022 en 2070). Bovendien mogen zij geen ad-hocverhogingen van de pensioenniveaus toestaan;

-een nieuwe pensioenindexeringsregel invoeren die in overeenstemming is met de pensioenuitgaven als percentage van het bbp en mechanismen tegen ad-hocindexering;

-de mogelijkheden voor vervroegde uittreding aanzienlijk te verminderen, stimulansen in te voeren om het beroepsleven uit te breiden en de normale pensioenleeftijd vrijwillig te verhogen tot 70 jaar in overeenstemming met de stijging van de levensverwachting, en de wettelijke pensioenleeftijd voor mannen en vrouwen gelijktrekken tot 65 jaar tegen 2035;

-stimulansen invoeren voor uitstel van pensionering;

-de bijzondere pensioenen te herzien om ze in overeenstemming te brengen met het op premie- of bijdragebetaling berustende beginsel;

-versterking van het bijdragebeginsel van het systeem;

-de toereikendheid van minimum- en lagere pensioenen te vergroten, met name voor mensen onder de armoedegrens;

-de financiële levensvatbaarheid van pijler II van het pensioenstelsel waarborgen door de bijdragen aan deze pensioenpijler te verhogen.

De technische bijstand omvat een effectbeoordeling van de verschillende voorgestelde hervormingsopties (langetermijnprognoses).

De verlener van technische bijstand ondersteunt het opstellen van de pensioenhervorming.

212

Hervorming 6. Hervorming van het openbare pensioenstelsel

Mijlpaal

Inwerkingtreding van een besluit van de minister tot instelling van een toezichtcomité dat belast is met de evaluatie, met ondersteuning van de verlener van technische bijstand, van het pensioenstelsel en de beleidsinterventies in het pensioenstelsel

Bepaling in het interministerieel besluit betreffende de inwerkingtreding van het gemeenschappelijk ministerieel besluit

KWARTAAL 4

2021

Het toezichtcomité wordt opgericht bij een gemeenschappelijk ministerieel besluit (ministerie van Financiën en Ministerie van Arbeid en Sociale Bescherming) en bestaat uit deskundigen van het ministerie van Arbeid en Sociale Bescherming, het Nationaal Huis van Openbare Pensioenen en het ministerie van Financiën. Ook worden deskundigen van de begrotingsraad uitgenodigd om deel te nemen. Zij werkt nauw samen met de verlener van technische bijstand.

213

Hervorming 6. Hervorming van het openbare pensioenstelsel

Mijlpaal

Inwerkingtreding van de wijzigingen van het regelgevingskader om de houdbaarheid van pijler 2-pensioenen te waarborgen

Bepaling in het regelgevingskader betreffende de inwerkingtreding van de wetgeving

KWARTAAL 1

2022

Het nieuwe wetgevingskader:

— De budgettaire houdbaarheid van pijler II waarborgen door een verhoging van de bijdragen overeenkomstig de bepalingen van de begrotingsstrategie;

De werking van het particuliere pensioenstelsel digitaliseren

— Diversifiëren van pensioenbeleggingen in het kader van pijler II.

Wat de pensioenbeleggingen in het kader van pijler II betreft, zal de overheid:

— de mogelijkheid onderzoeken om de regelgeving die van toepassing is op de beleggingen van onder particulier beheer vallende pensioenfondsen flexibeler te maken door kwantitatieve beleggingsbeperkingen te verminderen en de budgettaire risicobeperkingen die van toepassing zijn op particulier beheerde pensioenfondsen te verminderen;

— De onafhankelijkheid van pensioenbeheerders behouden bij het bepalen van hun beleggingsstrategie

— Toekomstige aanpassingen van de beleggingsregeling voor particuliere pensioenfondsen reguleren die bijdragen tot een flexibele opzet die pensioenbeheerders aanmoedigt hun portefeuilles naar behoren te diversifiëren teneinde een billijk, voor risico aangepast beleggingsrendement te bereiken.

— De toegang van ondernemingen tot de kapitaalmarkt te verbeteren, de notering van nieuwe emittenten te vergemakkelijken en meer gebruik te maken van particuliere financieringsbronnen, waaronder de activa van pensioenfondsen. Dit zou leiden tot een beter beleggingsecosysteem voor pensioenbeheerders en meer mogelijkheden voor een behoorlijke diversificatie van de portefeuilles van pensioenfondsen.

214

Hervorming 6. Hervorming van het openbare pensioenstelsel

Mijlpaal

Inwerkingtreding van de nieuwe pensioenwet, die de bepalingen van wet nr. 127/2019 vervangt

Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de wet op het pensioenstelsel

KWARTAAL 1

2023

De nieuwe pensioenwet waarborgt de houdbaarheid van de begroting van het pensioenstelsel, alsook de billijkheid, de inachtneming van het beginsel van premiebetaling, de toereikendheid van de lage/minimale/sociale pensioenen en de vervanging van de bepalingen van Wet nr. 127/2019 (met inbegrip van de bepalingen betreffende de vaste bijdrageperiode van 25 jaar).

Elke wetswijziging die zou leiden tot een afwijking van de referentieprognoses die na de goedkeuring van de hervorming door de regering zijn opgesteld, gaat vergezeld van compenserende maatregelen om de pensioenuitgaven (als percentage van het bbp) in overeenstemming te houden met het referentietraject.

Op basis van technische bijstand (mijlpaal 211) omvat de hervorming ten minste de volgende elementen:

1)Invoering van een nieuwe berekeningsformule voor nieuwe pensioenen en pensioenen in betaling. De parameters van de formule worden gekozen om de budgettaire houdbaarheid van de ontwikkeling van de pensioenuitgaven en van het pensioenstelsel in het algemeen op middellange tot lange termijn (tot 2070) te waarborgen. Bovendien mogen zij geen ad-hocverhogingen van de pensioenniveaus toestaan. De gedetailleerde formule elimineert a priori de correctie-index, is gebaseerd op het aantal punten dat elke begunstigde heeft behaald overeenkomstig het beginsel van bijdragebetaling en past een pensioenindexeringsmechanisme toe dat geen ad-hocverhogingen meer mogelijk maakt.

De gedetailleerde formule voor de berekening van de pensioenen:

-voor bestaande en toekomstige gepensioneerden een aantal punten vast te stellen op basis van de bijdragen die tijdens het beroepsleven aan het stelsel zijn betaald;

-Een wettelijke pensioenleeftijd van 65 jaar vast te stellen, zowel voor mannen als, vanaf 1 januari 2035, voor vrouwen;

-Een minimumbijdrageperiode van 15 jaar vast te stellen, zowel voor vrouwen als voor mannen;

-Uiterlijk in 35 een volledige bijdrageperiode van 2030 jaar vast te stellen voor zowel vrouwen als mannen;

-Vast te stellen dat de minimale bijdrageperiode, de volledige bijdrageperiode en de wettelijke pensioenleeftijd zullen worden aangepast in het licht van de ontwikkeling van de levensverwachting in Roemenië;

-De initiële referentiewaarde op het tijdstip van inwerkingtreding van de hervorming wordt vastgesteld op maximaal 81 lei.

In een overgangsperiode krijgen gepensioneerden voor wie de nieuwe formule zou leiden tot een theoretisch lager pensioen (ten opzichte van de tijd onmiddellijk voorafgaand aan de inwerkingtreding van de hervorming) hun pensioenuitkeringen bevroren (in nominale termen) totdat de theoretische pensioenuitkering na de hervorming (door middel van indexeringsregels) een bedrag bereikt dat gelijk is aan het bevroren nominale pensioen.

2)De wet herziet de regels voor de indexering van de pensioenen. Met name:

-De wet voorziet in een pensioenindexeringsmechanisme dat ad-hocverhogingen niet toestaat;

-Het indexeringspercentage is gelijk aan de inflatie plus 50 % van de reële loongroei in jaar t-1. Het is voorzien van een dop en een vloer;

-Het indexeringspercentage mag niet lager zijn dan de inflatie (ondergrens);

-Indien het indexeringspercentage op grond van de regel zowel hoger is dan de inflatie als het groeipercentage van de totale inkomsten uit het pensioenstelsel, wordt het indexeringspercentage geplafonneerd op het laatste (maximum);

-De begrotingsraad stelt jaarlijks in juni een verslag op waarin wordt nagegaan of de indexeringsregels volledig zijn toegepast. In geval van een afwijking van de indexeringsregels worden in het verslag de budgettaire gevolgen gekwantificeerd. Dit verslag wordt openbaar gemaakt;

-Indien in het verslag afwijkingen van de wettelijke indexeringsregels worden vastgesteld, is de overheid wettelijk verplicht compenserende maatregelen vast te stellen (parameterwijzigingen of verhogingen van bijdragen) om de fiscale gevolgen, uitgedrukt in netto contante waarde, van ad-hocpensioenverhogingen te neutraliseren. Standaard zullen de sociale bijdragen worden verhoogd om de budgettaire gevolgen, uitgedrukt in netto contante waarde, van ad-hocverhogingen van pensioenen (d.w.z. verhogingen die verder gaan dan de indexeringsregels) te compenseren.

3)De wet voorziet in een geleidelijke convergentie van de wettelijke pensioenleeftijd van vrouwen met die van mannen (momenteel 65 jaar). Deze convergentie begint in 2024, verloopt lineair en wordt in 2035 voltooid.

4)De wet bevat stimulansen om langer te werken, tot en met de wettelijke pensioenleeftijd, en tot 70 jaar. Met name: er worden extra punten toegekend voor elk jaar wanneer de bijdrageperiode langer is dan 25 jaar: 0,50 punten per jaar ouder dan 25 jaar; 0,75 punten per jaar ouder dan 30 jaar; één punt voor elk jaar ouder dan 35 jaar.

5)De wet herziet de voorwaarden voor vervroegde uittreding wegens werk in „bijzondere” of „bijzondere” omstandigheden:

-De maximale verlaging van de normale pensioenleeftijd voor werkzaamheden die onder bijzondere voorwaarden worden verricht, wordt verlaagd tot 10 jaar en de maximale verlaging van de normale pensioenleeftijd voor werkzaamheden onder bijzondere voorwaarden wordt verlaagd tot 7 jaar.

-De bonussen die worden toegekend voor de jaren van arbeid in bijzondere arbeidsomstandigheden, worden vastgesteld op een vast aantal punten, namelijk 0,25 en 0,50 punt per jaar dat onder bijzondere arbeidsomstandigheden is verricht.

-De lijst van eenheden met activiteiten die in aanmerking komen voor de status van „bijzondere voorwaarden” moet met meer dan de helft worden verminderd.

6)De budgettaire houdbaarheid van het systeem wordt ook ondersteund door een in de wet verankerd „remmechanisme”. Met name:

-Dit mechanisme voorziet in periodieke evaluaties (om de drie jaar) van de pensioenuitgaven en het evenwicht van het systeem, die worden uitgevoerd door de begrotingsraad, op basis van prognoses van de werkgroep vergrijzing. Het ministerie van Arbeid en het ministerie van Financiën verstrekken alle nodige gegevens tijdig. Deze evaluatie wordt openbaar gemaakt.

-Indien bij de evaluatie afwijkingen worden vastgesteld ten opzichte van het „referentietraject” dat de verlener van technische bijstand op het moment van de goedkeuring van de hervorming door de regering heeft vastgesteld, is de regering verplicht maatregelen (parameterwijzigingen) vast te stellen om de pensioenuitgaven (als percentage van het bbp) weer op schema te brengen met het referentietraject. Standaard zullen de sociale premies worden verhoogd om de budgettaire gevolgen, uitgedrukt in netto contante waarde, van elke afwijking van het referentietraject voor de pensioenuitgaven te compenseren.

-De eerste evaluatie vindt plaats in 2027.

7)Bij de hervorming worden bepalingen ingevoerd die ervoor zorgen dat de belangrijkste parameters van het systeem periodiek worden aangepast om rekening te houden met veranderingen in de levensverwachting. Met name:

-Het minimumtijdvak van premiebetaling, het tijdvak van premiebetaling voor een volledig pensioen, de wettelijke pensioenleeftijd en alle andere parameters die betrekking hebben op tijd, ontwikkelen zich met een fractie (50 %) van elke waargenomen verandering in de levensverwachting (bij pensionering).

-Wanneer nieuwe prognoses van de AWG beschikbaar komen, stelt de begrotingsraad om de drie jaar een verslag op waarin wordt onderzocht of de parameters van het pensioenstelsel zijn aangepast aan de wet en de ontwikkeling van de levensverwachting bij pensionering. Dit verslag wordt openbaar gemaakt.

-Indien in het verslag afwijkingen van de regel worden vastgesteld, is de overheid wettelijk verplicht de systeemparameters aan te passen.

-De eerste evaluatie vindt plaats in 2027.

8)De wet verhoogt de toereikendheid van minimum- en lagere pensioenen, met name voor personen onder de armoedegrens;

9)De wet waarborgt de financiële levensvatbaarheid van pijler II van het pensioenstelsel door de bijdragen aan deze pensioenpijler te verhogen.

10)Het pakket kan afzonderlijke wetten betreffende de algemene regeling en de bijzondere pensioenen omvatten.

215

Hervorming 6. Hervorming van het openbare pensioenstelsel

Mijlpaal

Inwerkingtreding van het wetgevingskader voor de vermindering van de uitgaven voor speciale pensioenen

Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van het wetgevingskader voor de vermindering van de uitgaven voor speciale pensioenen

KWARTAAL 4

2022

In het nieuwe wetgevingskader worden de bijzondere pensioenen herzien en in overeenstemming gebracht met het op premie- of bijdragebetaling berustende beginsel.

-Er worden geen nieuwe categorieën van bijzondere pensioenen gecreëerd en de huidige categorieën worden gestroomlijnd.

-De huidige bijzondere pensioenen worden berekend op basis van het op premie- of bijdragebetaling berustende beginsel, de anciënniteit in het beroep en de aanpassing van het percentage dat verband houdt met het verkregen inkomen. Het minimumtijdvak van premiebetaling is vergelijkbaar met dat van het openbare pensioenfonds.

-De bescherming van de beslissingen van het grondwettelijk hof heeft alleen betrekking op de pensioenen van magistraten en niet op andere categorieën, en alleen op de grenzen die uitdrukkelijk in de argumenten van het Hof zijn vermeld.

Een bijzonder pensioen mag niet hoger zijn dan het inkomen dat tijdens het tijdvak van premiebetaling is verkregen.

216

Investering 1. Het vergemakkelijken van de naleving door belastingplichtigen door de ontwikkeling van digitale diensten

Mijlpaal

Digitale diensten en kritieke elektronische systemen zijn operationeel

De digitale diensten en elektronische systemen zijn operationeel

KWARTAAL 4

2023

De volgende digitale diensten en elektronische systemen worden opgezet/uitgebreid en operationeel gemaakt:

-Virtuele particuliere ruimte (virtual Private Space — SPV), die de digitale interactie tussen de belastingdienst en de belastingbetalers zal verbeteren (door de mogelijkheden te creëren om betalingen te verrichten via SPV/ghiseul.ro, door de mogelijkheid te creëren om via SPV met belastingplichtigen te communiceren over de video-interactie, door het bestaande contactformulier in het SPV te ontwikkelen en door de online programmeringsdienst in het SPV uit te breiden.

-Callcenter is volledig operationeel voor de levering van elektronische en telefoondiensten aan belastingplichtigen. Zij biedt e-mail-, sms- en chatfuncties aan via de gebruikersinterface, inkomende/uitgaande spraakverwerking met geïntegreerde telefoniemogelijkheden via de gebruikersinterface; automatische routering van oproepen naar gelang van de mogelijkheden; werken met wachtrijen.

-Eén Stop Shop — OSS, dat de dienstverlening verbetert en de transactiekosten voor belastingplichtigen verlaagt, de administratieve lasten voor bedrijven vermindert door de btw-aangifte en de B2C-procedure voor betaling (business-to-consumer) te vereenvoudigen, de grensoverschrijdende handel te vergemakkelijken en btw-fraude te bestrijden. Het vergemakkelijkt voor ondernemingen de elektronische aangifte en betaling van btw voor bepaalde categorieën goederen en diensten B2C.

-Het systeem voor de uitwisseling van informatie over de toegevoegde waarde — wordt aangepast aan de meest recente nationale en intracommunautaire wetswijzigingen om de administratieve lasten voor belastingplichtigen te verminderen.

217

Investering 1. Het vergemakkelijken van de naleving door belastingplichtigen door de ontwikkeling van digitale diensten

Doel

Online beschikbare diensten voor vennootschapsbelastingbetalers

 

Percentage (%)

45

60

KWARTAAL 4

2024

60 % van alle eind 2024 beschikbare diensten voor belastingbetalers is online toegankelijk via de website van het nationaal agentschap voor belastingadministratie of via het SPV. Vanaf 2021 is slechts 45 % van deze diensten online beschikbaar.

Het aantal diensten dat ANAF aan belastingplichtigen aanbiedt, bedraagt 65, zowel langs elektronische weg als in het kantoor van de fiscale eenheden. De beschikbare diensten omvatten de faciliteiten voor interactie met belastingplichtigen in de gebouwen van de fiscale eenheden en een reeks oplossingen voor de kennis van belastingplichtigen/cliënten.

218

Investering 1. Het vergemakkelijken van de naleving door belastingplichtigen door de ontwikkeling van digitale diensten

Mijlpaal

Onlineplatform voor de veiling van onroerend goed en mobiel onroerend goed met een significante waarde (volgens het type activa) dat operationeel is

Onlineplatform operationeel gemaakt

KWARTAAL 2

2024

Een onlineplatform voor het organiseren van veilingen voor de verkoop van staatsactiva en activa die bij de handhaving in beslag worden genomen, wordt operationeel gemaakt.

Indien de Roemeense overheidsinstanties besluiten onroerend goed, mobiel onroerend goed en zeldzame en waardevolle voorwerpen zoals edele metalen, kunstvoorwerpen, auto’s, vliegtuigen en boten in hun bezit te verkopen, worden de activa te koop aangeboden op het nieuwe veilingplatform (aan de hand van gegevens uit de databanken van het Nationaal Centrum voor financiële informatie (NCFI) en informatie van het nationaal agentschap voor belastingadministratie).

219

Investering 2. Verbetering van de belasting- en belastingadministratieprocessen, onder meer door de invoering van geïntegreerd risicobeheer

Doel

Opleiding van het personeel over het risicomanagementsysteem

Aantal

0

40

KWARTAAL 2

2023

40 personeelsleden die werkzaam zijn op het gebied van risicobeheer van het ministerie van Financiën worden opgeleid in het risicomanagementsysteem.

220

Investering 2. Verbetering van de belasting- en belastingadministratieprocessen, onder meer door de invoering van geïntegreerd risicobeheer

Doel

Aantal kasregisters dat verbonden is met het IT-systeem van het Nationaal Agentschap voor Fiscale Administratie

Aantal

0

15 0000

KWARTAAL 4

2021

Ten minste 150 000 kasregisters die verbonden zijn met het elektronische systeem van het nationaal agentschap voor belastingadministratie.

De volledige koppeling van kasregisters moet met name gericht zijn op fraude op handelsgebied. Deze investering draagt bij tot het verkleinen van de btw-kloof.

221

Investering 2. Verbetering van de belasting- en belastingadministratieprocessen, onder meer door de invoering van geïntegreerd risicobeheer

Doel

Aantal kasregisters dat verbonden is met het IT-systeem van het Nationaal Agentschap voor Fiscale Administratie

Aantal

150 000

600 000

KWARTAAL 4

2022

Ten minste 600 000 kasregisters worden aangesloten op het elektronische systeem van het nationaal agentschap voor belastingadministratie.

De volledige koppeling van kasregisters moet met name gericht zijn op fraude op handelsgebied. Deze investering draagt bij tot het verkleinen van de btw-kloof.

222

Investering 2. Verbetering van de belasting- en belastingadministratieprocessen, onder meer door de invoering van geïntegreerd risicobeheer

Doel

Aandeel van het aantal controles op stukken dat is gerapporteerd over de totale door de belastingdienst uitgevoerde controles — 30 %

Percentage (%)

0

30

KWARTAAL 4

2022

Het aandeel van de controles van documenten in het totale aantal uitgevoerde controles zal stijgen tot 30 % tegen het eerste kwartaal van 4 2022 (van de huidige nul). Deze doelstelling maakt deel uit van de hervorming om inspectieacties te verschuiven van fysieke naar digitale controlestructuren.

De volgende maatregelen worden uitgevoerd:

-vaststelling van de bevoegdheden van de belastingautoriteiten om documentencontroles uit te voeren door belastingcontrole-instanties, controleorganen voor fraudebestrijding en organen die belast zijn met de controle van persoonlijke belastingsituaties.

-het model en de inhoud van de formulieren en documenten die bij de administratieve audit worden gebruikt, zijn goedgekeurd.

223

Investering 2. Verbetering van de belasting- en belastingadministratieprocessen, onder meer door de invoering van geïntegreerd risicobeheer

Doel

Aandeel van het aantal controles op stukken dat is gerapporteerd over de totale door de belastingdienst uitgevoerde controles — 60 %

Percentage (%)

30

60

KWARTAAL 4

2025

Het aandeel van de controles van documenten in het totale aantal uitgevoerde audits stijgt tot 60 % tegen het vierde kwartaal van 4 2025.

Deze doelstelling maakt deel uit van de hervorming om inspectieacties te verschuiven van fysieke naar digitale controlestructuren.

De volgende maatregelen worden uitgevoerd:

-vaststelling van de bevoegdheden van de belastingautoriteiten om documentencontroles uit te voeren door belastingcontrole-instanties, controleorganen voor fraudebestrijding en organen die belast zijn met de controle van persoonlijke belastingsituaties.

-het model en de inhoud van de formulieren en documenten die bij de administratieve audit worden gebruikt, zijn goedgekeurd.

224

Investering 2. Verbetering van de belasting- en belastingadministratieprocessen, onder meer door de invoering van geïntegreerd risicobeheer

Doel

Verhoging van het aantal audits met 10 %

Aantal

25 000

27 500

KWARTAAL 4

2025

Het aantal fiscale inspecties met 10 % verhogen ten opzichte van het werkelijke aantal inspecties tot het tweede kwartaal van 4 2025.

225

Investering 2. Verbetering van de belasting- en belastingadministratieprocessen, onder meer door de invoering van geïntegreerd risicobeheer

Mijlpaal

Volledig operationeel elektronisch risicoregister

Een elektronisch risicoregister dat operationeel is en risicocriteria, indicatoren en profielen bevat; eerste melding na een droge run of na ingebruikneming

KWARTAAL 4

2025

Operationalisering van het elektronische risicoregister:

-volledig operationeel en ontwikkeld geïntegreerd systeem voor het beheer van fiscale risico’s, dat de gecentraliseerde risicoanalyse omvat;

-het in kaart brengen en verminderen van niet-nalevingen en belastingkloven aan de hand van gegevens en informatie om gebieden met een hoog fiscaal risico vast te stellen (onder meer op het gebied van zwartwerk/onderaangegeven werk);

-invoering van nalevingsprogramma’s;

-het hanteren van een risicogebaseerde aanpak, met inbegrip van de behandeling van belastingoptimaliseringsregelingen, bij het beheer van grote belastingplichtigen;

-versterking van de institutionele capaciteit van de structuren voor belastingcontrole om nationale en grensoverschrijdende belastingfraude en belastingontduiking te voorkomen door belangrijke belastingrisico’s vroegtijdig en doelgericht in kaart te brengen;

-herverdeling van personele middelen in het kader van de geleidelijke digitalisering van bedrijfsprocessen.

226

Investering 2. Verbetering van de belasting- en belastingadministratieprocessen, onder meer door de invoering van geïntegreerd risicobeheer

Mijlpaal

Opzet en operationeel platform voor big data/analyse

Operationalisering van de oplossing — „big data” -platform en publicatie van het eerste verslag

KWARTAAL 4

2025

Operationalisering van het „big data” -platform om grote hoeveelheden gegevens nauwkeurig en tijdig te analyseren, met het oog op normalisatie, interoperabiliteit, beveiliging, privacy, deskundigheid en financiering voor de ontwikkeling van infrastructuur en de integratie van reeds beschikbare datasets. Het platform moet:
Volledig — alle relevante informatiebronnen (intern en extern inbegrepen)
Gevalideerd — integriteit van de gegevens: De gegevens volledig en consistent zijn
Geanalyseerd — gegevens kunnen worden „besteld” en informatie verstrekken (achtergrond); De processen zijn repetitief. Resultaten — gekoppelde gegevens om informatie over prestaties te verstrekken.

226 bis

Investering 2. Verbetering van de belasting- en belastingadministratieprocessen, onder meer door de invoering van geïntegreerd risicobeheer

Mijlpaal

Operationalisering van belastingadministratiesystemen

De belastingadministratiesystemen zijn operationeel

 

 

 

KWARTAAL 4

2025

De volgende systemen moeten operationeel zijn:

— e-factureringssysteem;

— systeem voor het beheer van de belastingplichtigen;

— een gecentraliseerd informatiesysteem voor het ministerie van Financiën (TREZOR); en het

— een uitgebreid en verbeterd platform dat wordt gebruikt voor internationale informatie-uitwisseling (AEOI).

 

227

Investering 3. Zorgen voor de capaciteit om te reageren op huidige en toekomstige uitdagingen op het gebied van informatie, onder meer in de context van de pandemie, door middel van de digitale transformatie van het ministerie van Financiën/het nationaal agentschap voor belastingadministratie

Mijlpaal

Modernisering van de hardware- en software-infrastructuur en van de ondersteunende infrastructuur voor de levering van elektronische diensten aan 
belastingbetalers

Vernieuwde hardware- en software-infrastructuur en gemoderniseerde ondersteunende infrastructuur

KWARTAAL 2

2023

Modernisering van de hardware- en software-infrastructuur en ondersteunende infrastructuur voor de levering van elektronische diensten aan belastingbetalers.

De volgende kwesties worden behandeld:

— handhaving van de werking en modernisering van de hardware-software-infrastructuur van het IT-systeem van het ministerie van Financiën/Nationaal Agentschap voor Fiscale Administratie en de implementatie van nieuwe technologieën;

— handhaving van de exploitatie en modernisering van de ondersteunende infrastructuur van datacentra (elektriciteitsvoorziening; klimaatregeling; alarm- en brandbestrijding; fysieke beveiliging; administratie en monitoring);

— verbetering van de IT-functie van het ministerie van Financiën;

— de ontvangst en verstrekking van gegevens in real time;

— het beheer van gegevens en het waarborgen van optimale stromen;

— zorgen voor de duurzame ontwikkeling van databanken om de interoperabiliteit van IT-systemen te waarborgen;

— beheer van IT-processen om de naleving van de relevante internationale normen te waarborgen (voor transparantie, meting en traceerbaarheid);

— interne digitale transformatie van het ministerie van Financiën/Nationaal Agentschap voor Fiscale Administratie.

228

Investering 3. Zorgen voor de capaciteit om te reageren op huidige en toekomstige uitdagingen op het gebied van informatie, onder meer in de context van de pandemie, door middel van de digitale transformatie van het ministerie van Financiën/het nationaal agentschap voor belastingadministratie

Mijlpaal

Verhoogde cyberbeveiliging van het computersysteem van het ministerie van Financiën en ANAF

Cyberbeveiligingssysteem operationeel gemaakt

KWARTAAL 2

2023

De beveiliging op het niveau van het ministerie van Financiën/het informatiesysteem van het nationaal agentschap voor fiscale administratie met betrekking tot het internetnetwerk wordt versterkt. In dit verband wordt rekening gehouden met de aankoop van firewallonderdelen voor webtoepassingen, besturingseenheid voor de afgifte van toepassingen, beveiligingscentrum, netwerkdetectie en -respons, firewall-apparatuur — OSI LAYER 3 met inbegrip van IPS IDS-diensten, modernisering van de bestaande Active Directory infrastructuur voor gecentraliseerd beheer van gebruikers, hardware en software voor automatische updates voor beveiligingspatches van de gebruikte toepassingen.

De volgende kwesties worden behandeld:

— het beheer van cyberbeveiliging en veerkracht van IT-platforms;

— beheer van de privacy en beveiliging van gegevens en informatie;

229

Investering 3. Zorgen voor de capaciteit om te reageren op huidige en toekomstige uitdagingen op het gebied van informatie, onder meer in de context van de pandemie, door middel van de digitale transformatie van het ministerie van Financiën/het nationaal agentschap voor belastingadministratie

Doel

80 % van de IT-hardware- en software-infrastructuur is niet ouder dan 4 jaar

Percentage (%)

30,67

80

KWARTAAL 2

2023

Modernisering van de hardware- en software-infrastructuur en ondersteunende infrastructuur voor de levering van elektronische diensten aan belastingbetalers. De modernisering van de infrastructuur wordt weerspiegeld in de inventaris van vaste activa van de publieke sector wanneer software en hardware overeenkomstig de nationale wetgeving als vaste activa worden geregistreerd.

230

Investering 4. Invoering van elektronische douane

Doel

Verbeterde hardware- en software-infrastructuur

Percentage (%)

0

100

KWARTAAL 4

2022

Verbeterde hardware-software-infrastructuur. Deze projecten hebben betrekking op IT-infrastructuur, door middel van investeringen in hardware-software, die de nodige ondersteuning bieden voor de algemene werking van het IT-systeem van de douane. Deze doelstelling wordt dus gebruikt om de mate van modernisering van de infrastructuur (zacht en hard) te bepalen en omvat investeringen in: programmeerbare netwerkoplossing, upgrades van VMwaresoftwarecodes en -vergunningen, met inbegrip van ondersteuning/abonnement, infrastructuurbeveiligingsoplossing voor het geïntegreerd informatiesysteem voor de douane, met inbegrip van ondersteunende diensten, licenties en abonnementen, Oracle Database Enterprise Edition Licenses voor databanken die nodig zijn voor de werking van onderdelen van het geïntegreerd douane-informatiesysteem, oplossing voor gecentraliseerd gebruikersbeheer, werkstations en updatediensten voor het systeembesturingssysteem voor het geïntegreerd douane-informatiesysteem.

231

Investering 4. Invoering van elektronische douane

Mijlpaal

Gunning van een opdracht voor nieuwe IT-systemen voor de douane

Contract ondertekend

KWARTAAL 4

2023

Contracten sluiten voor de diensten voor de ontwikkeling van nieuwe IT-systemen voor de douane:

1.Implementatie van het IT-systeem voor de douaneaangifte met beperkte gegevensreeksen voor zendingen van geringe waarde

2.Afstemming op het ICS2-systeem (invoercontrolesysteem) — fase 1, respectievelijk de koppeling van het nationale risicoanalysesysteem RMF- (risicobeheerkader) RO met het trans-Europese ICS2-systeem om een volledige risicoanalyse uit te voeren voor de veiligheid en beveiliging van goederen die door de lucht worden vervoerd door postexploitanten en koeriersdiensten.

3.Aanpassing van het EMCS_RO-systeem (systeem voor toezicht op het verkeer van accijnsgoederen) aan EMCS fase 4, respectievelijk de afstemming op de huidige versies van het EMCS-systeem (systeem voor toezicht op het verkeer van accijnsgoederen).

4.Uitvoering van NCTS_RO (nationaal gemeenschappelijk systeem voor douanevervoer) fase 5 en AES_RO

5.Modernisering van het nationale invoersysteem binnen het douanewetboek van de Unie, respectievelijk modernisering van het nationale invoersysteem en impliciet actualiseringen van de desbetreffende aanvragen.

6. Investeringen in uniform gebruikersbeheer en digitale handtekening van UUM & DS, met name de ontwikkeling en uitvoering van het Uniform User Management and Digital Signature System (UUM & DS)

7.Afstemming op het ICS2-systeem — fase 2 en afstemming op het ICS2-systeem — fase 3

8.Systeem voor toezicht en controle door de douane

9.Aanvraag van een vergunning en beheer van activiteiten in de vrije zone

10.Aanvraag voor het beheer van nationale besluiten (vergunningen).

232

Investering 4. Invoering van elektronische douane

Doel

IT-systemen voor de douane operationeel

 

Aantal

0

9

KWARTAAL 4

2025

De 9 aangekochte IT-systemen zijn operationeel en functioneel.

233

Investering 4. Invoering van elektronische douane

Doel

Percentage in- en uitklaringsactiviteiten, uitwisseling van informatie tussen marktdeelnemers en douaneautoriteiten, uitwisseling van informatie tussen douaneautoriteiten in de lidstaten langs elektronische weg

Percentage (%)

80

100

KWARTAAL 4

2024

De huidige in- en uitklaringsactiviteiten, de uitwisseling van informatie tussen marktdeelnemers en douaneautoriteiten en de elektronische uitwisseling tussen douaneautoriteiten in de lidstaten bedragen 80 %.

Deze investering verhoogt het percentage tot 100 %.

De operationalisering van de douaneautoriteit en de invoering van één enkel organisatorisch en functioneel kader van de douaneadministratie om te zorgen voor een geïntegreerde coördinatie van al haar structuren teneinde de efficiëntie en de operationele capaciteit in de strijd tegen douane- en belastingfraude te vergroten;

Modernisering van het IT-systeem van het ministerie van Financiën en Nationaal Agentschap voor Fiscale Administratie op het gebied van douane, waarbij kwesties op het gebied van IT-infrastructuur worden aangepakt, alsook kwesties die deze aanvullen, die nodig zijn voor de goede werking van de systemen, in combinatie met vereenvoudigde douaneprocedures.

234

Investering 5. Verbetering van het begrotingsprogrammeringsmechanisme

Mijlpaal

Actualisering van de IT-toepassing BUGET_NG

Applicatie BUDGET_NG bijgewerkt

KWARTAAL 4

2023

Actualisering en modernisering van het IT-systeem voor de ontwikkeling en het beheer van de nationale begroting voor de volgende doeleinden:

— gegevens en informatie te beheren die de begrotingsuitgaven het best weerspiegelen, op beleids- en programmaniveau (analyse van de begrotingsprocedures, stroomlijning van de tijd voor het opstellen van verslagen en het formaat waarin verslagen worden opgesteld);
— Vergroting van de transparantie in het begrotingsproces door de publicatie van analyses en verslagen om het uitgavenproces voor specifieke programma’s te vereenvoudigen. 
— verbetering van het systeem voor toezicht op en verslaglegging over begrotingsprogramma’s.

235

Investering 6. Instrument voor economische modellering (toolkit voor pensioenhervormingsopties) ter verbetering van de institutionele capaciteit om pensioenuitgaven te voorspellen

Mijlpaal

Instrument voor economische modellering (model van simulatie-toolkit voor pensioenhervormingen)

Instrument voor economische modellering (model van simulatie-toolkit voor pensioenhervormingen)

KWARTAAL 4

2023

Het instrument voor economische modellering (model van de simulatie-toolkit voor pensioenhervormingen) moet operationeel zijn om de capaciteit te vergroten om het (ex ante) effect van structurele pensioenhervormingen op de middellange tot lange termijn te ramen, door de gemaakte prognoses aanzienlijk te verbeteren en de houdbaarheid van het pensioenstelsel te analyseren.

Het verkrijgen van technische bijstand voor de ontwikkeling van het model van de simulatietoolkit voor pensioenhervormingen en de versterking van de bruikbaarheid ervan (met inbegrip van de uitbreiding van het team) zullen aanzienlijk bijdragen tot de verbetering van de pensioenprojecties en houdbaarheidsanalyses.

236

Investering 6. Instrument voor economische modellering (toolkit voor pensioenhervormingsopties) ter verbetering van de institutionele capaciteit om pensioenuitgaven te voorspellen

Doel

Uitbreiding van het team van 1 tot 8 deskundigen en verbetering van de capaciteit van de structurele pensioenhervorming op middellange en lange termijn door 8 mensen een opleiding te geven om gebruik te maken van het toolkit voor pensioenhervormingsopties

Opgeleid personeel

1

8

KWARTAAL 4

2023

De relevante deskundigheid op het gebied van pensioenhervorming bij het ministerie van Financiën vergroten door het verantwoordelijke personeel op te leiden om de nieuwe toolkit te gebruiken. Het doel is het team op te trekken tot 8 deskundigen (reeds bestaand personeel, zonder dat er nieuwe deskundigen hoeven aan te werven) die zich bezighouden met pensioenhervormingen, is opgenomen in het nationale herstel- en veerkrachtplan. Op dit moment is de huidige modelleringscapaciteit van het ministerie van Financiën zeer beperkt, aangezien slechts één deskundige werkt met het model van de simulatietoolkit voor pensioenhervormingen (de afgevaardigde van de AWG), die geen beroepsopleiding over dit onderwerp heeft gevolgd. Zodra zij zijn opgeleid, zullen de deskundigen van het ministerie van Financiën volledig verantwoordelijk zijn voor dit instrument om de gevolgen van de hervormingen snel te kunnen beoordelen.

237

Investering 7. Technische ondersteuning voor de herziening van het belastingkader

Mijlpaal

IT-systeem dat de implementatie van een automatisch model voor de waardering van onroerend goed mogelijk maakt

IT-systeem operationeel

KWARTAAL 4

2025

IT-systeem ontwikkeld en operationeel voor de evaluatie van vastgoed dat onderworpen is aan onroerendgoedbelasting. Deze waarden worden gebruikt om de heffingsgrondslag voor de onroerendgoedbelasting te bepalen wanneer deze benadering beschikbaar is (zoals voldoende transacties beschikbaar voor het geautomatiseerde waarderingsmodel).

238

Investering 8. Operationalisering van de Nationale Ontwikkelingsbank

Mijlpaal

Aankoop van software (licenties) en hardware (laptops), IT-diensten voor het personeel, opleiding van het personeel van de Nationale Ontwikkelingsbank en van het personeel van het ministerie van Financiën

Ondertekende aankoopcontracten

KWARTAAL 4

2024

Het sluiten van contracten voor de aankoop van:

-software (licenties) en hardware (laptops),

-De IT-diensten voor het personeel werden aanvankelijk geraamd op ongeveer 165 personen;

-opleidingsdienst voor het personeel van de Nationale Ontwikkelingsbank voor de uitvoering van de operaties en voor het personeel van het ministerie van Financiën dat betrokken is bij de beoordeling van de prestaties van de bank.

239

Investering 9. Ondersteuning van de beoordeling van pensioendossiers

Mijlpaal

Alle herberekende pensioendossiers

Alle herberekende pensioendossiers

KWARTAAL 4

2023

Alle pensioendossiers die zijn herberekend op basis van de nieuwe pensioenwet die op 01/04/2023 in werking is getreden (mijlpaal 214)

De regering stuurt alle burgers per post een besluit over het resultaat van de herberekening tegen de datum waarop het streefcijfer is gehaald.

Tijdelijke functionarissen worden voor een periode van 18 maanden in dienst genomen om de uitvoering van deze hervorming te ondersteunen. Het personeel dat betrokken is bij de herberekening/waardering van de pensioenen wordt bezoldigd overeenkomstig de bepalingen van Wet nr. nr.153/2017 betreffende de bezoldiging van uit overheidsmiddelen betaald personeel, zoals gewijzigd — Bijlage VIII — Salarissen voor personeel in territoriale eenheden.

240

Investering 10. Operationele efficiëntie en geavanceerde e-diensten door digitalisering van het pensioenstelsel

Mijlpaal

IT-systeem in het Nationaal Agentschap voor overheidspensioenen

Operationeel IT-systeem

KWARTAAL 4

2024

Invoering van een IT-systeem in het Nationaal Agentschap voor overheidspensioenen (CNPP)

Het nieuwe informaticasysteem bestaat uit een reeks componenten die op geïntegreerde en gecentraliseerde wijze functioneren, en wel als volgt:

-Portaal — De communicatiecomponent met openbare personen die de huidige reeks elektronische diensten en een nieuwe reeks functionaliteiten biedt:

-Elektronische diensten op het gebied van pensioenen en andere socialezekerheidsrechten;

-Elektronische dienst voor het invullen van de aanvraag voor behandelingstickets en Elektronische diensten op het registratiegebied van de belastingbetaler

-Elektronische diensten op het gebied van arbeidsongevallen en beroepsziekten

-applicatie „e-Talon”

-die automatisch de maandelijkse pensioencoupon genereert in elektronische en gedrukte vorm voor alle actieve gepensioneerden

I.ONDERDEEL 9: Bedrijfsondersteuning, onderzoek, ontwikkeling en innovatie

Deze component omvat een reeks hervormingen en investeringen om het ondernemingsklimaat in Roemenië te versterken, met inbegrip van de sector onderzoek, ontwikkeling en innovatie.

Het doel van deze component is steun te verlenen aan bedrijven in Roemenië, met name kleine en middelgrote ondernemingen, alsook aan overheidsorganisaties die onderzoek, ontwikkeling en innovatie verrichten. De hervormingen ter ondersteuning van de investeringen omvatten wijzigingen in de regelgeving om de administratieve lasten voor bedrijven te verminderen door de wetgeving/opstart- en uitreisprocedures te vereenvoudigen en vergunningen te verkrijgen. De hervormingen hebben ook betrekking op onduidelijke governance, de versnippering en doeltreffendheid van het systeem voor onderzoek, ontwikkeling en innovatie, en bevorderen de samenwerking met de particuliere sector. De investeringen hebben betrekking op de oprichting van een digitaal platform voor vereenvoudigde openbare diensten voor bedrijven, onder meer voor het verkrijgen van licenties en toegang tot financiering voor kleine en middelgrote ondernemingen en ondernemingen door middel van financiële instrumenten en subsidies. Aanvullende investeringen hebben betrekking op de financiering van kenniscentra voor onderzoek en onderzoeksprojecten onder leiding van internationaal gerenommeerde onderzoekers.

De hervormingen en investeringen dragen bij tot de uitvoering van de landspecifieke aanbeveling die Roemenië in 2019 en 2020 heeft ontvangen over de noodzaak om de kwaliteit en voorspelbaarheid van het besluitvormingsproces te verbeteren (landspecifieke aanbevelingen 5 en 2019); en het vervroegen van rijpe openbare investeringsprojecten die het concurrentievermogen van de economie bevorderen, zoals het ondersteunen van onderzoeks- en ontwikkelingsactiviteiten en de integratie van lokale aanbieders in strategische waardeketens van de EU (landspecifieke aanbevelingen 3, 2020).

Verwacht wordt dat geen enkele maatregel in deze component ernstig afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregelen en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01).

I.1.    Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor leningen

Hervorming 1. Wetgevingstransparantie, de-bureaucratisering en vereenvoudiging van de procedures voor het bedrijfsleven

Het doel van deze hervorming is de administratieve lasten voor het bedrijfsleven te verminderen door de regelgevingsprocedures voor ondernemingen te vereenvoudigen en transparanter te maken.

De hervorming wordt uitgevoerd door de inwerkingtreding van drie verschillende groepen wetgevingsinitiatieven/wijzigingen: ten eerste, de inwerkingtreding van wetswijzigingen om bedrijfsgerelateerde regelgevingsvereisten te stroomlijnen, te vereenvoudigen en volledig te digitaliseren, met name om een onderneming op te richten, uit de markt te stappen/een bedrijf te sluiten, alsook voor regelgevingsvereisten voor de rapportage van arbeidsmarktverplichtingen voor ondernemingen; ten tweede, de inwerkingtreding van wetswijzigingen in verband met de kmo-test (de evaluatie vooraf van de economische, sociale en milieueffecten van wetgevingsvoorstellen voor kleine en middelgrote ondernemingen); ten derde, de inwerkingtreding van de wet tot uitvoering van het enkele industriële vergunningenstelsel, dat onder meer de stilzwijgende goedkeuring (stilzwijgen is toestemming) voor specifieke soorten licenties na registratie op het elektronische platform daadwerkelijk moet handhaven, de vaststelling van het eenmaligheidsbeginsel, waardoor ondernemingen kunnen worden verplicht dezelfde informatie of documenten slechts eenmaal aan overheidsinstellingen te verstrekken, en de vaststelling van de nodige wetswijzigingen voor de volledige invoering van een elektronisch centraal contactpunt, met inbegrip van een definitie van de belangrijkste kenmerken ervan.

De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 31 december 2025 voltooid. De wetswijzigingen om de bedrijfsgerelateerde procedures te stroomlijnen, te vereenvoudigen en volledig te digitaliseren, alsmede de „unieke industriële vergunning” treden uiterlijk op respectievelijk 30 september 2022 en 31 december 2022 in werking.

Investering 1 — Digitale platforms voor wetgevingstransparantie, de-bureaucratisering en vereenvoudiging van de procedures voor het bedrijfsleven.

Het doel van deze investering is te zorgen voor volledige digitale toegang en de mogelijkheid om activiteiten uit te voeren die verband houden met specifieke regelgevingsvereisten voor bedrijven.

De investering bestaat uit het opzetten en volledig operationeel maken van openbare digitale platforms voor het verlenen van openbare diensten aan bedrijven. De digitale platforms houden verband met de invoering van een éénloketsysteem voor licenties/vergunningen/certificeringen en met het stimuleren van het concurrentievermogen van het ondernemingsklimaat.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2025 zijn voltooid.

Investering 2 — Financiële instrumenten voor de particuliere sector

Subinvestering 2.1: Portefeuillegarantie voor veerkracht

Het doel van deze subinvestering is het aanpakken van de financiële belemmeringen waarmee Roemeense ondernemingen worden geconfronteerd bij de toegang tot financiering, namelijk: hogere financieringskosten, gebrek aan zekerheden en kredietkanalen met een verminderde kredietwaardigheid. De subinvestering is met name gericht op de liquiditeits-/solvabiliteitsuitdagingen van Roemeense ondernemingen die voortvloeien uit de aanzienlijke en tijdelijke daling van hun inkomsten als gevolg van de COVID-19-crisis. In dit verband wordt het instrument ontworpen om de toegang tot financiering te verbeteren en geblokkeerde kredietkanalen tijdens en in de nasleep van de COVID-19-crisis nieuw leven in te blazen door investeringen of werkkapitaal van ondernemingen te ondersteunen. De subinvestering neemt de vorm aan van een portefeuillegarantie, die door het Europees Investeringsfonds („EIF”) moet worden uitgevoerd als bijdrage aan InvestEU.

Om ervoor te zorgen dat de subinvestering voldoet aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), vereist de bijdrageovereenkomst tussen de Europese Commissie en de Roemeense regering de toepassing van de technische richtsnoeren van de Commissie inzake duurzaamheidstoetsing voor het InvestEU-fonds. De garantieovereenkomst tussen de Europese Commissie en het EIF sluit bovendien de volgende lijst van activiteiten en activa uit van subsidiabiliteit: I) activiteiten en activa in verband met fossiele brandstoffen, met inbegrip van downstreamgebruik, 18 en ii) activiteiten en activa in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) die de verwachte broeikasgasemissies niet lager zijn dan de relevante benchmarks. 19

De uitvoering van de subinvestering wordt uiterlijk op 30 juni 2024 voltooid, wanneer het InvestEU-investeringscomité financierings- of investeringsverrichtingen ten belope van 100 % van het totale beoogde bedrag aan financiering of investering goedkeurt.

Subinvestering 2.2: Garantie voor klimaatactieportefeuille

Het doel van deze subinvestering is het verstrekken van financiering en investeringen aan kmo’s (maximaal 249 werknemers), bedrijven met maximaal 500 werknemers en particulieren door middel van werkkapitaal, kredietlijnen, investeringsleningen of leasing, gericht op investeringen en financiering voor verbeteringen van de energie-efficiëntie in ondernemingen en de woon- en bouwsector. Het instrument heeft tot doel de huidige uitdagingen van Roemenië bij de ondersteuning van investeringen in de sectoren energie-efficiëntie en hernieuwbare energie aan te pakken. De subinvestering neemt de vorm aan van een portefeuillegarantie, die door het Europees Investeringsfonds („EIF”) moet worden uitgevoerd als bijdrage aan InvestEU. De specifieke doelstellingen en ambities op het gebied van energie-efficiëntie van het instrument, alsook de structuur en de subsidiabiliteitscriteria worden volledig afgestemd op en komen overeen met die van het EU-compartiment InvestEU, dat momenteel wordt ontwikkeld.

Om ervoor te zorgen dat de subinvestering voldoet aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), vereist de bijdrageovereenkomst tussen de Europese Commissie en de Roemeense regering de toepassing van de technische richtsnoeren van de Commissie inzake duurzaamheidstoetsing voor het InvestEU-fonds. De garantieovereenkomst tussen de Europese Commissie en het EIF sluit bovendien de volgende lijst van activiteiten en activa uit van subsidiabiliteit: I) activiteiten en activa in verband met fossiele brandstoffen, met inbegrip van downstreamgebruik, 20 en ii) activiteiten en activa in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) die de verwachte broeikasgasemissies niet lager zijn dan de relevante benchmarks. 21

De uitvoering van de subinvestering wordt uiterlijk op 30 juni 2024 voltooid, wanneer het InvestEU-investeringscomité financierings- of investeringsverrichtingen ten belope van 100 % van het totale beoogde bedrag aan financiering of investering goedkeurt.

Subinvestering 2.3 voor kmo’s en midcaps: Venture Capital Fund (herstelfonds voor durfkapitaal)

Het doel van deze subinvestering is aandelensteun te verlenen aan kmo’s, midcaps, met inbegrip van start-ups, ondernemingen in vroege en geavanceerde groeifasen, en infrastructuurprojecten die gericht zijn op hernieuwbare energie en energie-efficiëntie. De steun wordt verleend via durfkapitaalfondsen en infrastructuurfondsen, als onderdeel van een risicokapitaalfonds, beheerd door het Europees Investeringsfonds („EIF”).

Om ervoor te zorgen dat de subinvestering voldoet aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), moeten de financieringsovereenkomst tussen de Roemeense regering en het EIF en het daaropvolgende investeringsbeleid van het financieringsinstrument:

-vereisen dat de technische richtsnoeren van de Commissie inzake duurzaamheidstoetsing voor het InvestEU-fonds worden toegepast; en het

-sluit de volgende lijst van activiteiten en activa uit van subsidiabiliteit: I) activiteiten en activa in verband met fossiele brandstoffen, met inbegrip van downstreamgebruik 22 ; II) activiteiten en activa in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) waarmee de verwachte broeikasgasemissies niet lager zijn dan de relevante benchmarks 23 ; III) activiteiten en activa in verband met stortplaatsen voor afval, verbrandingsinstallaties 24 en installaties voor mechanische biologische behandeling 25 ; en iv) activiteiten en activa waarbij de verwijdering van afval op lange termijn schadelijk kan zijn voor het milieu; en het

-ondernemingen die in het voorgaande boekjaar meer dan 50 % van hun inkomsten hebben gegenereerd uit activiteiten en/of activa die onder de uitsluitingslijst vallen, verplichten plannen voor de groene transitie vast te stellen en te publiceren; en het

-eisen dat het EIF de juridische naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving van de begunstigde controleert voor alle transacties, met inbegrip van die welke zijn vrijgesteld van duurzaamheidstoetsing.

De uitvoering van de subinvestering wordt uiterlijk op 30 juni 2026 voltooid.

Submaatregel 2.4: Fonds van fondsen voor digitalisering, klimaatactie en andere aandachtsgebieden

Het doel van de subinvestering is steun te verlenen aan grote ondernemingen (met meer dan 500 werknemers en/of een jaaromzet van meer dan 50 miljoen EUR en een jaarlijks balanstotaal van meer dan 43 miljoen EUR), overheidsinstanties en special purpose vehicles, door middel van investeringen die bijdragen tot de koolstofarme economie, alsook investeringen in digitalisering en vaste activa via een fonds van fondsen. Dit zal een grotere hoeveelheid investeringen aanmoedigen die bijdragen aan klimaat- en digitale doelstellingen door de doelondernemingen en de groei en expansie van de ondernemingen aanmoedigen, waardoor op zijn beurt nieuwe werkgelegenheidskansen worden gecreëerd en het bredere economisch herstel wordt ondersteund. De steun wordt verleend in de vorm van een Fonds van Fondsen, waarvan het beheer wordt toevertrouwd aan de Europese Investeringsbank („EIB”).

Om ervoor te zorgen dat de subinvestering voldoet aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), moeten de financieringsovereenkomst tussen de Roemeense regering en de EIB en het daaropvolgende investeringsbeleid van het financieringsinstrument:

-vereisen dat de technische richtsnoeren van de Commissie inzake duurzaamheidstoetsing voor het InvestEU-fonds worden toegepast; en het

-sluit de volgende lijst van activiteiten en activa uit van subsidiabiliteit: I) activiteiten en activa in verband met fossiele brandstoffen, met inbegrip van downstreamgebruik 26 ; II) activiteiten en activa in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) waarmee de verwachte broeikasgasemissies niet lager zijn dan de relevante benchmarks 27 ; III) activiteiten en activa in verband met stortplaatsen voor afval, verbrandingsinstallaties 28 en installaties voor mechanische biologische behandeling 29 ; en iv) activiteiten en activa waarbij de verwijdering van afval op lange termijn schadelijk kan zijn voor het milieu; en het

-eisen dat de EIB de naleving van de toepasselijke EU- en nationale milieuwetgeving van de begunstigde controleert voor alle transacties, met inbegrip van die welke zijn vrijgesteld van duurzaamheidstoetsing.

De uitvoering van de subinvestering wordt uiterlijk op 30 juni 2026 voltooid.

Subinvestering 2.5: Investeringen in energie-efficiëntie in de woon- en bouwsector

Het financieringsinstrument neemt de vorm aan van een portefeuillegarantie, uitgevoerd door de Europese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling (EBWO).

Het doel van deze subinvestering is het verstrekken van financiering en investeringen voor energie-efficiëntie en hernieuwbare energie in de woon- en bouwsector. De subinvestering neemt de vorm aan van een portefeuillegarantie, die door de Europese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling (EBWO) als bijdrage aan InvestEU moet worden uitgevoerd.

Om ervoor te zorgen dat de subinvestering voldoet aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), vereist de bijdrageovereenkomst tussen de Europese Commissie en de Roemeense regering de toepassing van de technische richtsnoeren van de Commissie inzake duurzaamheidstoetsing voor het InvestEU-fonds. De garantieovereenkomst tussen de Europese Commissie en de EBWO sluit bovendien de volgende lijst van activiteiten en activa uit van subsidiabiliteit: I) activiteiten en activa in verband met fossiele brandstoffen, met inbegrip van downstreamgebruik, 30 en ii) activiteiten en activa in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) die de verwachte broeikasgasemissies niet lager zijn dan de relevante benchmarks. 31

De uitvoering van de subinvestering wordt uiterlijk op 30 juni 2024 voltooid, wanneer het InvestEU-investeringscomité financierings- of investeringsverrichtingen ten belope van 100 % van het totale beoogde bedrag aan financiering of investering goedkeurt.

Investering 3. Steunregelingen voor de particuliere sector

Subinvestering 1 — Steunregeling voor de digitalisering van kmo’s

Het doel van deze subinvestering is het ondersteunen van de digitalisering van kleine en middelgrote ondernemingen (kmo’s), die vervolgens zou kunnen bijdragen tot een groter concurrentievermogen, waardoor innovatie van deze ondernemingen mogelijk wordt en nieuwe arbeidspatronen worden bevorderd. Met deze subinvestering wordt een van de belangrijkste uitdagingen voor kmo’s aangepakt: de druk om hun bedrijfsmodellen aan te passen aan de digitale realiteit.

De subinvestering bestaat uit twee instrumenten: I) een subsidieregeling ter ondersteuning van ondernemers bij de ontwikkeling van geavanceerde digitale technologieën (zoals artificiële intelligentie, data en cloudcomputing, blockchain, high-performance computing en kwantumtechnologie, het internet der dingen, cyberbeveiliging) en ii) een subsidieregeling van maximaal 100 000 EUR per onderneming ter ondersteuning van kmo’s die digitale technologieën toepassen (zoals aankoop van ICT-hardware, ontwikkeling en/of aanpassing van softwaretoepassingen/licenties, met inbegrip van oplossingen voor robotische procesautomatisering, aankoop van blockchaintechnologieën, aankoop van artificiële-intelligentiesystemen, machinaal leren, augmented reality, virtuele realiteit, aankoop van een presentatiewebsite, aankoop van cloud- en internetdiensten, opleiding van personeel met behulp van IT-apparatuur, advies/analyse om technische oplossingen te identificeren die kmo’s nodig hebben). Alle investeringen moeten voldoen aan de selectiecriteria voor de volgende interventiegebieden in bijlage VII bij Verordening (EU) 2021/241: 021quater (130 miljoen EUR), 021 quinquies (toewijzing van 20 miljoen EUR), 010 (toewijzing van 315 miljoen EUR), 012 (toewijzing van 35 miljoen EUR). Voor de uitvoering vaardigt het ministerie van Investeringen en Europese Projecten de richtsnoeren voor de oproepen tot het indienen van projecten uit en delegeert het de monitoring van de projecten aan een beheerder op basis van een gedelegeerde handeling. Het ministerie zorgt ervoor dat op het niveau van de beheerders een doeltreffend beheers- en controlesysteem wordt toegepast en is in staat om waar nodig corrigerende maatregelen te nemen, onder meer door steekproefcontroles op mkb-niveau uit te voeren, terwijl de beheerder de voortgang van de uitvoering van het project monitort en regelmatig verslag uitbrengt overeenkomstig alle respectieve voorwaarden.

Om de naleving van de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) te waarborgen, presenteren aanvragers alle potentiële risico’s voor het milieu die voortvloeien uit hun activiteiten en hun methoden om die risico’s te beperken. Naleving van de technische richtsnoeren inzake „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) wordt aan het einde van de investeringsperiode gecertificeerd door een onafhankelijke auditor.

De uitvoering van de subinvestering wordt uiterlijk op 30 juni 2024 voltooid.

Subinvestering 2 — De minimis-regeling ter ondersteuning van Roemeense ondernemingen bij de notering aan de beurs

Het doel van deze subinvestering is ondernemingen te ondersteunen bij het verbeteren van de toegang tot financiering door middel van specifieke instrumenten, namelijk de uitgifte van nieuwe aandelen.

De subinvestering bestaat uit de financiering van een de minimis-regeling voor ondernemingen met statutaire zetel in Roemenië die bereid zijn een aandelenuitgifte uit te voeren die vooraf in aanmerking komt voor notering, overeenkomstig de voorwaarden van de beurs van Boekarest, volgens het beginsel „wie het eerst komt, het eerst maalt”. Rekening houdend met de huidige structuur van de marktdeelnemers die actief zijn in Roemenië en de meest dynamische segmenten van de economie, zullen ondernemingen in de categorie kleine en middelgrote ondernemingen en ondernemingen die actief zijn in sectoren met hoge groei en aanzienlijke financieringsbehoeften, zoals IT en energie, naar verwachting de belangrijkste begunstigden van deze investering zijn.

Om ervoor te zorgen dat de subinvestering voldoet aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), moeten ondernemingen die in het voorgaande boekjaar meer dan 50 % van hun inkomsten hebben gegenereerd uit activiteiten en/of activa die onder de uitsluitingslijst vallen, plannen voor de groene transitie vaststellen en publiceren. De volgende lijst van activiteiten en activa wordt niet in aanmerking genomen: I) activiteiten en activa in verband met fossiele brandstoffen, met inbegrip van downstreamgebruik 32 ; II) activiteiten en activa in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) waarmee de verwachte broeikasgasemissies niet lager zijn dan de relevante benchmarks 33 ; III) activiteiten en activa in verband met stortplaatsen voor afval, verbrandingsinstallaties 34 en installaties voor mechanische biologische behandeling 35 ; en iv) activiteiten en activa waarbij de verwijdering van afval op lange termijn schadelijk kan zijn voor het milieu.

De uitvoering van de subinvestering wordt uiterlijk op 30 juni 2025 voltooid.

Investering 4. Grensoverschrijdende en meerlandenprojecten — Low Power Processors en Semiconductor Chips

Het doel van deze investering is de ontwikkeling van micro-elektronica in Roemenië te ondersteunen, een van de bestaande uitdagingen op EU-niveau aan te pakken en de digitale transitie te ondersteunen.

De investering bestaat uit acties om: I) vaardigheden voor het ontwerp, de fabricage en de toepassing van micro-elektronische componenten en systemen in een coherent nationaal ecosysteem te structureren en te ontwikkelen; intellectuele eigendom veilig te stellen en de toepassing van geavanceerde technologieën te versnellen op belangrijke gebieden van de nationale economie, zoals de auto-industrie, gezondheid of precisielandbouw, ruimtevaart, defensie, luchtvaartnavigatie; coördinatie met vermogens en behoeften op Europees niveau, onder meer door deelname of associatie van ten minste tien leden van het nationale ecosysteem aan een meerlandenproject dat hoofdzakelijk als een belangrijk project van gemeenschappelijk Europees belang (IPCEI) zal worden uitgevoerd. In dit verband wordt verwacht dat ten minste 3 Roemeense entiteiten in consortia zullen reageren op oproepen tot het indienen van projecten van de Gemeenschappelijke Onderneming „Digitale sleuteltechnologieën” (KDT JU).

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2024 zijn voltooid.

Hervorming 2. Stroomlijning van de governance van onderzoek, ontwikkeling en innovatie

Het doel van deze hervorming is de governance van het onderzoeks-, ontwikkelings- en innovatiesysteem in Roemenië te verduidelijken en te stroomlijnen.

De hervorming wordt uitgevoerd door middel van de operationalisering van de eenheid hervorming van de beleidsondersteuningsfaciliteit binnen het ministerie van Onderzoek en Innovatie en Digitalisering, met het mandaat om de aanbevelingen van de beleidsondersteuningsfaciliteit uit te voeren en te monitoren, omgezet in hervormingen van het nationale onderzoeks-, ontwikkelings- en innovatie-ecosysteem. De eenheid is operationeel tussen 2021 en 2026 en werkt samen met de betrokken overheidsinstanties aan een herziening van de architectuur en de functies van het onderzoeks-, ontwikkelings- en innovatiesysteem in Roemenië om de kwaliteit van de investeringen te verbeteren. Deze hervorming effent de weg voor de inwerkingtreding van een permanent systeem dat zorgt voor de geharmoniseerde opzet en uitvoering, monitoring en evaluatie van het onderzoeks-, ontwikkelings- en innovatiebeleid in alle ministeries en agentschappen na het tijdschema van de herstel- en veerkrachtfaciliteit. Bij de hervorming wordt ook één orgaan opgericht dat zorgt voor interministeriële coördinatie op regeringsniveau, mede op basis van coördinatie met organisaties uit de particuliere sector.

De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 30 juni 2026 voltooid. De eenheid voor de hervorming van de beleidsondersteuningsfaciliteit heeft een duidelijk mandaat en is uiterlijk op 31 december 2021 operationeel.

Hervorming 3. Hervorming van de onderzoeksloopbaan

Het doel van deze hervorming is de aantrekkelijkheid van de onderzoeksloopbaan en de prestaties van onderzoekers te vergroten.

De hervorming wordt uitgevoerd door middel van wetswijzigingen waarin kernprestatie-indicatoren en gedragsmaatregelen op het gebied van wetenschappelijk onderzoek zijn opgenomen, op grond waarvan onderzoekers toegang krijgen tot financiering en beurzen. Deze specificaties worden in gelijke mate afgestemd op Europese beste praktijken, onder meer voor de bevordering van de onderzoeksloopbaan op basis van verdienste, aanwerving op basis van transparante, open en vergelijkende procedures, en goede praktijken op het gebied van ethiek en integriteit in wetenschappelijk onderzoek. De nieuwe wetgeving omvat ook een kader voor financiële en niet-financiële stimulansen ter aanmoediging van de tenuitvoerlegging van het Europees Handvest voor Onderzoekers en de Code voor de Rekrutering van Onderzoekers door Roemeense onderzoeksinstellingen.

De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 31 december 2025 voltooid.

Hervorming 4. Nauwere samenwerking tussen bedrijfsleven en onderzoek

Doel van de hervorming is de samenwerking tussen bedrijven en publieke onderzoeksorganisaties op het gebied van onderzoek, ontwikkeling en innovatie te versterken en een gunstig klimaat te scheppen voor publieke en particuliere investeringen in de sector.

De hervorming wordt uitgevoerd door middel van wetswijzigingen om de aanbesteding, financiering, monitoring en evaluatie van onderzoeksprojecten te vereenvoudigen en te digitaliseren. Zij zorgen bovendien voor open toegang tot de resultaten van belangrijke en niet gevoelige door de overheid gefinancierde projecten, alsook voor de evaluatie ervan door internationaal erkende onderzoekers vóór goedkeuring door de aanbestedende dienst en gedurende de gehele looptijd van projecten. De wijzigingen waarborgen bovendien de beschikbaarheid van stabiele en voorspelbare financieringsbronnen voor onderzoek op lokaal en nationaal niveau, alsook de centralisatie ervan in één elektronisch contactpunt. Het ministerie van Onderzoek, Innovatie en Digitalisering voert wetswijzigingen uit samen met de relevante overheidsinstanties, met inbegrip van de vertegenwoordigers van het ministerie van Onderwijs en zijn ondergeschikte agentschappen, het ministerie van Financiën en het ministerie van Economische Zaken, en houdt rekening met de aanbevelingen van de beleidsondersteuningsfaciliteit van Horizon Europa voor de periode 2021-2022.

De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 30 juni 2026 voltooid.

Hervorming 5. Steun voor de integratie van organisaties voor onderzoek, ontwikkeling en innovatie in Roemenië in de Europese onderzoeksruimte

Het doel van deze hervorming is het verbeteren van de prestaties en de consolidatie van de openbare organisaties voor onderzoek, ontwikkeling en innovatie in het Roemeens en hun integratie in de Europese onderzoeksruimte.

De hervorming wordt uitgevoerd door de inwerkingtreding van wetgeving die de vrijwillige en functionele integratie en fusie van onderzoeksinstellingen aanmoedigt, vergemakkelijkt en regelt. In het wetgevingskader wordt rekening gehouden met de aanbevelingen van de beleidsondersteuningsfaciliteit van Horizon Europa voor de periode 2021-2022 en wordt ten minste het volgende gespecificeerd: een periodieke externe evaluatie van de prestaties van alle onderzoeks-, ontwikkelings- en innovatieorganisaties in Roemenië en hun vermogen om waarde toe te voegen aan de internationale wetenschappelijke gemeenschap en sociale en economische effecten te creëren. Bij de periodieke evaluatie worden synergieën en potentiële fusies tussen onderzoeksinstellingen in kaart gebracht, en de toegang tot financiële en niet-financiële steun voor onderzoeksorganisaties hangt af van de resultaten van deze periodieke evaluaties.

De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 30 juni 2026 voltooid.

Investering 5. Oprichting en operationalisering van kenniscentra

Het doel van de investering is de thematische versnippering van onderzoeks-, ontwikkelings- en innovatieorganisaties aan te pakken door de uitvoering van Horizon Europa-missies op nationaal niveau te ondersteunen.

De investering is gericht op de oprichting van vijf „kenniscentra” om onderzoeksactiviteiten uit te voeren in overeenstemming met de Roemeense en Europese strategische onderzoeksprioriteiten. De centra worden opgericht op basis van een vergelijkende oproep als consortia van openbare en particuliere onderzoeksinstellingen, die de deelname van kleine en middelgrote ondernemingen en partners binnen consortia omvat, voeren gezamenlijk de strategische onderzoeks- en innovatieagenda van de overeenkomstige missie van Horizon Europa uit, waardoor de samenwerking tussen academie en bedrijfsleven op maatschappelijk relevante onderzoeksgebieden wordt versterkt. De projecten dragen bij tot oplossingen om het leven van de burgers te verbeteren, tegemoet te komen aan de lokale behoeften en om het effect van onderzoeksresultaten op gemeenschapsniveau te vergroten. De 5 „kenniscentra” gebruiken ook middelen om gedeelde onderzoeksuitrusting en -infrastructuur te moderniseren en onderzoeksresultaten te verspreiden.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2025 zijn voltooid.

Investering 6. Ontwikkeling van mentorprogramma’s in het kader van Horizon Europa

Het doel van deze investering is het verhogen van de succespercentages van aanvragen voor het programma Horizon Europa.

In het kader van de investering worden 500 vouchers toegekend aan onderzoekers die een aanvraag voor het programma Horizon Europa hebben ingediend en de subsidiabiliteitsfase hebben doorlopen. De vouchers zijn bedoeld om aanvragers te ondersteunen bij het schriftelijk indienen van het projectvoorstel, de uitwisseling van personeel in organisaties die bovenaan staan wat betreft het verwerven van H2020-projecten of met ervaring met het schriftelijk schrijven van succesvolle H-voorstellen, het deelnemen aan bemiddelingsevenementen en het verkrijgen van toegang tot de Extreme Light Infrastructure — Nuclear Physics.

Om ervoor te zorgen dat de maatregel voldoet aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), worden projecten en onderzoek met betrekking tot de volgende lijst van activiteiten en activa uitgesloten van subsidiabiliteit: I) activiteiten en activa in verband met fossiele brandstoffen, met inbegrip van downstreamgebruik 36 ; II) activiteiten en activa in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) waarmee de verwachte broeikasgasemissies niet lager zijn dan de relevante benchmarks 37 ; III) activiteiten en activa in verband met stortplaatsen voor afval, verbrandingsinstallaties 38 en installaties voor mechanische biologische behandeling 39 ; en iv) activiteiten en activa waarbij de verwijdering van afval op lange termijn schadelijk kan zijn voor het milieu.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

Investering 7. Versterking van excellentie en ondersteuning van de deelname van Roemenië aan partnerschappen en missies in Horizon Europa

Het doel van deze investering is het verhogen van de succespercentages van aanvragen voor het programma Horizon Europa. De investering voorziet in aanvullende financiering voor onderzoeks-, ontwikkelings- en innovatieprojecten in het kader van Europese partnerschappen en EU-missies, waarbij prioriteit wordt gegeven aan groene of digitale projecten. Oprichting van een supplementair nationaal informatiecentrum om de twee jaar. (I) medefinanciering van onderzoeksprojecten die worden aanbevolen voor financiering in het kader van Europese partnerschappen en EU-missies. Een maximale begroting van 300 000 EUR voor elke Roemeense partner die deelneemt aan Europese partnerschappen en EU-missies zal worden toegewezen volgens de specifieke regels voor de oproep. Er worden ten minste 35 contracten ondertekend met Roemeense deelnemers aan Europese partnerschappen en EU-missies. (II) complementaire projecten met als doel de impact van Horizon Europa en H2020-projecten die reeds zijn gefinancierd (lopend of onlangs afgerond) te vergroten. Tot 10 aanvullende onderzoeksprojecten worden gefinancierd met een maximale begroting van 1 000 000 EUR per project; projecten voor capaciteitsopbouw op het gebied van personele middelen in synergie met nationale programma’s/POCIDIF. Maximaal 10 projecten worden gefinancierd met een maximale begroting van 500 000 EUR per project.

Om ervoor te zorgen dat de maatregel voldoet aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), wordt onderzoek met betrekking tot de volgende lijst van activiteiten en activa uitgesloten van subsidiabiliteit: I) activiteiten en activa in verband met fossiele brandstoffen, met inbegrip van downstreamgebruik 40 ; II) activiteiten en activa in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) waarmee de verwachte broeikasgasemissies niet lager zijn dan de relevante benchmarks 41 ; III) activiteiten en activa in verband met stortplaatsen voor afval, verbrandingsinstallaties 42 en installaties voor mechanische biologische behandeling 43 ; en iv) activiteiten en activa waarbij de verwijdering van afval op lange termijn schadelijk kan zijn voor het milieu.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2024 zijn voltooid.

Investering 8. Ontwikkeling van een programma om hooggespecialiseerd personeel uit het buitenland aan te trekken voor onderzoeks-, ontwikkelings- en innovatieactiviteiten

Het doel van deze investering is de onderzoekscapaciteit van de organisatie voor onderzoek, ontwikkeling en innovatie te vergroten.

In het kader van de investering worden 100 onderzoeksprojecten gefinancierd onder leiding van toponderzoekers die op basis van een aantal kwaliteitscriteria zijn geselecteerd. De kandidaten worden geselecteerd op basis van mededinging en zijn verbonden met de gastonderzoeksinstellingen in Roemenië en dragen bij tot de vergroting van de onderzoekscapaciteit van de gastorganisatie. Zij zijn promovendi die in de afgelopen 3 jaar buiten Roemenië onderzoek hebben verricht. Zij moeten onafhankelijk financiering kunnen aantrekken voor hun onderzoeksteams, de projectsubsidie en -middelen kunnen coördineren en besluiten nemen over de toewijzing van middelen. Daarbij zullen de activiteiten van internationale onderzoekers de prestaties van de gastonderzoeksinstellingen ten goede komen.

Om ervoor te zorgen dat de maatregel voldoet aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), worden onderzoeksprojecten met betrekking tot de volgende lijst van activiteiten en activa uitgesloten van subsidiabiliteit: I) activiteiten en activa in verband met fossiele brandstoffen, met inbegrip van downstreamgebruik 44 ; II) activiteiten en activa in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) waarmee de verwachte broeikasgasemissies niet lager zijn dan de relevante benchmarks 45 ; III) activiteiten en activa in verband met stortplaatsen voor afval, verbrandingsinstallaties 46 en installaties voor mechanische biologische behandeling 47 ; en iv) activiteiten en activa waarbij de verwijdering van afval op lange termijn schadelijk kan zijn voor het milieu.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2023 zijn voltooid.

Investering 9 — Steun voor de houders van certificaten van excellentie die zijn ontvangen in het kader van de Marie Sklodowska Curie-prijs voor individuele beurzen

Het doel van deze investering is de aantrekkelijkheid van de onderzoeksloopbaan te vergroten en bevestigde onderzoekers te ondersteunen bij de uitvoering van hun onderzoeksproject.

De investering is bedoeld om uiterlijk op 31 december 2023 ten minste 10 excellente onderzoekers te belonen met het excellentiekeurmerk Marie Sklodowska Curie.

Om ervoor te zorgen dat de maatregel voldoet aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), worden onderzoeksprojecten met betrekking tot de volgende lijst van activiteiten en activa uitgesloten van subsidiabiliteit: I) activiteiten en activa in verband met fossiele brandstoffen, met inbegrip van downstreamgebruik; II) activiteiten en activa in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) waarmee de verwachte broeikasgasemissies niet lager zijn dan de relevante benchmarks; III) activiteiten en activa in verband met stortplaatsen voor afval, verbrandingsinstallaties en installaties voor mechanische biologische behandeling; en iv) activiteiten en activa waarbij de verwijdering van afval op lange termijn schadelijk kan zijn voor het milieu.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2023 zijn voltooid.

Investeringen 10 — Oprichting en financiële ondersteuning van een nationaal netwerk van acht regionale centra voor loopbaanbegeleiding als onderdeel van het Talent Platform voor de Europese Onderzoeksruimte

Het doel van deze investering is de onderzoeksloopbaan te bevorderen en leerlingen en studenten aan te trekken voor het verrichten van onderzoeksactiviteiten en de belangstelling van burgers voor onderzoek te ontwikkelen.

De investering is bedoeld voor het opzetten en operationeel maken van 8 onderzoekscentra voor loopbaanoriëntatie die onderzoekers loopbaanbegeleiding bieden, het beroep van onderzoeker bevorderen en directe synergieën met de investering 4.4 in kaart brengen. De 8 centra werken ook als netwerk en worden een centraal aanspreekpunt voor de onderzoeksloopbaan en koppelen activiteiten op het gebied van loopbaanbegeleiding van onderzoek aan een onderwijsprogramma dat gericht is op wetenschap met en voor de samenleving, en tegelijkertijd Roemeense onderzoeksresultaten promoten en het bewustzijn over wetenschappelijke voordelen in de samenleving vergroten.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

I.2.    Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor de lening

Volgende NUM.

Gerelateerde maatregel (hervorming of investering)

Mijlpaal/Doelstelling

Naam

Kwalitatieve

indicatoren 
(voor mijlpalen)

Kwantitatieve

indicatoren
(voor streefcijfers)

Indicatieve tijdlijn

in te vullen

Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling

Eenheid

van

meten

Basislijn

Doelstelling

Kwartaal

Jaar

241

Hervorming 1. Wetgevingstransparantie, de-bureaucratisering en vereenvoudiging van de procedures voor het bedrijfsleven

Mijlpaal

Inwerkingtreding van wetswijzigingen om bedrijfsgerelateerde procedures te stroomlijnen, te vereenvoudigen en volledig te digitaliseren

Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van i) Wet nr. 31/1990 — Vennootschapsrecht, ii) Wet nr. 26/1990, opnieuw gepubliceerd, met betrekking tot het handelsregister, iii) wetsbesluit nr. 122/1990 betreffende de machtiging en werking in Roemenië van de vertegenwoordigers van buitenlandse ondernemingen en economische organisaties en iv) Wet nr. 53/2003 — Arbeidswetboek

 

 

 

KWARTAAL 3

2022

De wetswijzigingen verminderen de administratieve lasten van het ondernemingsklimaat door vereenvoudiging van de wetgeving/opstart- en uitreisprocedures voor ondernemingen, met name de volgende processen:

a) een onderneming oprichten, de markt verlaten of een bedrijf sluiten;

het stroomlijnen, vereenvoudigen en digitaliseren van de procedures voor de toelating en werking van buitenlandse vertegenwoordigingen in Roemenië;

rapportage van arbeidsmarktverplichtingen voor ondernemingen en andere verplichte rapportage

De volgende normatieve handelingen worden gewijzigd:

— Vennootschapsrecht nr. 31/1990, geïnitieerd door het ministerie van Justitie;

— Wet nr. 26/1990, opnieuw gepubliceerd, betreffende het handelsregister;

— Wetsbesluit nr. 122/1990 inzake de machtiging en de werking in Roemenië van de vertegenwoordigers van buitenlandse ondernemingen en economische organisaties, geïnitieerd door het ministerie van Economische Zaken, Ondernemerschap en Toerisme;

— Wet nr. 53/2003 inzake het arbeidswetboek, geïnitieerd door het ministerie van Arbeid en Sociale Bescherming

242

Hervorming 1. Wetgevingstransparantie, de-bureaucratisering en vereenvoudiging van de procedures voor het bedrijfsleven

Mijlpaal

Inwerkingtreding van wetswijzigingen om de uitvoering van de kmo-test te vereenvoudigen en transparant en toepasbaar te maken

Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van Wet nr. 346/2004 inzake de bevordering van de oprichting en ontwikkeling van kleine en middelgrote ondernemingen

 

 

 

KWARTAAL 3

2022

De wetswijzigingen houden verband met de kmo-test (de evaluatie vooraf van de economische, sociale en milieueffecten van wetgevingsvoorstellen op kmo’s).

De wijzigingen zorgen ervoor dat:

-Er wordt een grotere en representatieve steekproef van kmo’s geraadpleegd

-de resultaten van de kmo-test voor elk wetgevingsvoorstel worden binnen 30 dagen gepubliceerd.

-de resultaten van de kmo-test zijn opgenomen in het wetgevingsvoorstel/de wijzigingen met betrekking tot kmo’s.

243

Hervorming 1. Wetgevingstransparantie, de-bureaucratisering en vereenvoudiging van de procedures voor het bedrijfsleven

Mijlpaal

Inwerkingtreding van de wet „Enkelvoudige industriële vergunning”

Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de enkele industriële vergunning

 

 

 

KWARTAAL 4

2022

De wet inzake de enkele industriële vergunning waarborgt:

I.een reorganisatie van de procedures die nodig zijn om bedrijfsgerelateerde vergunningen te verkrijgen;

II. de integratie van bestaande sectorale vergunningen in één enkele gestroomlijnde procedure;

III.de herziening van de aanvraagprocedures, de instelling van een coördinerende instantie, een interministeriële werkgroep, om deze procedures te coördineren;

IV.de afschaffing van dubbele controles en van niet-noodzakelijke vergunningsverleningsvereisten;

V.Creëren van een taxonomie van licentietypes, op basis van hun belangrijkste kenmerken en kenmerken

VI.een wijziging van de wet van 2003 die voorziet in een beleid van „stilzwijgen is instemming” — Noodverordening nr. 27/2003 van de regering — met het oog op een timer voor stilzwijgende goedkeuring (stilzwijgen is toestemming), die in werking treedt wanneer het elektronische platform de vergunningsaanvraag registreert. Het vergunningsverzoek wordt automatisch ingewilligd indien/wanneer stilzwijgende goedkeuring plaatsvindt;

VII.De vaststelling, in de Roemeense wetgeving, van het eenmaligheidsbeginsel, op grond waarvan investeerders het recht hebben om dezelfde informatie of documenten slechts eenmaal aan overheidsinstellingen te verstrekken;

VIII.De vaststelling van de nodige wetswijzigingen voor de volledige invoering van een elektronisch centraal contactpunt, met inbegrip van een definitie van de belangrijkste kenmerken ervan.

244

Hervorming 1. Wetgevingstransparantie, de-bureaucratisering en vereenvoudiging van de procedures voor het bedrijfsleven

Doel

Vermindering van de gemiddelde tijd die nodig is voor de uitvoering van regelgevingsvereisten in verband met het ondernemingsklimaat

 

Percentage (%)

0

50

KWARTAAL 4

2025

Verkorting van de termijn met 50 % voor:

1.het opzetten/verlaten van de markt voor ondernemingen;

2.toestemming voor buitenlandse vertegenwoordigingen in Roemenië; industriële productie

3.Het verkrijgen van bedrijfsgerelateerde licenties/vergunningen

Te gebruiken uitgangswaarde:

-20 dagen — een bedrijf starten in 2020

-30 dagen — machtiging van een buitenlandse vertegenwoordiger in 2020

-gemiddeld 217 dagen — verkrijgen van bedrijfsgerelateerde licenties/vergunningen in 2020 (voorbeeld: 147 dagen — behandeling bouwvergunningen))

245

Hervorming van de wetgevingstransparantie 1, de-bureaucratisering en vereenvoudiging van de procedures voor het bedrijfsleven

Doel

Wetgevingshandelingen/wijzigingen met betrekking tot kmo’s waarvoor de test is toegepast

 

Percentage (%)

50 % [2020]

100 %

KWARTAAL 4

2025

100 % van de wetgevingshandelingen/wijzigingen had betrekking op kmo’s waarvoor de test werd toegepast.

246

Investering 1. Digitale platforms voor wetgevingstransparantie, de-bureaucratisering en vereenvoudiging van de procedures voor het bedrijfsleven.

Mijlpaal

Digitale platforms opgezet, verbonden met de overheidscloud volledig operationeel

 Digitale platforms opgericht en operationeel

KWARTAAL 2

2025

Oprichting van ten minste twee operationele openbare digitale platforms die verbonden zijn met de overheidscloud en volledig operationeel zijn en voortbouwen op de huidige relevante digitale databanken, en wel als volgt:

invoering van één loket voor vergunningen/vergunningen/certificeringen

— stimulering van het concurrentievermogen van het ondernemingsklimaat, met het oog op transparantie van de wetgeving, debureaucratisering en vereenvoudiging van de procedures.

 

247

Investering 2.1 Financiële instrumenten voor de particuliere sector — Portfoliegarantie voor veerkracht

Mijlpaal

Ondertekening van de bijdrageovereenkomst tussen de Europese Commissie en de Roemeense regering.

 Overeenkomst ondertekend

KWARTAAL 4

2021

Ondertekening van de bijdrageovereenkomst tussen de Europese Commissie en de Roemeense regering, met inbegrip van:

a.Naleving van de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) van ondersteunde transacties in het kader van deze maatregel door gebruik te maken van duurzaamheidstoetsing en een uitsluitingslijst.

b.Criteria om ervoor te zorgen dat het financieringsinstrument in overeenstemming is met de richtsnoeren van de Commissie van 22 januari 2021 (SWD (2021) 12 final) met betrekking tot financieringsinstrumenten.

Aangezien het voorgestelde instrument zal worden uitgevoerd als bijdrage aan InvestEU (MS-compartiment of aanvulling van een bestaand product in het kader van het EU-compartiment), worden de bovengenoemde punten a) en b) gewaarborgd door de toepassing van de InvestEU-bepalingen en het kredietbeleid en de uitsluitingscriteria van de geselecteerde uitvoerende partner. Aanvullende uitsluitingen die nodig zijn om de naleving van de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) te waarborgen, worden gespecificeerd in de garantieovereenkomst tussen de Europese Commissie en het Europees Investeringsfonds (EIF).

Het financieringsinstrument neemt de vorm aan van een portefeuillegarantie, uitgevoerd door het EIF, en verstrekt financiering en investeringen aan kmo’s met maximaal 249 werknemers, ondernemingen met maximaal 500 werknemers en personen („begunstigden”) door middel van werkkapitaal, kredietlijnen, investeringsleningen of leasing. Het financieringsinstrument pakt de huidige belemmeringen weg waarmee Roemeense ondernemingen worden geconfronteerd bij de toegang tot financiering, namelijk: hogere financieringskosten, gebrek aan zekerheden en kredietkanalen met een verminderde kredietwaardigheid. Het instrument richt zich met name op de liquiditeits-/solvabiliteitsuitdagingen waarmee de ondernemingen worden geconfronteerd omdat zij niet in staat zijn hun financiële verplichtingen na te komen die voortvloeien uit de aanzienlijke — tijdelijke — vermindering van hun inkomsten als gevolg van de COVID-19-crisis. In dit verband wordt het instrument ontworpen om de toegang tot financiering te verbeteren en geblokkeerde kredietkanalen tijdens en in de nasleep van de COVID-19-crisis nieuw leven in te blazen door investeringen of werkkapitaal van ondernemingen te ondersteunen. Naar verwachting zullen ten minste 1 500 begunstigden steun krijgen in het kader van het instrument.

De structuur van het instrument maakt het mogelijk particuliere middelen aan te trekken.

Alle opbrengsten aan het financieringsinstrument, met inbegrip van terugbetalingen, alsook winsten die zijn verkregen door het gebruik van RRF-middelen, verminderd met de beloning van de fondsbeheerder en de financiële intermediairs, worden gebruikt voor dezelfde beleidsdoelstellingen, ook na 2026.

248

Investering 2.1 Financiële instrumenten voor de particuliere sector — Portfoliegarantie voor veerkracht

Doel

Financierings- of investeringsverrichtingen ten belope van ten minste 50 % van het totale bedrag van de aan het door het InvestEU-investeringscomité goedgekeurde instrument toegewezen middelen.

 

Percentage (%)

0

50

KWARTAAL 2

2023

Financierings- of investeringsverrichtingen ten belope van ten minste 50 % van het totale bedrag van de aan het instrument toegewezen middelen, overeenkomstig de in mijlpaal 247 gespecificeerde vereisten, goedgekeurd door het InvestEU-investeringscomité.

249

Investering 2.1 Financiële instrumenten voor de particuliere sector — Portfoliegarantie voor veerkracht

Doel

Financierings- of investeringsverrichtingen ten belope van 100 % van de middelen die zijn toegewezen aan het door het InvestEU-investeringscomité goedgekeurde instrument.

 

Percentage (%)

50

100

KWARTAAL 2

2024

Financierings- of investeringsverrichtingen ten belope van 100 % van het totale bedrag van de aan het instrument toegewezen middelen, in overeenstemming met de in stap 247 gespecificeerde vereisten, goedgekeurd door het InvestEU-investeringscomité.

250

Investering 2.2 Financiële instrumenten voor de particuliere sector — Klimaatactieportefeuille garantie

Mijlpaal

Ondertekening van de bijdrageovereenkomst tussen de Europese Commissie en de Roemeense regering.

 Overeenkomst ondertekend

KWARTAAL 4

2021

Ondertekening van de bijdrageovereenkomst tussen de Europese Commissie en de Roemeense regering, met inbegrip van:

a. Selectiecriteria voor de naleving van de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) van ondersteunde transacties in het kader van deze maatregel door gebruik te maken van duurzaamheidstoetsing en een uitsluitingslijst.

b. Criteria om ervoor te zorgen dat het financieringsinstrument in overeenstemming is met de richtsnoeren van de Commissie van 22 januari 2021 (SWD (2021) 12 final) met betrekking tot financieringsinstrumenten.

Aangezien het voorgestelde instrument zal worden uitgevoerd als bijdrage aan InvestEU (mogelijke aanvulling van een bestaand product in het EU-compartiment), worden de bovengenoemde punten a) en b) gewaarborgd door de toepassing van de InvestEU-bepalingen en het kredietbeleid en de uitsluitingscriteria van de geselecteerde uitvoerende partner. Aanvullende uitsluitingen die nodig zijn om de naleving van de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) te waarborgen, worden gespecificeerd in de garantieovereenkomst tussen de Europese Commissie en het Europees Investeringsfonds (EIF).

Het financieringsinstrument neemt de vorm aan van een portefeuillegarantie, uitgevoerd door het EIF, en verstrekt financiering en investeringen aan kmo’s met maximaal 249 werknemers, ondernemingen met maximaal 500 werknemers, en personen („begunstigden”) door middel van werkkapitaal, kredietlijnen, investeringsleningen of leasing, gericht op investeringen en financiering voor verbeteringen van de energie-efficiëntie in ondernemingen en de woon- en bouwsector. Naar verwachting zullen ten minste 250 begunstigden steun krijgen in het kader van het instrument. Het instrument heeft tot doel de huidige uitdagingen van Roemenië bij de ondersteuning van investeringen in de sectoren energie-efficiëntie en hernieuwbare energie aan te pakken. De specifieke doelstellingen en ambities op het gebied van energie-efficiëntie van het instrument, alsook de structuur en de subsidiabiliteitscriteria worden volledig afgestemd op en komen overeen met die van het EU-compartiment InvestEU, dat momenteel wordt ontwikkeld.

De structuur van het instrument maakt het mogelijk particuliere middelen aan te trekken.

Alle opbrengsten aan het financieringsinstrument, met inbegrip van terugbetalingen, alsook winsten die zijn verkregen door het gebruik van RRF-middelen, verminderd met de beloning van de fondsbeheerder en de financiële intermediairs, worden gebruikt voor dezelfde beleidsdoelstellingen, ook na 2026.

251

Investering 2.2 Financiële instrumenten voor de particuliere sector — Klimaatactieportefeuille garantie

Doel

Financierings- of investeringsverrichtingen ten belope van ten minste 50 % van het totale bedrag van de aan het instrument toegewezen middelen, goedgekeurd door het InvestEU-investeringscomité.

 

Percentage (%)

0

50

KWARTAAL 2

2023

Financierings- of investeringsverrichtingen ten belope van ten minste 50 % van het totale bedrag van de aan het instrument toegewezen middelen, in overeenstemming met de in mijlpaal 250 gespecificeerde vereisten, goedgekeurd door het InvestEU-investeringscomité

252

Investering 2.2 Financiële instrumenten voor de particuliere sector — Klimaatactieportefeuille garantie

Doel

Financierings- of investeringsverrichtingen ten belope van 100 % van het totale bedrag van de aan het instrument toegewezen middelen, goedgekeurd door het InvestEU-investeringscomité.

 

Percentage (%)

50

100

KWARTAAL 2

2024

Financierings- of investeringsverrichtingen ten belope van 100 % van het totale bedrag van de aan het instrument toegewezen middelen, in overeenstemming met de in stap 250 gespecificeerde vereisten, goedgekeurd door het InvestEU-investeringscomité

253

Investering 2.3 Financiële instrumenten voor de particuliere sector — Risicokapitaalfonds voor herstel

Mijlpaal

Ondertekening van de financieringsovereenkomst tussen het Europees Investeringsfonds en de Roemeense regering voor de oprichting van het herstelrisicokapitaalfonds („het fonds”) en de vaststelling van het investeringsbeleid van het fonds.

 Overeenkomst ondertekend

KWARTAAL 4

2021

Ondertekening van de financieringsovereenkomst tussen het Europees Investeringsfonds en de Roemeense regering en vaststelling van het investeringsbeleid van het fonds. Deze laatste moet:

— worden goedgekeurd door de bestuursorganen van het financieringsinstrument;

— in overeenstemming zijn met de richtsnoeren van de Commissie van 22 januari 2021 (SWD (2021) 12 final) met betrekking tot financiële instrumenten;

— selectiecriteria op te nemen om de naleving van de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) van ondersteunde transacties in het kader van deze maatregel te waarborgen door gebruik te maken van duurzaamheidstoetsing, een uitsluitingslijst en de vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving;

— de verplichting op te nemen dat begunstigden die in het voorgaande boekjaar meer dan 50 % van hun inkomsten hebben gegenereerd uit activiteiten of activa, in de uitsluitingslijst moeten worden opgenomen om plannen voor de groene transitie vast te stellen en te publiceren.

Het fonds voorziet in financiële instrumenten (eigenvermogenssteun) voor kmo’s, midcaps, met inbegrip van start-ups, ondernemingen in vroege en geavanceerde groeifasen, en infrastructuurprojecten die gericht zijn op hernieuwbare energie en energie-efficiëntie. De steun wordt verleend via durfkapitaalfondsen en infrastructuurfondsen. Het beoogde aantal begunstigden is 100.

Het beheer van het Fonds wordt toevertrouwd aan het Europees Investeringsfonds (EIF). Er wordt een investeringscomité opgericht dat verantwoordelijk is voor de goedkeuring van verrichtingen met intermediairs, zoals voorgesteld door de fondsbeheerder (EIF), op basis van de marktbehoeften en op een open en marktconforme wijze. De beheersvergoedingen van het EIF omvatten een prestatie-element.

De structuur van het fonds maakt het mogelijk particuliere middelen aan te trekken.

Alle opbrengsten aan het fonds of de financieringsinstrumenten, met inbegrip van terugbetalingen, alsmede winsten die zijn verkregen door het gebruik van RRF-middelen, verminderd met de beloning van de fondsbeheerder en de financiële intermediairs, worden voor dezelfde beleidsdoelstellingen gebruikt, ook na 2026.

254

Investering 2.3 Financiële instrumenten voor de particuliere sector — Risicokapitaalfonds voor herstel

Doel

Financierings- of investeringsverrichtingen ten belope van 50 % van het door het investeringscomité goedgekeurde totale beoogde financierings- of investeringsbedrag.

Het investeringscomité keurt ten minste 50 % van het totale bedrag van de beoogde financiering of investering goed.

Percentage (%)

0

50

KWARTAAL 4

2024

Financierings- of investeringsverrichtingen ten belope van 50 % van het totale bedrag van de beoogde financiering of investering dat door het investeringscomité is goedgekeurd, in overeenstemming met de in stap 253 gespecificeerde vereisten.

255

Investering 2.3 Financiële instrumenten voor de particuliere sector — Risicokapitaalfonds voor herstel

Doel

Financierings- of investeringsverrichtingen ten belope van 100 % van het door het investeringscomité goedgekeurde totale beoogde financierings- of investeringsbedrag.

 Het investeringscomité keurt 100 % van het totale bedrag van de beoogde financiering of investering goed.

Percentage (%)

50

100

KWARTAAL 2

2026

Financierings- of investeringsverrichtingen ten belope van 100 % van het totale beoogde bedrag aan financiering of investering dat uiterlijk op 30 juni 2026 door het investeringscomité is goedgekeurd, overeenkomstig de in stap 253 gespecificeerde vereisten.

256

Investering 2.4 Financiële instrumenten voor de particuliere sector — Fonds voor digitalisering, klimaatactie en andere aandachtsgebieden

Mijlpaal

Instelling van het financieringsinstrument („het Fonds”) en vaststelling van het beleggingsbeleid van het Fonds.

 

KWARTAAL 1

2022

Ondertekening van de financieringsovereenkomst tussen de Europese Investeringsbank en de Roemeense regering en vaststelling van het investeringsbeleid van het fonds. Deze laatste moet:

— worden goedgekeurd door de bestuursorganen van het financieringsinstrument;

— in overeenstemming zijn met de richtsnoeren van de Commissie van 22 januari 2021 (SWD (2021) 12 final) met betrekking tot financiële instrumenten;

— selectiecriteria op te nemen om de naleving van de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) van ondersteunde transacties in het kader van deze maatregel te waarborgen door gebruik te maken van duurzaamheidstoetsing, een uitsluitingslijst en de vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving;

— een toezegging omvatten om ten minste 33 % van de middelen te investeren in de ondersteuning van de klimaattransitie en 16 % van de middelen ter ondersteuning van de digitale transitie, volgens de methode in de bijlagen VI en VII bij de RRF-verordening.

Het fonds verstrekt financiële instrumenten (schuldsteun) aan ten minste 25 grote ondernemingen (met meer dan 500 werknemers en/of een jaaromzet van meer dan 50 miljoen EUR en een jaarlijks balanstotaal van meer dan 43 miljoen EUR), overheidsinstanties en special purpose vehicles, door middel van investeringen die bijdragen aan de koolstofarme economie, alsook investeringen in digitalisering en vaste activa, met als doel een groter bedrag aan investeringen aan te moedigen dat door de doelondernemingen aan de klimaat- en digitale doelstellingen bijdraagt en tevens de groei en expansie van de ondernemingen aan te moedigen, waardoor op hun beurt nieuwe werkgelegenheidskansen worden gecreëerd en het bredere economische herstel wordt ondersteund. Het bedrag dat overeenkomstig bijlage VI bij de RRF-verordening aan klimaatgerelateerde interventiegebieden wordt toegewezen, bedraagt 100 miljoen EUR. Het bedrag dat wordt toegewezen aan met digitalisering verband houdende interventiegebieden, overeenkomstig bijlage VII bij de RRF-verordening, bedraagt 50 miljoen EUR. Het fonds kan ook verdere uitgaven in verband met klimaat en digitalisering omvatten.

Het beheer van het Fonds wordt toevertrouwd aan de Europese Investeringsbank (EIB). Er wordt een investeringscomité opgericht met onafhankelijke deskundigen, dat verantwoordelijk is voor de goedkeuring van de subsidiegerelateerde componenten van de projecten van eindontvangers (waarin wordt geïnvesteerd) zoals voorgesteld door de fondsbeheerder (EIB) op basis van de marktbehoeften en op een open en marktconforme wijze.

De structuur van het fonds maakt het mogelijk particuliere middelen aan te trekken.

Alle opbrengsten aan het fonds of de financieringsinstrumenten, met inbegrip van terugbetalingen, alsmede winsten die zijn verkregen door het gebruik van RRF-middelen, verminderd met de beloning van de fondsbeheerder en de financiële intermediairs, worden voor dezelfde beleidsdoelstellingen gebruikt, ook na 2026.

257

Investering 2.4 Financiële instrumenten voor de particuliere sector — Fonds voor digitalisering, klimaatactie en andere aandachtsgebieden

Doel

Ten minste 30 % van de beoogde begunstigden die steun hebben ontvangen.

 

Percentage (%)

0

30

KWARTAAL 4

2024

Ten minste 30 % van de beoogde begunstigden die steun hebben ontvangen, zoals gespecificeerd in stap 256, in overeenstemming met het investeringsbeleid en de in stap 256 gespecificeerde vereisten.

258

Investering 2.4 Financiële instrumenten voor de particuliere sector — Fonds voor digitalisering, klimaatactie en andere aandachtsgebieden

Doel

100 % van de beoogde begunstigden die steun hebben ontvangen.

 

Percentage (%)

30

100

KWARTAAL 2

2026

Uiterlijk op 30 juni 2026 100 % van de beoogde begunstigden die steun hebben ontvangen, zoals gespecificeerd in stap 256, overeenkomstig de in stap 256 gespecificeerde vereisten.

259

Investering 2.5 Financiële instrumenten voor de particuliere sector — Investeringen in energie-efficiëntie in de woon- en bouwsector

Mijlpaal

Ondertekening van de bijdrageovereenkomst tussen de Europese Commissie en de Roemeense regering.

 

KWARTAAL 4

2021

Ondertekening van de bijdrageovereenkomst tussen de Europese Commissie en de Roemeense regering, met inbegrip van:

a)Selectiecriteria voor de naleving van de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) van ondersteunde transacties in het kader van deze maatregel door gebruik te maken van duurzaamheidstoetsing en een uitsluitingslijst.

b)Criteria om ervoor te zorgen dat het financieringsinstrument in overeenstemming is met de richtsnoeren van de Commissie van 22 januari 2021 (SWD (2021) 12 final) met betrekking tot financieringsinstrumenten.

c)Aangezien het voorgestelde instrument zal worden uitgevoerd als bijdrage aan InvestEU, worden de bovengenoemde punten a) en b) gewaarborgd door de toepassing van de InvestEU-bepalingen en het kredietbeleid en de uitsluitingscriteria van de geselecteerde uitvoerende partner. In de garantieovereenkomst tussen de Europese Commissie en de Europese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling (EBWO) worden aanvullende uitsluitingen gespecificeerd die nodig zijn om de naleving van de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) te waarborgen.

Het financieringsinstrument neemt de vorm aan van een portefeuillegarantie, uitgevoerd door de Europese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling (EBWO), en verstrekt financiering en investeringen voor energie-efficiëntie en hernieuwbare energie in de woon- en bouwsector aan kmo’s (maximaal 249 werknemers), ondernemingen met maximaal 500 werknemers en particulieren („begunstigden”). Naar verwachting zullen ten minste 100 begunstigden steun krijgen in het kader van het instrument.

De structuur van het instrument maakt het mogelijk particuliere middelen aan te trekken.

Alle opbrengsten aan het financieringsinstrument, met inbegrip van terugbetalingen, alsook winsten die zijn verkregen door het gebruik van RRF-middelen, verminderd met de beloning van de fondsbeheerder en de financiële intermediairs, worden gebruikt voor dezelfde beleidsdoelstellingen, ook na 2026.

260

Investering 2.5 Financiële instrumenten voor de particuliere sector — Investeringen in energie-efficiëntie in de woon- en bouwsector

Doel

Financierings- of investeringsverrichtingen ten belope van ten minste 50 % van het totale bedrag van de beoogde financiering of investering, goedgekeurd door het InvestEU-investeringscomité.

 

Percentage (%)

0

50

KWARTAAL 2

2023

 Financierings- of investeringsverrichtingen ten belope van ten minste 50 % van het totale beoogde investeringsbedrag, in overeenstemming met de in stap 259 gespecificeerde vereisten, goedgekeurd door het InvestEU-investeringscomité

261

Investering 2.5 Financiële instrumenten voor de particuliere sector — Investeringen in energie-efficiëntie in de woon- en bouwsector

Doel

Financierings- of investeringsverrichtingen ten belope van 100 % van het totale bedrag van de beoogde financiering of investering, goedgekeurd door het InvestEU-investeringscomité.

 

Percentage (%)

50

100

KWARTAAL 2

2024

Financierings- of investeringsverrichtingen ten belope van 100 % van het totale beoogde investeringsbedrag, in overeenstemming met de in stap 259 gespecificeerde vereisten, goedgekeurd door het InvestEU-investeringscomité

262

Investering 3.1 Steunregelingen voor de particuliere sector — Steunregeling voor de digitalisering van kmo’s

Mijlpaal

Selectie van de beheerder van de regeling

 Mededeling van de selectie

KWARTAAL 1

2022

Selectie van een beheerder van de regeling die de minimis-regeling ten uitvoer legt (lancering van de oproep, beoordeling van contracten en toezicht op projecten).

De selectiecriteria voor projecten zorgen ervoor dat:

-toezegging om 100 % van de middelen te investeren ter ondersteuning van de digitale transitie, met inachtneming van de interventiegebieden 010, 012, 021quater en 021quinquies van bijlage VII bij de RRF-verordening.

-naleving van de technische richtsnoeren „Geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01). Bij de indiening van de aanvraag voor een financieringsovereenkomst bevat het bedrijfsplan alle potentiële risico’s die kunnen ontstaan voor het milieu en de methoden om deze aan te pakken.

263

Investering 3.1 Steunregelingen voor de particuliere sector — Steunregeling voor de digitalisering van kmo’s

Doel

Aantal ondertekende financieringscontracten

 

Aantal

0

5492

KWARTAAL 2

2024

Aantal financieringscontracten met ondernemingen ter ondersteuning van de invoering van digitale technologieën/oplossingen zoals artificiële intelligentie, gegevens, cloud, platforms, blockchain en de digitale transformatie van de bedrijfsprocessen (bv. gebruik van digitale technologieën voor bedrijfsprocesautomatisering, gebruik van gegevens voor dynamisch vermogensbeheer en voorspellende/prescriptief leiderschap, gebruik/ontwikkeling van lokale platforms voor de verkoop van producten/diensten, ontwikkeling van nieuwe digitale diensten) in overeenstemming met de in stap 262 gespecificeerde vereisten.

Aan het einde van het investeringsproject wordt een technisch verslag toegezonden dat is opgesteld door een onafhankelijke auditor, waarin wordt bevestigd dat de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) zijn nageleefd.

264

Investering 3.2 Steunregelingen voor de particuliere sector — De minimis-regeling om Roemeense ondernemingen te helpen een beursnotering aan te houden

Mijlpaal

Selectie van de beheerder van de regeling

 Mededeling van de selectie

KWARTAAL 3

2022

Selectie van een beheerder van de regeling die de minimis-regeling ten uitvoer legt (lancering van de oproep, beoordeling van contract- en monitoringprojecten)

Er worden subsidies verstrekt aan ondernemingen die bereid zijn om overeenkomstig de voorwaarden van de beurs van Boekarest een voorraad uit te geven die vooraf in aanmerking komt voor notering, volgens de voorwaarden van de beurs van Boekarest, volgens het beginsel „wie het eerst komt, het eerst maalt”.

Het doel is bedrijven die zich houden aan de beursnoteringregels van Boekarest voor te bereiden op een succesvolle kapitaalmarktfinanciering in een van de beschikbare marktsegmenten.

Om de naleving van de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) te waarborgen, moeten ondernemingen die in het voorgaande boekjaar meer dan 50 % van hun inkomsten hebben gegenereerd uit activiteiten of activa op de uitsluitingslijst, plannen voor de groene transitie vaststellen en publiceren.

265

Investering 3.2 Steunregelingen voor de particuliere sector — De minimis-regeling ter ondersteuning van Roemeense ondernemingen bij de notering aan de beurs

Doel

Aantal ondertekende financieringscontracten die notering aan de beurs van Boekarest mogelijk maken

 

Aantal

0

280

KWARTAAL 2

2025

Aantal financieringscontracten dat door de steunbeheerder is ondertekend met ondernemingen die notering op de beurs van Boekarest mogelijk moeten maken, in overeenstemming met de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) en de vereisten van stap 264. Deze steun is rechtstreeks van invloed op de motivatie van ondernemingen om toegang te krijgen tot de kapitaalmarkt en stimuleert het creëren van liquiditeit op de markt.

266

Investering 4. Grensoverschrijdend

en meerdere landen

projecten — Low Power Processors

en het

Halfgeleiders

Chips

Mijlpaal

Inwerkingtreding van het regeringsbesluit waarbij de nodige financiering van 500 miljoen EUR wordt toegewezen om steun te verlenen voor de opschaling van de nationale capaciteiten tot en met de eerste industriële ontwikkeling en de deelname aan of associatie in een meerlandenproject

Bepaling in de wet die de inwerkingtreding aangeeft

KWARTAAL 2

2022

In het regeringsbesluit wordt het regelgevingskader vastgesteld met de procedures en termijnen voor de indiening van projecten, alsmede de subsidiabiliteitscriteria en -vereisten voor de potentiële begunstigden, waarbij ook een begrotingstoewijzing van 500 miljoen EUR wordt vastgesteld.

Aanvullende informatie wordt vastgesteld in overeenstemming met de andere lidstaten die aan deze projecten deelnemen.

Het meerlandenproject „Low Power Processors and Semiconductor Chips” zal naar verwachting voornamelijk worden uitgevoerd door deelname aan of associatie met een gepland belangrijk project van gemeenschappelijk Europees belang.

267

Investering 4. Grensoverschrijdend

en meerdere landen

projecten — Low Power Processors

en het

Halfgeleiders

Chips

Doel

Entiteiten die zijn geselecteerd voor deelname aan of associatie aan het project

Aantal

0

10

KWARTAAL 4

2023

Ten minste tien entiteiten worden geselecteerd voor deelname aan of associatie in het meerlandenproject van energiezuinige processoren en halfgeleiderchips.

Het meerlandenproject zal naar verwachting voornamelijk worden uitgevoerd door deelname aan of associatie met een gepland belangrijk project van gemeenschappelijk Europees belang.

268

Investering 4. Grensoverschrijdend

en meerdere landen

projecten — Low Power Processors

en het

Halfgeleiders

Chips

Doel

Entiteiten in consortia die deelnemen aan oproepen tot het indienen van projecten door de Gemeenschappelijke Onderneming „Essentiële Digitale Technologieën” (KDT JU)

Aantal

0

3

KWARTAAL 4

2022

Ten minste 3 entiteiten in consortia nemen deel aan oproepen tot het indienen van projecten door de Gemeenschappelijke Onderneming „Essentiële Digitale Technologieën” (KDT JU).

De deelnemers aan het meerlandenproject „Low Power Processors” en

Halfgeleiderchips dragen in een multinationale context bij tot de totstandbrenging van capaciteiten op het gebied waarop de GO KDT oproepen tot het indienen van projectvoorstellen doet. De activiteiten van de twee mechanismen vullen elkaar aan.

269

Investering 4. Grensoverschrijdend

en meerdere landen

projecten — Low Power Processors

en het

Halfgeleiders

Chips

Doel

Aan de geselecteerde entiteiten vastgelegde middelen

Miljoen EUR

0

360

KWARTAAL 2

2024

Ten minste 360 miljoen EUR van de toegewezen middelen moet zijn vastgelegd door de ondertekening van contracten met de geselecteerde entiteiten.

270

Hervorming 2. Stroomlijning van de governance van onderzoek, ontwikkeling en innovatie

Mijlpaal

Eenheid voor de tenuitvoerlegging van de hervorming van de beleidsondersteuningsfaciliteit (PSF) opgericht en operationeel

Vaststelling van een normatieve handeling voor de eenheid voor de tenuitvoerlegging van de hervorming van de beleidsondersteuningsfaciliteit voor operationalisering

KWARTAAL 4

2021

De operationalisering van een tijdelijke eenheid voor de hervorming van de beleidsondersteuningsfaciliteit met het mandaat om de aanbevelingen van de beleidsondersteuningsfaciliteit uit te voeren en te monitoren, omgezet in hervormingen van het nationale onderzoeks-, ontwikkelings- en innovatie-ecosysteem.

De nieuwe eenheid herontwerpt, met steun van de beleidsondersteuningsfaciliteit, op gecoördineerde wijze met de relevante overheidsinstanties de architectuur en de functies van het onderzoeks-, ontwikkelings- en innovatiesysteem om de kwaliteit van investeringen in onderzoek en innovatie te verbeteren met het oog op een veerkrachtig en performant systeem. Daartoe richt het mandaat van de eenheid zich onder meer op 5 prioriteiten:

a)beheer van het onderzoeks-, ontwikkelings- en innovatiesysteem;

b)randvoorwaarden voor openbaar onderzoek, personele middelen voor onderzoek en innovatie;

c)Internationalisering van onderzoeks-, ontwikkelings- en innovatieorganisaties;

d)publiek-private partnerschappen op het gebied van onderzoek, ontwikkeling en innovatie;

e)impact van de structuurfondsen op het onderzoeks-, ontwikkelings- en innovatiesysteem.

De eenheid is operationeel tussen 2021 en 2026 en bestaat uit 17 voltijdequivalenten.

271

Hervorming 2. Stroomlijning van de governance van onderzoek, ontwikkeling en innovatie

Doel

Aandeel aanbevelingen in de beleidsondersteuningsfaciliteit die eind 2026 zijn goedgekeurd

Percentage (%)

0

80

KWARTAAL 2

2026

Roemenië voert de aanbevelingen uit die zijn opgenomen in de komende collegiale toetsing van de beleidsondersteuningsfaciliteit, met inachtneming van de volgorde en de prioritering die zullen worden voorgesteld door de beleidsondersteuningsfaciliteit die is ingesteld in het kader van mijlpaal 270.

272

Hervorming 2. Stroomlijning van de governance van onderzoek, ontwikkeling en innovatie

Mijlpaal

Inwerkingtreding van een permanent systeem voor het ontwerpen, uitvoeren, monitoren en evalueren van onderzoeks-, ontwikkelings- en innovatiebeleid

Wetgevingshandeling die de inwerkingtreding aangeeft van het permanente systeem voor het ontwerpen, uitvoeren, monitoren en evalueren van onderzoeks-, ontwikkelings- en innovatiebeleid

KWARTAAL 2

2026

Roemenië zet een permanent systeem op dat zorgt voor de geharmoniseerde opzet en uitvoering, monitoring en evaluatie van het onderzoeks-, ontwikkelings- en innovatiebeleid in alle ministeries en agentschappen na het tijdschema van de herstel- en veerkrachtfaciliteit, op basis van de aanbevelingen van de beleidsondersteuningsfaciliteit 2021-2022.

273

Hervorming 2. Stroomlijning van de governance van onderzoek, ontwikkeling en innovatie

Mijlpaal

Inwerkingtreding van een regeringsbesluit tot oprichting van één orgaan dat de bestaande raden omvat, de interministeriële coördinatie waarborgt en de particuliere sector bereikt

Bepaling in een regeringsbesluit betreffende de inwerkingtreding van de wetgeving voor de oprichting van één enkele instantie

KWARTAAL 2

2023

Wijzigingen van de regelgeving (d.w.z. in Regeringsverordening nr. 57/2002) maken de oprichting mogelijk van een nieuw orgaan met een besluitvormende rol, gericht op onderzoek, ontwikkeling en innovatie en slimme-specialisatiebeleid, op regeringsniveau met verantwoordelijke ministeries.

Dit orgaan is belast met de coördinatie van onderzoeks-, ontwikkelings- en innovatieactiviteiten (met inbegrip van door onderzoek aangestuurde innovatie en ondernemerschap) op nationaal niveau en wordt opgezet in overeenstemming met de aanbevelingen van de beleidsondersteuningsfaciliteit voor onderzoek, ontwikkeling en innovatie 2021-2022.

Het secretariaat van dit orgaan wordt verzorgd door het ministerie van Onderzoek, Innovatie en Digitalisering.

274

Hervorming 3. Hervorming van de onderzoeksloopbaan

Mijlpaal

Inwerkingtreding van wetgeving betreffende de loopbaan en status van de onderzoeker

Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de wetgeving betreffende de loopbaan en de status van de onderzoeker

 

 

 

KWARTAAL 4

2023

In de gewijzigde wet 319/2003 worden de kernprestatie-indicatoren (gebaseerd op internationale onderzoeksnormen) die moeten worden gebruikt om de prestaties van onderzoekers te evalueren, en in de gewijzigde wet 206/204 worden de normen voor „goed gedrag in wetenschappelijk onderzoek” en derhalve de toegang tot financiering en beurzen nader omschreven.

De nieuwe wetgeving is gericht op de aanpassing aan de Europese beste praktijken, waaronder:

a)bevordering van de onderzoeksloopbaan op basis van op verdienste gebaseerde beginselen;

b)aanwerving via transparante, open en vergelijkende procedures

c)goede praktijken op het gebied van ethiek en integriteit in wetenschappelijk onderzoek.

De nieuwe wetgeving omvat eveneens een kader van financiële en niet-financiële stimulansen ter aanmoediging van de tenuitvoerlegging van het Europees Handvest voor Onderzoekers en de Code voor de Rekrutering van Onderzoekers door onderzoeksinstellingen. Dit wordt met name ingevoerd in het kader van de subsidiabiliteitseisen voor vergelijkende uitnodigingen tot het indienen van voorstellen, de evaluatiecriteria van organisaties, institutionele financiering en in verband met de mijlpalen 280 en 283.

Bij deze nieuwe wetgevingsprocedures wordt ook rekening gehouden met de aanbevelingen van de PSF Horizon Europa 2021-2022.

275

Hervorming 3. Hervorming van de onderzoeksloopbaan

Doel

Instellingen die zich hebben aangesloten bij het Europees Handvest voor Onderzoekers en de Code voor de Rekrutering van Onderzoekers hebben de aanzet gegeven tot het ontwerpen, uitvoeren en beoordelen van actieplannen

Aantal

5

16

KWARTAAL 4

2025

Naast de reeds 5 bestaande instellingen, starten 9 andere instellingen die zich hebben aangesloten bij het Europees Handvest voor Onderzoekers en de Code voor de Rekrutering van Onderzoekers, het proces van ontwerp, uitvoering en beoordeling van actieplannen op basis van de „Human Resources Strategy for Researchers” (HRS4R) van de Europese Commissie, dat werkgevers en financiers helpt de beginselen van het Handvest & -code in hun instellingen toe te passen.

In september 2021 sloten 16 Roemeense instellingen zich aan het Europees Handvest voor Onderzoekers en de Code voor de Rekrutering van Onderzoekers, en slechts 5 instellingen begonnen met het ontwerpen, uitvoeren en beoordelen van actieplannen.

276

Hervorming 4. Verbetering van de samenwerking tussen bedrijfsleven en onderzoek

Mijlpaal

Inwerkingtreding van wetswijzigingen voor een gunstig klimaat voor publieke en private investeringen in onderzoek, ontwikkeling en innovatie

Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de wijzigingen voor de vereenvoudiging van investeringen in onderzoek, ontwikkeling en innovatie

 

 

 

KWARTAAL 1

2024

Inwerkingtreding van wetswijzigingen om een gunstig klimaat te scheppen voor publieke en private investeringen in onderzoek, ontwikkeling en innovatie. De wijzigingen:

-de nationale wetgeving inzake contracten, financiering, monitoring en evaluatie van programma’s in het kader van onderzoeks-, ontwikkelings- en innovatieprojecten vereenvoudigen en stroomlijnen

-ervoor zorgen dat alle procedures in verband met contracten, financiering, monitoring en evaluatie van programma’s op het gebied van onderzoek, ontwikkeling en innovatie worden gedigitaliseerd

-zorgen voor volledige publicatie van alle resultaten van door de overheid gefinancierde projecten, met uitzondering van veiligheids- en defensiegerelateerde projecten

-ervoor zorgen dat alle onderzoeks- en ontwikkelings- en innovatieprojecten met een waarde van meer dan 500 000 EUR die door de overheid worden gefinancierd, worden geëvalueerd door internationaal erkende onderzoekers voordat zij door de aanbestedende dienst worden goedgekeurd, waarbij belangenconflicten worden vermeden.

-ervoor zorgen dat de resultaten van de geselecteerde onderzoeksprojecten met een waarde van meer dan 500 000 EUR kritisch worden beoordeeld door internationaal erkende onderzoekers (als onderdeel van projectstuurgroepen) vóór goedkeuring door de aanbestedende dienst, waarbij belangenconflicten worden vermeden. Openbare hoorzittingen worden georganiseerd voor de tussentijdse evaluatie van onderzoeks-, ontwikkelings- en innovatieprojecten. Evaluaties worden toegezonden aan projectconsortia overeenkomstig de praktijken van Horizon Europa.

-De nieuwe strategie voor onderzoek, innovatie en slimme specialisatie zorgt voor een grotere deelname van het bedrijfsleven aan door de overheid gefinancierde onderzoeks- en ontwikkelings- en innovatieprojecten, om de integratie van het Roemeense bedrijfsleven in strategische Europese waardeketens te ondersteunen, door prioriteit te geven aan de betrokkenheid van kmo’s en start-ups op deze gebieden en zoals gespecificeerd in de „Roemeense strategie voor ondernemerschap” (die door het ministerie van Economische Zaken moet worden goedgekeurd).

277

Hervorming 4. Verbetering van de samenwerking tussen bedrijfsleven en onderzoek

Doel

40 % van de door de overheid gefinancierde onderzoeks-, ontwikkelings- en innovatieprojecten heeft ten minste één bedrijfseenheid die als partner betrokken is

Percentage projecten met ten minste één partner uit het bedrijfsleven, gefinancierd door het ministerie van Onderzoek, Digitalisering en Innovatie en zijn agentschappen.

Percentage (%)

KWARTAAL 2

2026

40 % van de door de overheid gefinancierde onderzoeks-, ontwikkelings- en innovatieprojecten heeft ten minste één bedrijfseenheid, waaronder kmo’s en start-ups, als partner in projecten die worden gefinancierd door het ministerie van Onderzoek, Digitalisering en Innovatie en zijn agentschappen.

278

Hervorming 5. Steun voor de integratie van organisaties voor onderzoek, ontwikkeling en innovatie in Roemenië in de Europese onderzoeksruimte

Mijlpaal

Inwerkingtreding van een wet stimuleert, faciliteert en reguleert de vrijwillige en functionele integratie en fusie van onderzoeksinstellingen in Roemenië

Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van een wet voor

aanmoediging, vergemakkelijking en regulering van de vrijwillige en functionele integratie en fusie van onderzoeksinstellingen in Roemenië

KWARTAAL 4

2022

De wet treedt in werking om de grote versnippering van het onderzoekssysteem in Roemenië aan te pakken. Dit zal de integratie van onderzoeksinstellingen bevorderen, vergemakkelijken en reguleren. In het wetgevingskader wordt rekening gehouden met de aanbevelingen van de beleidsondersteuningsfaciliteit van Horizon Europa voor de periode 2021-2022 en wordt ten minste het volgende gespecificeerd:

-een periodieke externe evaluatie (d.w.z. om de 5 jaar) van alle onderzoeks- en ontwikkelingsinstituten in Roemenië, met inbegrip van die op universitair niveau, op basis van internationale normen die bevorderlijk zijn voor wetenschappelijke excellentie en sociaal-economisch effect, teneinde de grote versnippering van het systeem voor onderzoek & -ontwikkeling en hun integratie in de Europese onderzoeksruimte aan te pakken. Een van de criteria die in de evaluatie moeten worden opgenomen, is de mate waarin onderzoeksorganisaties onderzoeksfaciliteiten delen.

-toegang tot financiële en niet-financiële steun voor onderzoeksorganisaties, gekoppeld aan de resultaten van bovengenoemde periodieke evaluatie.

279

Hervorming 5. Steun voor de integratie van organisaties voor onderzoek, ontwikkeling en innovatie in Roemenië in de Europese onderzoeksruimte

Doel

Percentage onderzoeksorganisaties dat onderzoeksinfrastructuur en -faciliteiten deelt

Percentage (%)

0

25 %

KWARTAAL 2

2026

25 % van de onderzoeksorganisaties deelt onderzoeksinfrastructuur en -faciliteiten.

Roemenië brengt jaarlijks verslag uit over het aandeel van alle onderzoeksorganisaties (zoals vermeld in het systeem van de Europese onderzoeksinfrastructuur) die onderzoeksinfrastructuur en -faciliteiten delen.

280

Investering 5. Oprichting en operationalisering van kenniscentra

Mijlpaal

Oprichting van 5 kenniscentra

Er worden vijf kenniscentra opgericht

KWARTAAL 4

2022

Om de thematische versnippering van onderzoeks-, ontwikkelings- en innovatieorganisaties aan te pakken, wordt een oproep tot mededinging georganiseerd voor de selectie van 5 complexe onderzoeks-, ontwikkelings- en innovatieprojecten. De financieringsregeling wordt „kenniscentrum” genoemd.

Op basis van de ingediende projectvoorstellen, als resultaat van de vergelijkende, open en transparante oproep van het ministerie van Onderzoek, Digitalisering en Innovatie, worden 5 kenniscentra opgericht, één voor elke Horizon-missie. Het doel is de missies van Horizon Europa op nationaal niveau op gecoördineerde wijze uit te voeren en thematische versnippering aan te pakken.

De kenniscentra worden geselecteerd op basis van:

-complexe en toepasselijke onderzoeks-, ontwikkelings- en innovatieprojecten die worden voorgesteld door consortia van publieke en particuliere onderzoeks-, ontwikkelings- en innovatieorganisaties, met inbegrip van kleine en middelgrote ondernemingen, die samen de strategische onderzoeks- en innovatieagenda van de overeenkomstige missie van Horizon Europa uitvoeren en oplossingen voor onderzoek, ontwikkeling en innovatie voor lokale gemeenschappen leveren.

-De wetenschappelijke verdienste van het project, het niveau van excellentie ervan en de samenhang van de voorgestelde onderzoeksagenda met de strategische onderzoeksagenda van de Horizon Europa-missies zijn de belangrijkste evaluatiecriteria voor de selectie van de gefinancierde voorstellen — één voor elke missie in Horizon Europa.

-De administratieve capaciteit, de ervaring en de kwaliteit van het beheersplan voor het project worden ook beoordeeld tijdens het projectevaluatieproces met internationale deskundigen. Complementariteit tussen de leden van het consortium en eerdere ervaringen met samenwerking zijn ook criteria die in het selectieproces moeten worden gebruikt.

-De subsidiabele activiteiten zijn onderzoeks- en innovatieactiviteiten, verbeterde onderzoeksuitrusting, verspreidingsactiviteiten en ondersteunende activiteiten (studies betreffende de uitvoering van elke missie in Roemenië), kosten in verband met intellectuele-eigendomsrechten.

-een overzicht van de middelen voor onderzoek, ontwikkeling en innovatie, met inbegrip van uitrusting en infrastructuur, met betrekking tot de thematische gebieden van de missies, die ook door de aanvragers moeten worden geüpgraded en gebruikt.

-Een in aanmerking komend budget van maximaal 5 miljoen EUR per project en met minimaal 5 partners (5 publieke organisaties voor onderzoek, ontwikkeling en innovatie + 5 particuliere organisaties voor onderzoek, ontwikkeling en innovatie). Er is een maximumbudget voor kmo’s van 200 000 EUR en een maximumbudget voor een publieke organisatie voor onderzoek, ontwikkeling en innovatie van 500 000 EUR. Kmo’s cofinancieren onderzoeks- en innovatieactiviteiten met 25 %.

-Samenwerking met overheidsinstanties op verschillende bestuursniveaus en het maatschappelijk middenveld om onderzoeks-, ontwikkelings- en innovatieoplossingen in verband met de Horizon Europa-missies uit te voeren. Als zodanig worden overheidsinstanties als derden betrokken zonder rechtstreeks verbonden te zijn met het onderzoeksconsortium van het kenniscentrum en behoren zij tot de ontvangers van bepaalde producten/diensten/oplossingen die door onderzoekers van kenniscentra zijn geïdentificeerd.

Elk geselecteerd kenniscentrum streeft ernaar tegen 3 ten minste 2026 aanvragen voor Horizon Europa boven de drempel te ondersteunen.

281

Investering 5. Oprichting en operationalisering van kenniscentra

Doel

Door de kenniscentra aangetrokken begroting uit onderzoeks-, ontwikkelings- en innovatieprojecten uit de particuliere sector

Miljoen EUR

0

1,25

KWARTAAL 4

2025

1,25 miljoen EUR wordt aangetrokken uit de particuliere sector voor de medefinanciering van onderzoeks-, ontwikkelings- en innovatieactiviteiten via kenniscentra (elke kmo investeert 25 % van de ontvangen begroting, als onderdeel van zijn eigen bijdrage); Grote ondernemingen komen ook in aanmerking voor deelname aan kenniscentra.

282

Investering 6. Ontwikkeling van mentorprogramma’s in het kader van Horizon Europa

Doel

Vouchers die worden toegekend in het kader van het mentoringprogramma van Horizon Europa

 

Aantal

0

500

KWARTAAL 2

2026

500 vouchers worden door het ministerie van Onderzoek, Digitalisering en Innovatie toegekend aan aanvragers die een projectvoorstel indienen in het kader van oproepen tot het indienen van aanvragen in het kader van het Horizon Europa-programma en die de subsidiabiliteitsfase (en boven de drempel voor één evaluatiecriterium van 10 000 EUR) hebben doorstaan voor:

-het opstellen van projectvoorstellen,

-uitwisseling van personeel

-deelname aan bemiddelingsevenementen

-het gebruik van Extreme Light Infrastructure — Nuclear Physics

Om de naleving van de technische richtsnoeren inzake „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) te waarborgen, komen onderzoeksactiviteiten in verband met de activiteiten/activa op de uitsluitingslijst niet in aanmerking.

283

Investering 7. Versterking van excellentie en ondersteuning van de deelname van Roemenië aan partnerschappen en missies in Horizon Europa

Doel

Aantal ondertekende contracten voor onderzoeksfinanciering

Aantal

0

55

KWARTAAL 2

2024

Ten minste 55 contracten voor de financiering van onderzoek moeten als volgt zijn ondertekend:

(I)ten minste 35 contracten voor medefinanciering van onderzoeksprojecten die worden aanbevolen voor financiering in het kader van Europese partnerschappen en EU-missies, met een maximale begroting van 300 000 EUR voor elke Roemeense partner;

(II) tot 10 contracten ter financiering van aanvullende projecten met als doel de impact van reeds gefinancierde Horizon Europa-en H2020-projecten te vergroten, met een maximale begroting van 1 000 000 EUR per project; en het

(III) tot 10 contracten voor de financiering van projecten voor personeelscapaciteitsopbouw in synergie met nationale programma’s/POCIDIF, met een maximale begroting van 500 000 EUR per project.

In alle contracten wordt aanvullende financiering toegekend voor onderzoeks-, ontwikkelings- en innovatieprojecten in het kader van onderzoeks-, ontwikkelings- en innovatieprojecten die zijn aanbevolen voor financiering in het kader van Europese partnerschappen en EU-missies en die wereldwijd op Europees niveau zijn beoordeeld op basis van de regels van Horizon 2020 en Horizon Europa, waarbij prioriteit wordt gegeven aan groene of digitale projecten.

Financieringscontracten voor onderzoek worden afzonderlijk ondertekend met elke Roemeense partner die betrokken is bij EU-partnerschappen of EU-missie, teneinde de succesvolle deelname aan onderzoeks-, ontwikkelings- en innovatiepartnerschappen in het kader van Horizon Europa te vergroten.

De soorten subsidiabele activiteiten die voor alle soorten projecten moeten worden gefinancierd, zijn:

-Fundamenteel onderzoek;

-Industrieel onderzoek;

-Experimentele ontwikkeling;

-Haalbaarheidsstudies;

-Innovatieactiviteiten;

Om de naleving van de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) te waarborgen, worden onderzoeks-, ontwikkelings- en innovatieactiviteiten met betrekking tot de activiteiten/activa op de uitsluitingslijst van subsidiabiliteit uitgesloten.

284

Investering 8. Ontwikkeling van een programma om hooggespecialiseerd personeel uit het buitenland aan te trekken voor onderzoeks-, ontwikkelings- en innovatieactiviteiten

Doel

Projecten onder leiding van internationale onderzoekers

 

0

100

KWARTAAL 4

2023

100 projecten onder leiding van toponderzoekers worden gefinancierd via een financieringsregeling. In 2022 wordt een openbare oproep tot het indienen van kandidaturen gedaan en de kandidaten worden geselecteerd op basis van een aantal kwaliteitscriteria. Geselecteerde onderzoekers vergroten de onderzoekscapaciteit van de organisatie voor onderzoek, ontwikkeling en innovatie en verbeteren de institutionele prestaties van de gastorganisatie.

De selectiecriteria voor de onderzoeksprojecten omvatten:

a)een buiten Roemenië gevestigde onderzoeker die gedurende ten minste de afgelopen 3 jaar buiten Roemenië onderzoek heeft verricht;

b)met een doctoraat dat ten minste 3 jaar vóór de datum van de subsidieaanvraag is behaald;

c)aantoonbaar in staat is om op onafhankelijke wijze concurrerende financiering aan te trekken van zijn of haar coördinerende onderzoeksteams, met inbegrip van doctoraatsstudenten (de specifieke voorwaarden om als toponderzoeker in aanmerking te komen, worden vermeld in het informatiepakket);

d)de projectsubsidie en -middelen coördineren en besluiten nemen over de toewijzing van middelen; Zij als eerste auteur en/of auteur van de correspondent onafhankelijk publiceert;

e)het werk van het team op te bouwen en er toezicht op te houden, met inbegrip van promovendi en postdoctorale onderzoekers;

f)toegang heeft tot andere gebieden en faciliteiten voor het verrichten van onderzoek. De toponderzoeker is voor ten minste 75 % van de door de subsidie bestreken periode actief in de gastinstelling en is voor de duur van het project in dienst van de gastinstelling.”

Om de naleving van de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) te waarborgen, worden onderzoeks-, ontwikkelings- en innovatieactiviteiten met betrekking tot de activiteiten/activa op de uitsluitingslijst van subsidiabiliteit uitgesloten.

285

Investering 9. Steun voor houders van certificaten van uitmuntendheid die zijn ontvangen in het kader van de Marie Sklodowska Curie-prijs voor individuele beurzen

Doel

Marie Sklodowska Curie-ontvangers van het excellentiekeurmerk

 

Aantal

0

10

KWARTAAL 4

2023

Ten minste 10 Marie Sklodowska Curie-ontvangers van het excellentiekeurmerk voor individuele excellente beurzen ontvangen een subsidie voor de uitvoering van onderzoeksprojecten in het kader van Horizon 2020 en Horizon Europa.

Aangezien de projecten reeds zijn geëvalueerd en een Excellentiekeur hebben ontvangen (de subsidiabiliteitscriteria), worden de subsidies geselecteerd op basis van het beginsel „wie het eerst komt/het eerst maalt”, na een open en transparante oproep tot het indienen van blijken van belangstelling.

Om de naleving van de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) te waarborgen, worden onderzoeks-, ontwikkelings- en innovatieactiviteiten met betrekking tot de activiteiten/activa op de uitsluitingslijst van subsidiabiliteit uitgesloten.

286

Investering 10. Oprichting en financiële ondersteuning van een nationaal netwerk van acht regionale centra voor loopbaanbegeleiding als onderdeel van het talentenplatform voor de Europese Onderzoeksruimte

Mijlpaal

Een netwerk van openbare universiteiten die 8 centra voor loopbaanoriëntatie op onderzoeksgebied huisvesten en operationeel maken

 Gunning van een opdracht aan openbare universiteiten die 8 centra voor loopbaanoriëntatie op onderzoeksgebied willen huisvesten en operationeel willen maken

KWARTAAL 2

2023

Het ministerie van Onderzoek, Digitalisering en Innovatie doet een oproep tot mededinging voor de selectie van een netwerk van 8 openbare universiteiten die geïnteresseerd zijn in het hosten en operationeel maken van 8 centra voor loopbaanoriëntatie in onderzoek. De centra zullen tegemoetkomen aan de behoeften van de wetenschappelijke gemeenschap uit alle regio’s van Roemenië (de centra worden georganiseerd door universiteiten, maar de diensten worden aangeboden aan regionale gemeenschappen).

De regionale centra voor onderzoekskeuzevoorlichting hebben de volgende taken:

-Het verstrekken van loopbaanbegeleiding aan onderzoekers en 90 % van de ontvangers van dergelijke diensten tevreden is over de ontvangen diensten;

-werken aan de bevordering van het nationale systeem voor onderzoek, ontwikkeling en innovatie, onder meer door directe synergieën tot stand te brengen met de investeringen in 4.4 en de subsidies voor 100 die door toponderzoekers moeten worden gefinancierd en geleid;

-als netwerk werken en een centraal aanspreekpunt voor onderzoekscarrière worden. Dit is een instrument voor de uitvoering van hervormingen van de onderzoeksloopbaan (bv. monitoring van het aantal organisaties voor onderzoek, ontwikkeling en innovatie die het handvest en de code voor onderzoekers hebben onderschreven en organisaties helpen die bereid zijn een procedure voor HRS4R in te leiden).

-Werken aan het geïntegreerde pakket, met een breed programma dat gericht is op wetenschap met en voor de samenleving (8 componenten zijn gericht op verschillende doelgroepen, van jonge leerlingen tot studenten en lokale gemeenschappen), dat verband houdt met de loopbaanoriëntatie van onderzoek, waarbij Roemeense onderzoeksresultaten in de samenleving worden bevorderd, het bewustzijn over wetenschappelijke voordelen wordt vergroot en jongeren worden aangetrokken voor een onderzoeksloopbaan.

287

Investering 10. Oprichting en financiële ondersteuning van een nationaal netwerk van acht regionale centra voor loopbaanbegeleiding als onderdeel van het talentenplatform voor de Europese Onderzoeksruimte

Doel

Onderzoekers die gebruik hebben gemaakt van de diensten van centra voor loopbaanbegeleiding

 

Aantal

0

450

KWARTAAL 2

2026

450 onderzoekers profiteren van de diensten van centra voor loopbaanbegeleiding.

Het ministerie van Onderzoek, Digitalisering en Innovatie doet een oproep tot mededinging voor de selectie van een netwerk van 8 openbare universiteiten die geïnteresseerd zijn in het hosten en operationeel maken van 8 centra voor loopbaanoriëntatie in onderzoek.

J.ONDERDEEL 10: Plaatselijk fonds

Dit onderdeel van het plan voor herstel en veerkracht pakt uitdagingen aan in verband met territoriale en sociale verschillen in stedelijke en plattelandsgebieden, alsook stedelijke mobiliteit.

Het doel van deze component is de transformatie van steden en plattelandsgebieden te ondersteunen door het gebruik van groene en digitale oplossingen. De hervormingen ter ondersteuning van de investeringen omvatten wijzigingen in de regelgeving ter ondersteuning van de aanpak van functionele stedelijke en plattelandsgebieden, via de uitvoering van metropolitane gebieden en van administratieve consortia om de toegang tot lokale openbare sociale diensten, onderwijs, gezondheidszorg, huisvesting en een betere ruimtelijke ordening te verbeteren. De component omvat ook hervormingen voor duurzame stedelijke mobiliteit en moet worden gezien in samenhang met de component „duurzaam vervoer”. De investeringen die door deze hervormingen worden ondersteund, hebben betrekking op de bouw van huisvestingsfaciliteiten voor kwetsbare jongeren, gezondheidswerkers en onderwijsprofessionals, de vernieuwing van het openbaar vervoer, infrastructuur voor groen en veiliger vervoer, de modernisering van lokale openbare gebouwen en de voorbereiding/actualisering van documenten inzake ruimtelijke ordening en stadsplanning in digitaal formaat.

De hervormingen en investeringen dragen bij tot de uitvoering van de landspecifieke aanbevelingen (landspecifieke aanbevelingen) die in 2019 en 2020 aan Roemenië zijn meegedeeld met betrekking tot de noodzaak om: I) „de investeringen toespitsen op de groene en digitale transitie, met name op duurzaam vervoer en infrastructuur voor digitale diensten” (landspecifieke aanbevelingen 3, 2020), waarbij „rekening wordt gehouden met regionale verschillen” (landspecifieke aanbevelingen 4, 2019); II) „adequate oplossingen voor inkomensvervanging bieden en de socialebeschermingsmaatregelen en de toegang tot essentiële diensten voor iedereen uitbreiden” (landspecifieke aanbevelingen 2 en 2020) en „de dekking en kwaliteit van sociale diensten vergroten (landspecifieke aanbevelingen 3, 2019); III) „de kwaliteit en doeltreffendheid van het openbaar bestuur en de voorspelbaarheid van de besluitvorming verbeteren” (landspecifieke aanbevelingen 4, 2020).

Verwacht wordt dat geen enkele maatregel in deze component ernstig afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregelen en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01).

J.1.    Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor niet-terugbetaalbare financiële steun

Hervorming 1. Totstandbrenging van een kader voor duurzame stedelijke mobiliteit

Het doel van de hervorming is de mobiliteitsvoorwaarden in stedelijke en plattelandsgebieden te verbeteren, de broeikasgasemissies van het vervoer te verminderen en de verkeersveiligheid in stedelijke gebieden te verbeteren door middel van digitale en groene vervoersoplossingen.

De hervorming wordt uitgevoerd door de inwerkingtreding van wetgeving voor duurzame stedelijke mobiliteit en de uitvoering van plannen voor duurzame stedelijke mobiliteit op subnationaal niveau. De wetgeving omvat maatregelen om de vernieuwing van het openbaar vervoer met schone voertuigen te stimuleren, de verkeersveiligheid te verhogen en nationale minimumkwaliteitsnormen te waarborgen. Het verplicht stedelijke gemeenten om luchtverontreiniging op het niveau van steden en functionele gebieden aan te pakken door middel van een reeks beleidsmaatregelen op het gebied van vervoer, zoals de instelling van lage-emissiezones en stimulansen voor het gebruik van alternatieve vervoermiddelen. Tot slot worden richtsnoeren vastgesteld die stedelijke gemeenten moeten volgen bij het opstellen van de plannen voor duurzame stedelijke mobiliteit, en wordt een nationaal ad-hocorgaan onder het ministerie van Ontwikkeling, Lokale Werken en Administratie belast met het verlenen van steun waar nodig.

De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 30 juni 2026 voltooid. Zowel de wetgeving als het nationale orgaan dat de opstelling van duurzame stedelijke mobiliteitsplannen ondersteunt, is uiterlijk op 31 december 2022 van kracht.

Investering 1 Duurzame stedelijke mobiliteit

Het doel van deze investering is de toegang tot duurzame en veilige mobiliteitsoplossingen in stedelijke en plattelandsgebieden te verbeteren.

De investering is bedoeld om de vervoersinfrastructuur te moderniseren, de ecologische duurzaamheid ervan te waarborgen door middel van nieuwe emissievrije voertuigen voor openbaar vervoer en de bouw van 5 600 extra oplaadpunten voor elektrische voertuigen op lokaal/grootstedelijk niveau. De investeringen bestaan eveneens uit intelligente vervoerssystemen en andere ICT-infrastructuur om de verkeersveiligheid te vergroten en de reistijd en verkeerscongestie te verminderen. De investeringen dragen bij tot het verhogen van het aandeel reizen met lokaal openbaar vervoer met emissievrije voertuigen (bussen, trolleybussen met een emissievrije motor of accu, trams) tot 60 % in 2025, tegenover 45,4 % in 2019. Evenzo zou Roemenië, na de uitvoering van de investeringen in oplaadpunten voor elektrische voertuigen, in totaal ten minste 22 415 oplaadpunten hebben, gefinancierd uit verschillende bronnen, waaronder het nationale plan voor herstel en veerkracht. Investeringen zijn eveneens gebaseerd op verplichte afstemming op het goedgekeurde of in ontwikkeling zijnde plan voor duurzame stedelijke mobiliteit/geïntegreerde duurzame ontwikkeling/algemeen stedelijk plan, waarbij wordt gezorgd voor dekking van mobiliteitsdiensten in het functionele en peri-urbane gebied, prioritering en bevordering van het openbaar vervoer in het lokale verkeer door middel van het plannen van preferentiële routes en busbanen op de meest frequente/overbelaste slagaders, en het hebben van een openbaredienstcontract met marktdeelnemers overeenkomstig de bepalingen van Verordening (EG) nr. 1370/2007.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.



J.2.    Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor niet-terugbetaalbare financiële steun

Volgende NUM.

Gerelateerde maatregel (hervorming of investering)

Mijlpaal/Doelstelling

Naam

Kwalitatieve indicatoren
(voor mijlpalen)

Kwantitatieve indicatoren
(voor streefcijfers)

Indicatieve termijn voor voltooiing

Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling

Eenheid

Basislijn

Doelstelling

Kwartaal

Jaar

288

Hervorming 1. Totstandbrenging van een kader voor duurzame stedelijke mobiliteit

Mijlpaal

Inwerkingtreding van wetgeving op het gebied van duurzame stedelijke mobiliteit

Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de wetgevingshandeling duurzame stedelijke mobiliteit

 

 

 

KWARTAAL 4

2022

De wetgeving inzake duurzame stedelijke mobiliteit omvat:

-maatregelen om de vernieuwing van het openbaar vervoer met schone voertuigen te stimuleren en nationale minimumkwaliteitsnormen en toegang tot openbaar vervoer te waarborgen;

-de opstelling van de gids voor de ontwikkeling van duurzame stedelijke mobiliteitsplannen in overeenstemming met de strategie voor duurzame en slimme mobiliteit C (2020) 789/2020 (mededeling van de Commissie) en de beoordeling en kwaliteitscontrole van de plannen voor duurzame stedelijke mobiliteit;

-bepalingen om stedelijke gemeenten te verplichten lage-emissiezones en preferentiële routes (met inbegrip van busbanen) voor schoon openbaar vervoer in te stellen;

-maatregelen om het verkeersveiligheidsrisico op stedelijk niveau te verminderen en maatregelen om de ruimte voor particuliere auto’s te beperken en de uitvoering en monitoring van parkeerbeleid op lokaal niveau mogelijk te maken;

-maatregelen die de ontwikkeling van infrastructuur mogelijk maken om het veilige en beveiligde gebruik van openbaar vervoer, fietsen en lopen aan te moedigen;

-maatregelen om de invoering van intermodale knooppunten mogelijk te maken om het vervoer in het functionele stedelijke gebied/grootstedelijke gebied te vergemakkelijken.

De wetgeving wordt ontwikkeld in overeenstemming met:

-de bepalingen van Europese Verordening (EG) nr. 1370/2007, de Europese verordening algemene veiligheid (GSR) (2019/2144), die op 6 juli 2022 in werking treedt;

-Het stedelijk beleid van Roemenië, dat bepalingen bevat over de bevolkingsdichtheid (waarborging van de efficiëntie van het openbaar vervoer) en de toegankelijkheid van de bevolking tot vervoersdiensten (percentage van de bevolking dat minder dan 0,5 km verwijderd is van een openbaarvervoerslijn met een maximale frequentie van 20 minuten);

-de minimumnormen voor de dienstverlening voor collectief openbaar vervoer worden bereikt door middel van wijzigingen/aanvullingen op Wet nr. 92/2007 betreffende het openbaar personenvervoer in bestuurlijke en territoriale eenheden;

-de hervormingen op het gebied van verkeersveiligheid en regionale en stedelijke mobiliteit die zijn vastgesteld in het kader van de component duurzaam vervoer (mijlpalen 65-68).

289

Hervorming 1. Totstandbrenging van een kader voor duurzame stedelijke mobiliteit

Mijlpaal

Inwerkingtreding van het ministerieel besluit tot instelling van een structuur voor het verlenen van technische bijstand voor de ontwikkeling van duurzame stedelijke mobiliteitsplannen (SUMP’s), vastgesteld en operationeel

Bepaling in de ministeriële regeling betreffende de inwerkingtreding van

de structuur voor het verlenen van technische bijstand voor de ontwikkeling van SUMP’s

 

 

 

KWARTAAL 4

2022

Er wordt een nationaal orgaan opgericht onder toezicht van het ministerie van Ontwikkeling, Openbare Werken en Bestuur en in coördinatie met vakministeries zoals het ministerie van Vervoer en het ministerie van Milieu, en is verantwoordelijk voor het ondersteunen van steden bij het opstellen van duurzame stedelijke mobiliteitsplannen en het beoordelen en controleren van de kwaliteit van SUMP’s. 
Het centrale openbaar bestuur ondersteunt steden bij de ontwikkeling/actualisering van SUMP’s door het organiseren van regelmatige vergaderingen van de nationale groep over de optimalisering van SUMP’s in Roemenië, georganiseerd door het ministerie van Ontwikkeling, Openbare Werken en Administratie, waarin de relevante actoren (vertegenwoordigers van de centrale, lokale overheden, de academische wereld, de particuliere omgeving, ngo’s) worden samengebracht.

Het secretariaat van de Nationale Groep wordt verzorgd door het ministerie van Ontwikkeling, Openbare Werken en Administratie.

290

Hervorming 1. Totstandbrenging van een kader voor duurzame stedelijke mobiliteit

Mijlpaal

Ondertekening van alle contracten voor openbaarvervoersdiensten die tussen 2021 en 2026 aflopen voor 40 districten

Ondertekening van contracten

KWARTAAL 2

2026

Ondertekening van alle contracten voor openbaarvervoersdiensten die in 2021-2026 aflopen na openbare aanbestedingsprocedures op het niveau van districtswoningen, met inachtneming van de minimumnormen voor collectief openbaar vervoer op nationaal niveau, zodat in het vierde kwartaal van 2 2026 alle 40 provinciale hoofdsteden nog steeds contracten voor openbaar vervoer hebben.

291

Hervorming 1. Totstandbrenging van een kader voor duurzame stedelijke mobiliteit

Doel

Vermindering van de uitstoot van luchtverontreinigende stoffen

kt CO2 eq (referentiejaar 1990)

266 371

159 823

KWARTAAL 2

2026

In het streefcijfer wordt de vermindering van luchtverontreinigende stoffen gekwantificeerd zoals gepland in het nationale programma ter beheersing van de luchtverontreiniging. Op het niveau van het nationaal agentschap voor milieubescherming (NEPA) wordt de nationale inventaris van broeikasgasemissies beheerd als onderdeel van het EU-monitoringmechanisme voor broeikasgasemissies. De parameter met betrekking tot het historische niveau van de gebruikte BKG-emissies is de broeikasgasemissies van het wegvervoer. De voorgestelde doelstelling voor de vermindering van de broeikasgasemissies is de nationale doelstelling om de emissies voor 2030 te verminderen, respectievelijk de totale uitstoot van broeikasgassen met 40 % te verminderen. In de totale nationale broeikasgasemissies draagt de binnenlandse vervoerssector op het niveau van 2019 ongeveer 17 % bij.

Het streefcijfer wordt ook vastgesteld op basis van het door het ministerie van Milieu ontwikkelde netwerk van vaste punten voor monitoring van de luchtkwaliteit in steden.

292

Hervorming 1. Totstandbrenging van een kader voor duurzame stedelijke mobiliteit

Doel

Vermindering met 25 % van het aantal doden of zwaargewonden als gevolg van verkeersongevallen in stedelijke gemeenten ten opzichte van het referentiejaar 2019

 

Percentage (%)

100 %

75 %

KWARTAAL 1

2026

Het doel is de maatregelen ter verbetering van de verkeersveiligheid in de stedelijke omgeving te kwantificeren. Het doel is het aantal verkeersdoden en zwaargewonden bij verkeersongevallen in stedelijke gemeenten in 2025 met 25 % te verminderen ten opzichte van het referentiescenario in 2019. De doelstelling is in overeenstemming met de ontwerpactualisering van de nationale verkeersveiligheidsstrategie, die voorziet in een vermindering met 50 % van het aantal personen dat ernstig gewond raakt of om het leven komt als gevolg van verkeersongevallen tegen 2030.

293

Hervorming 1. Totstandbrenging van een kader voor duurzame stedelijke mobiliteit

Doel

Toename met 20 % van het jaarlijkse totale passagiersvolume van het lokale openbaar vervoer in 2026 ten opzichte van 2019

 

Aantal passagiers dat het plaatselijk openbaar vervoer gebruikt

1 763 000 000

2 115 600

KWARTAAL 2

2026

De doelstelling heeft betrekking op de toename van het aantal passagiers dat gebruik maakt van lokaal openbaar vervoer in 2025 met 20 % ten opzichte van 2019. Dit zou het gevolg zijn van de toename van het aantal voertuigen voor openbaar vervoer op lokaal niveau, in combinatie met maatregelen om het gebruik van particuliere voertuigen te ontmoedigen;

294

Investering 1. Duurzame stedelijke mobiliteit

Mijlpaal

Ondertekening van contracten voor de vernieuwing van het openbaar vervoer (aanschaf van schone voertuigen)

Ondertekening van contracten

 

 

 

KWARTAAL 4

2022

De financieringsregeling bevat de criteria en voorwaarden waaraan moet worden voldaan voor de financiering van begunstigden die worden geselecteerd via een open en transparante oproep tot het indienen van voorstellen, die onder meer de volgende specificaties omvat:

-Verplichte afstemming van de investeringen op het plan voor duurzame stedelijke mobiliteit/geïntegreerde duurzame ontwikkeling/algemeen stedelijk plan dat is goedgekeurd of in ontwikkeling is;

-Dekking met mobiliteitsdiensten in het functionele en peri-urbane gebied waarborgen. Zorgen voor prioritering en bevordering van het openbaar vervoer in het lokale verkeer door het plannen van preferentiële routes en busbanen op de meest frequente/overbelaste slagaders;

-Het hebben van een openbaredienstcontract met marktdeelnemers overeenkomstig de bepalingen van Verordening (EG) nr. 1370/2007;

-Verplichte classificatie van aangekochte voertuigen overeenkomstig de bepalingen van de Europese verordening algemene veiligheid — GSR (2019/2144), die op 6 juli 2022 in werking treedt.

-Criteria voor de financiering van uitsluitend emissievrije voertuigen: bussen, trolleybussen met een emissievrije motor of accu, trams en minibussen.

Er wordt voorrang gegeven aan investeringen in functionele stedelijke of plattelandsgebieden.

296

Investering 1. Duurzame stedelijke mobiliteit

Doel

Extra emissievrije voertuigen (bussen, trolleybussen met een emissievrije motor of accu, trams en minibussen) (aantal voertuigen)

 

Aantal

1 618

2 753

KWARTAAL 2

2026

De doelstelling heeft betrekking op het aantal extra emissievrije voertuigen dat in stedelijke gebieden in gebruik is (met inbegrip van minibussen die ook voor plattelandsgebieden kunnen worden gekocht): aantal bussen, trams, trolleybussen met een emissievrije motor of accu en minibussen — 1 135 nieuwe schone voertuigen zonder uitlaatgassen (200 bussen. Elektrische bussen/waterstof 12-18 m, 515 elektrische bussen/waterstof 10 m, 50 Trams, 50 stuks. Trolleybussen 12-18 m, 320 minibussen voor elektriciteit/waterstof).

297

Investering 1. Duurzame stedelijke mobiliteit

Doel

Toename van het aandeel reizen in administratieve territoriale eenheden met lokale openbaarvervoersdiensten met emissievrije voertuigen (bussen, trolleybussen met een emissievrije motor of accu, trams) ten opzichte van 2019

 

Percentage (%)

45,4 % [2019]

60 %

KWARTAAL 2

2026

De doelstelling heeft betrekking op het percentage reizen met emissievrij openbaar vervoer op lokaal niveau van het totale aantal reizen met lokaal openbaar vervoer (60 % in 2025 tegenover 45,4 % in 2019).

298

Investering 1. Duurzame stedelijke mobiliteit

Mijlpaal

Ondertekening van contracten voor de levering van ITS/andere ICT-infrastructuur

Ondertekening van contracten

 

 

 

KWARTAAL 4

2022

In de regeling worden de criteria en voorwaarden vastgesteld waaraan moet worden voldaan voor de financiering van begunstigden die worden geselecteerd via een open en transparante oproep tot het indienen van voorstellen, die onder meer de volgende specificaties omvat:

-Verplichte afstemming van de investeringen op het goedgekeurde plan voor duurzame stedelijke mobiliteit/geïntegreerde duurzame ontwikkeling/algemeen stedelijk plan;

-Dekking met mobiliteitsdiensten in het functionele en peri-urbane gebied waarborgen. Zorgen voor prioritering en bevordering van het openbaar vervoer in het lokale verkeer door het plannen van preferentiële routes en busbanen op de meest frequente/overbelaste slagaders;

De volgende acties komen in aanmerking in het kader van intelligente vervoerssystemen (in overeenstemming met steunverleningsgebied 076 — Digitalisering van stedelijk vervoer)

-Slim verkeersbeheer

-Oplaadoplossingen

-Geïntegreerde slimme parkeeroplossingen

-Verkeersleidingscentra

-Waarschuwingssystemen voor snelheidsaanpassing

-Veiligheidssystemen voor het werkgebied

-Gekoppeld verlichtingssysteem voor het verkeer

-Controle van de reistijden en -snelheid

-Weegsystemen in beweging

-Prioriteitssignaal voor het gebruik van hulpverleningsvoertuigen

-Dynamische berichtborden

-Reisplanner voor het openbaar vervoer.

-Geïntegreerde informatiesystemen voor passagiers

Andere soorten ICT-infrastructuur (in steden en gemeenten) — het concept „slimme stad”/„slimme dorpen” komt ook in aanmerking in verband met technologische ontwikkelingen (in overeenstemming met steunverleningsgebied 021ter Ontwikkeling van zeer gespecialiseerde ondersteunende diensten en faciliteiten voor overheidsdiensten en bedrijven), zoals:    

-Gebruik van drones voor de inspectie van risicogebieden of -situaties (berggebieden).

-Realtime situatiemonitoringcentrum in de stad

-Slimme beheersystemen voor groene ruimtesystemen.

-Uitbreiding van het wifi-systeem in openbare ruimten.

-Slim stadsmeubilair.

-Monitorings- en veiligheidssysteem voor de openbare ruimte.

-Valorisatie van erfgoeddoelstellingen door digitale digitalisering of wederopbouw

-Onestopshop voor bedrijven.

-Platform om investeringen aan te trekken.

-Platform voor communicatie met burgers en het vormen van gemeenschapsinitiatieven

-Innovatiehubs voor lokale gemeenschappen

-Ontwikkeling of modernisering van de infrastructuur voor beroepsonderwijs en -opleiding.

-Digitalisering van het onderwijsstelsel.

-Metropolitane GIS-databanken.

-Opendataplatform

-Virtuele ambtenaar.

-Clouddiensten

-Platform voor digitale overheidsdiensten.

-Registratie- en documentafgiftesystemen

-Stedelijk datacentrum en realtime monitoring van de staat van de stad.

-City app (toepassing om burgers te informeren en problemen op lokaal niveau op te sporen).

-Onlinebetaling van belastingen.

-Onlineplanningssysteem — website waarop burgers online kunnen worden gecodeerd bij verschillende APL-desks.

-Informatiekiosken voor openbare diensten.

-Onlineplatform en/of mobiele applicatie om het energieverbruik op buurt- of stadsniveau in kaart te brengen.

-Slim elektriciteitsnet dat kan worden uitgerold in verschillende gebieden van collectieve huisvesting (slim netwerk).

-Automatisering van irrigatiesystemen voor groene ruimte

-„Slimme” sanitaire infrastructuur.

-Realtime monitoring van de stand van de technische en gemeentelijke infrastructuur en het verbruik.

299

Investering 1. Duurzame stedelijke mobiliteit

Doel

Bestuurlijke territoriale eenheden met operationele ontwikkelde/uitgebreide systemen — Intelligente vervoerssystemen en e-ticketing/andere ICT-infrastructuren

 

Aantal

 0

246

KWARTAAL 4

2024

Aantal administratieve territoriale eenheden waarvan de ontwikkelde/uitgebreide systemen operationeel zijn — Intelligente vervoerssystemen en e-ticketing/andere ICT-infrastructuren, in overeenstemming met de vereisten in het kader van mijlpaal 298.

300

Investering 1. Duurzame stedelijke mobiliteit

Doel

Bestuurlijke territoriale eenheden met ontwikkelde/uitgebreide systemen operationeel — Intelligente vervoerssystemen en e-ticketing/andere ICT-infrastructuren)

 

Aantal

 246

491

KWARTAAL 2

2026

Aantal administratieve territoriale eenheden waarvan de ontwikkelde/uitgebreide systemen operationeel zijn — Intelligente vervoerssystemen en e-ticketing/andere ICT-infrastructuren, in overeenstemming met de vereisten in het kader van mijlpaal 298.

301

Investering 1. Duurzame stedelijke mobiliteit

Mijlpaal

Ondertekening van contracten voor de bouw van oplaadpunten voor elektrische voertuigen

Ondertekening van contracten

 

 

 

KWARTAAL 4

2022

In de regeling worden de criteria en voorwaarden vastgesteld waaraan moet worden voldaan voor de financiering van begunstigden die worden geselecteerd via een open en transparante oproep tot het indienen van voorstellen, die onder meer de volgende specificaties omvat:

-Verplichte afstemming van de investeringen op het plan voor duurzame stedelijke mobiliteit/geïntegreerde duurzame ontwikkeling/algemeen stedelijk plan dat is goedgekeurd of in ontwikkeling is;

-Dekking met mobiliteitsdiensten in het functionele en peri-urbane gebied waarborgen. Zorgen voor prioritering en bevordering van het openbaar vervoer in het lokale verkeer door het plannen van preferentiële routes en busbanen op de meest frequente/overbelaste slagaders;

-Het hebben van een openbaredienstcontract met marktdeelnemers overeenkomstig de bepalingen van Verordening (EG) nr. 1370/2007.

Tot 2026 zorgen de provinciesteden (met inbegrip van elke sector in Boekarest) elk voor de ontwikkeling van ten minste 40 oplaadpunten voor elektrische voertuigen die toegankelijk zijn voor het publiek/administratieve territoriale eenheid.

303

Investering 1. Duurzame stedelijke mobiliteit

Doel

Extra aantal oplaadpunten voor elektrische voertuigen

Aantal

0

5 600

KWARTAAL 2

2026

Aantal oplaadpunten voor elektrische voertuigen dat operationeel is.

J.3.    Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor de lening

Hervorming 2: Totstandbrenging van een beleidskader voor duurzame stedelijke transformatie

Het doel van de hervorming is mensen die in stedelijke gebieden wonen, met inbegrip van die van marginale/perifere gemeenschappen, een betere toegang te bieden tot hoogwaardige diensten zoals mobiliteit, huisvesting en andere openbare diensten die op lokaal niveau worden verleend.

In de hervorming wordt het kader vastgesteld waarbinnen stedelijke centra en peri-urbane gebieden moeten coördineren om hun capaciteit te vergroten om hoogwaardige en geïntegreerde diensten te leveren en de levensstandaard van hun burgers te verbeteren. De twee belangrijkste pijlers van de hervorming zijn de wet inzake stedelijke gebieden en het Roemeense kader voor stedelijk beleid. De wet omschrijft functionele stedelijke gebieden en hun belangrijkste verantwoordelijkheden (mobiliteit, huisvesting en ruimtelijke ordening); oprichting van organen voor het aansturen en coördineren van beleidsinitiatieven en investeringen op functioneel stedelijk niveau; hun begrotingscapaciteit waarborgt door middel van transparante en voorspelbare begrotingsbronnen; en maakt gezamenlijke aanbestedingen mogelijk voor de levering van goederen en diensten op functioneel stedelijk niveau. Het kader ondersteunt de oprichting van functionele stedelijke gebieden en omschrijft de exclusieve verantwoordelijkheden op lokaal niveau en de verantwoordelijkheden die met het centrale niveau worden gedeeld.

De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 30 juni 2026 voltooid. De wet inzake stedelijke gebieden en het Roemeense kader voor stedelijk beleid worden respectievelijk uiterlijk op 30 juni 2022 en 31 december 2022 goedgekeurd en in werking getreden.

Hervorming 3: Totstandbrenging van een beleidskader voor een duurzame transformatie van het platteland: oprichting van administratieve consortia in functionele plattelandsgebieden

Het doel van de hervorming is mensen die in plattelandsgebieden wonen, met inbegrip van die van marginale/perifere gemeenschappen, een betere toegang te bieden tot hoogwaardige diensten zoals mobiliteit, huisvesting en andere openbare diensten die op lokaal niveau worden verleend.

De hervorming heeft tot doel beleid en dienstverlening in alle administratieve territoriale eenheden op het platteland te integreren om het welzijn in minder dichtbevolkte gebieden te vergroten 48 . Wijzigingen van het wetboek van bestuur maken met name de oprichting mogelijk van administratieve consortia in functionele plattelandsgebieden die grenzen aan bestuurlijke eenheden op het platteland die economisch en sociaal geïntegreerd zijn en vergelijkbare uitdagingen en kansen voor hun ontwikkeling hebben (zoals nabijheid van gemeenschappelijke natuurlijke hulpbronnen, blootstelling aan dezelfde structurele schokken). In de wijzigingen worden bovendien de functionele gerechtelijke regeling en verantwoordelijkheden voor plattelandsgebieden gedefinieerd; organen oprichten voor het aansturen en coördineren van beleidsinitiatieven en investeringen op het niveau van de functionele plattelandsgebieden; hun begrotingscapaciteit te waarborgen door middel van transparante en voorspelbare begrotingsbronnen; en de volledige digitale integratie mogelijk maken van overheidsdiensten die door de administratieve eenheden worden verleend, met inbegrip van het gebruik van gezamenlijke aanbestedingen voor de levering van goederen en diensten, op het niveau van functionele plattelandsgebieden.

De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 30 juni 2026 voltooid. De wijzigingen van het administratief wetboek die de oprichting van administratieve consortia in functionele plattelandsgebieden mogelijk maken, treden uiterlijk op 31 december 2022 in werking.

Hervorming 4: Verbetering van de kwaliteit van de huisvesting

Het doel van deze hervorming is ernstige woningnood voor kwetsbare categorieën en groepen terug te dringen, met name voor personen in gemarginaliseerde gemeenschappen in stedelijke en plattelandsgebieden.

De hervorming wordt uitgevoerd door de inwerkingtreding van een wetgevingshandeling om de uitvoering van de nationale huisvestingsstrategie en het bijbehorende actieplan te waarborgen, onder meer door gebruik te maken van mechanismen zoals grootstedelijke gebieden en administratieve consortia. Deze documenten gaan ook vergezeld van een inventarisatie van de huisvestingsbehoeften, met name in gemarginaliseerde gemeenschappen en groepen, met inbegrip van informele nederzettingen in stedelijke en plattelandsgebieden. De hervorming zorgt voor complementariteit met de bestaande of toekomstige investeringen in geïntegreerde communautaire centra (d.w.z. het verstrekken van onderwijs, sociale en basisgezondheidszorg) die worden gefinancierd in het kader van het ESF + en het toekomstige cohesiebeleid, en leidt niet tot sociale segregatie.

De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 30 juni 2026 voltooid. De wetgevingshandeling om de uitvoering van de nationale huisvestingsstrategie en het nationale actieplan voor huisvesting te waarborgen, wordt vastgesteld en treedt uiterlijk op 30 juni 2022 in werking.

Hervorming 5: Ontwikkeling van het planningssysteem — Code voor ruimtelijke ordening, stedenbouw en bouw

Het doel van de hervorming is de algemene ruimtelijke ordening te verbeteren door vereenvoudigde en gedigitaliseerde documenten en procedures voor ruimtelijke ordening, een betere toegang tot en transparantie van ruimtelijkeordeningsdocumenten en een groter gebruik van energie-efficiënte en duurzame oplossingen in de bouw.

De hervorming wordt uitgevoerd door de inwerkingtreding van het wetboek ruimtelijke ordening stedelijke planning. Met de code wordt uitvoering gegeven aan de vereenvoudiging en harmonisatie van de wijze waarop ruimtelijke en algemene stedelijke plannen worden gerapporteerd, bijgewerkt en omgezet in de geografische informatiesystemen, alsook aan maatregelen om de energie-efficiëntie te verhogen en de luchtkwaliteit te verbeteren, door middel van bindende bouwnormen in alle bestuurlijke territoriale eenheden en in functionele stedelijke en plattelandsgebieden. De gedragscode bevat ook bepalingen in de geactualiseerde stedenbouwkundige documenten die gericht zijn op een vermindering van de woon-werktijd en -afstand voor de bevolking in functionele stedelijke en plattelandsgebieden. Een nieuw gegevensplatform, als onderdeel van de Territoriale Waarnemingspost, centraliseert gestandaardiseerde en gedigitaliseerde kaarten en strategische documenten die ten grondslag liggen aan het stedenbouwkundig planningsproces en biedt het publiek toegang tot alle plannen, alsook tot de meest recente documenten inzake ruimtelijke ordening en ruimtelijke ordening.

De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 30 juni 2026 voltooid. De code voor ruimtelijke ordening, stadsplanning en bouw treedt uiterlijk op 31 maart 2023 in werking en uiterlijk op 30 juni 2023 is een operationeel gegevensplatform operationeel dat volledige digitale toegang biedt tot documenten inzake ruimtelijke ordening en ruimtelijke ordening, als onderdeel van de territoriale waarnemingspost.

Investering 2 Bouw van huisvesting voor jongeren en voor beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg en het onderwijs

Het doel van deze investering is het verbeteren van de toegang tot hoogwaardige huisvesting voor jongeren in nood en professionals in de gezondheidszorg en het onderwijs die dergelijke diensten verlenen in gemarginaliseerde gemeenschappen en gemarginaliseerde groepen.

De investering bestaat uit de bouw van nieuwe wooneenheden voor jongeren uit kwetsbare gemeenschappen en groepen overeenkomstig de bepalingen van de nationale huisvestingsstrategie en het actieplan en gaat vergezeld van maatregelen ter bevordering van de sociale en economische integratie van de doelgroepen. Huizen worden in gelijke mate gebouwd voor gezondheidswerkers en onderwijsprofessionals in stedelijke en plattelandsgebieden waar gemarginaliseerde gemeenschappen en groepen leven en waar eerder tekorten aan gezondheids- en onderwijsdiensten zijn vastgesteld. De nieuw gebouwde huizen voldoen aan de doelstelling om een primaire energievraag te bereiken die ten minste 20 % lager ligt dan de vereiste bijna-energieneutrale gebouwen overeenkomstig nationale richtsnoeren, hetgeen wordt gewaarborgd door middel van energieprestatiecertificaten.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

Investering 3 Een gematigd herstel van openbare gebouwen om de openbare dienstverlening door bestuurlijke territoriale eenheden te verbeteren

Het doel van deze investering is de verlening van lokale openbare diensten te verbeteren. De investeringen financieren gematigde renovatie van openbare gebouwen op lokaal niveau. Het heeft alleen betrekking op openbare gebouwen in steden en gemeenten die bestemd zijn voor het verlenen van openbare diensten aan burgers (bv. gemeentehuizen, gebouwen voor sociale dienstverlening). De investering bestaat uit de renovatie van 1 015 481 vierkante meter oppervlakte in in aanmerking komende openbare gebouwen. Renovatie zal naar verwachting leiden tot een daling van de vraag naar primaire energie met 30 %, zoals blijkt uit energieprestatiecertificaten.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

Investering 4 Ontwikkeling/actualisering in GIS-formaat van documenten inzake ruimtelijke ordening en stadsplanning

Het doel van deze investering is de digitale toegang tot ruimtelijkeordenings- en stedenbouwkundige documenten te verbeteren.

De investering financiert de ontwikkeling of actualisering van documenten inzake ruimtelijke ordening en stadsplanning, met inbegrip van de plannen voor duurzame stedelijke mobiliteit. Alle documentatie wordt in digitale vorm ontwikkeld in overeenstemming met de code voor ruimtelijke ordening, stedenbouw en bouw en gevalideerd door de nationale ondersteunende instantie. De documentatie wordt geüpload op het platform van de Territoriale Waarnemingspost.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

J.4.    Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor de lening

Volgende NUM.

Gerelateerde maatregel (hervorming of investering)

Mijlpaal/Doelstelling

Naam

Kwalitatieve indicatoren
(voor mijlpalen)

Kwantitatieve indicatoren
(voor streefcijfers)

Indicatieve termijn voor voltooiing

Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling

Eenheid

Basislijn

Doelstelling

Kwartaal

Jaar

307

Hervorming 2. Totstandbrenging van een beleidskader voor duurzame stedelijke transformatie — Roemeens stedelijk beleid

Mijlpaal

Inwerkingtreding van de Wet metropolitane gebieden

Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de Wet metropolitane gebieden

KWARTAAL 2

2022

De Wet metropolitane gebieden:

-criteria vaststellen voor de afbakening van metropolitane gebieden en haar beleidsbevoegdheden, namelijk: mobiliteit, ruimtelijke ordening, stadsontwikkeling, huisvesting en andere openbare diensten die op lokaal niveau worden verleend, waarbij onder meer problemen van marginale/perifere gemeenschappen, met inbegrip van informele nederzettingen, worden aangepakt;

-een coördinerende instantie op te richten op het niveau van het grootstedelijk gebied om de uitvoering van beleid en investeringen in de administratieve territoriale eenheden van het grootstedelijk gebied te sturen en erop toe te zien, met als doel de connectiviteit, de ruimtelijke ordening, de ontwikkeling van groene infrastructuur en de toegang tot werkgelegenheid, gezondheidszorg en onderwijs te verbeteren, ook voor mensen in achterstandsgebieden/periferieën, en om te zorgen voor meer economische kansen voor nederzettingen in peri-urbane gebieden rond stedelijke kern;

-zorgen voor een transparant en voorspelbaar kader (met inbegrip van criteria, methodologie) om de begroting van elk grootstedelijk gebied te vormen, gebaseerd op bijdragen van de administratieve eenheden die deel uitmaken van het functionele stedelijke gebied en, indien nodig, van overdrachten van de centrale overheid via nationale ontwikkelingsprogramma’s, die jaarlijks uit de staatsbegroting worden gefinancierd, op basis van prestatiecriteria die verband houden met de beleidsdoelstellingen die op het niveau van elk grootstedelijk gebied worden nagestreefd, gezamenlijke aanbestedingen mogelijk maken voor de levering van goederen en diensten op het niveau van het functionele gebied.

308

Hervorming 2. Totstandbrenging van een beleidskader voor duurzame stedelijke transformatie

Mijlpaal

Inwerkingtreding van het regeringsbesluit tot vaststelling van het Roemeense kader voor stedelijk beleid

Bepaling in het regeringsbesluit betreffende de inwerkingtreding van het Roemeense kader voor stedelijk beleid

 

 

 

KWARTAAL 4

2022

Het regeringsbesluit:

-de taken en verantwoordelijkheden van overheidsinstanties op nationaal en lokaal niveau vaststellen voor de uitvoering van het Roemeense stadsbeleid

-integratie van de beginselen van duurzame ontwikkeling, onder meer door de toepassing van op de natuur gebaseerde oplossingen, in stedenbouwkundige documenten

-kernprestatie-indicatoren operationeel maken die zijn afgeleid van de prioritaire doelstellingen van het Roemeense stadsbeleid (d.w.z. verbeterde mobiliteit, betere ruimtelijke ordening, betere huisvestingsomstandigheden, lokale openbare diensten voor gemarginaliseerde/perifere gemeenschappen en toegang tot openbaar vervoer)

-vaststelling van een stabiel en voorspelbaar financieringsmechanisme voor de uitvoering van het stedelijk beleid

-lokale samenwerking aanmoedigen door duurzame stadsontwikkelingsprojecten te stimuleren die op het niveau van functionele stedelijke gebieden worden voorgesteld en in overeenstemming zijn met de plannen voor duurzame geïntegreerde stedelijke ontwikkeling.

309

Hervorming 2. Totstandbrenging van een beleidskader voor duurzame stedelijke transformatie

Doel

Verbetering van de levenskwaliteit in stedelijke gebieden

Percentage (%)

30,7 %

40 %

KWARTAAL 2

2026

De doelstelling heeft betrekking op een hogere levenskwaliteit in stedelijke gebieden met 10 procentpunt (d.w.z. een toename van het percentage personen dat positief reageert op de verklaring "Ik ben tevreden om in de stad te wonen: totaal mee eens "), van het eerste kwartaal van 2 2020 (als uitgangswaarde) tot en met het tweede kwartaal van 2 2026, gemeten aan de hand van een methode die vergelijkbaar is met die welke wordt gebruikt voor de enquête over de kwaliteit van het bestaan in Europese steden. De enquête wordt uitgevoerd met behulp van een externe aanbieder.

310

Hervorming 3. Totstandbrenging van een beleidskader voor een duurzame transformatie van het platteland: oprichting van administratieve consortia in functionele plattelandsgebieden

Inwerkingtreding van de wetgevingshandeling tot wijziging van het administratief wetboek en tot oprichting van administratieve consortia in naburige landelijke of overwegend rurale territoriale eenheden, bestaande als functionele plattelandsgebieden.

Bepaling in de wet die de inwerkingtreding van de wetgevingshandeling aangeeft

KWARTAAL 4

2022

Bij de wijzigingen van het administratief wetboek worden administratieve consortia opgericht in functionele plattelandsgebieden (zoals gedefinieerd volgens de methode van de mate van verstedelijking (DEGURBA)) die een zekere mate van economische en sociale integratie vertonen en/of soortgelijke uitdagingen en kansen voor hun ontwikkeling aangaan (bv. nabijheid van gemeenschappelijke natuurlijke hulpbronnen, blootstelling aan dezelfde structurele schokken).

De wetswijzigingen:

-Vaststellen van de juridische regeling en de verantwoordelijkheden van de administratieve consortia die zijn opgericht op basis van een functionele aanpak op het platteland, met het oog op de verbetering van de efficiëntie van de openbare sociale, onderwijs- en gezondheidsdiensten en de ondersteuning van zelfstandigen in de landbouw (zoals toegang tot markten en meer samenwerking), en de doeltreffendheid van de uitvoering van investeringen, die moeten leiden tot een verbetering van de territoriale cohesie, de integratie van plattelandsgebieden en de duurzame kapitalisatie van natuurlijk en cultureel erfgoed.

-Een met elk administratief consortium overeenkomend orgaan oprichten dat specifieke activiteiten voor meer lokale overheden uitvoert en bijdraagt tot de verwezenlijking van de strategische doelstellingen van de betrokken overheidsinstanties. De instantie beheert de volgende soorten openbare diensten: ruimtelijke ordening en stadsplanning; openbare aanbestedingen; investeringen en beleggingen; het beheer van het publieke en private domein; op financieel en boekhoudkundig gebied; juridisch; sociale bijstand; landbouwregister; burgerlijke stand; kadaster.

-Zorgen voor een transparante en voorspelbare begroting, bestaande uit bijdragen van de administratieve eenheden die de administratieve consortia vormen en overdrachten van de centrale overheid op basis van transparante prestatiecriteria in verband met de beleidsdoelstellingen op het niveau van het functionele plattelandsgebied

-De volledige digitale integratie mogelijk maken van de openbare diensten die door de administratieve eenheden van de consortia worden verleend met het oog op het leveren van openbare diensten binnen een kortere termijn voor burgers en ondernemers, onder meer door middel van gezamenlijke aanbestedingen voor de levering van goederen en diensten, op het niveau van functionele plattelandsgebieden.

311

Hervorming 3. Totstandbrenging van een beleidskader voor een duurzame transformatie van het platteland: oprichting van administratieve consortia in functionele plattelandsgebieden

Doel

Vermindering van armoede en sociale uitsluiting in plattelandsgebieden

Percentage

45,4 %

38 %

KWARTAAL 2

2026

Vermindering van het percentage armoede en sociale uitsluiting in plattelandsgebieden met ten minste 7,4 procentpunten, volgens de EUROSTAT-indicator (ILC_PEPS13), op basis van basiscijfer 2020 van 45,4 %;

312

Hervorming 4. Verbetering van de kwaliteit van de huisvesting

Mijlpaal

Inwerkingtreding van een wetgevingshandeling voor de uitvoering van de nationale huisvestingsstrategie en het actieplan ter bestrijding van ernstige woningnood

Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de wetgevingshandeling voor de uitvoering van de nationale huisvestingsstrategie en het actieplan ter bestrijding van ernstige woningnood

 

 

 

KWARTAAL 2

2022

De wetgevingshandeling waarborgt de uitvoering van de nationale huisvestingsstrategie en het nationale actieplan voor huisvesting met het oog op de verbetering van de kwaliteit van huisvesting voor kwetsbare categorieën en groepen die ernstige woningnood verminderen, met name voor personen in gemarginaliseerde gemeenschappen in stedelijke en plattelandsgebieden.

De strategie en het actieplan moeten:

-vergezeld gaan van een inventarisatie van de huisvestingsbehoeften, met name in gemarginaliseerde gemeenschappen en groepen, met inbegrip van informele nederzettingen, in stedelijke en plattelandsgebieden (volgens de bijgewerkte versie van de atlas van gemarginaliseerde gemeenschappen);

-zorgen voor een aanpak die zorgt voor complementariteit/afstemming op de bestaande of toekomstige investeringen in geïntegreerde communautaire centra (d.w.z. het verstrekken van onderwijs, sociale en basisgezondheidszorg) die worden gefinancierd uit het ESF + en de toekomstige fondsen voor het cohesiebeleid.

-zorgen voor aanvullende toegang tot onderwijs en gezondheidszorg in gemarginaliseerde gemeenschappen (zoals aangegeven in de bijgewerkte versie van de atlas van gemarginaliseerde gemeenschappen)

-niet leiden tot sociale segregatie

-zorgen voor de mogelijkheid om voor de uitvoering van de investeringen gebruik te maken van metropolitane gebieden, administratieve consortia en verenigingen voor ontwikkeling tussen gemeenschappen.

313

Hervorming 4. Verbetering van de kwaliteit van de huisvesting

Doel

Verminderd percentage overbezette woningen

Percentage

45,1 %

39 %

KWARTAAL 2

2026

Vermindering van het percentage overbezette woningen met 6,1 procentpunten volgens de Eurostat-indicator (ILC_LVHO05A), op basis van een uitgangscijfer van 45,1 % in 2020.

314

Hervorming 4. Verbetering van de kwaliteit van de huisvesting

Doel

Verminderd percentage van de bevolking dat in informele nederzettingen woont

Percentage

0

20 %

KWARTAAL 2

2026

De doelstelling is erop gericht het aandeel van de bevolking dat in informele nederzettingen in functionele stedelijke gebieden woont, te verminderen en hun integratie in de gemeenschappen te verbeteren. Het aantal personen dat in informele nederzettingen woont met een arm of gebrek aan huisvestingsfaciliteiten, wordt vastgesteld aan de hand van het in kaart brengen van het aantal personen dat is ontwikkeld overeenkomstig de wet inzake ruimtelijke ordening en stadsplanning.

315

Hervorming 5. Ontwikkeling van het planningssysteem — Code voor ruimtelijke ordening, stedenbouw en bouw

Mijlpaal

Inwerkingtreding van het Wetboek van Ruimtelijke Ordening, Ruimtelijke Ordening en Bouw

Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van het Wetboek van Ruimtelijke Ordening, Ruimtelijke Ordening en Bouw

 

 

 

KWARTAAL 1

2023

De code voor ruimtelijke ordening, stadsplanning en bouw voorziet onder meer in de uitvoering van:

-vermindering van de administratieve lasten, verkorting van de termijnen voor het uitvaardigen van administratieve handelingen en invoering van nieuwe mechanismen om te zorgen voor efficiëntere, gedigitaliseerde en kwalitatief hoogwaardigere administratieve processen in de bouw, met inbegrip van planningsstructuren op het niveau van functionele stedelijke gebieden

-de actualisering en omzetting in de geografische informatiesystemen (GIS) van alle ruimtelijke en algemene stedelijke plannen en de afstemming op de nieuwe beginselen van het Roemeense stadsbeleid (bevordering van duurzaam vervoer en verbetering van de verkeersveiligheid, gebruik van op de natuur gebaseerde oplossingen/groene en blauwe infrastructuur), ook op het niveau van functionele stedelijke en plattelandsgebieden;

-maatregelen om de energie-efficiëntie te verhogen en de luchtkwaliteit te verbeteren door middel van bindende bouwnormen in alle bestuurlijke territoriale eenheden en functionele stedelijke en plattelandsgebieden

-Concrete bepalingen in de geactualiseerde stedenbouwkundige documenten die gericht zijn op een vermindering van de woon-werktijd en -afstand voor de bevolking in functionele stedelijke en plattelandsgebieden (uitvoering van het concept „15-minutenstad”, d.w.z.: nadruk op een betere toegang tot relevante faciliteiten).

Opstelling en goedkeuring van een leidraad/handleiding om de uitvoering van de nieuwe bepalingen van de gedragscode te vergemakkelijken.

316

Hervorming 5. Ontwikkeling van het planningssysteem — Code voor ruimtelijke ordening, stedenbouw en bouw

Mijlpaal

Ingebruikneming van het interoperabele stedelijke digitale gegevensplatform (als onderdeel van de territoriale waarnemingspost)

Ingebruikneming van het digitale platform (als onderdeel van de territoriale waarnemingspost)

 

 

 

KWARTAAL 2

2023

Als onderdeel van de territoriale waarnemingspost wordt een gestandaardiseerd gegevensplatform operationeel dat het mogelijk maakt:

-Toegang van het publiek tot de meest recente documenten inzake ruimtelijke ordening en ruimtelijke ordening die betrekking hebben op alle territoriale bestuurlijke eenheden in het land

-de mogelijkheid voor lokale overheden om stedenbouwkundige certificaten, bouwvergunningen af te geven op interoperabele wijze met alle relevante databanken van overheidsinstanties (bv. belastingdienst) en gebruik te maken van de infrastructuur die beschikbaar is voor de Government Cloud

-verstrekking van realtimegegevens (zoals gegevens over stedelijke regelgeving, alle beperkingen en toegestaan gebruik van grond) aan alle belanghebbende partijen, met inbegrip van het grote publiek, om de transparantie van de afgifte van planningscertificaten en bouwvergunningen te waarborgen

-dynamisch beheer van stadsplanning (voortdurende actualisering van de gegevens, rekening houdend met de aangebrachte wijzigingen — bijvoorbeeld wijzigingen van de indicatoren van het algemeen stedelijk plan door zonale stedelijke plannen) waardoor bestuurlijke eenheden, ook in functionele stedelijke en landelijke gebieden, de uitvoering van beleid op het gebied van energie, milieu, huisvesting en vervoer op lokaal niveau kunnen coördineren.

317

Investering 2. Bouw van huisvesting voor jongeren en voor beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg en het onderwijs

Mijlpaal

Ondertekening van alle financieringscontracten voor het bouwen van huisvesting voor jongeren uit kwetsbare gemeenschappen en groepen, en voor gezondheidswerkers en onderwijsprofessionals in stedelijke of plattelandsgebieden

Ondertekening van contracten

 

 

 

KWARTAAL 4

2022

Het subsidiesysteem wordt opgesteld op basis van de bepalingen van de nationale huisvestingsstrategie en het actieplan, afgestemd op de specificaties van mijlpaal 312.

De financieringsregeling staat open voor alle administratieve territoriale eenheden/grootstedelijke gebieden/administratieve consortia en voldoet aan de volgende verplichte specificaties:

A)De huisvesting voor jongeren wordt toegekend aan administratieve territoriale eenheden/administratieve consortia/grootstedelijke gebieden op basis van een geïntegreerd actieplan ter verbetering van de levensomstandigheden van jongeren in kwetsbare gemeenschappen en groepen en hun huishouden, met inbegrip van maatregelen ter bevordering van de sociale en economische integratie van de doelgroepen. De begunstigde jongeren moeten cumulatief voldoen aan de voorwaarde dat zij afkomstig moeten zijn uit een kwetsbare gemeenschap/groep tussen 18 en 35 jaar oud, met een inkomen per gezinslid dat lager is dan het gemiddelde maandloon per economie, geen huis bezitten/geen huis bezitten dat momenteel in overvolle/slechte huisvestingsomstandigheden leeft. De criteria zouden ook in aanmerking worden genomen als de jongeren een of meer kinderen in hun huishouden hebben.

B)De huisvestingseenheden voor medisch en onderwijzend personeel worden toegekend aan administratieve territoriale eenheden/administratieve consortia/grootstedelijke gebieden op basis van een geïntegreerd actieplan ter verbetering van de medische en onderwijsdiensten voor kwetsbare gemeenschappen en groepen, zoals vastgesteld bij het in kaart brengen van de behoeften, met name in gemarginaliseerde gemeenschappen en groepen. De investering moet ook worden gedaan in samenhang met de investeringen in onderwijs, gezondheidszorg (bv. ontwikkeling van medische preziekenhuisinfrastructuur om de toegang tot medische basisdiensten te verbeteren) en de renovatiegolf-componenten van het nationale plan voor herstel en veerkracht, alsook met investering 3 van de huidige component (matige renovatie van openbare gebouwen), met de operationele programma’s (2014-2020 en 2021-2027) of andere programma’s.

318

Investering 2. Bouw van huisvesting voor jongeren en voor beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg en het onderwijs

Doel

Wooneenheden gebouwd voor jongeren uit kwetsbare gemeenschappen/groepen

 

Aantal

0

3 490

KWARTAAL 2

2026

Aantal wooneenheden voor jongeren uit kwetsbare gemeenschappen/groepen, ondersteund door aanvullende maatregelen zoals sociale/educatieve/arbeidsmarktmaatregelen voor alle eerder geïdentificeerde jongeren, in overeenstemming met de vereisten van mijlpaal 317.

Nieuwe gebouwen moeten voldoen aan de doelstelling om een primaire energievraag (PED) te bereiken die ten minste 20 % lager ligt dan de vereiste bijna-energieneutrale gebouwen overeenkomstig nationale richtsnoeren, hetgeen wordt gewaarborgd door middel van energieprestatiecertificaten.

319

Investering 2. Bouw van huisvesting voor jongeren en voor beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg en het onderwijs

Doel

Wooneenheden gebouwd voor beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg en het onderwijs

 

Aantal

0

873

KWARTAAL 2

2026

Aantal wooneenheden dat is gebouwd voor professionals in de gezondheidszorg en het onderwijs, in steden of plattelandsgebieden waar de toegang tot onderwijs en gezondheidszorg onvoldoende is vanwege een gebrek aan professionals, zoals vastgesteld in mijlpaal 317.

Nieuwe gebouwen moeten voldoen aan de doelstelling om een primaire energievraag (PED) te bereiken die ten minste 20 % lager ligt dan de vereiste bijna-energieneutrale gebouwen overeenkomstig nationale richtsnoeren, hetgeen wordt gewaarborgd door middel van energieprestatiecertificaten.

320

Investering 3. Gematigd herstel van openbare gebouwen ter verbetering van de openbare dienstverlening door bestuurlijke territoriale eenheden

Mijlpaal

Ondertekening van contracten

voor de matige renovatie van openbare gebouwen

Ondertekening van contracten

 

 

 

KWARTAAL 4

2022

In de regeling worden de criteria en voorwaarden vastgesteld waaraan moet worden voldaan voor de matige renovatie van openbare gebouwen, die onder meer de volgende voorwaarden omvatten:

-Alleen steden en gemeenten komen in aanmerking

-Alleen openbare gebouwen die tot doel hebben lokale openbare diensten te verlenen (bv. gemeentehuizen, gebouwen voor sociale diensten) komen in aanmerking.

-Matige retrofitprojecten leiden tot een vermindering van de vraag naar primaire energie met 30 %, hetgeen moet worden aangetoond aan de hand van energieprestatiecertificaten.

Bij investeringen voor de matige renovatie van openbare gebouwen mogen de niet-energie-efficiënte systeemkosten niet meer bedragen dan 10 % van de totale kosten.

322

Investering 3. Gematigd herstel van openbare gebouwen ter verbetering van de openbare dienstverlening door bestuurlijke territoriale eenheden

Doel

Oppervlakte in vierkante meter van gerenoveerde openbare gebouwen

 

Aantal m²

0

1 015 481

KWARTAAL 2

2026

De doelstelling heeft betrekking op de totale bebouwde oppervlakte die gematigd moet worden gerenoveerd, uitgedrukt in vierkante meter, hetgeen blijkt uit een vermindering van de vraag naar primaire energie met 30 % door middel van energieprestatiecertificaten.

323

Investering 4. Ontwikkeling/actualisering in GIS-formaat van documenten inzake ruimtelijke ordening en stadsplanning

Mijlpaal

Ondertekening van contracten voor de ontwikkeling/actualisering van documentatie inzake ruimtelijke ordening, stadsplanning en plannen voor duurzame stedelijke mobiliteit.

Ondertekening van contracten

 

 

 

KWARTAAL 4

2022

In de regeling worden de criteria en voorwaarden vastgesteld waaraan moet worden voldaan voor de financiering van de ontwikkeling/actualisering van plannen voor ruimtelijke ordening, stadsplanning en duurzame stedelijke mobiliteit.

De opstelling/bijwerking van de documentatie wordt in digitaal formaat ontwikkeld overeenkomstig de bepalingen van mijlpaal 288 en mijlpaal 315. Het SUMP wordt goedgekeurd door de nationale groep voor de optimalisering van SUMP, die is opgericht overeenkomstig de bepalingen van stap 289, en de documentatie inzake ruimtelijke en stedelijke planning wordt geüpload naar de Territoriale Waarnemingspost. De integratie met het in mijlpaal 316 beschreven digitale platform moet worden gewaarborgd.

325

Investering 4. Ontwikkeling/actualisering in GIS-formaat van documenten inzake ruimtelijke ordening en stadsplanning

Doel

Ruimtelijke ordening, stadsplanning en plannen voor duurzame stedelijke mobiliteit afgerond en overgenomen in het platform van de Territoriale Waarnemingspost

 

Aantal

 0

298

KWARTAAL 2

2026

Ten minste 298 plannen voor ruimtelijke ordening, stadsplanning en stedelijke mobiliteit worden digitaal ontwikkeld en goedgekeurd.

Er zullen 206 algemene stedenbouwkundige documenten worden opgesteld (142 voor gemeenten, 39 voor steden, 17 voor steden en 8 voor provinciale vestigingssteden (met inbegrip van Boekarest); 4 territoriale ruimtelijke ordening voor provincies; 1 documentatie territoriale zonale planning; Documentatie van 47 zonale stedelijke plannen; en 40 plannen voor duurzame stedelijke mobiliteit. Alle documentatie wordt gepubliceerd op het platform van de Territoriale Waarnemingspost.

De investering wordt uitgevoerd in overeenstemming met de vereisten van mijlpaal 323.

K.ONDERDEEL 11: Toerisme en cultuur

Het onderdeel Toerisme en Cultuur heeft tot doel de sociale, economische en territoriale samenhang te vergroten en nieuwe banen te scheppen, met name in plattelandsgebieden, namelijk:

(1)het bevorderen van een duurzame sociaal-economische transformatie in plattelandsgebieden en achtergestelde gebieden door de ontwikkeling van een netwerk van regionale organisaties voor bestemmingsmanagement en het ondersteunen van investeringen in lokaal toerisme;

(2)ondersteuning van duurzame mobiliteit door het opzetten van een nationaal Velo-netwerk, met inbegrip van Eurovelo-routes; en het

(3)verkleining van de kloof in de toegang tot cultuur tussen landelijke en grote stedelijke gebieden.

De hervormingen en investeringen dragen bij tot de uitvoering van de landspecifieke aanbevelingen die Roemenië in 2019 en 2020 heeft ontvangen over de noodzaak om „de investeringen toe te spitsen op de groene en digitale transitie, met name op duurzaam vervoer en infrastructuur voor digitale diensten” (landspecifieke aanbevelingen 3 en 2020), waarbij „rekening wordt gehouden met regionale verschillen” (landspecifieke aanbevelingen 4, 2019).

Verwacht wordt dat geen enkele maatregel in deze component ernstig afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregelen en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01).

K.1.    Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor de lening

Hervorming 1. Operationalisering van organisaties voor bestemmingsmanagement (DMO’s)

Het doel van deze hervorming is het concurrentievermogen van de Roemeense toeristische sector te vergroten en duurzame sociaal-economische transformatie in plattelandsgebieden en achtergestelde gebieden te bevorderen door het noodzakelijke kader vast te stellen voor de operationalisering van organisaties voor bestemmingsmanagement.

De uitvoering van deze hervorming bestaat uit de vaststelling van een wetgevingskader dat nodig is voor de werking van de organisaties voor bestemmingsmanagement en de ontwikkeling van een actieplan voor de valorisatie van cultureel erfgoed om het concurrentievermogen van de Roemeense toeristische sector te vergroten.

De oprichting en operationalisering van organisaties voor bestemmingsmanagement is gebaseerd op de aanbevelingen van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) die zijn opgenomen in de studie „Operationalisation of Destination Management Organisations”.

Het wetgevingskader dat nodig is voor de werking van de organisaties voor bestemmingsmanagement omvat ook een gedetailleerde beschrijving van het financieringsmechanisme en een duidelijk governancemodel. Het actieplan wordt uitgevoerd in overeenstemming met de reeks maatregelen die worden voorgesteld in de ontwikkelingsstrategie van de organisatie voor bestemmingsmanagement en is in overeenstemming met de resultaten van de karteringsactiviteit.

De organisatie voor bestemmingsmanagement is een rechtspersoon die het toeristisch ontwikkelingsbeleid voor elke specifieke bestemming uitvoert, met inbegrip van het marketingbeleid van bestemming, in overeenstemming met de geldende wettelijke bepalingen, en waarin een aantal andere organisaties wordt samengebracht, zoals: ondernemers, overheidsinstellingen, beroeps- en werkgeversorganisaties en toezichthoudende instanties. De regionale organisaties voor bestemmingsmanagement vormen een doeltreffend netwerk dat gericht is op lokale concurrentievoordelen en werken samen met de nationale toeristische autoriteit.

De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 31 december 2023 voltooid.

Investering 1. Bevordering van de toeristische/culturele routes in 12

Het doel van deze investering is de aantrekkelijkheid van geselecteerde toeristische bestemmingen te vergroten door de ontwikkeling van 12 thematische toeristische routes in achtergestelde plattelandsgebieden in Roemenië en het scheppen van nieuwe banen in de toeristische sector.

De uitvoering van deze investering omvat financiële steun voor de bevordering van de 12 toeristische routes en de modernisering/renovatie van toeristische locaties met nationale en internationale gevolgen die deel uitmaken van de 12 routes die in de optimale bestemmingsgebieden zijn aangewezen. De 12 thematische routes zijn: Kastelen, Curia, „Cula” -route, de route van de traditionele Roemeense gastronomie, route van verrijkte kerken, houten kerken, de route van de kloosters in Moldavië, de route van Saint Ladislau, de route van het Romeinse castrum, de Fortress route, het herstel van het culturele landschap in de Donaudelta, de route van dorpen met traditionele architectuur. 

De specifieke toeristische locaties zijn ten minste 225 en worden geselecteerd na het in kaart brengen van de optimale bestemmingen voor elke organisatie voor bestemmingsbeheer, op basis van hun vermogen om internationale en nationale toeristen aan te trekken en een duurzame/milieuvriendelijke sociaal-economische transformatie in plattelands- en achterstandsgebieden te bevorderen.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

Investering 2. Modernisering/oprichting van musea en gedenktekens

Het doel van deze investering is het bevorderen van cultureel toerisme door de ontwikkeling van musea en gedenktekens voor onderdrukking en conflicten.

De uitvoering van deze investering omvat de modernisering en oprichting van de volgende musea en gedenkplaatsen: Nationaal Museum voor de Joodse geschiedenis en holocaust (Boekarest), herdenkingsmuseum van de revolutie van 89 (Timișoara), herdenking van de slachtoffers (Sighet), De gevangenis van stilte (Râmnicu Sărat), herdenking van gedwongen ontheemding van mensen en overindustrialisering (Satu Mare), Museum van verschrikkingen van het communisme (Sfântu Gheorghe), The Historical Gallery of Transylvania, River of robs — The Victims Gorge (Aiud).

Nieuwe gebouwen moeten voldoen aan de doelstelling om een primaire energievraag te bereiken die ten minste 20 % lager is dan de eis inzake bijna-energieneutrale gebouwen (BENG) overeenkomstig nationale richtsnoeren, die wordt gewaarborgd door middel van energieprestatiecertificaten.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

Hervorming 2. Kader voor de operationalisering van fietsroutes op nationaal niveau

Het doel van deze hervorming is bij te dragen tot de economische ontwikkeling van kleine steden en plattelandsgebieden door de vaststelling van een wetgevings-, institutioneel en investeringskader voor fietsroutes en duurzame vormen van toerisme.

De uitvoering van deze hervorming bestaat uit een hervorming van de regelgeving om de relevante entiteiten vast te stellen, de criteria voor fietsroutes en de stimulansen om fietstoerisme te bevorderen.

De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 31 maart 2022 voltooid.

Investering 3. Oprichting en operationalisering van het nationaal coördinatiecentrum van Velo

Het doel van deze investering is bij te dragen tot duurzame mobiliteit door fietsen te bevorderen via een nieuw nationaal coördinatiecentrum van Velo.

De uitvoering van deze investering omvat een studie naar fietstoerisme op nationaal niveau die de basis zal vormen voor de digitalisering van Velo-banen en -routes en de ontwikkeling van een nationaal eVelo-platform met een geïntegreerde digitale toepassing voor alle routes voor fietstoerisme en een speciale website.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 september 2022 zijn voltooid.

Investering 4. Invoering van 2 404 km fietsroutes

Het doel van deze investering is de ontwikkeling van duurzaam vervoer door de ontwikkeling van infrastructuur voor fietsroutes.

De uitvoering van deze investering omvat de ontwikkeling van 2 404 km nieuwe nationale fietsroutes door Roemenië. De ligging van de routes is prioritair langs de belangrijkste toeristische routes.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

Hervorming 3. Hervorming van het financieringssysteem voor de culturele sector

Het doel van deze hervorming is een stabiel, voorspelbaar en duurzaam juridisch en administratief kader op lange termijn tot stand te brengen voor de niet-openbare (particuliere/onafhankelijke) culturele sector en cultuurwerkers door instrumenten voor gegevensverzameling voor toekomstig overheidsbeleid te creëren en een proces op gang te brengen dat bijdraagt tot de sociaal-educatieve en culturele ontwikkeling van kleine plattelands- en stedelijke gebieden.

De uitvoering van deze hervorming bestaat uit de inwerkingtreding van wetgeving inzake het financieringssysteem voor culturele projecten en de ondersteuning van werknemers in de culturele sector.

De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 31 maart 2023 voltooid.

Investering 5. Verbetering van de toegang tot cultuur in cultureel achtergestelde gebieden

Het doel van deze investering is de toegang tot cultuur in cultureel achtergestelde gemeenten te verbeteren.

De uitvoering van deze investering omvat een proeffinancieringsprogramma in partnerschap met de lokale autoriteiten ter ondersteuning van op lokaal niveau uitgevoerde jaarlijkse of meerjarige culturele programma’s en een proefprogramma voor de financiering van culturele onderwijsprojecten, waarvan de begunstigden onderwijsinstellingen in plattelandsgebieden en kleine steden zijn.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2024 zijn voltooid.

Investering 6. Ontwikkeling van een digitaal systeem voor culturele financieringsprocessen

Het doel van deze investering is de ontwikkeling van een digitaal systeem voor de toekenning van overheidsfinanciering in de culturele sectoren.

De uitvoering van deze investering omvat de ontwikkeling van een digitaal systeem dat de toegang tot financiering voor nationale culturele actoren vergemakkelijkt door vereenvoudigde en gedigitaliseerde toepassingen; registreert alle reeds toegekende openbare culturele subsidies om dubbele financiering te voorkomen en verzamelt gegevens over culturele uitgaven op gemeentelijk niveau om een empirisch onderbouwde beslissing op het gebied van cultuurbeleid mogelijk te maken en tegelijkertijd transparante toegang te bieden tot niet-vertrouwelijke informatie over culturele projecten.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2024 zijn voltooid.

Investering 7. Versnelling van de digitalisering van filmproductie en -distributie

Het doel van deze investering is de capaciteit van micro-, kleine en middelgrote ondernemingen op het gebied van filmproductie te versterken en de digitale transitie van filmproducenten en -distributeurs in Roemenië te versnellen door de digitale productie-, distributie-, marketing- en promotiecapaciteit te vergroten, met inbegrip van technologieën voor digitale archivering.

De uitvoering van deze investering omvat de ontwikkeling van inhoud en de toename van de zakelijke capaciteit van filmproducenten en -distributeurs, waarbij projectfinanciering en financiering van de entiteit worden gecombineerd.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 maart 2025 zijn voltooid.

K.2.    Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor de lening

Volgende NUM.

Gerelateerde maatregel (hervorming of investering)

Mijlpaal/Doelstelling

Naam

Kwalitatieve indicatoren
(voor mijlpalen)

Kwantitatieve indicatoren
(voor streefcijfers)

Indicatieve termijn voor voltooiing

Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling

Eenheid

Basislijn

Doelstelling

Kwartaal

Jaar

326

Hervorming 1. Operationalisering van organisaties voor bestemmingsmanagement (DMO’s)

Mijlpaal

Alle optimale bestemmingsgebieden voor regionale organisaties voor bestemmingsmanagement (DMO’s) in Roemenië in kaart gebracht

Alle optimale bestemmingsgebieden voor regionale organisaties voor bestemmingsmanagement in Roemenië gepubliceerd

KWARTAAL 1

2022

De optimale bestemmingsgebieden worden vastgesteld door de organisaties voor bestemmingsmanagement op basis van de volgende criteria:

— hun vermogen om internationale toeristen aan te trekken

— bevordering van een sociaal-economische duurzame/milieuvriendelijke transformatie in plattelandsgebieden en achtergestelde gebieden, in aanvulling op de component van het lokale fonds (bv. met betrekking tot de functionele plattelandsgebieden);

— potentieel voor het scheppen van nieuwe banen.

327

Hervorming 1.

Operationalisering van organisaties voor bestemmingsmanagement (DMO’s)

Mijlpaal

Actieplan voor het gebruik van cultureel erfgoed om het concurrentievermogen van de Roemeense toeristische sector te vergroten

Goedkeuring van het actieplan voor het gebruik van cultureel erfgoed om het concurrentievermogen van de Roemeense toeristische sector te vergroten

KWARTAAL 1

2022

Het actieplan moet in overeenstemming zijn met meerdere toeristische pakketten van de DMO. Het actieplan bestrijkt de periode 2022-2026 en omvat specifieke jaarlijkse en meerjarige doelstellingen en de volgende hoofdacties: de vaststelling van de soorten locaties, met een nationaal en internationaal effect, die zullen worden gebruikt voor de bevordering van het toerisme in Roemenië en bijdragen tot de bevordering van sociaal-economische, duurzame/milieuvriendelijke transformatie in plattelands- en achterstandsgebieden; en b) het vaststellen van de culturele routes die het resultaat zijn van de inventarisatie. Het bevat ook een gedetailleerde beschrijving van de belangrijkste actoren, hun taken en verantwoordelijkheden en de verwachte resultaten.

328

Hervorming 1. Operationalisering van organisaties voor bestemmingsmanagement (DMO’s)

Mijlpaal

Inwerkingtreding van het wetgevingskader door middel van een noodverordening van de regering die een duidelijke beschrijving bevat van het financieringsmechanisme ter ondersteuning van de ontwikkeling van het netwerk van organisaties voor bestemmingsmanagement en een duidelijk governancemodel

Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de wet inzake de oprichting van organisaties voor bestemmingsmanagement

KWARTAAL 3

2022

De wetgeving bevat een duidelijke beschrijving van het financieringsmechanisme ter ondersteuning van de ontwikkeling van het netwerk van regionale en lokale organisaties voor bestemmingsmanagement en een solide governancemodel.

De belangrijkste elementen van het rechtskader zijn:

-Doel van de wetgeving, definitie van organisaties voor bestemmingsmanagement op verschillende territoriale niveaus en thematische organisaties voor bestemmingsmanagement;

-Identificatie van de leden;

-Minimumcriteria waaraan een bestemming moet voldoen om in aanmerking te komen voor de oprichting van een DMO ter aanduiding van de bestemming;

-Organisatievorm — de DMO heeft een algemene vergadering, een raad van bestuur en het personeel dat het uitvoerende deel vertegenwoordigt. Organisaties voor bestemmingsmanagement worden geregistreerd volgens statutaire bepalingen, beschikken over een strategie en een actieplan en beschikken over de middelen om de strategie uit te voeren. Wat de leden betreft, moet de DMO een orgaan zijn dat de marktdeelnemers op het gebied van toerisme op de bestemming vertegenwoordigt, van de toeristische verenigingen en andere relevante belanghebbenden en lokale of provinciale overheden.

-Beschrijving van de bevoegdheden van de raad van bestuur en de algemene vergadering;

-Stemsysteem en besluitvormingsproces;

-Financieringsmechanisme;

-Doelstellingen van organisaties voor bestemmingsmanagement en monitoring van resultaten met specifieke verantwoordelijkheden.

Bij de oprichting van een DMO wordt rekening gehouden met geografische eenheden (districten, gemeenten) met als doel het lokale of regionale toerisme te bevorderen.

329

Hervorming 1. Operationalisering van organisaties voor bestemmingsmanagement (DMO’s)

Doel

Gevestigde organisaties voor bestemmingsmanagement

Aantal

0

8

KWARTAAL 4

2023

8 organisaties voor bestemmingsbeheer worden opgericht door de regering (in overeenstemming met mijlpaal 328), met inbegrip van alle relevante entiteiten die actief zijn op het gebied van toerisme en cultuur in een specifiek gebied, en worden beheerd door het uitvoerend comité van de DMO. De verantwoordelijkheid voor de resultaten van de organisaties voor bestemmingsmanagement wordt gedeeld door het ministerie van Economie, Ondernemerschap en Toerisme en het uitvoerend comité van organisaties voor bestemmingsmanagement.

De oprichting en operationalisering van organisaties voor bestemmingsmanagement is gebaseerd op de aanbevelingen van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) die zijn opgenomen in de studie „Operationalisation of Destination Management Organisations”.

330

Hervorming 1. Operationalisering van organisaties voor bestemmingsmanagement (DMO’s)

Doel

Toegenomen aandeel buitenlandse toeristen aangetrokken in de districten die deel uitmaken van de regionale organisaties voor bestemmingsmanagement

Percentage (%)

0

5 %

KWARTAAL 1

2026

Het aantal buitenlandse toeristen zal eind 2025 met ten minste 5 % toenemen ten opzichte van 2019 in de districten die deel uitmaken van de regionale organisaties voor bestemmingsmanagement, op basis van officiële gegevens van het Nationaal Instituut voor Statistiek en gegevens die zijn verzameld door het ministerie van Economie, Ondernemerschap en Toerisme.

331

Investering 1. Bevordering van de toeristische/culturele routes in 12

Doel

Locaties die deel uitmaken van de culturele routes

Aantal

0

225

KWARTAAL 1

2022

Ten minste 225 locaties worden opgenomen in de culturele routes en worden gekozen op basis van het in kaart brengen en voornamelijk in landelijke en achtergestelde gebieden om toeristen aan te trekken en nieuwe werkplekken in de toeristische sector te creëren.

De „sites” zijn de toeristische attractiepunten (zoals kastelen, vesten, kloosters, traditionele huizen) die deel uitmaken van de 12 culturele routes en die worden gekozen door een comité en gebaseerd zijn op een raadplegingsproces.

De minimale selectiecriteria zijn: territoriale, economische en sociale criteria, met inbegrip van groei en werkgelegenheid, gericht op minder ontwikkelde regio’s; b) het vermogen van het project om een impact te hebben op de aantrekkelijkheid van het toerisme en de toename van de culturele participatie, het unieke karakter op nationaal niveau, comparatief en concurrentievoordeel; c) opname van locaties die verband houden met het thema van de routes die eerder werden gefinancierd in het kader van het regionale operationele programma en het nationale programma voor plattelandsontwikkeling; d) opname van sites op de werelderfgoedlijst van Unesco of op de tijdelijke of indicatieve lijst, e) opname van locaties in de categorie historische gebouwen die niet als historische monumenten worden beschouwd.

Alleen de locaties die momenteel toeristen toegang bieden, worden opgenomen in de culturele routes.

332

Investering 1. Bevordering van de toeristische/culturele routes in 12

Mijlpaal

Ondertekening van de contracten voor de promotie van de 12 routes

Ondertekening van contracten

KWARTAAL 3

2022

Ondertekening van contracten voor de ontwikkeling van het toerisme op elke culturele route. De volgende activiteiten worden opgenomen:

Digitalisering van de locaties die deel uitmaken van de route

— Een app aanmaken voor bezoekers

— Markering en signalering van de route/locaties die deel uitmaken van de route;

— Een gezamenlijk cultureel aanbod creëren

333

Investering 1. Bevordering van de toeristische/culturele routes in 12

Mijlpaal

Opening van de 12 culturele routes

Openstelling van de 12 culturele routes die toegankelijk zijn voor toeristen.

KWARTAAL 1

2024

De locaties worden opengesteld voor het publiek en de routes worden functioneel overeenkomstig de contracten in stap 331. De locaties waar de restauratiewerkzaamheden moeten worden uitgevoerd, zijn slechts gedeeltelijk open totdat de restauratie is voltooid.

334

Investering 1. Bevordering van de toeristische/culturele routes in 12

Mijlpaal

Ondertekening van de contracten voor de restauratie- en renovatiewerkzaamheden voor de locaties die deel uitmaken van de 12 culturele routes

Ondertekening van contracten

 

 

 

KWARTAAL 2

2026

Ondertekening van de financieringscontracten voor de renovatie van de gebouwen (kastelen, kerken, fortressen) die deel uitmaken van de 12 culturele routes.

Voor de locaties die deel uitmaken van de 12 restauratiewerken voor culturele routes, worden de volgende elementen in aanmerking genomen:

-restauratie van de gebouwen, waar nodig aanleg van een toegangsweg, bezoekersreceptie.

-aanleg van toegangswegen is minimale ingrepen die ten minste voetgangers toegang bieden. Er mogen geen asfaltwerkzaamheden worden opgenomen.

De geselecteerde projecten moeten ten minste de voorbereidende haalbaarheidsstudies en de haalbaarheidsstudie en alle relevante documenten vóór de ondertekening van de financieringscontracten hebben afgerond.

Voor het museum en de herdenkingsketen voor onderdrukking en conflicten omvatten de contracten restauratiewerkzaamheden voor de gebouwen, bezoekerscentra en digitalisering.

De contracten bevatten een minimumvereiste om het energieverbruik met ten minste 50 % te verminderen ten opzichte van het jaarlijkse energieverbruik voorafgaand aan de renovatie van het gebouw, hetgeen een toename van 30 % op primaire energie oplevert ten opzichte van de toestand vóór de renovatie en waarborgt dat de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) worden nageleefd.

De contracten worden gebaseerd op de openbare aanbestedingsprocedures en bevatten de volgende elementen:

-de lijst van activiteiten die moeten worden uitgevoerd in verband met de ontwikkeling van het gebied (restauratie, toegang van bezoekers en alle in het hoofddocument beschreven activiteiten)

-termijnen voor de voltooiing van de werkzaamheden

-— duidelijk financieringsmechanisme

-— technische voorschriften en normen

De lijst van activiteiten en alle elementen van elk van de werkcontracten zal worden opgesteld op basis van de beschrijving van de interventies (weergegeven in het hoofddocument) in de aanbestedingsdocumentatie, afhankelijk van de specifieke kenmerken van de werken. Deze elementen zullen worden beschreven in de aanbestedingsstukken.

335

Investering 1. Bevordering van de toeristische/culturele routes in 12

Doel

Nieuw herstelde locaties geopend

Aantal

0

225

KWARTAAL 2

2026

225 herstelde locaties worden opengesteld voor toeristen.

Vanaf de 12 culturele routes worden de volgende locaties hersteld (zodat zij volledig toegankelijk zijn voor toeristen en het publiek):

-5 zwenkwielen

-5 Curia

-10 houten kerken

-5 „Cula” (Roemeense woningen)

-5 Moldavische kloosters

-5 kerken/plaatsen op de route Saint-Ladislaus

-5 Roman castra

-5 fortressen

-8 traditionele huizen in de Donaudelta

-172 traditionele plattelandshuizen

336

Investering 2. Modernisering/oprichting van musea en gedenktekens

Mijlpaal

Ondertekening van de contracten voor de bouwwerkzaamheden van de musea

Ondertekening van contracten

KWARTAAL 1

2023

Ondertekening van contracten voor de bouw van de nieuwe musea voor onderdrukking en conflicten. De sites worden gekozen op basis van hun symbolische waarde en hun associatie met totalitaire regimes (plaatsen die een mijlpaal vormen voor interetnische conflicten en de ontwikkeling van goede interculturele betrekkingen). De gunning van opdrachten geschiedt op basis van een openbare en openbare aanbestedingsprocedure, met inachtneming van de BENG-bouwprocedures. Nieuwe gebouwen moeten voldoen aan de doelstelling om een primaire energievraag te bereiken die ten minste 20 % lager is dan de eis inzake bijna-energieneutrale gebouwen (BENG) overeenkomstig nationale richtsnoeren, die wordt gewaarborgd door middel van energieprestatiecertificaten.

De nieuwe musea zijn:

1.De History Gallery of Transylvania (voorheen Mutra — Museum of Transylvanian Identities and Conflicts) zal worden gebouwd aan de rand van Cluj-Napoca. Digitalisering van alle waarden en aankoop van museumapparatuur maakt deel uit van de ontwikkeling.

2.Rapa Robilor, een herdenkingsplaats voor de mensen die gevangen zitten in Aiud, district Alba. In het kader van dit project wordt op de locatie ook een bezoekerscentrum gebouwd.

3.Gedenkteken van gedwongen ontheemding en overindustrialisering, Satu Mare.

Voor musea en gedenktekens voor onderdrukking en conflicten omvatten de contracten renovatiewerkzaamheden voor gebouwen, bezoekerscentra en digitalisering.

De volgende musea en gedenktekens zijn inbegrepen:

-Het Nationaal Museum voor de Joodse geschiedenis en de Holocaust, Boekarest

-Herdenkingsmuseum van de Revolutie van 89, Timișoara

-Herdenkingsblad van de slachtoffers, Sighet

-De gevangenis van stilzwijgen, Râmnicu Sărat

-Museum van verschrikkingen van het communisme, Sfântu Gheorghe.

337

Investering 2. Modernisering/oprichting van musea en gedenktekens

Doel

Nieuw gebouwde en gerenoveerde musea geopend

Aantal

0

8

KWARTAAL 2

2026

8 nieuw gebouwde of gerenoveerde musea en gedenktekens worden voor het publiek geopend:

-3 musea — nieuwbouw

-5 musea — restauratie, renovatie, modernisering.

338

Hervorming 2. Kader voor de operationalisering van fietsroutes op nationaal niveau

Mijlpaal

Inwerkingtreding van het regelgevingskader voor fietstoerisme

Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van het regelgevingskader voor fietstoerisme

 

 

 

KWARTAAL 1

2022

Het regelgevingskader (regeringsbesluiten) voor de operationalisering van fietsroutes omvat de volgende elementen:

oprichting van de instellingen die verantwoordelijk zijn voor de operationalisering en monitoring van infrastructuur voor fietstoerisme (met inbegrip van het nationaal coördinatiecentrum voor fietsroutes)

— vaststelling van typologieën en kenmerken van fietsroutes;

— regelgevende stimulansen voor het gebruik van fietstoerisme.

339

Hervorming 2. Kader voor de operationalisering van fietsroutes op nationaal niveau

Mijlpaal

Nationaal coördinatiecentrum Velo Routes opgericht en operationeel

Goedkeuring van het regeringsbesluit tot oprichting van het nationaal coördinatiecentrum voor fietsroutes

KWARTAAL 2

2022

Het Nationaal Coördinatiecentrum (NCC) voor Velo Routes wordt opgericht bij het ministerie van Ontwikkeling, Openbare Werken en Administratie. Het NCC wordt operationeel en begint met de uitwerking van de studie en de eVelo-toepassing.

340

Hervorming 2. Kader voor de operationalisering van fietsroutes op nationaal niveau

Mijlpaal

Uitgebreide studie over de territoriale spreiding van nationale fietsroutes

Gepubliceerde studie

KWARTAAL 3

2022

In de diepgaande studie wordt de territoriale spreiding van de fietstoersportroutes (2 404 km fietsroutes) vastgesteld op basis van belangrijke criteria (bv. vermindering van congestie, bevordering van ecotoerisme), waarbij relevante actoren in kaart worden gebracht en bestaande initiatieven ter verbetering van het natuurlijk en cultureel erfgoed worden geïntegreerd, in overeenstemming met de vereisten van mijlpaal 338. Op basis van de onderzoeksresultaten wordt het aanbestedingsproces voor de invoering van fietspaden gestart.

341

Investering 3. Oprichting en operationalisering van het nationaal coördinatiecentrum van Velo

Mijlpaal

Geïntegreerd nationaal eVelo-platform en smartphone-applicatie

Ontwikkeling en publicatie van het platform en de applicatie

KWARTAAL 3

2022

Ontwikkeling en publicatie van een geïntegreerde digitale applicatie voor het verstrekken van thematische informatie over fietstoerisme. De geïntegreerde applicatie omvat de oprichting van het Nationaal Platform eVelo (een website voor de nationale fietsroutes) en een thematische smartphone-applicatie, in overeenstemming met de vereisten van mijlpaal 340.

342

Investering 4.

Invoering van 2 404 km fietsroutes

Mijlpaal

Ondertekening van de contracten voor fietsroutes

Ondertekening van contracten

KWARTAAL 4

2022

Ondertekening van financieringscontracten voor de aanleg van 2 404 km nieuwe fietsroutes, na een open en concurrerende aanbestedingsprocedure. Het aanbestedingsproces begint met de publicatie van de financieringsregeling waarin de subsidiabiliteit, de criteria en de voorwaarden voor de gunning van de opdrachten worden vastgesteld. De financiële regeling wordt ontwikkeld door het Nationaal Coördinatiecentrum voor Velo Routes.

Na afloop van de aanbestedingsprocedure beginnen de werkzaamheden op de 2 404 km fietsroutes.

343

Investering 4.

Invoering van 2 404 km fietsroutes

Doel

Kilometers fietsroutes die zijn aangelegd en toegankelijk zijn voor fietsen

Kilometers (km)

0

2 404

KWARTAAL 2

2026

Ten minste 2 404 km nieuw aangelegde en toegankelijke fietsroutes op locaties die zijn vastgesteld op basis van de resultaten van de studie.

344

Hervorming 3. Hervorming van het financieringssysteem voor de culturele sector

Mijlpaal

Inwerkingtreding van de wet inzake het financieringssysteem voor de culturele sector

Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van het wetgevingskader voor de financiering van de culturele sector

 

 

 

KWARTAAL 3

2022

De mijlpaal is gericht op het waarborgen van een stabiel systeem voor de financiering van culturele projecten.

De geactualiseerde wet voorziet in een stabiel financieringsmechanisme uit de staatsbegroting voor de culturele sector, dat gericht is op: verkleining van de kloof op het gebied van toegang tot cultuur tussen plattelandsgebieden/kleine steden en grote stedelijke gebieden, ondersteuning van culturele diversiteit, sociale inclusie en gendergelijkheid, ondersteuning van de creatieve sector en vergroting van het economische potentieel van de culturele sector.

De wetten die moeten worden goedgekeurd en in werking treden, zijn:

— Het wetgevingskader inzake niet-terugvorderbare financiering in de culturele sector (Regeringsverordening 51/1998);

De financiering op audiovisueel gebied overeenkomstig de communautaire richtsnoeren.

De wetswijzigingen zullen onder meer gebaseerd zijn op de resultaten van het in kaart brengen van het openbare en particuliere aanbod van culturele diensten op nationaal en lokaal niveau, het in kaart brengen en verstrekken van aanvullende, voorspelbare en transparante financieringsbronnen, een governancemechanisme met duidelijke verantwoordelijkheden voor de overheidsinstanties op nationaal en lokaal niveau; een mechanisme voor de uitbetaling van financiering, afhankelijk van de verwezenlijking van kernprestatie-indicatoren die verband houden met de beleidsdoelstellingen.

345

Hervorming 3. Hervorming van het financieringssysteem voor de culturele sector

Mijlpaal

Inwerkingtreding van de wet inzake het statuut van cultuurwerkers

Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van het wetgevingskader voor het statuut van de cultuurwerkers

KWARTAAL 1

2023

Een nieuw wetgevingskader inzake het statuut van cultuurwerkers treedt in werking en omvat een breed scala aan beleidsmaatregelen en voorstellen voor concrete maatregelen om de specifieke uitdagingen aan te pakken waarmee kunstenaars worden geconfronteerd en die bedoeld zijn om de kunstenaars te beschermen, zoals:

-een duidelijke definitie van werkgelegenheid in „artistiek werk” en „cultureel werk”, zoals gedefinieerd in alle lidstaten en EU-documenten;

-minimumnormen en vereisten binnen het toepassingsgebied van de wetgevings- en socialebeschermingskaders (bv. arbeidsvoorwaarden, belastingen en toegang tot sociale zekerheid en andere voordelen, billijke beloning);

-bepalingen in de socialebeschermingsstelsels om cultuurwerkers toegang te geven tot uitkeringen, zoals werkloosheid, bescherming van de gezondheid, bankleningen, financiering en pensioenen.

-instrumenten voor de (juridische) identificatie van de freelancer cultuurkunstenaar (kunstenaars en aanverwante beroepen) en voor het creëren van mechanismen voor integratie in het socialebeschermingsstelsel.

-andere methoden om de sociaal-professionele status en de omstandigheden van de cultuurwerker te verbeteren.

346

Investering 5. Verbetering van de toegang tot cultuur in cultureel achtergestelde gebieden

Mijlpaal

Ondertekening van de financieringscontracten

Ondertekening van contracten

KWARTAAL 1

2023

Er moeten contracten worden gesloten tussen culturele actoren en het financieringsorgaan van de overheid om het rechtskader vast te stellen voor de besteding van de steun voor de toegang tot cultuur in landelijke en kleine stedelijke gebieden met weinig tot geen openbare culturele diensten, door middel van culturele projecten.

De opdrachten worden gegund door de Administratie van het Nationaal Cultureel Fonds, na een openbare en openbare aanbestedingsprocedure.

Selectiecriteria voor de gunning van opdrachten: Aantal/soorten begunstigden/deelnemers, educatieve voordelen op korte, middellange en lange termijn, onderwijsdoelen (geschiedenis, geografie, logica enz.), artistieke/creatieve criteria, ecologische/biodiversiteit, natuur/milieu, inclusiecriteria.

347

Investering 5. Verbetering van de toegang tot cultuur in cultureel achtergestelde gebieden

Doel

Kleine plaatsen met betere toegang tot cultuur

Aantal

0

50

KWARTAAL 2

2024

50 plaatsen met minder dan 50 000 inwoners komen in aanmerking voor de uitvoering van twee proeffinancieringsprogramma’s waarbij culturele en/of culturele onderwijsprojecten worden ontwikkeld.

348

Investering 6. Ontwikkeling van een digitaal systeem voor culturele financieringsprocessen

Mijlpaal

Digitaal systeem operationeel gemaakt

Platforms en digitale systemen operationeel gemaakt

KWARTAAL 3

2023

Deze mijlpaal heeft betrekking op de ontwikkeling van digitale systemen die:

— de toegang tot financiering voor nationale culturele actoren vergemakkelijken door vereenvoudigde en gedigitaliseerde financieringsaanvragen, projectbeoordeling, contracten, monitoring & -evaluatie, uitbetaling van financiering en beoordeling achteraf;

— alle reeds toegekende openbare culturele subsidies registreren om dubbele financiering te voorkomen;

— worden gebruikt als instrument voor gegevensverzameling met betrekking tot culturele uitgaven op het niveau van alle plaatsen en regio’s, met betrekking tot de culturele kosten per soort project, en een empirisch onderbouwde beslissing op het gebied van cultureel beleid mogelijk maken;

— transparante toegang bieden tot niet-vertrouwelijke projecten, informatie voor projectpromotoren en het grote publiek.

349

Investering 7. Versnelling van de digitalisering van filmproductie en -distributie

Mijlpaal

Ondertekening van de financieringscontracten

Ondertekening van contracten

KWARTAAL 3

2023

Contracten met filmproducenten en -distributeurs worden gesloten na een oproep tot het indienen van projecten die administratief worden gecontroleerd, met inbegrip van de voorwaarden voor de toekenning van de-minimissteun.

Financiering wordt afhankelijk gesteld van het aantrekken/behouden van een minimumaantal werknemers die gespecialiseerd zijn in digitale gebieden. Subsidiabele activiteiten zijn onder meer de ontwikkeling van bewerkings-/postproductiecapaciteiten voor digitale producten, de oprichting van VoD-microplatforms, marketing en digitalisering (aankoop van IT-apparatuur — videobewerking, digitale ondertiteling, digitale archivering), ontwikkeling en distributie van audiovisuele culturele inhoud, opleiding van personeel om digitale vaardigheden te verwerven. De te ondersteunen investering omvat ook steun voor de productie en distributie van digitale inhoud.

350

Investering 7. Versnelling van de digitalisering van filmproductie en -distributie

Doel

Filmproducenten en -distributeurs met meer digitale vaardigheden

 

Aantal

0

40

KWARTAAL 1

2025

40 micro-, kleine en middelgrote ondernemingen en andere rechtspersonen (met inbegrip van niet-gouvernementele organisaties en grote ondernemingen) die actief zijn in de productie en distributie van films, met inbegrip van bioscoopfilms, die digitale inhoud hebben ontwikkeld, digitale vaardigheden hebben verworven om digitale producten te bewerken en te produceren.

L.ONDERDEEL 12: Gezondheidszorg

De gezondheidscomponent van het plan voor herstel en veerkracht bestaat uit drie hervormingen en twee investeringen om belangrijke uitdagingen in het gezondheidsstelsel aan te pakken. De belangrijkste daarvan zijn een vermindering van het vermijdbare sterftecijfer, een vermindering van de regionale, sociale en plattelands-stedelijke verschillen bij de toegang tot basisgezondheidszorg, een betere toegang tot hoogwaardige gezondheidsdiensten, de verbetering van de ziekenhuis- en preziekenhuisinfrastructuur en de optimalisering van de uitgaven voor gezondheidszorg en het beheer van de middelen.

De component draagt bij tot de uitvoering van de landspecifieke aanbeveling van Roemenië over het verbeteren van de toegang tot en de kostenefficiëntie van de gezondheidszorg, onder meer door de overschakeling op ambulante zorg (landspecifieke aanbevelingen 3, 2019). Ook wordt ingegaan op de aanbeveling om de veerkracht van het gezondheidsstelsel te versterken, onder meer op het gebied van gezondheidswerkers en medische producten, en de toegang tot gezondheidsdiensten te verbeteren (landspecifieke aanbevelingen 1, 2020).

Verwacht wordt dat geen enkele maatregel in deze component ernstig afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregelen en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01).

L.1.    Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor niet-terugbetaalbare financiële steun

Hervorming 1. Grotere capaciteit voor het beheer van de volksgezondheidsfondsen

Het doel van deze hervorming is de efficiëntie van de uitgaven voor volksgezondheid te verhogen door een reeks wetswijzigingen door te voeren en door een proefproject uit te voeren voor een subsidieregeling voor het belonen van de best presterende zorgaanbieders op basis van objectieve en meetbare criteria.

Deze hervorming bestaat uit twee delen. Het eerste programma wordt uitgevoerd door de uitvoering van een proefprogramma dat gericht is op het stimuleren van de verbetering van de kwaliteit en kosteneffectiviteit van gezondheidsdiensten door het opzetten, testen en uitvoeren van de financiële mechanismen die de prestaties van zorgaanbieders belonen (via het „Kwaliteitsfonds voor gezondheidsdiensten”). Daartoe ontwikkelt het ministerie van Volksgezondheid, in samenwerking met nationale agentschappen en organen en met gebruikmaking van externe expertise, kwaliteitsindicatoren voor gezondheidsdiensten, prestatiegerelateerde betalingsmodellen en digitale instrumenten voor het verzamelen en monitoren van indicatoren, stelt het het noodzakelijke wetgevingskader in, beoordeelt het de kwaliteitsverslagen en verricht het de betalingen overeenkomstig de ontwikkelde modellen en de resultaten van de beoordelingen. Om de kwaliteit van de gezondheidsdiensten te verbeteren, worden betalingen (beloningen) uit het „Kwaliteitsfonds voor gezondheidszorg” toegekend aan de aanbieders met indicatoren van de hoogste kwaliteit. Het stelsel geldt in de eerste fase voor ziekenhuizen en wordt vervolgens uitgebreid tot andere niveaus van het gezondheidszorgstelsel: ambulante patiënten en aanbieders van eerstelijnszorg, met het oog op schaalvergroting bij alle soorten zorgaanbieders, na afloop van het proefprogramma. De tweede subhervorming bestaat uit de ontwikkeling van een nieuw modelraamcontract voor de voorwaarden voor de verlening van gezondheidszorg en de uitvoeringsbepalingen daarvan. Het verwachte effect van deze hervorming is dat het totale aandeel van de bevolking dat onvervulde medische behoeften meldt, zal afnemen.

Deze hervorming is ook gericht op voorlichtings- en publiciteitsdiensten, onder meer voor bewustmakingscampagnes, die verband houden met persberichten in de geschreven pers en online pers, voorlichtings- en publiciteitsmateriaal over de activiteiten en behaalde resultaten, onlinepromotie (op de website en op socialemediakanalen). Het meegedeelde materiaal wordt tijdens de uitvoering van de hervorming uitgewerkt en gepromoot, waarbij verslag wordt uitgebracht over het proces, met inbegrip van, onder meer, de vaststelling van het wetgevingskader, de belangrijkste resultaten van het proefproject, de uitrol van de regeling tot openbare ziekenhuizen en de uitbreiding van het programma tot ambulante patiënten en eerstelijnszorgverleners. Openbare verslaglegging is een beproefde methode om het kwaliteitsmodel voor de verlening van gezondheidszorg te bevorderen.

De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 30 juni 2026 voltooid.

Hervorming 2. Grotere capaciteit om te investeren in gezondheidsinfrastructuur

De hervorming heeft tot doel de administratieve capaciteit van de centrale en lokale autoriteiten te vergroten om projecten op het gebied van gezondheidsinfrastructuur efficiënt te beheren door het nationaal agentschap voor de ontwikkeling van de gezondheidsinfrastructuur (ANDIS) op te richten en operationeel te maken, als openbare instelling met rechtspersoonlijkheid die onder het ministerie van Volksgezondheid ressorteert. ANDIS zal, met volledige institutionele capaciteit, in staat zijn grote projecten op het gebied van volksgezondheidsinfrastructuur te beheren en technische expertise te verstrekken op verzoek van lokale autoriteiten.

De uitvoering van de hervorming bestaat uit de oprichting van ANDIS, de toewijzing ervan met een hoofdkwartier en personeel (met inbegrip van de benoeming van een voorzitter en een raad van bestuur), opleidingsactiviteiten voor het personeel en advies en technische bijstand voor de projecten die onder de ANDIS-portefeuille vallen.

De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 30 juni 2022 voltooid.

Hervorming 3. Meer capaciteit voor gezondheidsbeheer en personele middelen op het gebied van gezondheid

De hervorming omvat drie subhervormingen.

R.3.1 De hervorming van het beheer van de gezondheidsdiensten

Het doel van deze subhervorming is de kennis, vaardigheden en competenties van het menselijk potentieel bij het beheer van gezondheidsdiensten op alle niveaus van het Roemeense gezondheidsstelsel te verbeteren.

De subhervorming wordt uitgevoerd door middel van een wetswijziging van de belangrijkste wet op de gezondheidszorg (Wet nr. 95 van 2006). Er zal een aantal regeringsbesluiten worden vastgesteld om de wijzigingen in deze wet te handhaven. Vervolgens wordt een expertisecentrum op het gebied van het beheer van gezondheidsdiensten operationeel en geaccrediteerd opleidingsprogramma’s voor het betrokken personeel in het management (waartoe leden van de stuurgroep van ziekenhuizen, afdelingshoofden, hoofden van laboratoria in gezondheidsinstellingen, uitvoerend directeuren, chef-artsen, managers behoren) worden uitgevoerd in samenwerking met academische instellingen met een leidende portefeuille op het gebied van opleiding en ontwikkeling van het personeel dat verantwoordelijk is voor het beheer van gezondheidsdiensten. Gedurende de hele uitvoeringsperiode van de hervorming zal het ministerie van Volksgezondheid naar verwachting kunnen profiteren van technische bijstand en advies van deskundigen.

De uitvoering van de subhervorming wordt uiterlijk op 30 juni 2025 voltooid.

R.3.2 Ontwikkeling van het menselijk potentieel op het gebied van gezondheidszorg

Het doel van deze subhervorming is het versterken van de capaciteit van het Roemeense gezondheidsstelsel om personeel op te leiden, aan te werven, te behouden en te motiveren dat klaar is om in te spelen op de huidige en toekomstige gezondheidsbehoeften van de bevolking.

De subhervorming omvat de ontwikkeling van een nieuw strategisch kader en de aanpassing van de wetgeving inzake de ontwikkeling van menselijke hulpbronnen in de gezondheidszorg en de gedifferentieerde erkenning van professionele verdiensten en beloningen van gezondheidswerkers. Dezelfde hervorming omvat de bouw en uitrusting van twee centra voor de ontwikkeling van capaciteiten en activiteiten in verband met de opleiding van 1000 personeelsleden die werkzaam zijn in volksgezondheidsinstellingen die eerstelijnszorg, gemeenschapszorg en poliklinische zorg, ziekenhuizen en andere volksgezondheidsinstellingen aanbieden. Na 2026 wordt de opleiding van gezondheidswerkers verder gefinancierd uit de staatsbegroting.

De uitvoering van de subhervorming wordt uiterlijk op 30 juni 2025 voltooid.

R.3.3 Verbetering van de integriteit, vermindering van kwetsbaarheden en risico’s op corruptie in het gezondheidsstelsel

Het doel van deze subhervorming is de definitie en regulering van belangenconflicten in het Roemeense gezondheidsstelsel te verbeteren en het personeel in staat te stellen omstandigheden te voorkomen die tot corruptie en/of belangenconflicten kunnen leiden.

De subhervorming bestaat uit de invoering van een nieuw mechanisme om prioriteit te geven aan begrotingstoewijzingen door het ministerie van Volksgezondheid en het Nationaal Zorgverzekeringscentrum (CNAS) en uit het verstrekken van opleidingen over integriteit voor 3 000 personeelsleden die werkzaam zijn op gezondheidsgerelateerde gebieden in de centrale overheid, gedecentraliseerde instellingen, het beheer van zorgeenheden en personeel dat rechtstreekse zorg verleent aan patiënten.

Deze hervorming is ook gericht op voorlichtings- en publiciteitsdiensten, onder meer voor bewustmakingscampagnes, die verband houden met persberichten in de geschreven pers en online pers, voorlichtings- en publiciteitsmateriaal over de activiteiten en behaalde resultaten, onlinepromotie (op de website en op socialemediakanalen). Het medegedeelde materiaal wordt tijdens de uitvoering van de hervorming uitgewerkt en gepromoot, waarbij verslag wordt uitgebracht over het proces en over de belangrijkste geboekte vooruitgang, zoals de vaststelling van het wetgevingskader, de voltooiing en operationalisering van het kenniscentrum, de uitrol van de opleidingsprogramma’s, de bouw en uitrusting van twee centra voor de ontwikkeling van vaardigheden.

De uitvoering van de subhervorming wordt uiterlijk op 30 juni 2025 voltooid.

Investering 1. Ontwikkeling van medische preziekenhuisinfrastructuur

Het doel van deze investering is het verbeteren van de toegang van mensen in achtergestelde en gemarginaliseerde plattelandsgebieden tot basisgezondheidszorg, met inbegrip van diensten voor preventie en vroegtijdige diagnose en behandeling, en het vergroten van de complexiteit van gezondheidsdiensten in eerstelijnszorg, poliklinische zorg en gemeenschapszorg. De investering omvat de volgende vijf subinvesteringen. De gemarginaliseerde regio’s/gemeenten zijn regio’s/gemeenten die geen of beperkte toegang hebben tot eerstelijnsgezondheidszorg. De indeling van gemarginaliseerde regio’s of gemeenten werd uitgevoerd door een team van de Wereldbank op basis van een analyse van de mate van deprivatie in termen van menselijk kapitaal, formele werkgelegenheid en ontoereikende levensomstandigheden, het risico op armoede en sociale uitsluiting en verminderde toegang tot diensten, gezondheidszorg en de verlening van andere grondrechten waartoe de toegang beperkt of niet bestaat.

De criteria voor marginalisering en de mate van marginalisering worden op regionaal niveau vastgesteld aan de hand van de methoden voor de berekening van de index voor lokale menselijke ontwikkeling en de ontwikkelingsindex die volgens de Wereldbank worden gepresenteerd in de Atlas van gemarginaliseerde plattelandsgebieden en lokale menselijke ontwikkeling in Roemenië, in de Atlas van gemarginaliseerde stedelijke gebieden in Roemenië en in de inhoudelijke studie voor de nationale strategie voor sociale inclusie en armoedebestrijding.

I.1.1 Praktijken van huisartsen of verenigingen van eerstelijnszorg

De subinvestering bestaat uit de renovatie of uitrusting van ten minste 2 000 verenigingen van praktijken of praktijken van huisartsen. Dit gebeurt op basis van een openbare oproep en via een gecentraliseerd aanbestedingssysteem.

De uitvoering van de subinvestering wordt uiterlijk op 30 juni 2023 voltooid.

I.1.2 Mobiele medische eenheden

De subinvestering bestaat uit de aankoop van 10 medische caravans die zijn uitgerust met medische hulpmiddelen waarmee screening op borst- en baarmoederhalskanker kan worden uitgevoerd in gebieden met beperkte toegang tot gespecialiseerde gezondheidsdiensten. Verwachtwordt dat deze maatregel geen ernstige afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregel en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01). Met name de aan te kopen caravans moeten uit milieuoogpunt de best beschikbare technologie zijn.

De uitvoering van de subinvestering wordt uiterlijk op 30 juni 2023 voltooid.

I.1.3 Eenheden voor extramurale zorg

De investering bestaat uit de rehabilitatie, modernisering en uitbreiding (onder meer door de bouw van nieuwe gebouwen) van ten minste 30 poliklinische zorgeenheden. Bij de selectie wordt ook rekening gehouden met de lijst van projecten die voorkomen op de reservelijst van de oproep tot het indienen van projecten in het regionale operationele programma (2014-2020) en andere projecten naargelang van hun mate van rijpheid. Ten minste 20 poliklinische zorgeenheden zijn gevestigd in minder ontwikkelde regio’s of gemeenten (gedefinieerd als de regio’s/gemeenten waar het bbp/hoofd van de bevolking 75 % van het EU-27-gemiddelde bedraagt).

De uitvoering van de subinvestering wordt uiterlijk op 31 december 2024 voltooid.

I.1.4 Geïntegreerde gemeenschapscentra 

De subinvestering bestaat uit de bouw/renovatie van 200 geïntegreerde gemeenschapscentra (geïntegreerde gemeenschapscentra maken deel uit van de communautaire gezondheidsprogramma’s van het ministerie van Volksgezondheid, met als voornaamste doel de toegang tot hoogwaardige medische diensten voor de bevolking en met name voor kwetsbare groepen te verbeteren) en deze volledig uit te rusten, overeenkomstig de minimumeisen van Regeringsbesluit nr. 324/2019. Infrastructuur en/of gebouwen moeten voldoen aan energie-efficiëntiecriteria. De nieuwe gebouwen moeten voldoen aan de doelstelling om een primaire energievraag te bereiken die ten minste 20 % lager is dan de eis inzake bijna-energieneutrale gebouwen (BENG) overeenkomstig nationale richtsnoeren, die wordt gewaarborgd door middel van energieprestatiecertificaten.

De uitvoering van de subinvestering wordt uiterlijk op 30 juni 2025 voltooid.

I.1.5 Diensten voor gezinsplanning

De investering bestaat uit de revalidatie of uitrusting van 79 gezinsplanningspraktijken met punten van zorgdiagnostiek voor seksueel overdraagbare aandoeningen, ultrasone scanner met ultradraagbare gynaecologische sondes, microscoop, IT-apparatuur, koelkast, transportvoertuigen (elektrische of fietsen). De investering dekt ook de kosten van de opleiding van het medisch personeel dat werkzaam is in kasten voor gezinsplanning.

De uitvoering van de subinvestering wordt uiterlijk op 31 december 2025 voltooid.

Investering 2. Ontwikkeling van openbare ziekenhuisinfrastructuur

Het doel van deze investering is de patiëntveiligheid in zorginstellingen te vergroten door maatregelen te nemen om de veiligheid van brand, structurele gebouwen en aardbevingen te waarborgen, de energieprestaties te verbeteren en zorginfecties te voorkomen. De investering omvat de volgende vier subinvesteringen en ten minste 42.51 miljoen EUR van deze investering wordt toegewezen aan IT-apparatuur.

I.2.1 Nieuwe openbare ziekenhuisinfrastructuur

De subinvestering bestaat uit de gedeeltelijke financiering van de bouw van 19 nieuwe ziekenhuizen of ziekenhuiseenheden. Van de 19 nieuwe ziekenhuizen of ziekenhuiseenheden moeten 15 gebouwen voldoen aan de eis inzake bijna-energieneutrale gebouwen (BENG) overeenkomstig de nationale richtsnoeren, en moeten 4 gebouwen voldoen aan de doelstelling om een primaire energievraag te bereiken die ten minste 20 % lager is dan de eis inzake bijna-energieneutrale gebouwen volgens de nationale richtsnoeren, die moet worden gewaarborgd door middel van energieprestatiecertificaten.

De uitvoering van de subinvestering wordt uiterlijk op 30 juni 2026 voltooid.

I.2.2 Medische uitrusting en hulpmiddelen 

De subinvestering bestaat uit het uitrusten van de nieuw gebouwde ziekenhuizen of ziekenhuiseenheden met medische hulpmiddelen (zoals apparatuur voor specifieke en algemene afdelingen voor chirurgie, behandelingsruimten, isolatieruimten, onder meer voor infectieziekten en verbrande eenheden, patiëntenkamers, verpleegstations, faciliteiten voor medisch personeel, medicatiekamers, schone voorbereidingskamers, ICU-ruimten, CCU-isolatieruimten, revalidatiefaciliteiten, afval- en opslagfaciliteiten, nood- en reanimatiefaciliteiten) en medische uitrusting (zoals: bedden, decontaminatie-eenheden, IT-apparatuur, crashcarts, defibrillatoren, infusiepompen, fysiologische monitoringsystemen, met inbegrip van centrale console, fysiologische monitoringsystemen voor acute zorg, beademingstoestellen voor intensivecareafdelingen, algemene scansystemen).

De uitvoering van de subinvestering wordt uiterlijk op 30 juni 2026 voltooid.

I.2.3 Intensieve zorgvoorzieningen voor pasgeborenen

De subinvestering bestaat uit de modernisering, uitbreiding en levering van nieuwe apparatuur voor 25 eenheden voor neonatale intensieve zorg voor de kritische patiënt voor vroegtijdige diagnose, prenatale, neonatale en postnatale behandeling. De subinvestering heeft met name betrekking op de capaciteitsuitbreiding van ziekenhuisinfrastructuur voor patiënten met neonatale kritieke patiënten met 124 extra bedden (met inbegrip van de bijbehorende infrastructuur en uitrusting), de uitrusting van 90 bestaande bedden met adequate medische hulpmiddelen, alsmede de verbetering van het screeningprogramma door de bestaande infrastructuur uit te rusten met relevante medische hulpmiddelen, de aankoop van 12 mobiele eenheden voor neonatale intensieve zorg en de bouw en uitrusting van 8 regionale opleidingscentra voor kritieke neonatale patiënten.

De uitvoering van de subinvestering wordt uiterlijk op 31 december 2024 voltooid.

I.2.4 Uitrusting en materiaal om het risico op nosocomiale infecties te verminderen

De subinvestering bestaat uit het uitrusten van ten minste 25 openbare ziekenhuizen met apparatuur voor microbiologische luchtcontrole in de operationele blokken en intensivecareafdelingen door middel van specifieke klimaatregelingsfaciliteiten, alsmede voorzieningen voor de ontsmetting van medisch personeel.

De uitvoering van de subinvestering wordt uiterlijk op 30 juni 2024 voltooid.

L.2.    Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor niet-terugbetaalbare financiële steun

Volgende NUM.

Gerelateerde maatregel (hervorming of investering)

Mijlpaal/Doelstelling

Naam

Kwalitatieve

indicatoren 
(voor mijlpalen)

Kwantitatieve

indicatoren
(voor streefcijfers)

Indicatieve tijdlijn

in te vullen

Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling

Eenheid

van

meten

Basislijn

Doelstelling

Kwartaal

Jaar

351

Hervorming 1. Grotere capaciteit voor het beheer van de volksgezondheidsfondsen

Mijlpaal

Inwerkingtreding van het ministerieel besluit voor de prestatie- en kwaliteitsindicatoren die moeten worden gebruikt voor de selectie van de medische eenheden die in aanmerking komen voor het Fonds voor de kwaliteit van de gezondheid

Bepaling in de ministeriële regeling betreffende de inwerkingtreding van het ministerieel besluit tot vaststelling van de reeks indicatoren voor de kwaliteit van de zorg en de methode die nodig is voor de selectie van de begunstigde medische voorzieningen

KWARTAAL 4

2022

Het ministerie van Volksgezondheid ontwikkelt en stelt een reeks procesindicatoren, resultaatindicatoren en patiëntspecifieke indicatoren vast die moeten worden gebruikt voor de evaluatie van zorgaanbieders, alsook de methodologie voor de prestatiegebaseerde selectie van ontvangende instellingen. De reeks indicatoren omvat indicatoren zoals: het percentage patiënten met ongewenste voorvallen, een verbetering van de pijnschaal (Visual Analogue Scale score), het aantal ziekenhuisinfecties, de voor patiënten beschikbare kwaliteitsinformatie.

352

Hervorming 1. Grotere capaciteit voor het beheer van de volksgezondheidsfondsen

Mijlpaal

Inwerkingtreding van het regeringsbesluit voor een nieuw modelraamcontract betreffende de voorwaarden voor de toekenning van medische bijstand, geneesmiddelen en medische hulpmiddelen, hulpmiddelen en technologieën in het kader van het ziektekostenverzekeringsstelsel

Bepaling in het regeringsbesluit betreffende de inwerkingtreding van het regeringsbesluit en van het gezamenlijk besluit van het ministerie van Volksgezondheid en de Nationale Zorgverzekeringsinstelling

KWARTAAL 2

2023

Het nieuwe raamcontract heeft tot doel:

-Het beheer van het nationale ziekteverzekeringsfonds verbeteren

-Meer ambulante zorg om de druk op het ziekenhuisstelsel te verminderen

-De verstrekking van diensten voor preventie en vroegtijdige diagnose bevorderen, met name op het niveau van de eerstelijnszorg

-Faciliteren van diensten op afstand door medische dienstverleners

-Verkleining van de kloof tussen stad en platteland wat betreft de toegang tot medische zorg door het creëren van stimulansen voor huisartsen/specialisten om diensten te verlenen in afgelegen en onderbediende gebieden.

-De dekking van de diensten van eerstelijnszorg, gespecialiseerde zorg en gemeenschapszorg uitbreiden tot diensten voor preventie en vroegtijdige diagnose

De belangrijkste wijzigingen hebben betrekking op contractprocedures en -voorwaarden met dienstverleners, financieringsmechanismen en dienstenpakketten voor verzekerden en niet-verzekerden.

353

Hervorming 1. Grotere capaciteit voor het beheer van de volksgezondheidsfondsen

Mijlpaal

Inwerkingtreding van de wetswijziging die nodig is om de resultaten van de evaluatie van de begrotingsuitgaven in het begrotingsproces op te nemen

In het begrotingsproces wordt rekening gehouden met de resultaten van de uitgaventoetsing op het gebied van gezondheid die in 2023 door het ministerie van Financiën is afgerond.

KWARTAAL 1

2024

Het ministerie van Volksgezondheid implementeert in zijn begrotingsprocedure de resultaten van de door het ministerie van Financiën uitgevoerde uitgaventoetsing op het gebied van gezondheid. Dit gebeurt vanaf het jaar na de voltooiing van de uitgaventoetsing.

354

Hervorming 1. Grotere capaciteit voor het beheer van de volksgezondheidsfondsen

Doel

De toegankelijkheid van de gezondheidszorg verbeteren door het percentage personen dat onvervulde medische behoeften meldt, te verminderen

Percentage

4,9

4,2

KWARTAAL 2

2026

Onvervulde behoefte aan medisch onderzoek en medische verzorging kan te wijten zijn aan (1) financiële redenen, (2) wachtlijsten en (3) de noodzaak om te reizen. De Eurostat-indicator waarmee het niveau van toegankelijkheid van gezondheidsdiensten wordt geraamd, houdt rekening met alle drie de redenen. Medische zorg betreft specifieke gezondheidszorgdiensten (medisch onderzoek of medische behandeling met uitzondering van tandheelkundige zorg) die worden verstrekt door of onder rechtstreeks toezicht van artsen of gelijkwaardige beroepen overeenkomstig de nationale stelsels voor gezondheidszorg. De gegevens zijn afkomstig van de EU-statistiek van inkomens en levensomstandigheden en hebben betrekking op die behoeften in de voorafgaande 12 maanden.

Door de toegang tot gezondheidszorg te verbeteren, zal het percentage personen dat onvervulde medische behoeften meldt, naar verwachting dalen van 4,9 % in 2019 (referentiescenario) tot 4,2 % in het tweede kwartaal van 2 2026.

355

Hervorming 2. Grotere capaciteit om te investeren in gezondheidsinfrastructuur

Mijlpaal

Inwerkingtreding van het wetgevingskader tot oprichting van het Nationaal Agentschap voor de ontwikkeling van infrastructuur op gezondheidsgebied (ANDIS)

Inwerkingtreding van het wetgevingskader tot oprichting van het Nationaal Agentschap voor de ontwikkeling van infrastructuur op gezondheidsgebied (ANDIS)

KWARTAAL 2

2022

In het wetgevingskader worden de volgende functies voor het Agentschap vastgesteld:

— Het tijdig voorbereiden en uitvoeren van prioritaire investeringsprojecten voor volksgezondheidsinfrastructuur, in overeenstemming met de specificaties en binnen het kader van de goedgekeurde begroting;

— Het geven van instructies, aanbevelingen en toepasselijke methodologische normen voor de voorbereiding, uitvoering en voltooiing van investeringsprojecten voor volksgezondheidsinfrastructuur;

-Het verlenen van gespecialiseerde bijstand op het gebied van investeringsprojecten in volksgezondheidsinfrastructuur aan ministeries, openbare ziekenhuizen of andere overheidsinstanties;

-De vaststelling en uitvoering van het meerjarenprogramma van prioritaire investeringsprojecten op het gebied van volksgezondheidsinfrastructuur;

-Toezicht op de uitvoering van investeringsprojecten voor volksgezondheidsinfrastructuur;

-Oprichting van een expertisecentrum voor het beheer van investeringsprojecten voor volksgezondheidsinfrastructuur;

-Het aangaan van partnerschappen en het sluiten van financieringsovereenkomsten voor investeringsprojecten op het gebied van volksgezondheidsinfrastructuur.

De voorzitter van ANDIS wordt benoemd en de aanwerving van personeel voor de 15 sleutelfuncties in het definitieve organisatieschema van ANDIS wordt voltooid op het moment dat het agentschap operationeel wordt.

356

Hervorming 3. Meer capaciteit voor gezondheidsbeheer en personele middelen op het gebied van gezondheid

Mijlpaal

Inwerkingtreding van het wetgevingskader voor de vergroting van de capaciteit voor gezondheidsbeheer en menselijke hulpbronnen in de gezondheidszorg

Inwerkingtreding van het wetgevingskader voor de hervorming van het beheer van de gezondheidszorg en de menselijke hulpbronnen

KWARTAAL 2

2022

De wijzigingen zijn gericht op de belangrijkste wet op de gezondheidszorg (Wet nr. 95 van 2006, zoals gewijzigd). Daarnaast treedt een aantal regeringsbesluiten in werking om de wijzigingen in deze wet operationeel te maken. De belangrijkste bepalingen van de nieuw ingevoerde wetgeving moeten:

— aanpassing van de competentiecriteria voor deelname aan vergelijkende onderzoeken voor functies op het gebied van gezondheidsmanagement;

— de kwaliteitscriteria voor opleidingsprogramma’s op het gebied van het beheer van gezondheidsdiensten aan te passen;

— actualisering van de vereisten voor de permanente professionele ontwikkeling van gezondheidswerkers;

— ontwikkeling en versterking van het orgaan van deskundigen op het gebied van het beheer van de gezondheidsdiensten;

— de controle en evaluatie van opleidingsprogramma’s op het gebied van het beheer van de gezondheidszorg ontwikkelen.

De nieuwe wetgeving draagt bij tot de professionalisering van het beheer van de gezondheidsdiensten door de ontwikkeling van competentiecriteria voor gespecialiseerd personeel.

357

Hervorming 3. Meer capaciteit voor gezondheidsbeheer en personele middelen op het gebied van gezondheid

Mijlpaal

Inwerkingtreding van wetgeving voor het strategisch kader voor de ontwikkeling van het menselijk potentieel in de gezondheidszorg

Inwerkingtreding van de wetgeving voor het strategisch kader voor de ontwikkeling van het menselijk potentieel in de gezondheidszorg bij regeringsbesluit

KWARTAAL 2

2022

De wet voorziet in een nieuw strategisch kader voor de ontwikkeling van het menselijk potentieel in de gezondheidszorg, in overeenstemming met de algemene doelstellingen van het gezondheidsstelsel.

De belangrijkste elementen van het strategisch kader zijn:

I) personele middelen in de gezondheidszorg — inkoop

II) beheer van de menselijke hulpbronnen in de gezondheidszorg,

III) motivatiebeheer voor personele middelen

IV) Bestuur van gezondheidswerkers

358

Hervorming 3. Meer capaciteit voor gezondheidsbeheer en personele middelen op het gebied van gezondheid

Mijlpaal

Ontwikkeling van het menselijk potentieel in de gezondheidszorg

Vaststelling van de sectorale actieplannen voor de ontwikkeling van het menselijk potentieel in de gezondheidszorg bij besluit van de minister van Volksgezondheid

KWARTAAL 4

2022

De sectorale actieplannen voor de ontwikkeling van personele middelen in de eerstelijns- en gemeenschapsgezondheidszorg, ambulante en ziekenhuiszorg en volksgezondheid maken het strategisch kader operationeel om het kennis-, vaardigheids- en competentieniveau van het menselijk potentieel in de gezondheidszorg om te zetten.

Er worden 5 geïndividualiseerde actieplannen ontwikkeld, met inbegrip van initiële opleiding, permanente beroepsontwikkeling, vaardigheidsmix, taakverdeling en taakverschuiving.

De actieplannen zullen naar verwachting in overeenstemming zijn met de prestatie-indicatoren die voor het beheer van de volksgezondheidsfondsen zijn vastgesteld in het kader van de hervorming van 1.

Het betrokken medisch personeel omvat artsen, verpleegkundigen, apothekers, tandartsen, verloskundigen, gemeenschapsverpleegkundigen en andere categorieën gezondheidswerkers.

359

Hervorming 3. Meer capaciteit voor gezondheidsbeheer en personele middelen op het gebied van gezondheid

Mijlpaal

Inwerkingtreding van een besluit van de minister van Volksgezondheid tot instelling van een kader voor gedifferentieerde erkenning van professionele verdiensten en beloning van gezondheidswerkers

Bepaling in het besluit van de minister van Volksgezondheid betreffende de inwerkingtreding van een kader voor gedifferentieerde erkenning van professionele verdiensten en beloning van gezondheidswerkers

KWARTAAL 4

2023

De ministeriële regeling zorgt voor de ontwikkeling en uitvoering van een samenhangend kader van gedifferentieerde erkenning van professionele verdiensten en hun respectieve beloning, op basis van prestatiegerelateerde indicatoren die onder meer complicaties, sterftecijfers en patiënttevredenheid omvatten.

De betrokken categorieën omvatten medisch personeel in ziekenhuizen en ambulante zorg.

360

Hervorming 3. Meer capaciteit voor gezondheidsbeheer en personele middelen op het gebied van gezondheid

Doel

Bouwen en volledig uitrusten van 2 nieuwe centra voor de ontwikkeling van vaardigheden voor personeel in de openbare gezondheidszorg

0

2

KWARTAAL 2

2024

Twee nieuw gebouwde en volledig uitgeruste centra voor de ontwikkeling van vaardigheden, gewijd aan personeel dat werkzaam is in openbare zorginstellingen, om operationeel te worden.

361

Hervorming 3. Meer capaciteit voor gezondheidsbeheer en personele middelen op het gebied van gezondheid

Doel

Personen die hebben deelgenomen aan een opleiding in het beheer van gezondheidsdiensten

Aantal

0

1 000

KWARTAAL 2

2025

1 000 ziekenhuismedewerkers (zoals: managers, leden van beheerscomités, afdelingshoofden/laboratoria/apotheken, managers van provinciale directoraten volksgezondheid en provinciale ziekteverzekeringsbureaus, huisartsen die individuele of gegroepeerde praktijken beheren) krijgen een opleiding. Er wordt voorrang gegeven aan professionals die in afgelegen en plattelandsgebieden werken.

Opleidingen omvatten, maar zijn niet beperkt tot, het beheer van gezondheidsdiensten, de organisatie en financiering van gezondheidszorgstelsels, gezondheidsbeleid, personeelsbeleid, gezondheidscommunicatie, kwaliteitsbeheer van gezondheidsdiensten, gezondheidswetgeving, digitalisering en innovatie op het gebied van gezondheid.

De opleidingen worden gegeven in de twee nieuwe centra voor de ontwikkeling van vaardigheden.

362

Hervorming 3. Meer capaciteit voor gezondheidsbeheer en personele middelen op het gebied van gezondheid

Doel

Personen die hebben deelgenomen aan opleidingen over personeelsbeheer in

gezondheidsinstellingen

Aantal

0

1 000

KWARTAAL 2

2025

De betrokken categorieën omvatten personeel van de personeelsstructuren van ziekenhuizen, districtsdirectoraten volksgezondheid en andere instellingen voor gezondheidszorg.

Opleidingen omvatten, maar zijn niet beperkt tot, de aanwerving en selectie van personele middelen, financiële en niet-financiële mechanismen om medisch personeel te stimuleren en de motivatie van medisch personeel.

363

Hervorming 3. Meer capaciteit voor gezondheidsbeheer en personele middelen op het gebied van gezondheid

Doel

Gezondheidswerkers die hebben deelgenomen aan opleidingsprogramma’s op het gebied van integriteit

Aantal

150

3 000

KWARTAAL 2

2025

3 000 personeelsleden die werkzaam zijn op gezondheidsgerelateerde gebieden binnen de centrale overheid, gedecentraliseerde instellingen, het beheer van zorgafdelingen en personeel dat rechtstreekse zorg verleent aan patiënten, worden opgeleid in diverse integriteitsgerelateerde onderwerpen (zoals: preventie van corruptie en aanpak van belangenconflicten in de gezondheidszorg, bescherming van klokkenluiders, transparantie bij de inkoop van gezondheidszorg).

Het opleidingsprogramma moet worden ontwikkeld in overeenstemming met de prestatie-indicatoren die zijn vastgesteld voor het beheer van de volksgezondheidsfondsen die in het kader van de hervorming van 1 zijn vastgesteld.

364

Hervorming 3. Meer capaciteit voor gezondheidsbeheer en personele middelen op het gebied van gezondheid

Mijlpaal

Inwerkingtreding van het gezamenlijk besluit van het ministerie van Volksgezondheid en het Nationaal Zorgverzekeringsfonds (CNAS) voor een mechanisme voor het prioriteren van begrotingstoewijzingen door het ministerie van Volksgezondheid en het Nationaal Zorgverzekeringsfonds (CNAS)

Bepaling in het gezamenlijk besluit van het ministerie van Volksgezondheid en het Nationaal Zorgverzekeringsfonds (CNAS) met vermelding van de inwerkingtreding van het mechanisme voor prioritering van de begroting

KWARTAAL 4

2023

Inwerkingtreding van het begrotingsprioriteringsmechanisme, dat het volgende omvat:

— de grondgedachte en de ontwikkeling van prioriteitscriteria

— de samenwerkingsmechanismen tussen het ministerie van Volksgezondheid en de samenwerkingsmechanismen van het Nationaal Zorgverzekeringsfonds (CNAS) voor de uitvoering van het mechanisme

— de mechanismen aan de hand waarvan de begrotingsprioriteitscriteria als basis dienen voor beleidsbeslissingen, de evaluatie van het beleid en de voortdurende aanpassing van de criteria.

365

Hervorming 3. Meer capaciteit voor gezondheidsbeheer en personele middelen op het gebied van gezondheid

Mijlpaal

Operationalisering van de portaalsite Transparenta.ms.ro over het gebruik van overheidsmiddelen

Publicatie van gegevens op het portaal Transparenta.ms.ro over het gebruik van overheidsmiddelen in de gezondheidszorg

KWARTAAL 4

2024

Het gebruik van overheidsmiddelen wordt transparanter gemaakt door middel van de gecentraliseerde aggregatie van gegevens op het portaal Transparenta.ms.ro.

De opgenomen gegevens hebben betrekking op het gebruik van middelen op het niveau van centrale en lokale instellingen, alsook op ziekenhuisniveau. Meer in het bijzonder omvatten de bekend te maken gegevens de lijst van ondernemingen waaraan overheidsopdrachten zijn gegund, de aanbestedende diensten en een kaart van de gegunde opdrachten.

366

Investering 1. Ontwikkeling van medische preziekenhuisinfrastructuur

Mijlpaal

Vaststelling van criteria voor het prioriteren van investeringen in geïntegreerde gemeenschapscentra

Goedkeuring van het handboek van geïntegreerde communautaire centra, met inbegrip van richtsnoeren voor de prioritering van investeringen in geïntegreerde gemeenschapscentra door middel van een besluit van de minister van Volksgezondheid.

KWARTAAL 4

2021

De geïntegreerde communautaire centra komen in aanmerking voor investeringen op basis van methodologische prioriteitsrichtsnoeren die door het ministerie van Volksgezondheid in overleg met vertegenwoordigers van de lokale overheden moeten worden ontwikkeld. Deze prioritaire richtsnoeren maken integraal deel uit van het Handboek geïntegreerde communautaire centra.

Bij de prioritering van administratieve territoriale eenheden wordt rekening gehouden met:

— het aantal kwetsbare personen per gemeenschap (minimaal 500 personen die medisch, sociaal of economisch kwetsbaar zijn)

— de beschikbaarheid van associatie met andere kwetsbare plaatsen

— het bestaan van een ziekenverpleger en een maatschappelijk werker/technicus sociale bijstand

— administratieve territoriale eenheden zonder huisarts of met een onvoldoende aantal huisartsen in verhouding tot de bevolking

— het bestaan van een besluit van de gemeenteraad tot oprichting van geïntegreerde gemeenschapscentra

— de identificatie van de plaats als marginaal rurale gebied

367

Investering 1. Ontwikkeling van medische preziekenhuisinfrastructuur

Doel

Praktijken van huisartsen of verenigingen van eerstelijnszorg die zijn uitgerust of gerenoveerd, waarbij prioriteit wordt gegeven aan praktijken in gemarginaliseerde regio’s en gemeenten

Aantal

0

2 000

KWARTAAL 2

2023

Ten minste 2 000 verenigingen van praktijken/praktijken van huisartsen moeten worden uitgerust of gerenoveerd op basis van een openbare oproep. Dit gebeurt via centraal aangeschafte medische uitrusting (via de aankoopcentrale van het ministerie van Volksgezondheid of het Nationaal Bureau voor gecentraliseerde aanbestedingen). Ten minste 75 % van alle contracten die met verenigingen van gedrags- en gezinsartsen worden gesloten, moet zich in gemarginaliseerde regio’s of gemeenten bevinden (zoals hierboven omschreven in de beschrijving van de investering).

De criteria voor de selectie van medisch onderbediende gebieden zijn: I) kenmerken van de bevolking, ii) dekking van de bevolking met een ziektekostenverzekering, iii) beschikbaarheid van de benodigde personele middelen, iv) beschikbaarheid van goede fysieke infrastructuur, v) geografische toegankelijkheid.

368

Investering 1. Ontwikkeling van medische preziekenhuisinfrastructuur

Doel

Mobiele medische eenheden uitgerust voor screening op borst- en baarmoederhalskanker

Aantal

0

10

KWARTAAL 2

2023

10 mobiele medische eenheden worden uitgerust met apparatuur voor screening op borst- en baarmoederhalskanker.

De medische caravans verrichten screening op borst- en baarmoederhalskanker in gebieden met beperkte toegang tot gespecialiseerde gezondheidszorg, met inbegrip van achtergestelde gebieden met een meerderheid van de Roma- of Romagemeenschappen. Screeningcaravans (mobiele eenheden) worden toegewezen aan de regionale centra die momenteel cervicescreaties uitvoeren en reeds over deskundigheid op dit gebied beschikken.

De aan te kopen caravans zijn uit milieuoogpunt de best beschikbare technologie om de naleving van de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01) te waarborgen.

369

Investering 1. Ontwikkeling van medische preziekenhuisinfrastructuur

Doel

Nieuw gebouwde/gerenoveerde en uitgeruste voorzieningen voor ambulante zorg

Aantal

0

30

KWARTAAL 4

2024

Ten minste 30 poliklinische zorgeenheden worden gemoderniseerd, gerehabiliteerd, uitgebreid (onder meer door de bouw van nieuwe gebouwen) en uitgerust.

Bij de selectie wordt ook rekening gehouden met de lijst van projecten die voorkomen op de reservelijst van de oproep tot het indienen van projecten in het regionale operationele programma (2014-2020) en andere projecten naargelang van hun mate van rijpheid.

Ten minste 20 poliklinische zorgeenheden zijn gevestigd in minder ontwikkelde regio’s of gemeenten.

De volgende regio’s/gemeenten worden als minder ontwikkeld beschouwd: regio’s/gemeenten waar het bbp/hoofd 75 % van het EU-27-gemiddelde bedraagt (overeenkomstig de EU-definitie).

De investeringen bestaan uit:

— revalidatie/modernisering/uitbreiding/toewijzing van de bestaande poliklinische infrastructuur;

— verbetering van de toegankelijkheid van de ruimte voor medische diensten en toegangswegen;

— zorgen voor/moderniseren van algemene en specifieke nutsvoorzieningen (met inbegrip van aansluiting op nutsvoorzieningen op de locatie van de investeringsdoelstelling);

— aankoop van uitrusting voor poliklinische infrastructuur.

370

Investering 1. Ontwikkeling van medische preziekenhuisinfrastructuur

Doel

Nieuw gebouwde/gerenoveerde en uitgeruste geïntegreerde gemeenschapscentra, met inbegrip van voldoende personeel

Aantal

0

200

KWARTAAL 2

2025

200 nieuw gebouwde of gerenoveerde geïntegreerde gemeenschapscentra. De functies van de geïntegreerde gemeenschapscentra omvatten ruimten voor het verlenen van medische diensten overeenkomstig de bepalingen van de specifieke wetgeving en van de kwestie van de geïdentificeerde kwetsbare groepen vanuit medisch-sociaaleconomisch oogpunt. Vaste kosten, zoals personeelskosten, worden niet meegerekend.

Infrastructuur en/of gebouwen moeten voldoen aan energie-efficiëntiecriteria. Alle nieuw gebouwde gebouwen moeten voldoen aan de doelstelling om een primaire energievraag (PED) te bereiken die ten minste 20 % lager is dan de eis voor bijna-energieneutrale gebouwen (BENG) overeenkomstig nationale richtsnoeren, die wordt gewaarborgd door middel van energieprestatiecertificaten. Naar schatting zal 70 % van de kosten voor de uitrol van deze investering verband houden met de bouw (die moet worden uitgevoerd door te voldoen aan de BENG ± norm).

Ten minste 100 geïntegreerde gemeenschapscentra bevinden zich in gemarginaliseerde regio’s en gemeenten.

De voorzieningen zijn uitgerust met de volgende hoofdapparatuur:

I. Functionaliteitsapparatuur voor kantoorgebruik: desks, kantoorstoelen, onder meer voor patiënten, bestandskasten, warmer, multifunctionele printer (met scanner), computers/laptops met internettoegang, scooter/Bicycle/ATV/elektrische auto, afhankelijk van de specifieke kenmerken van de lokale gemeenschap en infrastructuur — ten minste één vervoersmiddel per gemeenschapscentrum, 24 uur per functionele internetstructuur voor interventies in de telegeneeskunde. De genoemde vervoermiddelen mogen alleen worden gebruikt voor het verlenen van gezondheidszorggerelateerde diensten in afgelegen gebieden.

II. Raadplegingsapparatuur: consultatiesofa, gynaecologische tafel of consultatiesofa om ondersteuning te bevatten voor obstetrisch en gynaecologisch onderzoek, bloeddrukmonitor, stethoscoop, volledige microchirurgie, koelkast voor organische producten, medische analyseapparatuur.

III. Pakket voor medische hulp (zoals: stethoscoop sphygmomanometer, foetale stethoscoop, pulsoxidator, thermometer voor kinderen en volwassenen, chirurgische wegwerpkit, schalen voor zuigelingen en volwassenen, nierschotel, mini-afvalcontainer, snelle test voor membraanscheuren bij foetus, PH-papier, universele baarmoederhalskraag, medische benodigdheden.);

371

Investering 1. Ontwikkeling van medische preziekenhuisinfrastructuur

Doel

Onderbediende gemeenschappen, waaronder Roma, hebben toegang tot gemeenschapsgezondheidszorg

Aantal

0

300

KWARTAAL 2

2025

Ten minste 300 gemarginaliseerde gemeenschappen (zoals hierboven gedefinieerd in de beschrijving van de investering), waaronder gemeenschappen met een meerderheid van de Romabevolking of Romagemeenschappen, hebben toegang tot medische diensten via de geïntegreerde gemeenschapscentra.

Van de 300 plaatsen die toegang zullen krijgen tot gemeenschapsgezondheidszorg, zijn er 250 plattelandsgemeenten en 50 uit stedelijke gebieden.

372

Investering 1. Ontwikkeling van medische preziekenhuisinfrastructuur

Doel

Kasten voor gezinsplanning uitgerust of uitgerust en gerenoveerd

Aantal

0

79

KWARTAAL 4

2025

79 kasten voor gezinsplanning worden uitgerust en/of hersteld. Kasten voor gezinsplanning worden gerenoveerd en gerenoveerd en worden voorzien van medische laboratorium- en beeldvormingsapparatuur.

De gezondheidseenheden die de bureaus voor gezinsplanning beheren, hebben toegang tot de financiering en voeren het project uit. De faciliteiten worden ook voorzien van uitrusting (zoals: zorgpunt plus analysator — voor seksueel overdraagbare infecties, ultrageluidsscanner met ultradraagbare gynaecologische sondes, microscoop, IT-apparatuur, koelkast, transportvoertuigen (elektrisch of fietsen)).

373

Investering 1. Ontwikkeling van medische preziekenhuisinfrastructuur

Doel

Vermindering van het aantal plattelandsgemeenschappen dat niet door een huisarts wordt bediend

Aantal

168

109

KWARTAAL 2

2025

Vermindering van het aantal plattelandsgemeenschappen dat niet door een huisarts wordt bediend met 35 % (van 168 tot 109) ten opzichte van februari 2021. Deze gemeenschappen omvatten, waar mogelijk, gemeenschappen met de Romabevolking.

De investeringen voor medische preziekenhuisinfrastructuur zullen betrekking hebben op 2 000 kasten voor huisartsen en 200 geïntegreerde gemeenschapscentra, die samen ongeveer 35 % vertegenwoordigen van het aantal actieve huisartsen in Roemenië (in samenhang met de doelstelling om de bevolking zonder actieve huisarts met 35 % te verminderen).

374

Investering 1. Ontwikkeling van medische preziekenhuisinfrastructuur

Doel

Toename van preventieve raadplegingen

Aantal

1 100 000

1 265 000

KWARTAAL 2

2024

Verhoging van het aantal preventieve raadplegingen met 15 %, te beginnen met het kalenderjaar volgend op de geraamde periode voor de voltooiing van de voorgestelde investeringen in medische praktijken en verenigingen van medische gezinspraktijken (d.w.z. vanaf 30 juni 2024).

Het totale aantal preventieve raadplegingen dat tussen 1 juli 2023 en 30 juni 2024 moet worden gehouden, moet met 15 % toenemen ten opzichte van de gegevens van 2019.

Het streefcijfer van 15 % werd bepaald aan de hand van de in 2019 gehouden preventieve zorgconsulten (ongeveer 1 100 000). De procentuele verhoging werd vastgesteld op ongeveer de helft van het percentage huisartsen en geïntegreerde gemeenschapscentra dat zal worden gerenoveerd. Meer in het bijzonder zal ten minste 35 % van de kabinetten van preziekenhuisartsen in aanmerking komen voor steun in het kader van de herstel- en veerkrachtfaciliteit, gekoppeld aan een toename van het aantal diensten met 15 %).

375

Investering 2. Ontwikkeling van openbare ziekenhuisinfrastructuur

Doel

Openbare ziekenhuizen met uitrusting en materiaal om het risico op infecties te verminderen

Aantal

0

25

KWARTAAL 2

2024

Ten minste 25 openbare ziekenhuizen moeten beschikken over uitrusting en materialen die het risico op ziekenhuisinfecties helpen verminderen, zoals apparatuur voor microbiologische luchtcontrole in de operationele blokken en intensieve zorgeenheden via specifieke klimaatregelingsvoorzieningen en voorzieningen voor de ontsmetting van medisch personeel (zoals: apparatuur voor milieudecontaminatie, sterilisatie, afvalrecipiënten).

376

Investering 2. Ontwikkeling van openbare ziekenhuisinfrastructuur

Doel

Eenheden voor intensieve zorg voor pasgeborenen uitgerust, met inbegrip van pasgeboren ambulances (voor de regionale centra)

Aantal

0

25

KWARTAAL 4

2024

25 intensivecareafdelingen komen in aanmerking voor investeringen in neonatale kritieke patiënteninfrastructuur voor vroegtijdige diagnose, prenatale/neonatale en postnatale behandeling.

De investering bestaat uit:

— de capaciteitsuitbreiding van ziekenhuisinfrastructuur voor patiënten die neonataal kritiek zijn (i) met 124 extra bedden, met inbegrip van de bijbehorende infrastructuur en uitrusting; het uitrusten van 90 bestaande bedden met adequate medische uitrusting

— verbetering van het screeningprogramma door de bestaande infrastructuur uit te rusten met: luchtzuurstofmenger voor de afvoerkamer en voor de keizersansectie, SN-monitor, SOC-monitor, transportventilator met 21-100 % instelbare FiO2, transportincubator, laserinrichting, pendelbus met ret-cam, indirecte oogheelkundige ruimte, met inbegrip van instrumenten

— de aankoop van 12 mobiele eenheden voor neonatale intensieve zorg (niveau 3)

— bouw en uitrusting van 8 regionale opleidingscentra (elk 100 vierkante meter) voor kritische neonatale patiënten.

De uitrusting van de opleidingscentra bestaat uit:

— mannequinen en didactische simulatoren die vereist zijn in de opleidingsprogramma’s, zoals Complexsimulator, met meerdere modules voor mechanische ventilatiescenario’s, hartgeluidssimulator, virtueel haptische simulator, endoscopie en colonoscopie;

— simulator voor bronchoscopie op basis van virtuele realiteit, ECMO-simulator;

— geavanceerd noodsimulator en reanimatiemodel voor pasgeboren aangeboren afwijkingen;

— mechanische ventilatiemannequine.

Hierdoor wordt het percentage pasgeborenen met kritieke aandoeningen die toegang hebben tot passende medische zorg verbeterd van 64 % tot 83 % (een geraamde verbetering met 30 % ten opzichte van de huidige situatie).

377

Investering 2. Ontwikkeling van openbare ziekenhuisinfrastructuur

Doel

Bouw en/of uitrusting van nieuwe volksgezondheidseenheden/ziekenhuizen

Aantal

0

19

KWARTAAL 2

2026

Ten minste 19 volksgezondheidseenheden/ziekenhuizen worden gebouwd en/of uitgerust met gedeeltelijke financiering via de herstel- en veerkrachtfaciliteit. Van de 19 volksgezondheidseenheden/ziekenhuizen moeten ten minste drie projecten worden afgerond via het onlangs opgerichte Nationaal Agentschap voor de ontwikkeling van infrastructuur voor de gezondheidszorg (ANDIS), dat in het kader van de hervorming van 2 is opgericht.

De investeringen bestaan uit:

— Investeringen in nieuwe openbare ziekenhuisinfrastructuur om: I) nieuwe medische diensten te verlenen; II) de kwaliteit van de bestaande gezondheidsdiensten verbeteren

— Investeringen in medische uitrusting en apparatuur voor nieuw gebouwde gezondheidsinfrastructuur, zoals: bedden, decontaminatie-eenheden, IT-apparatuur (ten minste 42.51 miljoen EUR), crashcarts, defibrillatoren, infusiepompen, fysiologische monitoringsystemen (met inbegrip van centrale console), fysiologische monitoringsystemen voor acute zorg, beademingstoestellen voor intensivecareafdelingen, algemene scansystemen.

Ten minste 346 miljoen EUR van de toewijzing van 661.41 miljoen EUR of de nieuw gebouwde gebouwen moet voldoen aan de doelstelling om een primaire energievraag (PED) te bereiken die ten minste 20 % lager is dan de vereiste bijna-energieneutrale gebouwen (BENG) overeenkomstig nationale richtsnoeren, die moet worden gewaarborgd door middel van energieprestatiecertificaten.

Deze eis is niet van toepassing op projecten waarbij de investering alleen bestaat in de aankoop van nieuwe uitrusting.

Om te zorgen voor samenhang met de kostengegevens die voor deze investering worden verstrekt, en in aanvulling op de reeds vermelde criteria, moeten ook de volgende doelstellingen worden bereikt:

• ten minste 900 bedden in BENG-gebouwen

• ten minste 780 bedden in BENG’s + gebouwen (gebouwen die een primaire energievraag hebben die ten minste 20 % lager is dan de eis voor bijna-energieneutrale gebouwen)

• ten minste 3 300 bedden moeten worden uitgerust

• ten minste 3 300 bedden om over nieuwe IT-apparatuur te beschikken

De 19 ziekenhuizen en ziekenhuiseenheden worden geselecteerd uit de volgende lijst (met inbegrip van de drie projecten die zullen zijn voltooid via het nieuw opgerichte Nationaal Agentschap voor de ontwikkeling van infrastructuur voor de gezondheidszorg (ANDIS) — opgericht in het kader van de hervorming 2):

1. Noodziekenhuis Alba Iulia — verhuizing en modernisering van de activiteit van de afdeling oncologie en de oprichting van het compartiment interventionele cardiologie

2. Noodziekenhuis Alba Iulia — Bouw en uitrusting van de afdeling besmettelijke ziekten

3. Ziekenhuis Pitești voor noodgevallen — Laboratorium voor radiotherapie

4. Kliniek gemeentelijk ziekenhuis „Dr. G. Curteanu” Oradea — bouw en uitrusting van afdelingen infectieziekten en ulmonologie

5. Noodziekenhuis Bistrița — uitbreiding van het ziekenhuispaviljoen door de bouw van een nieuw gebouw

6. Noodinstituut voor hart- en vaatziekten „Prof dr CC Iliescu” Boekarest — bouw van nieuwe gebouwen

7. Verloskunde en gynaecologie

„Filantropia” Boekarest — uitbreiding van het ziekenhuis

8. Klinisch ziekenhuis van Psychiatry „Prof. dr. Alexandru Obregia” Boekarest — bouw van een kindergeneeskundig centrum

9. Kliniek „Sfânta Maria” Boekarest — bouw van multiorgaantransplantatiecentrum

10. Kliniek Pulmonologie, Constanța — Bouwkliniek Pulmonologie paviljoen

11. Ziekenhuis Sibiu voor noodgevallen — nieuw ziekenhuis

12. Gemeentelijk noodziekenhuis in Timișoara — bouw en uitrusting van een nieuw moederschap

13. Noodziekenhuis voor kinderen

„Louis Turcanu”, Timișoara — uitrusten van nieuw ziekenhuis met medische apparatuur

14. Ziekenhuis nr. 2, Vaslui — Bouw van nieuwe secties voor infectieziekten, psychiatrie, chronische ziekten

15 ziekenhuis voor noodgevallen, Focsani-Vrancea — nieuw ziekenhuis

16. County Clinic Hospital, Cluj — nieuw ziekenhuis

17. Verloskundige Genecologie Hospital, Buftea — Uitbreiding en uitrusting; ontmanteling van bestaande gebouwen

18. Nieuw multitrauma-paviljoen, Brașov

19. Nieuw multitrauma-paviljoen, Craiova

20.Nieuw paviljoen voor traumachirurgie, Pitesti

21. Nieuw multitrauma-paviljoen, Sibiu

22. Districtsziekenhuis Alba Iulia voor noodgevallen — bouw en uitrusting van het deel chronische psychiatrie

23. Klinisch ziekenhuis van infectieziekten en pneumophysiologie, Brașov — nieuw gebouw

24. Multiorgaantransplantatiecentrum, Cluj — nieuw ziekenhuis

25. Regionaal oncologisch instituut, Timisoara — nieuw ziekenhuis

26. Gemeentelijk polikliniek, gespecialiseerd in cardiologie en oncologie, Constanța — nieuw ziekenhuis

27. Bouw van verloskunde en gynaecologie, neonatologie, kinderchirurgie en pediatrie, Arad — nieuwe eenheden

28. Noodinstituut „Niculae Stăncioiu”

voor cardiovasculaire ziekten Cluj- Napoca — nieuw deel

29. Noodziekenhuis Miercurea Ciuc — bouw van een nieuw gebouw voor de delen Pulmonologie en infectieziekten

30. Regionaal noodziekenhuis, Brașov — nieuw ziekenhuis

31. Universitair noodziekenhuis, Boekarest — modernisering, bouw, herstel van infrastructuur

32. Het ziekenhuis „Prof. Dr. Agrippa lonescu”, Balotești — modernisering van de infrastructuur

33. „Prof. Dr. Dimitre Gerota” Emergency Hospital, Boekarest — nieuw ziekenhuis

34. Gemeentelijk ziekenhuis „Dr Teodor Andrei”, Lugoj — nieuw ziekenhuis

35. Medisch paviljoen, Constanța — nieuwe eenheid

36. Regionaal Instituut voor hart- en vaatgeneeskunde, Miroslava — nieuw ziekenhuis

37. County Emergency Hospital, Piatra Neamț — nieuw ziekenhuis

38. Zerlendi tuberculose Diagnostics and Treatment Centre, Boekarest — nieuw ziekenhuis

39. Kinderziekenhuis „Dr. Victor Gomoiu”, Boekarest — nieuw expertisecentrum op het gebied van oncopaediatrie

40. Pediatrisch Monobloc ziekenhuis, Cluj — nieuw ziekenhuis

41. Ziekenhuis voor noodgevallen, Târgu Mures — nieuwe ziekenhuiseenheid

42. Districtsziekenhuis voor noodgevallen, Arad — revalidatie van ziekenhuisdiensten op het gebied van cardiovasculaire geneeskunde

43. Districtsziekenhuis voor noodgevallen, Arad — nieuwe afdeling radiotherapie

44. „SF. Apostol Andrei” Emergency County Hospital, Constanța — Uitbreiding van de externe sectie voor kindergeneeskunde en kinderneonatologie

45. Noodziekenhuis van Ilfov, Ilfov — Operationeel blok en neurochirurgie vooruit en multifunctioneel algemeen chirurgisch blok

46. Districtsziekenhuis voor noodgevallen, Giurgiu — nieuw ziekenhuis, eerste fase (afdelingen oncologie en neurologie)

47. Medisch centrum voor noodgevallen, Voluntari — nieuwe eenheid

48. Noodinstituut voor hart- en vaatziekten en transplantatie, Târgu Mures — nieuwe eenheid

49. Gemeentelijk en provinciaal noodziekenhuis Bacău — voltooiing en integratie

De definitieve lijst van ziekenhuizen en ziekenhuiseenheden hangt ook af van de methodologie voor het prioriteren van infrastructuurinvesteringen.



M.ONDERDEEL 13: Sociale hervormingen

Deze component omvat een reeks hervormingen en investeringen om de sociale zekerheid in Roemenië te versterken.

Het doel van de component is de meest kwetsbaren, waaronder werknemers, kinderen, personen met een handicap, inactieven en ouderen, te ondersteunen door de toegang tot sociale diensten te verbeteren. De hervormingen ter ondersteuning van de investeringen omvatten wijzigingen in de regelgeving om te voorkomen dat kinderen van hun familie worden gescheiden, om het de-institutionaliseringsproces voor personen met een handicap aan te pakken, om te beginnen met de uitvoering van het minimuminkomen voor inclusie, om zwartwerk te verminderen en om inactieven in staat te stellen werk te vinden. De maatregelen ondersteunen eveneens de hervorming van de langdurige zorg voor ouderen en de invoering van een objectief mechanisme voor de vaststelling van minimumlonen. De aanvullende investeringen hebben betrekking op de oprichting van een netwerk van dagcentra voor kinderen die risico lopen op scheiding, rehabilitatie en renovatie van sociale diensten voor personen met een handicap, de oprichting van een digitaal platform voor de invoering van het vouchersysteem voor huishoudelijk personeel, en de oprichting van centra voor dagopvang en revalidatie voor ouderen.

Deze investeringen en hervormingen moeten bijdragen tot de uitvoering van de landspecifieke aanbevelingen van Roemenië van de afgelopen twee jaar om „de dekking en de kwaliteit van sociale diensten te vergroten en de hervorming van het minimuminclusie-inkomen te voltooien” (landspecifieke aanbevelingen 3, 2019), „zorgen voor de vaststelling van minimumlonen op basis van objectieve criteria, in overeenstemming met het scheppen van banen en het concurrentievermogen” (landspecifieke aanbevelingen 3 en 2019) en om „de socialebeschermingsmaatregelen en de toegang tot essentiële diensten voor iedereen uit te breiden” (landspecifieke aanbeveling 2, 2020).

Verwacht wordt dat geen enkele maatregel in deze component ernstig afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregelen en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01).

M.1.    Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor niet-terugbetaalbare financiële steun

Hervorming 1. Een nieuw rechtskader creëren om te voorkomen dat kinderen van hun familie worden gescheiden

Het doel van deze hervorming is te voorkomen dat kinderen van hun gezin worden gescheiden, met name in kwetsbare gezinnen. De hervorming wordt uitgevoerd door de inwerkingtreding van een nieuwe wetgevingshandeling die een kader creëert voor de uitvoering van maatregelen (waaronder bijvoorbeeld advies en ondersteuning voor ouders en kinderen, dagcentra voor kinderen die het risico lopen van scheiding van ouders te worden gescheiden, dagcentra voor kinderen met een handicap) om de scheiding van het kind van het gezin doeltreffend te voorkomen en het gezin te ondersteunen bij het opvoeden en verzorgen van het kind dat het risico loopt van scheiding. De wetgevingshandeling omvat: een vastgestelde stabiele financieringsbron voor de maatregelen, een governancemechanisme met duidelijke verantwoordelijkheden voor de overheidsinstanties op nationaal en lokaal niveau en een mechanisme voor de uitbetaling van financiering, afhankelijk van de verwezenlijking van kernprestatie-indicatoren in verband met de beleidsdoelstellingen.

De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 30 juni 2026 voltooid.

Hervorming 2. Hervorming van het beschermingsstelsel voor volwassenen met een handicap

Het doel van deze hervorming is het proces van de-institutionalisering van personen met een handicap te bevorderen en hun institutionalisering te voorkomen.

De hervorming wordt uitgevoerd door de inwerkingtreding van een wetgevingshandeling ter goedkeuring van de Gids voor het versnellen van het proces van de-institutionalisering van alle personen met een handicap die momenteel zijn geïnstitutionaliseerd, zodat voor elke persoon een „zelfstandig levenstraject” wordt vastgesteld. De wetgevingshandeling omvat een vastgestelde stabiele financieringsbron voor de in het richtsnoer geplande maatregelen, samen met een uitbetalingsmechanisme op voorwaarde dat kernprestatie-indicatoren met betrekking tot de beleidsdoelstellingen worden gehaald en een governancestructuur met duidelijke verantwoordelijkheden voor de overheidsinstanties op nationaal en lokaal niveau. De wetgevingshandeling wordt ook gebaseerd op een volledige inventarisatie van de individuele situatie van alle personen met een handicap die momenteel in Roemenië zijn geïnstitutionaliseerd, met als doel voor elke persoon een „zelfstandig levenstraject” vast te stellen, in overeenstemming met de beginselen van casemanagement door een onafhankelijke autoriteit/entiteit.

De hervorming inzake de preventie van het institutionaliseringsproces voor personen met een handicap wordt uitgevoerd door de inwerkingtreding van de wetgevingshandeling tot uitvoering van de aangenomen nationale strategie ter voorkoming van institutionalisering, en de maatregelen voor een „zelfstandig leven” voor de grootst mogelijke meerderheid van alle personen met een handicap.

De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 30 juni 2026 voltooid.

Hervorming 3. Uitvoering van het minimuminkomen voor inclusie (Minimum Inclusion Income — VMI)

Het doel van deze hervorming is de sociale bijstand te verbeteren en de armoede voor de meest kwetsbaren terug te dringen, en tegelijkertijd de administratieve lasten voor het nationale betaalorgaan en de sociale inspectie, de lokale overheidsdiensten en de begunstigden te verminderen.

De hervorming wordt uitgevoerd door de inwerkingtreding van wetgeving waarin de methodologische regels voor de uitvoering van de wet inzake VMI worden vastgesteld, met behoud van ten minste hetzelfde niveau van toereikendheid van de uitkeringen en voorwaarden om in aanmerking te komen als bepaald in Wet 196/2016, de huidige toepasselijke wetgeving, met als doel armoede terug te dringen, werkgelegenheid te stimuleren door activeringsmaatregelen te nemen en het opleidingsniveau te verhogen. De betaling van een minimuminkomen voor inclusie wordt gefinancierd uit de Roemeense staatsbegroting. Het digitale platform ter ondersteuning van deze hervorming wordt ontwikkeld in het kader van pijler II — component 7. Digitale transformatie.

De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 30 juni 2025 voltooid.

Hervorming 4. Invoering van werkkaarten en formalisering van het werk bij huishoudelijk personeel

Het doel van deze hervorming is om zwartwerk terug te dringen, stimulansen te bieden om werk te formaliseren en inactieven in staat te stellen werk te vinden.

De hervorming wordt uitgevoerd door de inwerkingtreding van een wetgevingshandeling voor de invoering van het systeem van arbeidsvouchers om formele werkgelegenheid te stimuleren. Dit vouchersysteem moet stimulansen creëren om formele werkgelegenheid te creëren voor huishoudelijk personeel dat momenteel als werkloos of inactief wordt geregistreerd. De hervorming heeft tot doel een systeem in te voeren voor de betaling en registratie van personen die binnenlandse activiteiten verrichten op basis van werkbonnen, die door de ontvanger zijn gekocht en vervolgens tegen geld worden ingewisseld door de huishoudster, na aftrek van de desbetreffende premies, waardoor de status van verzekerde in het socialezekerheidsstelsel en de ziektekostenverzekering wordt verkregen.

De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 30 maart 2026 voltooid.

Hervorming 5. Zorgen voor een vaststelling van het minimumloon

Het doel van de hervorming is een mechanisme voor de vaststelling van minimumlonen in te voeren dat gebaseerd is op objectieve criteria en in overeenstemming is met het scheppen van banen en het concurrentievermogen van het land.

De hervorming wordt uitgevoerd door de inwerkingtreding van een wetgevingshandeling tot vaststelling van een nieuw mechanisme en een formule om het minimumloon objectief en systematisch vast te stellen, in overleg met de sociale partners en rekening houdend met het optreden van de Unie.

De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 30 maart 2024 voltooid.

Investering 1. Oprichting van een netwerk van dagcentra voor kinderen die het risico lopen gescheiden te worden

Het doel van deze investering is te voorkomen dat kinderen van hun gezin worden gescheiden. Voorafgaand aan de investering worden de behoeften van de kinderen en het gezin in kaart gebracht met de beschikbare diensten en infrastructuurvoorzieningen voor kinderen die het risico lopen te worden gescheiden van het gezin, met name in kwetsbare gemeenschappen. De investering bestaat uit de ingebruikneming van een netwerk van 150-daagse servicecentra, waarvan ten minste 10 % in gemeenschappen met een aanzienlijke Romabevolking, om te voorkomen dat kinderen van hun familie worden gescheiden. Van de 150-daagse servicecentra moeten er 145 voldoen aan de eis voor bijna-energieneutrale gebouwen overeenkomstig de nationale richtsnoeren. 5 voldoen aan de doelstelling om een primaire vraag naar primaire energie te bereiken die ten minste 20 % lager ligt dan de vereiste bijna-energieneutrale gebouwen overeenkomstig nationale richtsnoeren, hetgeen wordt gewaarborgd door middel van energieprestatiecertificaten.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2024 zijn voltooid.

Investering 2. Herstel, renovatie en ontwikkeling van sociale infrastructuur voor personen met een handicap

Het doel van deze investering is de sociale dienstverlening aan personen met een handicap te verbeteren om hun de-institutionalisering te ondersteunen. De investeringen moeten de ingebruikneming mogelijk maken van 55 nieuwe gemeenschapsdiensten voor personen met een handicap (dagcentra, hulp- en ondersteuningsdiensten en centra voor neuromotorische hersteldiensten voor patiënten), die activiteiten aanbieden aan ten minste 4 870 personen met een handicap binnen 4 jaar, om een zelfstandig leven te waarborgen. Van de 55 nieuwe gemeenschapsdiensten moeten er 45 nieuwe bijna-energieneutrale gebouwen zijn, overeenkomstig de nationale richtsnoeren. 10 voldoen aan de doelstelling om een primaire vraag naar primaire energie te bereiken die ten minste 20 % lager ligt dan de vereiste bijna-energieneutrale gebouwen overeenkomstig nationale richtsnoeren, hetgeen wordt gewaarborgd door middel van energieprestatiecertificaten. De investering moet ook de modernisering mogelijk maken van nog eens 50 gemeenschapscentra (dagcentra en neuromotorische herstelcentra voor personen met een handicap) door middel van een nationaal programma voor de financiering van investeringen zoals rehabilitatie, consolidatie, modernisering en de verlening van gemeenschapsgerichte diensten. Vervolgens worden 25 dagcentra en 25 ambulante centra voor herstel van neuromobiliteit operationeel via een openbare oproep tot het indienen van voorstellen voor sociale voorzieningen die voldoen aan de criteria om in aanmerking te komen voor deze investeringen, met inbegrip van de voorwaarde om per jaar plaats te bieden aan ten minste 1 000 personen met een handicap.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2025 zijn voltooid.

Investering 3. Operationalisering van de invoering van werkkaarten voor huishoudelijk werk

Het doel van deze investering is het systeem van arbeidsvouchers operationeel te maken door te zorgen voor eenvoudige en digitale toegang voor alle gebruikers: werknemers en begunstigden van diensten.

De investering moet het Roemeense nationale arbeidsbureau (ANOFM) in staat stellen een functioneel digitaal platform voor vouchers voor huishoudelijk personeel te leveren en te beheren, dat onder meer het volgende mogelijk moet maken: alle vouchertransacties digitaal uit te voeren (zoals kopen, coderen van werktijden), het coderen van gegevens over de activiteit van huishoudelijk personeel (zoals aantal uren, soort binnenlandse activiteit) en de interoperabiliteit met andere relevante databanken (zoals het ministerie van Financiën, het ministerie van Arbeid en Sociale Bescherming, de databanken van de openbare dienst voor arbeidsvoorziening).

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2023 zijn voltooid.

M.2.    Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor niet-terugbetaalbare financiële steun

Volgende NUM.

Gerelateerde maatregel (hervorming of investering)

Mijlpaal/Doelstelling

Naam

Kwalitatieve indicatoren
(voor mijlpalen)

Kwantitatieve indicatoren
(voor streefcijfers)

Indicatieve termijn voor voltooiing

Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling

Eenheid

Basislijn

Doelstelling

Kwartaal

Jaar

378

Hervorming 1. Een nieuw rechtskader creëren om te voorkomen dat kinderen van hun familie worden gescheiden

Mijlpaal

Inwerkingtreding van een wetgevingshandeling die nodig is om te voorkomen dat kinderen van het gezin worden gescheiden en dat kwetsbare gezinnen worden ondersteund

Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de wetgevingshandeling die nodig is om te voorkomen dat kinderen van het gezin worden gescheiden en dat kwetsbare gezinnen worden ondersteund

 

 

 

KWARTAAL 4

2022

De nieuwe wet creëert een kader voor de uitvoering van maatregelen (zoals advies en ondersteuning voor ouders en kinderen, dagcentra voor kinderen die het risico lopen gescheiden te worden van de ouders, dagcentra voor kinderen met een handicap) om de scheiding van het kind van het gezin doeltreffend te voorkomen en het gezin te ondersteunen bij het opvoeden en verzorgen van het kind dat het risico loopt te scheiden. De wetgevingshandeling omvat:

-een vastgestelde stabiele financieringsbron voor de maatregelen

-een governancemechanisme met duidelijke verantwoordelijkheden voor de overheidsinstanties op nationaal en lokaal niveau;

-een mechanisme voor de uitbetaling van financiering, afhankelijk van de verwezenlijking van kernprestatie-indicatoren die verband houden met de beleidsdoelstellingen.

379

Hervorming 1. Een nieuw rechtskader creëren om te voorkomen dat kinderen van hun familie worden gescheiden

Doel

Vermindering van het aantal kinderen dat van het gezin gescheiden is en onder het stelsel van sociale bescherming valt

Aantal

12 139

6 100

KWARTAAL 2

2026

Vermindering van het aantal kinderen dat van het gezin gescheiden is en onder het stelsel van sociale bescherming valt ten opzichte van 31.12.2020.

380

Hervorming 2. Hervorming van het beschermingsstelsel voor volwassenen met een handicap

Mijlpaal

Inwerkingtreding van de wet voor de uitvoering en operationalisering van de Gids voor het versnellen van het proces van de-institutionalisering

Bepaling in de wet die de inwerkingtreding van de wetgevingshandeling aangeeft

 

 

 

KWARTAAL 4

2022

Inwerkingtreding van de wet voor de uitvoering en operationalisering van de Gids voor het versnellen van het proces van de-institutionalisering van alle personen met een handicap, die momenteel is geïnstitutionaliseerd, zodat voor elke persoon een „zelfstandig levenstraject” wordt vastgesteld en wordt uitgevoerd op basis van een casemanagementbenadering. De gids voor het versnellen van het de-institutionaliseringsproces zal een bijlage zijn bij de nationale strategie, die beide bij besluit van de regering zal worden goedgekeurd.

De wetgevingshandeling omvat eveneens:

-een vastgestelde stabiele financieringsbron voor de in het richtsnoer geplande maatregelen

-een governancemechanisme met duidelijke verantwoordelijkheden voor de overheidsinstanties op nationaal en lokaal niveau;

-een mechanisme voor de uitbetaling van financiering op voorwaarde dat kernprestatie-indicatoren met betrekking tot de beleidsdoelstellingen worden gehaald.

De wetgevingshandeling is gebaseerd op een volledige inventarisatie van de individuele situatie van alle personen met een handicap die momenteel in Roemenië zijn geïnstitutionaliseerd.

381

Hervorming 2. Hervorming van het beschermingsstelsel voor volwassenen met een handicap

Mijlpaal

Inwerkingtreding van de wet ter ondersteuning van de uitvoering van de aangenomen nationale strategie ter voorkoming van institutionalisering

Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de wetgevingshandeling ter ondersteuning van de uitvoering van de vastgestelde nationale strategie ter voorkoming van institutionalisering

 

 

 

KWARTAAL 4

2022

Inwerkingtreding van de wet ter ondersteuning van de uitvoering van de aangenomen nationale strategie ter voorkoming van institutionele integratie, die voorziet in maatregelen voor een „zelfstandig leven” voor de meerderheid van personen met een handicap en momenteel geïnstitutionaliseerd. De wetgevingshandeling omvat:

-een vastgestelde stabiele financieringsbron voor de geplande maatregelen;

-een governancemechanisme met duidelijke verantwoordelijkheden voor de overheidsinstanties op nationaal en lokaal niveau;

-een mechanisme voor de uitbetaling van financiering op voorwaarde dat kernprestatie-indicatoren met betrekking tot de beleidsdoelstellingen worden gehaald.

382

Hervorming 2. Hervorming van het beschermingsstelsel voor volwassenen met een handicap

Doel

Geïnstitutionaliseerde personen met een handicap die gepersonaliseerde steun krijgen om hun „zelfstandig leven” te deïnstitutionaliseren en uit te voeren

Aantal

0

8 455

KWARTAAL 2

2026

Ten minste 8 455 personen met een handicap (50 % van het aantal in december 2020) hebben personen met een handicap die steun ontvangen met het oog op de de-institutionalisering en de uitvoering van hun „zelfstandig leven”, geïnstitutionaliseerd.

383

Hervorming 2. Hervorming van het beschermingsstelsel voor volwassenen met een handicap

Doel

Vermindering van het totale aantal geïnstitutionaliseerde personen met een handicap (ten opzichte van de gegevens van 31.12.2020)

 

Aantal

16 911

11 500

KWARTAAL 2

2026

Vermindering van het aantal geïnstitutionaliseerde personen met een handicap, na ontvangst van de relevante steun, op basis van een casemanagementbenadering, om hun „zelfstandig leven” vooruit te helpen tot 11 500 van de 16 911.

384

Hervorming 3. Uitvoering van het minimuminkomen voor inclusie (Minimum Inclusion Income — VMI)

Mijlpaal

Inwerkingtreding van de wetgeving tot goedkeuring van de uitvoeringsbepalingen voor de toepassing van VMI

Bepaling in de wetgeving waarin de uitvoeringsbepalingen voor de toepassing van VMI worden vermeld

 

 

 

KWARTAAL 3

2022

In de wetgeving worden de methodologische regels vastgesteld voor de uitvoering van de wet inzake VMI, met behoud van ten minste hetzelfde niveau van toereikendheid van de uitkeringen en voorwaarden om in aanmerking te komen als bepaald in de huidige wet (Wet 196/2016), met als doel de armoede terug te dringen, de werkgelegenheid te stimuleren door activeringsmaatregelen te nemen en het opleidingsniveau te verhogen.

385

Hervorming 3. Uitvoering van het minimuminkomen voor inclusie (Minimum Inclusion Income — VMI)

Doel

Aantal extra in aanmerking komende gezinsleden van de verbeterde regeling

 

Aantal

189 000

245 700

KWARTAAL 2

2024

Extra in aanmerking komende gezinnen die de verbeterde regeling ontvangen (berekend op basis van de raming van het aantal begunstigden in het kader van de geactualiseerde wet), bovenop de huidige in aanmerking komende ontvangers van een gegarandeerd minimuminkomen, d.w.z. 189 000 gezinnen op 31 december 2020.

De betaling van het minimuminkomen/gezinsinkomen wordt gefinancierd uit de staatsbegroting.

386

Hervorming 3. Uitvoering van het minimuminkomen voor inclusie (Minimum Inclusion Income — VMI)

Doel

Ontvanger van een minimuminclusie-inkomen ontvangt ten minste één activeringsmaatregel

% (percentage)

0

60 %

KWARTAAL 2

2025

Ten minste 60 % van de ontvangers van het minimuminkomen in de afgelopen 12 maanden moet ten minste één activeringsmaatregel hebben ontvangen.

De activeringsmaatregel bestaat uit: voorstellen voor banen, opleidingsactiviteiten overeenkomstig de behoeften die zijn vastgesteld op basis van de casemanagementbeginselen (overeenkomstig het door het ESF gefinancierde INTESPO-project);

387

Hervorming 4. Invoering van werkkaarten en formalisering van huishoudelijk werk

Mijlpaal

Inwerkingtreding van de wetgeving en de uitvoeringsbepalingen daarvan voor het systeem van bonnen voor huishoudelijk personeel

Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de wet betreffende de toepassing van het systeem van arbeidsvouchers

 

KWARTAAL 1

2022

Inwerkingtreding van de wet inzake de invoering van het systeem van arbeidsvouchers ter bevordering van de formele tewerkstelling van huishoudelijk personeel dat momenteel als werkloos of inactief wordt geregistreerd.

388

Hervorming 4. Invoering van werkkaarten en formalisering van huishoudelijk werk

Doel

Begunstigden (inhuren huishoudelijk personeel)

 

Aantal

0

10 000

KWARTAAL 4

2024

Ten minste 10 000 begunstigden nemen huishoudelijk personeel in dienst via het vouchersysteem. 

389

Hervorming 4. Invoering van werkkaarten en formalisering van huishoudelijk werk

Doel

Begunstigden (inhuren huishoudelijk personeel)

 

Aantal

10 000

30 000

KWARTAAL 1

2026

Ten minste 30 000 begunstigden nemen huishoudelijk personeel in dienst via het vouchersysteem. 

390

Hervorming 4. Invoering van werkkaarten en formalisering van huishoudelijk werk

Doel

Huishoudelijk personeel/dienstverleners die eerder als werkloos of inactief zijn geregistreerd, verlenen diensten door middel van werkkaarten

 

Aantal

0

20 000

KWARTAAL 4

2024

Ten minste 20 000 huishoudelijk personeel/dienstverleners die eerder als werkloos of inactief zijn geregistreerd, verlenen diensten door middel van werkkaarten

391

Hervorming 4. Invoering van werkkaarten en formalisering van huishoudelijk werk

Doel

Huishoudelijk personeel/dienstverleners die eerder als werkloos of inactief zijn geregistreerd, verlenen diensten door middel van werkkaarten

 

Aantal

20 000

60 000

KWARTAAL 1

2026

Ten minste 60 000 huishoudelijk personeel/dienstverleners die eerder als werkloos of inactief zijn geregistreerd, verlenen diensten door middel van werkkaarten

392

Hervorming 5. Zorgen voor de vaststelling van minimumlonen

Mijlpaal

Inwerkingtreding van de verordening betreffende het nieuwe systeem voor de vaststelling van minimumlonen

Bepaling in de wet die de inwerkingtreding van de wetgevingshandeling aangeeft

KWARTAAL 1

2024

De wetgevingshandeling stelt een nieuw mechanisme en een formule vast om het minimumloon objectief en systematisch vast te stellen, in overleg met de sociale partners en rekening houdend met het optreden van de Unie.

393

Investering 1. Oprichting van een netwerk van dagcentra voor kinderen die het risico lopen gescheiden te worden

Mijlpaal

Het in kaart brengen van de behoeften, beschikbare diensten en infrastructuurvoorzieningen voor kinderen die het risico lopen te worden gescheiden van gezinnen, met name in kwetsbare gemeenschappen.

Inventarisatie van de behoeften, beschikbare diensten en geleverde infrastructuurvoorzieningen

KWARTAAL 2

2023

Er wordt een overzicht gegeven van de beschikbare diensten en infrastructuur voor kinderen die het risico lopen te worden gescheiden van gezinnen, met name in kwetsbare gemeenschappen. De dagcentra worden gebouwd op basis van de resultaten van deze inventarisatie om tegemoet te komen aan de vastgestelde behoeften, met name van kwetsbare gemeenschappen (zoals mensen met een laag inkomen, mensen met een handicap, mensen uit gemarginaliseerde gemeenschappen, waaronder Roma, en mensen met een migratieachtergrond). Bij het in kaart brengen worden ook de achtergestelde/gesegregeerde wijken geïdentificeerd om tegemoet te komen aan de behoeften van de kwetsbare/gemarginaliseerde gemeenschappen (zoals een laag inkomensniveau, hoge werkloosheid, laag opleidingsniveau).

394

Investering 1. Oprichting van een netwerk van dagcentra voor kinderen die het risico lopen gescheiden te worden

Doel

Dagcentra om te voorkomen dat kinderen van het gezin worden gescheiden

 

Aantal

0

150

KWARTAAL 4

2024

Ingebruikneming van een netwerk van 150-daagse servicecentra, waarvan ten minste 10 % in gemeenschappen met een aanzienlijke Romabevolking, om te voorkomen dat kinderen van de gezinnen worden gescheiden.

145 van de nieuw gebouwde gebouwen moeten voldoen aan de eis van bijna-energieneutrale gebouwen overeenkomstig de nationale richtsnoeren. 5 van de nieuw gebouwde gebouwen moeten voldoen aan de doelstelling om overeenkomstig de nationale richtsnoeren een primaire energievraag (PED) te bereiken die ten minste 20 % lager ligt dan de eis voor bijna-energieneutrale gebouwen (BENG), hetgeen moet worden gewaarborgd door middel van energieprestatiecertificaten.

395

Investering 2. Herstel, renovatie en ontwikkeling van sociale infrastructuur voor personen met een handicap

Doel

Gemoderniseerde gemeenschapsdiensten voor personen met een handicap

 

Aantal

0

50

KWARTAAL 4

2024

Aantal gemoderniseerde gemeenschapsdiensten (dagcentra en neuromotorische herstelcentra voor personen met een handicap) via een nationaal programma voor de financiering van investeringen zoals rehabilitatie, consolidatie, modernisering en de verlening van gemeenschapsgerichte diensten. Vervolgens worden 25 dagcentra en 25 ambulante centra voor herstel van neuromobiliteit operationeel via een openbare oproep tot het indienen van voorstellen voor sociale voorzieningen die voldoen aan de criteria om in aanmerking te komen voor deze investeringen, met inbegrip van de voorwaarde om per jaar plaats te bieden aan ten minste 1 000 personen met een handicap.

396

Investering 2. Herstel, renovatie en ontwikkeling van sociale infrastructuur voor personen met een handicap

Doel

Nieuwe gemeenschapsdiensten voor personen met een handicap

 

Aantal

0

55

KWARTAAL 4

2025

Ingebruikneming van 55 nieuwe gemeenschapsdiensten (45 nieuwe bijna-energieneutrale gebouwen en 10 bijna-energieneutrale gebouwen +) voor personen met een handicap (dagcentra, bijstands- en ondersteuningsdiensten en servicecentra voor patiëntenneuro-motorische hersteldiensten) die activiteiten aanbieden aan ten minste 4 870 personen met een handicap in 4 jaar, met het oog op zelfstandig wonen.

De 10 nieuwe emissievrije gebouwen moeten voldoen aan de doelstelling om een primaire energievraag (PED) te bereiken die ten minste 20 % lager ligt dan de vereiste bijna-energieneutrale gebouwen overeenkomstig nationale richtsnoeren, hetgeen wordt gewaarborgd door middel van energieprestatiecertificaten.

397

Investering 3. Operationalisering van de invoering van werkkaarten voor huishoudelijk werk

Mijlpaal

Ingebruikneming van een functioneel digitaal platform voor het gebruik van vouchers voor huishoudelijk personeel

Digitaal platform operationeel

 

 

 

KWARTAAL 4

2023

Levering van het functionele digitale platform voor vouchers voor huishoudelijk personeel, dat naar verwachting onder meer de mogelijkheid zal bieden

-Digitale uitvoering van alle transacties in verband met vouchers (kopen, coderen van werktijden)

-Invoeren van gegevens over de activiteit van huishoudelijk personeel (aantal uren, soort verrichte binnenlandse activiteit) digitaal interoperabel met andere relevante databanken (zoals het ministerie van Financiën, het ministerie van Arbeid en Sociale Bescherming, databanken van de openbare dienst voor arbeidsvoorziening).

M.3.    Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor de lening

Hervorming 6. Verbetering van de wetgeving inzake de sociale economie

Het doel van deze hervorming is het potentieel van ondernemingen in de sociale economie om te innoveren en bij te dragen aan de sociale en ecologische uitdagingen meer te mobiliseren.

De hervorming wordt ten uitvoer gelegd door wijziging van Wet nr. 219/2015 betreffende de sociale economie en de uitvoeringsbepalingen met het oog op de vereenvoudiging van de registratieprocedure voor sociale ondernemingen, het waarborgen van hun daadwerkelijke integratie in het werkgelegenheidsbeleid, alsmede actieve werkgelegenheidsmaatregelen, met inbegrip van maatregelen ter verbetering van de duurzaamheid van de structuren van de sociale economie, bijvoorbeeld door preferentiële regelingen voor overheidsopdrachten voor goederen en diensten die door ondernemingen van de sociale economie worden geleverd.

De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 30 juni 2022 voltooid.

Hervorming 7. Hervorming van de langdurige zorg voor ouderen

Het doel van deze hervorming is de kwaliteit van de langdurige zorg voor ouderen te verbeteren.

De hervorming wordt uitgevoerd door de inwerkingtreding van de strategie door middel van een wetgevingshandeling, met inbegrip van beleid inzake actief ouder worden, medische behoeften op het gebied van langdurige zorg en gemeenschapsgerichte diensten voor ouderen. De wetgevingshandeling omvat onder meer: een vastgestelde stabiele financieringsbron voor de maatregelen, een governancemechanisme met duidelijke verantwoordelijkheden voor de overheidsinstanties op nationaal en lokaal niveau, een mechanisme voor de uitbetaling van financiering op voorwaarde dat kernprestatie-indicatoren in verband met de beleidsdoelstellingen worden gehaald en de minimumkwaliteitsnormen voor langdurige zorg worden herzien. De wetgevingshandeling moet ook gebaseerd zijn op een volledige inventarisatie op gemeenschapsniveau (gemeente/stad/districtsniveau) van de mogelijk afhankelijke ouderen of ouderen die het risico lopen (bv. armoede, gezondheid, niet-begeleid, hoge mate van afhankelijkheid) met het oog op de vaststelling van het soort diensten voor langdurige zorg dat nodig is.

De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 31 december 2024 voltooid.

Investering 4. Oprichting van een netwerk van dagverblijven en revalidatiecentra voor ouderen

Het doel van de investering is om via een netwerk van centra voor dag- en revalidatie toegang te verlenen tot hoogwaardige langdurige zorg voor ouderen. De investering moet de ingebruikneming van een netwerk van 71-daagse servicecentra mogelijk maken. De centra verlenen sociale bijstand en revalidatiediensten en elk centrum heeft ten minste een mobiel team van dienstverleners voor ouderen dat niet naar het centrum kan komen. Dit gebeurt op basis van de in overeenstemming met de nationale langetermijnstrategie voor langdurige zorg uit te voeren inventarisatie.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

M.4.    Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor de lening

Volgende NUM.

Gerelateerde maatregel (hervorming of investering)

Mijlpaal/Doelstelling

Naam

Kwalitatieve indicatoren
(voor mijlpalen)

Kwantitatieve indicatoren
(voor streefcijfers)

Indicatieve termijn voor voltooiing

Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling

Eenheid

Basislijn

Doelstelling

Kwartaal

Jaar

398

Hervorming 6. Verbetering van de wetgeving inzake de sociale economie

Mijlpaal

Inwerkingtreding van de wijziging van wet nr. 219/2015 betreffende de sociale economie en de uitvoeringsbepalingen

Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de wijziging van wet nr. 219/2015 betreffende de sociale economie en de uitvoeringsbepalingen

KWARTAAL 2

2022

De wijzigingen in de regelgeving houden het volgende in:

-Vereenvoudigde registratieprocedure voor sociale ondernemingen

-Betere afstemming van de economische activiteiten en het gebruik van de beroepsbevolking, zodat beter wordt ingespeeld op de behoeften van kwetsbare groepen en gemarginaliseerde gemeenschappen

-Vastgestelde maatregelen om de duurzaamheid van de structuren van de sociale economie te verbeteren, bv. preferentiële regelingen voor overheidsopdrachten voor goederen en diensten.

399

Hervorming 7. Hervorming van de langdurige zorg voor ouderen

Mijlpaal

Inwerkingtreding van een wet voor de goedkeuring en uitvoering van de nationale langetermijnstrategie voor langdurige zorg

Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de wetgevingshandeling ter ondersteuning van de uitvoering van de vastgestelde nationale langetermijnstrategie voor langdurige zorg

 

 

KWARTAAL 4

2022

Wet voor de goedgekeurde strategie, met inbegrip van maatregelen voor actief ouder worden, alsook maatregelen om tegemoet te komen aan de behoeften aan medische zorg op lange termijn en gemeenschapsgerichte diensten voor ouderen.

De wet voorziet in:

-een vastgestelde stabiele financieringsbron voor de maatregelen

-een governancemechanisme met duidelijke verantwoordelijkheden voor de overheidsinstanties op nationaal en lokaal niveau;

-een mechanisme voor de uitbetaling van financiering afhankelijk van de verwezenlijking van kernprestatie-indicatoren die verband houden met de beleidsdoelstellingen

-de herziening van de minimumkwaliteitsnormen; 

De wetgevingshandeling moet gebaseerd zijn op een volledige inventarisatie op gemeenschapsniveau (gemeente/stad/districtsniveau) van de mogelijk afhankelijke ouderen of ouderen die het risico lopen (bv. armoede, gezondheid, niet-begeleid, hoge mate van afhankelijkheid).

400

Investering 4. Oprichting van een netwerk van dagverblijven en revalidatiecentra voor ouderen

Doel

Operationalisering van dagzorg en revalidatiecentra voor ouderen

 

Aantal

0

71

KWARTAAL 2

2026

Ingebruikneming van een netwerk van 71-daagse servicecentra. De centra verlenen sociale bijstand en revalidatiediensten en elk centrum heeft ten minste een mobiel team van dienstverleners voor ouderen die niet naar het centrum kunnen komen. Dit gebeurt op basis van de inventarisatie die moet worden uitgevoerd in overeenstemming met mijlpaal 399 — Inwerkingtreding van wetgeving voor de vaststelling en uitvoering van de nationale langetermijnstrategie voor langdurige zorg.

N.ONDERDEEL 14: Goed bestuur

De doelstellingen van de component zijn, door middel van een brede reeks hervormingen en investeringen, i) het verbeteren van de governance met een voorspelbaar, geïnformeerd en participatief besluitvormingssysteem, ii) het waarborgen van hoogwaardige openbare diensten door een pool van professionele en goed opgeleide ambtenaren die adequaat inspelen op de uitdagingen, behoeften en verwachtingen van burgers en bedrijven. Dit versterkt de veerkracht en de capaciteit om zich aan te passen aan de groene en digitale transitie.

De specifieke doelstellingen van de component zijn:

1. Betere coördinatie, formulering en uitvoering van overheidsbeleid, meer transparantie en vertrouwen in de overheidssector.

2. Doeltreffend personeelsbeheer in de overheidssector.

3. Een coherent loonbeleid in de overheidssector, gekoppeld aan prestaties en duurzaam op lange termijn (Fair unitary pay).

4. Versterking van de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht, verbetering van de toegang tot de rechter en vergroting van de efficiëntie van de rechterlijke macht.

5. Een efficiënter nationaal systeem voor overheidsopdrachten, onder meer door versterking van de administratieve capaciteit van aanbestedende diensten, binnen een flexibel en samenhangend rechtskader.

6. Verbetering van het overheidsbeleid/de besluitvormingsprocessen door middel van raadpleging van belanghebbenden.

7. Grotere veerkracht van staatsbedrijven als gevolg van de operationalisering van de beginselen van corporate governance.

De component bestaat uit negen hervormingen en vijf investeringen.

De in de component opgenomen maatregelen zullen naar verwachting een reeks uitdagingen aanpakken die in de landspecifieke aanbeveling worden genoemd om de efficiëntie van overheidsopdrachten te verhogen en te zorgen voor een volledige en duurzame uitvoering van de nationale strategie voor overheidsopdrachten; de kwaliteit en voorspelbaarheid van de besluitvorming verbeteren, onder meer door passende raadplegingen van belanghebbenden, doeltreffende effectbeoordelingen en gestroomlijnde administratieve procedures en adequate betrokkenheid van de sociale partners (landspecifieke aanbeveling 3, landspecifieke aanbeveling 4, landspecifieke aanbeveling 5 2019 en landspecifieke aanbeveling 4 en 2020).

Verwacht wordt dat geen enkele maatregel in deze component ernstig afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregelen en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01).

N.1.    Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor niet-terugbetaalbare financiële steun

Hervorming 1.1 Verbetering van de voorspelbaarheid en efficiëntie van besluitvormingsprocessen door versterking van de capaciteit voor beleidscoördinatie en effectbeoordeling op het niveau van de regering en de coördinerende ministeries, en door versterking van de instrumenten om de kwaliteit van openbare raadplegingen op alle bestuursniveaus te verbeteren

Het doel van de hervorming is de planning van het overheidsbeleid op korte en middellange termijn te verbeteren (door institutionele strategische planningsmechanismen te ontwikkelen en deze te koppelen aan begrotingsprogrammering), het systeem van voorafgaande analyse van de regelgevingseffecten te versterken (door middel van procedurele en institutionele aanpassingen), de capaciteit voor de planning en formulering van overheidsbeleid te verbeteren (via nieuwe mechanismen voor het beheer van overheidsstrategieën, opleiding of uitwisseling van ervaringen, en door de invoering van het concept van innovatief bestuur), en het versterken van de coördinatie in het regeringscentrum van sterk horizontaal beleid waarbij een groot aantal belanghebbenden betrokken is (zoals het Green Compact).

In het kader van deze hervorming worden de volgende specifieke acties uitgevoerd:

(1) Goedkeuring en inwerkingtreding van de methoden en procedures ter verbetering van de motivering van het overheidsbeleid en de planning en administratieve vereenvoudiging (uiterlijk op 31 maart 2022). Als gevolg hiervan moet uiterlijk op 31 maart 2026 ten minste 50 % van de voorgestelde wetgevingsinitiatieven, die zijn opgenomen in het jaarlijks werkprogramma van de regering (GAWP), binnen het geplande tijdschema worden goedgekeurd, en moet 25 % van de presentatie- en motiveringsinstrumenten (d.w.z. toelichtende nota’s/motiveringsnota’s bij ontwerpverordeningen) voldoen aan de vastgestelde kwaliteitscriteria (d.w.z. op een uitstekend of bevredigend niveau worden beoordeeld), overeenkomstig de door de regering in het eerste jaarverslag over de effectbeoordeling van de regelgeving (goedgekeurd in 2019) goedgekeurde methode, uiterlijk op 31 december 2024.

(2) het opzetten en operationeel maken van een nieuw systeem voor strategisch beheer en strategische planning in alle ministeries, terwijl de op ministerieel niveau ontwikkelde strategieën en strategische plannen de bepalingen van de in het kader van actie (1) vastgestelde methoden volgen en worden geüpload naar het monitoringplatform van de institutionele strategische plannen (ISP), zoals uitgebreid tot alle ministeries (uiterlijk op 30 juni 2023). Als gevolg hiervan hebben alle vakministeries hun begroting per programma gepland en moeten uiterlijk op 30 juni 2025 ten minste drie ministeries ook begrotingen per programma hebben uitgevoerd/uitgevoerd.

(3) Vaststelling en inwerkingtreding van een wetgevingshandeling tot operationalisering van een structuur om ervoor te zorgen dat uiterlijk op 31 maart 2022 een doeltreffend regelgevingsmechanisme voor kwaliteitscontrole wordt toegepast.

(4) Vaststelling van het bestaande innovatiegrenscenario op het niveau van de centrale overheid (vakministeries en secretariaat-generaal van de regering) en voltooiing van een actieplan voor de invoering van innovatiemechanismen en de totstandbrenging van een regelgevingsklimaat om de overheid in staat te stellen te innoveren (31 december 2022).

(5) Verbetering van de kwaliteit van openbare raadplegingen en ontwikkeling van de betrokkenheid van het maatschappelijk middenveld bij het besluitvormingsproces door versterking van het wetgevings- en procedurele kader voor de coördinatie en doeltreffende uitvoering van initiatieven op het gebied van open overheid (Open Government Initiative). Dit wordt bereikt door:

I) Actualisering van het rechtskader, uitbreiding van het IT-platform, capaciteitsopbouw voor ambtenaren, goedkeuring van de strategie voor een open overheid. Als gevolg hiervan zal het aantal ontwerpen van wetgevingshandelingen waarvoor op centraal niveau een openbare raadpleging en betrokkenheid van belanghebbenden op centraal niveau moeten plaatsvinden, met 20 % toenemen tegen 30 juni 2026.

II) Opleidingen voor maatschappelijke organisaties om hun capaciteit en vaardigheden te vergroten om doeltreffend deel te nemen aan openbare raadplegingen. Als gevolg van deze actie worden uiterlijk op 31 december 2025 800 vertegenwoordigers van maatschappelijke organisaties opgeleid.

(6) Goedkeuring en inwerkingtreding van de richtsnoeren voor passend gebruik en handhaving van het enig register voor transparantie van belangen (RUTI) met het oog op de correcte uitvoering van het openbaar register (uiterlijk op 30 september 2022).

(7) Vaststelling en inwerkingtreding van de methode voor het gebruik van noodverordeningen, waarin wordt gespecificeerd onder welke omstandigheden deze verordeningen mogen worden gebruikt en hoe het effect ervan moet worden beoordeeld (ex post, ex ante), alsmede de bijbehorende procedures voor de opstelling en goedkeuring ervan (uiterlijk op 30 september 2022).

(8) Goedkeuring en inwerkingtreding van de wetswijzigingen van wet 24/2000 betreffende de wetgevingstechniek om ervoor te zorgen dat de volledige tekst van de wetten wordt gepubliceerd nadat wijzigingen zijn aangebracht, hetgeen momenteel niet systematisch gebeurt (uiterlijk op 30 september 2022).

Hervorming 2 Versterking van de coördinatie in het centrum van de overheid door middel van een geïntegreerde en coherente aanpak van initiatieven op het gebied van klimaatverandering en duurzame ontwikkeling

De doelstellingen van de hervorming zijn: I) de efficiëntie en doeltreffendheid van groene maatregelen en beleidsmaatregelen waarborgen door een mechanisme voor de coördinatie en uitvoering van de Europese Green Deal in Roemenië operationeel te maken; en ii) hervorming van het openbaar bestuur door bevordering en coördinatie van een coherent overheidsbeleid voor duurzame ontwikkeling op alle niveaus en in alle sectoren van de staat, met bijzondere aandacht voor digitale transformatie en vergroting van de relevantie/het gebruik van de wetenschappelijke aanpak in het overheidsbeleid inzake duurzame ontwikkeling.

Dit wordt bereikt door de oprichting en operationalisering van een interinstitutioneel klimaatcomité met een mandaat om uiterlijk op 30 juni 2022 jaarlijks prioriteit te geven aan klimaatactie en de vooruitgang te monitoren. Als gevolg van deze actie wordt 90 % van de door het Interinstitutionele Comité klimaatverandering voor 2025 vastgestelde prioriteiten, in overeenstemming met de doelstellingen van het geïntegreerd energie- en klimaatplan, uiterlijk op 31 maart 2026 verwezenlijkt en worden 2000 overheidsfunctionarissen uiterlijk op 30 september 2025 gekwalificeerd als „deskundige op het gebied van duurzame ontwikkeling” in overheidsinstellingen op centraal en lokaal niveau.

Hervorming 3. Ontwikkeling van de prestaties van het personeelsbeheer in de overheidssector

Het doel van de hervorming is het beheer van het ambtenarenapparaat te moderniseren en een nieuw transparant en inclusief aanwervingssysteem te bevorderen, waarbij gebruik wordt gemaakt van een competentiekader dat is afgestemd op de realiteit van de publieke sector en rechtstreeks verband houdt met de institutionele behoeften en de behoeften van de burgers en het bedrijfsleven waarin zij voorzien. Deze hervormingsmaatregelen gaan hand in hand met een sterke digitalisering van de overheidssector en de verwerving van digitale vaardigheden onder ambtenaren.

In het kader van deze hervorming worden de volgende specifieke acties uitgevoerd:

(1) Uitvoering van een ex-postanalyse van het (proef-) nationale vergelijkend onderzoek voor de selectie van twee categorieën ambtenaren bij de centrale overheid (uiterlijk op 30 juni 2023).

(2) Uitvoering van ten minste twee nationale vergelijkende onderzoeken voor de aanwerving van ambtenaren per jaar voor ten minste 3 categorieën/rangen van ambtenaren (uiterlijk op 31 december 2023).

(3) Goedkeuring en inwerkingtreding van twee wetgevingshandelingen inzake personeelsbeheer: I) een wijziging in het loopbaanbeheer van ambtenaren om deze te baseren op meritocratie, en ii) een tweede op het beheer van arbeidscontractanten bij de overheid (uiterlijk op 31 december 2024).

(4) Operationalisering van de competentiekaders in het centrale openbaar bestuur, met inbegrip van de voorbereiding en vaststelling van de wetgevingshandeling en de daadwerkelijke uitvoering ervan (uiterlijk op 31 december 2025).

Hervorming 4. Ontwikkeling van een eerlijk unitair beloningssysteem in de overheidssector

Het doel van de hervorming is te zorgen voor een eerlijk en budgettair houdbaar loonbeleid door de huidige loonkloof in het begrotingsstelsel te dichten, de hiërarchie van functies binnen en tussen activiteitsgebieden te herstellen, het bonusstelsel te herzien en een prestatieprikkel in te voeren.

In het kader van deze hervorming worden de volgende specifieke acties uitgevoerd:

(1) Uitvoering van een algemene effectbeoordeling van de Wet op het openbaar inkomen, met inbegrip van een beoordeling van de fiscale gevolgen van de nieuwe wet (uiterlijk op 31 maart 2022);

(2) Goedkeuring en inwerkingtreding van het nieuwe rechtskader voor de bezoldiging van ambtenaren (uiterlijk op 30 juni 2023).

Hervorming 5. De onafhankelijkheid van de rechterlijke macht waarborgen en de kwaliteit en efficiëntie ervan verbeteren

Het doel van de hervorming is de onafhankelijkheid van magistraten te versterken en de werking van gerechtelijke instellingen efficiënter te maken, in overeenstemming met de desbetreffende jurisprudentie van het Hof van Justitie van de Europese Unie en rekening houdend met de aanbevelingen in de verslagen over het mechanisme voor samenwerking en toetsing, de GRECO-verslagen en de adviezen van de Commissie van Venetië en de verslagen over de rechtsstaat.

In het kader van deze hervorming worden de volgende specifieke acties uitgevoerd:

(1) Goedkeuring en inwerkingtreding van het regeringsbesluit tot goedkeuring van de strategie voor de ontwikkeling van de rechterlijke macht 2022-2025 (uiterlijk op 31 maart 2022). De strategie omvat twee pijlers: I) beleid ter versterking van de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht en ter versterking van de rechtsstaat; en ii) beleid ter versterking van de institutionele capaciteit op het gebied van middelen, processen en beheer, en beleid inzake de kwaliteit en efficiëntie van de diensten in de rechterlijke macht.

(2) Goedkeuring en inwerkingtreding van de wet tot wijziging van de bevoegdheden van het nationaal agentschap voor het beheer van in beslag genomen activa (uiterlijk op 31 maart 2022).

(3) Aanneming en inwerkingtreding van de „wetten inzake het justitiële stelsel” (wetten inzake de status van magistraten, rechterlijke organisatie, hoge raad voor de magistratuur) (uiterlijk op 30 juni 2023). De nieuwe wetten inzake het justitiële stelsel voorzien onder meer in: I) versterking van de onafhankelijkheid van rechters en aanklagers; II) toelating tot het beroep en loopbaanontwikkeling om meritocratische redenen, in combinatie met de versterking van de rol van het Nationaal Instituut voor de magistratuur bij het organiseren en houden van examens en vergelijkende onderzoeken; III) de efficiënte werking van de rechtbanken, de Hoge Raad voor de Magistratuur en het Openbaar Ministerie; IV) de effectieve verantwoordingsplicht van magistraten, maar ook hun bescherming tegen inmenging en misbruik; (V) de doeltreffendheid van de rechterlijke controle vergroten en zorgen voor meer waarborgen voor onafhankelijkheid en onpartijdigheid.

(4) Goedkeuring en inwerkingtreding van de wijziging van het wetboek van strafrecht en het wetboek van strafvordering om deze in overeenstemming te brengen met de grondwet van Roemenië, naar aanleiding van de uitspraken van het Grondwettelijk Hof (uiterlijk op 31 december 2022).

(5) Opleidingssessies (in totaal 300) georganiseerd voor rechters, openbare aanklagers en griffiers om de kwaliteit en efficiëntie van het rechtsstelsel te verbeteren (uiterlijk op 31 december 2025).

Hervorming 6. Intensivering van de strijd tegen corruptie

Doel van de hervorming is de strijd tegen corruptie op te voeren door het nationale strategische kader voor de preventie en repressie ervan vast te stellen, de capaciteit van de voor de bestrijding van corruptie bevoegde instelling, namelijk het DNA, te versterken door de schade en de opbrengsten van misdrijven terug te vorderen, de integriteit van het ambtenarenapparaat te versterken en te zorgen voor een efficiënt systeem voor het opgeven van vermogensbestanddelen en belangen, en tegelijkertijd de nieuwe anticorruptiestrategie te ontwikkelen en uit te voeren.

In het kader van deze hervorming worden de volgende specifieke acties uitgevoerd:

(1) Vaststelling en inwerkingtreding van de wetgevingshandeling tot goedkeuring van een nieuwe nationale strategie voor corruptiebestrijding (uiterlijk op 31 december 2021). Als gevolg hiervan moet uiterlijk op 31 december 2025 ten minste 70 % van de in de nieuwe anticorruptiestrategie voorziene maatregelen zijn uitgevoerd en moet de waarde van de in beslag genomen activa die door het nationaal agentschap voor het beheer van in beslag genomen vermogensbestanddelen worden beheerd, met 50 % zijn verhoogd.

(2) Bezetting van 85 % van de functies van openbaar aanklager van het nationale directoraat voor corruptiebestrijding (op 30 juni 2023).

(3) Goedkeuring en inwerkingtreding van de wet tot omzetting van de richtlijn inzake de bescherming van klokkenluiders (uiterlijk op 31 maart 2022).

Hervorming 7. Evaluatie en actualisering van de wetgeving inzake het integriteitskader

Het doel van deze hervorming is de integriteit van het ambtenarenapparaat te versterken en de digitalisering en transparantie efficiënter te maken door de nodige middelen ter beschikking te stellen voor de indiening van vermogens- en belangenverklaringen in digitaal formaat met een gecertificeerde elektronische handtekening.

In het kader van deze hervorming worden de volgende specifieke acties uitgevoerd:

(1) Vaststelling en inwerkingtreding van de geconsolideerde integriteitswetten (uiterlijk op 31 december 2024).

(2) Herziening van de ethische en gedragscode voor de regering, naast de bestaande regels voor het ambtenarenapparaat, en vaststelling en uitvoering van handhavingsmaatregelen (uiterlijk op 31 december 2024).

Hervorming 8. Hervorming van het nationale aanbestedingssysteem

Het doel van deze hervorming is de efficiëntie van het systeem voor overheidsopdrachten te verbeteren en te zorgen voor de volledige en duurzame uitvoering van de nationale strategie inzake overheidsopdrachten, zoals bekrachtigd bij regeringsbesluit nr. 901/2015.

In het kader van deze hervorming worden de volgende acties ondernomen:

(1)    Goedkeuring en inwerkingtreding van de wijziging van de nationale wetgeving inzake rechtsmiddelen (Wet nr. 101/2016) om de gunningsprocedure te stroomlijnen (uiterlijk op 31 maart 2022).

(2)    Vaststelling en inwerkingtreding van de geactualiseerde nationale strategie voor overheidsopdrachten, met inbegrip van horizontale maatregelen ter ondersteuning van de uitvoering van het nationale herstel- en veerkrachtplan (uiterlijk op 30 juni 2023).

(3)    Operationalisering van gecentraliseerde aanbestedingsorganen (CPB’s) voor lokale overheden (uiterlijk op 31 december 2025).

(4)    Gespecialiseerde opleiding op het gebied van overheidsopdrachten verstrekt aan ten minste 350 personen (zowel ambtenaren als arbeidscontractanten) (uiterlijk op 31 december 2023).

(5)    Interconnectie en interoperabiliteit met andere databanken van het elektronisch systeem voor overheidsopdrachten (SEAP) (uiterlijk op 31 december 2023).

(6)    Operationalisering van het e-aanbestedingssysteem, met inbegrip van e-formulieren, geautomatiseerde kwalificatiebeoordeling, e-catalogi, e-facturering en e-betaling (uiterlijk op 31 maart 2025).

Hervorming 9: Verbetering van het procedurele kader voor de toepassing van de beginselen van corporate governance in staatsbedrijven

Het doel van deze hervorming is de corporate governance van alle staatsbedrijven in Roemenië te verbeteren door de OESO-normen te handhaven. 

De hervorming wordt uitgevoerd door de inwerkingtreding van wijzigingen van Wet 111/2016, waarbij alle uitzonderingen op de naleving van de normen inzake corporate governance worden geschrapt, ook voor staatsbedrijven op lokaal niveau. Deze wijzigingen zorgen voor een scheiding tussen de regelgevings- en de eigendomsfunctie, wegnemen elk direct of indirect voordeel dat zou kunnen voortvloeien uit staatseigendom, ongeacht of het gaat om marktregels/regelgeving, financiering, belastingen of overheidsopdrachten, en zorgen ervoor dat overheidsbedrijven winstgevendheid nastreven.

Bij de hervorming wordt ook een taskforce opgericht en operationeel gemaakt in het centrum van de regering om toezicht te houden op de toepassing van de normen inzake corporate governance, met de eindverantwoordelijkheid voor het waarborgen van een transparante en concurrerende selectieprocedure voor de goedkeuring van de benoeming van leden van de raad van bestuur, toezichthouders, en voor evaluatie en controle. De taskforce publiceert regelmatig verslag over prestatie-indicatoren en legt sancties op voor staatsbedrijven die zich niet aan de kernprestatie-indicatoren houden. Er wordt een monitoringdashboard met financiële en niet-financiële doelstellingen en prestatie-indicatoren voor alle categorieën overheidsbedrijven (met inbegrip van belangrijke sectoren zoals vervoer, energie, openbare nutsbedrijven) ontwikkeld, jaarlijks gepubliceerd en centraal gebruikt voor rapportage en monitoring van de vooruitgang bij het behalen van prestaties voor alle categorieën staatsbedrijven.

Overeenkomstig artikel 7, lid 2, van de verordening inzake herstel en veerkracht heeft Roemenië om technische ondersteuning verzocht via het instrument voor technische bijstand voor de uitvoering van hervormingen om het kader voor corporate governance in staatsbedrijven te verbeteren. Technische bijstand is nodig om de relevante wetgeving (Wet nr. 111/2016 en Regeringsbesluit nr. 722/2016) en het aandeelhoudersbeleid van de staat (met inbegrip van raadpleging van alle belanghebbende partijen) te wijzigen en een passend institutioneel kader tot stand te brengen om de functie van staatsaandeelhouder te centraliseren in één structuur/instelling. Technische bijstand is ook nodig voor de ontwikkeling van de institutionele capaciteit op het gebied van het beheer van staatsbedrijven (vergroting van de deskundigheid van de afdelingen corporate governance in ministeries die staatsbedrijven beheren) en van de capaciteit voor de coördinatie van en het toezicht op de nieuwe taskforce die in het centrum van de regering is opgericht.

De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 30 juni 2026 voltooid. De geactualiseerde wetgeving voor staatsbedrijven (ook op lokaal niveau) treedt uiterlijk op 31 december 2022 in werking. De permanente taskforce voor het toezicht op en de handhaving van de toepassing van normen inzake corporate governance is uiterlijk op 31 december 2022 operationeel. Het monitoringdashboard is uiterlijk op 30 juni 2023 operationeel.

Investering 1 Optimalisering van de justitiële infrastructuur om de toegang tot de rechter en de kwaliteit van de diensten te waarborgen

Het doel van deze investering is de efficiëntie van het rechtsstelsel en de toegang tot de rechter te verbeteren.

Dit zal worden bereikt door de bouw van 3 nieuwe gerechtsgebouwen, die moeten voldoen aan de doelstelling om een primaire energievraag (PED) te bereiken die ten minste 20 % lager is dan de eis van bijna-energieneutrale gebouwen (BENG) overeenkomstig de nationale richtsnoeren, hetgeen moet worden gewaarborgd door middel van energieprestatiecertificaten. De toegang tot gebouwen wordt aangepast aan personen met een handicap en deze aanpassing gaat vergezeld van de naleving van normen inzake brandbeveiliging en technische bescherming, met inbegrip van seismische bestendigheid. Voorrang wordt gegeven aan de locaties van justitiële autoriteiten in economisch minder ontwikkelde delen van Roemenië.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

Investering 2 Ontwikkeling van de logistieke (niet-IT-) infrastructuur die nodig is om corruptie te bestrijden en de opbrengsten en schade van misdrijven terug te vorderen, met inbegrip van opleiding op deze gebieden

Het doel van deze investering is de opslagcapaciteit van het ANABI uit te breiden door de bouw/ontwikkeling van ten minste 3 nieuwe opslagplaatsen voor de opslag van in beslag genomen goederen, die moeten voldoen aan de doelstelling om een primaire energievraag (PED) te bereiken die ten minste 20 % lager ligt dan de vereiste bijna-energieneutrale gebouwen (BENG) volgens de nationale richtsnoeren, hetgeen moet worden gewaarborgd door middel van energieprestatiecertificaten.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 september 2025 zijn voltooid.

Investering 3 Oprichting van lokale partnerschapsstructuren tussen lokale overheden en het maatschappelijk middenveld

Het doel van de investering is het verbeteren van de stabiliteit, voorspelbaarheid en ondersteuning van partnerschappen bij het formuleren van overheidsbeleid enerzijds om permanente werkpartnerschappen tussen overheidsdiensten en het maatschappelijk middenveld te stimuleren en anderzijds om de participatie van burgers en de actieve betrokkenheid bij het besluitvormingsproces te verbeteren en tegelijkertijd de digitalisering van de ngo-sector te bevorderen als voorwaarden voor het verbeteren van de kwaliteit en voorspelbaarheid van de besluitvorming, met een positief effect op de kwaliteit van de openbare diensten die aan burgers en bedrijven worden aangeboden.

Als gevolg daarvan worden ten minste 50 partnerschappen tussen lokale overheidsinstanties en ngo’s tot stand gebracht en operationeel en worden ten minste 15 functionele samenwerkingsinitiatieven in de niet-gouvernementele sector operationeel.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 maart 2026 zijn voltooid.

Investering 4. Vergroting van de capaciteit van maatschappelijke organisaties om actief burgerschap te bevorderen, om professioneel deel te nemen aan de planning en uitvoering van overheidsbeleid inzake sociale rechten dat in het nationale herstel- en veerkrachtplan aan bod komt, en om de daarmee verband houdende hervormingen te monitoren

Het vergroten van de capaciteit van maatschappelijke organisaties om actief burgerschap te bevorderen, om professioneel deel te nemen aan de planning en uitvoering van overheidsbeleid inzake sociale rechten dat in het NHP aan bod komt, en om de daarmee verband houdende hervormingen te monitoren.

Als gevolg van deze investering worden ten minste 15 functionele niet-gouvernementele samenwerkingsinitiatieven (netwerken, coalities, platforms, groepen organisaties met inbegrip van denktanks, analyse- en onderzoeksstructuren) opgezet om de continuïteit van de openbare raadplegingen te waarborgen, d.w.z. toezicht op de uitvoering van ten minste 15 overheidsbeleid/nationale hervormingen op gebieden met een sociale functie.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 maart 2026 zijn voltooid.

Investering 5. Monitoring en uitvoering van het plan

Het doel van deze investering is het opzetten en operationeel maken van het geïntegreerde IT-systeem, dat deel uitmaakt van de overheidscloud en verbonden is met andere nationale en EU-systemen die worden gebruikt voor de uitvoering van het herstel- en veerkrachtplan.

De investering bestaat uit twee fasen:

·in de eerste fase wordt het systeem ontwikkeld en maakt het het mogelijk gegevens te verzamelen voor rapportagedoeleinden (zoals voorzien in de scoreborden van de herstel- en veerkrachtfaciliteit), het monitoren van de vooruitgang bij het bereiken van mijlpalen en streefdoelen, het opstellen van de beheersverklaringen, samenvattende audit- en betalingsaanvragen, het meedelen van de vereisten voor de belanghebbenden, het monitoren van de complementariteit met andere financieringsbronnen, het uitvoeren van evaluaties vooraf om het risico van dubbele financiering te voorkomen, het waarborgen van de verificatie vooraf en achteraf van de aanbestedingsprocedures van begunstigden van nationale herstel- en veerkrachtplannen en het waarborgen van de tijdige opsporing en correctie van onregelmatigheden, fraude en belangenconflicten.

·in de tweede fase worden de koppeling met andere systemen voor het beheer en de controle van Europese middelen en uit de nationale begroting en de integratie in de overheidscloud voorbereid en operationeel gemaakt.

De uitvoering van de investering wordt uiterlijk op 31 december 2021 voltooid, voordat het eerste betalingsverzoek bij de Europese Commissie wordt ingediend.

N.2.    Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor niet-terugbetaalbare financiële steun

Volgende Nr.

Gerelateerde maatregel (hervorming of investering)

Mijlpaal/Doelstelling

Naam

Kwalitatieve

indicatoren 
(voor mijlpalen)

Kwantitatieve

indicatoren
(voor streefcijfers)

Indicatieve tijdlijn

in te vullen

Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling

Eenheid

Basislijn

Doelstelling

Kwartaal

Jaar

401

Hervorming 1. Vergroting van de voorspelbaarheid en efficiëntie van besluitvormingsprocessen door versterking van de capaciteit voor beleidscoördinatie en effectbeoordeling op het niveau van de regering en de coördinerende ministeries, en door versterking van de instrumenten om de kwaliteit van openbare raadplegingen op alle bestuursniveaus te verbeteren

Mijlpaal

Inwerkingtreding van de methoden en procedures ter verbetering van de motivering van het overheidsbeleid en de planning en administratieve vereenvoudiging

Bepaling in de wetten en overheidsbesluiten die wijzen op de inwerkingtreding van de wetten en overheidsbesluiten ter verbetering van de motivering van het overheidsbeleid en de planning en administratieve vereenvoudiging

KWARTAAL 1

2022

Inwerkingtreding van de volgende wetgevingshandelingen:

(1) Regeringsbesluit tot vaststelling van procedures voor de ontwikkeling, uitvoering, monitoring, evaluatie en actualisering van overheidsstrategieën; 
(2) regeringsbesluit tot vaststelling van de procedures voor strategische planning en begrotingsprogrammering om te zorgen voor een passend verband tussen beleidsprioriteiten en begrotingsformulering. In het kader van de ministeriële begrotingsprogramma’s wordt uitvoering gegeven aan de aanbevelingen van uitgaventoetsingen (die worden ingevoerd in het kader van de afdeling Belasting- en pensioenhervorming van dit document) en volgens de methode die in samenwerking met het ministerie van Financiën is ontwikkeld.

(3) Besluit van deregering over de actualisering van de methode voor voorafgaande effectbeoordeling van de ontwerpverordening. De geactualiseerde methodologie is gericht op de invoering van de beginselen van innovatie en „standaard digitaal”, alsook op specifieke procedures voor een versterkte uitvoering en jaarlijkse verslaglegging.

(4) Besluit van de regering tot goedkeuring van de „One in, one out” -methode om de administratieve lasten te verminderen.

(5) Besluit van de regering over het procedurele en methodologische kader voor de beoordeling achteraf van verordeningen.

402

Hervorming 1. Vergroting van de voorspelbaarheid en efficiëntie van besluitvormingsprocessen door versterking van de capaciteit voor beleidscoördinatie en effectbeoordeling op het niveau van de regering en de coördinerende ministeries, en door versterking van de instrumenten om de kwaliteit van openbare raadplegingen op alle bestuursniveaus te verbeteren

Mijlpaal

In alle ministeries is een nieuw systeem voor strategisch beheer en strategische planning operationeel

Het nieuwe systeem is operationeel in alle vakministeries

KWARTAAL 2

2023

De op ministerieel niveau ontwikkelde strategieën en strategische plannen volgen de bepalingen van de in mijlpaal 401 vermelde methoden en worden geüpload naar het monitoringplatform van de institutionele strategische plannen (ISP) naarmate het wordt uitgebreid tot alle ministeries.

403

Hervorming 1. Vergroting van de voorspelbaarheid en efficiëntie van besluitvormingsprocessen door versterking van de capaciteit voor beleidscoördinatie en effectbeoordeling op het niveau van de regering en de coördinerende ministeries, en door versterking van de instrumenten om de kwaliteit van openbare raadplegingen op alle bestuursniveaus te verbeteren

Doel

Ten minste 3 ministeries plannen en uitgevoerde begrotingen per programma

Aantal

0

3

KWARTAAL 2

2025

Ten minste 3 ministeries hebben begrotingen per programma gepland en uitgevoerd door een methode voor institutionele strategische planning (ISP) toe te passen met de steun van het secretariaat-generaal van de regering (GSG) en het ministerie van Financiën.

Het doel is de begrotingsplanning van het programma aan te vullen met een daadwerkelijke, op het programma gebaseerde uitvoering van de ministeriële begroting. In het kader van de ministeriële begrotingsprogramma’s wordt uitvoering gegeven aan de aanbevelingen van uitgaventoetsingen (die worden ingevoerd in het kader van de afdeling Belasting- en pensioenhervorming van dit document).

404

Hervorming 1. Het vergroten van de voorspelbaarheid en efficiëntie van besluitvormingsprocessen door het versterken van de capaciteit voor beleidscoördinatie en effectbeoordeling op regeringsniveau en de coördinerende ministeries, en door het versterken van de instrumenten om de kwaliteit van openbare raadplegingen op alle overheidsniveaus te verbeteren.

Mijlpaal

Inwerkingtreding van een wetgevingshandeling tot operationalisering van een structuur om de uitvoering van een doeltreffend regelgevingsmechanisme voor kwaliteitscontrole te waarborgen

Bepaling in een wet betreffende de inwerkingtreding van de wet tot operationalisering van de wettelijke kwaliteitscontrolestructuur

 

 

 

KWARTAAL 1

2022

Het wetgevingsbesluit is gebaseerd op de studie van het secretariaat-generaal van de regering over de instelling van een mechanisme voor kwaliteitscontrole in het regeringscentrum.

De nieuwe structuur voert regelgevingstoezicht uit op de kwaliteit van effectbeoordelingen en evaluaties. Het bestaat uit een raad van deskundigen, ondersteund door een technisch secretariaat, vergelijkbaar met de Raad voor regelgevingstoetsing die momenteel actief is op het niveau van de Europese Commissie. In de wetgevingshandeling wordt het volgende vastgesteld:

(1) selectieprocedure voor de bestuursdeskundigen;

(2) regels en procedures voor de raad van bestuur en het technisch secretariaat (met inbegrip van functieomschrijvingen);

(3) richtsnoeren voor de beoordeling van de kwaliteit van documenten;

(4) communicatiestrategie binnen en buiten de overheid;

(5) opleidingen.

405

Hervorming 1. Vergroting van de voorspelbaarheid en efficiëntie van besluitvormingsprocessen door versterking van de capaciteit voor beleidscoördinatie en effectbeoordeling op het niveau van de regering en de coördinerende ministeries, en door versterking van de instrumenten om de kwaliteit van openbare raadplegingen op alle bestuursniveaus te verbeteren

Mijlpaal

Operationeel IT-platform voor het monitoren van innovatie in overheidsdiensten

Het IT-platform wordt ontwikkeld en operationeel

KWARTAAL 4

2024

Het IT-platform voor het toezicht op innovatie in het openbaar bestuur wordt ontwikkeld en operationeel. Het IT-platform genereert automatisch jaarlijkse monitoringverslagen over de door de Roemeense instellingen geregistreerde vooruitgang op het gebied van innovatieve prestaties en innovatiecapaciteiten.

406

Hervorming 1. Vergroting van de voorspelbaarheid en efficiëntie van besluitvormingsprocessen door versterking van de capaciteit voor beleidscoördinatie en effectbeoordeling op het niveau van de regering en de coördinerende ministeries, en door versterking van de instrumenten om de kwaliteit van openbare raadplegingen op alle bestuursniveaus te verbeteren

Doel

800 vertegenwoordigers van maatschappelijke organisaties die zijn opgeleid om de administratieve capaciteit en digitalisering van hun structuren te vergroten

 Opgeleide vertegenwoordigers

Aantal

0

800

KWARTAAL 4

2025

Het secretariaat-generaal van de regering organiseert jaarlijkse opleidingssessies voor personeel van maatschappelijke organisaties om hun capaciteit en vaardigheden om effectief deel te nemen aan openbare raadplegingen te vergroten. De opleidingen zijn gericht op het gebruik van het digitale platform e-consultare.gov.ro en andere mechanismen/procedures waarin het rechtskader voorziet.

407

Hervorming 1. Vergroting van de voorspelbaarheid en efficiëntie van besluitvormingsprocessen door versterking van de capaciteit voor beleidscoördinatie en effectbeoordeling op het niveau van de regering en de coördinerende ministeries, en door versterking van de instrumenten om de kwaliteit van openbare raadplegingen op alle bestuursniveaus te verbeteren

Doel

Het proces van openbare raadpleging en betrokkenheid van belanghebbenden is verbeterd door een toename met 20 % van het aantal ontwerpen van wetgevingshandelingen dat onderworpen is aan een openbare raadpleging en betrokkenheid van belanghebbenden op centraal niveau

Percentage (%)

0 [2020]

20

KWARTAAL 2

2026

Om de kwaliteit van het raadplegingsproces te verbeteren, wordt, naast de opleidingen voor vertegenwoordigers van maatschappelijke organisaties (in het kader van doelstelling 406), een reeks activiteiten uitgevoerd als volgt:

-Er wordt een geactualiseerd rechtskader vastgesteld om de uitvoering van verordeningen op het gebied van openbare raadplegingen en vrije toegang tot informatie van algemeen belang te standaardiseren.

-Het bestaande IT-platform www.e-consultare.gov.ro zal worden uitgebreid tot een „one-stop shop” -informatieportaal op regeringsniveau voor burgers over participatiemogelijkheden en als instrument voor het monitoren en evalueren van de jaarlijkse vooruitgang.

-Er worden opleidingsprogramma’s/methodologische ondersteuning opgezet voor het stroomlijnen van de uitvoering van regelgeving op het gebied van openbare raadplegingen en gratis toegang tot informatie van algemeen belang voor ambtenaren van centrale (ministeries) en lokale autoriteiten (districtsraden en gemeenten).

-De strategie voor een open overheid wordt aangenomen.

-Er worden opleidingsprogramma’s/methodologische ondersteuning opgezet voor de toepassing van de beginselen van open bestuur voor ambtenaren van centrale (ministeries) en lokale overheden (districtsraden en gemeenten).

-Er worden jaarlijkse voortgangsverslagen met aanvullende richtsnoeren en aanbevelingen gepubliceerd.

De verwezenlijking van deze doelstelling wordt gebaseerd op de indicatoren in het dashboard (onderdeel van de jaarlijkse voortgangsbeoordeling).

408

Hervorming 1. Vergroting van de voorspelbaarheid en efficiëntie van besluitvormingsprocessen door versterking van de capaciteit voor beleidscoördinatie en effectbeoordeling op het niveau van de regering en de coördinerende ministeries, en door versterking van de instrumenten om de kwaliteit van openbare raadplegingen op alle bestuursniveaus te verbeteren

Doel

25 % van de presentatie- en motiveringsinstrumenten voldoet aan de vastgestelde kwaliteitscriteria (d.w.z. worden beoordeeld op een uitstekend of bevredigend niveau) volgens de overheidsmethodologie

 

Percentage (%)

10

25

KWARTAAL 4

2024

De kwaliteit van de wetgeving wordt beoordeeld aan de hand van de criteria die zijn vastgesteld in het eerste jaarverslag van het secretariaat-generaal van de regering over de effectbeoordeling van de regelgeving, dat in 2019 is aangenomen. Het referentiescenario voor 2019 was 10 %, d.w.z. het aantal presentatie- en motiveringsinstrumenten voldoen aan de vastgestelde kwaliteitscriteria (d.w.z. worden beoordeeld op een uitstekend of bevredigend niveau).

Er zijn 4 kwaliteitsniveaus: uitstekend, bevredigend, gedeeltelijk bevredigend en onvervuld.

Op middellange termijn wordt dit gedaan door de raad van toezicht (weergegeven in stap 404).

409

Hervorming 1. Vergroting van de voorspelbaarheid en efficiëntie van besluitvormingsprocessen door versterking van de capaciteit voor beleidscoördinatie en effectbeoordeling op het niveau van de regering en de coördinerende ministeries, en door versterking van de instrumenten om de kwaliteit van openbare raadplegingen op alle bestuursniveaus te verbeteren

Doel

Ten minste 50 % van de voorgestelde wetgevingsinitiatieven, opgenomen in het jaarlijks werkprogramma van de regering (GAWP), goedgekeurd binnen de gestelde termijn

 

Percentage (%)

35

50

KWARTAAL 1

2026

Ten minste 50 % van de in het jaarlijkse werkprogramma van de regering opgenomen wetgevingsinitiatieven wordt goedgekeurd binnen de termijn die in het GAWP voor dat initiatief is vastgesteld. In het GAWP wordt de wetgevingsagenda van de regering vastgesteld (d.w.z. voorgestelde wetgevingsmaatregelen voor het jaar door de regering). Het doel van deze doelstelling is tweeledig: I) een coherente en haalbare wetgevingsplanning ondersteunen, en ii) de uitvoeringscapaciteit van de regering vergroten, zodat de wetgevingsprioriteiten worden gevolgd en goedgekeurd zoals oorspronkelijk gepland.

Deze doelstelling moet worden beoordeeld aan de hand van het referentiescenario van 35 % (d.w.z. 2020 niveau van goedkeuring van initiatieven binnen de vastgestelde termijn).

410

Hervorming 1. Vergroting van de voorspelbaarheid en efficiëntie van besluitvormingsprocessen door versterking van de capaciteit voor beleidscoördinatie en effectbeoordeling op het niveau van de regering en de coördinerende ministeries, en door versterking van de instrumenten om de kwaliteit van openbare raadplegingen op alle bestuursniveaus te verbeteren

Mijlpaal

Inwerkingtreding van richtsnoeren voor passend gebruik en handhaving van het enig register voor transparantie van belangen (RUTI)

Bepaling in de richtsnoeren betreffende de inwerkingtreding van de richtsnoeren voor het gebruik en de handhaving van RUTI

KWARTAAL 3

2022

De richtsnoeren en bijbehorende procedures moeten naar behoren uitvoering geven aan het openbaar register dat in 2016 door de regering is opgezet en waarin de bijeenkomsten van (regerings-) besluitvormers met belangenvertegenwoordigers zijn opgenomen, en dat tevens dient als een vrijwillig register voor belangengroepen.

411

Hervorming 1. Vergroting van de voorspelbaarheid en efficiëntie van besluitvormingsprocessen door versterking van de capaciteit voor beleidscoördinatie en effectbeoordeling op het niveau van de regering en de coördinerende ministeries, en door versterking van de instrumenten om de kwaliteit van openbare raadplegingen op alle bestuursniveaus te verbeteren

Mijlpaal

Inwerkingtreding van de methode voor het gebruik van noodverordeningen

Bepaling in het regeringsbesluit betreffende de inwerkingtreding van de methode voor het gebruik van noodverordeningen

KWARTAAL 3

2022

In het regeringsbesluit over de methode voor het gebruik van noodverordeningen (Eos) worden de omstandigheden waaronder deze verordeningen mogen worden gebruikt en de wijze waarop het effect ervan moet worden beoordeeld (ex post, ex ante), de bijbehorende procedures voor de opstelling en goedkeuring ervan en de rol van het secretariaat-generaal van de regering en het ministerie van Justitie bij het waarborgen van poortwachters en algemene kwaliteitscontrole gespecificeerd.

412

Hervorming 1. Vergroting van de voorspelbaarheid en efficiëntie van besluitvormingsprocessen door versterking van de capaciteit voor beleidscoördinatie en effectbeoordeling op het niveau van de regering en de coördinerende ministeries, en door versterking van de instrumenten om de kwaliteit van openbare raadplegingen op alle bestuursniveaus te verbeteren

Mijlpaal

Inwerkingtreding van de wetswijzigingen om ervoor te zorgen dat de volledige tekst van de wetten na wijzigingen wordt bekendgemaakt

Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de wet voor de bekendmaking van de volledige tekst van de wetten na wijziging

KWARTAAL 3

2022

De wijzigingen van wet 24/2000 betreffende de wetgevingstechniek zorgen ervoor dat de volledige tekst van de wet wordt bekendgemaakt nadat er wijzigingen in zijn aangebracht, hetgeen momenteel niet systematisch gebeurt.

413

Hervorming 2. Versterking van de coördinatie in het centrum van de overheid door middel van een geïntegreerde en coherente aanpak van initiatieven op het gebied van klimaatverandering en duurzame ontwikkeling

Mijlpaal

Operationalisering van een interinstitutioneel klimaatcomité

Het interinstitutioneel klimaatcomité operationeel gemaakt

 

KWARTAAL 2

2022

Het Comité klimaatverandering richt zich, overeenkomstig zijn voorgestelde mandaat, op i) de vaststelling van jaarlijkse prioritaire beleidsmaatregelen op het gebied van klimaatverandering in overeenstemming met de doelstellingen van de Europese Green Deal en het tijdschema dat Roemenië in het kader van het nationaal geïntegreerd plan inzake energie en klimaatverandering (PNIESC) heeft aangenomen, ii) coördinatie, monitoring en evaluatie van de autoriteiten die verantwoordelijk zijn voor de uitvoering van beleid en maatregelen in het kader van PNIESC-activiteiten, en iii) goedkeuring van de indicatoren voor het meten van de Roemeense klimaatverbintenissen. De prioriteiten voor het Comité worden tijdens zijn vergaderingen vastgesteld en vastgesteld, en deze kunnen van wetgevende, financiële of fiscale aard zijn en verband houden met de ontwikkeling van overheidsbeleid voor groene investeringen, of met de vaststelling van het methodologische of administratieve kader. De prioriteiten worden jaarlijks formeel goedgekeurd door de regering en er wordt een actieplan aangenomen met betrekking tot de stappen om elke voorgestelde prioriteit te verwezenlijken, duidelijke termijnen voor de uitvoering van elke stap en de verantwoordelijke instellingen.

414

Hervorming 2. Versterking van de coördinatie in het centrum van de overheid door middel van een geïntegreerde en coherente aanpak van initiatieven op het gebied van klimaatverandering en duurzame ontwikkeling

Doel

De verwezenlijking van 90 % van de door het Interinstitutionele Comité klimaatverandering voor 2025 vastgestelde prioriteiten

 

Percentage (%)

0

90

KWARTAAL 1

2026

90 % van de door het Interinstitutionele Comité klimaatverandering voor 2025 vastgestelde prioriteiten wordt bereikt. De prioriteiten worden in december 2024 bekrachtigd door het Interinstitutionele Comité klimaatverandering (CISC).

415

Hervorming 2. Versterking van de coördinatie in het centrum van de overheid door middel van een geïntegreerde en coherente aanpak van initiatieven op het gebied van klimaatverandering en duurzame ontwikkeling

Doel

Overheidsfunctionarissen gekwalificeerd als „deskundige op het gebied van duurzame ontwikkeling” in overheidsinstellingen op centraal en lokaal niveau

 

Aantal

0

2 000

KWARTAAL 3

2025

De doelstelling wordt bereikt door middel van de volgende stappen:

(1) Er wordt een verslag opgesteld waarin de behoeften en het niveau van vaardigheden op het gebied van duurzame ontwikkeling onder overheidsadministrateurs op centraal en lokaal niveau worden beoordeeld;

(2) Wetswijzigingen ter aanvulling van bijlage 5 bij het wetboek bestuursrecht met de functie van „deskundige op het gebied van duurzame ontwikkeling” worden vastgesteld en in werking treden;

(3) Het opleidingsprogramma wordt ontwikkeld en verstrekt door openbare, particuliere en academische instellingen.

416

Hervorming 3. Ontwikkeling van de prestaties van het personeelsbeheer in de overheidssector

Mijlpaal

Analyse achteraf van het (proef-) nationale vergelijkend onderzoek voor de selectie van twee categorieën ambtenaren bij de centrale overheid

Verslag over de analyse achteraf gepubliceerd

 

 

 

KWARTAAL 2

2023

Het nationale (proef-) vergelijkend onderzoek voor de selectie van twee categorieën ambtenaren in de centrale administratie wordt georganiseerd en afgerond volgens de door de regering goedgekeurde procedures.

Nadat het proefproject is uitgevoerd, wordt een ex-postevaluatie uitgevoerd van de resultaten en het verkregen effect, die dient om het bredere nationale aanwervingsvergelijkend onderzoek aan te passen.

417

Hervorming 3. Ontwikkeling van de prestaties van het personeelsbeheer in de overheidssector

Mijlpaal

Voltooiing van ten minste twee nationale vergelijkende onderzoeken voor de aanwerving van ambtenaren voor ten minste 3 ambtenarencategorieën/rangen per jaar

Voltooiing van twee nationale vergelijkende onderzoeken voor de aanwerving van ambtenaren

 

 

 

KWARTAAL 4

2023

Het volgende wordt uitgevoerd:

(1) De goedkeuring door de regering van de procedure voor de organisatie en het verloop van het nationale vergelijkend onderzoek breidde zich uit tot de andere categorieën van algemeen ambtenarenapparaat bij de overheid (naast de categorieën die onderworpen zijn aan proefprojecten) overeenkomstig de geldende wetgeving. 
(2) analyses die zijn uitgevoerd op basis van gegevensverzameling, studies, enquêtes en aanwervingsplannen om vast te stellen hoe het nationale vergelijkend onderzoek dat is uitgevoerd voordat het ontwerp van wetgevingshandeling wordt opgesteld, operationeel kan worden gemaakt. 
(3) organisatie en voltooiing van twee nationale wedstrijdrondes.

418

Hervorming 3. Ontwikkeling van een prestatiegericht personeelsbeheer in de overheidssector.

Mijlpaal

Inwerkingtreding van twee wetgevingshandelingen inzake personeelsbeheer

 

Bepaling in de wetten betreffende de inwerkingtreding van de wetten op het gebied van personeelsbeheer

 

 

 

KWARTAAL 4

2024

De volgende wetgevingshandelingen worden vastgesteld en in werking getreden:

(1) het doorvoeren van veranderingen in het loopbaanbeheer van ambtenaren op basis van meritocratie, en met name de ontwikkeling van een horizontaal/rotatiemobiliteitsbeleid en loopbaanstructurering voor meer gerichte ambtenaren in dienst.

(2) beheer van arbeidscontractanten bij de overheid.

419

Hervorming 3. Ontwikkeling van een prestatiegericht personeelsbeheer in de overheidssector.

Mijlpaal

Competentiekaders in centrale overheidsdiensten operationeel

Operationeel competentiekader

 

 

 

KWARTAAL 4

2025

De mijlpaal omvat de inwerkingtreding van de wetgevingshandeling en de daadwerkelijke uitvoering ervan.

Het ontwerp van wetgevingshandeling inzake algemene competentiekaders voor ambtenaren wordt gebruikt bij de uitvoering van het proefproject.

Het wetgevingsvoorstel is gericht op de gefaseerde tenuitvoerlegging van competentiekaders in overheidsinstellingen en is gebaseerd op het model/ontwerp dat door het SIPOCA 136-project is ontwikkeld. In het verslag over de aanwervings- en selectieacties in overheidsdienst wordt het gebruik van nieuwe procedures bevestigd.

Na voltooiing van het proefproject wordt, met het oog op de aanpassing en herijking van de normatieve handeling, na de analyse achteraf, gebruik gemaakt van de in het nationale plan voor herstel en veerkracht gevraagde technische ondersteuning.

De uitvoering wordt bereikt door middel van de volgende stappen:

(1) Verduidelijking van functiespecifieke rollen en voorbereiding op de invoering van het competentiekader.

(2) Vereenvoudiging van de functieclassificatie en correlatie van ICT-infrastructuur met processen voor personeelsbeheer.

(3) Evaluatie van de beroepsprestaties op basis van competenties.

De uitvoering van het kader wordt regelmatig bijgewerkt.

420

Hervorming 4. Ontwikkeling van een eerlijk unitair beloningssysteem in de overheidssector

Mijlpaal

Inwerkingtreding van het nieuwe rechtskader voor de bezoldiging van ambtenaren

Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de wet op de bezoldiging van ambtenaren

 

 

 

KWARTAAL 2

2023

In de nieuwe wet op de bezoldiging van ambtenaren (Wet op het openbaar loon) wordt een uniforme berekeningsmethode vastgesteld om de loonrechtvaardigheid in de begrotingssector te vergroten (toepassing van het beginsel van gelijke beloning voor gelijk werk), niet-discriminerende behandeling bij het vaststellen van bonussen en het koppelen van prestaties aan het betaalde loon.

De voorgestelde methode voor de herberekening van salarissen is budgettair houdbaar en is gebaseerd op:

-herziening van de rangschikkingscoëfficiënten voor elke beroepsgroep begrotingsfuncties;

-herinvoering van salarisschalen voor lokale overheden, die overeenkomen met openbare en contractuele functies;

-herziening van het systeem van bonussen en plafonnering van de bonussen tot 20 % van het basissalaris, op het niveau van de hoofdordonnateur/kredietvrijstellingsautoriteit.

Het nieuwe rechtskader wordt tegelijkertijd ten uitvoer gelegd voor alle beroepscategorieën, om te voorkomen dat er nieuwe onevenwichtigheden in het loonstelsel van de overheid ontstaan.

421

Hervorming 5. De onafhankelijkheid van de rechterlijke macht waarborgen en de kwaliteit en efficiëntie ervan verbeteren

Mijlpaal

Inwerkingtreding van het regeringsbesluit tot goedkeuring van de strategie voor de ontwikkeling van de rechterlijke macht 2022-2025

Bepaling in het regeringsbesluit over de goedkeuring van de strategie voor de ontwikkeling van de rechterlijke macht

 

 

 

KWARTAAL 1

2022

Het ministerie van Justitie bereidt de nieuwe strategie voor op basis van interne analyses en voorstellen die tijdens de openbare raadpleging zijn ontvangen, waarna de strategie wordt goedgekeurd en in werking treedt.  
De strategie omvat twee pijlers:

(1) de eerste pijler betreft beleid ter versterking van de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht en ter versterking van de rechtsstaat. De resultaten van het beleid ter versterking van de rechtsstaat worden objectief beoordeeld aan de hand van specifieke prestatie-indicatoren, die in het kader van de strategie worden ontwikkeld. De maatregelen en indicatoren worden opgesteld op basis van de bevindingen van het verslag over de rechtsstaat.

(2) de tweede pijler omvat beleid ter versterking van de institutionele capaciteit op het gebied van middelen, processen en beheer, en omvat beleid inzake de kwaliteit en efficiëntie van de diensten in de rechterlijke macht, zoals: a) efficiënt gebruik van personele middelen (bv. werklast); b) het beleid om de gerechtelijke infrastructuur, met inbegrip van de fysieke infrastructuur, te optimaliseren; digitale transformatie — door middel van de volgende maatregelen:

-digitale interactie van de justitiabele en elke geïnteresseerde entiteit met de rechterlijke macht;

-elektronische handtekening en elektronisch zegel.

-beschikbaarheid van verbeterde datacommunicatie voor e-bestanden (een mogelijkheid voor justitiabelen om langs elektronische weg toegang te krijgen tot de gerechtelijke dossiers).

-uitwerking van een justitiële sectorale strategie voor de digitalisering van het fysieke archief.

De vooruitgang bij de uitvoering van de strategie wordt gemonitord en beoordeeld aan de hand van een reeks indicatoren die zijn ontwikkeld op basis van objectieve middelen, zoals het EU-scorebord voor justitie en het verslag over de rechtsstaat van de Europese Commissie.

422

Hervorming 5. De onafhankelijkheid van de rechterlijke macht waarborgen en de kwaliteit en efficiëntie ervan verbeteren

Mijlpaal

Inwerkingtreding van de wet tot wijziging van de bevoegdheden van het nationaal agentschap voor het beheer van in beslag genomen activa

Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de wet tot wijziging van de bevoegdheden van het nationaal agentschap voor het beheer van in beslag genomen activa

 

 

 

KWARTAAL 2

2022

De wetgevingshandeling zet Richtlijn (EU) 2019/1153 om en introduceert verschillende wijzigingen in verband met de uitbreiding van het institutionele mandaat, waarbij onder meer aandacht wordt besteed aan: beheer en valorisatie van in beslag genomen goederen en samenwerking met andere relevante instanties bij de terugvordering van schade.

423

Hervorming 5. De onafhankelijkheid van de rechterlijke macht waarborgen en de kwaliteit en efficiëntie ervan verbeteren

Mijlpaal

Inwerkingtreding van de „wetten inzake het justitiële stelsel” (wetten inzake de status van magistraten, rechterlijke organisatie, Hoge Raad voor de magistratuur)

Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de wetten inzake het justitiële stelsel

 

 

 

KWARTAAL 2

2023

De nieuwe wetten inzake het justitiële stelsel voorzien in:

(1) versterking van de onafhankelijkheid van rechters en aanklagers;

(2) toelating tot het beroep en loopbaanontwikkeling om meritocratische redenen, in combinatie met de versterking van de rol van het Nationaal Instituut voor de magistratuur bij het organiseren en houden van examens en vergelijkende onderzoeken;

(3) de efficiënte werking van de rechtbanken, de Hoge Raad voor de Magistratuur en het Openbaar Ministerie;

(4) de effectieve verantwoordingsplicht van magistraten, maar ook hun bescherming tegen inmenging en misbruik;

(5) de rechterlijke controle doeltreffender maken en zorgen voor meer waarborgen voor onafhankelijkheid en onpartijdigheid.

424

Hervorming 5. De onafhankelijkheid van de rechterlijke macht waarborgen en de kwaliteit en efficiëntie ervan verbeteren

Mijlpaal

Wijziging van het wetboek van strafrecht en het wetboek van strafvordering

Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de wet

KWARTAAL 4

2022

De noodzakelijke wijzigingen van het wetboek van strafrecht en het wetboek van strafvordering worden vastgesteld en in werking getreden om de bepalingen van het wetboek van strafrecht en het wetboek van strafvordering die in 2014 in werking zijn getreden, in overeenstemming te brengen met de grondwettelijke bepalingen, overeenkomstig de relevante beslissingen van het nationale grondwettelijk hof over de grondwettigheidsaspecten van de recente wijzigingen in het wetboek van strafrecht en de strafvordering.

425

Hervorming 5. De onafhankelijkheid van de rechterlijke macht waarborgen en de kwaliteit en efficiëntie ervan verbeteren

Doel

Ten minste 6000 justitieel personeel (zoals rechters, openbare aanklagers en griffiers) dat de opleidingen heeft gevolgd om de kwaliteit en efficiëntie van het rechtsstelsel te verbeteren

 

Aantal

0

6 000

KWARTAAL 4

2025

Er worden opleidingssessies voor magistraten en griffiers georganiseerd om de kwaliteit van het rechtsstelsel te verbeteren en efficiënter te maken. De volgende opleidingen worden georganiseerd:

(1) eenvormigheid van de jurisprudentie met betrekking tot de nieuwe wetboeken (burgerlijk wetboek, wetboek van burgerlijke rechtsvordering, wetboek van strafrecht en wetboek van strafvordering),

(2) overheidsopdrachten, bestuursrecht, belastingprocedure,

(3) internationale justitiële samenwerking in burgerlijke en strafzaken, jurisprudentie van het Europees Hof van Justitie inzake grondrechten,

(4) beheer van de werkzaamheden van griffiers,

(5) jurisprudentie van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens,

(6) tenuitvoerlegging van strafrechtelijke beslissingen.

De 300 opleidingssessies zijn gericht op ongeveer 6000 rechters, aanklagers en griffiers van rechtbanken.

426

Hervorming 6. Intensivering van de strijd tegen corruptie

Mijlpaal

Inwerkingtreding van het regeringsbesluit tot goedkeuring van een nieuwe nationale corruptiebestrijdingsstrategie

Bepaling in het regeringsbesluit waarin de aanneming van de strategie voor corruptiebestrijding wordt vermeld

 

 

 

KWARTAAL 4

2021

De algemene doelstellingen van de nieuwe strategie voor corruptiebestrijding zijn: 
(1) vermindering van de gevolgen van corruptie voor burgers;

(2) Versterking van het integriteitsbeheer en de bestuurlijke capaciteit om corruptie te voorkomen en te bestrijden; 
(3) versterking van de integriteit op prioritaire gebieden; 
(4) de prestaties van de strijd tegen corruptie met strafrechtelijke en administratieve middelen te verbeteren; 
(5) de uitvoering van anticorruptiemaatregelen opvoeren.

De specifieke doelstellingen van de nieuwe strategie voor corruptiebestrijding zijn:

(1) opleiding van beroepsbeoefenaars die betrokken zijn bij de preventie en bestrijding van milieucriminaliteit;

(2) het toewijzen van de nodige middelen voor de optimale werking van het DNA (nationaal directoraat voor corruptiebestrijding), de ondersteuningsstructuur van het Europees Openbaar Ministerie, de technische dienst en de versterking van functionarissen van de gerechtelijke politie;

(3) bevordering van de eenmaking van de rechtspraktijk op het gebied van corruptie. In dit verband voert de NAD een analyse uit van de rechtspraktijk met betrekking tot corruptiezaken.
In de nieuwe strategie worden nieuwe prioritaire gebieden vastgesteld: milieucorruptie, het verband tussen corruptie en georganiseerde misdaad, en integriteit bij de bescherming van cultuurgoederen. Het beoordeelt ook de integriteitswetgeving en derhalve moeten eventuele verbeteringen worden aangebracht met betrekking tot specifieke wetgeving met betrekking tot:

— belangenconflicten, onverenigbaarheden;

— aangifte van activa;

— draaideur (ruiten);

— de ethisch adviseur;

— de algemene norm voor de ambtshalve bekendmaking van informatie van algemeen belang op het niveau van de centrale en lokale overheden (om de samenhang van de aanvraag te waarborgen).

427

Hervorming 6. Intensivering van de strijd tegen corruptie

Doel

Een stijging van de waarde van de in beslag genomen activa die worden beheerd door het Nationaal Agentschap voor het beheer van in beslag genomen activa

 

Percentage (%)

0

50

KWARTAAL 4

2025

De stijging van de waarde van de in beslag genomen activa die worden beheerd door het nationaal agentschap voor het beheer van in beslag genomen activa wordt bereikt na de wetswijzigingen betreffende de consolidatie van het wettelijke mandaat van het nationaal agentschap voor het beheer van in beslag genomen activa (ANABI) (mijlpaal 422) en de bouw van de opslagplaatsen (streefdoel 446) voor de opslag van in beslag genomen goederen.

De uitgangswaarde voor deze doelstelling is de waarde van de in beslag genomen activa, beheerd door het Agentschap, in juni 2021 (ongeveer 45 miljoen euro).

428

Hervorming 6. Intensivering van de strijd tegen corruptie

Doel

Voltooiing van ten minste 70 % van de maatregelen waarin de nieuwe anticorruptiestrategie voorziet

 

Percentage (%)

0

70

KWARTAAL 4

2025

De strategie voorziet in de invoering van een alomvattend monitoringmechanisme dat vergelijkbaar is met het mechanisme dat met succes is gebruikt in de cyclus 2016-2020. Het omvat regelmatige verslaglegging, nalevingsbeoordelingsmissies in openbare instellingen, jaarlijkse evaluatieverslagen, gevalideerd en door publieke en private deskundigen.

Het mechanisme voor de beoordeling van de naleving van de strategie omvat:

— de collegiale toetsingsmissies die in overheidsinstellingen worden uitgevoerd door teams van deskundigen van onafhankelijke autoriteiten, anticorruptie-instellingen, overheidsdiensten, het ondernemingsklimaat en het maatschappelijk middenveld (dit instrument is een gedeeltelijke herhaling van internationale ervaring, bv. Greco).

— uitvoering van tussentijdse en definitieve externe audits met betrekking tot de uitvoering van de strategie.

In de externe evaluaties worden de doelstellingen van de strategie, het effect ervan, de efficiëntie en doeltreffendheid van de uitvoeringsmaatregelen en de duurzaamheid van de resultaten geanalyseerd.

429

Hervorming 6. Intensivering van de strijd tegen corruptie

Doel

Bezetting van 85 % van de functies van openbaar aanklager van het nationale directoraat voor corruptiebestrijding

Percentage (%)

0

85

KWARTAAL 2

2023

Bezetting van 85 % van de functies van openbaar aanklager van het nationale directoraat voor corruptiebestrijding.

430

Hervorming 6. Intensivering van de strijd tegen corruptie

Mijlpaal

Inwerkingtreding van de wet inzake de bescherming van klokkenluiders

Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de wet

KWARTAAL 1

2022

Inwerkingtreding van de wet inzake de bescherming van klokkenluiders. De wet strekt tot omzetting van Richtlijn (EU) 2019/1937 inzake de bescherming van personen die inbreuken op het Unierecht melden en bevat aanvullende bepalingen die specifiek zijn voor de nationale context, teneinde kwesties in verband met het integriteitsbeleid efficiënt aan te pakken.

431

Hervorming 7. Evaluatie en actualisering van de wetgeving inzake het integriteitskader

Mijlpaal

Inwerkingtreding van de geconsolideerde integriteitswetten

Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de integriteitswet

KWARTAAL 4

2024

Geconsolideerde wetten inzake integriteit treden in werking.

De integriteitswetgeving moet worden geactualiseerd op basis van een voorafgaande evaluatie en analyse van de integriteitswetten, samen met een eerste clustering van de normatieve handelingen.

In de tweede fase van het project worden de bestaande wetten ofwel geharmoniseerd en bijgewerkt, ofwel worden nieuwe normatieve handelingen voorgesteld.

432

Hervorming 7. Evaluatie en actualisering van de wetgeving inzake het integriteitskader

Mijlpaal

Goedgekeurde herziene versie van de gedragscode voor de regering, naast de bestaande versie voor het ambtenarenapparaat en de vaststelling en uitvoering van handhavingsmaatregelen

Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de herziene versie van de gedragscode voor de regering

KWARTAAL 4

2024

De herziening van de ethische code:

-    verduidelijking van de gevolgen voor leden van de regering van de huidige bepalingen inzake belangenconflicten, ongeacht of een dergelijk conflict ook aan het licht kan komen in vermogens- en belangenverklaringen.

-    de definitie uitbreiden tot buiten de persoonlijke financiële belangen

-    een vereiste van ad-hocopenbaarmaking in te voeren wanneer zich een conflict kan voordoen tussen specifieke particuliere belangen van een individueel lid van de regering in verband met een aangelegenheid die aan de orde is in overheidsprocedures of bij andere werkzaamheden die verband houden met hun mandaat;

-    een robuuste reeks beperkingen vast te stellen met betrekking tot geschenken, gastvrijheid, gunsten en andere voordelen voor de leden, en ervoor te zorgen dat het toekomstige systeem goed wordt begrepen en afdwingbaar is.

-    regels invoeren over hoe leden van de regering samenwerken met lobbyisten en andere derden die het wetgevingsproces trachten te beïnvloeden

433

Hervorming 8. Hervorming van het nationale aanbestedingssysteem

Mijlpaal

Inwerkingtreding van de wijziging van de nationale wetgeving inzake rechtsmiddelen (Wet nr. 101/2016)

Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de wet op de rechtsmiddelen

 

 

 KWARTAAL 1

2022

Bij de wetswijziging van de nationale wetgeving inzake rechtsmiddelen (Wet nr. 101/2016) wordt de verplichting ingevoerd om het contract met de winnende inschrijver te ondertekenen onmiddellijk na de vaststelling van het besluit van de nationale raad voor geschillenbeslechting (CNSC), voorafgaand aan een gerechtelijke uitspraak in geval van een klacht tegen een besluit van de Raad.

434

Hervorming 8. Hervorming van het nationale systeem voor overheidsopdrachten.

Mijlpaal

Inwerkingtreding van de strategie inzake overheidsopdrachten, met inbegrip van horizontale maatregelen ter ondersteuning van de uitvoering van het nationale herstel- en veerkrachtplan

 Bepaling in het regeringsbesluit betreffende de inwerkingtreding van de strategie inzake overheidsopdrachten

KWARTAAL 2

2023

De doelstellingen van de toekomstige strategie moeten in overeenstemming zijn met de strategische prioriteiten van de strategie voor overheidsopdrachten van de Europese Commissie. Bijgevolg moeten de in het actieplan van de toekomstige strategie op te nemen maatregelen gericht zijn op de zes strategische beleidsprioriteiten van de strategie van de Commissie, die erop gericht zijn de praktijken op het gebied van overheidsopdrachten in samenwerking met de andere overheidsinstanties en andere belanghebbenden te verbeteren.

De strategie en de precieze maatregelen, samen met het bijbehorende uitvoeringsschema en de toewijzing van verantwoordelijkheden worden overeengekomen door het interministerieel comité voor overheidsopdrachten.

435

Hervorming 8. Hervorming van het nationale aanbestedingssysteem

Doel

Operationele gecentraliseerde aanbestedingsorganen (CPB’s) voor lokale overheden

Aantal operationele gecentraliseerde aanbestedingsorganen

3 [2021]

7

KWARTAAL 4

2025

4 extra lokale CPB’s worden geconfigureerd en voorzien van operationele instrumenten en knowhow.

De exacte categorieën goederen/diensten/werken waarvoor gecentraliseerde aanbestedingen zullen worden uitgeschreven, moeten worden vastgesteld aan de hand van de behoeftenanalyse van de begunstigden van elke aankoopcentrale, maar kunnen het volgende omvatten:

kantoorbenodigdheden,

brandstof,

IT-apparatuur,

communicatiediensten

diensten op het gebied van faciliteitenbeheer

mobiliteitsdiensten.

436

Hervorming 8. Hervorming van het nationale aanbestedingssysteem

Doel

Gespecialiseerde opleiding op het gebied van overheidsopdrachten

 

Aantal

0

350

KWARTAAL 4

2023

Er wordt voorzien in gespecialiseerde opleiding op het gebied van overheidsopdrachten voor ten minste 350 personen (zowel ambtenaren als arbeidscontractanten), met name voor werknemers van staatsbedrijven.

De gespecialiseerde opleiding draagt bij tot de vergroting van de administratieve capaciteit van de „grote kopers” en andere aanbestedende diensten die investeringsprojecten uitvoeren die via de faciliteit voor herstel en veerkracht worden gefinancierd, waardoor de focus op staatsondernemingen ligt.

437

Hervorming 8. Hervorming van het nationale aanbestedingssysteem

Mijlpaal

Het elektronisch systeem voor overheidsopdrachten (SEAP) is onderling verbonden en interoperabel met andere databanken

SEAP-systeem onderling gekoppeld en interoperabel

 

 

 KWARTAAL 4

2023

Het elektronisch systeem voor overheidsopdrachten (SEAP) wordt onderling verbonden en interoperabel gemaakt met andere databanken: Nationaal handelsregisterbureau, nationaal agentschap voor integriteitsbewaking, nationaal agentschap voor belastingadministratie, nationaal agentschap voor overheidsopdrachten, nationale klachtencommissie, ministerie van Binnenlandse Zaken, ministerie van Justitie, gebruikmakend van informatie en vereenvoudiging van aanbestedingsprocedures en controles ten behoeve van de deelnemers aan de procedure.

438

Hervorming 8. Hervorming van het nationale aanbestedingssysteem

Mijlpaal

Operationeel e-aanbestedingssysteem

Elektronisch aanbestedingssysteem operationeel

 

 

 KWARTAAL 1

2025

Het volgende moet worden voltooid en operationeel zijn in het kader van het SEAP (e-aanbestedingssysteem):

(1) ontwikkeling en uitvoering van nieuwe formulieren (e-formulieren) waarin Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1780 van de Commissie van 23 september 2019 tot vaststelling van standaardformulieren voor de bekendmaking van aankondigingen op het gebied van overheidsopdrachten voorziet en tot intrekking van Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1986; 
(2) ontwikkeling en toepassing van elektronische formulieren bij de beoordeling van inschrijvingen in openbare aanbestedingsprocedures; 
(3) de uitbreiding van de functionaliteiten van het dynamische systeem voor overheidsopdrachten (ED), dat in maart 2021 operationeel is geworden, met faciliteiten voor geautomatiseerde beoordeling van kwalificaties en opname van de elektronische catalogus; 
(4) e-contracten, e-facturering, e-betalingen en instrumenten voor contractbeheer (addenda, aanvaardingsverslagen, betalingen).

439

Hervorming 9. Verbetering van het procedurele kader voor de toepassing van de beginselen van corporate governance in staatsbedrijven

Mijlpaal

Inwerkingtreding van geactualiseerde wetgeving voor staatsbedrijven

Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de wet inzake staatsbedrijven

 

 

 KWARTAAL 4

2022

Inwerkingtreding van de gewijzigde Wet 111/2016, waarbij alle uitzonderingen worden opgeheven, ook voor staatsbedrijven op lokaal niveau. Deze wijzigingen moeten i) een onderscheid maken tussen de regelgevings- en de eigendomsfunctie, ii) elk direct of indirect voordeel wegnemen dat uit staatseigendom zou kunnen voortvloeien, ongeacht of het gaat om marktregels/regelgeving, financiering, belastingen of overheidsopdrachten, en iii) waarborgen dat overheidsbedrijven winstgevendheid nastreven.

440

Hervorming 9. Verbetering van het procedurele kader voor de toepassing van de beginselen van corporate governance in staatsbedrijven

Mijlpaal

Operationalisering van de taskforce bij het regeringscentrum voor beleidscoördinatie en monitoring op het gebied van corporate governance

Bepaling in het besluit van de minister-president tot vaststelling van de inwerkingtreding van het besluit van de minister-president over de organisatie en werking van de taskforce bij het secretariaat-generaal van de regering

 

 

KWARTAAL 4

2022

Op basis van de aanbevelingen van een onafhankelijk deskundigenpanel wordt een permanente taskforce opgericht in overeenstemming met de OESO-normen inzake corporate governance, die operationeel wordt (d.w.z. wettelijk gemandateerd en van middelen voorzien) om toezicht te houden op de toepassing van de normen inzake corporate governance, heeft de eindverantwoordelijkheid om te zorgen voor een transparante en concurrerende selectieprocedure voor de goedkeuring van de benoeming van leden van de raad van bestuur, monitort, evalueert, controleert en controleert en regelmatig verslag uitbrengt over prestatie-indicatoren en legt sancties op voor staatsbedrijven die niet voldoen aan de essentiële prestatie-indicatoren.

441

Hervorming. 9. Verbetering van het procedurele kader voor de toepassing van de beginselen van corporate governance in staatsbedrijven

Mijlpaal

Publicatie van het monitoringdashboard met financiële en niet-financiële doelstellingen en prestatie-indicatoren voor alle categorieën overheidsbedrijven (met inbegrip van belangrijke sectoren zoals vervoer, energie, openbare nutsbedrijven)

Monitoringdashboard gepubliceerd met relevante gegevens over de dynamiek van de prestatie-indicatoren

 

 

KWARTAAL 2

2023

Het monitoringdashboard wordt ontwikkeld, jaarlijks gepubliceerd en centraal gebruikt voor rapportage en monitoring van de voortgang bij de verwezenlijking van (financiële en niet-financiële) prestatie-indicatoren voor alle categorieën staatsondernemingen.

Er wordt gestreefd naar prioriteit voor alle ondernemingen in belangrijke sectoren zoals vervoer, energie en openbare nutsbedrijven.

Hiertoe worden de volgende stappen uitgevoerd:

-Een evaluatie uitvoeren van alle staatsbedrijven met aanbevelingen voor de verkoop of notering van de activa van staatsbedrijven;

-Het vaststellen van financiële en niet-functionele doelstellingen en een scorebord voor het monitoren van financiële en niet-financiële kernprestatie-indicatoren voor alle categorieën staatsbedrijven, met inbegrip van die in sectoren zoals energievervoer en openbare nutsvoorzieningen, die door de taskforce kunnen worden geëxploiteerd;

-De taskforce keurt alle financiële en niet-financiële doelstellingen en kernprestatie-indicatoren voor alle staatsbedrijven goed, met inbegrip van die in de energie- en de vervoerssector.

442

Hervorming 9. Verbetering van het procedurele kader voor de toepassing van de beginselen van corporate governance in staatsbedrijven

Doel

Vermindering van de tijdelijke/tijdelijke benoemingen in de raad van bestuur met 50 % voor staatsbedrijven op centraal niveau

 

Percentage (%)

0

50

KWARTAAL 4

2023

De vermindering van tijdelijke benoemingen in het bestuur van staatsbedrijven op centraal niveau wordt berekend op basis van het basisniveau dat moet worden vastgesteld in de in 2022 uitgevoerde analyse.

443

Hervorming 9. Verbetering van het procedurele kader voor de toepassing van de beginselen van corporate governance in staatsbedrijven

Doel

Beursgenoteerde/gehuurde/geherstructureerde centrale staatsbedrijven op het gebied van energie en vervoer

 

Aantal

0

3

KWARTAAL 2

2026

Ten minste 3 centrale staatsbedrijven genoteerd/geleasd/geherstructureerd op het gebied van energie en vervoer, naast de notering van ten minste 15 % van de aandelen van Hidroelectrica, waarop streefdoel 122 betrekking heeft in het onderdeel „Energie” van dit document.

444

Hervorming 9. Verbetering van het procedurele kader voor de toepassing van de beginselen van corporate governance in staatsbedrijven

Doel

Vermindering van de tijdelijke/tijdelijke benoemingen in de raad van bestuur met 10 % voor staatsbedrijven op lokaal niveau

Percentage (%)

0

10

KWARTAAL 4

2023

De vermindering van tijdelijke benoemingen in het bestuur van staatsbedrijven op lokaal niveau wordt berekend op basis van het basisniveau (2020) dat moet worden vastgesteld in de in 2022 uitgevoerde analyse.

445

Investering 1. Optimalisering van de justitiële infrastructuur om de toegang tot de rechter en de kwaliteit van de diensten te waarborgen

Doel

Gebouwen van rechtbanken die volgens groene normen zijn gebouwd

 

Aantal

0

3

KWARTAAL 2

2026

De investering heeft betrekking op de bouw van 3 nieuwe gerechtsgebouwen, die moeten voldoen aan de doelstelling om een primaire energievraag (PED) te bereiken die ten minste 20 % lager is dan de eis van bijna-energieneutrale gebouwen (BENG) volgens nationale richtsnoeren, hetgeen moet worden gewaarborgd door middel van energieprestatiecertificaten.

De toegang tot gebouwen wordt aangepast aan personen met een handicap en deze aanpassing gaat vergezeld van de naleving van normen inzake brandbeveiliging en technische bescherming, met inbegrip van seismische bestendigheid. Voorrang wordt gegeven aan de locaties van justitiële autoriteiten in economisch minder ontwikkelde delen van Roemenië.

446

Investering 2. Ontwikkeling van de logistieke (niet-IT-) infrastructuur die nodig is om corruptie te bestrijden en de opbrengsten en schade van misdrijven terug te vorderen, met inbegrip van opleiding op deze gebieden

Doel

Opslagplaatsen voor de opslag van in beslag genomen goederen die operationeel zijn gemaakt

 

Aantal

0

3

KWARTAAL 3

2025

Voltooiing van sanerings-/bouwwerkzaamheden voor ten minste 3 opslagplaatsen voor in beslag genomen activa, die moeten voldoen aan de doelstelling om een primaire energievraag (PED) te bereiken die ten minste 20 % lager ligt dan de vereiste bijna-energieneutrale gebouwen (BENG) overeenkomstig de nationale richtsnoeren, hetgeen moet worden gewaarborgd door middel van energieprestatiecertificaten.

447

Investering 3 Oprichting van lokale partnerschapsstructuren tussen lokale overheden en het maatschappelijk middenveld

Doel

Partnerschappen tussen lokale overheidsinstanties (LPA) en ngo’s die zijn opgericht en operationeel zijn

Aantal

0

50

KWARTAAL 1

2026

50 nieuwe partnerschappen worden gesloten tussen niet-gouvernementele organisaties en lokale overheidsinstanties voor de ontwikkeling van projecten ter ondersteuning van de ontwikkeling van lokale gemeenschappen.

Op het niveau van elke gemeenschap worden concrete interventieplannen vastgesteld waarbij de partnerschappen worden betrokken, waarbij prioriteit wordt gegeven aan gebieden zoals de bestrijding van discriminatie, participatief bestuur en budgettering, ten dienste van kwetsbare gemeenschappen (zoals Roma, daklozen), armoedebestrijding en groene transitie. De interventieplannen omvatten bijbehorende doelstellingen, resultaten op korte en lange termijn, begrotingen en de verbintenis tot regelmatige, transparante en inclusieve raadplegingsprocessen, die voorzien in een duidelijke toewijzing van rollen aan de betrokken partijen. De interventieplannen voorzien ook in werkinstrumenten die gericht zijn op de ontwikkeling van de interne capaciteit van de bij het partnerschap betrokken overheidsdiensten om haar burgers te dienen. Over de prioritering van de interventieplannen wordt een gezamenlijke openbare raadpleging gehouden. De uitvoering van elk interventieplan wordt gedurende ten minste 2 jaar na de afsluiting van elk plan gemonitord. De samenwerking tussen de partijen en de regelmatigheid/efficiëntie van het raadplegingsproces worden gedurende de gehele investeringsperiode gedocumenteerd.

448

Investering 4. Vergroting van de capaciteit van maatschappelijke organisaties om actief burgerschap te bevorderen, om professioneel deel te nemen aan de planning en uitvoering van overheidsbeleid inzake sociale rechten dat in het nationale herstel- en veerkrachtplan aan bod komt, en om de daarmee verband houdende hervormingen te monitoren

Doel

Functionele samenwerkingsinitiatieven in de niet-gouvernementele sector operationeel

Aantal

0

15

KWARTAAL 1

2026

Er worden ten minste 15 functionele samenwerkingsinitiatieven van de niet-gouvernementele sector (netwerken, coalities, platforms, groepen organisaties met inbegrip van denktanks, analyse- en onderzoeksstructuren) opgezet om ervoor te zorgen dat niet-gouvernementele organisaties kunnen deelnemen aan en een effectieve bijdrage leveren aan de openbare raadplegingen. Het doel van deze initiatieven is toezicht te houden op de totstandbrenging, vaststelling en uitvoering van ten minste 15 overheidsbeleid/nationale hervormingen die van belang zijn voor het nationale plan voor herstel en veerkracht en op gebieden van sociaal belang (zoals gezondheid, onderwijs, groene transitie).

Samenwerkingsmechanismen worden vastgesteld en operationeel gemaakt door middel van partnerschapsovereenkomsten, waarin een welomschreven actiestrategie wordt vastgesteld, met concrete en welomschreven prestaties en tijdschema’s, gericht op het waarborgen van actieve betrokkenheid bij raadplegingsprocessen en het toezicht op de uitvoering van een specifiek nationaal overheidsbeleid. Dergelijke initiatieven worden gemonitord door middel van ten minste 15 externe monitoringverslagen die regelmatig voor elk initiatief worden opgesteld.

De verleende steun dekt uitgaven voor de technische en financiële uitvoering van het project, directe en indirecte operationele kosten in verband met de in het project geplande acties (d.w.z. het organiseren van raadplegingen, communicatie- en verspreidingsacties, gegevensverzameling en -verwerking, expertise op verschillende gebieden).

449

Investering 4. Vergroting van de capaciteit van maatschappelijke organisaties om actief burgerschap te bevorderen, om professioneel deel te nemen aan de planning en uitvoering van overheidsbeleid inzake sociale rechten dat in het nationale herstel- en veerkrachtplan aan bod komt, en om de daarmee verband houdende hervormingen te monitoren

Mijlpaal

Inwerkingtreding van wetgeving inzake de sociale dialoog, die voorziet in een zinvolle en tijdige sociale dialoog en collectieve onderhandelingen, in overeenstemming met de aanbevelingen van de IAO

Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de wet voor de sociale dialoog

KWARTAAL 4

2022

Inwerkingtreding van een nieuwe wet inzake de sociale dialoog, waarover met de sociale partners is onderhandeld. De wet pakt de tekortkomingen in het proces van de sociale dialoog aan, zoals benadrukt in de desbetreffende landspecifieke aanbeveling, en is in overeenstemming met de aanbevelingen van de Internationale Arbeidsorganisatie van april 2018 en waarnaar wordt verwezen in overweging 25 van de landspecifieke aanbevelingen van 2020. Ook voorziet de wet in een herziening van de definitie van economische sectoren als basis voor een collectieve overeenkomst op sectorniveau.

450

Investering 5. Monitoring en uitvoering van het plan

Mijlpaal

Audit en controles: informatie voor het toezicht op de uitvoering van het herstel- en veerkrachtplan

Auditverslag voor bevestiging van functionaliteiten van gegevensbank

KWARTAAL 4

2021

Er is een opslagsysteem voor het toezicht op de uitvoering van het plan voor herstel en veerkracht opgezet en operationeel vóór het eerste betalingsverzoek (behalve voor voorfinanciering).

Het systeem beschikt ten minste over de volgende functies:

(a) het verzamelen van gegevens en het monitoren van de verwezenlijking van mijlpalen en streefdoelen;

(b) de krachtens artikel 22, lid 2, onder d), i) tot en met iii), van de RRF-verordening vereiste gegevens te verzamelen, op te slaan en de toegang daartoe te waarborgen.

451

Investering 5. Monitoring en uitvoering van het plan

Mijlpaal

Inwerkingtreding van een regeringsverordening tot uitvoering van het wettelijke mandaat van het ministerie van Investeringen en Europees Project (MIPE), het ministerie van Financiën en de auditautoriteit (AA)

Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de noodverordening van de regering inzake het financiële, uitvoerings-, controle- en auditmechanisme, met inbegrip van een duidelijk mandaat voor drie instellingen

KWARTAAL 4

2021

Inwerkingtreding van een regeringsverordening tot vaststelling van het institutionele kader voor het nationale plan voor herstel en veerkracht en de activiteiten van de samenstellende instellingen waarbij het MIPE de bevoegdheid en het mandaat krijgen om alle taken op het gebied van monitoring, verificatie, controle en herstel uit te voeren, het opstellen en ondertekenen van betalingsaanvragen die bij de Europese Commissie zijn ingediend, de beheersverklaring en de samenvatting van de audit. In hetzelfde kader worden ook de taken in verband met de ondertekening van de leningsovereenkomst en de financieringsovereenkomst samen met het MIPE toevertrouwd aan het ministerie van Financiën, en worden de activiteiten gespecificeerd die de auditautoriteit moet uitvoeren in het kader van haar mandaat voor het nationale plan voor herstel en veerkracht.



O.ONDERDEEL 15: Onderwijs

Dit onderdeel van het Roemeense herstel- en veerkrachtplan bestaat uit 6 subcomponenten om belangrijke uitdagingen in het onderwijsstelsel aan te pakken. De subcomponenten vloeien voort uit het project „Educated Romania”, de overkoepelende strategie voor de hervorming van het onderwijsstelsel in Roemenië. De subcomponenten zijn de volgende:

I.Opvang en onderwijs voor jonge kinderen: de ontwikkeling van een unitair, inclusief en hoogwaardig stelsel voor voor- en vroegschoolse educatie en opvang, dat de toegang tot en de deelname van 0- tot 6-jarigen verbetert, op basis van een doeltreffend interinstitutioneel samenwerkings- en intersectoraal coördinatiemechanisme;

II.Voortijdig schoolverlaten: de hervorming van het verplichte onderwijs door het vergroten van de autonomie van scholen om voortijdig schoolverlaten te voorkomen en terug te dringen, door middel van sociale-inclusieprogramma’s en het bieden van gelijke kansen;

III.Beroepsonderwijs en -opleiding en duaal onderwijs: de totstandbrenging van een volledig beroepstraject voor hoger technisch onderwijs;

IV.Digitalisering van het onderwijs: de digitalisering van het onderwijsproces, ook door veranderingen in het rechtskader, om geïntegreerde benaderingen mogelijk te maken en de digitale vaardigheden voor zowel studenten als leerkrachten te verbeteren;

V.Infrastructuur: verbetering van de infrastructuur van scholen en universiteiten in stedelijke en plattelandsgebieden, onder meer door het regelgevingskader te wijzigen en te stroomlijnen om milieuvriendelijke veiligheids- en kwaliteitsnormen te waarborgen;

VI.Schoolbestuur: de hervorming van het bestuur van het pre-universitair onderwijs en de professionalisering van het beheer ervan, met een grotere autonomie van de scholen, om stabiliteit, consistentie en competentie te waarborgen.

De component omvat 6 hervormingen en 18 investeringen, alsook een overkoepelende hervorming voor de goedkeuring van de wetgeving inzake de uitvoering van het project „Onderwijs in Roemenië”.

De afdeling draagt bij tot de uitvoering van de tot Roemenië gerichte landspecifieke aanbeveling inzake het verbeteren van de kwaliteit en inclusiviteit van het onderwijs, met name voor Roma en andere kansarme groepen, en het verbeteren van vaardigheden, met inbegrip van digitale vaardigheden, met name door het vergroten van de arbeidsmarktrelevantie van beroepsonderwijs en -opleiding en hoger onderwijs (landspecifieke aanbevelingen 3, 2019). Zij zal ook ingaan op de aanbeveling inzake het versterken van vaardigheden en digitaal leren en het waarborgen van gelijke toegang tot onderwijs (landspecifieke aanbevelingen 2, 2020).

Verwacht wordt dat geen enkele maatregel in deze component ernstig afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregelen en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01).

O.1.    Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor niet-terugbetaalbare financiële steun

Hervorming 1. Uitwerking en goedkeuring van het wetgevingspakket voor de uitvoering van het project „Educated Romania”

Het doel van deze hervorming is de goedkeuring en inwerkingtreding van het wetgevingspakket voor de uitvoering van het project „Educated Romania”, de overkoepelende strategie voor de hervorming van het Roemeense onderwijsstelsel. Alle daaropvolgende hervormingen en investeringen maken integraal deel uit van deze strategie.

De hervorming bestaat uit de volgende stappen die leiden tot de goedkeuring en inwerkingtreding van het wetgevingspakket voor de tenuitvoerlegging van „Onderwijs-Roemenië”: oprichting van een interministeriële werkgroep, gecoördineerd door de premier, die toezicht houdt op de uitvoering van het project; een ministerieel besluit tot goedkeuring van het actieplan voor de uitvoering; en de voorbereiding van het wetgevingspakket in nauw overleg met de belangrijkste belanghebbenden.

De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 30 september 2023 voltooid.

I.Opvang en onderwijs voor jonge kinderen:

Hervorming 2. Unitair, inclusief en hoogwaardig systeem voor voor- en vroegschoolse educatie

Het doel van de hervorming is de toegang tot voor- en vroegschoolse educatie en opvang voor kinderen vanaf de geboorte tot het begin van het basisonderwijs te verbeteren, met bijzondere aandacht voor kinderen uit sociaaleconomisch achtergestelde groepen.

De hervorming omvat de vaststelling van een intersectoraal kaderprogramma voor de ontwikkeling van unitair, inclusief en kwalitatief hoogwaardig onderwijs voor jonge kinderen, met duidelijke verantwoordelijkheden voor de betrokken ministeries (ministerie van Onderwijs, Ministerie van Arbeid en Sociale Bescherming, Ministerie van Volksgezondheid en Ministerie van Ontwikkeling, Openbare Werken en Administratie), alsmede jaarlijkse operationele uitvoeringsplannen. Het intersectorale kaderprogramma wordt vastgesteld bij ministerieel besluit en treedt uiterlijk op 31 december 2022 in werking.

De hervorming omvat ook de vaststelling van een geactualiseerd wetgevingskader voor de oprichting, organisatie en werking van aanvullende diensten voor voor- en vroegschoolse educatie.

Verwacht wordt dat deze hervorming de participatiegraad van 0- tot 3-jarigen in voorzieningen voor voor- en vroegschoolse educatie tegen 31 december 2025 zal doen stijgen tot 19 %. Bovendien zal de arbeidsparticipatie van 3- tot 6-jarigen in de onderwijssector naar verwachting stijgen tot 91 % op 31 december 2025.

De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 31 december 2025 voltooid.

Deze hervorming wordt aangevuld met 3 gerelateerde investeringen:

Investering 1. Bouw, uitrusting en operationalisering van 110 crèches

Het doel van deze investering is de capaciteit van het stelsel voor voor- en vroegschoolse educatie te vergroten door crèches aan te bieden om de toegang tot en de deelname aan standaardvoorzieningen voor voor- en vroegschoolse educatie en opvang te verbeteren. De investeringen omvatten de bouw, uitrusting en operationalisering van 110 energie-efficiënte crèches op nationaal niveau, die voorzien in een standaard onderwijs voor jonge kinderen per 5 000 tot 10 000 inwoners, voor maximaal 4 500 kinderen.

De 110 crèches met een capaciteit van 40 tot 110 plaatsen in kleine, middelgrote en grote crèches worden gebouwd door lokale overheden. Nieuw gebouwde gebouwen voldoen aan de doelstelling om een primaire energievraag te bereiken die ten minste 20 % lager ligt dan de vereiste bijna-energieneutrale gebouwen overeenkomstig nationale richtsnoeren, hetgeen wordt gewaarborgd door middel van energieprestatiecertificaten.

Deze investering wordt gerealiseerd door de toekenning van subsidies aan lokale overheden, met territoriale spreiding, voor crèches, voor- en vroegschoolse educatie en opvang.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2025 zijn voltooid.

Investering 2. Opzetten, uitrusten en operationaliseren van 90 aanvullende diensten voor kansarme groepen

Het doel van deze investering is de capaciteit en de kwaliteit van het systeem voor voor- en vroegschoolse educatie te vergroten en de participatiegraad, zowel in de kleuter- als in de kleuterschool, te verbeteren door ongeveer 4 500 kinderen uit kansarme milieus te bedienen.

De investering omvat de volgende acties:

1.Ontwikkeling van de methodologie voor de toekenning van subsidies aan publieke en particuliere exploitanten voor de oprichting en uitrusting van de 90 aanvullende diensten;

2.De toewijzing aan publieke en private exploitanten van subsidies voor de oprichting, uitrusting en operationalisering van de 90 aanvullende diensten;

3.De voltooiing van de oprichting, uitrusting en operationalisering van de 90 aanvullende diensten.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 maart 2024 zijn voltooid.

Investering 3. Ontwikkeling van het kaderprogramma voor de permanente opleiding van professionals op het gebied van voor- en vroegschoolse educatie

Het doel van deze investering is de professionalisering van het personeel dat werkzaam is in diensten voor voor- en vroegschoolse educatie in het kader van de benaderingen die worden bevorderd door het in 2019 goedgekeurde curriculum voor voor- en vroegschoolse educatie, en ook voor de professionalisering van het personeel dat werkzaam is bij de monitoring van de kwaliteit van de diensten voor voor- en vroegschoolse educatie voor kinderen jonger dan 3 jaar.

De investering bestaat uit:

1.Ontwerp, gunning en uitvoering van een contract voor technische bijstand voor de voorbereiding, accreditatie, uitvoering en follow-up van 2 programma’s voor permanente opleiding, te weten:

-een opleidingsprogramma voor opleiders in voor- en vroegschoolse educatie: uitvoering van een specifiek curriculum, met modules voor onderwijzend en niet-onderwijzend personeel, met inbegrip van een module voor digitaal onderwijs;

-een opleidingsprogramma voor opleiders (uit drie sectoren: Sociaal onderwijs, onderwijs en gezondheidszorg), om toezicht te houden op de kwaliteit van de voorzieningen voor voor- en vroegschoolse educatie;

2.Ontwikkeling van de methodologie voor de toekenning van 42 subsidies aan aanbieders van opleidingen om de opleidingsprogramma’s uit te voeren, met gebruikmaking van opleiders die zijn opgeleid in het kader van het contract voor technische bijstand;

3.Toewijzing van de 42 subsidies voor de opleiding van 19 950 personeelsleden (onderwijzend en niet-onderwijzend personeel, 475 per district) die werkzaam zijn in standaard en aanvullende diensten voor voor- en vroegschoolse educatie, waarbij voorrang wordt gegeven aan die van de pas opgerichte diensten.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2025 zijn voltooid.

II.Voortijdig schoolverlaten:

Hervorming 3. Hervorming van het verplichte onderwijsstelsel om voortijdig schoolverlaten te voorkomen en terug te dringen

De doelstellingen van deze hervorming zijn a) het mechanisme voor vroegtijdige waarschuwing in het onderwijs ten uitvoer te leggen om het ziekteverzuim terug te dringen, de evaluatieresultaten te verbeteren, een hogere deelname aan nationale examens en een hoger percentage leerlingen dat verplicht onderwijs afmaakt, te bereiken door een gedecentraliseerde aanpak te hanteren en de autonomie van scholen bij het gebruik van middelen te vergroten; en b) het monitoren, via het IT-instrument van het mechanisme voor vroegtijdige waarschuwing in het onderwijs, van leerlingen die het risico lopen voortijdig de school te verlaten en scholen te ondersteunen bij het verzamelen van relevante gegevens, het uitvoeren van geïndividualiseerde werkplannen en opleidingen.

Deze doelstellingen worden bereikt door de inwerkingtreding van een regeringsbesluit voor de uitvoering van het nationaal programma voor voortijdig schoolverlaten, uiterlijk op 31 december 2021, en door de opschaling van het IT-instrument voor vroegtijdige waarschuwing in het onderwijs op nationaal niveau, door middel van een ministerieel besluit dat op 31 december 2022 in werking treedt.

De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 31 december 2022 voltooid.

Deze hervorming wordt aangevuld met 2 gerelateerde investeringen:

Investering 4. Ondersteuning van onderwijsinstellingen met een middelgroot en hoog risico op uitval

Het doel van deze investering is voortijdig schoolverlaten terug te dringen door gebruik te maken van de methode voor vroegtijdige waarschuwing in het onderwijs en het IT-instrument om financiële middelen toe te wijzen aan scholen ter ondersteuning van leerlingen bij de overgang van lager naar hoger secundair onderwijs. Het uiteindelijke doel is het terugdringen van voortijdig schoolverlaten.

De investering wordt uitgevoerd met de volgende stappen:

1.Toekenning van subsidies van 2 tot 3 jaar in 2 en 2022 in 2024 percelen aan minimaal 2 500 scholen. De toewijzing wordt gebaseerd op een door het ministerie van Onderwijs opgestelde shortlist van instellingen die het risico lopen voortijdig te verdwijnen en wordt uiterlijk op 31 maart 2024 voltooid.

2.Het volgen van de uitvoering aan de hand van twee einddoelstellingen, namelijk een vermindering met 25 % op nationaal niveau van scholen met hoge prioriteit in de samengestelde kwetsbaarheidsindex voor voortijdig schoolverlaten aan het einde van de beurzen voor 2-3 jaar (30 juni 2026), en de digitalisering van 2 500 scholen die in het programma voor voortijdige schoolverlaters zijn opgenomen (30 september 2024).

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

Investering 5. Opleidingen voor gebruikers van het Roemeense geïntegreerde onderwijsinformatiesysteem (SIIR) en het IT-instrument van het mechanisme voor vroegtijdige waarschuwing (MATE) en systemische interventies om voortijdig schoolverlaten terug te dringen

Het doel van deze investering is de ontwikkeling en uitvoering van een opleiding voor de gebruikers op scholen van het Roemeense geïntegreerde informatiesysteem voor onderwijs (SIIR) en het IT-instrument van het mechanisme voor vroegtijdige waarschuwing (MATE IT tool). De opleidingsmodules worden afgestemd op de behoeften en vaardigheden van studenten (inclusief onderwijs), studentgerichte onderwijsbenaderingen, verbetering van de onderwijsomstandigheden; het verzorgen van opleidingen voor het gebruik van de MATE-computermodule; bewustmakingscampagnes voor studenten en leerkrachten te ontwikkelen en uit te voeren; verbetering van de sociaal-emotionele vaardigheden van studenten voor het voltooien van het verplichte onderwijs.

45 000 leerkrachten moeten de specifieke opleiding uiterlijk in maart 2023 hebben voltooid.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 maart 2023 zijn voltooid.

III.Beroepsonderwijs en -opleiding (duaal systeem):

Hervorming 4. Totstandbrenging van een volledig beroepstraject voor hoger technisch onderwijs

Het doel van deze hervorming is het ontwikkelen van duaal onderwijs dat gericht is op de behoeften van studenten en is afgestemd op de behoeften van de arbeidsmarkt, zowel door het aantal vakgebieden, kwalificaties en afgestudeerden te vergroten als door te zorgen voor een volledig onderwijstraject voor studenten die zijn ingeschreven in het duaal secundair onderwijs, zodat zij tot de tertiaire onderwijsprogramma’s (kwalificatie 3-7) kunnen gaan.

De hervorming bestaat uit:

-Inwerkingtreding van het wetgevingskader met de methode voor de organisatie van de volledige duale route met een duur van 4 jaar, met toegang tot tertiair onderwijs vanaf het schooljaar 2023-2024.

-Ontwikkeling van de regulering van het nieuwe baccalaureaat, met inbegrip van afgestudeerden in het duaal onderwijs. Na de promotie kunnen afgestudeerden toegang krijgen tot universitaire studieprogramma’s. Het unitaire baccalaureaat wordt vanaf de zitting van juni 2027 in Roemenië toegepast.

Het wetgevingskader voor de organisatie van de volledige duale onderwijstraject treedt uiterlijk op 30 september 2022 in werking. De uitvoering van de hervorming wordt gevolgd door de toename van het aandeel van de op de beroepsweg ingeschreven studenten ten opzichte van het totale aantal middelbare scholieren, van 17 % naar 40 % tegen 30 juni 2026.

De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 30 juni 2026 voltooid.

Deze hervorming wordt aangevuld met 4 gerelateerde investeringen 49 :

Investering 6. Ontwikkeling van 10 regionale consortia en ontwikkeling en uitrusting van 10 campussen voor beroepsopleiding

Het doel van deze investering is te zorgen voor gelijke toegang tot hoogwaardig initieel beroepsonderwijs en initiële beroepsopleiding door partnerschappen met marktdeelnemers of andere relevante partners te ontwikkelen om beroepsonderwijs en -opleiding aan te passen aan de behoeften van de arbeidsmarkt.

De investering bestaat uit de oprichting van 10 regionale consortia, die elk uit ten minste de volgende soorten entiteiten bestaan: lokale overheden, lokale bedrijven, professionele en technische scholen, technische universiteiten, om werkgevers te helpen een actieve rol te spelen op het gebied van de beroepsopleiding van leerlingen en studenten; en de bouw, binnen de bovengenoemde regionale consortia, van 10 geïntegreerde campussen voor hoger secundair en universitair beroepsonderwijs voor beroepsonderwijs en -opleiding.

De investeringsresultaten zijn:

-10 geïntegreerde en operationele consortia voor duaal onderwijs die verband houden met de behoeften van de marktdeelnemers in het betrokken gebied. Het selectieproces wordt gebaseerd op een door het ministerie van Onderwijs ontwikkelde unitaire methodologie die op nationaal niveau van toepassing is om de meest geschikte en impactvolle regionale partnerschapsstructuren vast te stellen. Elke partnerschapsstructuur wordt bij voorkeur in één afzonderlijke ontwikkelingsregio gevestigd om een gelijke geografische spreiding op nationaal niveau te waarborgen. De 10 geselecteerde regionale beroepsconsortia worden ondersteund door middel van een subsidieregeling om optimale opleidingsvoorwaarden voor studenten te waarborgen en financiële steun te verlenen voor een periode van 4 jaar. Prioriteit wordt gegeven aan middelbare scholieren uit kansarme milieus, met inbegrip van Roma.

-10 gemengde geïntegreerde campussen voor beroepsonderwijs (middelbare scholen en technische universiteiten), met als doel te voorzien in een moderne fysieke infrastructuur voor de gemengde geïntegreerde beroepshuisvesting, de regionale partnerschapsstructuren/consortia. De uitvoering vindt plaats op lokaal niveau en van steden en gemeenten wordt verwacht dat zij deelnemen aan oproepen voor de uitvoering van infrastructuurprojecten op hun grondgebied.

Nieuw gebouwde gebouwen moeten voldoen aan de doelstelling om een primaire energievraag (PED) te bereiken die ten minste 20 % lager ligt dan de BENG-eis, die moet worden gewaarborgd door middel van energieprestatiecertificaten.

Om ervoor te zorgen dat de maatregel voldoet aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), sluit de in het bestek voor komende oproepen tot het indienen van projecten opgenomen subsidiabiliteitscriteria de volgende lijst van activiteiten uit: I) activiteiten in verband met fossiele brandstoffen, met inbegrip van downstreamgebruik 50 ; II) activiteiten in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) waarmee de verwachte broeikasgasemissies niet lager zijn dan de relevante benchmarks 51 ; III) activiteiten in verband met stortplaatsen voor afval, verbrandingsinstallaties 52 en installaties voor mechanische biologische behandeling 53 ; en iv) activiteiten waarbij de langdurige verwijdering van afval schade kan toebrengen aan het milieu. In de taakomschrijving wordt bovendien bepaald dat alleen activiteiten mogen worden geselecteerd die voldoen aan de relevante EU- en nationale milieuwetgeving.

De campussen voor beroepsonderwijs worden uiterlijk op 30 september 2025 gebouwd en de consortia voor duaal onderwijs moeten uiterlijk op 31 maart 2026 op volle capaciteit functioneren. Het volgen van de uitvoering wordt gewaarborgd door studenten die zijn ingeschreven op de volledige duale route, van een referentieniveau van 1 847 in 2020 tot 3 000 studenten in juni 2026. De duurzaamheid van de financieringsprogramma’s na 2026 wordt gewaarborgd via de staatsbegroting.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

Investering 7. Omvorming van middelbare landbouwscholen tot professionaliseringscentra

Het doel van deze investering is steun te verlenen aan 57 landbouwcolleges, die worden georganiseerd in 5 regionale centra die overeenkomen met de 5 in Roemenië gevestigde landbouwuniversiteiten. Het financieringssysteem voor de landbouwcolleges, met een maximum van 5 jaar, bestrijkt ten minste de volgende soorten activiteiten:

-Moderniseren, renoveren en uitbreiden van schoollaboratoria, workshops en IT-laboratoria, kantines en accommodatie voor leerlingen.

-Aankoop van biologisch materiaal, landbouwmaterieel en machines voor de uitvoering van landbouwwerkzaamheden.

-Opleiding van leerkrachten op basis van specifieke landbouwgerelateerde curricula die zijn ontwikkeld door het ministerie van Landbouw en het ministerie van Onderwijs.

Elke landbouwschool beschikt over een IT-laboratorium met simulatoren en software die nodig zijn voor theoretische en praktische onderwijs- en leeractiviteiten.

Wat renovaties betreft, bevatten de contracten een minimumvereiste om het energieverbruik voor verwarming met ten minste 50 % te verminderen ten opzichte van het jaarlijkse energieverbruik voor verwarming voorafgaand aan de renovatie van het gebouw, hetgeen een toename van 30 % op primaire energie oplevert ten opzichte van de staat vóór de renovatie. In dit verband heeft ten minste 90 % van de renovatiekosten betrekking op verbeteringen van de energie-efficiëntie.

In de contracten wordt ook bepaald dat nieuw gebouwde gebouwen moeten voldoen aan de doelstelling om een primaire energievraag (PED) te bereiken die ten minste 20 % lager ligt dan de BENG-vereiste volgens nationale richtsnoeren, hetgeen moet worden gewaarborgd door middel van energieprestatiecertificaten.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 september 2025 zijn voltooid.

IV.Digitalisering van het onderwijs:

Hervorming 5. Vaststelling van het wetgevingskader voor de digitalisering van het onderwijs

De hervorming heeft tot doel het noodzakelijke rechtskader voor de ontwikkeling van digitale competenties voor leerlingen te waarborgen door het competentieprofiel voor onderwijsprofessionals vast te stellen, het verplichte schoolcurriculum en het kaderplan voor ICT-disciplines voor alle schoolniveaus te herzien.

De hervorming wordt uitgevoerd door de inwerkingtreding van het wetgevingskader voor de digitalisering van onderwijsprocessen en -inhoud en voor het uitvoeren van onlinebeoordelingen. Bovendien worden bij deze hervorming minimale en optimale normen vastgesteld om de kwaliteit van online-onderwijsactiviteiten te waarborgen. De hervorming zal naar verwachting het onderwijsstelsel afstemmen op het Europees kader voor digitale competenties voor studenten, onder meer door het leerplan te actualiseren en digitaal lesmateriaal te ontwikkelen. Tot slot zal de hervorming het verband tussen het competentieprofiel van de leerkracht en het curriculum voor de initiële beroepsopleiding, de bij- en nascholing en het programma voor vaardigheidstraining operationeel maken.

De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 30 juni 2024 voltooid.

Deze hervorming wordt aangevuld met 4 gerelateerde investeringen 54 :

Investering 8. Bijscholingsprogramma voor onderwijzend personeel

Het doel van deze investering is de ontwikkeling van digitale pedagogische vaardigheden voor leerkrachten, met inbegrip van vaardigheden die verband houden met de verzameling en het efficiënte gebruik van de beschikbare instrumenten en middelen. De investering is gericht op alle specifieke activiteiten, variërend van onderwijs, evaluatie, communicatie met ouders, het creëren en uitwisselen van digitale inhoud en middelen.

De investering wordt uitgevoerd door middel van de ontwikkeling van thematische opleidingscursussen voor de ontwikkeling van digitale geletterdheid en digitale pedagogische competenties, met name voor leerkrachten in plattelandsgebieden en andere kansarme omgevingen. Bij het ontwerp van het opleidingsprogramma wordt rekening gehouden met het DigComp Europees kader voor digitale competenties en internationaal erkende normen voor digitale vaardigheden (ECDL). Naar verwachting zullen 100 000 leerkrachten aan de opleidingsprogramma’s deelnemen. De opleiding op het gebied van digitale vaardigheden wordt aangevuld met een platform voor het verzamelen van multimedia-lessen, dat kan dienen als modellen voor goede praktijken voor elk leergebied of elke leerstudierichting, voor verschillende onderwijsniveaus. 50 000 leerkrachten profiteren van de uitwisseling via het speciale platform. Er wordt een kader gecreëerd voor het monitoren en beoordelen van de praktische toepassing van verworven vaardigheden, het waarborgen van de beoordeling van digitale vaardigheden en het initiëren van corrigerende maatregelen om het langdurige effect van het opleidingsprogramma te waarborgen.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 september 2025 zijn voltooid.

Investering 9. Zorgen voor digitale technologische apparatuur en middelen voor scholen

Het doel van deze investering is te zorgen voor de nodige infrastructuur en technologische middelen voor kleuterscholen, met bijzondere aandacht voor achterstandsgebieden (met name plattelandsgebieden), zodat leerlingen toegang krijgen tot technologie via IT-laboratoria en speciale apparatuur.

De investering bestaat uit subsidies voor de modernisering van ten minste 4 300 informatielaboratoria, de ontwikkeling van meer dan 1 100 technologische hubs (als slimme laboratoria) en voor het waarborgen van infrastructuur en digitale apparatuur voor meer dan 3 600 scholen die niet onder andere financieringsprogramma’s vallen. Slimme laboratoria maken de digitale en technologische geletterdheid van leerlingen en de lerarenopleiding mogelijk voor zowel basis- als geavanceerde digitale vaardigheden en competenties die nodig zijn op de arbeidsmarkt, waarbij gebruik wordt gemaakt van nieuwe technologieën 4.0 en toegepaste creativiteit wordt ontwikkeld door middel van 3D-printen en 3D-ontwerpsoftware.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 maart 2025 zijn voltooid.

V.Infrastructuur 55 :

Hervorming 6. Geactualiseerd regelgevingskader om te zorgen voor milieuvriendelijke normen op het gebied van ontwerp, bouw en dotatie in het preuniversitaire onderwijs

De doelstellingen van deze hervorming zijn a) het verbeteren van de kwaliteit en veiligheid van leeromgevingen, met inbegrip van regelgeving inzake lesmateriaal, meubilair en uitrusting van laboratoriumapparatuur en technologische workshops; en b) het ontwikkelen en goedkeuren van het rechtskader ter bevordering van de transitie naar groene gebouwen in scholen.

In het kader van de transitie naar groene en slimme gebouwen actualiseren de Roemeense autoriteiten de wetgeving inzake het ontwerp, de dotatie en de werking van scholen, met inbegrip van regelgeving inzake lesmateriaal, meubilair en uitrusting van laboratoria en wetenschappelijke laboratoria, en ontwikkelen zij een methode voor de exploitatie en organisatie van groene scholen.

De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 30 juni 2022 voltooid.

Deze hervorming gaat gepaard met 3 investeringen in schoolgerelateerde infrastructuur:

Investering 10. Ontwikkeling van het netwerk van Green-scholen en aankoop van groene minibussen

Het doel van deze investering is de duurzaamheid van kleuterscholen te waarborgen door de overgang naar groene scholen en groene mobiliteit (elektrische minibussen). Om de overgang naar een duurzaam onderwijssysteem te waarborgen, begint het ministerie van Onderwijs met de ontwikkeling van een netwerk van duurzame, milieuvriendelijke scholen. 238 905 m2 van de schoolruimte zal profiteren van structurele veranderingen om duurzaamheid te waarborgen (thermische isolatie, zonnepanelen, groene ruimteplanning, selectieve inzameling) en 36 951m 2 groene nieuwe kleuterschoolruimte zal worden gebouwd. Bij de selectie van de groene scholen kan rekening worden gehouden met criteria zoals: beschikbaarheid van de school; aantal leerlingen; billijke geografische verdeling van de prijzen; billijke verdeling van prijzen tussen stad en platteland; niveau van verontreiniging van het gebied; eerdere ervaring met de uitvoering van projecten en met de uitvoering van milieuprojecten/activiteiten.

Nieuw gebouwde gebouwen moeten voldoen aan de doelstelling om een primaire energievraag (PED) te bereiken die ten minste 20 % lager ligt dan de BENG-vereiste volgens nationale richtsnoeren, hetgeen moet worden gewaarborgd door middel van energieprestatiecertificaten.

Voor renovaties bevatten de contracten een minimumvereiste om het energieverbruik voor verwarming met ten minste 50 % te verminderen ten opzichte van het jaarlijkse energieverbruik voor verwarming voorafgaand aan de renovatie van het gebouw, hetgeen een toename van 30 % op primaire energie oplevert ten opzichte van de toestand vóór de renovatie. In dit verband hebben de kosten ten minste 90 % van de kosten betrekking op verbeteringen van de energie-efficiëntie.

De 1 218 minibussen op scholen zijn bedoeld voor het vervoer van leerlingen uit afgelegen gebieden in plattelandsgebieden. Het ministerie van Onderwijs voert in samenwerking met de lokale overheden op nationaal niveau een analyse uit om na te gaan in welke situaties leerlingen naar scholen in andere plaatsen moeten worden vervoerd. Deze investering vormt ook een aanvulling op hervorming 2 ter voorkoming van voortijdig schoolverlaten, door te zorgen voor mobiliteitsmiddelen voor leerlingen in gebieden met een lage bevolking en hun toegang tot kwaliteitsonderwijs te vergemakkelijken.

De elektrische minibussen moeten uiterlijk op 31 december 2024 worden aangekocht en in gebruik zijn en de groene gebouwen moeten uiterlijk op 31 december 2025 zijn voltooid.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2025 zijn voltooid.

Investering 11. Voorzieningen voor kleuterscholen en wetenschappelijke laboratoria/schoolkasten

Het doel van deze investering is te voorzien in de nodige faciliteiten om te voldoen aan de kwaliteitsnormen in klaslokalen en in wetenschappelijke laboratoria/schoolkasten, met inbegrip van gespecialiseerde onderwijsfaciliteiten en -uitrusting voor kansarme leerlingen en studenten met speciale onderwijsbehoeften.

De nodige faciliteiten voor klaslokalen en wetenschapslaboratoria/schoolkasten worden decentraal ter beschikking gesteld op schoolniveau, provinciale schoolinspecties en lokale overheden. 75 000 klaslokalen en 10 000 schoollaboratoria/schoolkasten moeten zijn uitgerust.

Er wordt prioriteit gegeven aan investeringen voor onderwijsinstellingen die de afgelopen 5 jaar geen investeringen in klaslokalen en laboratoriumapparatuur hebben gedaan.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2024 zijn voltooid.

Investering 12. Steun voor consortia van scholen op het platteland

Deze investering is bedoeld voor studenten uit dorpen en kleine gemeenten om hun toegang tot kwaliteitsonderwijs in moderne rural-schoolcampussen te verbeteren.

Er zullen 3 consortia van scholen op het platteland worden opgericht om de onderwijsomgeving op het platteland te versterken door optimale onderwijsvoorwaarden te waarborgen en het beginsel van sociale rechtvaardigheid te eerbiedigen.

De drie consortia worden gefinancierd via een subsidieregeling die wordt beheerd door het ministerie van Investeringen en Europese Projecten, dat de drie plaatselijke actiegroepen of verenigingen van plaatselijke actiegroepen selecteert die aan ten minste twee criteria voldoen: a) de demografische achteruitgang van de microregio gedurende een periode van minimaal 7 jaar aantonen; b) kan een stevig akkoord van lokale overheden voorleggen met het project van de schoolcampus op het platteland.

Vervolgens zullen 3 moderne campussen met een capaciteit van 300-1 500 plaatsen worden ontwikkeld. De campussen moeten voorzien zijn van moderne onderwijsfaciliteiten, workshops en laboratoria, naschoolse opvang, sportzalen en standplaatsen, faciliteiten voor niet-formele activiteiten, keuken- en accommodatiefaciliteiten voor leerlingen en leerkrachten, en faciliteiten voor leerkrachten. Campussen moeten ook beschikken over een vloot voor dagelijks vervoer en schoolreizen voor leerlingen.

Nieuw gebouwde gebouwen moeten voldoen aan de doelstelling om een primaire energievraag (PED) te bereiken die ten minste 20 % lager ligt dan de BENG-vereiste volgens nationale richtsnoeren, hetgeen moet worden gewaarborgd door middel van energieprestatiecertificaten.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

VI.Schoolbestuur:

Hervorming 7. Hervorming van het bestuur van het pre-universitair onderwijs en professionalisering van het management

De doelstellingen van deze hervorming zijn dat scholen kunnen profiteren van een efficiënter beheer en een grotere autonomie. De bestuurshervorming vergroot de capaciteit op schoolniveau om alle voor het onderwijs voorgestelde hervormingen uit te voeren.

Het ministerie van Onderwijs ondertekent een contract voor technische bijstand voor het uitvoeren van een analyse van het bestuur in het pre-universitair onderwijs, met inbegrip van aanbevelingen en een plan voor de herstructurering van het beheer van het systeem, in het kader van een grotere autonomie van de scholen.

Het plan bevat ook een proefplan dat gericht is op kaders voor leerplanarchitectuur in 60 scholen, om de impact van systemische veranderingen te testen teneinde deze aan te passen, te corrigeren en aan te passen aan de behoeften alvorens ze op te schalen.

De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 30 september 2024 voltooid.

Deze hervorming wordt aangevuld met één investering 56 .

O.2.    Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor niet-terugbetaalbare financiële steun

Volgnummer

Gerelateerde maatregel (hervorming of investering)

Mijlpaal/Doelstelling

Naam

Kwalitatieve indicatoren
(voor mijlpalen)

Kwantitatieve indicatoren
(voor streefcijfers)

Indicatieve termijn voor voltooiing

Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling

Eenheid

van de maatregel

Basislijn

Doelstelling

Kwartaal

Jaar

452

Hervorming 1. Uitwerking en goedkeuring van het wetgevingspakket voor de uitvoering van het project „Educated Romania”

Mijlpaal

Inwerkingtreding van het wetgevingspakket voor de uitvoering van het project „Educated Romania”

Bepaling in het wetgevingspakket betreffende de inwerkingtreding van het project „Onderwijs-Roemenië”

KWARTAAL 3

2023

Het wetgevingspakket omvat:

-Oprichting van een interministeriële werkgroep, gecoördineerd door de minister-president, die toezicht houdt op het project „Educated Romania”. Er worden follow-upmonitoringverslagen gepubliceerd.

-Goedkeuring van een ministerieel besluit tot vaststelling van termijnen en verantwoordelijkheden voor de uitvoering van het project „Educated Romania”;

-Wetgevingsmaatregelen om de uitvoering van het project „Educated Romania” te waarborgen.

Voor de voorbereiding van het wetgevingspakket wordt overleg georganiseerd met de sociale partners, vertegenwoordigers van ouderverenigingen, bedrijfsorganisaties en niet-gouvernementele organisaties, lokale gemeenschappen, andere overheidsinstanties/entiteiten, scholieren, studenten, leerkrachten en deskundigen.

453

Hervorming 2. Unitair, inclusief en hoogwaardig systeem voor voor- en vroegschoolse educatie

Mijlpaal

— Inwerkingtreding van het ministerieel besluit tot vaststelling van het sectoroverschrijdend kaderprogramma

— Inwerkingtreding van de MVO tot regeling van de oprichting, organisatie en werking van aanvullende voorzieningen voor voor- en vroegschoolse educatie

— Bepaling in het MO betreffende de inwerkingtreding van het sectoroverschrijdend kaderprogramma

— Bepaling in het MO betreffende de inwerkingtreding van de verordening betreffende de instelling, organisatie en werking van aanvullende voorzieningen voor voor- en vroegschoolse educatie

 

KWARTAAL 4

2022

Bij de ministeriële regeling, ondertekend door de minister van Onderwijs, de minister van Arbeid en Sociale Bescherming, de minister van Volksgezondheid en de minister van Ontwikkeling, Openbare Werken en Bestuur, wordt tijdens het eerste jaar van het programma het sectoroverschrijdende kaderprogramma vastgesteld en operationeel gemaakt voor de ontwikkeling van unitaire, inclusieve en hoogwaardige voorzieningen voor voor- en vroegschoolse educatie.

Het ministerieel besluit bevat:

-Het sectoroverschrijdend kaderprogramma (ISFP) met de verantwoordelijkheden van elk ministerie.

-Jaarlijkse operationele uitvoeringsplannen (AOIP) voor de uitvoering van het ISFP. In deze jaarlijkse plannen worden de termijnen en verantwoordelijkheden vastgesteld en worden de aspecten van de samenwerking bij het toezicht op de uitvoering van die maatregelen verduidelijkt.

Een verdere stap is de vaststelling van een ministerieel besluit tot regeling van de instelling, organisatie en werking van aanvullende voorzieningen voor voor- en vroegschoolse educatie tot en met 31 december 2022, ter voorbereiding van de start van de subsidieregeling.

454

Hervorming 2. Unitair, inclusief en hoogwaardig systeem voor voor- en vroegschoolse educatie voor kinderen

Doel

Participatiegraad van 0- tot 3-jarigen in diensten voor voor- en vroegschoolse educatie

 

Percentage (%)

14,1

19

KWARTAAL 4

2025

De participatiegraad van 0- tot 3-jarigen in voorzieningen voor voor- en vroegschoolse educatie neemt met 4,9 procentpunten toe.

De indicator „deelname aan formele kinderopvang 0-3” wordt ontleend aan de EU-SILC-enquête.

Het mogelijke aantal plaatsen in standaard- en aanvullende diensten dat tegen 31 december 2025 nieuw is gebouwd/opgezet, bedraagt ongeveer 15 000.

455

Hervorming 2. Unitair, inclusief en hoogwaardig systeem voor voor- en vroegschoolse educatie voor kinderen

Doel

Participatiegraad van 3- tot 6-jarigen in diensten voor voor- en vroegschoolse educatie

Percentage (%)

88

91

KWARTAAL 4

2025

De participatiegraad van 3- tot 6-jarigen in diensten voor voor- en vroegschoolse educatie neemt met 3 procentpunten toe.

De berekening van de participatiegraad wordt jaarlijks door het Nationaal Instituut voor de Statistiek (INS) opgesteld op basis van door instellingen voor voor- en vroegschoolse educatie verstrekte informatie.

456

Investering 1. Bouw, uitrusting en operationalisering van 110 crèches

Mijlpaal

Ondertekening van contracten met publieke exploitanten (gemeenten) voor de bouw, uitrusting en operationalisering van 110 crèches

Ondertekening van contracten

 

 

KWARTAAL 2

2022

Ondertekening van contracten, met territoriale verdeling, voor kleuter-, kleuter-, voor- en vroegschoolse educatie en opvang.

De subsidieregeling is gebaseerd op de volgende criteria: I) het bestaan van een plaatselijke strategie voor de ontwikkeling van deze diensten; II) het aantal kinderen tot 3 jaar in verhouding tot de dekkingscapaciteit van bestaande diensten binnen een straal van max. 2/3km; III) het aantal lopende aanvragen van ouders voor deze diensten (ten minste 50); IV) een behoeftenanalyse, rekening houdend met de specifieke behoeften van gemarginaliseerde gemeenschappen; (v) nieuw gebouwde gebouwen moeten voldoen aan de doelstelling om een primaire energievraag (PED) te bereiken die ten minste 20 % lager is dan de eis voor bijna-energieneutrale gebouwen (BENG) overeenkomstig nationale richtsnoeren, die wordt gewaarborgd door middel van energieprestatiecertificaten.

457

Investering 1. Bouw, uitrusting en operationalisering van 110 crèches

Doel

Nieuw gebouwde, uitgeruste en operationeel gemaakte crèches

Aantal

0

110

KWARTAAL 4

2025

Na de start van de subsidieregeling voor de bouw (en uitrusting) worden 110 crèches gebouwd die voldoen aan de eisen van mijlpaal 453.

De 110 crèches met een capaciteit van 40 tot 110 plaatsen worden gebouwd door lokale overheden.

Nieuw gebouwde gebouwen moeten voldoen aan de doelstelling om een primaire energievraag (PED) te bereiken die ten minste 20 % lager ligt dan de BENG-vereiste volgens nationale richtsnoeren, hetgeen moet worden gewaarborgd door middel van energieprestatiecertificaten.

De nieuw gebouwde crèches moeten maximaal 4 500 kinderen educatieve ondersteuning kunnen bieden.

De bouw van grote, middelgrote en kleine crèches is gepland.

458

Investering 2. Opzetten, uitrusten en operationaliseren van 90 aanvullende diensten voor kansarme groepen

Mijlpaal

Ondertekening van contracten voor het opzetten, uitrusten en operationeel maken van aanvullende diensten voor kansarme groepen

Ondertekening van contracten

KWARTAAL 1

2023

Het ministerie van Onderwijs is verantwoordelijk voor het voorbereiden en lanceren van de aanvraag voor de subsidieregeling en voor het adviseren en monitoren van begunstigden voor het opzetten, uitrusten en operationeel maken van aanvullende diensten voor kansarme groepen.

Aanvullende diensten worden opgezet, uitgerust en operationeel gemaakt als gevolg van de gefaseerde uitvoering van de subsidieregeling.

Deze diensten zullen naar verwachting worden opgezet in ruimten die worden aangeboden door de gemeenschap/diverse openbare en particuliere onderwijsbestelwagens, vanuit afgelegen/achtergestelde plaatsen waar een onderwijsinstelling te ver verwijderd is van de woonplaats van het kind en het aantal kinderen van 0 tot 6 jaar zeer laag is, omdat het niet gerechtvaardigd is om een kinderdagverblijf/kleuterschool te bouwen, teneinde het recht op onderwijs voor kinderen van geboorte tot 6 jaar zo dicht mogelijk bij hun huis te waarborgen.

Aanvullende diensten kunnen een ludotheek, speelcentrum, multifunctioneel centrum enz. zijn en uitgerust zijn met tafels en stoelen voor kinderen; matrassen voor kinderen; educatief materiaal en apparatuur, met inbegrip van digitale apparatuur (laptop, slimme tablets, digitale camera’s en video’s, digitale tapijten voor educatieve activiteiten, digitale schrijf- en tekensets enz.); meubilair en speelgoedkasten en bibliotheekrekken; badmeubelen, met inbegrip van inlaatwisselmeubilair; meubilair voor administratieve ruimten (kantoren, zitmeubelen, kasten); keukenmeubilair en -uitrusting.

Elke aanvullende dienst bestaat uit 2 klaslokalen/groepen die moeten worden ingericht en uitgerust. Daarom moeten de aanvullende diensten onderwijsondersteuning kunnen bieden aan maximaal 50 kinderen vanaf de geboorte tot 6 jaar per dienst, voor maximaal 4 500 kinderen.

459

Investering 2. Opzetten, uitrusten en operationaliseren van 90 aanvullende diensten voor kansarme groepen

Doel

Aanvullende diensten opgezet, uitgerust en operationeel

Aantal

0

90

KWARTAAL 1

2024

Ten minste 90 aanvullende diensten zijn opgezet, uitgerust en operationeel gemaakt overeenkomstig de bepalingen van mijlpaal 458.

460

Investering 3. Ontwikkeling van het kaderprogramma voor de permanente opleiding van professionals op het gebied van voor- en vroegschoolse educatie

Doel

Opgeleide opleiders op het gebied van leerplannen en monitoring

Aantal

0

420

KWARTAAL 2

2024

420 opleiders (168 lesgevers en 252 opleiders op het gebied van monitoring van diensten voor voor- en vroegschoolse educatie) worden opgeleid en geëvalueerd in het kader van twee programma’s en ontvangen specifieke certificaten.

Er worden twee programma’s voor permanente opleiding uitgevoerd:

-een opleidingsprogramma voor opleiders in voor- en vroegschoolse educatie: uitvoering van een specifiek curriculum, met modules voor onderwijzend en niet-onderwijzend personeel, met inbegrip van een module voor digitaal onderwijs;

-een opleidingsprogramma voor opleiders (uit drie sectoren: Sociaal onderwijs, onderwijs en gezondheidszorg), om toezicht te houden op de kwaliteit van de voorzieningen voor voor- en vroegschoolse educatie.

Er wordt voorrang gegeven aan degenen die werkzaam zijn in de nieuw opgerichte diensten.

461

Investering 3. Ontwikkeling van een kaderprogramma voor de permanente opleiding van professionals op het gebied van voor- en vroegschoolse educatie

Doel

Opgeleid personeel, werkzaam in standaard- en complementaire diensten voor voor- en vroegschoolse educatie, waarbij voorrang wordt gegeven aan het personeel in de nieuw opgerichte diensten

 

Aantal

0

19 950

KWARTAAL 4

2025

19 950 personen die werkzaam zijn in standaard- en aanvullende voorzieningen voor voor- en vroegschoolse educatie (onderwijzend en niet-onderwijzend personeel), waarbij voorrang wordt gegeven aan personen in nieuw opgerichte diensten, worden opgeleid.

Voorrang wordt gegeven aan degenen die werkzaam zijn in de nieuw opgerichte diensten (indien deze operationeel zijn). Ook zou het afronden van het opleidingsprogramma 1 een voordeel kunnen zijn voor degenen die voor deze nieuwe diensten in dienst zullen worden genomen.

De ontvangers van deze opleidingen (475 onderwijzend en niet-onderwijzend personeel per beurs per district) moeten de vooraf door de technische bijstand vastgestelde opleidingsprogramma’s voltooien, die vooraf moeten worden verstrekt, worden geëvalueerd en ontvangen specifieke certificaten.

462

Hervorming 3. Hervorming van het verplichte onderwijsstelsel om voortijdig schoolverlaten te voorkomen en terug te dringen

Mijlpaal

Inwerkingtreding van het regeringsbesluit tot vaststelling van de uitvoering van het nationaal programma ter bestrijding van voortijdig schoolverlaten

Bepaling in het regeringsbesluit betreffende de inwerkingtreding van het Nationaal Programma ter bestrijding van voortijdig schoolverlaten

 

KWARTAAL 4

2021

Een regeringsbesluit treedt in werking tot uitvoering van het nationale programma ter vermindering van voortijdig schoolverlaten, met inbegrip van de uitvoering van het mechanisme voor vroegtijdige waarschuwing in het onderwijs in de scholen die in het programma zijn opgenomen, met tijdgebonden, empirisch onderbouwde en kosteneffectieve doelstellingen.

Het nationale programma voor de uitvoering van het mechanisme voor vroegtijdige waarschuwing in het onderwijs maakt een geïntegreerde en systemische aanpak op lokaal, regionaal en nationaal niveau mogelijk.

463

Hervorming 3. Hervorming van het verplichte onderwijsstelsel om voortijdig schoolverlaten te voorkomen en terug te dringen

Mijlpaal

Inwerkingtreding van het ministerieel besluit (MO) voor het gebruik van het MATE-instrument op nationaal niveau

Bepaling in het MO betreffende de inwerkingtreding op nationaal niveau van het gebruik van de MATE-tool in alle scholen in het basis- en lager secundair onderwijs

 

 

 

KWARTAAL 4

2022

Het ministerieel besluit voorziet in het gebruik van de IT-module MATE op nationaal niveau. In de IT-module worden de risico’s geïdentificeerd, terwijl het nationale programma onderwijseenheden met een hoog risico op voortijdige schoolverlaters omvat (percentage jongeren die de lagere middelbare school niet hebben afgerond en geen onderwijs of opleiding volgen), de eenheden die subsidies zullen ontvangen.

464

Investering 4. Ondersteuning van onderwijsinstellingen met een middelgroot en hoog risico op uitval

Mijlpaal

Openbare oproep tot het indienen van projecten ter ondersteuning van studenten bij de overgang van lager naar hoger secundair onderwijs, op basis van 5 indicatoren die zijn gedefinieerd in het mechanisme voor vroegtijdige waarschuwing in het onderwijs

Publicatie van de uitnodiging

KWARTAAL 4

2021

Oproep tot het indienen van projecten voor de toekenning van subsidies aan onderwijsinstellingen ter ondersteuning van studenten bij de overgang van lager naar hoger secundair onderwijs, op basis van 5 indicatoren die zijn gedefinieerd in het mechanisme voor vroegtijdige waarschuwing in het onderwijs. Alle indicatoren worden berekend op basis van een gewicht dat de kwantiteit, d.w.z. het aantal leerlingen en leerkrachten, of de kwaliteit, d.w.z. de bij de nationale beoordeling behaalde scores, analyseert.

Op basis van de kwetsbaarheidsindex voor voortijdig schoolverlaten werden MATE-scholen ingedeeld in drie categorieën, afhankelijk van de prioriteit van de interventie: hoog, gemiddeld en laag. Onderwijseenheden met hoge prioriteit, die onmiddellijk moeten worden ingegrepen, worden beschouwd als onderwijseenheden met een totale score tussen 3,5 en 5 en die verschillende kwetsbaarheidselementen hebben, zoals een groot aantal vervangende leerkrachten, een hoog percentage voortijdige schoolverlaters, lage participatiegraad en slechte nationale beoordelingsresultaten. Deze scholen krijgen voorrang bij de financiering.

Subsidiabele activiteiten zijn onder meer:

-pedagogische en ondersteunende activiteiten

-buitenschoolse activiteiten

-kleine werken en aankopen van goederen;

-beurzen voor leerlingen in kwetsbare groepen om de overgang van lager secundair naar hoger secundair onderwijs naar het verplichte onderwijs te waarborgen;

-partnerschappen met ngo’s voor ondersteunende en/of buitenschoolse activiteiten.

De scholen worden verantwoordelijk voor de resultaten van de leerlingen en voor regelmatige updates over de geboekte vooruitgang, door die informatie door te geven in het MATE-gegevensverzamelingssysteem.

465

Investering 4. Ondersteuning van onderwijsinstellingen met een middelgroot en hoog risico op uitval

Doel

Onderwijsinstellingen waaraan de subsidieregeling is toegekend (perceel 1)

Aantal

0

750

KWARTAAL 1

2022

750 onderwijsinstellingen ontvangen beurzen ter ondersteuning van studenten bij de overgang van lager naar hoger secundair onderwijs, op basis van 5 indicatoren die zijn gedefinieerd in het mechanisme voor vroegtijdige waarschuwing in het onderwijs. Alle indicatoren worden berekend op basis van een gewicht dat de kwantiteit, d.w.z. het aantal leerlingen en leerkrachten, of de kwaliteit, d.w.z. de bij de nationale beoordeling behaalde scores, analyseert.

Op basis van de kwetsbaarheidsindex voor voortijdig schoolverlaten werden MATE-scholen ingedeeld in drie categorieën, afhankelijk van de prioriteit van de interventie: hoog, gemiddeld en laag. Onderwijseenheden met hoge prioriteit, die onmiddellijk moeten worden ingegrepen, worden beschouwd als onderwijseenheden met een totale score tussen 3,5 en 5 en die verschillende kwetsbaarheidselementen hebben, zoals een groot aantal vervangende leerkrachten, een hoog percentage voortijdige schoolverlaters, lage participatiegraad en slechte nationale beoordelingsresultaten. Deze scholen krijgen voorrang bij de financiering.

Subsidiabele activiteiten zijn onder meer:

-pedagogische en ondersteunende activiteiten

-buitenschoolse activiteiten

-kleine werken en aankopen van goederen;

-beurzen voor leerlingen in kwetsbare groepen om de overgang van lager secundair naar hoger secundair onderwijs naar het verplichte onderwijs te waarborgen;

-partnerschappen met ngo’s voor ondersteunende en/of buitenschoolse activiteiten.

De scholen worden verantwoordelijk voor de resultaten van de leerlingen en voor regelmatige updates over de geboekte vooruitgang, door die informatie door te geven in het MATE-gegevensverzamelingssysteem.

466

Investering 4. Ondersteuning van onderwijsinstellingen met een middelgroot en hoog risico op uitval

Doel

Onderwijsinstellingen waaraan de subsidieregeling is toegekend (perceel 2)

Aantal

750

1 750

KWARTAAL 1

2024

1 000 extra onderwijsinstellingen ontvangen beurzen ter ondersteuning van studenten bij de overgang van lager naar hoger secundair onderwijs, op basis van 5 indicatoren die zijn gedefinieerd in het mechanisme voor vroegtijdige waarschuwing in het onderwijs. Alle indicatoren worden berekend op basis van een gewicht dat de kwantiteit analyseert, d.w.z. het aantal leerlingen en leerkrachten, of de kwaliteit, d.w.z. de scores die bij de nationale beoordeling zijn behaald.

Op basis van de kwetsbaarheidsindex voor voortijdig schoolverlaten werden MATE-scholen ingedeeld in drie categorieën, afhankelijk van de prioriteit van de interventie: hoog, gemiddeld en laag. Onderwijseenheden met hoge prioriteit, die onmiddellijk moeten worden ingegrepen, worden beschouwd als onderwijseenheden met een totale score tussen 3,5 en 5 en die verschillende kwetsbaarheidselementen hebben, zoals een groot aantal vervangende leerkrachten, een hoog percentage voortijdige schoolverlaters, lage participatiegraad en slechte nationale beoordelingsresultaten. Deze scholen krijgen voorrang bij de financiering.

Subsidiabele activiteiten zijn onder meer:

-pedagogische en ondersteunende activiteiten

-buitenschoolse activiteiten

-kleine werken en aankopen van goederen;

-beurzen voor leerlingen in kwetsbare groepen om de overgang van lager secundair naar hoger secundair onderwijs naar het verplichte onderwijs te waarborgen;

-partnerschappen met ngo’s voor ondersteunende en/of buitenschoolse activiteiten.

De scholen worden verantwoordelijk voor de resultaten van de leerlingen en voor regelmatige updates over de geboekte vooruitgang, door die informatie door te geven in het MATE-gegevensverzamelingssysteem.

467

Investering 4. Ondersteuning van onderwijsinstellingen met een middelgroot en hoog risico op uitval

Doel

Onderwijsinstellingen die deel uitmaken van het schooluitvalprogramma met gedigitaliseerde klaslokalen

Aantal

0

2 500

KWARTAAL 3

2024

2 500 onderwijsinstellingen die deel uitmaken van het uitvalprogramma worden volledig gedigitaliseerd door de aanschaf van de nodige apparatuur (tablets, printers, routers).

468

Investering 4. Ondersteuning van onderwijsinstellingen met een middelgroot en hoog risico op uitval

Doel

Vermindering van het aantal scholen met een middelgroot en hoog risico op uitval

Aantal

2 500

1 875

KWARTAAL 2

2026

Het aantal scholen met een middelgroot en hoog risico op uitval wordt met 625 verminderd.

De kwetsbaarheidsindex wordt gebruikt om een verlaging met 25 % van de hoge prioriteit van de interventiecohort te bevestigen, met een uitgangssituatie in het eerste kwartaal van 2 2022, net voordat perceel 1 van de subsidies wordt toegewezen.

469

Investering 5. Opleidingen voor gebruikers van het Roemeense geïntegreerde onderwijsinformatiesysteem (SIIIR) en het IT-instrument van het mechanisme voor vroegtijdige waarschuwing (MATE) en systemische interventies om voortijdig schoolverlaten terug te dringen

Doel

Gebruikers van het Roemeense geïntegreerd informatiesysteem voor onderwijs (SIIR) en het IT-instrument MATE zijn opgeleid

Aantal

0

45 000

KWARTAAL 1

2023

Ten minste 45 000 gebruikers worden opgeleid om SIIR en MATE IT-tool te gebruiken. De modules van de opleidingscursus worden afgestemd op:

-studentenbehoeften en vaardigheden (inclusief onderwijs), studentgerichte onderwijsbenaderingen, interculturele competentie en formatieve beoordeling;

-verbetering van de onderwijsomstandigheden;

-het verzorgen van opleidingen voor het gebruik van de MATE-computermodule;

-bewustmakingscampagnes voor studenten en leerkrachten te ontwikkelen en uit te voeren, die kunnen worden aangepast aan studenten uit kansarme groepen.

-verbetering van de sociaal-emotionele vaardigheden van studenten voor het voltooien van het verplichte onderwijs.

470

Hervorming 4. Totstandbrenging van een volledig beroepstraject voor hoger technisch onderwijs

Mijlpaal

Inwerkingtreding van het regeringsbesluit tot goedkeuring van de methode voor de organisatie van de volledige duale route en de nieuwe kwalificaties die voortvloeien uit de volledige duale route

Bepaling in het regeringsbesluit betreffende de inwerkingtreding van de methode voor de organisatie van de volledige duale route en de nieuwe kwalificaties die voortvloeien uit de volledige duale route

 

 

KWARTAAL 3

2022

De nieuwe methode moet:

-ernaar streven de onderwijsresultaten in beroepsonderwijs en -opleiding te verbeteren;

-zorgen voor een volledig onderwijstraject voor studenten die zijn ingeschreven in het kader van duaal secundair en tertiair onderwijs (kwalificatie 3-7).

-zorgen voor overeenstemming tussen de niveaus van het nationale kwalificatiekader, de af te geven handelingen inzake onderwijs/kwalificatie, het soort beroepsonderwijs- en opleidingsprogramma’s in Roemenië waarmee kwalificatieniveaus kunnen worden bereikt, de referentieniveaus van het Europees kwalificatiekader en de toegangsvoorwaarden voor elk kwalificatieniveau.

471

Hervorming 4. Totstandbrenging van een volledig beroepstraject voor hoger technisch onderwijs

Doel

Percentage studenten dat is ingeschreven op de beroepsweg, in verhouding tot de studentenpopulatie die is ingeschreven in het secundair onderwijs

Percentage (%)

17 %

40 %

KWARTAAL 2

2026

Een toename met 23 % van het aandeel studenten dat is ingeschreven op de beroepsweg ten opzichte van de studentenpopulatie die is ingeschreven in het secundair onderwijs.

Volgens de gegevens van de SIIR waren in het schooljaar 2020-2021 98 430 leerlingen ingeschreven voor de beroepsweg van 3 jaar, wat neerkomt op ongeveer 17 % van het totale aantal middelbare scholieren. Door de opkomst van de volledige duale route zal de beroepsweg naar schatting aantrekkelijker worden, zodat in het schooljaar 2025-2026 het aantal ingeschreven leerlingen (IPT, technologische middelbare scholen, met inbegrip van de volledige duale route) met 40 % is gestegen ten opzichte van het totale aantal middelbare scholieren.

472

Investering 6. Ontwikkeling van 10 regionale consortia en ontwikkeling en uitrusting van 10 campussen voor beroepsopleiding

Doel

10 nieuw gebouwde geïntegreerde campussen voor beroepsonderwijs

Aantal

0

10

KWARTAAL 3

2025

10 geïntegreerde campussen voor beroepsonderwijs en -opleiding moeten worden gebouwd.

Elk consortium ontvangt een subsidie voor de ontwikkeling van campusinfrastructuur. De campussen behoren tot de centra voor duaal onderwijs.

Nieuw gebouwde gebouwen moeten voldoen aan de doelstelling om een primaire energievraag (PED) te bereiken die ten minste 20 % lager ligt dan de BENG-vereiste volgens nationale richtsnoeren, hetgeen moet worden gewaarborgd door middel van energieprestatiecertificaten.

Elke geïntegreerde werkkamp die wordt gebouwd, wordt uitgerust voor digitale workshops, op basis van een digitaliseringsconcept dat is aangepast aan het profiel van middelbare technologische scholen en universiteiten. De universiteiten en technologische middelbare scholen die betrokken zullen worden bij de partnerschapsstructuur met betrekking tot de centra voor duaal onderwijs, zullen daarom specifieke subsidies kunnen ontvangen.

473

Investering 6. Ontwikkeling van 10 regionale consortia en ontwikkeling en uitrusting van 10 campussen voor beroepsopleiding

Doel

Geïntegreerde, voltooide en operationele consortia voor duaal onderwijs die verband houden met de behoeften van de marktdeelnemers in het betrokken gebied

Aantal

0

10

KWARTAAL 1

2026

10 consortia voor duaal onderwijs, elk bestaande uit ten minste de volgende soorten entiteiten: lokale overheden, lokale bedrijven, professionele en technische scholen, technische universiteiten, om werkgevers te helpen een actieve rol te spelen bij de opleiding van studenten.

Het selectieproces wordt gebaseerd op een door het ministerie van Onderwijs ontwikkelde unitaire methodologie die op nationaal niveau van toepassing is om de meest geschikte en impactvolle regionale partnerschapsstructuren vast te stellen. De selectiecriteria zijn als volgt:

-Elke partnerschapsstructuur die de basis vormt voor de oprichting van een consortium voor duaal onderwijs bestaat uit de volgende soorten entiteiten: eenheden voor beroepsonderwijs en technisch onderwijs, waaronder duale, technologische universiteiten, economische actoren en lokale overheden, andere relevante nationale/Europese partners die een toegevoegde waarde voor het consortium kunnen hebben;

-Consortia voor duaal onderwijs nemen deel als functionele structuren, op basis van een samenwerkingsovereenkomst die vóór de indiening van de inschrijving voor deelname is overeengekomen;

-Het economisch en demografisch potentieel van het gebied waar het consortium voor duaal onderwijs actief is;

-Elke partnerschapsstructuur bevindt zich bij voorkeur in ontwikkelingsregio 1/each, om een gelijke geografische spreiding op nationaal niveau te waarborgen.

-Om ervoor te zorgen dat de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) worden nageleefd, moeten de subsidiabiliteitscriteria in de taakomschrijving voor toekomstige oproepen tot het indienen van projecten een uitsluitingslijst bevatten.

474

Investering 6. Ontwikkeling van 10 regionale consortia en ontwikkeling en uitrusting van 10 campussen voor beroepsopleiding

Doel

Leerlingen die zijn ingeschreven voor de volledige duale route

 

Aantal

1 847

3 000

KWARTAAL 2

2026

Verhoging met ten minste 60 % van het aantal leerlingen dat voor de volledige duale route is ingeschreven. In 2020 hebben 1 847 leerlingen de duale route afgemaakt. Na de maatregelen ter ondersteuning van de centra voor duaal onderwijs zullen naar schatting 3 000 leerlingen de volledige duale route voltooien.

Elke geïntegreerde werkkamp die wordt gebouwd, wordt uitgerust voor digitale workshops, op basis van een digitaliseringsconcept dat is aangepast aan het profiel van middelbare technologische scholen en universiteiten. Daarom moet de digitale transformatie worden gewaarborgd.

475

Investering 7. Omvorming van middelbare landbouwscholen tot professionaliseringscentra

Doel

57 landbouwscholen ondersteund met subsidies

Aantal

0

57

KWARTAAL 3

2025

57 landbouwscholen krijgen steun voor:

-Moderniseren, renoveren en uitbreiden van schoollaboratoria, workshops en IT-laboratoria, kantines en accommodatie voor leerlingen.

-Aankoop van biologisch materiaal, landbouwmaterieel en machines voor de uitvoering van landbouwwerkzaamheden.

-Lerarenopleiding op basis van specifieke landbouwgerelateerde curricula die gezamenlijk door het ministerie van Landbouw en het ministerie van Onderwijs zijn ontwikkeld

Elke landbouwschool beschikt over een IT-laboratorium met simulatoren en software die nodig zijn voor theoretische en praktische onderwijs- en leeractiviteiten.

Het ministerie van Onderwijs en het ministerie van Landbouw zijn verantwoordelijk voor het verstrekken van subsidies en materiële uitgaven om de kwaliteit van het middelbaar landbouwonderwijs te verbeteren en het onderwijsaanbod aantrekkelijker te maken.

De contracten bevatten een minimumvereiste om het energieverbruik voor verwarming met ten minste 50 % te verminderen ten opzichte van het jaarlijkse energieverbruik voor verwarming voorafgaand aan de renovatie van het gebouw, hetgeen een toename van 30 % op primaire energie oplevert ten opzichte van de staat vóór de renovatie. In dit verband heeft ten minste 90 % van de renovatiekosten betrekking op verbeteringen van de energie-efficiëntie.

Nieuw gebouwde gebouwen moeten voldoen aan de doelstelling om een primaire energievraag (PED) te bereiken die ten minste 20 % lager ligt dan de BENG-vereiste volgens nationale richtsnoeren, hetgeen moet worden gewaarborgd door middel van energieprestatiecertificaten.

Soorten werkzaamheden die nodig zijn om de energieprestaties van zowel nieuwe als oude gebouwen te verbeteren:

— aansluiting op het aardgasnet en installatie van gasgestookte ketels en/of vervanging van bestaande kolengestookte en gasgestookte ketels in het geval van oude gebouwen;

-installatie van verwarmingsketels in het geval van nieuwe gebouwen;

-installatie van fotovoltaïsche panelen voor nieuwe gebouwen met grond voor het gebruik van dit verwarmingssysteem.

476

Investering 7. Omvorming van middelbare landbouwscholen tot professionaliseringscentra

Doel

Aantal leerlingen ingeschreven in middelbare landbouwscholen

 

Aantal

18 000

20 000

KWARTAAL 3

2025

Het aantal leerlingen dat zich in het schooljaar 2025-2026 heeft ingeschreven in de 57 middelbare technologische scholen, met een overwegend agrarisch profiel, zal met 11,1 % toenemen ten opzichte van het schooljaar 2020-2021.

477

Hervorming 5. Vaststelling van het wetgevingskader voor de digitalisering van het onderwijs

Mijlpaal

Inwerkingtreding van het ministerieel besluit (MO) om normen te waarborgen voor het online uitrusten van scholen met technologische apparatuur en middelen voor educatieve doeleinden en om te zorgen voor een duurzaam effect van de voorgestelde investeringen

Bepaling in het MO betreffende de inwerkingtreding van het wetgevingskader voor uitrustingsnormen

 

 

 

KWARTAAL 1

2022

In het nieuwe ministerieel besluit worden de minimumnormen vastgesteld voor de technische uitrusting van scholen om de kwaliteit van de onderwijsactiviteiten in de virtuele omgeving en met behulp van virtuele technologie te waarborgen.

478

Hervorming 5. Vaststelling van het wetgevingskader voor de digitalisering van het onderwijs

Mijlpaal

Inwerkingtreding van de wet met het profiel van de toekomstige leraar digitale competentie en de manier waarop digitale competentie kan worden beoordeeld in schoolexamens

Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de wetgevingshandeling tot vaststelling van het profiel van de toekomstige leraar op het gebied van digitale competenties en beoordeling van digitale competenties

 

 

 

KWARTAAL 2

2022

De nieuwe wet met het profiel van de toekomstige leraar digitale competentie en de wijze waarop digitale competentie in schoolexamens moet worden beoordeeld, moet:

-Het profiel van de beroepsbeoefenaar in het onderwijs op het gebied van digitale vaardigheden en het mechanisme voor de validering van de digitale competentie van leerkrachten in schoolexamens vast te stellen, in overeenstemming met het Europees kader voor digitale competentie van leerkrachten 57 .

-Modules voor de ontwikkeling van de digitale vaardigheden van toekomstige leerkrachten en voor het vertrouwd maken en gebruiken van moderne onderwijsmethoden en -technieken in het kader van het DigCompEdu-kader integreren in het kaderplan voor onderwijs, Psycho-pedagogische en masteropleidingen.

-Vaststelling van het kader voor schoolinspectie (monitoring en evaluatie van virtuele onderwijsactiviteiten)

De beoordelingsmethoden vaststellen voor de onlineomgeving en de schoolprestaties van leerlingen, met inbegrip van de ontwikkeling van een platform voor de veilige beoordeling van de competenties van leerlingen.

479

Hervorming 5. Vaststelling van het wetgevingskader voor de digitalisering van het onderwijs

Mijlpaal

Inwerkingtreding van de wetgeving tot vaststelling van het nationale referentiekader voor digitale vaardigheden voor preuniversitair onderwijs

Bepaling in de wetgeving betreffende de inwerkingtreding van het nationale referentiekader voor digitale vaardigheden

 

 

 

KWARTAAL 2

2024

Inwerkingtreding van de wetgeving tot vaststelling van het nationale referentiekader voor de verbetering van de digitale vaardigheden van preuniversitaire leerlingen in overeenstemming met DigComp: Europees digitalecompetentiekader voor burgers 58 .

480

Investering 8. Bijscholingsprogramma voor onderwijzend personeel

Doel

Leerkrachten opgeleid voor onlineonderwijs door specifieke digitale pedagogische vaardigheden te verbeteren

 

Aantal

0

100 000

KWARTAAL 3

2025

Ten minste 100 000 leerkrachten worden opgeleid in geïntegreerd digitaal onderwijs en in de digitale transitie.

481

Investering 8. Bijscholingsprogramma voor onderwijzend personeel

Doel

Leerkrachten publiceren open educatief materiaal op het edu.cred platform voor de uitwisseling van praktijken

Aantal

0

50 000

KWARTAAL 3

2025

Ten minste 50 000 leerkrachten die deelnemen aan de opleiding in het kader van stap 480, produceren open educatief materiaal dat op een platform wordt gepubliceerd met een verzameling multimedia-lessen als model voor goede praktijken voor elk leergebied of elke leerstudierichting, voor verschillende onderwijsniveaus.

482

Investering 9. Zorgen voor digitale technologische apparatuur en middelen voor scholen

Doel

Scholen met nieuwe technologische middelen om IT-laboratoria uit te rusten

 

Aantal

0

4 300

KWARTAAL 3

2024

Ten minste 4 300 scholen met nieuwe technologische middelen voor IT-laboratoria overeenkomstig de vereisten in stap 477.

483

Investering 9. Zorgen voor digitale technologische apparatuur en middelen voor scholen

Doel

Scholen met technologische infrastructuur en uitrusting

Aantal

0

3 600

KWARTAAL 4

2024

Ten minste 3 600 scholen met nieuwe technologische infrastructuur en uitrusting overeenkomstig de eisen van 477.

484

Investering 9. Zorgen voor digitale technologische apparatuur en middelen voor scholen

Doel

Smart Labs gekocht voor middelbaar en middelbaar onderwijs

 

Aantal

0

1 100

KWARTAAL 1

2025

Ten minste 1 100 slimme labels verworven overeenkomstig de vereisten in stap 477.

485

Hervorming 6.

Geactualiseerd regelgevingskader om te zorgen voor milieuvriendelijke normen op het gebied van ontwerp, bouw en dotatie in het preuniversitaire onderwijs

Mijlpaal

Inwerkingtreding van wijzigingen van het wetgevingskader om de kwaliteit van leeromgevingen te verbeteren

Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van het nieuwe wetgevingskader om de kwaliteit van leeromgevingen te verbeteren

 

 

 

KWARTAAL 2

2022

In het kader van de transitie naar groene en slimme gebouwen moet het regelgevingskader voor het ontwerp, de dotatie en de werking van scholen worden hervormd. De nieuwe wet omvat:

-Regels voor het ontwerp en de exploitatie van gebouwen voor scholen en middelbare scholen (Normative 010/1997);

-Bijwerken/opstellen van minimumdotaties door actualisering van de volgende wetgevingshandelingen: Minimumdotatiekapitaal voor de klassen V tot en met VIII, goedgekeurd bij ministerieel besluit 3486/2006, Minimumregels voor basisonderwijs Ministerieel Besluit 3263/2006, Voorschoolse normen en voorschriften, bijlage 1 Normen voor lesmateriaal, en 0 bijlage 2 betreffende minimumnormen voor uitrusting, goedgekeurd bij ministerieel besluit 3850/2010

Het regelgevingskader voor de uitvoering van investeringen in de transitie naar groene gebouwen wordt aangevuld met regelgeving inzake de werking van groene scholen en met methodologieën voor de exploitatie en organisatie van groene scholen, met inbegrip van een aangepast leerplan, waarin onderwijstrajecten worden vastgesteld ter bevordering van het gedrag van leerlingen dat de natuurlijke omgeving respecteert.

486

Investering 10. Ontwikkeling van het netwerk van Green-scholen en aankoop van groene minibussen

Doel

Gekochte en in gebruik zijnde elektrische minibussen

Aantal

0

1 218

KWARTAAL 4

2024

Er moeten 1 218 elektrische minibussen worden aangekocht en gebruikt voor het vervoer van studenten in afgelegen gebieden, met name in plattelandsgebieden.

De criteria die in aanmerking worden genomen voor de selectie van de begunstigden omvatten het aantal leerlingen dat pendelt, de afstand van het woon-werkverkeer, de gelijke geografische spreiding, de elektrische aansluiting van de scholen of de bereidheid om een laadstation te installeren.

Via de ISJ/UAT (County School Inspectorates/Administrative-Territorial Units) wordt een openbare betalingsprocedure voor elektrische minibussen gestart.

487

Investering 10. Ontwikkeling van het netwerk van Green-scholen en aankoop van groene minibussen

Doel

Ruimte voor kleuterschool hersteld om groene scholen te worden

Aantal m2

0

238 905

KWARTAAL 4

2025

Het ministerie van Onderwijs ontwikkelt een netwerk van duurzame, milieuvriendelijke scholen met een curriculum dat grotendeels is gebaseerd op milieueducatie. 238 905 m2 zal profiteren van renovatiewerkzaamheden (thermische isolatie, zonnepanelen, laboratoria voor natuurwetenschappen, groene ruimten, faciliteiten voor selectieve afvalinzameling).

De selectie van groene scholen is erop gericht nationale dekking te waarborgen, zowel in landelijke als in stedelijke gebieden.

Voor renovaties bevatten de contracten een minimumvereiste om het energieverbruik voor verwarming met ten minste 50 % te verminderen ten opzichte van het jaarlijkse energieverbruik voor verwarming voorafgaand aan de renovatie van het gebouw, hetgeen een toename van 30 % op primaire energie oplevert ten opzichte van de staat vóór de renovatie.

488

Investering 10. Ontwikkeling van het netwerk van Green-scholen en aankoop van groene minibussen

Doel

Nieuwe groene-schoolruimte gebouwd en operationeel

Aantal m2

0

36 951

KWARTAAL 4

2025

36 951 m2 groene scholen worden gebouwd in bepaalde gebieden waar de bevolking toeneemt door gespecialiseerde bouwbedrijven.

Groene scholen zijn scholen met hoge energieprestaties en worden gebouwd met meer natuurlijk licht, betere ventilatie en groene bouwmaterialen, zoals tapijten en verven van natuurlijke, recycleerbare materialen. De exploitatiekosten voor energie en water in een groene school kunnen met 20 % worden verlaagd tot 40 %. Door het soort bouw en bestaande faciliteiten verminderen groene scholen de kooldioxide-emissies en het waterverbruik aanzienlijk met maximaal 32 %.

Nieuw gebouwde gebouwen moeten voldoen aan de doelstelling om een primaire energievraag (PED) te bereiken die ten minste 20 % lager ligt dan de BENG-vereiste volgens nationale richtsnoeren, hetgeen moet worden gewaarborgd door middel van energieprestatiecertificaten.

489

Investering 11. Voorzieningen voor kleuterscholen en wetenschappelijke laboratoria/schoolkasten

Mijlpaal

Ondertekening van financieringscontracten voor de installatie van klaslokalen met meubilair

Ondertekening van financieringscontracten voor de installatie van klaslokalen met meubilair

KWARTAAL 3

2022

Ondertekening van financieringscontracten voor de uitrusting van de klaslokalen van de kleuterscholen, provinciale centra voor leermiddelen en onderwijsondersteuning en buitenschoolse onderwijseenheden van het schoolnetwerk op basis van de minimumnormen voor de uitrusting van klaslokalen/laboratoria/schoolworkshops. Om de samenhang ervan te waarborgen, doet het ministerie van Onderwijs aanbevelingen aan de begunstigden over de technische specificaties die in het bestek moeten worden opgenomen.

Voorrang wordt gegeven aan onderwijsinstellingen die de afgelopen 5 jaar geen gebruik hebben gemaakt van dit soort investeringen.

490

Investering 11. Voorzieningen voor kleuterscholen en wetenschappelijke laboratoria/schoolkasten

Mijlpaal

Ondertekening van financieringscontracten voor de uitrusting van schoollaboratoria/schoolkasten

Ondertekening van financieringscontracten voor de uitrusting van schoollaboratoria/schoolkasten

KWARTAAL 3

2022

Ondertekening van financieringscontracten voor de uitrusting van de wetenschappelijke laboratoria/schoolkasten van de kleuterscholen, provinciale centra voor leermiddelen en onderwijsondersteuning en buitenschoolse onderwijseenheden van het schoolnetwerk op basis van de minimumnormen voor de uitrusting van klaslokalen/laboratoria/schoolkasten. Om de samenhang ervan te waarborgen, doet het ministerie van Onderwijs aanbevelingen aan de begunstigden over de technische specificaties die in het bestek moeten worden opgenomen.

Alle schoolkasten en wetenschappelijke laboratoria, met uitzondering van de ITC-laboratoria, moeten zijn uitgerust met meubilair, materiaal en uitrusting voor didactisch gebruik, op basis van de in het kader van de hervorming van 6 goedgekeurde gebruiksnormen.

Er wordt voorrang gegeven aan onderwijsinstellingen die de afgelopen 5 jaar niet hebben geprofiteerd van dit soort investeringen en die in plattelandsgebieden gevestigd zijn.

491

Investering 11. Voorzieningen voor kleuterscholen en wetenschappelijke laboratoria/schoolkasten

Doel

Preuniversitaire klaslokalen met meubilair

Aantal

0

75 000

KWARTAAL 2

2024

75 000 pre-universitaire klaslokalen, districtscentra voor leermiddelen en onderwijsondersteuning en buitenschoolse onderwijseenheden van het schoolnetwerk worden uitgerust overeenkomstig de specificaties van stap 489.

De dotatie van de klaslokalen, de laboratoria en de schoolkasten geschiedt op basis van de in het kader van hervorming R6 goedgekeurde dotatiestandaarden. Scholen met beschadigd meubilair en scholen waar het meubilair de afgelopen 5 jaar niet is veranderd, krijgen voorrang.

492

Investering 11. Voorzieningen voor kleuterscholen en wetenschappelijke laboratoria/schoolkasten

Doel

Wetenschappelijke laboratoria/schoolkasten uitgerust

Aantal

0

10 000

KWARTAAL 2

2024

10 000 wetenschappelijke laboratoria en schoolkasten worden uitgerust overeenkomstig de specificaties van stap 490.

493

Investering 12. Subsidieregeling voor consortia van scholen op het platteland

Doel

Voltooiing van bouwwerkzaamheden en dotatiewerkzaamheden voor schoolconsortia op het platteland

 

Aantal

0

3

KWARTAAL 2

2026

Er worden drie partnerschappen voor scholen op het platteland opgericht om de onderwijsomgeving op het platteland te versterken door te zorgen voor optimale onderwijsvoorwaarden, met inachtneming van de sociale rechtvaardigheid.

De consortia worden geselecteerd op basis van ten minste twee criteria: I) als zij de demografische achteruitgang van de afgelopen zeven jaar van de microregio aantonen, en ii) zij bewijzen dat zij een schriftelijke verbintenis aangaan van de lokale overheden die verantwoordelijk zijn voor het doelgebied.

Elk consortium bouwt de nodige infrastructuur om de kwaliteit van het onderwijsproces te waarborgen, met inbegrip van de oprichting van een moderne campus met een capaciteit van 300-1 500 plaatsen, met inbegrip van naschoolse opvang, sportzalen en standplaatsen, faciliteiten voor praktijkworkshops, laboratoria, ruimten voor niet-formele activiteiten, keuken- en accommodatieruimten voor leerlingen en leerkrachten.

Nieuw gebouwde gebouwen moeten voldoen aan de doelstelling om een primaire energievraag (PED) te bereiken die ten minste 20 % lager ligt dan de BENG-vereiste volgens nationale richtsnoeren, hetgeen moet worden gewaarborgd door middel van energieprestatiecertificaten.

Bij de selectie van scholen wordt voorrang gegeven aan scholen in landelijke, afgelegen en onderontwikkelde gebieden.

494

Hervorming 7. Hervorming van het bestuur van het pre-universitair onderwijs en professionalisering van het management

Mijlpaal

Ondertekening van het contract voor technische bijstand voor de ontwikkeling van het actieplan voor de hervorming van het bestuur, met inbegrip van het opleidings- en begeleidingsprogramma voor managers en inspecteurs

Ondertekening van het contract

 

KWARTAAL 1

2022

De bestuurshervorming is gebaseerd op de functionele analyse van het stelsel voor beroepsonderwijs en -opleiding en wordt uitgevoerd op twee niveaus: I De hervorming van het beheer en

II. Decentralisatie

Het ministerie van Onderwijs sluit contracten voor externe technische bijstand voor:

-de analyse van het huidige beheer van het preuniversitaire onderwijsstelsel;

-het verstrekken van aanbevelingen en een plan voor de verbetering van het schoolmanagement door middel van een proefprogramma;

-het verstrekken van richtsnoeren voor het ontwerp van het opleidings- en begeleidingsprogramma.

Om de capaciteit van het beheersysteem voor het pre-universitair onderwijs te vergroten en de autonomie van de scholen te vergroten, wordt een maatregelenplan opgesteld.

495

Hervorming 7. Hervorming van het bestuur van het pre-universitair onderwijs en professionalisering van het management

Mijlpaal

Publicatie en uitvoering van een actieplan voor de hervorming van het bestuur, met inbegrip van het opleidings- en begeleidingsprogramma voor managers en inspecteurs

Goedkeuring van het actieplan voor de hervorming van het bestuur

 

 

 

KWARTAAL 3

2024

Het bestuursactieplan moet het personeelsbeleid/de aanwerving van leidinggevenden in het onderwijs hervormen en wordt gefaseerd door:

-Herziening van de methodologie van de directeurenwedstrijd om deze te koppelen aan de methode voor de beoordeling van leidinggevenden in het pre-universitair onderwijs en de aantrekkelijkheid van de functie van directeur bij vakmensen te helpen vergroten.

-De overdracht van bevoegdheden van de provinciale onderwijsinspecties aan de districtsdirectoraten voor kwaliteitsborging en de subordinate School Inspection van ARACIP.

-Subsidieregeling ter ondersteuning van scholen voor het testen van de aanpak, op basis van een aanvraag die wordt beoordeeld door deskundigen van het ministerie van Onderwijs.

Scholen die deelnemen aan het proefprogramma raadplegen eerst het bestuur van de leerlingen en ouders.

In het proefprogramma waarbij de 60 scholen betrokken zijn, wordt rekening gehouden met de leerplannen, het bestuur en het beheer van scholen en wordt aangegeven op welke gebieden het beheer en de kwaliteit van het onderwijs/leren kunnen worden verbeterd.

O.3.    Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor de lening

VII.Beroepsonderwijs en -opleiding (duaal systeem):

Investering 13. Uitrusting van IT-laboratoria in scholen voor beroepsonderwijs en -opleiding

Het doel van de investering is de digitale transformatie van scholen die deel uitmaken van het netwerk voor beroepsonderwijs en -opleiding te ondersteunen en e-learning te vergemakkelijken. Het omvat investeringen in digitale infrastructuur voor onderwijs en digitale onderwijsinstrumenten voor 909 scholen voor beroepsonderwijs en -opleiding.

De investering omvat ook de aankoop van IT-apparatuur in de klas en heeft betrekking op de onderliggende infrastructurele uitrusting die nodig is voor het gebruik van de digitale onderwijsapparatuur. De uitvoering van de investeringen vindt plaats via de provinciale onderwijsinspectie of via lokale autoriteiten of scholen die naar verwachting oproepen zullen doen voor de levering van IT-apparatuur en laboratoria binnen de onderwijseenheden voor beroepsonderwijs en -opleiding.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 september 2023 zijn voltooid.

Investering 14. Uitrusting van praktijkworkshops op scholen voor beroepsonderwijs en -opleiding

Het doel van deze investering is schoolworkshops uit te rusten binnen onderwijseenheden voor beroepsonderwijs en -opleiding, met inbegrip van duale opleidingseenheden (en met uitzondering van die met een landbouwprofiel, die onder investering 7 vallen).

Via de financieringsregeling ontvangt elk van de 909 scholen voor beroepsonderwijs en -opleiding een subsidie van maximaal 100 000 EUR om de praktijkworkshops uit te rusten volgens hun specialisatie en concrete behoeften. Een derde van de investering is bestemd voor het uitrusten van de werkplaatsen met digitale apparatuur.

De aanbesteding vindt plaats via de provinciale onderwijsinspectoraten of via de administratieve territoriale eenheden/scholen.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 september 2023 zijn voltooid.

VIII.Digitalisering van het onderwijs:

Investering 15. Online school: Ontwikkeling van beoordelingsplatforms en inhoud

Deze investering is bedoeld om te zorgen voor een geïntegreerde aanpak van onderwijsactiviteiten online of in bijzondere situaties door ervoor te zorgen dat de online-uren complementair zijn met leerplatforms, digitale handleidingen en ondersteunend materiaal dat nodig is voor een volledig en complex proces. Daarom moet een digitaal ecosysteem voor de ontwikkeling van digitale vaardigheden op school worden gecreëerd, evenals een ondersteunend kader voor beoordeling en testen op afstand.

De investering wordt uitgevoerd door middel van een vergelijkende oproep tot het indienen van projecten voor de ontwikkeling van open leermiddelen. De investering dient ter financiering van: I) de uitbreiding van het huidige digitale platform voor schoolboeken door de toevoeging van onderwijsondersteuning voor alle disciplines en alle klassen secundair onderwijs, ii) het creëren van digitale onderwijsinhoud voor drie verschillende kennisniveaus (verbetering, toegankelijkheid, prestaties), iii) de ontwikkeling van inclusieve leermiddelen voor leerlingen met een handicap, atleten en ziekenhuisleerlingen, en iv) de ontwikkeling van een platform voor beoordeling op basis van Europese beste praktijken.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 september 2025 zijn voltooid.

Investering 16. Digitalisering van universiteiten en hun voorbereiding op de digitale beroepen van de toekomst

Het doel van deze investering is het verbeteren van de communicatie tussen universiteiten en studenten en het scheppen van de voorwaarden voor teamwerk in de digitale omgeving, het automatiseren van de interne administratieve processen in universiteiten, het verbeteren van het beheer van het onderwijssysteem en het creëren van een OOI-infrastructuur voor geavanceerde technologieën.

De investering wordt uitgevoerd door de toekenning van subsidies aan 60 universiteiten voor verschillende soorten investeringen:

-operationalisering van digitale universitaire centra

-opleidingsprogramma’s op het gebied van digitale competentie

-ontwikkeling van de ondernemersvaardigheden van studenten voor de digitale sector

-programma’s voor loopbaanbegeleiding voor studenten met het oog op de keuze van nieuwe ICT-beroepen

-opleidingsprogramma’s voor nieuwe onderwijs- en beoordelingsvaardigheden in een hybride systeem

-ontwikkeling van geavanceerde digitale vaardigheden voor 1 000 bachelor- en masterstudenten

-opleiding voor de ontwikkeling van professionele en digitale vaardigheden van bachelor-, master- en doctoraatsstudenten door deelname aan opleidingsprogramma’s die verband houden met het Europees digitalecompetentiekader; het ontwikkelen van de digitale vaardigheden van onderwijs- en onderzoekspersoneel door deelname aan onderzoeks- en praktijkprojecten, gekoppeld aan het Europees kader voor digitale competenties van leerkrachten; ontwikkeling van geavanceerde digitale vaardigheden van specialisten op IT-gebied voor opkomende technologieën — kwantumcomputing, kunstmatige intelligentie, blockchain, het internet der dingen; bijscholingsprogramma’s uitvoeren via digitale-innovatiehubs.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2025 zijn voltooid.

IX.Infrastructuur:

Investering 17. Zorgen voor universitaire infrastructuur (woningen, kantines, recreatiefaciliteiten)

Het doel van deze investering is de bouw/modernisering van 3 soorten infrastructuur in universiteitscampussen, in overeenstemming met de veiligheids- en kwaliteitsnormen, om de sociale/inclusieve dimensie van het hoger onderwijs te waarborgen.

De investering heeft betrekking op:

-De bouw van 3 998 en de uitbreiding/modernisering van 11 547 recreatie- en leesplaatsen in universiteitscampussen, die uiterlijk op 30 september 2025 voltooid moeten zijn;

-De bouw van 2 787 en de uitbreiding/modernisering van 2 488 kantines in universiteitscampussen, die uiterlijk op 30 september 2025 voltooid moeten zijn;

-Bouw van 3 749 en uitbreiding/modernisering van 11 571 opvangplaatsen in universiteitscampussen, voor studenten uit kansarme sociaaleconomische milieus, met een handicap, sommige etnische minderheden of eenoudergezinnen enz., die voorrang moeten krijgen bij het verkrijgen van een plaats op nieuw gebouwde universiteitscampussen. De werkzaamheden worden uiterlijk op 31 december 2025 afgerond.

Een einddoelstelling houdt in dat uiterlijk op 31 maart 2026 ten minste 40 % van de nieuwe en gemoderniseerde faciliteiten bestemd moet zijn voor studenten uit kansarme milieus.

Nieuw gebouwde gebouwen moeten voldoen aan de doelstelling om een primaire energievraag (PED) te bereiken die ten minste 20 % lager ligt dan de BENG-vereiste volgens nationale richtsnoeren, hetgeen moet worden gewaarborgd door middel van energieprestatiecertificaten.

Wat renovaties betreft, bevatten de contracten een minimumvereiste om het energieverbruik voor verwarming met ten minste 50 % te verminderen ten opzichte van het jaarlijkse energieverbruik voor verwarming voorafgaand aan de renovatie van het gebouw, hetgeen een toename van 30 % op primaire energie oplevert ten opzichte van de staat vóór de renovatie. In dit verband heeft ten minste 90 % van de kosten betrekking op verbeteringen van de energie-efficiëntie.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 maart 2026 zijn voltooid.

X.Schoolbestuur:

Investering 18. Opleidings- en begeleidingsprogramma voor schoolmanagers en -inspecteurs

Het doel van deze investering is de ontwikkeling van een geactualiseerd opleidings- en begeleidingsprogramma voor managers en inspecteurs om het onderwijsbeheer te professionaliseren. Het opleidingsprogramma wordt opgezet op basis van aanbevelingen van deskundigen die een functionele analyse van de governance van het onderwijsstelsel en van Europese beste praktijken uitvoeren.

Opleiding voor 10 000 schoolmanagers en schoolinspecteurs, voor een periode van anderhalf jaar, met als doel institutioneel, financieel en personeelsleiderschap en -beheer, administratie en wetgeving te bevorderen om de capaciteit van hun onderwijsinstelling te helpen ontwikkelen om de prestaties van leerlingen te verbeteren. Het opleidings- en coachingprogramma, met mentoring- en controlefuncties, is specifiek gericht op het creëren van de vaardigheden die nodig zijn om het onderwijsstelsel in een gedecentraliseerde omgeving te beheren via erkende aanbieders van opleidingen met deskundigen op het gebied van personeelszaken.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 maart 2026 zijn voltooid.

O.4.    Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor de lening

Volgnummer

Gerelateerde maatregel (hervorming of investering)

Mijlpaal/Doelstelling

Naam

Kwalitatieve

indicatoren 
(voor mijlpalen)

Kwantitatieve

indicatoren
(voor streefcijfers)

Indicatieve tijdlijn

in te vullen

Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling

Eenheid

van

meten

Basislijn

Doelstelling

Kwartaal

Jaar

496

Investering 13. Uitrusting van IT-laboratoria in scholen voor beroepsonderwijs en -opleiding

Doel

Scholen voor beroepsonderwijs en -opleiding die zijn uitgerust met computerlaboratoria

 

Aantal

0

909

KWARTAAL 3

2023

909 scholen voor beroepsonderwijs en -opleiding worden uitgerust met digitale infrastructuur en instrumenten voor lesgeven.

De investering omvat de aankoop van klasapparatuur (zoals projectietoestellen, video-opnamesystemen, geluidssystemen, camera’s en audioapparatuur voor het registreren van lessen, softwareapparatuur voor het archiveren van digitale leermiddelen) en heeft betrekking op onderliggende infrastructuurapparatuur (zoals elektro-installaties, LAN-netwerken en wifi-netwerken) die nodig zijn voor het gebruik van de digitale onderwijsapparatuur.

497

Investering 14. Uitrusting van praktijkworkshops op scholen voor beroepsonderwijs en -opleiding

Doel

Onderwijseenheden voor beroepsonderwijs en -opleiding die zijn uitgerust met functionele praktijklaboratoria

 

Aantal

 0

909

KWARTAAL 3

2023

909 onderwijseenheden voor beroepsonderwijs en -opleiding die zijn uitgerust met functionele praktijklaboratoria.

De lokale autoriteiten starten steunregelingen om schoolworkshops uit te rusten binnen onderwijseenheden voor beroepsonderwijs en -opleiding, met inbegrip van duale opleidingseenheden en met uitzondering van die met een landbouwprofiel, via districtsraden en stadshallen. Via de financieringsregeling ontvangt elke school voor beroepsonderwijs en -opleiding een subsidie van maximaal 100 000 EUR om de praktijkworkshops uit te rusten overeenkomstig hun specialisatie en concrete behoeften.

30 miljoen EUR van de investering is bestemd voor het uitrusten van de workshops met digitale apparatuur (simulatoren).

498

Investering 15. Online school: Ontwikkeling van beoordelingsplatforms en inhoud

Mijlpaal

Online ePlatform voor studentenbeoordeling is operationeel

het ePlatform voor de veilige beoordeling van de vaardigheden van leerlingen is operationeel en wordt gebruikt voor de beoordeling van alle studenten (met uitzondering van studenten in beroepsonderwijs en -opleiding)

KWARTAAL 3

2025

Het online e-platform voor studentenbeoordeling wordt operationeel. Bij de ontwikkeling van het platform wordt rekening gehouden met het gemiddelde aantal artikelen in om het even welke studieklasse, wetenschappelijk product (waarvoor psychometrische vaardigheden vereist zijn) en software (opgesteld volgens de analyse van de wetenschappelijke behoeften en het wetenschappelijke programma dat door deskundigen op dit gebied is ontwikkeld (curriculum tests, vaardigheden). De software omvat ook een mobiele klantapplicatie (voor studenten en leerkrachten) en onlinetoezichtfuncties.

499

Investering 15. Online school: Ontwikkeling van beoordelingsplatforms en inhoud

Doel

Ontwikkelde open leermiddelen (OER) (lesmateriaal)

Aantal

0

67 000

KWARTAAL 1

2025

67 000 open leermiddelen (OER) ontwikkeld (lesmateriaal).

Bij de ontwikkeling van OER’s wordt de nadruk gelegd op: I) de uitbreiding van het huidige digitale platform voor schoolboeken door onderwijsondersteuning voor alle disciplines en alle klassen secundair onderwijs toe te voegen; het creëren van digitale educatieve inhoud voor drie verschillende niveaus van kennisverdieping (herstel, toegankelijkheid, prestaties); de ontwikkeling van inclusieve leermiddelen voor leerlingen met een handicap, atleten en in het ziekenhuis opgenomen leerlingen.

De OER’s in verband met deze investering worden ontwikkeld door ervaren professionals, terwijl degenen die onder investering I8 vallen experimenteel zijn en deel uitmaken van de eindevaluatie van de leerkrachten die aan het programma deelnemen.

500

Investering 16. Digitalisering van universiteiten en voorbereiding op de digitale beroepen van de toekomst

Mijlpaal

Ondertekening van contracten voor subsidies voor innovatieve technologiecentra aan universiteiten

Ondertekening van contracten

KWARTAAL 2

2022

Ondertekening van contracten voor subsidies aan 60 universiteiten voor de financiering van geïntegreerde maatregelen ter verbetering van de digitale infrastructuur en de ontwikkeling van de competenties van studenten en universitair onderwijzend personeel:

-operationalisering van digitale universitaire centra;

-opleidingsprogramma’s op het gebied van digitale competentie,

-ontwikkeling van ondernemersvaardigheden voor de digitale sector;

-programma’s voor loopbaanbegeleiding voor studenten met het oog op de keuze van opkomende ICT-beroepen;

-opleidingsprogramma’s voor nieuwe onderwijs- en beoordelingsvaardigheden in een hybride systeem;

ontwikkeling van geavanceerde digitale vaardigheden voor 1 000 bachelor- en masterstudenten.

502

Investering 16. Digitalisering van universiteiten en voorbereiding op de digitale beroepen van de toekomst

Doel

Universiteiten ondersteund door nieuwe innovatieve technologiecentra om de nieuwe vaardigheden van de toekomst te creëren

Aantal

0

60

KWARTAAL 4

2025

Universiteiten die door nieuwe innovatieve technologiecentra worden ondersteund om de nieuwe vaardigheden van de toekomst te creëren door middel van voortdurende innovatie van studieprogramma’s overeenkomstig de vereisten van mijlpaal 500.

503

Investering 17. Zorgen voor universitaire infrastructuur (woningen, kantines, recreatiefaciliteiten)

Doel

Aangelegde of verbeterde en in gebruik zijnde recreatie- en leesplaatsen

Aantal

0

15 545

KWARTAAL 3

2025

Bouw van 3 998 en uitbreiding/modernisering van 11 547 recreatie- en leesplaatsen in universiteitscampussen, met name voor kansarme studenten. In dit verband heeft ten minste 90 % van de renovatiekosten betrekking op verbeteringen van de energie-efficiëntie.

504

Investering 17. Zorgen voor universitaire infrastructuur (woningen, kantines en recreatiefaciliteiten)

Doel

Aangelegde of verbeterde kantines die in gebruik zijn

Aantal

0

5 275

KWARTAAL 3

2025

Bouw van 2 787 en uitbreiding/modernisering van 2 488 kantines op universiteitscampussen.

De contracten bevatten een minimumvereiste om het energieverbruik voor verwarming met ten minste 50 % te verminderen ten opzichte van het jaarlijkse energieverbruik voor verwarming voorafgaand aan de renovatie van het gebouw, hetgeen een toename van 30 % op primaire energie oplevert ten opzichte van de staat vóór de renovatie. In dit verband heeft ten minste 90 % van de renovatiekosten betrekking op verbeteringen van de energie-efficiëntie.

Nieuw gebouwde gebouwen moeten voldoen aan de doelstelling om een primaire energievraag (PED) te bereiken die ten minste 20 % lager ligt dan de BENG-vereiste volgens nationale richtsnoeren, hetgeen moet worden gewaarborgd door middel van energieprestatiecertificaten.

505

Investering 17. Zorgen voor universitaire infrastructuur (woningen, kantines en recreatiefaciliteiten)

Doel

Nieuw gecreëerde of verbeterde accommodatie tijdens het gebruik

 

Aantal

0

15 320

KWARTAAL 4

2025

Bouw van 3 749 en uitbreiding/modernisering van 11 571 opvangplaatsen op universiteitscampussen voor studenten uit kansarme sociaaleconomische milieus, met een handicap, sommige etnische minderheden of eenoudergezinnen, die voorrang moeten krijgen bij het verkrijgen van een plaats op nieuw gebouwde universiteitscampussen

De contracten bevatten een minimumvereiste om het energieverbruik voor verwarming met ten minste 50 % te verminderen ten opzichte van het jaarlijkse energieverbruik voor verwarming voorafgaand aan de renovatie van het gebouw, hetgeen een toename van 30 % op primaire energie oplevert ten opzichte van de staat vóór de renovatie. In dit verband heeft ten minste 90 % van de renovatiekosten betrekking op verbeteringen van de energie-efficiëntie.

Nieuw gebouwde plaatsen moeten voldoen aan de doelstelling om een primaire energievraag (PED) te bereiken die ten minste 20 % lager ligt dan de BENG-eis volgens de nationale richtsnoeren, hetgeen moet worden gewaarborgd door middel van energieprestatiecertificaten.

506

Investering 17. Zorgen voor universitaire infrastructuur (woningen, kantines en recreatiefaciliteiten)

Doel

Ten minste 40 % van de nieuwe en gemoderniseerde faciliteiten is gericht op studenten uit kansarme milieus

Percentage (%)

0

40 %

KWARTAAL 1

2026

Ten minste 40 % van het aantal van 15 545 recreatieruimten, 5 276 kantine en 15 320 opvangplaatsen moet bestemd zijn voor studenten uit kansarme milieus.

Studenten die een sociale beurs ontvangen, krijgen voorrang bij het vinden van plaatsen in de gemoderniseerde universitaire infrastructuur. Deze voorwaarde wordt voor openbare universiteiten verplicht gesteld in de financieringsgids voor de oproep tot het indienen van projecten voor de modernisering van de universitaire infrastructuur. De universiteiten zenden jaarlijks verslagen over het gebruik van gemoderniseerde infrastructuur toe aan het ministerie van Onderwijs.

507

Investering 18. Opleidings- en begeleidingsprogramma voor schoolmanagers en -inspecteurs

Doel

Directeuren, adjunct-directeuren en inspecteurs met een voltooid opleidings- en begeleidingsprogramma

Aantal

0

10 000

KWARTAAL 1

2026

Naar schatting 10 000 directeuren, adjunct-directeuren en inspecteurs met leidinggevende functies nemen deel aan het opleidingsprogramma. Het opleidingsprogramma omvat leiderschap en beheer van institutionele, financiële en personele middelen, administratie en wetgeving, en draagt bij tot de ontwikkeling van de capaciteit van hun onderwijsinstelling om de prestaties van studenten te verbeteren. Het opleidingsprogramma wordt opgesteld op basis van de aanbevelingen van deskundigen die de functionele analyse van de governance van het onderwijsstelsel en van Europese beste praktijken uitvoeren.

P.ONDERDEEL 16: REPowerEU

Het REPowerEU-hoofdstuk heeft tot doel bij te dragen tot het verminderen van de afhankelijkheid van fossiele brandstoffen in Roemenië, door het gebruik van hernieuwbare energiebronnen en renovaties op het gebied van energie-efficiëntie te ondersteunen, met name gericht op de meest kwetsbare consumenten en het vergroten van de capaciteit van het elektriciteitstransmissienetwerk om hernieuwbare energiebronnen te integreren.

De component heeft betrekking op de landspecifieke aanbevelingen om de algemene afhankelijkheid van fossiele brandstoffen te verminderen die in 2022 en 2023 tot Roemenië zijn gericht. Het helpt met name de transitie naar schone energie te versnellen, met name door sneller hernieuwbare energie in te zetten en de netcapaciteit te verbeteren zodat de nieuw gebouwde capaciteit op de markt kan opereren. Het helpt ook het tempo en de ambitie van energierenovaties te verhogen om de energie-efficiëntie van het gebouwenbestand te verbeteren, onder meer door betere toegang tot informatie en duurzame financieringsmogelijkheden te bieden. Tot slot draagt het bij tot de verstrekking en verwerving van de vaardigheden en competenties die nodig zijn voor de groene transitie (landspecifieke aanbevelingen 3 2022 en 3 2023).

Verwacht wordt dat geen enkele maatregel in deze component ernstige afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregelen en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (C (2023) 6454 final).

P.1.    Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor niet-terugbetaalbare financiële steun

Hervorming 1: Totstandbrenging van een wettelijk kader voor het gebruik van staatsgrond als gebieden voor versnelde investeringen in hernieuwbare energiebronnen

Deze hervorming is gericht op de invoering van specifieke gebieden voor het versnellen van hernieuwbare energie, met bijzonder korte en eenvoudige vergunningsprocedures, die voor nieuwe capaciteit niet langer dan zes maanden mogen duren, met uitzondering van projecten waarvoor volledige milieueffectbeoordelingsprocedures vereist zijn. Bij de hervorming worden passende instrumenten en datasets vastgesteld om vast te stellen op welke gebieden nieuwe installaties snel kunnen worden uitgerold om energie uit wind- en zonne-energie te produceren, met inachtneming van het beginsel „geen ernstige afbreuk doen”. Het gelijke speelveld voor publieke en particuliere investeerders wordt gewaarborgd door middel van een regelmatige openbare aanbesteding voor de concessies.

De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 31 december 2025 voltooid.

Investering 1: Opleiding voor vaardigheden op het gebied van groene energie

Het doel van deze maatregel is de investeringen in de productie van hernieuwbare energie aan te vullen door de vereiste vaardigheden en capaciteit van de werknemers in de energiesector te versterken, hetgeen nodig is om de vereiste verschuiving naar de uitrol van hernieuwbare energie te realiseren.

De opleidingsprogramma’s bestaan uit cursussen ter verbetering van de vaardigheden van de beroepsbevolking op het gebied van de productie van hernieuwbare energie. Deze investering moet ten minste 4 000 specialisten opleiden op het gebied van schone technologieën die hernieuwbare of duurzame energie gebruiken. Bovendien moeten negen beroepsnormen op het gebied van de productie van hernieuwbare energie voor specialisten en kwalificaties voor bouwvakkers voor de Roemeense classificatie van beroepen worden vastgesteld of geactualiseerd, op basis van een inventarisatie van de opleidingsbehoeften.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

Investering 2: Nieuwe capaciteit voor elektriciteitsopwekking uit hernieuwbare bronnen

Het doel van de investering is de installatie van nieuwe productiecapaciteit voor hernieuwbare energie door middel van een openbare aanbesteding. De investering moet de installatie van nieuwe capaciteit voor de productie van hernieuwbare energie van 950 MW bereiken door middel van een technologisch neutrale concurrerende openbare aanbesteding tussen verschillende technologieën (wind- en zonne-energie), zoals voorheen opgenomen in investering 1 van component C6 — Energie.

De investering moet voldoen aan de desbetreffende bijlagen bij Gedelegeerde Verordening (EU) (C (2021) 2800/3) van de Commissie uit hoofde van de taxonomieverordening (EU) (2020/852).

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2024 zijn voltooid.

Investering 3: Verbetering van de energie-efficiëntie van openbare gebouwen

Het doel van deze maatregel is het opschalen van as 2 — investeringen in openbare gebouwen voor een groene en veerkrachtige transitie — van investering 1 — oprichting van een renovatiegolf voor de financiering van werkzaamheden ter verbetering van de energie-efficiëntie van het bestaande gebouwenbestand — in het kader van component 5 — renovatiegolf. Door de uitbreiding van de maatregel wordt de oppervlakte van gerenoveerde openbare gebouwen met het oog op energie-efficiëntie met 466 510 m 2 verhoogdten opzichte van het basisscenario van 1 797 841 m 2 in hetkader van de bovengenoemde investering in component 5.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

Investering 4: Subsidiekaartregeling om de uitrol van hernieuwbare energie door huishoudens te versnellen

Deze investering is bedoeld om de uitrol en het gebruik van hernieuwbare energie te vergroten door huiseigenaren financiële steun te verlenen in de vorm van vouchers voor de installatie van nieuwe zonnepanelensystemen (met een nettocapaciteit van ten minste 3 kW) of elektriciteitsopslagsystemen (met een bruikbare opslagcapaciteit voor elektriciteit van ten minste 5 kWh), elk met een waarde van 5 000 EUR. Op zichzelf staande elektriciteitsopslagsystemen (met een bruikbare elektriciteitsopslagcapaciteit van ten minste 5 kW) komen alleen voor steun in aanmerking wanneer de huiseigenaren reeds eigenaar zijn van een zonnepanelensysteem (met een nettovermogen van ten minste 3 kW).

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2025 zijn voltooid.

Investering 5: Digitalisering, efficiëntie en modernisering van het nationale elektriciteitstransmissienetwerk

Het doel van de investering is de flexibiliteit van het elektriciteitsnet te vergroten en de knelpunten aan te pakken om de integratie van extra capaciteit voor de opwekking van hernieuwbare energie te versnellen en de veerkracht van het net te vergroten, en tegelijkertijd de cyberbeveiliging te versterken door middel van een betere capaciteit om op cyberaanvallen te reageren.

De investering bestaat uit drie subinvesteringen:

a)De eerste subinvestering is erop gericht het eigen elektriciteitsverbruik van Transelectrica in 29 onderstations met ten minste 50 % te verminderen ten opzichte van 2022 door de uitrol van niet op het net aangesloten zonnepanelensystemen die zijn gekleurd met elektriciteitsopslag in elektriciteitsonderstations in het hele elektriciteitstransmissiesysteem.

De uitvoering van deze subinvestering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

b)De tweede subinvestering voorziet in nieuwe digitale oplossingen en apparatuur om het gemiddelde aantal interventie-uren op het transmissienetwerk met 50 % te verminderen ten opzichte van 2022 en de aansluiting van nieuwe installaties voor hernieuwbare energie op het netwerk te vergemakkelijken.

De uitvoering van deze subinvestering moet uiterlijk op 31 december 2025 zijn voltooid.

c)De derde subinvestering heeft tot doel de cyberveerkracht van het netwerk van elektriciteitstransmissiesystemen te vergroten door het beheer van de netwerkbeveiliging (apparatuur en software) te verbeteren.

De uitvoering van deze subinvestering moet uiterlijk op 31 maart 2026 zijn voltooid.

P.2. Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor niet-terugbetaalbare financiële steun

Volgnummer

Meten

Mijlpaal 
/Streefcijfer

Naam

Kwalitatieve indicator (voor mijlpalen)

Kwantitatieve indicator
voor doelstelling

Tijd

Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling

Eenheid

Basislijn

Doelstelling

Kwartaal

Jaar

508

Hervorming 1. Totstandbrenging van een wettelijk kader voor het gebruik van staatsgrond als gebieden voor versnelde investeringen in hernieuwbare energiebronnen

Mijlpaal

Agentschap voor capaciteitsopbouw op het gebied van staatsdomeinen (ADS)

Geleverde apparatuur

KWARTAAL 1

2024

De volgende apparatuur moet aan het systeem voor geautomatiseerd rijden zijn geleverd:

1.    ten minste twee servers ter ondersteuning van het nieuwe presterende digitale systeem en vier laptops met de vereiste software (bv. Self-CAD, TopoLT, DIGI I Terra);

2.    ten minste vier drones met RTK-transmissiestations;

3.    ten minste vier emissievrije terreinvoertuigen.

509

Hervorming 1. Totstandbrenging van een wettelijk kader voor het gebruik van staatsgrond als gebieden voor versnelde investeringen in hernieuwbare energiebronnen

Mijlpaal

Inwerkingtreding van het rechtskader

Bepaling inzake inwerkingtreding

 

 

 

KWARTAAL 4

2024

De wijzigingen van de relevante primaire of secundaire wetgeving, met inbegrip van de handelingen van de nationale regelgevende instantie, treden in werking en voeren een specifiek regelgevings- en ondersteuningskader in voor de ontwikkeling en het gebruik van staatsgrond onder het bestuur van het State Domains Agency (ADS) als gebieden voor versnelde investeringen in hernieuwbare energiebronnen, met inbegrip van, maar niet beperkt tot:

1.aanwijzing van gebieden voor de versnelde uitrol van hernieuwbare energie op aangetast land dat niet voor de landbouw wordt gebruikt, met inbegrip van de beschikbare capaciteit om hernieuwbare energie te installeren;

2.minder wettelijke eisen en kortere, vereenvoudigde vergunningsprocedures, zodat de nieuwe capaciteit binnen zes maanden kan worden toegestaan;

3.digitalisering van de vergunningen.

510

Hervorming 1. Totstandbrenging van een wettelijk kader voor het gebruik van staatsgrond als gebieden voor versnelde investeringen in hernieuwbare energiebronnen

Mijlpaal

Opzetten van één nationaal register voor staatsgrond

Één nationaal register opgezet en operationeel

KWARTAAL 4

2024

Er wordt één nationaal register voor staatsgrond aangelegd en aangevuld met de relevante gegevens. Het land wordt ingedeeld op basis van duidelijke criteria voor de indeling en identificatie van de gebruikscategorieën van land, waaronder 84 000 hectare grond (vooraf aangemerkt als aangetaste/niet-productieve) grond die is aangewezen als versnellingsgebieden voor hernieuwbare energiebronnen, tenzij onafhankelijk pedologisch onderzoek bevestigt dat het niet geschikt is.

511

Hervorming 1. Totstandbrenging van een wettelijk kader voor het gebruik van staatsgrond als gebieden voor versnelde investeringen in hernieuwbare energiebronnen

Mijlpaal

Ondertekening van concessieovereenkomsten in de acceleratiegebieden

Ondertekening van contracten

KWARTAAL 4

2025

Na een eerste ronde van aanbestedingsprocedures worden grondconcessieovereenkomsten ondertekend voor de uitrol van nieuwe opwekkingscapaciteit uit hernieuwbare bronnen in de acceleratiegebieden.

512

Investering 1. Opleiding voor vaardigheden op het gebied van groene energie

Doel

Goedgekeurde beroepsnormen op het gebied van de productie van hernieuwbare energie

Beroepsnormen

9

KWARTAAL 4

2024

Er worden ten minste zeven nieuwe beroepsnormen vastgesteld en ten minste twee reeds goedgekeurde beroepsnormen worden herzien op basis van een inventarisatie van de opleidingsbehoeften.

513

Investering 1. Opleiding voor vaardigheden op het gebied van groene energie

Doel

Ten minste 4 000 werknemers die een opleiding op het gebied van de productie van hernieuwbare energie hebben voltooid

Aantal

0

4 000

KWARTAAL 2

2026

Ten minste 4 000 werknemers moeten een opleiding op het gebied van de productie van hernieuwbare energie hebben voltooid.

124

Investering 2. Nieuwe capaciteit voor elektriciteitsopwekking uit hernieuwbare bronnen

Mijlpaal

Tot opening van een aanbesteding voor projecten voor de productie van energie uit hernieuwbare bronnen (wind- en zonne-energie)

KWARTAAL 1

2022

Er wordteen aanbesteding gepubliceerd voor de selectie van projecten voor de productie van energie uit hernieuwbare bronnen (wind- en zonne-energie). De selectiecriteria waarborgen de naleving van de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (C (2023) 6454 final). De oproep staat open voor zowel kmo’s als grote investeerders.

125

Investering 2. Nieuwe capaciteit voor elektriciteitsopwekking uit hernieuwbare bronnen

Doel

Capaciteit geïnstalleerd uit hernieuwbare bronnen (wind- en zonne-energie)

Megawatt (MW)

0

950

KWARTAAL 4

2024

Ten minste 950 MW capaciteit uit hernieuwbare bronnen (wind- en zonne-energie) wordt besteld en op het net aangesloten, in overeenstemming met de voorwaarden van mijlpaal 124.

514

Investering 3. Verbetering van de energie-efficiëntie van openbare gebouwen

Doel

Voltooide energierenovaties van openbare gebouwen

Aantal (m²)

1 797 841

2 264 351

KWARTAAL 2

2026

Ten minste 2 264 351 m² aan openbare gebouwen moet zijn gerenoveerd in overeenstemming met de vereisten van mijlpalen 96 en 98.

515

Investering 4. Subsidiekaartregeling om de uitrol van hernieuwbare energie door huishoudens te versnellen

Mijlpaal

Lancering van de oproepen tot het indienen van projecten

Publicatie van de specificaties van de oproep

 

 

KWARTAAL 2

2024

De oproepen tot het indienen van projecten voor het gebruik van vouchers voor de installatie van zonnepanelen en systemen voor elektriciteitsopslag moeten online zijn gepubliceerd.

De vouchers zijn onderworpen aan selectiecriteria die bepalen dat elke voucher de installatie van nieuwe zonnepanelensystemen (met een nettocapaciteit van ten minste 3 kW) of elektriciteitsopslagsystemen (met een bruikbare opslagcapaciteit voor elektriciteit van ten minste 5 kWh) tot stand moet brengen. Op zichzelf staande elektriciteitsopslagsystemen komen alleen voor steun in aanmerking wanneer de huiseigenaren reeds eigenaar zijn van een zonnepanelensysteem (met een nettocapaciteit van ten minste 3 kW).

516

Investering 4. Subsidiekaartregeling om de uitrol van hernieuwbare energie door huishoudens te versnellen

Doel

Productiecapaciteit van huishoudens uit hernieuwbare zonne-energie en elektriciteitsopslagsystemen

Aantal

0

122 000

KWARTAAL 4

2025

Er moeten 122 000 vouchers zijn uitbetaald voor zonnepanelen en/of systemen voor elektriciteitsopslag.

517

Investering 5a. Installatie van zonnepanelen en installaties voor elektriciteitsopslag in elektriciteitscentrales van Transelectrica

Mijlpaal

Ondertekening van contracten

Ondertekende contracten

KWARTAAL 2

2025

Contracten voor de installaties van ten minste 11,25 MW geïnstalleerde zonnepanelencapaciteit en 5 MW opslag in 29 onderstations moeten zijn ondertekend.

518

Investering 5a. Installatie van zonnepanelen en installaties voor elektriciteitsopslag in elektriciteitsonderstations van Transelectrica

Doel

Vermindering van het jaarlijkse elektriciteitsverbruik

Jaarlijks elektriciteitsverbruik

GWh

18

9

KWARTAAL 2

2026

Het jaarlijkse elektriciteitsverbruik van de 29 onderstations van Transelectrica wordt verlaagd van 18 GWh in 2022 tot 9 GWh.

519

Investering 5b. Repowering SMART SA

Mijlpaal

Ondertekening van leveringscontracten

Ondertekende contracten

KWARTAAL 4

2023

Er moeten contracten zijn ondertekend voor de levering aan SMART en de installatie van i) apparatuur voor het onderhoud van transmissielijnen en onderstations (zoals meet- en regelapparatuur van elektriciteitsleidingen, transformatoren, isolaties, elektrische grond- en mobiele hoogwerkplatforms en -kranen) en ii) software voor de digitalisering van onderhoudsdiensten (zoals SCADA).

Alle voertuigen moeten emissievrij zijn.

520

Investering 5b. Repowering SMART SA

Doel

Gemiddelde lengte van interventies in het netwerk van de TSB

Percentage (%)

100 %

50 %

KWARTAAL 4

2024

De gemiddelde duur van interventies aan het netwerk van Transelectrica wordt met ten minste 50 % verminderd ten opzichte van 2022.

521

Investering 5c. Optimalisering van het communicatienetwerk en oprichting van een datacentrum — Teletrans SA

Mijlpaal

Ondertekening van leveringscontracten

Ondertekende contracten

KWARTAAL 4

2024

Contracten voor de levering van Teletrans met IT-apparatuur en software voor het opzetten van een nieuw datacentrum (zoals servers, routers, firewalls, power containers), netwerkverkeersanalyse (zoals een L2-7-verkeersanalysator; 4 SFP-havens; multimode-SFP en single-mode SFP-transceivers) en netwerkbeveiliging (zoals firewalls, PoE-schakelaars, distributierouters) moeten zijn ondertekend.

522

Investering 5c. Optimalisering van het communicatienetwerk en oprichting van een datacentrum — Teletrans SA

Mijlpaal

Voltooiing van een datacentrum

Datacentrum opgezet en operationeel

KWARTAAL 1

2026

Het datacentrum van Teletrans moet volledig operationeel zijn. Het datacentrum voldoet aan de „Europese gedragscode inzake energie-efficiëntie in datacentra”.

P.3. Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor de lening

Hervorming 2: Het opzetten van centrale aanspreekpunten (OSS) voor het verlenen van energieadviesdiensten voor energie-efficiëntierenovaties en energieproductie uit hernieuwbare bronnen voor prosumenten

Deze hervorming heeft tot doel speciale kantoren op te zetten die fungeren als centrale aanspreekpunten voor energieadviesdiensten voor renovaties op het gebied van energie-efficiëntie en de uitrol van nieuwe installaties voor de productie van energie uit hernieuwbare energiebronnen. De hervorming heeft tot doel huiseigenaren bewuster te maken van de voordelen van energie-efficiënte renovaties en de installatie van hernieuwbare energiebronnen, algemene informatie te verstrekken over de praktische aspecten en ondersteuningsmogelijkheden, en op die manier renovatiewerkzaamheden op het gebied van energie-efficiëntie en de installatie van hernieuwbare energiebronnen te vergemakkelijken. Bij de hervorming wordt ook een online contactpunt opgericht dat fungeert als centraal contactpunt voor het opstellen van de nodige documentatie voor energie-efficiëntierenovaties en de uitrol van hernieuwbare energiebronnen, met name voor energiearme en kwetsbare energieconsumenten.

De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 31 maart 2024 voltooid.

Investering 6: Proefproject voor de installatie van 20 MW drijvende zonnepanelen op irrigatiekanalen

Het doel van de investering is de installatie en aansluiting op het elektriciteitsnet van 20 MW van drijvende zonnepanelen op reeds gerenoveerde irrigatiekanalen (d.w.z. het netwerk van irrigatiekanalen van Gălățui — Călărași) die eigendom zijn van de staat. De investering wordt uitgevoerd door het Nationaal Agentschap voor landverbeteringen.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2025 zijn voltooid.

Investering 7: Subsidiekaartregeling om de energie-efficiëntie van huishoudens te verbeteren

Deze investering is bedoeld om de vraag naar primaire energie te verminderen door huiseigenaren financiële steun te verlenen in de vorm van vouchers om hun woning te renoveren ter verbetering van de energie-efficiëntie. Elke renovatie levert ten minste 30 % besparing op primaire energie ten opzichte van de toestand vóór de renovatie. Woningen die in de seismische risicoklassen RsI en RsII zijn ingedeeld, worden uitgesloten van de financiering van energie-efficiëntiemaatregelen. Alleen gebouwen in de energie-efficiëntiecategorieën G, F, E of D komen in aanmerking.

De investering wordt uitgevoerd op twee assen:

a.As I — gecombineerde renovatie op energie-efficiëntie en installatie van zonnepanelen op eengezinswoningen, alleen voor energiearme huishoudens en kwetsbare energieconsumenten. Elke renovatie op het gebied van energie-efficiëntie wordt aangevuld met de installatie van zonnepanelen met een nettocapaciteit van ten minste 3 kW, die op het net worden aangesloten. Vouchers zijn beperkt tot een maximale financiële bijdrage van 14 000 EUR voor de verbetering van de energie-efficiëntie, 5 000 EUR voor zonnepanelen en 1 200 EUR voor energieprestatiecertificaten en energie-audits.

b.As II — Energie-efficiëntie renovatie van eengezinswoningen. Vouchers zijn beperkt tot een maximale financiële bijdrage van 14 000 EUR voor de verbetering van de energie-efficiëntie en 100 EUR voor energieprestatiecertificaten.

De oproepen tot het indienen van voorstellen voor as II worden gelanceerd na de oproepen in het kader van as I. Ten minste 50 % van de begroting van de maatregel wordt toegewezen aan zwaartepunt I.

De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 augustus 2026 zijn voltooid.

P.4. Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor de lening

Volgnummer

Meten

Mijlpaal 
/Streefcijfer

Naam

Kwalitatieve indicator (voor mijlpalen)

Kwantitatieve indicator
voor doelstelling

Tijd

 

Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling

Eenheid

Basislijn

Doelstelling

Kwartaal

Jaar

523

Hervorming 2. Opzetten van centrale aanspreekpunten (OSS) voor het verlenen van energieadviesdiensten voor energie-efficiëntierenovaties en energieproductie uit hernieuwbare bronnen voor prosumenten

Mijlpaal

Inwerkingtreding van wetswijzigingen voor de oprichting en ontwikkeling van OSS-kantoren voor het verlenen van energieadviesdiensten

Bepaling inzake inwerkingtreding

KWARTAAL 1

2024

De wetgeving die voorziet in het rechtskader voor de oprichting en ontwikkeling van OSS-kantoren die energieadviesdiensten verlenen aan huiseigenaren, is in werking getreden.

Het bevat bepalingen waarin de taken, het bestuur en de financieringsstructuur van de OSS-kantoren worden gespecificeerd.

524

Hervorming 2. Opzetten van centrale aanspreekpunten (OSS) voor het verlenen van energieadviesdiensten voor energie-efficiëntierenovaties en energieproductie uit hernieuwbare bronnen voor prosumenten

Doel

Acties voor capaciteitsopbouw

Aantal

0

84

KWARTAAL 1

2024

84 OSS-personeel heeft een opleiding gekregen om verschillende rollen in de OSS-kantoren uit te voeren.

525

Hervorming 2. Opzetten van centrale aanspreekpunten (OSS) voor het verlenen van energieadviesdiensten voor energie-efficiëntierenovaties en energieproductie uit hernieuwbare bronnen voor prosumenten

Doel

Opening van fysieke OSS-kantoren

Aantal

0

42

KWARTAAL 1

2024

42 fysieke OSS-bureaus zijn operationeel en staan open voor burgers.

526

Investering 6. Proefproject voor de installatie van 20 MW drijvende zonnepanelen op irrigatiekanalen

Mijlpaal

Ondertekening van het (de) contract (en)

Ondertekend (e) contract (en)

 

 

 

KWARTAAL 2

2024

Het (de) contract (en) voor de installatie van ten minste 20 MW drijvende zonnepanelen op reeds gerenoveerde irrigatiekanalen moet (en) zijn ondertekend.

527

Investering 6. Proefproject voor de installatie van 20 MW drijvende zonnepanelen op irrigatiekanalen

Doel

20 MW geïnstalleerde capaciteit van in gebruik genomen en op het net aangesloten drijvende zonnepanelen

Megawatt (MW)

0

20

KWARTAAL 4

2025

Een capaciteit van ten minste 20 MW aan drijvende zonnepanelen op gerenoveerde irrigatiekanalen moet in gebruik zijn genomen en op het elektriciteitsnet zijn aangesloten.

528

Investering 7. Subsidiekaartregeling om de energie-efficiëntie van huishoudens te verbeteren

Mijlpaal

Lancering van oproepen tot het indienen van projecten

Publicatie van de specificaties van de oproep

 

 

KWARTAAL 2

2024

De oproepen tot het indienen van projecten voor de vouchers die worden gebruikt voor energie-efficiënte renovaties van woningen moeten online zijn gepubliceerd.

De vouchers zijn onderworpen aan selectiecriteria die bepalen dat elke renovatie ten minste 30 % besparing op primaire energie oplevert ten opzichte van de staat vóór de renovatie. Alleen gebouwen in de energie-efficiëntiecategorieën G, F, E of D komen in aanmerking.

De investering wordt uitgevoerd op twee assen:

-As I — waarvoor alleen energiearme huishoudens en kwetsbare energieconsumenten in aanmerking komen. In het kader van deze as worden in het kader van de investering subsidies verstrekt via vouchers aan huiseigenaren voor gecombineerde energie-efficiëntie-renovaties en installaties van zonnepanelen op eengezinswoningen.

In het kader van as I wordt elke renovatie op het gebied van energie-efficiëntie aangevuld met de installatie van zonnepanelen met een nettovermogen van ten minste 3 kW.

-Zwaartepunt II: — open voor alle huishoudens. In het kader van deze as worden in het kader van de investering subsidies verstrekt via vouchers aan huiseigenaren voor de uitvoering van energie-efficiëntierenovaties van woongebouwen met één gezin.

De oproepen in het kader van as II worden gelanceerd na die in het kader van as I.

Ten minste 50 % van het budget van de maatregel wordt toegewezen aan zwaartepunt I.

Woningen die in de seismische risicoklassen RsI en RsII zijn ingedeeld, worden uitgesloten van de financiering van energie-efficiëntiemaatregelen.

529

Investering 7. Subsidiekaartregeling om de energie-efficiëntie van huishoudens te verbeteren

Doel

Voltooide energierenovatie van woningen

Aantal woningen

0

33 000

KWARTAAL 3

2026

Ten minste 33 000 woningen moeten zijn gerenoveerd in overeenstemming met de eisen van stap 528.

1.1.Geraamde totale kosten van het plan voor herstel en veerkracht

De geraamde totale kosten van het herziene herstel- en veerkrachtplan van Roemenië bedragen 28 511 575 217 EUR.

2.DEEL 2: FINANCIËLE ONDERSTEUNING

2.1.Financiële bijdrage

De in artikel 2, lid 2, bedoelde tranches worden als volgt georganiseerd:

2.1.1.Eerste tranche (niet-terugvorderbare steun):

Volgnummer

Betrokken maatregel

(Hervorming of investering)

Mijlpaal/Doelstelling

Naam

146

C7.R2

Transitie naar de connectiviteitsdoelstellingen van de EU-2025 en stimulering van particuliere investeringen voor de uitrol van netwerken met zeer hoge capaciteit

M

Inwerkingtreding van de wet inzake de beveiliging van het 5G-netwerk

69

C4.R1

Duurzaam vervoer, decarbonisatie en verkeersveiligheid
Ontwikkeling van spoorweginfrastructuur en beheer van het spoorverkeer

M

Goedkeuring van de strategie voor de ontwikkeling van de spoorweginfrastructuur 2021-2025 en toepassing van het actieplan

113

C6.R1

Hervorming van de elektriciteitsmarkt, vervanging van steenkool in de energiemix en steun voor een wet- en regelgevingskader voor particuliere investeringen in de productie van hernieuwbare elektriciteit

T

Ontmanteling van kolengestookte elektriciteitsproductiecapaciteit

142

C7.R1

Ontwikkeling van een unitair kader voor het definiëren van de architectuur van een cloudsysteem van de overheid

M

Vastgestelde en operationele taskforce voor de uitvoering en monitoring van hervormingen en investeringen in digitale transformatie

150

C7.R3
Zorgen voor cyberbeveiliging van openbare en particuliere entiteiten die eigenaar zijn van kritieke waardeinfrastructuur

M

Vaststelling van de nationale cyberbeveiligingsstrategie 2021-2026

211

C8.R6

Hervorming van het openbare pensioenstelsel

M

Opdracht voor technische bijstand die wordt verleend door een entiteit die wordt geselecteerd overeenkomstig de nationale wetgeving inzake overheidsopdrachten

212

C8.R6

Hervorming van het openbare pensioenstelsel

M

Inwerkingtreding van een besluit van de minister tot instelling van een toezichtcomité dat belast is met de evaluatie, met ondersteuning van de verlener van technische bijstand, van het pensioenstelsel en de beleidsinterventies in het pensioenstelsel

220

C8.I2

Verbetering van de belasting- en belastingadministratieprocessen, onder meer door de invoering van geïntegreerd risicobeheer

T

Aantal kasregisters dat verbonden is met het IT-systeem van het Nationaal Agentschap voor Fiscale Administratie

366

C12.I1

Ontwikkeling van medische preziekenhuisinfrastructuur

M

Vaststelling van criteria voor het prioriteren van investeringen in geïntegreerde gemeenschapscentra

426

C14.R6

Intensivering van de strijd tegen corruptie

M

Inwerkingtreding van het regeringsbesluit tot goedkeuring van een nieuwe nationale corruptiebestrijdingsstrategie

450

C14.I5

Monitoring en uitvoering van het plan

M

Audit en controles: informatie voor het toezicht op de uitvoering van het herstel- en veerkrachtplan

451

C14.I5

Monitoring en uitvoering van het plan

M

Inwerkingtreding van een regeringsverordening tot uitvoering van het wettelijke mandaat van het ministerie van Investeringen en Europees Project (MIPE), het ministerie van Financiën en de auditautoriteit (AA)

462

C15.R3

Hervorming van het verplichte onderwijsstelsel om voortijdig schoolverlaten te voorkomen en terug te dringen

M

Inwerkingtreding van het regeringsbesluit tot vaststelling van de uitvoering van het nationaal programma ter bestrijding van voortijdig schoolverlaten

464

C15.I4

Ondersteuning van onderwijsinstellingen met een hoog risico op uitval

M

Openbare oproep tot het indienen van projecten ter ondersteuning van studenten bij de overgang van lager naar hoger secundair onderwijs, op basis van 5 indicatoren die zijn gedefinieerd in het mechanisme voor vroegtijdige waarschuwing in het onderwijs

Bedrag termijnbetaling

EUR 2 037 146 414



2.1.2.Tweede tranche (niet-terugbetaalbare steun):

Volgnummer

Betrokken maatregel

(Hervorming of investering)

Mijlpaal/Doelstelling

Naam

124

C6.I1

Nieuwe capaciteit voor elektriciteitsopwekking uit hernieuwbare bronnen

M

Tot opening van een aanbesteding voor projecten voor de productie van energie uit hernieuwbare bronnen (wind- en zonne-energie)

143

C7.R1

Ontwikkeling van een unitair kader voor het definiëren van de architectuur van een cloudsysteem van de overheid

M

Voltooide analyse van de opties voor de overheidscloudarchitectuur

191

C8.R1

Hervorming van het Nationaal Agentschap voor Fiscale Administratie (ANAF) door middel van digitalisering

M

Inwerkingtreding van het rechtskader voor de verplichte inschrijving van belastingplichtigen in SPV (Virtual Private Space)

195

C8.R1

Hervorming van het Nationaal Agentschap voor Fiscale Administratie (ANAF) door middel van digitalisering

M

Operationalisering/goedkeuring van het gezamenlijk actieplan van het Nationaal Agentschap voor Fiscale Administratie en Arbeidsinspectie om het fenomeen van grijze/zwarte werkontduiking te voorkomen en te beperken

213

C8.R6

Hervorming van het openbare pensioenstelsel

M

Inwerkingtreding van de wijzigingen van het regelgevingskader om de houdbaarheid van pijler 2-pensioenen te waarborgen

387

C13.R4

Invoering van werkkaarten en formalisering van het werk bij huishoudelijk personeel

M

Inwerkingtreding van de wetgeving en de uitvoeringsbepalingen daarvan voor het systeem van bonnen voor huishoudelijk personeel

401

C14.R1

Vergroting van de voorspelbaarheid en efficiëntie van besluitvormingsprocessen door versterking van de capaciteit voor beleidscoördinatie en effectbeoordeling op het niveau van de regering en de coördinerende ministeries, en door versterking van de instrumenten om de kwaliteit van openbare raadplegingen op alle bestuursniveaus te verbeteren

M

Inwerkingtreding van de methoden en procedures ter verbetering van de motivering van het overheidsbeleid en de planning en administratieve vereenvoudiging

404

C14.R1

Vergroting van de voorspelbaarheid en efficiëntie van besluitvormingsprocessen door versterking van de capaciteit voor beleidscoördinatie en effectbeoordeling op het niveau van de regering en de coördinerende ministeries, en door versterking van de instrumenten om de kwaliteit van openbare raadplegingen op alle bestuursniveaus te verbeteren

M

Inwerkingtreding van een wetgevingshandeling tot operationalisering van een structuur om de uitvoering van een doeltreffend regelgevingsmechanisme voor kwaliteitscontrole te waarborgen

421

C14.R5

De onafhankelijkheid van de rechterlijke macht waarborgen en de kwaliteit en efficiëntie ervan verbeteren

M

Inwerkingtreding van het regeringsbesluit tot goedkeuring van de strategie voor de ontwikkeling van de rechterlijke macht 2022-2025

430

C14.R6

Intensivering van de strijd tegen corruptie

M

Inwerkingtreding van de wet tot omzetting van de richtlijn inzake de bescherming van klokkenluiders

433

C14.R8

Hervorming van het nationale aanbestedingssysteem

M

Inwerkingtreding van de wijziging van de nationale wetgeving inzake rechtsmiddelen (Wet nr. 101/2016)

465

C15.I4

Ondersteuning van onderwijsinstellingen met een hoog risico op uitval

T

Onderwijsinstellingen waaraan de subsidieregeling is toegekend (perceel 1)

477

C15.R5

Vaststelling van het wetgevingskader voor de digitalisering van het onderwijs

M

Inwerkingtreding van het ministerieel besluit (MO) om normen te waarborgen voor het online uitrusten van scholen met technologische apparatuur en middelen voor educatieve doeleinden en om te zorgen voor een duurzaam effect van de voorgestelde investeringen

494

C15.R7

Hervorming van het bestuur van het pre-universitair onderwijs en professionalisering van het management

M

Ondertekening van het contract voor technische bijstand voor de ontwikkeling van het actieplan voor de hervorming van het bestuur, met inbegrip van het opleidings- en begeleidingsprogramma voor managers en inspecteurs

65

C4.R1

Duurzaam vervoer, decarbonisatie en verkeersveiligheid/verkeersveiligheid

M

Goedkeuring van de nationale verkeersveiligheidsstrategie

114

C6.R1

Hervorming van de elektriciteitsmarkt, vervanging van steenkool in de energiemix en steun voor een wet- en regelgevingskader voor particuliere investeringen in de productie van hernieuwbare elektriciteit

M

Inwerkingtreding van de decarbonisatiewet tot vaststelling van het tijdschema voor de uitfasering van steenkool/bruinkool

144

C7.R1

Ontwikkeling van een unitair kader voor het definiëren van de architectuur van een cloudsysteem van de overheid

M

Inwerkingtreding van de wet inzake de governance van clouddiensten voor de overheid

145

C7.R1

Ontwikkeling van een unitair kader voor het definiëren van de architectuur van een cloudsysteem van de overheid

M

Inwerkingtreding van de interoperabiliteitswet

153

C7.I1
Uitrol van de cloudinfrastructuur van de overheid

M

Ondertekening van het contract voor de uitvoering van de investering op basis van de aanbestedingsprocedure voor de uitvoering van de investering

147

C7.R2
Transitie naar de connectiviteitsdoelstellingen van de EU voor 2025 en stimulering van particuliere investeringen voor de uitrol van netwerken met zeer hoge capaciteit

M

Bekendmaking van de aanbesteding voor de machtiging van telecommunicatie-exploitanten om 5G-licenties te verlenen

200

C8.R3

Verbetering van het begrotingsprogrammeringsmechanisme

M

Inwerkingtreding van het regeringsbesluit tot goedkeuring van de methodologie voor het opstellen, monitoren en rapporteren van de begrotingsprogramma’s

355

C12.R2

Grotere capaciteit om te investeren in gezondheidsinfrastructuur

M

Inwerkingtreding van het wetgevingskader tot oprichting van het Nationaal Agentschap voor de ontwikkeling van infrastructuur op gezondheidsgebied (ANDIS)

356

C12.R3

Meer capaciteit voor gezondheidsbeheer en personele middelen op het gebied van gezondheid

M

Inwerkingtreding van het wetgevingskader voor de vergroting van de capaciteit voor gezondheidsbeheer en menselijke hulpbronnen in de gezondheidszorg

357

C12.R3

Meer capaciteit voor gezondheidsbeheer en personele middelen op het gebied van gezondheid

M

Inwerkingtreding van wetgeving voor het strategisch kader voor de ontwikkeling van het menselijk potentieel in de gezondheidszorg

413

C14.R2

Versterking van de coördinatie in het centrum van de overheid door middel van een geïntegreerde en coherente aanpak van initiatieven op het gebied van klimaatverandering en duurzame ontwikkeling

M

Operationalisering van een interinstitutioneel klimaatcomité

422

C14.R5

De onafhankelijkheid van de rechterlijke macht waarborgen en de kwaliteit en efficiëntie ervan verbeteren

M

Inwerkingtreding van de wet tot wijziging van de bevoegdheden van het nationaal agentschap voor het beheer van in beslag genomen activa

456

C15-I1

Bouw, uitrusting en operationalisering van 110 crèches

M

Ondertekening van contracten met publieke exploitanten (gemeenten) voor de bouw, uitrusting en operationalisering van 110 crèches

478

C15.R5

Vaststelling van het wetgevingskader voor de digitalisering van het onderwijs

M

Inwerkingtreding van de wet met het profiel van de toekomstige leraar digitale competentie en de manier waarop digitale competentie kan worden beoordeeld in schoolexamens

485

C15.R6
Geactualiseerd regelgevingskader om te zorgen voor milieuvriendelijke normen op het gebied van ontwerp, bouw en dotatie in het preuniversitaire onderwijs

M

Inwerkingtreding van wijzigingen van het wetgevingskader om de kwaliteit van leeromgevingen te verbeteren

Bedrag termijnbetaling

EUR 2 147 491 242

2.1.3.Derde tranche (niet-terugvorderbare steun):

Volgnummer

Betrokken maatregel

(Hervorming of investering)

Mijlpaal/Doelstelling

Naam

22

C2.R1

Hervorming van de systemen voor bosbeheer en governance door de ontwikkeling van een nieuwe nationale bosstrategie en latere wetgeving

M

Goedkeuring van de nationale bosstrategie 2020-2030

23

C2.R1

Hervorming van de systemen voor bosbeheer en governance door de ontwikkeling van een nieuwe nationale bosstrategie en latere wetgeving

M

Inwerkingtreding van gewijzigde ministeriële verordeningen tot vaststelling van bindende regels voor bebossing en herbebossing als bedoeld in de nationale bosstrategie 2020-2030

148

C7.R2

Transitie naar de connectiviteitsdoelstellingen van de EU-2025 en stimulering van particuliere investeringen voor de uitrol van netwerken met zeer hoge capaciteit

M

Aanbevelingen uit de EU-toolbox voor connectiviteit worden uitgevoerd

149

C7.R2

Transitie naar de connectiviteitsdoelstellingen van de EU voor 2025 en stimulering van particuliere investeringen voor de uitrol van netwerken met zeer hoge capaciteit

M

Toewijzing van gebruiksrechten voor radiospectrum

152

C7.R4

Vergroting van de digitale competentie voor overheidsdiensten en digitaal onderwijs gedurende het hele leven voor burgers

M

Inwerkingtreding van het ministerieel besluit van de minister van Arbeid en de voorzitter van het Nationaal Instituut voor de Statistiek voor de definitie van nieuwe digitale beroepen in de classificatie van beroepen (COR)

384

C13.R3

Uitvoering van het minimuminkomen voor inclusie (Minimum Inclusion Income — VMI)

M

Inwerkingtreding van de wet tot goedkeuring van de uitvoeringsbepalingen voor de toepassing van VMI

410

C14.R1

Vergroting van de voorspelbaarheid en efficiëntie van besluitvormingsprocessen door versterking van de capaciteit voor beleidscoördinatie en effectbeoordeling op het niveau van de regering en de coördinerende ministeries, en door versterking van de instrumenten om de kwaliteit van openbare raadplegingen op alle bestuursniveaus te verbeteren

M

Inwerkingtreding van richtsnoeren voor passend gebruik en handhaving van het enig register voor transparantie van belangen (RUTI)

411

C14.R1

Vergroting van de voorspelbaarheid en efficiëntie van besluitvormingsprocessen door versterking van de capaciteit voor beleidscoördinatie en effectbeoordeling op het niveau van de regering en de coördinerende ministeries, en door versterking van de instrumenten om de kwaliteit van openbare raadplegingen op alle bestuursniveaus te verbeteren

M

Inwerkingtreding van de methode voor het gebruik van noodverordeningen

412

C14.R1

Vergroting van de voorspelbaarheid en efficiëntie van besluitvormingsprocessen door versterking van de capaciteit voor beleidscoördinatie en effectbeoordeling op het niveau van de regering en de coördinerende ministeries, en door versterking van de instrumenten om de kwaliteit van openbare raadplegingen op alle bestuursniveaus te verbeteren

M

Inwerkingtreding van de wetswijzigingen om ervoor te zorgen dat de volledige tekst van de wetten na wijzigingen wordt bekendgemaakt

470

C15.R4

Totstandbrenging van een volledig beroepstraject voor hoger technisch onderwijs

M

Inwerkingtreding van het regeringsbesluit tot goedkeuring van de methode voor de organisatie van de volledige duale route en de nieuwe kwalificaties die voortvloeien uit de volledige duale route

489

C15.I11

Voorzieningen voor kleuterscholen en schoollaboratoria/workshops

M

Opening van een aanbesteding voor de installatie van klaslokalen met meubilair

490

C15.I11

Voorzieningen voor kleuterscholen en schoollaboratoria/workshops

M

Tot opening van een aanbesteding voor de uitrusting van wetenschappelijke laboratoria/kasten

66

C4.R1.

Duurzaam vervoer, decarbonisatie en verkeersveiligheid/verkeersveiligheid

M

Inwerkingtreding van de verkeersveiligheidswetgeving — wetgeving inzake toezicht, handhaving en sancties op verkeersveiligheidsovertredingen

72

C4.I1.

Modernisering en vernieuwing van de spoorweginfrastructuur

M

Ondertekening van contracten voor 50 % van de werkzaamheden in verband met modernisering, modernisering en vernieuwing van spoorweginfrastructuur

115

C6.R1

Hervorming van de elektriciteitsmarkt, vervanging van steenkool in de energiemix en steun voor een wet- en regelgevingskader voor particuliere investeringen in de productie van hernieuwbare elektriciteit

T

Buitenbedrijfstelling van bruinkoolcentrales

121

C6.R3

Verbetering van de corporate governance van staatsbedrijven in de sector

M

Verbetering van de corporate governance van staatsbedrijven in de energiesector

151

C7.R3

Zorgen voor cyberbeveiliging van openbare en particuliere entiteiten die eigenaar zijn van kritieke waardeinfrastructuur

M

Inwerkingtreding van de Roemeense wet inzake defensie en cyberbeveiliging

192

C8.R1

Hervorming van het Nationaal Agentschap voor Fiscale Administratie (ANAF) door middel van digitalisering

T

Bijkomende rechtspersonen die belastingplichtigen zijn ingeschreven bij SPV

193

C8.R1

Hervorming van het Nationaal Agentschap voor Fiscale Administratie (ANAF) door middel van digitalisering

M

Inwerkingtreding van het toepasselijke rechtskader tot vaststelling van de risicocriteria voor de classificatie van belastingplichtigen. Het rechtskader wordt goedgekeurd door middel van een besluit van de voorzitter van het ANAF.

194

C8.R1

Hervorming van het Nationaal Agentschap voor Fiscale Administratie (ANAF) door middel van digitalisering

M

Inwerkingtreding van het gewijzigde rechtskader op het gebied van de werkzaamheden van de belastingcontrole-instanties

199

C8.R3

Verbetering van het begrotingsprogrammeringsmechanisme

M

Inwerkingtreding van het gewijzigde regelgevingskader om te zorgen voor een meerjarige begrotingsplanning voor de belangrijke publieke investeringsprojecten en een evaluatie achteraf van de uitgaventoetsingen door de begrotingsraad te laten uitvoeren

205

C8.R4

Herziening van het belastingkader

M

Analyse van het Roemeense belastingstelsel met als doel aanbevelingen op te stellen om ervoor te zorgen dat het belastingstelsel bijdraagt tot de bevordering en het behoud van duurzame economische groei

206

C8.R4

Herziening van het belastingkader

M

Inwerkingtreding van wijzigingen van het belastingwetboek waardoor het toepassingsgebied van de bijzondere belastingregeling voor micro-ondernemingen geleidelijk wordt beperkt

215

C8.R6

Hervorming van het openbare pensioenstelsel

M

Inwerkingtreding van het wetgevingskader voor de vermindering van de uitgaven voor speciale pensioenen

221

C8.I2

Verbetering van de belasting- en belastingadministratieprocessen, onder meer door de invoering van geïntegreerd risicobeheer

T

Aantal kasregisters dat verbonden is met het IT-systeem van het Nationaal Agentschap voor Fiscale Administratie

222

C8.I2

Verbetering van de belasting- en belastingadministratieprocessen, onder meer door de invoering van geïntegreerd risicobeheer

T

Aandeel van het aantal controles op stukken dat is gerapporteerd over de totale door de belastingdienst uitgevoerde controles — 30 %

230

C8.I4

Invoering van elektronische douane

T

Verbeterde hardware- en software-infrastructuur

288

C10.R1

Totstandbrenging van een kader voor duurzame stedelijke mobiliteit

M

Inwerkingtreding van wetgeving op het gebied van duurzame stedelijke mobiliteit

289

C10.R1

Totstandbrenging van een kader voor duurzame stedelijke mobiliteit

M

Inwerkingtreding van het ministerieel besluit tot instelling van een structuur voor het verlenen van technische bijstand voor de ontwikkeling van duurzame stedelijke mobiliteitsplannen (SUMP’s), vastgesteld en operationeel

294

C10.I1

Duurzame stedelijke mobiliteit

M

Ondertekening van contracten voor de vernieuwing van het openbaar vervoer (aanschaf van schone voertuigen)

298

C10.I1

Duurzame stedelijke mobiliteit

M

Ondertekening van contracten voor de levering van ITS/andere ICT-infrastructuur

301

C10.I1

Duurzame stedelijke mobiliteit

M

Ondertekening van contracten voor de bouw van oplaadpunten voor elektrische voertuigen

351

C12.R1

Grotere capaciteit voor het beheer van de volksgezondheidsfondsen

M

Inwerkingtreding van het ministerieel besluit voor de prestatie- en kwaliteitsindicatoren die moeten worden gebruikt voor de selectie van de medische eenheden die in aanmerking komen voor het Fonds voor de kwaliteit van de gezondheid

358

C12.R3

Meer capaciteit voor gezondheidsbeheer en personele middelen op het gebied van gezondheid

M

Ontwikkeling van het menselijk potentieel in de gezondheidszorg

378

C13. R1

Een nieuw rechtskader creëren om te voorkomen dat kinderen van hun familie worden gescheiden

M

Inwerkingtreding van een wetgevingshandeling die nodig is om te voorkomen dat kinderen van het gezin worden gescheiden en dat kwetsbare gezinnen worden ondersteund

380

C13. R2

Hervorming van het beschermingsstelsel voor volwassenen met een handicap

M

Inwerkingtreding van de wetgevingshandeling voor de uitvoering en operationalisering van de Gids voor het versnellen van het proces van de-institutionalisering

381

C13. R2

Hervorming van het beschermingsstelsel voor volwassenen met een handicap

M

Inwerkingtreding van wetgeving ter ondersteuning van de uitvoering van de vastgestelde nationale strategie ter voorkoming van institutionalisering

424

C14.R5

De onafhankelijkheid van de rechterlijke macht waarborgen en de kwaliteit en efficiëntie ervan verbeteren

M

Wijziging van het wetboek van strafrecht en het wetboek van strafvordering

439

C14.R9

Verbetering van het procedurele kader voor de toepassing van de beginselen van corporate governance in staatsbedrijven

M

Inwerkingtreding van geactualiseerde wetgeving voor staatsbedrijven

440

C14.R9

Verbetering van het procedurele kader voor de toepassing van de beginselen van corporate governance in staatsbedrijven

M

Operationalisering van de taskforce bij het regeringscentrum voor beleidscoördinatie en monitoring op het gebied van corporate governance

449

C14.I4

Vergroting van de capaciteit van maatschappelijke organisaties om actief burgerschap te bevorderen, om professioneel deel te nemen aan de planning en uitvoering van overheidsbeleid inzake sociale rechten dat in het nationale herstel- en veerkrachtplan aan bod komt, en om de daarmee verband houdende hervormingen te monitoren

M

Inwerkingtreding van wetgeving inzake de sociale dialoog, die voorziet in een zinvolle en tijdige sociale dialoog en collectieve onderhandelingen, in overeenstemming met de aanbevelingen van de IAO

453

C15.R2

Unitair, inclusief en hoogwaardig systeem voor voor- en vroegschoolse educatie

M

— Inwerkingtreding van het ministerieel besluit tot vaststelling van het sectoroverschrijdend kaderprogramma

— Inwerkingtreding van de MVO tot regeling van de oprichting, organisatie en werking van aanvullende voorzieningen voor voor- en vroegschoolse educatie

463

C15.R3

Hervorming van het verplichte onderwijsstelsel om voortijdig schoolverlaten te voorkomen en terug te dringen

M

Inwerkingtreding van het ministerieel besluit (MO) voor het gebruik van het MATE-instrument op nationaal niveau

Bedrag termijnbetaling

EUR 1 858 678 580



2.1.4.Vierde tranche (niet-terugvorderbare steun):

Volgnummer

Betrokken maatregel

(Hervorming of investering)

Mijlpaal/Doelstelling

Naam

207

C8.R4

Herziening van het belastingkader

M

Inwerkingtreding van

- Wijzigingen van het belastingwetboek (Wet nr.227/2015) om andere fiscale stimulansen te verminderen en/of af te schaffen met als doel het belastingstelsel te vereenvoudigen en doeltreffender, transparanter en eerlijker te maken tegen 2024

- Wetgeving om de groene belasting uit te breiden

214

C8.R6

Hervorming van het openbare pensioenstelsel

M

Inwerkingtreding van de nieuwe pensioenwet, die de bepalingen van wet nr. 127/2019 vervangt

458

C15.I2

Opzetten, uitrusten en operationaliseren van 412 aanvullende diensten voor kansarme groepen

M

Ondertekening van contracten voor het opzetten, uitrusten en operationeel maken van aanvullende diensten voor kansarme groepen

469

C15.I5

Opleidingen voor gebruikers van het Roemeense geïntegreerde onderwijsinformatiesysteem (SIIIR) en het IT-instrument van het mechanisme voor vroegtijdige waarschuwing (MATE) en systemische interventies om voortijdig schoolverlaten terug te dringen

T

Gebruikers van het Roemeense geïntegreerd informatiesysteem voor onderwijs (SIIR) en het IT-instrument MATE zijn opgeleid

24

C2.R1

Hervorming van de systemen voor bosbeheer en governance door de ontwikkeling van een nieuwe nationale bosstrategie en latere wetgeving

M

Inwerkingtreding van de wetgevingshandelingen tot wijziging en aanvulling van de bestaande wetgeving inzake bossen

122

C6.R2

Verbetering van de corporate governance van staatsbedrijven in de energiesector

M

Lijst van ten minste 15 % van Hidroelectrica voltooid

59

C4.R1

Duurzaam vervoer, decarbonisatie en verkeersveiligheid
Het koolstofvrij maken van de weg volgens het beginsel „de vervuiler betaalt”

M

Inwerkingtreding van de wet voor de invoering van een nieuwe op afstand gebaseerde heffingsregeling voor zware bedrijfsvoertuigen (vrachtwagens) en hogere eigendomsbelastingen voor de meest vervuilende personenvoertuigen (auto’s/bussen/touringcars) op basis van het beginsel „de vervuiler betaalt” en het beginsel van groene belastingen

71

C4.R1

Duurzaam vervoer, decarbonisatie en verkeersveiligheid/Scheepvaartstrategie

M

Goedkeuring van de scheepvaartstrategie

76

C4.I2

Rollend spoorwegmaterieel

M

Ondertekening van contracten na openbare en openbare aanbestedingen

116

C6.R1

Hervorming van de elektriciteitsmarkt, vervanging van steenkool in de energiemix en steun voor een wet- en regelgevingskader voor particuliere investeringen in de productie van hernieuwbare elektriciteit

M

Inwerkingtreding van de nieuwe energiewet

158

C7.I3

Ontwikkeling van e-gezondheid en telegeneeskunde

T

Instellingen voor volksgezondheid gedigitaliseerd

163

C7.I4

Digitalisering van de rechterlijke macht

M

Virtualisering en centralisatie van bedrijfstoepassingen

172

C7. I7

Invoering van de elektronische formulieren voor overheidsopdrachten

M

Invoering van nationale elektronische formulieren in openbare aanbestedingsprocedures in overeenstemming met de EU-wetgeving

201

C8.R3

Verbetering van het begrotingsprogrammeringsmechanisme

M

Voltooiing van de uitgaventoetsing in de sectoren gezondheidszorg en onderwijs

202

C8.R3

Verbetering van het begrotingsprogrammeringsmechanisme

M

Vaststelling van een meerjarenstrategie en tijdschema voor een systematische evaluatie van de uitgaven in alle sectoren

219

C8.I2

Verbetering van de belasting- en belastingadministratieprocessen, onder meer door de invoering van geïntegreerd risicobeheer

T

Opleiding van het personeel over het risicomanagementsysteem

227

C8.I3

Zorgen voor de capaciteit om te reageren op huidige en toekomstige uitdagingen op het gebied van informatie, onder meer in de context van de pandemie, door middel van de digitale transformatie van het ministerie van Financiën/het nationaal agentschap voor belastingadministratie

M

Modernisering van de hardware- en software-infrastructuur en van de ondersteunende infrastructuur voor de levering van elektronische diensten aan belastingbetalers

228

C8.I3

Zorgen voor de capaciteit om te reageren op huidige en toekomstige uitdagingen op het gebied van informatie, onder meer in de context van de pandemie, door middel van de digitale transformatie van het ministerie van Financiën/het nationaal agentschap voor belastingadministratie

M

Verhoogde cyberbeveiliging van het computersysteem van het ministerie van Financiën en ANAF

229

C8.I3

Zorgen voor de capaciteit om te reageren op huidige en toekomstige uitdagingen op het gebied van informatie, onder meer in de context van de pandemie, door middel van de digitale transformatie van het ministerie van Financiën/het nationaal agentschap voor belastingadministratie

T

80 % van de IT-hardware- en software-infrastructuur is niet ouder dan 4 jaar

352

C12.R1

Grotere capaciteit voor het beheer van de volksgezondheidsfondsen

M

Inwerkingtreding van het regeringsbesluit voor een nieuw modelraamcontract betreffende de voorwaarden voor de toekenning van medische bijstand, geneesmiddelen en medische hulpmiddelen, hulpmiddelen en technologieën in het kader van het ziektekostenverzekeringsstelsel

367

C12.I1

Ontwikkeling van medische preziekenhuisinfrastructuur

T

Praktijken van huisartsen of verenigingen van eerstelijnszorg die zijn uitgerust of gerenoveerd, waarbij prioriteit wordt gegeven aan praktijken in gemarginaliseerde regio’s en gemeenten

368

C12.I1

Ontwikkeling van medische preziekenhuisinfrastructuur

T

Mobiele medische eenheden uitgerust voor screening op borst- en baarmoederhalskanker

393

C13. I1

Oprichting van een netwerk van dagcentra voor kinderen die het risico lopen gescheiden te worden

M

Het in kaart brengen van de behoeften, beschikbare diensten en infrastructuurvoorzieningen voor kinderen die het risico lopen te worden gescheiden van gezinnen, met name in kwetsbare gemeenschappen

402

C14.R1

Vergroting van de voorspelbaarheid en efficiëntie van besluitvormingsprocessen door versterking van de capaciteit voor beleidscoördinatie en effectbeoordeling op het niveau van de regering en de coördinerende ministeries, en door versterking van de instrumenten om de kwaliteit van openbare raadplegingen op alle bestuursniveaus te verbeteren

M

In alle ministeries is een nieuw systeem voor strategisch beheer en strategische planning operationeel

416

C14.R3

Ontwikkeling van de prestaties van het personeelsbeheer in de overheidssector

M

Analyse achteraf van het (proef-) nationale vergelijkend onderzoek voor de selectie van twee categorieën ambtenaren bij de centrale overheid

420

C14.R4

Ontwikkeling van een eerlijk unitair beloningssysteem in de overheidssector

M

Inwerkingtreding van het nieuwe rechtskader voor de bezoldiging van ambtenaren

423

C14.R5

De onafhankelijkheid van de rechterlijke macht waarborgen en de kwaliteit en efficiëntie ervan verbeteren

M

Inwerkingtreding van de „wetten inzake het justitiële stelsel” (wetten inzake de status van magistraten, rechterlijke organisatie, Hoge Raad voor de magistratuur)

429

C14.R6

Intensivering van de strijd tegen corruptie

T

Bezetting van 85 % van de functies van openbaar aanklager van het nationale directoraat voor corruptiebestrijding

434

C14.R8

Hervorming van het nationale aanbestedingssysteem

M

Inwerkingtreding van de strategie inzake overheidsopdrachten, met inbegrip van horizontale maatregelen ter ondersteuning van de uitvoering van het nationale herstel- en veerkrachtplan

441

C14.R9

Verbetering van het procedurele kader voor de toepassing van de beginselen van corporate governance in staatsbedrijven

M

Publicatie van het monitoringdashboard met financiële en niet-financiële doelstellingen en prestatie-indicatoren voor alle categorieën overheidsbedrijven (met inbegrip van belangrijke sectoren zoals vervoer, energie, openbare nutsbedrijven)

Bedrag termijnbetaling

EUR 1 003 031 904

2.1.5.Vijfde tranche (niet-terugvorderbare steun):

Volgnummer

Betrokken maatregel

(Hervorming of investering)

Mijlpaal/Doelstelling

Naam

123

C6.R3

Groene budgettering

M

Afronding en toepassing van een methode voor groene begrotingsplanning

452

C15.R1

Uitwerking en goedkeuring van het wetgevingspakket voor de uitvoering van het project "Educated Romania

M

Inwerkingtreding van het wetgevingspakket voor de uitvoering van het project „Educated Romania”

25

C2.I1

Nationale campagne voor bebossing en herbebossing, met inbegrip van stedelijke bossen

T

Nieuwe gebieden bebost of herbebost land

27

C2.I1

Nationale campagne voor bebossing en herbebossing, met inbegrip van stedelijke bossen

T

Nieuwe stedelijke bosgebieden gecreëerd

73

C4.I1

Modernisering en vernieuwing van de spoorweginfrastructuur

M

Ondertekening van contracten voor 100 % van de werkzaamheden in verband met modernisering, modernisering en vernieuwing van spoorweginfrastructuur

117

C6.R1

Hervorming van de elektriciteitsmarkt, vervanging van steenkool in de energiemix en steun voor een wet- en regelgevingskader voor particuliere investeringen in de productie van hernieuwbare elektriciteit

M

Ondertekening van contracten voor verschillen voor hernieuwbare bronnen

203

C8.R3

Verbetering van het begrotingsprogrammeringsmechanisme

M

De ontwerpbegroting omvat de resultaten van uitgavenanalyses op het gebied van gezondheid en onderwijs.

216

C8.I1

Het vergemakkelijken van de naleving door belastingplichtigen door de ontwikkeling van digitale diensten

M

Digitale diensten en kritieke elektronische systemen zijn operationeel

231

C8.I4

Invoering van elektronische douane

M

Gunning van een opdracht voor nieuwe IT-systemen voor de douane

234

C8.I5

Verbetering van het begrotingsprogrammeringsmechanisme

M

Actualisering van de IT-toepassing BUGET_NG.

235

C8.I6

Instrument voor economische modellering (toolkit voor pensioenhervormingsopties) ter verbetering van de institutionele capaciteit om pensioenuitgaven te voorspellen

M

Instrument voor economische modellering (model van simulatie-toolkit voor pensioenhervormingen)

236

C8.I6

Instrument voor economische modellering (toolkit voor pensioenhervormingsopties) ter verbetering van de institutionele capaciteit om pensioenuitgaven te voorspellen

T

Uitbreiding van het team van 1 tot 8 deskundigen en verbetering van de capaciteit van structurele pensioenhervormingen op middellange en lange termijn door 8 mensen een opleiding te geven om gebruik te maken van het toolkit voor pensioenhervormingsopties

239

C8.I9

Ondersteuning van de beoordeling van pensioendossiers

M

Alle herberekende pensioendossiers

359

C12.R3

Meer capaciteit voor gezondheidsbeheer en personele middelen op het gebied van gezondheid

M

Inwerkingtreding van een besluit van de minister van Volksgezondheid tot instelling van een kader voor gedifferentieerde erkenning van professionele verdiensten en beloning van gezondheidswerkers

364

C12.R3

Meer capaciteit voor gezondheidsbeheer en personele middelen op het gebied van gezondheid

M

Inwerkingtreding van het gezamenlijk besluit van het ministerie van Volksgezondheid en het Nationaal Zorgverzekeringsfonds (CNAS) voor een mechanisme voor het prioriteren van begrotingstoewijzingen door het ministerie van Volksgezondheid en het Nationaal Zorgverzekeringsfonds (CNAS)

397

C13.I3

Operationalisering van de invoering van werkkaarten voor huishoudelijk personeel

M

Ingebruikneming van een functioneel digitaal platform voor het gebruik van vouchers voor huishoudelijk personeel

417

C14.R3

Ontwikkeling van de prestaties van het personeelsbeheer in de overheidssector

M

Voltooiing van ten minste twee nationale vergelijkende onderzoeken voor de aanwerving van ambtenaren voor ten minste 3 ambtenarencategorieën/rangen per jaar

436

C14.R8

Hervorming van het nationale aanbestedingssysteem

T

Gespecialiseerde opleiding op het gebied van overheidsopdrachten

437

C14.R8

Hervorming van het nationale aanbestedingssysteem

M

Het elektronisch systeem voor overheidsopdrachten (SEAP) is onderling verbonden en interoperabel met andere databanken

442

C14.R9

Verbetering van het procedurele kader voor de toepassing van de beginselen van corporate governance in staatsbedrijven

T

Vermindering van de tijdelijke/tijdelijke benoemingen in de raad van bestuur met 50 % voor staatsbedrijven op centraal niveau

444

C14.R9

Verbetering van het procedurele kader voor de toepassing van de beginselen van corporate governance in staatsbedrijven

T

Vermindering van de tijdelijke/tijdelijke benoemingen in de raad van bestuur met 10 % voor staatsbedrijven op lokaal niveau

508

C16.R1

Totstandbrenging van een wettelijk kader voor het gebruik van staatsgrond als gebieden voor versnelde investeringen in hernieuwbare energiebronnen

M

Agentschap voor capaciteitsopbouw op het gebied van staatsdomeinen (ADS)

519

C16.I5b

Repowering SMART SA

M

Ondertekening van leveringscontracten

353

C12.R1

Grotere capaciteit voor het beheer van de volksgezondheidsfondsen

Mijlpaal

Inwerkingtreding van de wetswijziging die nodig is om de resultaten van de evaluatie van de begrotingsuitgaven in het begrotingsproces op te nemen

459

C15.I2

Opzetten, uitrusten en operationaliseren van 412 aanvullende diensten voor kansarme groepen

T

Aanvullende diensten opgezet, uitgerust en operationeel

60

C4.R1

Duurzaam vervoer, decarbonisatie en verkeersveiligheid

Het koolstofvrij maken van de weg volgens het beginsel „de vervuiler betaalt”

M

Inwerkingtreding van de wet ter bevordering van het gebruik van schone voertuigen en programma’s voor de vernieuwing van het wagenpark door binnenlandse gebruikers, particuliere bedrijven en openbare instellingen

392

C13.R5

Zorgen voor de vaststelling van minimumlonen

M

Inwerkingtreding van de verordening betreffende het nieuwe systeem voor de vaststelling van minimumlonen

360

C12.R3

Meer capaciteit voor gezondheidsbeheer en personele middelen op het gebied van gezondheid

T

Bouwen en volledig uitrusten van 2 nieuwe centra voor de ontwikkeling van vaardigheden voor personeel in de openbare gezondheidszorg

385

C13.R3

Uitvoering van het minimuminkomen voor inclusie (Minimum Inclusion Income — VMI)

T

Aantal extra in aanmerking komende gezinsleden van de verbeterde regeling

374

C12.I1

Ontwikkeling van medische preziekenhuisinfrastructuur

T

Toename van preventieve raadplegingen

375

C12.I2

Ontwikkeling van openbare ziekenhuisinfrastructuur

T

Openbare ziekenhuizen met uitrusting en materiaal om het risico op infecties te verminderen

460

C15.I3

Ontwikkeling van het kaderprogramma voor de permanente opleiding van professionals op het gebied van voor- en vroegschoolse educatie

T

Opgeleide opleiders op het gebied van leerplannen en monitoring

479

C15.R5

Vaststelling van het wetgevingskader voor de digitalisering van het onderwijs

M

Inwerkingtreding van de wet tot vaststelling van het nationale referentiekader voor digitale vaardigheden voor preuniversitair onderwijs

491

C15.I11

Voorzieningen voor kleuterscholen en schoollaboratoria/workshops

T

Preuniversitaire klaslokalen met meubilair

492

C15.I11

Voorzieningen voor kleuterscholen en schoollaboratoria/workshops

T

Laboratoria/kasten uitgerust

204

C8.R3

Verbetering van het begrotingsprogrammeringsmechanisme

M

Inwerkingtreding van de wet om de begrotingsraad te belasten met een regelmatige effectbeoordeling van uitgaventoetsingen en de opstelling van een uitvoeringsverslag

218

C8.I1

Het vergemakkelijken van de naleving door belastingplichtigen door de ontwikkeling van digitale diensten

M

Onlineplatform voor de veiling van onroerend goed en mobiel onroerend goed met een significante waarde (volgens het type activa) dat operationeel is

466

C15.I4

Ondersteuning van onderwijsinstellingen met een hoog risico op uitval

T

Onderwijsinstellingen waaraan de subsidieregeling is toegekend (perceel 2)

515

C16.I4

Subsidiekaartregeling om de uitrol van hernieuwbare energie door huishoudens te versnellen

M

Lancering van de oproepen tot het indienen van projecten

Bedrag termijnbetaling

EUR 1 351 912 566



2.1.6.Zesde Instalment (niet-terugvorderbare steun):

Volgnummer

Betrokken maatregel

(Hervorming of investering)

Mijlpaal/Doelstelling

Naam

29

C2.I2

Ontwikkeling van moderne productiecapaciteit voor bosbouwkundig teeltmateriaal

T

Nieuwe en gerenoveerde boomkwekerijen operationeel (opgericht of gerenoveerd)

482

C15.I9

Zorgen voor digitale technologische apparatuur en middelen voor scholen

T

Scholen met nieuwe technologische middelen om IT-laboratoria uit te rusten

67

C4.R1

Duurzaam vervoer, decarbonisatie en verkeersveiligheid/verkeersveiligheid

T

Geïnstalleerde en functionele apparatuur om de snelheidshandhaving en de naleving van de verkeersveiligheidsregels te verbeteren

74

C4.I1

Modernisering en vernieuwing van de spoorweginfrastructuur

T

Voltooiing van de werkzaamheden voor ten minste 50 % van de totale investeringen in spoorweginfrastructuur

154

C7.I1
Uitrol van de cloudinfrastructuur van de overheid

T

Overheidsinstellingen die via de overheidscloud met elkaar verbonden zijn

159

C7.I3
Ontwikkeling van e-gezondheid en telegeneeskunde

M

Ingezet telegeneeskundesysteem

167

C7.I5
Digitalisering op milieugebied

M

Grotere capaciteit voor toezicht, controle en monitoring van bossen door middel van een geïntegreerd IT-systeem

169

C7. I6

Digitalisering op het gebied van werkgelegenheid en sociale bescherming

M

Ingebruikneming van het onlinesysteem REGES

175

C7.I9

Digitalisering van de sector niet-gouvernementele organisaties

T

Voltooide projecten voor digitalisering van ngo’s

182

C7.I14

Vergroting van de veerkracht en cyberbeveiliging van infrastructuurdiensten voor internetdienstverleners die aan overheidsinstanties in Roemenië worden verleend

T

Hubs die toegang bieden tot diensten van internetaanbieders (ISP) voor centrale en lokale instellingen en entiteiten van openbaar belang

209

C8.R5

Oprichting en operationalisering van de Nationale Ontwikkelingsbank

M

Operationalisering van de Nationale Ontwikkelingsbank

217

C8.I1

Het vergemakkelijken van de naleving door belastingplichtigen door de ontwikkeling van digitale diensten

T

Online beschikbare diensten voor vennootschapsbelastingbetalers

233

C8.I4

Invoering van elektronische douane

T

Percentage in- en uitklaringsactiviteiten, uitwisseling van informatie tussen marktdeelnemers en douaneautoriteiten, uitwisseling van informatie tussen douaneautoriteiten in de lidstaten
elektronisch uitgevoerd

238

C8.I8

Operationalisering van de Nationale Ontwikkelingsbank

M

Aankoop van software (licenties) en hardware (laptops), IT-diensten voor het personeel, opleiding van het personeel van de Nationale Ontwikkelingsbank en van het personeel van het ministerie van Financiën

240

C8.I10

Operationele efficiëntie en geavanceerde e-diensten door digitalisering van het pensioenstelsel

M

IT-systeem in het Nationaal Agentschap voor overheidspensioenen

299

C10.I1

Duurzame stedelijke mobiliteit

T

Bestuurlijke territoriale eenheden met operationele ontwikkelde/uitgebreide systemen — Intelligente vervoerssystemen en e-ticketing/andere ICT-infrastructuren

365

C12.R3

Meer capaciteit voor gezondheidsbeheer en personele middelen op het gebied van gezondheid

M

Operationalisering van de portaalsite Transparenta.ms.ro over het gebruik van overheidsmiddelen

369

C12.I1

Ontwikkeling van medische preziekenhuisinfrastructuur

T

Nieuw gebouwde/gerenoveerde en uitgeruste voorzieningen voor ambulante zorg

376

C12.I2

Ontwikkeling van openbare ziekenhuisinfrastructuur

T

Eenheden voor intensieve zorg voor pasgeborenen uitgerust, met inbegrip van pasgeboren ambulances (voor de regionale centra)

388

C13.R4

Invoering van werkkaarten en formalisering van het werk bij huishoudelijk personeel

T

Begunstigden (inhuren huishoudelijk personeel)

390

C13.R4

Invoering van werkkaarten en formalisering van het werk bij huishoudelijk personeel

T

Huishoudelijk personeel/dienstverleners die eerder als werkloos of inactief zijn geregistreerd, verlenen diensten door middel van werkkaarten

394

C13.I1

Oprichting van een netwerk van dagcentra voor kinderen die het risico lopen gescheiden te worden

T

Dagcentra om te voorkomen dat kinderen van het gezin worden gescheiden

395

C13.I2

Herstel, renovatie en ontwikkeling van sociale infrastructuur voor personen met een handicap

T

Gemoderniseerde gemeenschapsdiensten voor personen met een handicap

405

C14.R1

Vergroting van de voorspelbaarheid en efficiëntie van besluitvormingsprocessen door versterking van de capaciteit voor beleidscoördinatie en effectbeoordeling op het niveau van de regering en de coördinerende ministeries, en door versterking van de instrumenten om de kwaliteit van openbare raadplegingen op alle bestuursniveaus te verbeteren

M

Operationeel IT-platform voor het monitoren van innovatie in overheidsdiensten

408

C14.R1

Vergroting van de voorspelbaarheid en efficiëntie van besluitvormingsprocessen door versterking van de capaciteit voor beleidscoördinatie en effectbeoordeling op het niveau van de regering en de coördinerende ministeries, en door versterking van de instrumenten om de kwaliteit van openbare raadplegingen op alle bestuursniveaus te verbeteren

T

25 % van de presentatie- en motiveringsinstrumenten voldoet aan de vastgestelde kwaliteitscriteria (d.w.z. worden beoordeeld op een uitstekend of bevredigend niveau) volgens de overheidsmethodologie

418

C14.R3

Ontwikkeling van de prestaties van het personeelsbeheer in de overheidssector

M

Inwerkingtreding van twee wetgevingshandelingen inzake personeelsbeheer

431

C14.R7

Evaluatie en actualisering van de wetgeving inzake het integriteitskader

M

Inwerkingtreding van de geconsolideerde integriteitswetten

432

C14.R7

Evaluatie en actualisering van de wetgeving inzake het integriteitskader

M

Goedgekeurde herziene versie van de gedragscode voor de regering, naast de bestaande versie voor het ambtenarenapparaat en de vaststelling en uitvoering van handhavingsmaatregelen

483

C15.I9

Zorgen voor digitale technologische apparatuur en middelen voor scholen

T

Scholen met technologische infrastructuur en uitrusting

125

C6.I1

Nieuwe capaciteit voor elektriciteitsopwekking uit hernieuwbare bronnen

T

Extra capaciteit geïnstalleerd uit hernieuwbare bronnen (wind- en zonne-energie)

467

C15.I4

Ondersteuning van onderwijsinstellingen met een hoog risico op uitval

T

Onderwijsinstellingen die deel uitmaken van het schooluitvalprogramma met gedigitaliseerde klaslokalen

486

C15.I10

Ontwikkeling van het netwerk van Green-scholen en aankoop van groene minibussen

T

Gekochte en in gebruik zijnde elektrische minibussen

495

C15.R7

Hervorming van het bestuur van het pre-universitair onderwijs en professionalisering van het management

M

Publicatie en uitvoering van een actieplan voor de hervorming van het bestuur, met inbegrip van het opleidings- en begeleidingsprogramma voor managers en inspecteurs

509

C16.R1

Totstandbrenging van een wettelijk kader voor het gebruik van staatsgrond als gebieden voor versnelde investeringen in hernieuwbare energiebronnen

M

Inwerkingtreding van het rechtskader

510

C16.R1

Totstandbrenging van een wettelijk kader voor het gebruik van staatsgrond als gebieden voor versnelde investeringen in hernieuwbare energiebronnen

M

Opzetten van één nationaal register voor staatsgrond

512

C16.I1

Opleiding voor vaardigheden op het gebied van groene energie

T

Goedgekeurde beroepsnormen op het gebied van de productie van hernieuwbare energie

521

C16.I5c

Optimalisering van het communicatienetwerk en oprichting van een datacentrum — Teletrans SA

M

Ondertekening van leveringscontracten

208

C8.R4

Herziening van het belastingkader

M

Inwerkingtreding van wijzigingen van het belastingwetboek (Wet nr.227/2015) tot geleidelijke verlaging van de fiscale prikkels voor personeel in de bouwsector

438

C14.R8

Hervorming van het nationale aanbestedingssysteem

M

Operationeel e-aanbestedingssysteem

484

C15.I9

Zorgen voor digitale technologische apparatuur en middelen voor scholen

T

Smart Labs gekocht voor middelbaar en middelbaar onderwijs

118

C6.R1

Hervorming van de elektriciteitsmarkt, vervanging van steenkool in de energiemix en steun voor een wet- en regelgevingskader voor particuliere investeringen in de productie van hernieuwbare elektriciteit

M

Ondertekening van contracten voor verschillen voor hernieuwbare bronnen

156

C7.I2
Cloudontwikkeling en -migratie

T

Toepassingen voor digitale diensten voor de overheid gemigreerd naar Infrastructure-as-a-Service — IaaS/Platform-as-a-Service — PaaS/

160

C7.I3

Ontwikkeling van e-gezondheid en telegeneeskunde

M

Nieuwe PIA (IT-platform ziekteverzekering) is operationeel

161

C7.I3

Ontwikkeling van e-gezondheid en telegeneeskunde

T

Digitalisering van 200 volksgezondheidsvoorzieningen

176

C7.I9

Digitalisering van de sector niet-gouvernementele organisaties

M

Kenniscentrum voor de digitale transformatie van ngo’s

361

C12.R3

Meer capaciteit voor gezondheidsbeheer en personele middelen op het gebied van gezondheid

T

Personen die hebben deelgenomen aan een opleiding in het beheer van gezondheidsdiensten

362

C12.R3

Meer capaciteit voor gezondheidsbeheer en personele middelen op het gebied van gezondheid

T

Personen die hebben deelgenomen aan opleidingen over personeelsbeheer in zorginstellingen

363

C12.R3

Meer capaciteit voor gezondheidsbeheer en personele middelen op het gebied van gezondheid

T

Gezondheidswerkers die hebben deelgenomen aan opleidingsprogramma’s op het gebied van integriteit

370

C12.I1

Ontwikkeling van medische preziekenhuisinfrastructuur

T

Nieuw gebouwde/gerenoveerde en uitgeruste geïntegreerde gemeenschapscentra, met inbegrip van voldoende personeel

371

C12.I1

Ontwikkeling van medische preziekenhuisinfrastructuur

T

Onderbediende gemeenschappen, waaronder Roma, hebben toegang tot gemeenschapsgezondheidszorg

373

C12.I1

Ontwikkeling van medische preziekenhuisinfrastructuur

T

De toegang tot eerstelijnszorg verbeteren

386

C13.R3

Uitvoering van het minimuminkomen voor inclusie (Minimum Inclusion Income — VMI)

T

Ontvanger van een minimuminclusie-inkomen ontvangt ten minste één activeringsmaatregel

403

C14.R1

Vergroting van de voorspelbaarheid en efficiëntie van besluitvormingsprocessen door versterking van de capaciteit voor beleidscoördinatie en effectbeoordeling op het niveau van de regering en de coördinerende ministeries, en door versterking van de instrumenten om de kwaliteit van openbare raadplegingen op alle bestuursniveaus te verbeteren

T

Ten minste 3 ministeries plannen en uitgevoerde begrotingen per programma

517

C16.I5a

Installatie van zonnepanelen en installaties voor elektriciteitsopslag in elektriciteitscentrales van Transelectrica

M

Ondertekening van contracten

520

C16.I5b

Repowering SMART SA

T

Gemiddelde lengte van interventies in het netwerk van de TSB

Bedrag termijnbetaling

EUR 1 809 818 435

2.1.7.Zevende tranche (niet-terugvorderbare steun):

Volgnummer

Betrokken maatregel

(Hervorming of investering)

Mijlpaal/Doelstelling

Naam

162

C7.I3

Ontwikkeling van e-gezondheid en telegeneeskunde

T

Zorgaanbieders die verbonden zijn met het nieuwe PEB-platform

179

C7.I12

Zorgen voor de bescherming van de cyberbeveiliging van zowel openbare als particuliere ITC-infrastructuren die van cruciaal belang zijn voor de nationale veiligheid, met gebruikmaking van slimme technologieën

T

Entiteiten met beveiligde IT & C-infrastructuur

415

C14.R2

Versterking van de coördinatie in het centrum van de overheid door middel van een geïntegreerde en coherente aanpak van initiatieven op het gebied van klimaatverandering en duurzame ontwikkeling

T

Overheidsfunctionarissen gekwalificeerd als „deskundige op het gebied van duurzame ontwikkeling” in overheidsinstellingen op centraal en lokaal niveau

446

C14.I2

Ontwikkeling van de logistieke (niet-IT-) infrastructuur die nodig is om corruptie te bestrijden en de opbrengsten en schade van misdrijven terug te vorderen, met inbegrip van opleiding op deze gebieden

T

Opslagplaatsen voor de opslag van in beslag genomen goederen die operationeel zijn gemaakt

472

C15.I6

Ontwikkeling van 10 regionale consortia en ontwikkeling en uitrusting van 10 campussen voor beroepsopleiding

T

10 nieuw gebouwde geïntegreerde campussen voor beroepsonderwijs

475

C15.I7

Omvorming van middelbare landbouwscholen tot professionaliseringscentra

T

57 landbouwscholen ondersteund met subsidies

476

C15.I7

Omvorming van middelbare landbouwscholen tot professionaliseringscentra

T

Aantal leerlingen ingeschreven in middelbare landbouwscholen

480

C15.I8

Bijscholingsprogramma voor onderwijzend personeel

T

Leerkrachten opgeleid voor onlineonderwijs door specifieke digitale pedagogische vaardigheden te verbeteren

481

C15.I8

Bijscholingsprogramma voor onderwijzend personeel

T

Leerkrachten publiceren open educatief materiaal op het edu.cred platform voor de uitwisseling van praktijken

61

C4.R1
Duurzaam vervoer, decarbonisatie en verkeersveiligheid

Het koolstofvrij maken van de weg volgens het beginsel „de vervuiler betaalt”

T

Nieuwe schone voertuigen die door overheidsinstanties worden aanbesteed, ten minste 3 % boven de drempels van de richtlijn schone voertuigen

70

C4.R1
Duurzaam vervoer, decarbonisatie en verkeersveiligheid

Ontwikkeling van spoorweginfrastructuur en beheer van het spoorverkeer

M

Publicatie en uitvoering van het nationale actieplan voor het Europees beheersysteem voor het spoorverkeer (ERTMS)

119

C6.R1

Hervorming van de elektriciteitsmarkt, vervanging van steenkool in de energiemix en steun voor een wet- en regelgevingskader voor particuliere investeringen in de productie van hernieuwbare elektriciteit

T

Ontmanteling van de capaciteit voor de productie van bruinkool

155

C7.I1
Uitrol van de cloudinfrastructuur van de overheid

T

Datacentra van fase III en fase IV door ontwerp, infrastructuur en technologieën voor clouddiensten

164

C7.I4

Digitalisering van de rechterlijke macht

M

Operationalisering van ECRIS V (elektronisch dossier- en informatiesysteem) voltooid

170

C7.I6

Digitalisering op het gebied van werkgelegenheid en sociale bescherming

T

Invoering van digitale diensten op het gebied van werkgelegenheid en sociale bescherming

177

C7.I10

Digitale transformatie in het beheer van overheidsdiensten

M

Interactieve en samenwerkingsplatforms voor gestandaardiseerd personeelsbeheer in centrale overheidsdiensten worden opgezet en operationeel gemaakt

178

C7.I11
Uitvoering van een regeling ter ondersteuning van het gebruik van communicatiediensten via verschillende soorten instrumenten voor begunstigden, met bijzondere aandacht voor witte gebieden

T

Dorpen in witte gebieden die zijn aangesloten op zeer snel internet

180

C7.I12

Zorgen voor de bescherming van de cyberbeveiliging van zowel openbare als particuliere ITC-infrastructuren die van cruciaal belang zijn voor de nationale veiligheid, met gebruikmaking van slimme technologieën

M

Versterkt nationaal centrum Cyberint

186

C7.I17
Financieringsregelingen voor bibliotheken om digitale-vaardighedenhubs te worden

T

Bibliotheken omgezet in digitale hubs

196

C8.R1

Hervorming van het Nationaal Agentschap voor Fiscale Administratie (ANAF) door middel van digitalisering

T

Verhoging van het aandeel van de door de belastingdienst geïnde inkomsten met ten minste 2.5 procentpunten van het bbp

198

C8.R2

Modernisering van het douanesysteem en invoering van elektronische douane

M

Inwerkingtreding van de wijzigingen van het bestaande rechtskader om de werking van de douaneadministratie te verbeteren

223

C8.I2

Verbetering van de belasting- en belastingadministratieprocessen, onder meer door de invoering van geïntegreerd risicobeheer

T

Aandeel van het aantal controles op stukken dat is gerapporteerd over de totale door de belastingdienst uitgevoerde controles — 60 %

224

C8.I2

Verbetering van de belasting- en belastingadministratieprocessen, onder meer door de invoering van geïntegreerd risicobeheer

T

Verhoging van het aantal audits met 10 %

225

C8.I2

Verbetering van de belasting- en belastingadministratieprocessen, onder meer door de invoering van geïntegreerd risicobeheer

M

Volledig operationeel elektronisch risicoregister

226

C8.I2

Verbetering van de belasting- en belastingadministratieprocessen, onder meer door de invoering van geïntegreerd risicobeheer

M

Opzet en operationeel platform voor big data/analyse

232

C8.I4

Invoering van elektronische douane

T

IT-systemen voor de douane operationeel

237

C8.I7

Technische ondersteuning voor de herziening van het belastingkader

M

IT-systeem dat de implementatie van een automatisch model voor de waardering van onroerend goed mogelijk maakt

372

C12.I1 Ontwikkeling van medische preziekenhuisinfrastructuur

T

Kasten voor gezinsplanning uitgerust of uitgerust en gerenoveerd

396

C13.I2

Herstel, renovatie en ontwikkeling van sociale infrastructuur voor personen met een handicap

T

Nieuwe gemeenschapsdiensten voor personen met een handicap

406

C14.R1
Vergroting van de voorspelbaarheid en efficiëntie van besluitvormingsprocessen door versterking van de capaciteit voor beleidscoördinatie en effectbeoordeling op het niveau van de regering en de coördinerende ministeries, en door versterking van de instrumenten om de kwaliteit van openbare raadplegingen op alle bestuursniveaus te verbeteren

T

800 vertegenwoordigers van maatschappelijke organisaties die zijn opgeleid om de administratieve capaciteit en digitalisering van hun structuren te vergroten

419

C14.R3. Ontwikkeling van de prestaties van het personeelsbeheer in de overheidssector

M

Competentiekaders in centrale overheidsdiensten operationeel

425

C14.R5. De onafhankelijkheid van de rechterlijke macht waarborgen en de kwaliteit en efficiëntie ervan verbeteren

T

Ten minste 6000 justitieel personeel (zoals rechters, openbare aanklagers en griffiers) dat de opleidingen heeft gevolgd om de kwaliteit en efficiëntie van het rechtsstelsel te verbeteren

427

C14.R6.

Intensivering van de strijd tegen corruptie

T

Een stijging van de waarde van de in beslag genomen activa die worden beheerd door het Nationaal Agentschap voor het beheer van in beslag genomen activa

428

C14.R6.

Intensivering van de strijd tegen corruptie

T

Voltooiing van ten minste 70 % van de maatregelen waarin de nieuwe anticorruptiestrategie voorziet

435

C14.R8.

Hervorming van het nationale aanbestedingssysteem

T

Operationele gecentraliseerde aanbestedingsorganen (CPB’s) voor lokale overheden

454

C15.2.

Unitair, inclusief en hoogwaardig systeem voor voor- en vroegschoolse educatie

T

Participatiegraad van 0- tot 3-jarigen in diensten voor voor- en vroegschoolse educatie

455

C15.R2.

Unitair, inclusief en hoogwaardig systeem voor voor- en vroegschoolse educatie

T

Participatiegraad van 3- tot 6-jarigen in diensten voor voor- en vroegschoolse educatie

457

C15.I1.

Bouw, uitrusting en operationalisering van 110 crèches

T

Nieuw gebouwde, uitgeruste en operationeel gemaakte crèches

461

C15.I3.

Ontwikkeling van een kaderprogramma voor de permanente opleiding van professionals op het gebied van voor- en vroegschoolse educatie

T

Opgeleid personeel, werkzaam in standaard- en complementaire diensten voor voor- en vroegschoolse educatie, waarbij voorrang wordt gegeven aan het personeel in de nieuw opgerichte diensten

487

C15.I10.

Ontwikkeling van het netwerk van Green-scholen en aankoop van groene minibussen

T

Ruimte voor kleuterschool hersteld om groene scholen te worden

488

C15.I10.

Ontwikkeling van het netwerk van Green-scholen en aankoop van groene minibussen

T

Nieuwe groene-schoolruimte gebouwd en operationeel

226 bis

C8.I2

Verbetering van de belasting- en belastingadministratieprocessen, onder meer door de invoering van geïntegreerd risicobeheer

M

Operationalisering van belastingadministratiesystemen

511

C16.R1

Totstandbrenging van een wettelijk kader voor het gebruik van staatsgrond als gebieden voor versnelde investeringen in hernieuwbare energiebronnen

M

Ondertekening van concessieovereenkomsten in de acceleratiegebieden

516

C16.I4

Subsidiekaartregeling om de uitrol van hernieuwbare energie door huishoudens te versnellen

T

Geïnstalleerde productiecapaciteit uit hernieuwbare zonne-energie door huishoudens

Bedrag termijnbetaling

EUR 1 548 157 938

2.1.8.Achtste tranche (niet-terugvorderbare steun):

Volgnummer

Betrokken maatregel

(Hervorming of investering)

Mijlpaal/Doelstelling

Naam

63

C4.R1
Duurzaam vervoer, decarbonisatie en verkeersveiligheid

Het koolstofvrij maken van de weg volgens het beginsel „de vervuiler betaalt”

T

Verhoging van het aantal emissievrije voertuigen

68

C4.R1
Duurzaam vervoer, decarbonisatie en verkeersveiligheid

Verkeersveiligheid

T

Vermindering van het aantal verkeersslachtoffers (zwaargewonden en overleden personen) met 25 % ten opzichte van het referentiescenario van 2019

181

C7.I13

Ontwikkeling van beveiligingssystemen voor de bescherming van het spectrum van de overheid

T

Opvanglocaties op nationaal niveau operationeel

292

C10.R1

Totstandbrenging van een kader voor duurzame stedelijke mobiliteit

T

Vermindering met 25 % van het aantal doden of zwaargewonden als gevolg van verkeersongevallen in stedelijke gemeenten ten opzichte van het referentiejaar 2019

391

C13.R4

Invoering van werkkaarten en formalisering van het werk bij huishoudelijk personeel

T

Huishoudelijk personeel/dienstverleners die eerder als werkloos of inactief zijn geregistreerd, verlenen diensten door middel van werkkaarten

409

C14.R1

Vergroting van de voorspelbaarheid en efficiëntie van besluitvormingsprocessen door versterking van de capaciteit voor beleidscoördinatie en effectbeoordeling op het niveau van de regering en de coördinerende ministeries, en door versterking van de instrumenten om de kwaliteit van openbare raadplegingen op alle bestuursniveaus te verbeteren

T

Ten minste 50 % van de voorgestelde wetgevingsinitiatieven, opgenomen in het jaarlijks werkprogramma van de regering (GAWP), goedgekeurd binnen de gestelde termijn

414

C14.R2

Versterking van de coördinatie in het centrum van de overheid door middel van een geïntegreerde en coherente aanpak van initiatieven op het gebied van klimaatverandering en duurzame ontwikkeling

T

De verwezenlijking van 90 % van de door het Interinstitutionele Comité klimaatverandering voor 2025 vastgestelde prioriteiten

447

C14.I3

Oprichting van lokale partnerschapsstructuren tussen de lokale overheden en het maatschappelijk middenveld

T

Partnerschappen tussen lokale overheidsinstanties (LPA) en ngo’s die zijn opgericht en operationeel zijn

448

C14.I4

Vergroting van de capaciteit van maatschappelijke organisaties om actief burgerschap te bevorderen, om professioneel deel te nemen aan de planning en uitvoering van overheidsbeleid inzake sociale rechten dat in het nationale herstel- en veerkrachtplan aan bod komt, en om de daarmee verband houdende hervormingen te monitoren

T

Functionele samenwerkingsinitiatieven in de niet-gouvernementele sector operationeel

473

C15.I6

Ontwikkeling van 10 regionale consortia en ontwikkeling en uitrusting van 10 campussen voor beroepsopleiding

T

Geïntegreerde, voltooide en operationele consortia voor duaal onderwijs die verband houden met de behoeften van de marktdeelnemers in het betrokken gebied

26

C2.I1

Nationale campagne voor bebossing en herbebossing, met inbegrip van stedelijke bossen

T

Nieuwe gebieden bebost of herbebost land

28

C2.I1

Nationale campagne voor bebossing en herbebossing, met inbegrip van stedelijke bossen

T

Nieuwe stedelijke bosgebieden gecreëerd

62

C4.R1
Duurzaam vervoer, decarbonisatie en verkeersveiligheid

Het koolstofvrij maken van de weg volgens het beginsel „de vervuiler betaalt”

T

Afgedankte vervuilende motorvoertuigen (EURO 3 of lager)

64

C4.R1
Duurzaam vervoer, decarbonisatie en verkeersveiligheid

Het koolstofvrij maken van de weg volgens het beginsel „de vervuiler betaalt”

T

Op nationaal niveau geïnstalleerde elektrische oplaadpunten

75

C4.I1
Modernisering en vernieuwing van de spoorweginfrastructuur

T

Kilometers nieuwe/verbeterde operationele spoorweginfrastructuur

77

C4.I2
Rollend spoorwegmaterieel

T

Nieuw elektrisch rollend materieel in bedrijf

120

C6.R1

Hervorming van de elektriciteitsmarkt, vervanging van steenkool in de energiemix en steun voor een wet- en regelgevingskader voor particuliere investeringen in de productie van hernieuwbare elektriciteit

T

Extra capaciteit voor hernieuwbare energie in opdracht

157

C7.I2
Cloudontwikkeling en -migratie

T

Toepassingen voor digitale diensten voor de overheid gemigreerd naar Infrastructure-as-a-Service — IaaS/Platform-as-a-Service — PaaS

165

C7.I4

Digitalisering van de rechterlijke macht

M

Gedigitaliseerde centrale overheidsinstanties op justitieel gebied

166

C7.I4

Digitalisering van de rechterlijke macht

M

Operationeel datacentrum

168

C7.I5
Digitalisering op milieugebied

T

Gedigitaliseerde openbare milieudiensten

171

C7.I6

Digitalisering op het gebied van werkgelegenheid en sociale bescherming

T

Aantal werknemers dat deelneemt aan opleidingen over digitale vaardigheden

174

C7. I8

Gekwalificeerde elektronische identiteitskaart en digitale handtekening

T

Burgers aan wie een e-identiteitskaart is afgegeven

183

C7.I15

Het creëren van nieuwe cyberbeveiligingsvaardigheden voor de samenleving en de economie

T

Opleiders die deelnemen aan opleidingen op het gebied van cyberbeveiliging

184

C7.I15

Het creëren van nieuwe cyberbeveiligingsvaardigheden voor de samenleving en de economie

T

Entiteiten die de overheidstoolkit en -diensten ontvangen om het maturiteitsniveau van cyberbeveiliging te verhogen

185

C7.I16
Opleidingsprogramma voor geavanceerde digitale vaardigheden voor ambtenaren

T

Digitaal opgeleide ambtenaren

187

C7.I17
Financieringsregelingen voor bibliotheken om digitale-vaardighedenhubs te worden

T

Burgers die een opleiding hebben gevolgd voor de ontwikkeling van digitale competenties

197

C8.R1

Hervorming van het Nationaal Agentschap voor Fiscale Administratie (ANAF) door middel van digitalisering

T

Vermindering van de btw-kloof met 5 procentpunten

210

C8.R5

Oprichting en operationalisering van de Nationale Ontwikkelingsbank

M

Kennisgeving aan de Europese Commissie van de voltooiing van de pijlerbeoordeling van de nationale ontwikkelingsbank om EU-middelen uit te voeren

290

C10.R1

Totstandbrenging van een kader voor duurzame stedelijke mobiliteit

M

Ondertekening van alle contracten voor openbaarvervoersdiensten die tussen 2021 en 2026 aflopen voor 40 districten

291

C10.R1

Totstandbrenging van een kader voor duurzame stedelijke mobiliteit

T

Vermindering van de emissies van luchtverontreinigende stoffen

293

C.10.R1

Totstandbrenging van een kader voor duurzame stedelijke mobiliteit

T

Toename met 20 % van het jaarlijkse totale passagiersvolume van het lokale openbaar vervoer in 2026 ten opzichte van 2019

296

C10.I1

Duurzame stedelijke mobiliteit

T

Extra emissievrije voertuigen (bussen, trolleybussen met een emissievrije motor of accu, trams en minibussen) (aantal voertuigen)

297

C10.I1

Duurzame stedelijke mobiliteit

T

Toename van het aandeel reizen in administratieve territoriale eenheden met lokale openbaarvervoersdiensten met emissievrije voertuigen (bussen, trolleybussen met een emissievrije motor of accu, trams) ten opzichte van 2019

300

C10.I1

Duurzame stedelijke mobiliteit

T

Bestuurlijke territoriale eenheden met ontwikkelde/uitgebreide systemen operationeel — Intelligente vervoerssystemen en e-ticketing/andere ICT-infrastructuren)

303

C10.I1

Duurzame stedelijke mobiliteit

T

Extra aantal oplaadpunten voor elektrische voertuigen

354

C12.R1

Grotere capaciteit voor het beheer van de volksgezondheidsfondsen

T

De toegankelijkheid van de gezondheidszorg verbeteren door het percentage personen dat onvervulde medische behoeften meldt, te verminderen

377

C12.I2

Ontwikkeling van openbare ziekenhuisinfrastructuur

T

Bouw en/of uitrusting van nieuwe volksgezondheidseenheden/ziekenhuizen

379

C13.R1

Een nieuw rechtskader creëren om adequate oplossingen te bieden ter ondersteuning van gezinnen die in armoede leven met kinderen ten laste, zodat zij in het gezin kunnen worden gehouden

T

Vermindering van het aantal kinderen dat van het gezin gescheiden is en onder het stelsel van sociale bescherming valt

382

C13.R2

Hervorming van het beschermingsstelsel voor volwassenen met een handicap

T

Geïnstitutionaliseerde personen met een handicap die gepersonaliseerde steun krijgen om hun „zelfstandig leven” te deïnstitutionaliseren en uit te voeren

383

C13.R2

Hervorming van het beschermingsstelsel voor volwassenen met een handicap

T

Vermindering van het totale aantal geïnstitutionaliseerde personen met een handicap (ten opzichte van de gegevens van 31.12.2020)

389

C13.R4

Invoering van werkkaarten en formalisering van het werk bij huishoudelijk personeel

T

Begunstigden (inhuren huishoudelijk personeel)

407

C14.R1

Vergroting van de voorspelbaarheid en efficiëntie van besluitvormingsprocessen door versterking van de capaciteit voor beleidscoördinatie en effectbeoordeling op het niveau van de regering en de coördinerende ministeries, en door versterking van de instrumenten om de kwaliteit van openbare raadplegingen op alle bestuursniveaus te verbeteren

T

Het proces van openbare raadpleging en betrokkenheid van belanghebbenden is verbeterd door een toename met 20 % van het aantal ontwerpen van wetgevingshandelingen dat onderworpen is aan een openbare raadpleging en betrokkenheid van belanghebbenden op centraal niveau

443

C14.R9

Verbetering van het procedurele kader voor de toepassing van de beginselen van corporate governance in staatsbedrijven

T

Beursgenoteerde/gehuurde/geherstructureerde centrale staatsbedrijven op het gebied van energie en vervoer

445

C14.I1

Optimalisering van de justitiële infrastructuur om de toegang tot de rechter en de kwaliteit van de diensten te waarborgen

T

Gebouwen van rechtbanken die volgens groene normen zijn gebouwd

468

C15.I4

Ondersteuning van onderwijsinstellingen met een hoog risico op uitval

T

Vermindering van het aantal scholen met een hoog risico op uitval

471

C15.R4

Totstandbrenging van een volledig beroepstraject voor hoger technisch onderwijs

T

Percentage studenten dat is ingeschreven op de beroepsweg, in verhouding tot de bevolking van de studenten die zijn ingeschreven in het secundair onderwijs

474

C15.I6

Ontwikkeling van 10 regionale consortia en ontwikkeling en uitrusting van 10 campussen voor beroepsopleiding

T

Studenten die zijn ingeschreven voor de volledige duale route

493

C15.I12

Steun voor consortia van scholen op het platteland

T

Voltooiing van bouwwerkzaamheden en dotatiewerkzaamheden voor schoolconsortia op het platteland

173

C7.I8

Gekwalificeerde elektronische identiteitskaart en digitale handtekening

T

Burgers aan wie een e-identiteitskaart is afgegeven

513

C16.I1

Opleiding voor vaardigheden op het gebied van groene energie

T

Ten minste 4 000 professionals en werknemers die een opleiding op het gebied van de productie van hernieuwbare energie hebben voltooid

514

C16.I3

Verbetering van de energie-efficiëntie van openbare gebouwen

T

Voltooide energierenovaties van openbare gebouwen

518

C16.5A

Installatie van zonnepanelen en installaties voor elektriciteitsopslag in elektriciteitsonderstations van Transelectrica

T

Vermindering van het jaarlijkse elektriciteitsverbruik

522

C16.I5c

Optimalisering van het communicatienetwerk en oprichting van een datacentrum — Teletrans SA

T

Voltooiing van een datacentrum

Bedrag termijnbetaling

EUR 1 809 818 435

2.2.Lening

De in artikel 3, lid 2, bedoelde tranches worden als volgt georganiseerd:

2.2.1.Eerste tranche (steun via leningen):

Volgnummer

Betrokken maatregel

(Hervorming of investering)

Mijlpaal/Doelstelling

Naam

78

C4.R2

Prestatiegebaseerd kwaliteitsbeheer in het vervoer — Verbetering van de institutionele capaciteit en corporate governance

M

Inwerkingtreding van Wet nr. 50/2021 voor de goedkeuring van noodverordening nr. 55/2016 inzake de reorganisatie van de nationale onderneming voor snelwegen en nationale wegen in Roemenië — S.A. (C.N.A.I.R.) en de oprichting van de National Road Investment Company — S.A. (C.N.I.R.)

1

C1.R1

Versterking van het regelgevingskader voor duurzaam beheer van de water- en afvalwatersector en snellere toegang van het publiek tot hoogwaardige diensten in het kader van Europese richtlijnen

M

Inwerkingtreding van de wijzigingen van wet nr. 241/2006 inzake watervoorziening en riolering

247

C9.I2.1

Financieringsinstrumenten voor de particuliere sector — Portfoliegarantie voor veerkracht

M

Ondertekening van de bijdrageovereenkomst tussen de Europese Commissie en de Roemeense regering

250

C9.I2.2

Financieringsinstrumenten voor de particuliere sector — Klimaatactiefortgarantie

M

Ondertekening van de bijdrageovereenkomst tussen de Europese Commissie en de Roemeense regering

253

C9.I2.3

Financieringsinstrumenten voor de particuliere sector — Risicokapitaalfonds voor herstel

M

Ondertekening van de financieringsovereenkomst tussen het Europees Investeringsfonds en de Roemeense regering voor de oprichting van het herstelrisicokapitaalfonds („het fonds”) en de vaststelling van het investeringsbeleid van het fonds

259

C9.I2.5

Financiële instrumenten voor de particuliere sector — Investeringen in energie-efficiëntie in de woon- en bouwsector

M

Ondertekening van de bijdrageovereenkomst tussen de Europese Commissie en de Roemeense regering

270

C9.R2

Stroomlijning van de governance van onderzoek, ontwikkeling en innovatie

M

Eenheid voor de tenuitvoerlegging van de hervorming van de beleidsondersteuningsfaciliteit (PSF) opgericht en operationeel

Bedrag termijnbetaling

EUR 907 669 494

2.2.2.Tweede tranche (steun via leningen):

Volgnummer

Betrokken maatregel

(Hervorming of investering)

Mijlpaal/Doelstelling

Naam

2

C1.R1

Versterking van het regelgevingskader voor duurzaam beheer van de water- en afvalwatersector en snellere toegang van mensen tot hoogwaardige diensten in het kader van Europese richtlijnen

M

Inwerkingtreding van de wet tot goedkeuring van het nationale programma „Eerste verbinding met water en sanitaire voorzieningen”

95

C5.I1

Oprichting van een renovatiegolffonds ter financiering van werkzaamheden ter verbetering van het bestaande gebouwenbestand

M

Tot vaststelling van een nationale steunregeling voor energie-efficiënte renovatie en geïntegreerde renovatie (seismische consolidatie en energie-efficiëntie) van meergezinswoningen

96

C5.I1

Oprichting van een renovatiegolffonds ter financiering van werkzaamheden ter verbetering van het bestaande gebouwenbestand

M

Tot vaststelling van een nationale steunregeling voor energie-efficiënte renovatie en geïntegreerde renovatie (seismische consolidatie en energie-efficiëntie) voor openbare gebouwen)

189

C7.I19

Regelingen voor bij- en omscholing van werknemers in bedrijven

M

Lancering van de oproep tot het indienen van voorstellen voor „Subsidiesteun voor digitale vaardigheden”

256

C9.I2.4

Financieringsinstrumenten voor de particuliere sector — Fonds voor digitalisering, klimaatactie en andere aandachtsgebieden

M

Instelling van het financieringsinstrument („het Fonds”) en vaststelling van het beleggingsbeleid van het Fonds

262

C9.I3.1

Steunregelingen voor de particuliere sector — Steunregeling voor de digitalisering van kmo’s

M

Selectie van de beheerder van de regeling

326

C11.R1

Operationalisering van organisaties voor bestemmingsmanagement (DMO’s)

M

Alle optimale bestemmingsgebieden voor regionale organisaties voor bestemmingsmanagement (DMO’s) in Roemenië in kaart gebracht

327

C11.R1

Operationalisering van organisaties voor bestemmingsmanagement (DMO’s)

M

Actieplan voor het gebruik van cultureel erfgoed om het concurrentievermogen van de Roemeense toeristische sector te vergroten

331

C11.I1

Bevordering van de toeristische/culturele routes in 12

T

Locaties die deel uitmaken van de culturele routes

338

C11.R2

Kader voor de operationalisering van fietsroutes op nationaal niveau

M

Inwerkingtreding van het regelgevingskader voor fietstoerisme

30

C2.R2

Hervorming van het beheersysteem voor beschermde natuurgebieden door een coherente en doeltreffende uitvoering van de Europese biodiversiteitsstrategie

M

Inwerkingtreding van de wetgevingshandeling tot oprichting van het interinstitutioneel comité voor de analyse van het rechtskader dat van toepassing is op sectoren die gevolgen hebben voor de biodiversiteit

97

C5.I1

Oprichting van een renovatiegolffonds ter financiering van werkzaamheden ter verbetering van het bestaande gebouwenbestand

M

Oproepen tot het indienen van voorstellen voor energie-efficiënte renovatie en geïntegreerde renovatie (seismische consolidatie en energie-efficiëntie) voor residentiële gebouwen

98

C5.I1

Oprichting van een renovatiegolffonds ter financiering van werkzaamheden ter verbetering van het bestaande gebouwenbestand

M

Oproep tot het indienen van voorstellen voor energie-efficiënte renovatie en geïntegreerde renovatie (seismische consolidatie en energie-efficiëntie) (openbare gebouwen)

129

C6.I2

Distributie-infrastructuur voor hernieuwbare gassen (waarbij aardgas in combinatie met groene waterstof als overgangsmaatregel wordt gebruikt), alsook productiecapaciteit voor groene waterstof en/of het gebruik ervan voor elektriciteitsopslag

M

Ondertekening van contracten voor de bouw van ten minste 100 MW aan nieuwe elektrolyse-installaties

133

C6.I3

Ontwikkeling van flexibele en hoogrenderende gasgestookte warmtekrachtkoppeling (WKK) voor stadsverwarming met het oog op een diepe decarbonisatie

M

Ondertekening van contracten voor hoogrenderende gaswarmtekrachtkoppeling en stadsverwarmingsprojecten

140

C6.I5

Zorgen voor energie-efficiëntie in de industriële sector

M

Opening van een aanbesteding voor investeringen in energie-efficiëntie voor de industrie

266

C9.I4

Grensoverschrijdende en meerlandenprojecten — Low Power Processors
en halfgeleiderchips

M

Inwerkingtreding van het regeringsbesluit waarbij de nodige financiering van 500 miljoen EUR wordt toegewezen om steun te verlenen voor de opschaling van de nationale capaciteiten tot en met de eerste industriële ontwikkeling en de deelname aan een meerlandenproject

307

C10.R2

Totstandbrenging van een beleidskader voor duurzame stedelijke transformatie — Roemeens stedelijk beleid

M

Inwerkingtreding van de Wet metropolitane gebieden

312

C10.R4

Verbetering van de kwaliteit van de huisvesting

M

Inwerkingtreding van een wetgevingshandeling voor de uitvoering van de nationale huisvestingsstrategie en het actieplan ter bestrijding van ernstige woningnood

339

C11.R2

Kader voor de operationalisering van fietsroutes op nationaal niveau

M

Nationaal coördinatiecentrum Velo Routes opgericht en operationeel

398

C13.R6

Verbetering van de wetgeving inzake de sociale economie

M

Inwerkingtreding van de wijziging van wet nr. 219/2015 betreffende de sociale economie en de uitvoeringsbepalingen

500

C15.I16.

Digitalisering van universiteiten en voorbereiding op de digitale beroepen van de toekomst

M

Ondertekening van contracten voor subsidies voor innovatieve technologiecentra aan universiteiten

Bedrag termijnbetaling

EUR 1 080 198 230

2.2.3.Derde tranche (steun via leningen):

Volgnummer

Betrokken maatregel

(Hervorming of investering)

Mijlpaal/Doelstelling

Naam

43

C3.R1

Het beheer van het afvalbeheer verbeteren om de overgang naar de circulaire economie te versnellen

M

De vaststelling van de nationale strategie voor de circulaire economie

46

C3.R1

Het beheer van het afvalbeheer verbeteren om de overgang naar de circulaire economie te versnellen

M

Inwerkingtreding van de wetgevingshandelingen die nodig zijn voor de operationalisering van een unitair afvalbeheer overeenkomstig het nationale afvalbeheerplan

127

C6.R5

Vermindering van de energie-intensiteit van de economie door de ontwikkeling van een duurzaam mechanisme om de energie-efficiëntie in de industrie te stimuleren

M

Inwerkingtreding van het wetgevingskader tot invoering van maatregelen om investeringen in energie-efficiëntie in de industrie te vergemakkelijken

241

C9.R1

Wetgevingstransparantie, de-bureaucratisering en vereenvoudiging van de procedures voor het bedrijfsleven

M

Inwerkingtreding van wetswijzigingen om bedrijfsgerelateerde procedures te stroomlijnen, te vereenvoudigen en volledig te digitaliseren

242

C9.R1

Wetgevingstransparantie, de-bureaucratisering en vereenvoudiging van de procedures voor het bedrijfsleven

M

Inwerkingtreding van wetswijzigingen om de uitvoering van de kmo-test te vereenvoudigen en transparant en toepasbaar te maken

328

C11.R1

Operationalisering van organisaties voor bestemmingsmanagement (DMO’s)

M

Inwerkingtreding van het wetgevingskader bij regeringsbesluit met een duidelijke beschrijving van het financieringsmechanisme ter ondersteuning van de ontwikkeling van het netwerk van organisaties voor bestemmingsmanagement en een duidelijk governancemodel

332

C11.I1

Bevordering van de toeristische/culturele routes in 12

M

Ondertekening van de contracten voor de promotie van de 12 routes

340

C11.R2

Kader voor de operationalisering van fietsroutes op nationaal niveau

M

Uitgebreide studie over de territoriale spreiding van nationale fietsroutes

341

C11.I3

Oprichting en operationalisering van het nationaal coördinatiecentrum van Velo

M

Geïntegreerd nationaal eVelo-platform en smartphone-applicatie

344

C11.R3

Hervorming van het financieringssysteem voor de culturele sector

M

Inwerkingtreding van de wet inzake het financieringssysteem voor de culturele sector

3

C1.R1

Versterking van het regelgevingskader voor duurzaam beheer van de water- en afvalwatersector en snellere toegang van mensen tot hoogwaardige diensten in het kader van Europese richtlijnen

M

Uitvoeringsovereenkomsten gesloten met de lokale overheden die deelnemen aan het eerste programma voor aansluiting op water en sanitaire voorzieningen

79

C4.R2

Prestatiegebaseerd kwaliteitsbeheer in het vervoer — Verbetering van de institutionele capaciteit en corporate governance

M

Selectie en benoeming van de leden van de raad van bestuur van C.N.A.I.R., C.N.I.R, C.F.R., Metrorex, C.F.R. Călători.

86

C4.I4

Ontwikkeling van het ondergrondse vervoersnetwerk in de gemeenten Boekarest en Cluj-Napoca

M

Ondertekening van contracten voor 50 % van de werken, na openbare en openbare aanbestedingen en relevante vergunningen

90

C5.R1

Vereenvoudigd en geactualiseerd regelgevingskader ter ondersteuning van de uitvoering van investeringen in de transitie naar groene en veerkrachtige gebouwen

M

Inwerkingtreding van de wijzigingen van het bestaande wetgevingskader voor het nationale meerjarenprogramma voor de verbetering van de energieprestatie van woongebouwen (Noodverordening nr. 18/2009 van de regering)

91

C5.R1

Vereenvoudigd en geactualiseerd regelgevingskader ter ondersteuning van de uitvoering van investeringen in de transitie naar groene en veerkrachtige gebouwen

M

Het technische regelgevingskader voor investeringen voor de transitie naar groene en digitale gebouwen is operationeel

93

C5.R2

Strategisch, wetgevend en procedureel kader ter ondersteuning van de aardbevingsbestendigheid van het gebouwenbestand

M

Goedkeuring en uitvoering van de nationale strategie ter beperking van het risico op seismische invloeden voor de aanpassing van het bestaande gebouwenbestand

94

C5.R2

Strategisch, wetgevend en procedureel kader ter ondersteuning van de aardbevingsbestendigheid van het gebouwenbestand

M

Inwerkingtreding van het wetgevingskader voor de beperking van het seismische risico van gebouwen

99

C5.I1

Oprichting van een renovatiegolffonds ter financiering van werkzaamheden ter verbetering van het bestaande gebouwenbestand

M

Ondertekening van contracten voor energie-efficiënte renovatie en geïntegreerde renovatie (seismische consolidatie en energie-efficiëntie) voor residentiële gebouwen

100

C5.I1

Oprichting van een renovatiegolffonds ter financiering van werkzaamheden ter verbetering van het bestaande gebouwenbestand

M

Ondertekening van contracten voor energie-efficiënte renovatie en geïntegreerde renovatie (seismische consolidatie en energie-efficiëntie) voor openbare gebouwen

243

C9.R1

Wetgevingstransparantie, de-bureaucratisering en vereenvoudiging van de procedures voor het bedrijfsleven

M

Inwerkingtreding van de wet „Enkelvoudige industriële vergunning”

264

C9.I3.2

Steunregelingen voor de particuliere sector — De minimis-regeling ter ondersteuning van Roemeense ondernemingen bij de notering aan de beurs

M

Selectie van de beheerder van de regeling

268

C9.I4

Grensoverschrijdende en meerlandenprojecten — Low Power Processors
en halfgeleiderchips

T

Entiteiten in consortia die deelnemen aan oproepen tot het indienen van projecten door de Gemeenschappelijke Onderneming „Essentiële Digitale Technologieën” (KDT JU)

278

C9.R5

Steun voor de integratie van organisaties voor onderzoek, ontwikkeling en innovatie in Roemenië in de Europese onderzoeksruimte

M

Inwerkingtreding van een wet die de vrijwillige en functionele integratie en fusie van onderzoeksinstellingen in Roemenië aanmoedigt, vergemakkelijkt en reguleert

280

C9.I5

Oprichting en operationalisering van kenniscentra

M

Oprichting van 5 kenniscentra

308

C10.R2

Totstandbrenging van een beleidskader voor duurzame stedelijke transformatie

M

Inwerkingtreding van het regeringsbesluit tot vaststelling van het Roemeense kader voor stedelijk beleid

310

C10.R3

Totstandbrenging van een beleidskader voor een duurzame transformatie van het platteland: oprichting van administratieve consortia in functionele plattelandsgebieden

M

Inwerkingtreding van de wetgevingshandeling tot wijziging van het administratief wetboek en tot oprichting van administratieve consortia in naburige landelijke of overwegend rurale territoriale eenheden, bestaande als functionele plattelandsgebieden

317

C10.I2

Bouw van huisvesting voor jongeren en voor beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg en het onderwijs

M

Ondertekening van alle overheidsopdrachten voor de bouw van huisvesting voor jongeren uit kwetsbare gemeenschappen en groepen, noodhuisvesting en voor gezondheids- en onderwijsprofessionals in stedelijke of plattelandsgebieden

320

C10.I3

Gematigd herstel van openbare gebouwen ter verbetering van de openbare dienstverlening door bestuurlijke territoriale eenheden

M

Ondertekening van contracten
voor de matige renovatie van openbare gebouwen

323

C10.I4

Ontwikkeling/actualisering in GIS-formaat van documenten inzake ruimtelijke ordening en stadsplanning

M

Ondertekening van contracten voor de ontwikkeling/actualisering van documentatie inzake ruimtelijke ordening, stadsplanning en plannen voor duurzame stedelijke mobiliteit

342

C11.I4
Invoering van 3 000 km fietsroutes

M

Ondertekening van de contracten voor fietsroutes

399

C13.R7

Hervorming van de langdurige zorg voor ouderen

M

Inwerkingtreding van een wet voor de goedkeuring en uitvoering van de nationale langetermijnstrategie voor langdurige zorg

Bedrag termijnbetaling

EUR 811 026 482 

2.2.4.Vierde tranche (steun via leningen):

Volgnummer

Betrokken maatregel

(Hervorming of investering)

Mijlpaal/Doelstelling

Naam

41

C2.I5

Investeringen in geïntegreerde risicoverminderingssystemen als gevolg van storende plotselinge overstromingen in bosbekkens die aan dergelijke verschijnselen zijn blootgesteld

M

Goedkeuring van projectontwerpen

108

C5.I3

Versterking van de professionele capaciteit van professionals en werknemers in de renovatiesector door de ontwikkeling van opleidingen over energie-efficiënte bouw

T

Vaststelling van certificeringsregelingen op het gebied van de energieprestatie van gebouwen

126

C6.R4

Ontwikkeling van een gunstig wet- en regelgevingskader voor toekomstige technologieën, met name waterstof en opslagoplossingen

M

Inwerkingtreding van de wijzigingen van het wetgevingskader ter uitvoering van de nationale waterstofstrategie

334

C11.I1

Bevordering van de toeristische/culturele routes in 12

M

Ondertekening van de contracten voor de restauratie- en renovatiewerkzaamheden voor de locaties die deel uitmaken van de 12 culturele routes

336

C11.I2

Modernisering/oprichting van musea en gedenktekens

M

Ondertekening van de contracten voor de bouwwerkzaamheden van de musea

345

C11.R3

Hervorming van het financieringssysteem voor de culturele sector

M

Inwerkingtreding van de wet inzake het statuut van cultuurwerkers

346

C11.I5

Verbetering van de toegang tot cultuur in cultureel achtergestelde gebieden

M

Ondertekening van de financieringscontracten

16

C1.I4.2

Herstel van bestaande accumulaties die noodinterventies voor een veilige werking vereisen

M

Goedkeuring van het projectontwerp bij regeringsbesluit/ministerieel besluit, naargelang het geval

80

C4.R2

Prestatiegebaseerd kwaliteitsbeheer in het vervoer — Verbetering van de institutionele capaciteit en corporate governance

M

Uitvoering van de belangrijkste aanbevelingen om de financiële en operationele prestaties van C.N.A.I.R., C.N.I.R., C.F.R. Calatori en Metrorex te verbeteren

248

C9.I2.1

Financieringsinstrumenten voor de particuliere sector — Portfoliegarantie voor veerkracht

T

Financierings- of investeringsverrichtingen ten belope van ten minste 50 % van het totale bedrag van de middelen die zijn toegewezen aan het door het InvestEU-investeringscomité goedgekeurde instrument

251

C9.I2.2

Financieringsinstrumenten voor de particuliere sector — Klimaatactiefortgarantie

T

Financierings- of investeringsverrichtingen ten belope van ten minste 50 % van het totale bedrag van de aan het instrument toegewezen middelen, goedgekeurd door het InvestEU-investeringscomité

260

C9.I2.5

Financiële instrumenten voor de particuliere sector — Investeringen in energie-efficiëntie in de woon- en bouwsector

T

Financierings- of investeringsverrichtingen ten belope van ten minste 50 % van het totale bedrag van de beoogde financiering of investering, goedgekeurd door het InvestEU-investeringscomité

273

C9.R2

Stroomlijning van de governance van onderzoek, ontwikkeling en innovatie

M

Inwerkingtreding van een regeringsbesluit tot oprichting van één orgaan dat de bestaande raden omvat, zorgt voor interministeriële coördinatie en zich richt op de gevestigde en operationele particuliere sector.

286

C9.I10

Oprichting en financiële ondersteuning van een nationaal netwerk van acht regionale centra voor loopbaanbegeleiding als onderdeel van het talentenplatform voor de Europese Onderzoeksruimte

M

Een netwerk van openbare universiteiten die 8 centra voor loopbaanoriëntatie op onderzoeksgebied huisvesten en operationeel maken

315

C10.R5

Ontwikkeling van het planningssysteem — Code voor ruimtelijke ordening, stedenbouw en bouw

M

Inwerkingtreding van het Wetboek van Ruimtelijke Ordening, Ruimtelijke Ordening en Bouw

316

C10.R5

Ontwikkeling van het planningssysteem — Code voor ruimtelijke ordening, stedenbouw en bouw

M

Ingebruikneming van het interoperabele stedelijke digitale gegevensplatform (als onderdeel van de territoriale waarnemingspost)

Bedrag termijnbetaling

EUR 1 677 245 690

2.2.5.Vijfde tranche (steun via leningen):

Volgnummer

Betrokken maatregel

(Hervorming of investering)

Mijlpaal/Doelstelling

Naam

44

C3.R1

Het beheer van het afvalbeheer verbeteren om de overgang naar de circulaire economie te versnellen

M

De goedkeuring van het actieplan voor de nationale strategie voor de circulaire economie

348

C11.I6

Ontwikkeling van een digitaal systeem voor culturele financieringsprocessen

M

Platforms en digitale systemen operationeel gemaakt

349

C11.I7

Versnelling van de digitalisering van filmproductie en -distributie

M

Ondertekening van de financieringscontracten

496

C15.I13

Uitrusting van IT-laboratoria in scholen voor beroepsonderwijs en -opleiding

T

Scholen voor beroepsonderwijs en -opleiding die zijn uitgerust met computerlaboratoria

497

C15.I14

Uitrusting van praktijkworkshops op scholen voor beroepsonderwijs en -opleiding

T

Onderwijseenheden voor beroepsonderwijs en -opleiding die zijn uitgerust met functionele praktijklaboratoria

9

C1.I2

Opvang van afvalwater in agglomeraties met minder dan 2 000 inwoners die het bereiken van een goede toestand van waterlichamen in de weg staan en/of gevolgen hebben voor beschermde natuurgebieden

T

Afzonderlijke of andere geschikte systemen die zijn gebouwd en operationeel zijn in agglomeraties met minder dan 2 000 inwonerequivalenten

34

C2.I3.2

Identificatie van potentiële gebieden voor strikte bescherming in natuurlijke terrestrische en mariene habitats met het oog op de uitvoering van de EU-biodiversiteitsstrategie voor 2030

M

Inwerkingtreding van de wetgevingshandeling voor de aanwijzing van strikt beschermde gebieden (aangewezen in beschermde Natura 2000-gebieden met bestaande beheersplannen of met inbegrip van oerbossen)

82

C4.I3

Ontwikkeling van duurzame wegeninfrastructuur op het TEN-T-netwerk, tolheffing, verkeersbeheer en verkeersveiligheid

M

Ondertekening van contracten voor 100 % van de werken, na open en concurrerende aanbestedingen en de verkregen relevante vergunningen, waarbij adviezen over MEB (milieueffectbeoordeling) en passende beoordeling (onderdeel van de habitatrichtlijn) zijn uitgebracht en opgenomen in het ontwerp van de investeringen

87

C4.I4

Ontwikkeling van het ondergrondse vervoersnetwerk in de gemeenten Boekarest en Cluj-Napoca

M

Ondertekening van contracten voor 100 % van de werken, na openbare en openbare aanbestedingen en relevante vergunningen

109

C5.I3

Versterking van de professionele capaciteit van professionals en werknemers in de renovatiesector door de ontwikkeling van opleidingen over energie-efficiënte bouw

T

Ten minste 8000 specialisten en werknemers met een certificaat voor de voltooiing van opleidingen op het gebied van energie-efficiëntie

128

C6.R6

Vergroting van het concurrentievermogen en decarbonisatie van de verwarmings- en koelingssector

M

Inwerkingtreding van het wetgevingskader tot invoering van maatregelen om de verwarmings- en koelingssector koolstofvrij te maken

274

C9.R3

Hervorming van de onderzoeksloopbaan

M

Inwerkingtreding van wetgeving betreffende de loopbaan en status van de onderzoeker

284

C9.I8

Ontwikkeling van een programma om hooggespecialiseerd personeel uit het buitenland aan te trekken voor onderzoeks-, ontwikkelings- en innovatieactiviteiten

T

Projecten onder leiding van internationale onderzoekers

285

C9.I9

Steun voor houders van certificaten van uitmuntendheid die zijn ontvangen in het kader van de Marie Sklodowska Curie-prijs voor individuele beurzen

T

Marie Sklodowska Curie-ontvangers van het excellentiekeurmerk

329

C11.R1

Operationalisering van organisaties voor bestemmingsmanagement (DMO’s)

T

Gevestigde organisaties voor bestemmingsmanagement

135

C6.I4

Industriële keten van productie en/of assemblage en/of recycling van batterijen, cellen en fotovoltaïsche panelen (met inbegrip van ondersteunende apparatuur), productie van grondstoffen die in de geassocieerde industrie worden gebruikt, en nieuwe opslagcapaciteit voor elektriciteit

M

Ondertekening van contracten voor investeringen in de productie van batterijen en fotovoltaïsche productieketens

136

C6.I4

Industriële keten van productie en/of assemblage en/of recycling van batterijen, cellen en fotovoltaïsche panelen (met inbegrip van ondersteunende apparatuur), productie van grondstoffen die in de geassocieerde industrie worden gebruikt, en nieuwe opslagcapaciteit voor elektriciteit

M

Ondertekening van contracten in het kader van de steunregeling voor batterijopslag

267

C9.I4

Grensoverschrijdende en meerlandenprojecten — Low Power Processors
en halfgeleiderchips

T

Voor deelname aan het project geselecteerde entiteiten

526

C16.I6.

Proefproject voor de installatie van 20 MW drijvende zonnepanelen op irrigatiekanalen

M

Ondertekening van het (de) contract (en)

276

C9.R4

Nauwere samenwerking tussen bedrijfsleven en onderzoek

M

Inwerkingtreding van wetswijzigingen voor een gunstig klimaat voor publieke en private investeringen in onderzoek, ontwikkeling en innovatie

333

C11.I1

Bevordering van de toeristische/culturele routes in 12

M

Opening van de 12 culturele routes

11

C1.I2

Opvang van afvalwater in agglomeraties met minder dan 2 000 inwonerequivalenten die het bereiken van een goede toestand van waterlichamen in de weg staan en/of gevolgen hebben voor beschermde natuurlijke gebieden

T

Aangelegd en operationeel rioleringsnet in agglomeraties met minder dan 2 000 inwonerequivalenten

249

C9.I2.1

Financieringsinstrumenten voor de particuliere sector — Portfoliegarantie voor veerkracht

T

Financierings- of investeringsverrichtingen ten belope van 100 % van de middelen die zijn toegewezen aan het door het InvestEU-investeringscomité goedgekeurde instrument.

252

C9.I2.2

Financieringsinstrumenten voor de particuliere sector — Klimaatactiefortgarantie

T

Financierings- of investeringsverrichtingen ten belope van 100 % van het totale bedrag van de aan het instrument toegewezen middelen, goedgekeurd door het InvestEU-investeringscomité.

261

C9.I2.5

Financiële instrumenten voor de particuliere sector — Investeringen in energie-efficiëntie in de woon- en bouwsector

T

Financierings- of investeringsverrichtingen ten belope van 100 % van het totale bedrag van de beoogde financiering of investering, goedgekeurd door het InvestEU-investeringscomité.

263

C9.I3.1

Steunregelingen voor de particuliere sector — Steunregeling voor de digitalisering van kmo’s

T

Aantal ondertekende financieringscontracten

347

C11.I5

Verbetering van de toegang tot cultuur in cultureel achtergestelde gebieden

T

Kleine plaatsen met betere toegang tot cultuur

269

C9.I4

Grensoverschrijdende en meerlandenprojecten — Low Power Processors
en halfgeleiderchips

T

Aan de geselecteerde entiteiten vastgelegde middelen

283

C9.I7

Versterking van excellentie en ondersteuning van de deelname van Roemenië aan partnerschappen en missies in Horizon Europa

T

Aantal ondertekende contracten voor onderzoeksfinanciering

523

C16.R2 Installatie van centrale aanspreekpunten (OSS) voor het verlenen van energieadviesdiensten voor energie-efficiëntierenovaties en energieproductie uit hernieuwbare bronnen

M

Inwerkingtreding van wetswijzigingen voor de oprichting en ontwikkeling van OSS-kantoren voor het verlenen van energieadviesdiensten

524

C16.R2 Installatie van centrale aanspreekpunten (OSS) voor het verlenen van energieadviesdiensten voor energie-efficiëntierenovaties en energieproductie uit hernieuwbare bronnen

T

Acties voor capaciteitsopbouw

525

C16.R2 Installatie van centrale aanspreekpunten (OSS) voor het verlenen van energieadviesdiensten voor energie-efficiëntierenovaties en energieproductie uit hernieuwbare bronnen

T

Opening van fysieke OSS-kantoren

528

C16.I7 Subsidieregeling om de energie-efficiëntie van huishoudens te verbeteren

M

Lancering van oproepen tot het indienen van projecten

Bedrag termijnbetaling

EUR 3 287 401 552

2.2.6.Zesde tranche (steun via leningen):

Volgnummer

Betrokken maatregel

(Hervorming of investering)

Mijlpaal/Doelstelling

Naam

4

C1.R2

Herconfiguratie van het huidige economische mechanisme van ANAR om de modernisering en het onderhoud van het nationale waterbeheersysteem en de correcte uitvoering van de kaderrichtlijn water en de overstromingsrichtlijn te waarborgen

M

Inwerkingtreding van de wet tot wijziging van waterwet nr. 107/1996

5

C1.I1

Uitbreiding van water- en rioleringssystemen in agglomeraties met meer dan 2 000 inwonerequivalenten, met prioriteit in het versnelde plan voor de naleving van de Europese richtlijnen

T

Aangelegde en operationele waterdistributienetten

7

C1.I1

Uitbreiding van water- en rioleringssystemen in agglomeraties met meer dan 2 000 inwonerequivalenten, met prioriteit in het versnelde plan voor de naleving van de Europese richtlijnen

T

Aangelegde en operationele rioleringsnetten

48

C3.I1a

Oprichting van vrijwillige verzamelcentra

T

Vrijwillige verzamelcentra opgericht en operationeel

50

C3.I1b

Bouw van gedigitaliseerde ecoeilanden voor gescheiden afvalinzameling op lokaal niveau

T

Gedigitaliseerde ecoeilanden voor gescheiden afvalinzameling, opgericht en operationeel

14

C1.I4.1

Herstel van bestaande verdedigingslijnen overeenkomstig de overstromingsrichtlijn en de nationale strategie voor overstromingsrisicobeheer

T

Herstelde overstromingsverdedigingslijnen in overeenstemming met de overstromingsrichtlijn en de nationale strategie voor overstromingsrisicobeheer

52

C3.I1c

Geïntegreerde centra voor stedelijke agglomeraties met betrekking tot gescheiden inzameling

T

In stedelijke agglomeraties opgerichte en in bedrijf zijnde geïntegreerde afvalinzamelingscentra

56

C3.I3a

Bewakings- en controleapparatuur voor de Nationale Milieuwacht

T

Commissarissen van de nationale milieuwacht die zijn uitgerust met digitale apparatuur voor monitoring- en controleactiviteiten op het gebied van afvalbeheer

83

C4.I3

Ontwikkeling van duurzame wegeninfrastructuur op het TEN-T-netwerk, tolheffing, verkeersbeheer en verkeersveiligheid

M

Aanleg van nieuwe wegen, 50 % van de werkzaamheden voltooid

88

C4.I4

Ontwikkeling van het ondergrondse vervoersnetwerk in de gemeenten Boekarest en Cluj-Napoca

M

Aanleg van 50 % van de investeringen in metrolijnen in Boekarest en Cluj-Napoca

107

C5.I2

Implementatie van het nationaal gebouwenregister

M

Nationaal digitaal bouwregister opgezet en operationeel

110

C5.I4

Circulaire economie en grotere energie-efficiëntie van historische gebouwen

M

Een laboratorium voor het testen van nieuwe materialen en technologische oplossingen voor historische gebouwen is operationeel

111

C5.I4

Circulaire economie en grotere energie-efficiëntie van historische gebouwen

M

Binnen het Nationaal Erfgoedinstituut is een proefcentrum voor de verzameling en het hergebruik van historisch bouwmateriaal operationeel.

254

C9.I2.3

Financieringsinstrumenten voor de particuliere sector — Risicokapitaalfonds voor herstel

T

Financierings- of investeringsverrichtingen ten belope van 50 % van het door het investeringscomité goedgekeurde totale beoogde financierings- of investeringsbedrag

257

C9.I2.4

Financieringsinstrumenten voor de particuliere sector — Fonds voor digitalisering, klimaatactie en andere aandachtsgebieden

T

Ten minste 30 % van de beoogde begunstigden ondersteund

18

C1.I5

Passende middelen voor het beheer van stroomgebieden met het oog op de monitoring van en de preventie van en de reactie op noodsituaties

T

Stroomgebiedbeheerders die zijn uitgerust met machines voor ruwe toegang en interventie, amfibische toegang en vervoer van mobiele tassen/dijken in moeilijk bereikbare gebieden, drones uitgerust met LIDAR/Flir/fotogrammetriesensoren, geo-elektroresistieve/georadar technologieën van dijkbakken en hardware- en software-infrastructuur

246

C9.I1

Digitale platforms voor wetgevingstransparantie, de-bureaucratisering en vereenvoudiging van de procedures voor het bedrijfsleven.

M

Digitale platforms opgezet, verbonden met één elektronisch contactpunt en volledig operationeel

32

C2.I3.1

Actualisering van goedgekeurde beheersplannen

T

Beschermde natuurgebieden met geactualiseerde beheersplannen zijn in werking getreden

350

C11.I7

Versnelling van de digitalisering van filmproductie en -distributie

T

Filmproducenten en -distributeurs met meer digitale vaardigheden

499

C15.I15

Online school: Ontwikkeling van beoordelingsplatforms en inhoud

T

Ontwikkelde open leermiddelen (OER) (lesmateriaal)

31

C2.R2

Hervorming van het beheersysteem voor beschermde natuurgebieden door een coherente en doeltreffende uitvoering van de Europese biodiversiteitsstrategie

M

Inwerkingtreding van de wetgevingshandeling tot wijziging van het rechtskader dat van toepassing is op sectoren die gevolgen hebben voor de biodiversiteit

58

C3.I3b

Apparatuur voor luchtkwaliteit, radioactiviteit en geluidscontrole voor het nationaal agentschap voor milieubescherming

T

Operationalisering van apparatuur voor luchtkwaliteit, radioactiviteit en geluidscontrole

92

C5.R1

Vereenvoudigd en geactualiseerd regelgevingskader ter ondersteuning van de uitvoering van investeringen in de transitie naar groene en veerkrachtige gebouwen

T

Verkorting van het tijdschema voor de afgifte van bouwvergunningen

265

C9.I3.2

Steunregelingen voor de particuliere sector — De minimis-regeling ter ondersteuning van Roemeense ondernemingen bij de notering aan de beurs

T

Aantal ondertekende financieringscontracten die notering aan de beurs van Boekarest mogelijk maken

Bedrag termijnbetaling

EUR 1 744 335 517 

2.2.7.Zevende tranche (steun via leningen):

Volgnummer

Betrokken maatregel

(Hervorming of investering)

Mijlpaal/Doelstelling

Naam

19

C1.I6

Uitvoering van het waterkadaster

M

Waterkadaster ontwikkeld en operationeel gemaakt

20

C1.I7

Uitbreiding van het nationale observatienetwerk van het Nationaal Geïntegreerd Meteorologisch Systeem (SIMIN)

T

Aangekochte en operationele meteorologische stations

35

C2.I3.2

Identificatie van potentiële gebieden voor strikte bescherming in natuurlijke terrestrische en mariene habitats met het oog op de uitvoering van de EU-biodiversiteitsstrategie voor 2030

M

Inwerkingtreding van de wetgevingshandeling voor de aanwijzing van strikt beschermde gebieden (geïdentificeerd in beschermde Natura 2000-gebieden zonder bestaande beheersplannen en in andere gebieden)

57

C3.I3a
Bewakings- en controleapparatuur voor de Nationale Milieuwacht

T

400 controlebezoeken met behulp van de bewakings- en controleapparatuur

81

C4.R2

Prestatiegebaseerd kwaliteitsbeheer in het vervoer — Verbetering van de institutionele capaciteit en corporate governance

T

Betere spoorprestaties wat betreft stiptheid van treinen

112

C5.I4

Circulaire economie en grotere energie-efficiëntie van historische gebouwen

T

Ten minste 200 professionals met een certificaat voor de voltooiing van opleidingen over interventies en energie-efficiëntie in historische gebouwen

131

C6.I2

Distributie-infrastructuur voor hernieuwbare gassen (waarbij aardgas in combinatie met groene waterstof als overgangsmaatregel wordt gebruikt), alsook productiecapaciteit voor groene waterstof en/of het gebruik ervan voor elektriciteitsopslag

T

Productie van groene waterstof

141

C6.I5

Invoering van een stimuleringsregeling voor energie-efficiëntie in de industrie en vergroting van de veerkracht van de industrie

T

Voltooid energie-efficiëntieproject

188

C7.I18
Digitale transformatie en automatisering van robotische processen in overheidsdiensten

T

Robotprocesautomatisering (RPA) en bevordering van kunstmatige intelligentie (AI) in het openbaar bestuur

190

C7.I19

Regelingen voor bij- en omscholing van werknemers in bedrijven

T

Kmo’s die worden gefinancierd voor de opleiding van hun personeel op het gebied van digitale vaardigheden

244

C9.R1

Wetgevingstransparantie, de-bureaucratisering en vereenvoudiging van de procedures voor het bedrijfsleven

T

Vermindering van de gemiddelde tijd die nodig is voor de uitvoering van regelgevingsvereisten in verband met het ondernemingsklimaat

245

C9.R1

Wetgevingstransparantie, de-bureaucratisering en vereenvoudiging van de procedures voor het bedrijfsleven

T

Wetgevingshandelingen/wijzigingen met betrekking tot kmo’s waarvoor de test is toegepast

275

C9.R3

Hervorming van de onderzoeksloopbaan

T

Instellingen die zich hebben aangesloten bij het Europees Handvest voor Onderzoekers en de Code voor de Rekrutering van Onderzoekers hebben de aanzet gegeven tot het ontwerpen, uitvoeren en beoordelen van actieplannen

281

C9.I5

Oprichting en operationalisering van kenniscentra

T

Door de kenniscentra aangetrokken begroting uit onderzoeks-, ontwikkelings- en innovatieprojecten uit de particuliere sector

502

C15.I16

Digitalisering van universiteiten en voorbereiding op de digitale beroepen van de toekomst

T

Universiteiten ondersteund door nieuwe innovatieve technologiecentra om de nieuwe vaardigheden van de toekomst te creëren

498

C15.I15

Online school: Ontwikkeling van beoordelingsplatforms en inhoud

M

Online ePlatform voor studentenbeoordeling is operationeel

503

C15.I17

Zorgen voor universitaire infrastructuur (woningen, kantines, recreatiefaciliteiten)

T

Aangelegde of verbeterde en in gebruik zijnde recreatie- en leesplaatsen

504

C15.I17

Zorgen voor universitaire infrastructuur (woningen, kantines en recreatiefaciliteiten)

T

Aangelegde of verbeterde kantines die in gebruik zijn

39

C2.I4.4

Invoering van een monitoringsysteem voor wilde steuren langs de benedenloop van de Donau

M

Netwerk voor monitoring, communicatie en overdracht van gegevens over wilde steuren operationeel

101

C5.I1

Oprichting van een renovatiegolffonds ter financiering van werkzaamheden ter verbetering van de energie-efficiëntie van het bestaande gebouwenbestand

T

Voltooide energierenovatie van meergezinswoningen

104

C5.I1

Oprichting van een renovatiegolffonds ter financiering van werkzaamheden ter verbetering van de energie-efficiëntie van het bestaande gebouwenbestand

T

Voltooide energierenovatie van openbare gebouwen

505

C15.I17

Zorgen voor universitaire infrastructuur (woningen, kantines en recreatiefaciliteiten)

T

Nieuw gecreëerde of verbeterde accommodatie tijdens het gebruik

527

C16.I6. Proefproject voor de installatie van 20 MW drijvende zonnepanelen op irrigatiekanalen

T

20 MW geïnstalleerde capaciteit van in gebruik genomen drijvende zonnepanelen

Bedrag termijnbetaling

EUR 1 610 155 862

2.2.8.Achtste tranche (steun via leningen):

Volgnummer

Betrokken maatregel

(Hervorming of investering)

Mijlpaal/Doelstelling

Naam

15

C1.I4.1

Herstel van bestaande verdedigingslijnen overeenkomstig de overstromingsrichtlijn en de nationale strategie voor overstromingsrisicobeheer

T

Herstelde overstromingsverdedigingslijnen in overeenstemming met de overstromingsrichtlijn en de nationale strategie voor overstromingsrisicobeheer

17

C1.I4.2

Herstel van bestaande accumulaties die noodinterventies voor een veilige werking vereisen

T

Bestaande dammen gerehabiliteerd

45

C3.R1

Het beheer van het afvalbeheer verbeteren om de overgang naar de circulaire economie te versnellen

M

Uitvoering van de acties van de nationale strategie en het actieplan voor de circulaire economie die aan de overheidsinstanties zijn toegewezen

330

C11.R1

Operationalisering van organisaties voor bestemmingsmanagement (DMO’s)

T

Toegenomen aandeel buitenlandse toeristen aangetrokken in de districten die deel uitmaken van de regionale organisaties voor bestemmingsmanagement

507

C15.I18

Opleidings- en begeleidingsprogramma voor schoolmanagers en -inspecteurs

T

Directeuren, adjunct-directeuren en inspecteurs met een voltooid opleidings- en begeleidingsprogramma

6

C1.I1

Uitbreiding van water- en rioleringssystemen in agglomeraties met meer dan 2 000 inwonerequivalenten, met prioriteit in het versnelde plan voor de naleving van de Europese richtlijnen

T

Aangelegde en operationele waterdistributienetten

8

C1.I1

Uitbreiding van water- en rioleringssystemen in agglomeraties met meer dan 2 000 inwonerequivalenten, met prioriteit in het versnelde plan voor de naleving van de Europese richtlijnen

T

Aangelegde en operationele rioleringsnetwerken die in agglomeraties zijn gebouwd en operationeel zijn, met prioriteit in het versnelde plan voor de naleving van de Europese richtlijnen.

10

C1.I2

Opvang van afvalwater in agglomeraties met minder dan 2 000 inwonerequivalenten die het bereiken van een goede toestand van waterlichamen in de weg staan en/of gevolgen hebben voor beschermde natuurgebieden

T

Afzonderlijke of andere geschikte systemen die zijn gebouwd en operationeel zijn in agglomeraties met minder dan 2 000 inwonerequivalenten

12

C1.I2

Opvang van afvalwater in agglomeraties met minder dan 2 000 inwonerequivalenten die het bereiken van een goede toestand van waterlichamen in de weg staan en/of gevolgen hebben voor beschermde natuurgebieden

T

Aangelegde en operationele rioleringsnetwerken in agglomeraties met minder dan 2 000 inwonerequivalenten

13

C1.I3

Ondersteuning van de aansluiting van de bevolking met een laag inkomen op bestaande water- en rioleringsnetwerken

T

Huishoudens aangesloten op water- en rioleringsnetwerken via het nationale programma „Eerste aansluiting op water en sanitaire voorzieningen”

21

C1.I7

Uitbreiding van het nationale observatienetwerk van het Nationaal Geïntegreerd Meteorologisch Systeem (SIMIN)

M

Operationeel informatie- en communicatietechnologiesysteem voor de integratie van de aanvullende meteorologische en agro-meteorologische stations in het nationaal geïntegreerd meteorologisch systeem (SIMIN)

33

C2.I3.1

Actualisering van goedgekeurde beheersplannen

T

Beschermde natuurgebieden met geactualiseerde beheersplannen zijn in werking getreden

36

C2.I4.1

Wegnemen van belemmeringen in waterlopen om het herstel van de connectiviteit van afhankelijke habitats en soorten te vergemakkelijken

T

Oeverhabitats met herstelde connectiviteit

37

C2.I4.2

Wederopbouw van graslandhabitats in beschermde natuurgebieden

T

Ecologisch herstelde graslandhabitats

38

C2.I4.3 Decolourisatie van de Donaudelta in de Donaudelta om eutrofiëring te verminderen en de biologische diversiteit in stand te houden

T

Gebieden van het meer die hebben geprofiteerd van de verwijdering van waterplanten

40

C2.I4.5

Aanpassing van de infrastructuur voor de toegang van het publiek tot en het bezoek aan de Donaudelta om de druk van het toerisme op habitats en soorten te verminderen

T

Bezoekerscentra die zijn gebouwd om de druk van het toerisme op habitats te verlichten

42

C2.I5

Geïntegreerde systemen voor de beperking van overstromingsrisico’s in stroomgebieden van bossen

M

Voltooiing van de moderniseringswerkzaamheden voor bescherming tegen overstromingen

47

C3.R1

Het beheer van het afvalbeheer verbeteren om de overgang naar de circulaire economie te versnellen

T

Bijdrage met 4,5 % aan de nationale doelstelling van 50 % recycling en voorbereiding voor hergebruik tegen 2025

49

C3.I1a

Oprichting van vrijwillige verzamelcentra

T

Vrijwillige verzamelcentra opgericht en operationeel

51

C3.I1.b

Bouw van gedigitaliseerde ecoeilanden voor gescheiden afvalinzameling op lokaal niveau

T

Gedigitaliseerde ecoeilanden voor gescheiden afvalinzameling, opgericht en operationeel

53

C3.I1c

Geïntegreerde centra voor stedelijke agglomeraties met betrekking tot gescheiden inzameling

T

In stedelijke agglomeraties opgerichte en in bedrijf zijnde geïntegreerde afvalinzamelingscentra

54

C3.I1d

Bouw van afvalrecyclinginstallaties om de recyclingdoelstellingen van het pakket circulaire economie te halen

T

Gebouwde en in bedrijf zijnde afvalrecyclinginrichtingen

55

C3.I2

Ontwikkeling van infrastructuur voor het beheer van mest en ander composteerbaar landbouwafval

T

Geïntegreerde systemen voor de inzameling van composteerbaar landbouwafval, opgezet en operationeel

84

C4.I3.

Ontwikkeling van duurzame wegeninfrastructuur op het TEN-T-netwerk, tolheffing, verkeersbeheer en verkeersveiligheid

T

Aanleg van nieuwe wegen, voltooid (met TEN-T-normen)

85

C4.I3

Ontwikkeling van duurzame wegeninfrastructuur op het TEN-T-netwerk, tolheffing, verkeersbeheer en verkeersveiligheid

T

Verkeersveiligheid zwarte/hotspots verwijderd

89

C4.I4

Ontwikkeling van het ondergrondse vervoersnetwerk in de gemeenten Boekarest en Cluj-Napoca

T

Kilometers nieuwe metrolijnen in Boekarest en Cluj-Napoca voltooid

103

C5.I1

Oprichting van een renovatiegolffonds ter financiering van werkzaamheden ter verbetering van de energie-efficiëntie van het bestaande gebouwenbestand

T

Voltooide energierenovatie van meergezinswoningen

106

C5.I1

Oprichting van een renovatiegolffonds ter financiering van werkzaamheden ter verbetering van de energie-efficiëntie van het bestaande gebouwenbestand

T

Voltooide energierenovatie van openbare gebouwen

134

C6.I3

Ontwikkeling van flexibele en hoogrenderende gasgestookte warmtekrachtkoppeling (WKK) voor stadsverwarming met het oog op een diepe decarbonisatie

T

Hoogrenderende warmtekrachtkoppelingsinstallaties en stadsverwarming

255

C9.I2.3

Financieringsinstrumenten voor de particuliere sector — Risicokapitaalfonds voor herstel

T

Financierings- of investeringsverrichtingen ten belope van 100 % van het door het investeringscomité goedgekeurde totale beoogde financierings- of investeringsbedrag

258

C9.I2.4

Financieringsinstrumenten voor de particuliere sector — Fonds voor digitalisering, klimaatactie en andere aandachtsgebieden

T

100 % van de beoogde begunstigden die steun hebben ontvangen

271

C9.R2

Stroomlijning van de governance van onderzoek, ontwikkeling en innovatie

T

Aandeel aanbevelingen in de beleidsondersteuningsfaciliteit die eind 2026 zijn goedgekeurd

272

C9.R2

Stroomlijning van de governance van onderzoek, ontwikkeling en innovatie

M

Inwerkingtreding van een permanent systeem voor het ontwerpen, uitvoeren, monitoren en evalueren van onderzoeks-, ontwikkelings- en innovatiebeleid

277

C9.R4

Nauwere samenwerking tussen bedrijfsleven en onderzoek

M

40 % van de door de overheid gefinancierde onderzoeks-, ontwikkelings- en innovatieprojecten heeft ten minste één bedrijfseenheid die als partner betrokken is

279

C9.R5

Steun voor de integratie van organisaties voor onderzoek, ontwikkeling en innovatie in Roemenië in de Europese onderzoeksruimte

T

Percentage onderzoeksorganisaties dat onderzoeksinfrastructuur en -faciliteiten deelt

282

C9.I6

Mentorprogramma’s van Horizon Europa

T

Vouchers die worden toegekend in het kader van het mentoringprogramma van Horizon Europa

287

C9.I10

Oprichting en financiële ondersteuning van een nationaal netwerk van acht regionale centra voor loopbaanbegeleiding als onderdeel van het talentenplatform voor de Europese Onderzoeksruimte

T

Onderzoekers die gebruik hebben gemaakt van de diensten van centra voor loopbaanbegeleiding

309

C10.R2

Totstandbrenging van een beleidskader voor duurzame stedelijke transformatie

T

Verbetering van de levenskwaliteit in stedelijke gebieden

311

C10.R2

Totstandbrenging van een beleidskader voor een duurzame transformatie van het platteland: oprichting van administratieve consortia in functionele plattelandsgebieden

T

Vermindering van armoede en sociale uitsluiting in plattelandsgebieden

313

C10.R3

Verbetering van de kwaliteit van huisvesting met het oog op een beter welzijn

T

Verminderd percentage overbezette woningen

314

C10.R3

Verbetering van de kwaliteit van huisvesting met het oog op een beter welzijn

T

Verminderd percentage van de bevolking dat in informele nederzettingen woont

318

C10.I1

Bouw van eenheden voor jeugdhuisvesting/huisvesting voor beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg en het onderwijs

T

Wooneenheden gebouwd voor jongeren uit kwetsbare gemeenschappen/groepen

319

C10.I1

Bouw van eenheden voor jeugdhuisvesting/huisvesting voor beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg en het onderwijs

T

Wooneenheden gebouwd voor beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg en het onderwijs

322

C10.I3

Gematigd herstel van openbare gebouwen ter verbetering van de openbare dienstverlening door bestuurlijke territoriale eenheden

T

Oppervlakte in vierkante meter van gerenoveerde openbare gebouwen

325

C10.I4

Ontwikkeling/actualisering in GIS-formaat van documenten inzake ruimtelijke ordening en stadsplanning

T

Ruimtelijke ordening, stadsplanning en plannen voor duurzame stedelijke mobiliteit afgerond en overgenomen in het platform van de Territoriale Waarnemingspost

335

C11.I1

Bevordering van de toeristische/culturele routes in 12

T

Nieuw herstelde locaties geopend

337

C11.I2. Modernisering/oprichting van musea en gedenktekens

T

Nieuw gebouwde en gerenoveerde musea geopend

343

C11.I4
Invoering van 3 000 km fietsroutes

T

Kilometers fietsroutes die zijn aangelegd en toegankelijk zijn voor fietsen

400

C13.I4

Oprichting van een netwerk van dagverblijven en revalidatiecentra voor ouderen (geen residentiële component)

T

Operationalisering van dagzorg en revalidatiecentra voor ouderen

137

C6.I4

Industriële keten van productie en/of assemblage en/of recycling van batterijen, cellen en fotovoltaïsche panelen (met inbegrip van ondersteunende apparatuur), productie van grondstoffen die in de geassocieerde industrie worden gebruikt, en nieuwe opslagcapaciteit voor elektriciteit

T

Installaties voor de productie en/of assemblage en/of recycling van batterijen

138

C6.I4

Industriële keten van productie en/of assemblage en/of recycling van batterijen, cellen en fotovoltaïsche panelen (met inbegrip van ondersteunende apparatuur), productie van grondstoffen die in de geassocieerde industrie worden gebruikt, en nieuwe opslagcapaciteit voor elektriciteit

T

Capaciteit voor fotovoltaïsche cellen en panelen in opdracht

139

C6.I4

Industriële keten van productie en/of assemblage en/of recycling van batterijen, cellen en fotovoltaïsche panelen (met inbegrip van ondersteunende apparatuur), productie van grondstoffen die in de geassocieerde industrie worden gebruikt, en nieuwe opslagcapaciteit voor elektriciteit

T

Geïnstalleerde capaciteit voor elektriciteitsopslag

506

C15.I17

Zorgen voor universitaire infrastructuur (woningen, kantines en recreatiefaciliteiten)

T

Ten minste 40 % van de nieuwe en gemoderniseerde faciliteiten is gericht op studenten uit kansarme milieus

529

C16. I7 Investeringen 7. Subsidiekaartregeling om de energie-efficiëntie van huishoudens te verbeteren

T

Voltooide energierenovatie van eengezinswoningen

Bedrag termijnbetaling

EUR 3 824 120 173 

3.DEEL 3: AANVULLENDE REGELINGEN

3.1.Regelingen voor monitoring en uitvoering van het herstel- en veerkrachtplan

Het toezicht op en de uitvoering van het herstel- en veerkrachtplan van Roemenië vinden plaats overeenkomstig de volgende regelingen:

·Op centraal niveau wordt de coördinatie verzorgd door het interministerieel comité voor de coördinatie van het plan, dat in nauwe samenwerking met het ministerie van Investeringen en Europese Projecten (MIPE) de vorderingen bij de uitvoering van het plan moet onderzoeken. MIPE werd aangesteld als nationaal coördinator voor de voorbereiding, onderhandeling en goedkeuring van het plan, bijgestaan door het ministerie van Financiën (voor taken in verband met de ondertekening van de leningsovereenkomst en de financieringsovereenkomst), met de oprichting van een gespecialiseerde structuur.

·Het MIPE is ook belast met de controle en monitoring van het plan, met inbegrip van het toezicht op de verwezenlijking van de mijlpalen en streefdoelen, en met het waarborgen van de preventie, opsporing en correctie van ernstige onregelmatigheden. Tot slot is hetzelfde ministerie ook verantwoordelijk voor het opstellen en ondertekenen van betalingsaanvragen en beheersverklaringen.

·De uitvoering van het plan wordt gewaarborgd door vakministeries en hun ondergeschikte structuren, door het sluiten van financieringsovereenkomsten met het MIPE.

3.2.Regelingen voor volledige toegang door de Commissie tot de onderliggende gegevens

Om de Commissie volledige toegang te verlenen tot de relevante onderliggende gegevens, beschikt Roemenië over de volgende regelingen:

Als nationale coördinator van het plan is het MIPE verantwoordelijk voor de algemene coördinatie, controle en monitoring van het plan. Zij treedt met name op als coördinerend orgaan voor het monitoren van de vooruitgang met betrekking tot mijlpalen en streefdoelen, terwijl audits onder de verantwoordelijkheid van de auditautoriteit vallen. Het MIPE coördineert de verslaglegging over mijlpalen en streefdoelen, alle relevante indicatoren, maar ook kwalitatieve financiële informatie en andere gegevens, zoals over eindontvangers. De gegevenscodering vindt plaats in het IT-systeem van MIPE.

Overeenkomstig artikel 24, lid 2, van Verordening (EU) 2021/241 dient Roemenië, na voltooiing van de desbetreffende overeengekomen mijlpalen en streefdoelen in deel 2.1 van deze bijlage, bij de Commissie een naar behoren gemotiveerd verzoek tot betaling van de financiële bijdrage en, in voorkomend geval, van de lening in. Roemenië zorgt ervoor dat de Commissie op verzoek volledige toegang heeft tot de relevante onderliggende gegevens ter onderbouwing van het betalingsverzoek, zowel voor de beoordeling van het betalingsverzoek overeenkomstig artikel 24, lid 3, van Verordening (EU) 2021/241 als voor audit- en controledoeleinden.

(1) Roemenië heeft nog niet aan deze wettelijke verplichting voldaan en er is een inbreuk aan de gang. Erkenning van de datum van indiening van het NAPCP in het kader van het plan betekent geen goedkeuring door de Commissie. Dit doet geen afbreuk aan de lopende inbreuk wegens het niet indienen van het NAPCP.
(2)

Deze uitsluiting is niet van toepassing op acties in het kader van deze maatregel in installaties die uitsluitend bestemd zijn voor de behandeling van niet-recycleerbaar gevaarlijk afval, noch op bestaande installaties, wanneer de acties in het kader van deze maatregel tot doel hebben de energie-efficiëntie te verhogen, uitlaatgassen af te vangen voor opslag of het gebruik of terugwinning van materialen uit verbrandingsassen, mits dergelijke acties in het kader van deze maatregel niet leiden tot een verhoging van de afvalverwerkingscapaciteit van de installatie of tot een verlenging van de levensduur van de installaties; waarvoor bewijs wordt geleverd op het niveau van de installatie.

(3)

Deze uitsluiting is niet van toepassing op acties in het kader van deze maatregel in bestaande installaties voor mechanische biologische behandeling, wanneer de acties in het kader van deze maatregel tot doel hebben de energie-efficiëntie te verhogen of de recyclingactiviteiten van gescheiden afval aan te passen aan compost bioafval en anaerobe vergisting van bioafval, mits dergelijke acties in het kader van deze maatregel niet leiden tot een verhoging van de afvalverwerkingscapaciteit van de installaties of tot een verlenging van de levensduur van de installaties; waarvoor bewijs wordt geleverd op het niveau van de installatie.

(4)

Deze uitsluiting is niet van toepassing op acties in het kader van deze maatregel in installaties die uitsluitend bestemd zijn voor de behandeling van niet-recycleerbaar gevaarlijk afval, noch op bestaande installaties, wanneer de acties in het kader van deze maatregel tot doel hebben de energie-efficiëntie te verhogen, uitlaatgassen af te vangen voor opslag of het gebruik of terugwinning van materialen uit verbrandingsassen, mits dergelijke acties in het kader van deze maatregel niet leiden tot een verhoging van de afvalverwerkingscapaciteit van de installatie of tot een verlenging van de levensduur van de installaties; waarvoor bewijs wordt geleverd op het niveau van de installatie.

(5)

Deze uitsluiting is niet van toepassing op acties in het kader van deze maatregel in bestaande installaties voor mechanische biologische behandeling, wanneer de acties in het kader van deze maatregel tot doel hebben de energie-efficiëntie te verhogen of de recyclingactiviteiten van gescheiden afval aan te passen aan compost bioafval en anaerobe vergisting van bioafval, mits dergelijke acties in het kader van deze maatregel niet leiden tot een verhoging van de afvalverwerkingscapaciteit van de installaties of tot een verlenging van de levensduur van de installaties; waarvoor bewijs wordt geleverd op het niveau van de installatie.

(6)

Met uitzondering van projecten in het kader van deze maatregel op het gebied van de opwekking van elektriciteit en/of warmte en de daarmee verband houdende transmissie- en distributie-infrastructuur, met gebruikmaking van aardgas, die voldoen aan de voorwaarden van bijlage III van de technische richtsnoeren „Geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01).

(7)

Wanneer de ondersteunde activiteit de verwachte broeikasgasemissies oplevert die niet significant lager zijn dan de relevante benchmarks, moet worden uitgelegd waarom dit niet mogelijk is. Benchmarks vastgesteld voor kosteloze toewijzing voor activiteiten die binnen het toepassingsgebied van het emissiehandelssysteem vallen, zoals bepaald in Uitvoeringsverordening (EU) 2021/447 van de Commissie.

(8)

Deze uitsluiting is niet van toepassing op acties in het kader van deze maatregel in installaties die uitsluitend bestemd zijn voor de behandeling van niet-recycleerbaar gevaarlijk afval, noch op bestaande installaties, wanneer de acties in het kader van deze maatregel tot doel hebben de energie-efficiëntie te verhogen, uitlaatgassen af te vangen voor opslag of het gebruik of terugwinning van materialen uit verbrandingsassen, mits dergelijke acties in het kader van deze maatregel niet leiden tot een verhoging van de afvalverwerkingscapaciteit van de installatie of tot een verlenging van de levensduur van de installaties; waarvoor bewijs wordt geleverd op het niveau van de installatie.

(9)

Deze uitsluiting is niet van toepassing op acties in het kader van deze maatregel in bestaande installaties voor mechanische biologische behandeling, wanneer de acties in het kader van deze maatregel tot doel hebben de energie-efficiëntie te verhogen of de recyclingactiviteiten van gescheiden afval aan te passen aan compost bioafval en anaerobe vergisting van bioafval, mits dergelijke acties in het kader van deze maatregel niet leiden tot een verhoging van de afvalverwerkingscapaciteit van de installaties of tot een verlenging van de levensduur van de installaties; waarvoor bewijs wordt geleverd op het niveau van de installatie.

(10) https://ec.europa.eu/newsroom/dae/document.cfm?doc_id=75185
(11) Beschikbaar op https://e3p.jrc.ec.europa.eu/publications/2021-best-practice-guidelines-eu-code-conduct-data-centre-energy-efficiency
(12) https://ec.europa.eu/isa2/sites/default/files/eif_brochure_final.pdf
(13) https://ec.europa.eu/newsroom/dae/document.cfm?doc_id=75185
(14) Met uitzondering van projecten voor elektriciteits- en/of warmteopwekking, alsook de daarmee verband houdende transmissie- en distributie-infrastructuur, met gebruikmaking van aardgas, die voldoen aan de voorwaarden van bijlage III bij de technische richtsnoeren „Geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01).
(15) Wanneer de ondersteunde activiteit de verwachte broeikasgasemissies oplevert die niet significant lager zijn dan de relevante benchmarks, moet worden uitgelegd waarom dit niet mogelijk is. Benchmarks vastgesteld voor kosteloze toewijzing voor activiteiten die binnen het toepassingsgebied van het emissiehandelssysteem vallen, zoals bepaald in Uitvoeringsverordening (EU) 2021/447 van de Commissie.
(16) Deze uitsluiting is niet van toepassing op acties in installaties die uitsluitend bestemd zijn voor de behandeling van niet-recycleerbaar gevaarlijk afval, noch op bestaande installaties, wanneer de acties tot doel hebben de energie-efficiëntie te verhogen, uitlaatgassen af te vangen voor opslag of gebruik of materialen terug te winnen uit verbrandingsassen, mits dergelijke maatregelen niet leiden tot een toename van de afvalverwerkingscapaciteit van de installatie of tot een verlenging van de levensduur van de installaties; waarvoor bewijs wordt geleverd op het niveau van de installatie.
(17) Deze uitsluiting is niet van toepassing op acties in bestaande installaties voor mechanische biologische behandeling, wanneer de acties tot doel hebben de energie-efficiëntie te verhogen of gescheiden afval aan recyclingactiviteiten aan te passen aan compostering van bioafval en anaerobe vergisting van bioafval, mits dergelijke maatregelen niet leiden tot een verhoging van de afvalverwerkingscapaciteit van de installaties of tot een verlenging van de levensduur van de installaties; waarvoor bewijs wordt geleverd op het niveau van de installatie.
(18) Met uitzondering van projecten voor elektriciteits- en/of warmteopwekking, alsook de daarmee verband houdende transmissie- en distributie-infrastructuur, met gebruikmaking van aardgas, die voldoen aan de voorwaarden van bijlage III bij de technische richtsnoeren „Geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01).
(19) Wanneer de ondersteunde activiteit de verwachte broeikasgasemissies oplevert die niet significant lager zijn dan de relevante benchmarks, moet worden uitgelegd waarom dit niet mogelijk is. Benchmarks vastgesteld voor kosteloze toewijzing voor activiteiten die binnen het toepassingsgebied van het emissiehandelssysteem vallen, zoals bepaald in Uitvoeringsverordening (EU) 2021/447 van de Commissie.
(20) Met uitzondering van projecten voor elektriciteits- en/of warmteopwekking, alsook de daarmee verband houdende transmissie- en distributie-infrastructuur, met gebruikmaking van aardgas, die voldoen aan de voorwaarden van bijlage III bij de technische richtsnoeren „Geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01).
(21) Wanneer de ondersteunde activiteit de verwachte broeikasgasemissies oplevert die niet significant lager zijn dan de relevante benchmarks, moet worden uitgelegd waarom dit niet mogelijk is. Benchmarks vastgesteld voor kosteloze toewijzing voor activiteiten die binnen het toepassingsgebied van het emissiehandelssysteem vallen, zoals bepaald in Uitvoeringsverordening (EU) 2021/447 van de Commissie.
(22) Met uitzondering van projecten in het kader van deze maatregel op het gebied van de opwekking van elektriciteit en/of warmte en de daarmee verband houdende transmissie- en distributie-infrastructuur, met gebruikmaking van aardgas, die voldoen aan de voorwaarden van bijlage III van de technische richtsnoeren „Geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01).
(23) Wanneer de ondersteunde activiteit de verwachte broeikasgasemissies oplevert die niet significant lager zijn dan de relevante benchmarks, moet worden uitgelegd waarom dit niet mogelijk is. Benchmarks vastgesteld voor kosteloze toewijzing voor activiteiten die binnen het toepassingsgebied van het emissiehandelssysteem vallen, zoals bepaald in Uitvoeringsverordening (EU) 2021/447 van de Commissie.
(24)

Deze uitsluiting is niet van toepassing op acties in het kader van deze maatregel in installaties die uitsluitend bestemd zijn voor de behandeling van niet-recycleerbaar gevaarlijk afval, noch op bestaande installaties, wanneer de acties in het kader van deze maatregel tot doel hebben de energie-efficiëntie te verhogen, uitlaatgassen af te vangen voor opslag of het gebruik of terugwinning van materialen uit verbrandingsassen, mits dergelijke acties in het kader van deze maatregel niet leiden tot een verhoging van de afvalverwerkingscapaciteit van de installatie of tot een verlenging van de levensduur van de installaties; waarvoor bewijs wordt geleverd op het niveau van de installatie.

(25) Deze uitsluiting is niet van toepassing op acties in het kader van deze maatregel in bestaande installaties voor mechanische biologische behandeling, wanneer de acties in het kader van deze maatregel tot doel hebben de energie-efficiëntie te verhogen of de recyclingactiviteiten van gescheiden afval aan te passen aan compost bioafval en anaerobe vergisting van bioafval, mits dergelijke acties in het kader van deze maatregel niet leiden tot een verhoging van de afvalverwerkingscapaciteit van de installaties of tot een verlenging van de levensduur van de installaties; waarvoor bewijs wordt geleverd op het niveau van de installatie.
(26) Met uitzondering van projecten in het kader van deze maatregel op het gebied van de opwekking van elektriciteit en/of warmte en de daarmee verband houdende transmissie- en distributie-infrastructuur, met gebruikmaking van aardgas, die voldoen aan de voorwaarden van bijlage III van de technische richtsnoeren „Geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01).
(27) Wanneer de ondersteunde activiteit de verwachte broeikasgasemissies oplevert die niet significant lager zijn dan de relevante benchmarks, moet worden uitgelegd waarom dit niet mogelijk is. Benchmarks vastgesteld voor kosteloze toewijzing voor activiteiten die binnen het toepassingsgebied van het emissiehandelssysteem vallen, zoals bepaald in Uitvoeringsverordening (EU) 2021/447 van de Commissie.
(28)

Deze uitsluiting is niet van toepassing op acties in het kader van deze maatregel in installaties die uitsluitend bestemd zijn voor de behandeling van niet-recycleerbaar gevaarlijk afval, noch op bestaande installaties, wanneer de acties in het kader van deze maatregel tot doel hebben de energie-efficiëntie te verhogen, uitlaatgassen af te vangen voor opslag of het gebruik of terugwinning van materialen uit verbrandingsassen, mits dergelijke acties in het kader van deze maatregel niet leiden tot een verhoging van de afvalverwerkingscapaciteit van de installatie of tot een verlenging van de levensduur van de installaties; waarvoor bewijs wordt geleverd op het niveau van de installatie.

(29) Deze uitsluiting is niet van toepassing op acties in het kader van deze maatregel in bestaande installaties voor mechanische biologische behandeling, wanneer de acties in het kader van deze maatregel tot doel hebben de energie-efficiëntie te verhogen of de recyclingactiviteiten van gescheiden afval aan te passen aan compost bioafval en anaerobe vergisting van bioafval, mits dergelijke acties in het kader van deze maatregel niet leiden tot een verhoging van de afvalverwerkingscapaciteit van de installaties of tot een verlenging van de levensduur van de installaties; waarvoor bewijs wordt geleverd op het niveau van de installatie.
(30) Met uitzondering van projecten voor elektriciteits- en/of warmteopwekking, alsook de daarmee verband houdende transmissie- en distributie-infrastructuur, met gebruikmaking van aardgas, die voldoen aan de voorwaarden van bijlage III bij de technische richtsnoeren „Geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01).
(31) Wanneer de ondersteunde activiteit de verwachte broeikasgasemissies oplevert die niet significant lager zijn dan de relevante benchmarks, moet worden uitgelegd waarom dit niet mogelijk is. Benchmarks vastgesteld voor kosteloze toewijzing voor activiteiten die binnen het toepassingsgebied van het emissiehandelssysteem vallen, zoals bepaald in Uitvoeringsverordening (EU) 2021/447 van de Commissie.
(32) Met uitzondering van projecten in het kader van deze maatregel op het gebied van de opwekking van elektriciteit en/of warmte en de daarmee verband houdende transmissie- en distributie-infrastructuur, met gebruikmaking van aardgas, die voldoen aan de voorwaarden van bijlage III van de technische richtsnoeren „Geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01).
(33) Wanneer de ondersteunde activiteit de verwachte broeikasgasemissies oplevert die niet significant lager zijn dan de relevante benchmarks, moet worden uitgelegd waarom dit niet mogelijk is. Benchmarks vastgesteld voor kosteloze toewijzing voor activiteiten die binnen het toepassingsgebied van het emissiehandelssysteem vallen, zoals bepaald in Uitvoeringsverordening (EU) 2021/447 van de Commissie.
(34)

Deze uitsluiting is niet van toepassing op acties in het kader van deze maatregel in installaties die uitsluitend bestemd zijn voor de behandeling van niet-recycleerbaar gevaarlijk afval, noch op bestaande installaties, wanneer de acties in het kader van deze maatregel tot doel hebben de energie-efficiëntie te verhogen, uitlaatgassen af te vangen voor opslag of het gebruik of terugwinning van materialen uit verbrandingsassen, mits dergelijke acties in het kader van deze maatregel niet leiden tot een verhoging van de afvalverwerkingscapaciteit van de installatie of tot een verlenging van de levensduur van de installaties; waarvoor bewijs wordt geleverd op het niveau van de installatie.

(35) Deze uitsluiting is niet van toepassing op acties in het kader van deze maatregel in bestaande installaties voor mechanische biologische behandeling, wanneer de acties in het kader van deze maatregel tot doel hebben de energie-efficiëntie te verhogen of de recyclingactiviteiten van gescheiden afval aan te passen aan compost bioafval en anaerobe vergisting van bioafval, mits dergelijke acties in het kader van deze maatregel niet leiden tot een verhoging van de afvalverwerkingscapaciteit van de installaties of tot een verlenging van de levensduur van de installaties; waarvoor bewijs wordt geleverd op het niveau van de installatie.
(36) Met uitzondering van projecten met betrekking tot de opwekking van elektriciteit en/of warmte, alsook de daarmee verband houdende transmissie- en distributie-infrastructuur met gebruikmaking van aardgas, die voldoen aan de voorwaarden van bijlage III bij de technische richtsnoeren „Geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01).
(37) Wanneer de ondersteunde activiteit de verwachte broeikasgasemissies oplevert die niet significant lager zijn dan de relevante benchmarks, moet worden uitgelegd waarom dit niet mogelijk is. Benchmarks vastgesteld voor kosteloze toewijzing voor activiteiten die binnen het toepassingsgebied van het emissiehandelssysteem vallen, zoals bepaald in Uitvoeringsverordening (EU) 2021/447 van de Commissie.
(38)

Deze uitsluiting is niet van toepassing op acties in het kader van deze maatregel die betrekking hebben op installaties die uitsluitend bestemd zijn voor de behandeling van niet-recycleerbaar gevaarlijk afval, noch op bestaande installaties, indien de acties in het kader van deze maatregel tot doel hebben de energie-efficiëntie te verhogen, uitlaatgassen af te vangen voor opslag, gebruik of terugwinning van materialen uit verbrandingsas, mits dergelijke acties in het kader van deze maatregel niet leiden tot een verhoging van de afvalverwerkingscapaciteit van de installatie of tot een verlenging van de levensduur van de installaties; waarvoor bewijs wordt geleverd op het niveau van de installatie.

(39) Deze uitsluiting is niet van toepassing op acties in het kader van deze maatregel in bestaande installaties voor mechanische biologische behandeling, wanneer de acties in het kader van deze maatregel tot doel hebben de energie-efficiëntie te verhogen of de recyclingactiviteiten van gescheiden afval aan te passen aan compost bioafval en anaerobe vergisting van bioafval, mits dergelijke acties in het kader van deze maatregel niet leiden tot een verhoging van de afvalverwerkingscapaciteit van de installaties of tot een verlenging van de levensduur van de installaties; waarvoor bewijs wordt geleverd op het niveau van de installatie.
(40) Met uitzondering van projecten met betrekking tot de opwekking van elektriciteit en/of warmte, alsook de daarmee verband houdende transmissie- en distributie-infrastructuur met gebruikmaking van aardgas, die voldoen aan de voorwaarden van bijlage III bij de technische richtsnoeren „Geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01).
(41) Wanneer de ondersteunde activiteit de verwachte broeikasgasemissies oplevert die niet significant lager zijn dan de relevante benchmarks, moet worden uitgelegd waarom dit niet mogelijk is. Benchmarks vastgesteld voor kosteloze toewijzing voor activiteiten die binnen het toepassingsgebied van het emissiehandelssysteem vallen, zoals bepaald in Uitvoeringsverordening (EU) 2021/447 van de Commissie.
(42)

Deze uitsluiting is niet van toepassing op acties in het kader van deze maatregel die betrekking hebben op installaties die uitsluitend bestemd zijn voor de behandeling van niet-recycleerbaar gevaarlijk afval, noch op bestaande installaties, indien de acties in het kader van deze maatregel tot doel hebben de energie-efficiëntie te verhogen, uitlaatgassen af te vangen voor opslag, gebruik of terugwinning van materialen uit verbrandingsas, mits dergelijke acties in het kader van deze maatregel niet leiden tot een verhoging van de afvalverwerkingscapaciteit van de installatie of tot een verlenging van de levensduur van de installaties; waarvoor bewijs wordt geleverd op het niveau van de installatie.

(43) Deze uitsluiting is niet van toepassing op acties in het kader van deze maatregel in bestaande installaties voor mechanische biologische behandeling, wanneer de acties in het kader van deze maatregel tot doel hebben de energie-efficiëntie te verhogen of de recyclingactiviteiten van gescheiden afval aan te passen aan compost bioafval en anaerobe vergisting van bioafval, mits dergelijke acties in het kader van deze maatregel niet leiden tot een verhoging van de afvalverwerkingscapaciteit van de installaties of tot een verlenging van de levensduur van de installaties; waarvoor bewijs wordt geleverd op het niveau van de installatie.
(44) Met uitzondering van projecten met betrekking tot de opwekking van elektriciteit en/of warmte, alsook de daarmee verband houdende transmissie- en distributie-infrastructuur met gebruikmaking van aardgas, die voldoen aan de voorwaarden van bijlage III bij de technische richtsnoeren „Geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01).
(45) Wanneer de ondersteunde activiteit de verwachte broeikasgasemissies oplevert die niet significant lager zijn dan de relevante benchmarks, moet worden uitgelegd waarom dit niet mogelijk is. Benchmarks vastgesteld voor kosteloze toewijzing voor activiteiten die binnen het toepassingsgebied van het emissiehandelssysteem vallen, zoals bepaald in Uitvoeringsverordening (EU) 2021/447 van de Commissie.
(46)

Deze uitsluiting is niet van toepassing op acties in het kader van deze maatregel die betrekking hebben op installaties die uitsluitend bestemd zijn voor de behandeling van niet-recycleerbaar gevaarlijk afval, noch op bestaande installaties, indien de acties in het kader van deze maatregel tot doel hebben de energie-efficiëntie te verhogen, uitlaatgassen af te vangen voor opslag, gebruik of terugwinning van materialen uit verbrandingsas, mits dergelijke acties in het kader van deze maatregel niet leiden tot een verhoging van de afvalverwerkingscapaciteit van de installatie of tot een verlenging van de levensduur van de installaties; waarvoor bewijs wordt geleverd op het niveau van de installatie.

(47) Deze uitsluiting is niet van toepassing op acties in het kader van deze maatregel in bestaande installaties voor mechanische biologische behandeling, wanneer de acties in het kader van deze maatregel tot doel hebben de energie-efficiëntie te verhogen of de recyclingactiviteiten van gescheiden afval aan te passen aan compost bioafval en anaerobe vergisting van bioafval, mits dergelijke acties in het kader van deze maatregel niet leiden tot een verhoging van de afvalverwerkingscapaciteit van de installaties of tot een verlenging van de levensduur van de installaties; waarvoor bewijs wordt geleverd op het niveau van de installatie.
(48)

Territoriale bestuurlijke eenheden worden gedefinieerd als „platteland” overeenkomstig de „Methodological Manual on territorial typologies — 2018 edition” (ook bekend als de DEGURBA-methode) of de verbeterde classificatie van kleine regio’s door de OESO (Fadic, M., et al. (2019), „classifying small (TL3) regions based on metropolitan population, low density and remoess”, OECD Regional Development Working Papers, nr. 2019/06, OECD Publishing, Parijs, https://doi.org/10.1787/b902cc00-en ).

(49) De investeringen 13 en 14 zijn opgenomen in deel O.3.
(50) Met uitzondering van projecten in het kader van deze maatregel op het gebied van de opwekking van elektriciteit en/of warmte en de daarmee verband houdende transmissie- en distributie-infrastructuur, met gebruikmaking van aardgas, die voldoen aan de voorwaarden van bijlage III van de technische richtsnoeren „Geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01).
(51) Wanneer de ondersteunde activiteit de verwachte broeikasgasemissies oplevert die niet significant lager zijn dan de relevante benchmarks, moet worden uitgelegd waarom dit niet mogelijk is. Benchmarks vastgesteld voor kosteloze toewijzing voor activiteiten die binnen het toepassingsgebied van het emissiehandelssysteem vallen, zoals bepaald in Uitvoeringsverordening (EU) 2021/447 van de Commissie.
(52)

Deze uitsluiting is niet van toepassing op acties in het kader van deze maatregel in installaties die uitsluitend bestemd zijn voor de behandeling van niet-recycleerbaar gevaarlijk afval, noch op bestaande installaties, wanneer de acties in het kader van deze maatregel tot doel hebben de energie-efficiëntie te verhogen, uitlaatgassen af te vangen voor opslag of het gebruik of terugwinning van materialen uit verbrandingsassen, mits dergelijke acties in het kader van deze maatregel niet leiden tot een verhoging van de afvalverwerkingscapaciteit van de installatie of tot een verlenging van de levensduur van de installaties; waarvoor bewijs wordt geleverd op het niveau van de installatie.

(53) Deze uitsluiting is niet van toepassing op acties in het kader van deze maatregel in bestaande installaties voor mechanische biologische behandeling, wanneer de acties in het kader van deze maatregel tot doel hebben de energie-efficiëntie te verhogen of de recyclingactiviteiten van gescheiden afval aan te passen aan compost bioafval en anaerobe vergisting van bioafval, mits dergelijke acties in het kader van deze maatregel niet leiden tot een verhoging van de afvalverwerkingscapaciteit van de installaties of tot een verlenging van de levensduur van de installaties; waarvoor bewijs wordt geleverd op het niveau van de installatie.
(54) De investeringen 12 en 13 zijn opgenomen in deel O.3.
(55) Investering 17 is opgenomen in deel O.3.
(56) Investering 18 is opgenomen in deel O.3.
(57) https://publications.jrc.ec.europa.eu/repository/handle/JRC107466
(58) https://publications.jrc.ec.europa.eu/repository/handle/JRC106281
Top