EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52015PC0365

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot wijziging van Verordening (EU) nr. 1303/2013 van het Europees Parlement en de Raad houdende gemeenschappelijke bepalingen inzake het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds, het Cohesiefonds, het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling en het Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij en algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds, het Cohesiefonds en het Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij, wat betreft specifieke maatregelen voor Griekenland

COM/2015/0365 final - 2015/0160 (COD)

Brussel, 17.7.2015

COM(2015) 365 final

2015/0160(COD)

Voorstel voor een

VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

tot wijziging van Verordening (EU) nr. 1303/2013 van het Europees Parlement en de Raad houdende gemeenschappelijke bepalingen inzake het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds, het Cohesiefonds, het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling en het Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij en algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds, het Cohesiefonds en het Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij, wat betreft specifieke maatregelen voor Griekenland


TOELICHTING

1.ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL

De financiële crisis heeft in Griekenland geleid tot aanhoudend negatieve groeipercentages, ernstige liquiditeitsproblemen en een gebrek aan beschikbare overheidsmiddelen voor de onontbeerlijke investeringen om groei en werkgelegenheid te bevorderen. Als buitengewone maatregel en gezien de unieke situatie die hierdoor in Griekenland is ontstaan, stelt de Commissie in haar mededeling "Een nieuwe start voor banen en groei in Griekenland" daarom drie elementen voor om te waarborgen dat de beschikbare EU-financiering uit het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling (EFRO), het Europees Sociaal Fonds (ESF), het Cohesiefonds (CF) en het Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij (EFMZV) daadwerkelijk wordt gebruikt voor investeringen in de praktijk en de begunstigden zo snel mogelijk bereikt. Om een onmiddellijke investeringsinjectie te geven, stelt de Commissie in deze context een verhoging voor van de initiële voorfinanciering van de middelen die voor 2014-2020 beschikbaar zijn voor cohesiebeleidsprogramma's in het kader van de doelstelling "investeren in groei en werkgelegenheid" en door het EFMZV ondersteunde programma's. Met het oog op een efficiënter gebruik van de voor het cohesiebeleid beschikbare middelen voor de financiering van concrete acties in het kader van de programma's voor 2007-2013 stelt zij bovendien voor de maximale medefinancieringspercentages en het maximum voor betalingen aan programma's aan het einde van de programmeringsperiode te verhogen.

2.RECHTSGRONDSLAG, SUBSIDIARITEIT EN EVENREDIGHEID

Er wordt voorgesteld aan artikel 134 van Verordening (EU) nr. 1303/2013 een lid toe te voegen om aanvullende initiële voorfinanciering mogelijk te maken voor operationele programma's in het cohesiebeleid voor 2014-2020 in het kader van de doelstelling "investeren in groei en werkgelegenheid" en voor uit het EFMZV gefinancierde programma's in Griekenland. Ook wordt voorgesteld aan artikel 152 van Verordening (EU) nr. 1303/2013 drie leden toe te voegen om het maximum van het gecumuleerde totaal van de voorfinanciering en de tussentijdse betalingen vast te stellen op 100 % en om het medefinancieringspercentage voor operationele programma's in Griekenland voor de convergentiedoelstelling en de doelstelling "regionaal concurrentievermogen en werkgelegenheid" voor 2007-2013 te verhogen tot 100 %.

3.EVALUATIE, RAADPLEGING VAN BELANGHEBBENDEN EN EFFECTBEOORDELING

Er zijn geen externe belanghebbenden geraadpleegd.

4.GEVOLGEN VOOR DE BEGROTING

De voorgestelde wijziging verandert niets aan de jaarlijkse maxima van het meerjarig financieel kader voor vastleggingen en betalingen als bedoeld in bijlage I bij Verordening (EU) nr. 1311/2013. Het voorstel betreft het vervroegd beschikbaar stellen van betalingskredieten en is voor de periode 2014-2020 begrotingsneutraal.

De jaarlijkse verdeling van de vastleggingskredieten voor het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds en het Cohesiefonds blijft ongewijzigd.

De aanvullende betalingskredieten die nodig zijn om de onmiddellijke gevolgen van een verhoging van de medefinancieringspercentages voor de periode 2007-2013 en van het opheffen van het maximum voor betalingen te dekken, bedragen 500 000 000 EUR in 2015 en 500 000 000 EUR voor de aanvullende initiële voorfinanciering in 2015.

Afhankelijk van de voortgang van de indiening van aanvragen voor tussentijdse betaling in 2015 kunnen deze aanvullende betalingskredieten mogelijk worden gedekt door betalingskredieten die voor tussentijdse betalingen voor de programma's voor 2014-2020 zijn vastgelegd. Vertragingen bij de aanwijzing van programma-autoriteiten door de lidstaten, wat een voorwaarde is voor de indiening van aanvragen voor tussentijdse betalingen, kunnen van invloed zijn op de indiening van betalingsaanvragen. De Commissie volgt de situatie op de voet en doet indien nodig passende voorstellen.

In de ontwerpbegroting voor 2016 is met de aanvullende voorfinanciering van 500 000 000 EUR voor 2016 echter geen rekening gehouden. Dit is evenmin het geval voor het effect in 2016 van de verhoging van de maximale medefinancieringspercentages en van het maximum voor betalingen voor programma's voor 2007-2013. Naar alle waarschijnlijkheid zal de Commissie derhalve voorstellen om de extra betalingsbehoeften te dekken door middel van een nota van wijzigingen bij de ontwerpbegroting voor 2016, rekening houdend met de herziene ramingen van de lidstaten, de lopende vaststelling van programma's en de stand van zake wat de aanwijzing van programma-autoriteiten betreft.

Het geschatte effect op 2017 zal in de volgende begrotingsprocedure worden opgenomen.

5.OVERIGE ELEMENTEN

Het voorstel omvat regelingen inzake verslaglegging betreffende de uitvoering van deze buitengewone maatregelen.

2015/0160 (COD)

Voorstel voor een

VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

tot wijziging van Verordening (EU) nr. 1303/2013 van het Europees Parlement en de Raad houdende gemeenschappelijke bepalingen inzake het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds, het Cohesiefonds, het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling en het Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij en algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds, het Cohesiefonds en het Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij, wat betreft specifieke maatregelen voor Griekenland

HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 177,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Na toezending van het ontwerp van wetgevingshandeling aan de nationale parlementen,

Gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité 1 ,

Gezien het advies van het Comité van de Regio's 2 ,

Handelend volgens de gewone wetgevingsprocedure,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)De financiële crisis heeft voor Griekenland ongekende gevolgen gehad. De crisis heeft in Griekenland gedurende een aantal jaren geleid tot een negatief groeipercentage van het bbp, hetgeen op zijn beurt ernstige liquiditeitstekorten heeft veroorzaakt, alsook een gebrek aan beschikbare overheidsmiddelen voor de nodige overheidsinvesteringen om duurzaam herstel te bevorderen. Hierdoor is een buitengewone situatie ontstaan waarvoor specifieke maatregelen nodig zijn.

(2)Het is van essentieel belang dat het gebrek aan liquiditeit en overheidsmiddelen in Griekenland de investeringen in het kader van programma's die worden ondersteund door het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds en het Cohesiefonds ("de Fondsen") en door het Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij (EFMZV) niet belemmert.

(3)Om ervoor te zorgen dat Griekenland in 2015 en 2016 over voldoende financiële middelen beschikt om te beginnen met de uitvoering van de programma's voor 2014-2020 die door de Fondsen en het EFMZV worden ondersteund, is het zinvol om het niveau van de initiële voorfinanciering van de operationele programma's van Griekenland in het kader van de doelstelling "investeren in groei en werkgelegenheid" en van door het EFMZV ondersteunde programma's te verhogen door in die jaren een aanvullende initiële voorfinanciering te betalen.

(4)Om ervoor te zorgen dat de aanvullende initiële voorfinanciering daadwerkelijk wordt gebruikt en de begunstigden van de Fondsen en het EFMZV zo snel mogelijk bereikt, zodat zij geplande investeringen kunnen doen en onmiddellijk na de indiening van hun betalingsaanvragen kunnen worden terugbetaald, moet de aanvullende voorfinanciering aan de Commissie worden terugbetaald indien er binnen een bepaalde termijn na de betaling van het bedrag geen adequaat niveau aan betalingsaanvragen bij de Commissie wordt ingediend.

(5)Met het oog op een efficiënter gebruik van beschikbare middelen voor de financiering van concrete acties in het kader van door de Fondsen ondersteunde operationele programma's voor de convergentiedoelstelling en de doelstelling "regionaal concurrentievermogen en werkgelegenheid" die voor 2007-2013 in Griekenland zijn vastgesteld, moeten de maximale medefinancieringspercentages en het maximum voor betalingen aan programma's aan het einde van de programmeringsperiode worden verhoogd. Er moet een verslagleggingsmechanisme worden vastgesteld om ervoor te zorgen dat de middelen die zo beschikbaar worden gesteld, daadwerkelijk voor de financiering van investeringen in de praktijk worden gebruikt.

(6)Aangezien de steun dringend nodig is, moet deze verordening onmiddellijk in werking treden.

(7)Verordening (EU) nr. 1303/2013 moet derhalve worden gewijzigd,

HEBBEN DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Verordening (EU) nr. 1303/2013 wordt als volgt gewijzigd:

1)    In artikel 134 wordt het volgende lid 1 bis ingevoegd:

"1 bis.    Naast de in lid 1, onder b) en c), vervatte tranches wordt aan de operationele programma's in Griekenland in 2015 en 2016 telkens een aanvullende initiële voorfinanciering van 3,5 % van het steunbedrag uit de Fondsen en het EFMZV voor de gehele programmeringsperiode uitgekeerd.

De aanvullende initiële voorfinanciering is niet van toepassing op programma's in het kader van de doelstelling "Europese territoriale samenwerking", noch op de specifieke toewijzing voor het Jeugdwerkgelegenheidsinitiatief.

Indien de certificeringsautoriteit van een operationeel programma per Fonds uiterlijk op 31 december 2016 geen betalingsaanvragen heeft ingediend voor de volledige aanvullende voorfinanciering die in 2015 en 2016 op grond van dit lid, indien van toepassing, wordt uitgekeerd, betaalt Griekenland de Commissie het volledige bedrag terug van de aan dat programma uitgekeerde aanvullende initiële voorfinanciering voor dat Fonds. Die terugbetalingen zijn geen financiële correctie en brengen geen verlaging mee van de steun uit de Fondsen of het EFMZV aan het operationele programma. De terugbetaalde bedragen vormen interne bestemmingsontvangsten zoals bedoeld in artikel 21, lid 3, onder c), van het Financieel Reglement."

2)    In artikel 152 worden de volgende leden 4, 5 en 6 toegevoegd:

"4.    In afwijking van artikel 79, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1083/2006 bedraagt het maximum van het gecumuleerde totaal van de voorfinanciering en de gedane tussentijdse betalingen 100 % van de bijdrage van de Fondsen aan operationele programma's in Griekenland voor de convergentiedoelstelling en de doelstelling "regionaal concurrentievermogen en werkgelegenheid".

5.    In afwijking van artikel 53, lid 2, en artikel 77, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1083/2006 en niettegenstaande de besluiten van de Commissie tot vaststelling van het maximale percentage en het maximumbedrag van de bijdrage uit de Fondsen voor elk Grieks operationeel programma en voor elke prioritaire as, worden tussentijdse betalingen en saldobetalingen berekend door toepassing van een maximaal medefinancieringspercentage van 100 % op de subsidiabele uitgaven die voor Griekse operationele programma's voor de convergentiedoelstelling en de doelstelling "regionaal concurrentievermogen en werkgelegenheid" zijn vermeld in het kader van elke prioritaire as in elke door de certificeringsautoriteit gecertificeerde uitgavenstaat. Artikel 77, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1083/2006 is niet van toepassing op operationele programma's in Griekenland.

6.    Griekenland stelt een mechanisme vast om ervoor te zorgen dat aanvullende bedragen die als gevolg van de maatregelen van de leden 4 en 5 beschikbaar worden gesteld, uitsluitend worden gebruikt voor betalingen aan begunstigden en concrete acties voor zijn operationele programma's.

Griekenland dient voor eind 2016 bij de Commissie een verslag in over de uitvoering van de leden 4 en 5 en brengt verder verslag uit in het eindverslag over de uitvoering van het operationele programma dat op grond van artikel 89, lid 1, onder a), van Verordening (EG) nr. 1083/2006 moet worden ingediend."

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel,

Voor het Europees Parlement    Voor de Raad

De voorzitter    De voorzitter


FINANCIEEL MEMORANDUM

1.KADER VAN HET VOORSTEL/INITIATIEF

1.1.Benaming van het voorstel/initiatief

1.2.Betrokken beleidsterrein(en) in de ABM/ABB-structuur

1.3.Aard van het voorstel/initiatief

1.4.Doelstelling(en)

1.5.Motivering van het voorstel/initiatief

1.6.Duur en financiële gevolgen

1.7.Beheersvorm(en)

2.BEHEERSMAATREGELEN

2.1.Regels inzake het toezicht en de verslagen

2.2.Beheers- en controlesysteem

2.3.Maatregelen ter voorkoming van fraude en onregelmatigheden

3.GERAAMDE FINANCIËLE GEVOLGEN VAN HET VOORSTEL/INITIATIEF

3.1.Rubriek(en) van het meerjarige financiële kader en betrokken begrotingsonderde(e)l(en) voor uitgaven

3.2.Geraamde gevolgen voor de uitgaven 

3.2.1.Samenvatting van de geraamde gevolgen voor de uitgaven

3.2.2.Geraamde gevolgen voor de beleidskredieten

3.2.3.Geraamde gevolgen voor de administratieve kredieten

3.2.4.Verenigbaarheid met het huidige meerjarige financiële kader

3.2.5.Bijdrage van derden aan de financiering

3.3.Geraamde gevolgen voor de ontvangsten

FINANCIEEL MEMORANDUM

1.KADER VAN HET VOORSTEL/INITIATIEF

1.1.Benaming van het voorstel/initiatief

Voorstel voor een

VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

tot wijziging van Verordening (EU) nr. 1303/2013 van het Europees Parlement en de Raad houdende gemeenschappelijke bepalingen inzake het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds, het Cohesiefonds, het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling en het Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij en algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds, het Cohesiefonds en het Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij, wat bijzondere maatregelen voor Griekenland betreft.

1.2.Betrokken beleidsterrein(en) in de ABM/ABB-structuur 3  

4 Werkgelegenheid, sociale zaken en inclusie

04 02 17 — Voltooiing van het Europees Sociaal Fonds — Convergentie (2007-2013)

04 02 19 — Voltooiing van het Europees Sociaal Fonds — Regionaal concurrentievermogen en werkgelegenheid (2007-2013)

04 02 60 — Europees Sociaal Fonds — Minder ontwikkelde regio's — Doelstelling investeren in groei en werkgelegenheid

04 02 61 — Europees Sociaal Fonds — Overgangsregio's — Doelstelling investeren in groei en werkgelegenheid

04 02 62 — Europees Sociaal Fonds — Meer ontwikkelde regio's — Doelstelling investeren in groei en werkgelegenheid

11 Maritieme zaken en visserij

11 06 60 — Bevordering van een duurzame en concurrerende visserij en aquacultuur, van een evenwichtige en inclusieve territoriale ontwikkeling van de visserijgebieden en van de uitvoering van het gemeenschappelijk visserijbeleid

13 Regionaal beleid en stadsontwikkeling

13 03 16 — Voltooiing van het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling (EFRO) — Convergentie

13 03 18 — Voltooiing van het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling (EFRO) — Regionaal concurrentievermogen en werkgelegenheid

13 03 60 — Europees Fonds voor regionale ontwikkeling (EFRO) — Minder ontwikkelde regio's — Doelstelling investeren in groei en werkgelegenheid

13 03 61 — Europees Fonds voor regionale ontwikkeling (EFRO) — Overgangsregio's — Doelstelling investeren in groei en werkgelegenheid

13 03 62 — Europees Fonds voor regionale ontwikkeling (EFRO) — Meer ontwikkelde regio's — Doelstelling investeren in groei en werkgelegenheid

13 04 02 — Voltooiing van het Cohesiefonds (2007-2013)

13 04 60 — Cohesiefonds — Doelstelling investeren in groei en werkgelegenheid

1.3.Aard van het voorstel/initiatief

  Het voorstel/initiatief betreft een nieuwe actie 

  Het voorstel/initiatief betreft een nieuwe actie na een proefproject/een voorbereidende actie 4  

  Het voorstel/initiatief betreft de verlenging van een bestaande actie 

  Het voorstel/initiatief betreft een actie die wordt omgebogen naar een nieuwe actie 

1.4.Doelstelling(en)

1.4.1.De met het voorstel/initiatief beoogde strategische meerjarendoelstelling(en) van de Commissie

N.v.t.

1.4.2.Specifieke doelstelling(en) en betrokken ABM/ABB-activiteiten

Specifieke doelstelling nr.

N.v.t.

Betrokken ABM/ABB-activiteit(en)

N.v.t.

1.4.3.Verwachte resulta(a)t(en) en gevolg(en)

Vermeld de gevolgen die het voorstel/initiatief zou moeten hebben op de begunstigden/doelgroepen.

N.v.t.

1.4.4.Resultaat- en effectindicatoren

Vermeld de indicatoren aan de hand waarvan kan worden nagegaan in hoeverre het voorstel/initiatief is uitgevoerd.

N.v.t.

1.5.Motivering van het voorstel/initiatief

1.5.1.Behoefte(n) waarin op korte of lange termijn moet worden voorzien

N.v.t.

1.5.2.Toegevoegde waarde van de deelname van de EU

N.v.t.

1.5.3.Nuttige ervaring die bij soortgelijke activiteiten in het verleden is opgedaan

N.v.t.

1.5.4.Samenhang en eventuele synergie met andere relevante instrumenten

N.v.t.

1.6.Duur en financiële gevolgen

 Voorstel/initiatief met een beperkte geldigheidsduur

   Voorstel/initiatief is van kracht vanaf 1.1.2015 tot en met 31.12.2023

   Financiële gevolgen van 2015 tot en met 2020

◻ Voorstel/initiatief met een onbeperkte geldigheidsduur

Uitvoering met een opstartperiode vanaf JJJJ tot en met JJJJ,

gevolgd door een volledige uitvoering.

1.7.Beheersvorm(en) 5  

 Direct beheer door de Commissie

◻ via haar diensten, met inbegrip van haar personeel in de delegaties van de Unie;

   via de uitvoerende agentschappen

 Gedeeld beheer met lidstaten

 Indirect beheer door begrotingsuitvoeringstaken te delegeren aan:

◻ derde landen of de door hen aangewezen organen;

◻ internationale organisaties en hun agentschappen (geef aan welke);

◻ de EIB en het Europees Investeringsfonds;

◻ in de artikelen 208 en 209 van het Financieel Reglement bedoelde organen;

◻ publiekrechtelijke organen;

◻ privaatrechtelijke organen met een openbaredienstverleningstaak voor zover zij voldoende financiële garanties bieden;

◻ privaatrechtelijke organen van een lidstaat, waaraan de uitvoering van een publiek-privaat partnerschap is toevertrouwd en die voldoende financiële garanties bieden;

◻ personen aan wie de uitvoering van specifieke maatregelen op het gebied van het GBVB in het kader van titel V van het VEU is toevertrouwd en die worden genoemd in de betrokken basishandeling.

Verstrek, indien meer dan een beheersvorm is aangekruist, extra informatie onder "Opmerkingen".

Opmerkingen

N.v.t.

2.BEHEERSMAATREGELEN

2.1.Regels inzake het toezicht en de verslagen

Vermeld frequentie en voorwaarden.

N.v.t.

2,2.Beheers- en controlesysteem

2.2.1.Mogelijke risico's

N.v.t.

2.2.2.Informatie over het opgezette interne controlesysteem

N.v.t.

2.2.3.Raming van de kosten en baten van de controles en beoordeling van het verwachte foutenrisico

N.v.t.

2.3.Maatregelen ter voorkoming van fraude en onregelmatigheden

Vermeld de bestaande en geplande preventie- en beschermingsmaatregelen.

N.v.t.

3.GERAAMDE FINANCIËLE GEVOLGEN VAN HET VOORSTEL/INITIATIEF

3.1.Rubriek(en) van het meerjarige financiële kader en betrokken begrotingsonderde(e)l(en) voor uitgaven

Bestaande begrotingsonderdelen voor uitgaven

In volgorde van de rubrieken van het meerjarige financiële kader en de begrotingsonderdelen

Rubriek van het meerjarige financiële kader

Begrotingsonderdeel

Soort

krediet

Bijdrage

Nummer

[Omschrijving………………………………..]

GK/ NGK 6

van EVA-landen 7

van kandidaat-lidstaten 8

van derde landen

in de zin van artikel 21, lid 2, onder b), van het Financieel Reglement

1 Slimme en inclusieve groei

04 02 17 — Voltooiing van het Europees Sociaal Fonds — Convergentie (2007-2013)

04 02 19 — Voltooiing van het Europees Sociaal Fonds — Regionaal concurrentievermogen en werkgelegenheid (2007-2013)

04 02 60 — Europees Sociaal Fonds — Minder ontwikkelde regio's — Doelstelling investeren in groei en werkgelegenheid

04 02 61 — Europees Sociaal Fonds — Overgangsregio's — Doelstelling investeren in groei en werkgelegenheid

04 02 62 — Europees Sociaal Fonds — Meer ontwikkelde regio's — Doelstelling investeren in groei en werkgelegenheid

13 03 16 — Voltooiing van het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling (EFRO) — Convergentie

13 03 18 — Voltooiing van het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling (EFRO) — Regionaal concurrentievermogen en werkgelegenheid

13 03 60 — Europees Fonds voor regionale ontwikkeling (EFRO) — Minder ontwikkelde regio's — Doelstelling investeren in groei en werkgelegenheid

13 03 61 — Europees Fonds voor regionale ontwikkeling (EFRO) — Overgangsregio's — Doelstelling investeren in groei en werkgelegenheid

13 03 62 — Europees Fonds voor regionale ontwikkeling (EFRO) — Meer ontwikkelde regio's — Doelstelling investeren in groei en werkgelegenheid

13 04 02 — Voltooiing van het Cohesiefonds (2007-2013)

13 04 60 — Cohesiefonds — Doelstelling investeren in groei en werkgelegenheid

GK

NEE

NEE

NEE

NEE

2 Duurzame groei: natuurlijke hulpbronnen

11 06 60 — Bevordering van een duurzame en concurrerende visserij en aquacultuur, van een evenwichtige en inclusieve territoriale ontwikkeling van de visserijgebieden en van de uitvoering van het gemeenschappelijk visserijbeleid

GK

NEE

NEE

NEE

NEE

Te creëren nieuwe begrotingsonderdelen

In volgorde van de rubrieken van het meerjarige financiële kader en de begrotingsonderdelen

Rubriek van het meerjarige financiële kader

Begrotingsonderdeel

Soort
krediet

Bijdrage

Nummer
[Omschrijving………………………………..]

GK/ NGK

van EVA-landen

van kandidaat-lidstaten

van derde landen

in de zin van artikel 21, lid 2, onder b), van het Financieel Reglement

[XX.YY.YY.YY]

JA/ NEE

JA/NEE

JA/ NEE

JA/NEE

3.2.Geraamde gevolgen voor de uitgaven

De voorgestelde wijziging verandert niets aan de jaarlijkse maxima van het meerjarig financieel kader voor vastleggingen en betalingen als bedoeld in bijlage I bij Verordening (EU) nr. 1311/2013.

De jaarlijkse verdeling van de vastleggingskredieten voor het YEI blijft ongewijzigd.

De toegenomen behoefte aan betalingskredieten voor de initiële voorfinanciering van het YEI in 2015 zal volledig worden gedekt door kredieten van titel 4 (Werkgelegenheid, sociale zaken en inclusie) van de begroting van 2015 voor het ESF en het YEI.

3.2.1.Samenvatting van de geraamde gevolgen voor de uitgaven

in miljoenen euro's (tot op 3 decimalen)

Rubriek van het meerjarige financiële
kader

Nummer

1

Slimme en inclusieve groei

DG: EMPL, REGIO

2014

2015

2016

2017

2018 9

2019

2020

TOTAAL

• Beleidskredieten

1b: Economische, sociale en territoriale samenhang

Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, Europees Sociaal Fonds, Cohesiefonds

Vastleggingen

(1)

0

0

0

0

0

0

0

0

Betalingen

(2)

0

1 000,000

1 000,000

-1 000,000

0

-1 000,000

0

Uit het budget van specifieke programma's gefinancierde administratieve kredieten 10  

N.v.t.

(3)

TOTAAL kredieten

voor DG EMPL, REGIO

Vastleggingen

=1+1a +3

0

0

0

0

0

0

0

0

Betalingen

=2+2a

+3

0

1 000,000

1 000,000

0

-1 000,000

0

-1 000,000

0





TOTAAL beleidskredieten

Vastleggingen

(4)

0

0

0

0

0

0

0

0

Betalingen

(5)

0

1 000,000

1 000,000

-1 000,000

0

-1 000,000

0

• TOTAAL uit het budget van specifieke programma's gefinancierde administratieve kredieten

(6)

0

0

0

0

0

0

0

0

TOTAAL kredieten 
onder RUBRIEK 1

van het meerjarige financiële kader

Vastleggingen

=4+ 6

0

0

0

0

0

0

0

0

Betalingen

=5+ 6

0

1 000,000

1 000,000

0

-1 000,000

0

-1 000,000

0

DG: MARE

2014

2015

2016

2017

2018 11

2019

2020

TOTAAL

• Beleidskredieten

2: Duurzame groei: natuurlijke hulpbronnen

Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij

Vastleggingen

(1)

0

0

0

0

0

0

0

0

Betalingen

(2)

0

12,8

12,8

-12,8

0

-12,8

0

Uit het budget van specifieke programma's gefinancierde administratieve kredieten 12  

NVT

(3)

TOTAAL kredieten

voor DG MARE 

Vastleggingen

=1+1a +3

0

0

0

0

0

0

0

0

Betalingen

=2+2a

+3

0

12,8

12,8

-12,8

0

-12,8

0






TOTAAL beleidskredieten

Vastleggingen

(4)

0

0

0

0

0

0

0

0

Betalingen

(5)

0

12,8

12,8

-12,8

0

-12,8

0

• TOTAAL uit het budget van specifieke programma's gefinancierde administratieve kredieten

(6)

0

0

0

0

0

0

0

0

TOTAAL kredieten 
onder RUBRIEK 2

van het meerjarige financiële kader

Vastleggingen

=4+ 6

0

0

0

0

0

0

0

0

Betalingen

=5+ 6

0

12,8

12,8

-12,8

0

-12,8

0

Wanneer het voorstel/initiatief gevolgen heeft voor meerdere rubrieken

• TOTAAL beleidskredieten

Vastleggingen

(4)

Betalingen

(5)

• TOTAAL uit het budget van specifieke programma's gefinancierde administratieve kredieten

(6)

TOTAAL kredieten 
onder de RUBRIEKEN 1 tot en met 4
van het meerjarige financiële kader

(referentiebedrag )

Vastleggingen

=4+ 6

Betalingen

=5+ 6

0

1 012,800

1 012,800

0

-1 012,800

0

-1 012,800

0





Rubriek van het meerjarige financiële 
kader:

5

"Administratieve uitgaven"

in miljoenen euro's (tot op 3 decimalen)

Jaar
N

Jaar
N+1

Jaar
N+2

Jaar
N+3

Vul zoveel jaren in als nodig om de duur van de gevolgen weer te geven (zie punt 1.6)

TOTAAL

DG: <…….>

• Personele middelen

• Andere administratieve uitgaven

TOTAAL DG <…….>

Kredieten

TOTAAL kredieten
onder RUBRIEK 5
van het meerjarige financiële kader 

(Totaal vastleggingen = totaal betalingen)

in miljoenen euro's (tot op 3 decimalen)

Jaar
N 13

Jaar
N+1

Jaar
N+2

Jaar
N+3

Vul zoveel jaren in als nodig om de duur van de gevolgen weer te geven (zie punt 1.6)

TOTAAL

TOTAAL kredieten 
onder de RUBRIEKEN 1 tot en met 5
van het meerjarige financiële kader 

Vastleggingen

Betalingen

3.2.2.Geraamde gevolgen voor de beleidskredieten

   Voor het voorstel/initiatief zijn geen beleidskredieten nodig

   Voor het voorstel/initiatief zijn beleidskredieten nodig, zoals hieronder nader wordt beschreven:

Vastleggingskredieten, in miljoenen euro's (tot op 3 decimalen)

Vermeld doelstellingen en outputs

Jaar
N

Jaar
N+1

Jaar
N+2

Jaar
N+3

Vul zoveel jaren in als nodig om de duur van de gevolgen weer te geven (zie punt 1.6)

TOTAAL

OUTPUTS

Soort 14

Gem. kosten

Aantal

Kos-ten

Aantal

Kos-ten

Aantal

Kos-ten

Aantal

Kos-ten

Aantal

Kos-ten

Aantal

Kos-ten

Aantal

Kos-ten

Totaal aantal

Totale kosten

SPECIFIEKE DOELSTELLING NR. 1 15

- Output

- Output

- Output

Subtotaal voor specifieke doelstelling nr. 1

SPECIFIEKE DOELSTELLING NR. 2…

- Output

Subtotaal voor specifieke doelstelling nr. 2

TOTALE KOSTEN

3.2.3.Geraamde gevolgen voor de administratieve kredieten

3.2.3.1.Samenvatting

   Voor het voorstel/initiatief zijn geen administratieve kredieten nodig

   Voor het voorstel/initiatief zijn administratieve kredieten nodig, zoals hieronder nader wordt beschreven:

in miljoenen euro's (tot op 3 decimalen)

Jaar
N 16

Jaar
N+1

Jaar
N+2

Jaar
N+3

Vul zoveel jaren in als nodig om de duur van de gevolgen weer te geven (zie punt 1.6)

TOTAAL

RUBRIEK 5
van het meerjarige financiële kader

Personele middelen

Andere administratieve uitgaven

Subtotaal RUBRIEK 5
van het meerjarige financiële kader

Buiten RUBRIEK 5 17
van het meerjarige financiële kader

Personele middelen

Andere administratieve uitgaven

Subtotaal
buiten RUBRIEK 5
van het meerjarige financiële kader

TOTAAL

De benodigde kredieten voor personen en andere administratieve uitgaven zullen worden gefinancierd uit de kredieten van het DG die reeds voor het beheer van deze actie zijn toegewezen en/of binnen het DG zijn herverdeeld, eventueel aangevuld met middelen die in het kader van de jaarlijkse toewijzingsprocedure met inachtneming van de budgettaire beperkingen aan het beherende DG kunnen worden toegewezen.
3.2.3.2.
   Geraamde personeelsbehoeften

   Voor het voorstel/initiatief zijn geen personele middelen nodig

   Voor het voorstel/initiatief zijn personele middelen nodig, zoals hieronder nader wordt beschreven:

Raming in voltijdequivalenten

Jaar
N

Jaar
N+1

Jaar N+2

Jaar N+3

Vul zoveel jaren in als nodig om de duur van de gevolgen weer te geven (zie punt 1.6)

• Posten opgenomen in de lijst van het aantal ambten (ambtenaren en tijdelijk personeel)

XX 01 01 01 (zetel en vertegenwoordigingen van de Commissie)

XX 01 01 02 (delegaties)

XX 01 05 01 (onderzoek door derden)

10 01 05 01 (eigen onderzoek)

Extern personeel (in voltijdequivalenten: VTE) 18

XX 01 02 01 (AC, END, INT van de "totale financiële middelen")

XX 01 02 02 (AC, AL, END, INT en JED in de delegaties)

XX 01 04 jj  19

- zetel

- delegaties

XX 01 05 02 (AC, END, INT – onderzoek door derden)

10 01 05 02 (AC, END, INT – eigen onderzoek)

Ander begrotingsonderdeel (te vermelden)

TOTAAL

XX is het beleidsterrein of de begrotingstitel.

Voor de benodigde personele middelen zal een beroep worden gedaan op het personeel van het DG dat reeds voor het beheer van deze actie is toegewezen en/of binnen het DG is herverdeeld, eventueel aangevuld met middelen die in het kader van de jaarlijkse toewijzingsprocedure met inachtneming van de budgettaire beperkingen aan het beherende DG kunnen worden toegewezen.

Beschrijving van de uit te voeren taken:

Ambtenaren en tijdelijk personeel

Extern personeel

3.2.4.Verenigbaarheid met het huidige meerjarige financiële kader

   Het voorstel/initiatief is verenigbaar met het huidige meerjarige financiële kader

   Het voorstel/initiatief vergt herprogrammering van de betrokken rubriek van het meerjarige financiële kader

Zet uiteen welke herprogrammering nodig is, onder vermelding van de betrokken begrotingsonderdelen en de desbetreffende bedragen.

   Het voorstel/initiatief vergt toepassing van het flexibiliteitsinstrument of herziening van het meerjarige financiële kader

Zet uiteen wat nodig is, onder vermelding van de betrokken rubrieken en begrotingsonderdelen en de desbetreffende bedragen.

3.2.5.Bijdrage van derden

- Het voorstel/initiatief voorziet niet in medefinanciering door derden.

- Het voorstel/initiatief voorziet in medefinanciering, zoals hieronder wordt geraamd:

Kredieten in miljoenen euro's (tot op 3 decimalen)

Jaar
N

Jaar
N+1

Jaar
N+2

Jaar
N+3

Vul zoveel jaren in als nodig om de duur van de gevolgen weer te geven (zie punt 1.6)

Totaal

Medefinancieringsbron 

TOTAAL medegefinancierde kredieten



3.3.Geraamde gevolgen voor de ontvangsten

   Het voorstel/initiatief heeft geen financiële gevolgen voor de ontvangsten.

   Het voorstel/initiatief heeft de hieronder beschreven financiële gevolgen:

   voor de eigen middelen

   voor de diverse ontvangsten

in miljoenen euro's (tot op 3 decimalen)

Begrotingsonderdeel voor ontvangsten:

Voor het lopende begrotingsjaar beschikbare kredieten

Gevolgen van het voorstel/initiatief 20

Jaar
N

Jaar
N+1

Jaar
N+2

Jaar
N+3

Vul zoveel jaren in als nodig om de duur van de gevolgen weer te geven (zie punt 1.6)

Artikel ………….

Voor de diverse ontvangsten die worden "toegewezen", vermeld het (de) betrokken begrotingsonderde(e)l(en) voor uitgaven.

Vermeld de wijze van berekening van de gevolgen voor de ontvangsten.

(1) PB C van , blz. .
(2) PB C van , blz. .
(3) ABM: activity-based management; ABB: activity based budgeting.
(4) In de zin van artikel 54, lid 2, onder a) of b), van het Financieel Reglement.
(5) Nadere gegevens over de beheersvormen en verwijzingen naar het Financieel Reglement zijn beschikbaar op BudgWeb: http://www.cc.cec/budg/man/budgmanag/budgmanag_en.html
(6) GK = gesplitste kredieten/NGK = niet-gesplitste kredieten.
(7) EVA: Europese Vrijhandelsassociatie.
(8) Kandidaat-lidstaten en, in voorkomend geval, potentiële kandidaat-lidstaten van de Westelijke Balkan.
(9) In overeenstemming met artikel 136 van Verordening (EU) nr. 1303/2013 moet de voorfinanciering worden gerechtvaardigd (goedgekeurd) met in het kader van het YEI gedeclareerde uitgaven per 31.12.2018.
(10) Technische en/of administratieve bijstand en uitgaven ter ondersteuning van de uitvoering van programma's en/of acties van de EU (vroegere "BA"-onderdelen), onderzoek door derden, eigen onderzoek.
(11) In overeenstemming met artikel. 136 van Verordening (EU) nr. 1303/2013 moet de voorfinanciering worden gerechtvaardigd (goedgekeurd) met in het kader van het YEI gedeclareerde uitgaven per 31.12.2018.
(12) Technische en/of administratieve bijstand en uitgaven ter ondersteuning van de uitvoering van programma's en/of acties van de EU (vroegere "BA"-onderdelen), onderzoek door derden, eigen onderzoek.
(13) Het jaar N is het jaar waarin met de uitvoering van het voorstel/initiatief wordt begonnen.
(14) Outputs zijn de te verstrekken producten en diensten (bv. aantal gefinancierde studentenuitwisselingen, aantal km aangelegde wegen enz.).
(15) Zoals beschreven in punt 1.4.2. "Specifieke doelstelling(en)…".
(16) Het jaar N is het jaar waarin met de uitvoering van het voorstel/initiatief wordt begonnen.
(17) Technische en/of administratieve bijstand en uitgaven ter ondersteuning van de uitvoering van programma's en/of acties van de EU (vroegere "BA"-onderdelen), onderzoek door derden, eigen onderzoek.
(18) AC= Agent Contractuel (arbeidscontractant); AL = Agent Local (plaatselijk functionaris); END= Expert National Détaché (gedetacheerd nationaal deskundige); INT = Intérimaire (uitzendkracht); JED= Jeune Expert en Délégation (jonge deskundige in delegaties)
(19) Subplafond voor extern personeel uit beleidskredieten (vroegere "BA"-onderdelen).
(20) Voor traditionele eigen middelen (douanerechten en suikerheffingen) moeten nettobedragen worden vermeld, d.w.z. na aftrek van 25 % aan inningskosten.
Top