EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52014PC0375

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD betreffende bepaalde procedures voor de toepassing van de Stabilisatie- en associatieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Albanië, anderzijds (codificatie)

/* COM/2014/0375 final - 2014/0191 (COD) */

52014PC0375

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD betreffende bepaalde procedures voor de toepassing van de Stabilisatie- en associatieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Albanië, anderzijds (codificatie) /* COM/2014/0375 final - 2014/0191 (COD) */


TOELICHTING

1.           In de context van een Europa van de burgers hecht de Commissie groot belang aan het vereenvoudigen en verduidelijken van het recht van de Unie om het duidelijker en toegankelijker te maken voor de gewone burger, zodat deze nieuwe mogelijkheden krijgt en in staat wordt gesteld gebruik te maken van de specifieke rechten die hij aan het recht van de Unie kan ontlenen.

Dit doel kan niet worden verwezenlijkt zolang talloze bepalingen die meermaals en vaak ingrijpend zijn gewijzigd, gedeeltelijk in de oorspronkelijke handeling en gedeeltelijk in de latere wijzigingshandelingen te vinden zijn. Om dan na te gaan wat de geldende regels zijn, is veel zoekwerk vereist, waarbij een groot aantal handelingen moet worden vergeleken.

Codificatie van meermaals gewijzigde regels is dan ook van essentieel belang om het recht duidelijk en doorzichtig te maken.

2.           Bij haar besluit van 1 april 1987[1] heeft de Commissie haar diensten opgedragen alle handelingen na maximaal tien wijzigingen te codificeren, waarbij zij erop wijst dat dit een minimumregel is en dat haar diensten ter wille van de duidelijkheid en het juiste begrip van de bepalingen ernaar zouden moeten streven de teksten waarvoor zij verantwoordelijkheid dragen, met nog kortere tussenpozen te codificeren.

3.           De conclusies van het voorzitterschap van de Europese Raad van Edinburgh (december 1992) hebben dit bevestigd[2] en het belang van codificatie onderstreept, omdat daarmee rechtszekerheid wordt verschaft omtrent de vraag welke wet op een gegeven moment op een bepaald onderwerp van toepassing is.

Bij codificatie moet de normale procedure voor de vaststelling van handelingen van de Unie volledig in acht worden genomen.

Aangezien bij codificatie geen inhoudelijke wijzigingen in de betrokken wetteksten mogen worden aangebracht, zijn het Europees Parlement, de Raad en de Commissie bij Interinstitutioneel Akkoord van 20 december 1994 een versnelde werkmethode voor de codificatie van wetteksten overeengekomen.

4.           Dit voorstel beoogt de codificatie van Verordening (EG) nr. 1616/2006 van de Raad van 23 oktober 2006 betreffende bepaalde procedures voor de toepassing van de Stabilisatie- en associatieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Albanië, anderzijds, en de Interimovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Albanië[3]. De nieuwe verordening vervangt de verschillende handelingen die erin zijn verwerkt[4]; dit voorstel laat de inhoud van de handelingen die worden gecodificeerd onverlet en beperkt zich er derhalve toe deze samen te voegen en daarin slechts de formele wijzigingen aan te brengen die voor de codificatie zelf vereist zijn.

5.           Dit voorstel voor een codificatie is opgesteld op basis van een voorafgaande consolidatie, in 22 officiële talen, van Verordening (EG) nr. 1616/2006 en de handeling tot wijziging daarvan, met behulp van een gegevensverwerkingssysteem van het Bureau voor publicaties van de Europese Unie. Voor zover de artikelen zijn vernummerd, is het verband tussen de oude en de nieuwe nummering weergegeven in een concordantietabel die is opgenomen in bijlage II bij de gecodificeerde verordening.

ê 1616/2006 (aangepast)

2014/0191 (COD)

Voorstel voor een

VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

betreffende bepaalde procedures voor de toepassing van de Stabilisatie- en associatieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Albanië, anderzijds (codificatie)

HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag Ö betreffende de werking van de Europese Unie Õ , en met name artikel Ö 207, lid 2, Õ

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Na toezending van het voorstel aan de nationale parlementen,

Gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité[5],

Handelend volgens de gewone wetgevingsprocedure,

Overwegende hetgeen volgt:

ê

(1)       Verordening (EG) nr. 1616/2006 van de Raad[6] is ingrijpend gewijzigd[7]. Ter wille van de duidelijkheid en een rationele ordening van de tekst dient tot codificatie van die verordening te worden overgegaan.

ê 1616/2006 overweging 1 (aangepast)

(2)       De Stabilisatie- en associatieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Albanië, anderzijds (hierna „SAO” genoemd), is op 12 juni 2006 in Luxemburg ondertekend Ö en op 1 april 2009 in werking getreden Õ .

ê 1616/2006 (aangepast)

(3)       Het is noodzakelijk de procedures vast te stellen voor de toepassing van enkele bepalingen van de SAO.

(4)       Op grond van de SAO kunnen visserijproducten van oorsprong uit Albanië binnen de beperkingen van de tariefcontingenten tegen verlaagd recht in de Ö Unie Õ worden ingevoerd. Er moeten derhalve bepalingen worden vastgesteld om het beheer van Ö die Õ tariefcontingenten te regelen.

(5)       Indien handelsbeschermende maatregelen noodzakelijk zijn, moeten deze worden vastgesteld overeenkomstig de algemene bepalingen die zijn opgenomen in Verordening (EG) nr. 260/2009 van de Raad[8], Verordening (EG) nr. 1061/2009 van de Raad[9], Verordening (EG) nr. 1225/2009 van de Raad[10], alsmede Verordening (EG) nr. 597/2009 van de Raad[11].

(6)       Wanneer een lidstaat de Commissie informatie verstrekt over eventuele fraude of niet-verlening van administratieve medewerking, is de desbetreffende Ö Uniewetgeving Õ van toepassing, met name Verordening (EG) nr. 515/97 van Ö de Raad Õ [12].

(7)       Voor de uitvoering van de relevante bepalingen van deze verordening wordt de Commissie bijgestaan door het Comité douanewetboek, dat is ingesteld bij artikel 285 van Verordening (EU) nr. 952/2013 van het Europees Parlement en de Raad[13].

ê 37/2014 art. 1 en bijlage, punt 13 (aangepast)

(8)       De uitvoering van de bilaterale vrijwaringsclausules van de Ö SAO Õ vereist eenvormige voorwaarden voor de vaststelling van vrijwarings- en andere maatregelen. Deze maatregelen moeten worden vastgesteld overeenkomstig Verordening (EU) nr. 182/2011 van het Europees Parlement en de Raad[14].

(9)       De Commissie moet onmiddellijk toepasselijke uitvoeringshandelingen vaststellen indien dit, in naar behoren gemotiveerde gevallen die verband houden met uitzonderlijke en kritieke omstandigheden in de zin van artikel 39, lid 4, van de Ö SAO Õ, om dwingende redenen van urgentie vereist is,

ê 1616/2006 (aangepast)

HEBBEN DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Onderwerp

Deze verordening stelt bepaalde procedures vast voor de vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor enkele bepalingen van de Stabilisatie- en associatieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Albanië, anderzijds (hierna „SAO” genoemd).

ê 37/2014 art. 1 en bijlage, punt 13, onder 1) (aangepast)

Artikel 2

Concessies voor vis en visserijproducten

De Ö uitvoeringsbepalingen voor Õ artikel 28, lid 1, van de SAO, betreffende tariefcontingenten voor vis en visserijproducten, worden door de Commissie vastgesteld volgens de in artikel 9, lid 3, Ö van deze verordening Õ bedoelde onderzoeksprocedure.

ê 1616/2006 (aangepast)

Artikel 3

Rechtenverlagingen

1. De preferentiële rechten worden, met inachtneming van lid 2, naar beneden afgerond op één decimaal.

2. Ö Het preferentiële recht wordt gelijkgesteld met volledige vrijstelling, indien de berekening van het preferentiële recht overeenkomstig lid 1 een van de volgende resultaten geeft: Õ

a)           1 % of minder in het geval van rechten ad valorem; of

b)           1 EUR of minder per afzonderlijke hoeveelheid in het geval van specifieke rechten.

ê 37/2014 art. 1 en bijlage, punt 13, onder 2) (aangepast)

Artikel 4

Technische aanpassingen

Wijzigingen en technische aanpassingen van bepalingen die krachtens deze verordening zijn vastgesteld, worden wanneer die noodzakelijk zijn ten gevolge van wijzigingen van de gecombineerde nomenclatuur of de Taric-codes, of vanwege de sluiting van nieuwe preferentiële overeenkomsten, protocollen, briefwisselingen of andere rechtsinstrumenten die door de Unie en Albanië worden gesloten, vastgesteld volgens de in artikel 9, lid 3, bedoelde onderzoeksprocedure.

ê 37/2014 art. 1 en bijlage, punt 13, onder 3) (aangepast)

Artikel 5

Algemene vrijwaringsclausule

Indien het noodzakelijk is dat de Unie een maatregel vaststelt als bedoeld in artikel 38 van de SAO, wordt die maatregel vastgesteld volgens de in artikel 9, lid 3, Ö van deze verordening Õ bedoelde onderzoeksprocedure, tenzij anders bepaald in artikel 38 van de SAO.

ê 37/2014 art. 1 en bijlage, punt 13, onder 4) (aangepast)

Artikel 6

Tekortclausule

Indien het noodzakelijk is dat de Unie een maatregel vaststelt als bedoeld in artikel 39 van de SAO, wordt die maatregel vastgesteld volgens de in artikel 9, lid 3, Ö van deze verordening Õ bedoelde onderzoeksprocedure.

ê 1616/2006 (aangepast)

Artikel 7

Uitzonderlijke en kritieke omstandigheden

In uitzonderlijke en kritieke omstandigheden in de zin van artikel 39, lid 4, van de SAO, kan de Commissie onmiddellijk de maatregelen nemen waarin is voorzien in artikel 39 van de SAO.

Indien de Commissie een verzoek ontvangt van een lidstaat, neemt zij daarover binnen vijf werkdagen na ontvangst een besluit.

ê 37/2014 art. 1 en bijlage, punt 13, onder 5) (aangepast)

De Commissie neemt deze maatregelen volgens de in artikel 9, lid 3, Ö van deze verordening Õ of in spoedeisende gevallen, volgens de in artikel 9, lid 4, Ö van deze verordening Õ bedoelde onderzoeksprocedure.

ê 1616/2006 (aangepast)

Artikel 8

Vrijwaringsclausule voor landbouw- en visserijproducten

1. Wanneer de Ö Unie Õ vrijwaringsmaatregelen met betrekking tot landbouw- en visserijproducten moet nemen uit hoofde van artikel 38 van de SAO, beslist de Commissie, onverminderd de artikelen 5 en 6 van deze verordening, op verzoek van een lidstaat of op eigen initiatief, over de te nemen maatregelen na in voorkomend geval gebruik te hebben gemaakt van de voorleggingsprocedure van artikel 38 van de SAO.

Indien een lidstaat een verzoek voorlegt aan de Commissie, beslist deze hierover:

a)           binnen drie werkdagen na ontvangst van het verzoek, indien de voorleggingsprocedure van artikel 38 van de SAO niet van toepassing is; of

b)           binnen drie dagen na het einde van de in artikel 38, lid 5, onder a), van de SAO bedoelde termijn van 30 dagen, indien de voorleggingsprocedure van artikel 38 van de SAO van toepassing is.

De Commissie deelt de lidstaten mee welke maatregelen zij heeft genomen.

ê 37/2014 art. 1 en bijlage, punt 13, onder 6)

2. De Commissie neemt deze maatregelen volgens de in artikel 9, lid 3, of in spoedeisende gevallen, volgens de in artikel 9, lid 4, bedoelde onderzoeksprocedure.

ê 37/2014 art. 1 en bijlage, punt 13, onder 7) (aangepast)

Artikel 9

Comitéprocedure

1. Voor de toepassing van de artikelen 2, 4 en 11 wordt de Commissie bijgestaan door het Ö bij artikel 285 van Verordening (EU) nr. 952/2013 opgerichte Õ Comité douanewetboek. Dat comité is een comité in de zin van Verordening (EU) nr. 182/2011.

2. Voor de toepassing van de artikelen 5 Ö tot en met Õ 8 wordt de Commissie bijgestaan door het Ö bij artikel 4, lid 1, van Verordening (EG) nr. 260/2009 opgerichte Õ Comité vrijwaringsmaatregelen. Dat comité is een comité in de zin van Verordening (EU) nr. 182/2011.

3. Wanneer naar dit lid wordt verwezen, is artikel 5 van Verordening (EU) nr. 182/2011 van toepassing.

4. Wanneer naar dit lid wordt verwezen, is artikel 8 van Verordening (EU) nr. 182/2011 in samenhang met artikel 5 van toepassing.

ê 1616/2006 (aangepast)

Artikel 10

Dumping en subsidiëring

Wanneer zich praktijken voordoen die aanleiding kunnen geven tot toepassing door de Ö Unie Õ van de maatregelen waarin is voorzien in artikel 37, lid 2, van de SAO, wordt over de instelling van antidumpingmaatregelen of antisubsidiemaatregelen besloten overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1225/2009 respectievelijk Verordening (EG) nr. 597/2009.

Artikel 11

Mededinging

1. Praktijken die het nemen van maatregelen op grond van artikel 71 van de SAO door de Ö Unie Õ kunnen rechtvaardigen, worden door de Commissie op eigen initiatief of op verzoek van een lidstaat onderzocht, waarna zij besluit of die praktijken verenigbaar zijn met de Ö SAO Õ .

De maatregelen bedoeld in artikel 71, lid 9, van de SAO, worden in geval van steun genomen overeenkomstig de procedures die zijn vastgesteld in Verordening (EG) nr. 597/2009 of in andere gevallen volgens de procedure die is vastgesteld in artikel Ö 207 Õ van het Verdrag.

2. Praktijken die aanleiding kunnen geven tot het nemen van maatregelen door Albanië ten aanzien van de Ö Unie Õ op grond van artikel 71 van de SAO, worden door de Commissie onderzocht, waarna zij besluit of die praktijken verenigbaar zijn met de beginselen van de SAO. Indien nodig neemt zij passende besluiten op grond van criteria die voortvloeien uit de toepassing van de artikelen 101, 102 en 107 van het Verdrag.

Artikel 12

Fraude of niet-verlening van administratieve medewerking

Indien de Commissie, op grond van gegevens van een lidstaat of op eigen initiatief, vaststelt dat de omstandigheden bedoeld in artikel 43 van de SAO, zich voordoen, doet zij onverwijld het volgende:

a)           zij informeert de Raad; en

b)           zij stelt het stabilisatie- en associatiecomité in kennis van haar bevindingen en bijbehorende objectieve informatie, en pleegt overleg binnen het stabilisatie- en associatiecomité.

Alle bekendmakingen op grond van artikel 43, lid 5, van de SAO, worden door de Commissie gedaan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

ê 37/2014 art. 1 en bijlage, punt 13, onder 8) (aangepast)

De Commissie kan, volgens de in artikel 9, lid 3, Ö van deze verordening Õ bedoelde onderzoeksprocedure, de preferentiële behandeling van producten bedoeld in artikel 43, lid 4, van de SAO, tijdelijk schorsen.

ê 1616/2006 (aangepast)

Artikel 13

Kennisgeving

De kennisgevingen aan de stabilisatie- en associatieraad en het stabilisatie- en associatiecomité, zoals bedoeld in de SAO, worden namens de Ö Unie Õ gedaan door de Commissie.

ê

Artikel 14

Intrekking

Verordening (EG) nr. 1616/2006 wordt ingetrokken.

Verwijzingen naar de ingetrokken verordening gelden als verwijzingen naar de onderhavige verordening en worden gelezen volgens de concordantietabel in bijlage II.

ê 1616/2006 (aangepast)

Artikel 15

Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de Ö twintigste Õ dag Ö na die Õ van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel,

Voor het Europees Parlement                        Voor de Raad

De voorzitter                                                  De voorzitter

[1]               COM(87) 868 PV.

[2]               Zie bijlage 3 bij deel A van die conclusies.

[3]               Opgenomen in het wetgevingsprogramma voor 2014.

[4]               Zie bijlage I bij dit voorstel.

[5]               PB C […] van […], blz. […].

[6]               Verordening (EG) nr. 1616/2006 van de Raad van 23 oktober 2006 betreffende bepaalde procedures voor de toepassing van de Stabilisatie- en associatieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Albanië, anderzijds, en de Interimovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Albanië (PB L 300 van 31.10.2006, blz. 1).

[7]               Zie bijlage I.

[8]               Verordening (EG) nr. 260/2009 van de Raad van 26 februari 2009 betreffende de gemeenschappelijke invoerregeling (PB L 84 van 31.3.2009, blz. 1).

[9]               Verordening (EG) nr. 1061/2009 van de Raad van 19 oktober 2009 houdende de totstandbrenging van een gemeenschappelijke regeling voor de uitvoer (PB L 291 van 7.11.2009, blz. 1).

[10]             Verordening (EG) nr. 1225/2009 van de Raad van 30 november 2009 betreffende beschermende maatregelen tegen invoer met dumping uit landen die geen lid zijn van de Europese Gemeenschap (PB L 343 van 22.12.2009, blz. 51).

[11]             Verordening (EG) nr. 597/2009 van de Raad van 11 juni 2009 betreffende bescherming tegen invoer met subsidiëring uit landen die geen lid van de Europese Gemeenschap zijn (PB L 188 van 18.7.2009, blz. 93).

[12]             Verordening (EG) nr. 515/97 van de Raad van 13 maart 1997 betreffende de wederzijdse bijstand tussen de administratieve autoriteiten van de lidstaten en de samenwerking tussen deze autoriteiten en de Commissie met het oog op de juiste toepassing van de douane- en landbouwvoorschriften (PB L 82 van 22.3.1997, blz. 1).

[13]             Verordening (EU) nr. 952/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 9 oktober 2013 tot vaststelling van het douanewetboek van de Unie (PB L 269 van 10.10.2013, blz. 1).

[14]             Verordening (EU) nr. 182/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 16 februari 2011 tot vaststelling van de algemene voorschriften en beginselen die van toepassing zijn op de wijze waarop de lidstaten de uitoefening van de uitvoeringsbevoegdheden door de Commissie controleren (PB L 55 van 28.2.2011, blz. 13).

é

BIJLAGE I

Ingetrokken verordening met de wijziging ervan

Verordening (EG) nr. 1616/2006 van de Raad (PB L 300 van 31.10.2006, blz. 1) || ||

|| Verordening (EU) nr. 37/2014 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 18 van 21.1.2014, blz. 1) || Uitsluitend punt 13 van de bijlage

_____________

BIJLAGE II

Concordantietabel

Verordening (EG) nr. 1616/2006 || De onderhavige verordening

Artikelen 1 tot en met 8 || Artikelen 1 tot en met 8

Artikel 8 bis || Artikel 9

Artikel 9 || Artikel 10

Artikel 10 || Artikel 11

Artikel 11 || Artikel 12

Artikel 13 || Artikel 13

__ || Artikel 14

Artikel 14 || Artikel 15

__ || Bijlage I

__ || Bijlage II

_____________

Top