EUR-Lex Access to European Union law
This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 52013DC0254
DRAFT AMENDING BUDGET N° 4 TO THE GENERAL BUDGET 2013 STATEMENT OF EXPENDITURE BY SECTION Section III – Commission Section IV – Court of Justice of the European Union
ONTWERP VAN GEWIJZIGDE BEGROTING nr. 4 BIJ DE ALGEMENE BEGROTING 2013 STAAT VAN UITGAVEN PER AFDELING Afdeling III - Commissie Afdeling IV- Hof van Justitie van de Europese Unie
ONTWERP VAN GEWIJZIGDE BEGROTING nr. 4 BIJ DE ALGEMENE BEGROTING 2013 STAAT VAN UITGAVEN PER AFDELING Afdeling III - Commissie Afdeling IV- Hof van Justitie van de Europese Unie
/* COM/2013/0254 final - 2013/ () */
ONTWERP VAN GEWIJZIGDE BEGROTING nr. 4 BIJ DE ALGEMENE BEGROTING 2013 STAAT VAN UITGAVEN PER AFDELING Afdeling III - Commissie Afdeling IV- Hof van Justitie van de Europese Unie /* COM/2013/0254 final - 2013/ () */
ONTWERP VAN GEWIJZIGDE BEGROTING nr. 4
BIJ DE ALGEMENE BEGROTING 2013
STAAT VAN UITGAVEN PER AFDELING
Afdeling III - Commissie
Afdeling IV- Hof van Justitie van de Europese Unie Gezien: –
het Verdrag betreffende de werking van de Europese
Unie, en met name artikel 314, in samenhang met het Verdrag tot oprichting van
de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, en met name artikel 106 bis, –
Verordening (EU, Euratom) nr. 966/2012 van het
Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2012 tot vaststelling van de
financiële regels van toepassing op de algemene begroting van de Unie[1] en met name artikel 41, –
de algemene begroting van de Europese Unie voor het
begrotingsjaar 2013, die op 12 december 2012[2]
is goedgekeurd, –
het ontwerp van gewijzigde begroting nr. 1/2013[3], dat op 18 maart 2013
is goedgekeurd, –
het ontwerp van gewijzigde begroting nr. 2/2013[4], dat op 27 maart 2013
is goedgekeurd, –
het ontwerp van gewijzigde begroting nr. 3/2013[5], dat op 15 april 2013
is goedgekeurd, dient de Europese
Commissie bij de begrotingsautoriteit het ontwerp van gewijzigde begroting nr.
4 bij de begroting 2013 in. WIJZIGINGEN
IN DE STAAT VAN ONTVANGSTEN EN UITGAVEN PER AFDELING De wijzigingen in
de staat van ontvangsten en uitgaven per afdeling zijn beschikbaar via EUR-Lex
(http://eur-lex.europa.eu/budget/www/index-en.htm).
Ter informatie is een Engelse versie van de wijzigingen in de staat van
ontvangsten als budgettaire bijlage bijgevoegd. INHOUDSTAFEL 1. Inleiding.. 5 2. Europees GNSS-Agentschap.. 5 3. Uitvoerend Agentschap onderwijs, audiovisuele media en cultuur.. 6 4. Hof van Justitie van de Europese Unie. 7 5. Overzichtstabel per rubriek van het financieel kader.. 9 1. Inleiding Dit ontwerp van gewijzigde
begroting (OGB) nr. 4 voor 2013 heeft betrekking op volgende punten: ¾
de wijziging van de personeelsformatie van het
Europees GNSS-Agentschap (GSA), met een verzoek voor 20 extra
personeelsformatieposten (allemaal AD-posten). De overeenkomstige verhoging van
de EU-bijdrage voor het GSA bedraagt 1 750 000 EUR, waarbij
wordt voorgesteld deze verhoging te financieren door een interne herschikking
van de bestaande begrotingsmiddelen van het GNSS-programma; ¾
de wijziging van de personeelsformatie van het
Uitvoerend Agentschap onderwijs, audiovisuele media en cultuur (EACEA), waarbij
een verzoek voor twee extra personeelsformatieposten (beide AD-posten) wordt
gecompenseerd door twee vrijgekomen posten in de personeelsformatie van de
Commissie. Deze wijziging maakt deel uit van een uitbreiding van het mandaat
het agentschap, hetgeen ook een overheveling van arbeidscontractanten (13 VTE)
van de Commissie naar het EACEA met zich brengt. Hierdoor stijgt de EU-bijdrage
voor de exploitatiekosten van het agentschap in totaal met
1 516 000 EUR. Voorgesteld wordt deze verhoging te financieren
door een overeenkomstige verlaging van de uitgaven voor personeel en
administratieve ondersteuning binnen de Commissie; ¾
de wijziging van de personeelsformatie van het Hof
van Justitie van de Europese Unie heeft betrekking op de geplande
indiensttreding van een extra advocaat-generaal die gepaard gaat met een
verzoek voor zeven extra personeelsformatieposten (4 AD en 3 AST). Voorgesteld
wordt deze aanwervingen te financieren met de beschikbare kredieten binnen de
begrotingsafdeling van het Hof van Justitie. Deze aanpassingen hebben geen
gevolgen voor de begroting, aangezien de voorgestelde verhogingen van de EU-bijdragen
voor beide agentschappen volledig worden gecompenseerd door overeenkomstige
verlagingen van de desbetreffende uitgaven in de begrotingsafdeling van de
Commissie en de aanwerving van extra personeelsleden voor het Hof van Justitie
wordt gefinancierd met de beschikbare kredieten binnen de begrotingsafdeling
van het Hof. 2. Europees
GNSS-Agentschap Op 30 november 2011 heeft de Commissie een voorstel voor een nieuwe
GNSS-verordening[6]
aangenomen, waarbij werd voorzien in een nieuwe bestuursstructuur voor EGNOS en
Galileo en hun financiering voor de periode 2014-2020. Binnen deze structuur
zouden taken in verband met het programmabeheer – inclusief de exploitatie van
beide systemen vanaf 1 januari 2014 – aan het Europees GNSS-Agentschap (GSA)
worden toevertrouwd. Om concrete resultaten te boeken en vertragingen of
onderbrekingen in de dienstverlening te voorkomen, moet het GSA reeds in 2013
voorbereidende taken kunnen uitvoeren. In dit verband zal het agentschap zorgen
voor de coördinatie van alle taken die verband houden met de exploitatie van de
systemen, zoals onderhoud, werking en levering van de diensten alsook het
verstrekken van feedback met betrekking tot de wijzigingen die zich voordoen op
het vlak van de operationele en gebruikersbehoeften waaraan toekomstige
systemen moeten voldoen. Om het Europees Parlement en de Raad een volledig overzicht te bezorgen
van de omstandigheden waaronder het GSA de in het kader van de nieuwe
bestuursstructuur aan het agentschap toevertrouwde taken zal uitvoeren, heeft
de Commissie op 6 februari 2013 een herziening van de GSA-verordening tot
wijziging van Verordening (EU) nr. 912/2010[7]
goedgekeurd. In het financieel memorandum bij de herziene GSA-verordening wordt
voorzien in 20 extra tijdelijke medewerkers voor 2013, waardoor het totaal
aantal personeelsformatieposten zou toenemen van 57 tot 77 posten. De diensten
van de Commissie hebben de gedetailleerde taakomschrijvingen van elke
tijdelijke medewerker die het GSA wenst aan te werven, zorgvuldig onderzocht. Na de goedkeuring van het voorstel voor een herziene GSA-verordening
heeft het GSA onmiddellijk de noodzakelijke voorbereidingen getroffen om vlot
van start te kunnen gaan met de voorbereidende taken. De formele indienstneming
kan evenwel slechts worden afgerond na de goedkeuring van dit ontwerp van
gewijzigde begroting, aangezien de begrotingsautoriteit eerst moet instemmen
met de wijzigingen van de personeelsformatie van het GSA vooraleer het
agentschap de nieuwe medewerkers daadwerkelijk kan aanwerven. De totale
extra kosten voor de begroting 2013 van het agentschap worden geraamd op
1 750 000 EUR, waarbij wordt verondersteld dat de
indienstnemingen vanaf medio juli 2013 tot stand zullen komen. Hiervoor is een
overeenkomstige verhoging van de EU-bijdrage voor het agentschap vereist. Er
wordt voorgesteld de vastleggings- en betalingskredieten ter beschikking te
stellen door middel van een herschikking via een interne overschrijving van de
Commissie binnen het begrotingshoofdstuk 02 05 van het Galileo-programma naar
het agentschap, meer in het bijzonder van begrotingsartikel 02 05 01
"Europese programma's voor navigatie per satelliet (Egnos en
Galileo)" naar begrotingspost 02 05 02 01 "Europees GNSS-Agentschap
(GSA) — Bijdrage aan titels 1 en 2". De
gewijzigde personeelsformatie is opgenomen in de budgettaire bijlage. Zij
voorziet in 20 extra AD-posten, waarvan 3 AD 10, 3 AD 9, 6 AD 8, 7 AD 7 en 1 AD
6. 3. Uitvoerend
Agentschap onderwijs, audiovisuele media en cultuur In 2012
heeft de Commissie het mandaat van het Uitvoerend Agentschap onderwijs,
audiovisuele middelen en cultuur (EACEA) uitgebreid, om aan het agentschap meer
taken toe te vertrouwen bij de uitvoering van het programma Media Mundus,
waarbij ook de activiteiten van het agentschap inzake onderwijs en jeugdwerk in
het kader van rubriek 4 van het meerjarig financieel kader worden uitgebreid en
de activiteiten die het agentschap op het vlak van onderwijs reeds uitvoert
binnen de Europese Dienst van Eurydice, worden uitgebreid tot het
jeugdprogramma. De delegatie van extra taken aan het EACEA bij het beheer van
de groeiende uitgavenprogramma's 2007-2013 heeft duidelijke kwalitatieve en
kwantitatieve voordelen waar het erom gaat de bestaande knowhow van het
agentschap uit te breiden tot de desbetreffende beleidsterreinen, hetgeen de
gunstigste kosten/baten-verhouding oplevert. In
kwalitatieve zin is de delegatie van extra taken aan het EACEA te
rechtvaardigen op grond van de resultaten die het agentschap heeft geboekt op
het vlak van hoogwaardig beheer van programma's. In kwantitatieve zin leidt
beheer door het EACEA in 2013 tot kostenbesparingen van 574 000 EUR
ten opzichte van intern beheer door de Commissie. Deze kostenbesparingen komen
hoofdzakelijk tot stand dankzij een grotere efficiëntie bij het EACEA, waardoor
de Commissie de extra bijdrage voor de exploitatiekosten van het agentschap kan
beperken. Hierdoor zijn meer beleidskredieten voor elk van de te beheren
programma's beschikbaar binnen de totale financiële middelen die ervoor zijn
uitgetrokken. In oktober
2012 heeft het Comité voor de uitvoerende agentschappen een positief advies
uitgebracht over de uitbreiding van het mandaat van het agentschap en heeft het
Europees Parlement binnen de in de "werkafspraken" vastgestelde
termijn geen bezwaren gemaakt. Nadat zowel het Europees Parlement als de Raad dus
hun goedkeuring aan de uitbreiding van het mandaat hadden verleend, heeft de
Commissie in december 2012 het besluit vastgesteld tot uitbreiding van het mandaat
van het agentschap (C(2012) 9474 en 9475). Dit
ontwerp van gewijzigde begroting regelt de begrotingsaspecten van de uitbreiding
van het mandaat van het EACEA voor wat betreft de toename van de bijdrage van
de EU voor het agentschap en de personeelsbezetting van het EACEA, die volledig
worden gecompenseerd door een overeenkomstige vermindering van de
personeelsbezetting en de desbetreffende kredieten voor personeel en
administratieve ondersteuning in de Commissie, zoals hierna uitvoeriger wordt
toegelicht. De extra taken die in het kader van de uitbreiding van het mandaat aan
het EACEA worden toevertrouwd, zullen resulteren in een verhoging van de
bijdrage van de EU voor het uitvoerend agentschap. Deze verhoging komt neer op
een bedrag van 1 516 000 EUR, waarvan 458 000 EUR wordt
uitgetrokken voor programma's die worden beheerd in het kader van rubriek 3b
(begrotingspost 15 01 04 31 - "Uitvoerend Agentschap onderwijs,
audiovisuele media en cultuur - Bijdrage van programma's onder rubriek
3b") en 1 058 000 EUR wordt toegewezen aan programma's die
worden beheerd in het kader van rubriek 4 (begrotingspost 19 01 04 30 – "Uitvoerend
Agentschap onderwijs, audiovisuele media en cultuur - Bijdrage van programma’s
op het beleidsterrein "Externe betrekkingen""). Dit bedrag wordt gefinancierd met de bestaande
kredieten onder de begrotingsposten XX 01 01 01 "Uitgaven
voor personeel", 15 01 02 01 "Extern personeel ter
ondersteuning van het beleidsterrein "Onderwijs en cultuur" ,
15 01 04 68 "Media Mundus — Uitgaven voor administratief
beheer", 15 05 55 "Jeugd in actie",
19 01 04 01 "Financieringsinstrument voor
ontwikkelingssamenwerking (DCI) - Uitgaven voor administratief beheer" en
19 01 04 02 "Europees nabuurschaps- en
partnerschapsinstrument (ENPI) — Uitgaven voor administratief beheer". Op het vlak van de personele middelen moet de personeelsformatie van
het agentschap als volgt worden aangepast: 15 extra voltijdequivalenten (VTE),
waarvan 13 arbeidscontractanten (berekend op basis van de gemiddelde kosten van
het agentschap) en 2 tijdelijke medewerkers (2 AD 8), aangezien als gevolg van
de overheveling van het "Media Mundus" programma en de activiteiten
van het agentschap voor "Jeugd in actie" twee tijdelijke medewerkers
van deze graad nodig zijn. De aanwerving van extra personeelsleden die noodzakelijk
zijn voor het agentschap, wordt strikt gecompenseerd door een overeenkomstige
personeelsinkrimping bij de Commissie. Er worden kredieten voor 13 arbeidscontracten
en 2 personeelsformatieposten (2 AST 7) vrijgemaakt en hierbij
geschrapt uit de begroting van de Commissie. Nadere gegevens over de weerslag van de uitbreiding van het mandaat op
de kredieten voor administratieve uitgaven en personeelsuitgaven van de
Commissie en het EACEA zijn opgenomen in de budgettaire bijlage. 4. Hof
van Justitie van de Europese Unie 4.1 Verzoek
van het Hof van Justitie Overeenkomstig
verklaring nr. 38 gehecht aan de slotakte van de Intergouvernementele
conferentie (IGC) die het Verdrag van Lissabon heeft vastgesteld, heeft het Hof
van Justitie in januari 2013 verzocht om drie extra advocaten-generaal, waarbij
een eerste advocaat-generaal op 1 juli 2013 in dienst zou treden en de twee
andere op 7 oktober 2015. Om de eerste extra advocaat-generaal in staat te
stellen zijn/haar ambt vanaf 1 juli 2013 uit te oefenen (naar verwachting
zullen beide andere advocaten-generaal in 2015 worden aangesteld), verzoekt het
Hof van Justitie om de personeelsformatie van het Hof te wijzigingen om te
kunnen voorzien in extra personeelsformatieposten voor het personeel dat
werkzaam zal zijn op het kabinet van de advocaat-generaal. Hierbij gaat het om
zeven personeelsleden (1 AD 14, 1 AD 12, 1 AD 11, 1 AD 10, 1 AST 5, 1 AST 3 en
1 AST 2). De overeenkomstige kosten voor de begroting 2013 van het Hof van
Justitie worden geraamd om 910 000 EUR. Daarnaast
verzocht het Hof van Justitie om 9 extra referendarissen (1 AD 14, 3 AD 12, 3
AD 11 en 2 AD 10) aan te werven om beter het hoofd te kunnen bieden
aan de sterk toegenomen werkbelasting, waarbij aan elke kamer van het Gerecht
een referendaris zou worden toegewezen. Het Hof van Justitie raamt de
overeenkomstige extra kosten voor haar begroting 2013 op 930 000 EUR,
waardoor de extra kosten voor de begroting 2013 van het Hof van Justitie voor
de extra advocaat-generaal (met inbegrip van zijn of haar kabinet) en de extra
referendarissen zouden neerkomen op 1 840 000 EUR in totaal. 4.2 Voorstel
van de Commissie Als
onderdeel van het ontwerp van gewijzigde begroting nr. 4/2013 stelt de
Commissie voor de personeelsformatie van het Hof van Justitie te wijzigen met
het oog op de opname van de personeelsleden die werkzaam zullen zijn op het
kabinet van de extra advocaat-generaal (1 AD 14, 1 AD 12, 1
AD 11, 1 AD 10, 1 AST 5, 1 AST 3 en 1 AST 2), maar zonder in de afdeling van
het Hof van Justitie van de begroting 2013 te voorzien in de overeenkomstige
extra kredieten. De Commissie neemt nota van het voornemen van het Hof van
Justitie om gebruik te maken van de bestaande kredieten die zijn opgenomen in
begrotingshoofdstuk 14 (extern personeel) van de begrotingsafdeling van het Hof
van Justitie om een extra arbeidscontractant (functiegroep I) te financieren, wiens
aanwerving verband houdt met de oprichting van het nieuwe kabinet. De
Commissie stelt evenwel niet voor om in het ontwerp van gewijzigde begroting
nr. 4/2013 het verzoek voor 9 extra referendarissen bij het Hof van Justitie op
te nemen. De Commissie wenst in dit verband te herinneren aan het schrijven[8] van de commissaris voor
Financiële programmering en begroting aan de andere instellingen, waarin erop is
gewezen dat het van cruciaal politiek belang is om, in het licht van het
voorstel van de Commissie om het personeelsbestand van alle EU-instellingen en
organen in de loop van de komende vijf jaar met 5% te verminderen, de
benadering van de Commissie te volgen en een personeelsinkrimping van 1% door
te voeren. De Commissie vestigt in het bijzonder de aandacht op de onzekerheid
omtrent het voorstel van het Hof van Justitie van maart 2011 om twaalf extra
rechters aan te stellen bij het Gerecht van de Europese Unie om het hoofd te
kunnen bieden aan de toenemende werkbelasting en zij stelt derhalve voor de
besluiten af te wachten die met betrekking tot dit voorstel door de wetgevende
autoriteit moeten worden genomen. Wat de
kredieten betreft, stelt de Commissie vast dat het ontwerp van gewijzigde
begroting nr. 2/2013 geen marge laat ten opzichte van het voor 2013
vastgestelde maximum voor de betalingskredieten, behalve voor de dekking van de
betalingsbehoeften om middelen uit het Solidariteitsfonds van de EU beschikbaar
te stellen, waarvoor de Commissie voornemens is binnenkort het ontwerp van
gewijzigde begroting nr. 5/2013 in te dienen. Rekening houdend met de
doorlooptijd die doorgaans in acht moet worden genomen voor de aanwerving van
het extra personeel waarvoor in het ontwerp van gewijzigde begroting
nr. 4/2013 een verzoek is ingediend, is de Commissie bovendien van mening
dat het Hof van Justitie in staat zal zijn zijn aanwervingen af te stemmen op
de kredieten die momenteel in de begroting van het Hof van Justitie beschikbaar
zijn voor dit soort uitgaven. Derhalve heeft de Commissie geen extra kredieten
opgenomen met betrekking tot het verzoek voor de extra advocaat-generaal en de corresponderende
zeven extra posten. Om dezelfde reden wordt voorgesteld geen extra ontvangsten
in de begroting op te nemen die afkomstig zijn van bijdragen van de extra
kabinetsleden in 2013, die door het Hof van Justitie op 121 000 EUR
worden geraamd. De
gewijzigde personeelsformatie is opgenomen in de budgettaire bijlage. 5. Overzichtstabel
per rubriek van het financieel kader Financieel kader Rubriek/subrubriek || Herzien financieel kader 2013 || Begroting 2013 (incl. OGB 1-3/2013) || OGB 4/2013 || Begroting 2013 (incl. OGB 1-4/2013) VK || BK || VK || BK || VK || BK || VK || BK 1. DUURZAME GROEI || || || || || || || || 1a. Concurrentievermogen voor groei en werkgelegenheid || 15 670 000 000 || || 16 168 150 291 || 12 886 628 095 || || || 16 168 150 291 || 12 886 628 095 Marge || || || 1 849 709 || || || || 1 849 709 || 1b. Samenhang ter bevordering van groei en werkgelegenheid || 54 974 000 000 || || 54 958 049 037 || 56 349 544 736 || || || 54 958 049 037 || 56 349 544 736 Marge || || || 15 950 963 || || || || 15 950 963 || Totaal || 70 644 000 000 || || 71 126 199 328 || 69 236 172 831 || || || 71 126 199 328 || 69 236 172 831 Marge[9] || || || 17 800 672 || || || || 17 800 672 || 2. BESCHERMING EN BEHEER VAN NATUURLIJKE HULPBRONNEN || || || || || || || || Marktgerelateerde uitgaven en rechtstreekse betalingen || 48 583 000 000 || || 43 956 548 610 || 43 934 188 711 || || || 43 956 548 610 || 43 934 188 711 Totaal || 61 310 000 000 || || 60 159 241 416 || 58 095 492 961 || || || 60 159 241 416 || 58 095 492 961 Marge || || || 1 150 758 584 || || || || 1 150 758 584 || 3. BURGERSCHAP, VEILIGHEID, VRIJHEID EN RECHTVAARDIGHEID || || || || || || || || 3a. Vrijheid, veiligheid en recht || 1 703 000 000 || || 1 440 827 200 || 1 046 033 652 || || || 1 440 827 200 || 1 046 033 652 Marge || || || 262 172 800 || || || || 262 172 800 || 3b. Burgerschap || 746 000 000 || || 738 364 000 || 654 249 615 || 316 000 || 316 000 || 738 680 000 || 654 565 615 Marge || || || 7 636 000 || || || || 7 320 000 || Totaal || 2 449 000 000 || || 2 179 191 200 || 1 700 283 267 || 316 000 || 316 000 || 2 179 507 200 || 1 700 599 267 Marge[10] || || || 269 808 800 || || || || 269 492 800 || 4. DE EU ALS MONDIALE PARTNER || 9 595 000 000 || || 9 583 118 711 || 6 898 914 260 || || || 9 583 118 711 || 6 898 914 260 Marge[11] || || || 275 996 289 || || || || 275 996 289 || 5. ADMINISTRATIE || 9 095 000 000 || || 8 430 690 740 || 8 430 365 740 || -316 000 || -316 000 || 8 430 374 740 || 8 430 049 740 Marge[12] || || || 750 309 260 || || || || 750 625 260 || 6. COMPENSATIES || 75 000 000 || || 75 000 000 || 75 000 000 || || || 75 000 000 || 75 000 000 Marge || || || || || || || || TOTAAL || 153 168 000 000 || 144 285 000 000 || 151 553 441 395 || 144 436 229 059 || || || 151 553 441 395 || 144 436 229 059 Marge[13][14] || || || 2 464 673 605 || 14 770 941 || || || 2 464 673 605 || 14 770 941 [1] PB L 298
van 26.10.2012, blz. 1. [2] PB L 66 van 8.3.2013, blz. 1. [3] COM(2013) 156 definitief. [4] COM(2013) 183 definitief. [5] COM(2013) 224 definitief. [6] COM(2011) 814. [7] COM(2013) 40. [8] Ref. Ares(2013)14771, 7.1.2013. [9] Het
Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering (EFG) wordt niet opgenomen
in de berekening van de marge onder rubriek 1a (500 miljoen EUR). [10] Het
bedrag voor het Solidariteitsfonds van de Europese Unie (EUSF) wordt in de
begroting opgenomen boven het maximum van de betrokken rubrieken,
overeenkomstig het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 (PB C 139 van
14.6.2006). [11] Bij
de marge voor 2013 in rubriek 4 wordt geen rekening gehouden met de kredieten
betreffende de reserve voor noodhulp (264,1 miljoen EUR). [12] Om
de marge ten opzichte van het maximum van rubriek 5 te berekenen, wordt
rekening gehouden met voetnoot 1 van het financieel kader 2007-2013 voor een
bedrag van 86 miljoen EUR aan bijdragen van de personeelsleden aan
het pensioenstelsel. [13] De totale marge voor
de vastleggingen houdt geen rekening met de kredieten voor het Europees Fonds
voor aanpassing aan de globalisering (500 miljoen EUR), de reserve
voor noodhulp (264,1 miljoen EUR) en de pensioenbijdragen van het
personeel (86 miljoen EUR). [14] De overkoepelende
marge voor de betalingen houdt geen rekening met de kredieten voor de reserve
voor noodhulp (80 miljoen EUR) en de pensioenbijdragen van het personeel (86
miljoen EUR).