EUR-Lex Hozzáférés az európai uniós joghoz

Vissza az EUR-Lex kezdőlapjára

Ez a dokumentum az EUR-Lex webhelyről származik.

Dokumentum 32020D1260

Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/1260 van de Raad van 4 september 2020 tot wijziging van Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/1855 waarbij Roemenië wordt gemachtigd een bijzondere maatregel toe te passen die afwijkt van artikel 287 van Richtlijn 2006/112/EG betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde

PB L 296 van 10/09/2020., 1—3. o. (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

A dokumentum hatályossági állapota Hatályos

ELI: http://data.europa.eu/eli/dec_impl/2020/1260/oj

10.9.2020   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 296/1


UITVOERINGSBESLUIT (EU) 2020/1260 VAN DE RAAD

van 4 september 2020

tot wijziging van Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/1855 waarbij Roemenië wordt gemachtigd een bijzondere maatregel toe te passen die afwijkt van artikel 287 van Richtlijn 2006/112/EG betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Richtlijn 2006/112/EG van de Raad van 28 november 2006 betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde (1), en met name artikel 395, lid 1, eerste alinea,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Krachtens artikel 287 van Richtlijn 2006/112/EG kan Roemenië vrijstelling van belasting over de toegevoegde waarde (btw) verlenen aan belastingplichtigen met een jaaromzet die ten hoogste gelijk is aan de tegenwaarde van 35 000 EUR in de nationale munteenheid tegen de omrekeningskoers die geldt op de dag van zijn toetreding tot de Unie.

(2)

Bij Uitvoeringsbesluit 2012/181/EU van de Raad (2) werd Roemenië gemachtigd een bijzondere maatregel in te voeren die afwijkt van artikel 287 van Richtlijn 2006/112/EG (“de derogatiemaatregel”), teneinde belastingplichtigen met een jaaromzet die ten hoogste gelijk is aan de tegenwaarde van 65 000 EUR in de nationale munteenheid tegen de omrekeningskoers die geldt op de dag van zijn toetreding tot de Unie van btw vrij te stellen. De derogatiemaatregel is verstreken op 31 december 2014.

(3)

Bij Uitvoeringsbesluit 2014/931/EU van de Raad (3) werd Roemenië gemachtigd de derogatiemaatregel te blijven toepassen tot en met 31 december 2017.

(4)

Bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/1855 van de Raad (4) werd Roemenië gemachtigd een bijzondere maatregel toe te passen die afwijkt van artikel 287 van Richtlijn 2006/112/EG om vrijstelling van btw te verlenen aan belastingplichtigen met een jaaromzet die ten hoogste gelijk is aan de tegenwaarde van 88 500 EUR in de nationale munteenheid tegen de omrekeningskoers die geldt op de dag van toetreding. Deze derogatiemaatregel werd toegestaan tot en met 31 december 2020, dan wel de datum van inwerkingtreding van een richtlijn tot wijziging van de bepalingen van de artikelen 281 tot en met 294 van Richtlijn 2006/112/EG, indien deze datum eerder valt.

(5)

De Raad heeft op 18 februari 2020 Richtlijn (EU) 2020/285 (5) tot wijziging van de artikelen 281 tot en met 294 van Richtlijn 2006/112/EG wat betreft de bijzondere regeling voor kleine ondernemingen. Richtlijn (EU) 2020/285 geeft lidstaten tevens de mogelijkheid vrijstelling te verlenen aan belastingplichtigen wier jaaromzet in de lidstaat de drempel van 85 000 EUR of de tegenwaarde daarvan in de nationale munteenheid niet overschrijdt.

(6)

Bij brief, ingekomen bij de Commissie op 14 januari 2020, heeft Roemenië verzocht om de derogatiemaatregel waarvoor het land machtiging had gekregen, na 31 december 2020 te mogen blijven toepassen.

(7)

Bij brief van 18 februari 2020 heeft de Commissie de overige lidstaten overeenkomstig artikel 395, lid 2, tweede alinea, van Richtlijn 2006/112/EG van het verzoek van Roemenië in kennis gesteld. Bij brief van 19 februari 2020 heeft de Commissie Roemenië meegedeeld dat zij over alle gegevens beschikte die nodig was voor de beoordeling van het verzoek.

(8)

Uit de door Roemenië verstrekte informatie blijkt dat de redenen voor de derogatiemaatregel grotendeels ongewijzigd blijven. De derogatiemaatregel is een vereenvoudigingsmaatregel die de btw-gerelateerde verplichtingen voor een aantal kleine ondernemingen zal doen dalen. Hij doet ook de druk bij de belastingautoriteiten dalen doordat bij een groter aantal kleine ondernemingen niet langer zal moeten worden toegezien op de inning van minder omvangrijke sommen. De handhaving van de huidige vrijstellingsdrempel lijkt een doeltreffende manier om administratieve middelen te besparen en belastingfraude terug te dringen.

(9)

De derogatiemaatregel is facultatief voor de belastingplichtigen en zal dat ook blijven. Zij kunnen nog steeds voor het normale btw-stelsel kiezen op grond van artikel 290 van Richtlijn 2006/112/EG.

(10)

Volgens door Roemenië verstrekte gegevens zal de derogatiemaatregel geen noemenswaardige invloed hebben op de totale belastingopbrengst in het stadium van het eindverbruik in Roemenië.

(11)

De derogatiemaatregel zal geen negatieve gevolgen hebben voor de eigen middelen van de Unie uit de btw omdat Roemenië een compensatieberekening zal verrichten overeenkomstig artikel 6 van Verordening (EEG, Euratom) nr. 1553/89 van de Raad (6).

(12)

Gelet op het feit dat de derogatiemaatregel de administratieve lasten en de nalevingskosten kan verlichten voor zowel kleine bedrijven als de belastingautoriteiten zonder dat dit grote gevolgen heeft voor de totale btw-inkomsten, moet Roemenië worden gemachtigd de derogatiemaatregel te blijven toepassen.

(13)

De machtiging voor de toepassing van de derogatiemaatregel moet in de tijd worden beperkt. De periode moet lang genoeg zijn om te kunnen evalueren of de drempel doeltreffend en passend is. Bovendien moeten de lidstaten op grond van artikel 3, lid 1 van Richtlijn (EU) 2020/285 uiterlijk op 31 december 2024 de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen vaststellen en bekendmaken om aan artikel 1 van die richtlijn te voldoen en moeten zij deze bepalingen met ingang van 1 januari 2025 toepassen. Daarom is het passend Roemenië te machtigen om de derogatiemaatregel tot en met 31 december 2024 toe te passen.

(14)

Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/1855 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

In artikel 2 van Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/1855 wordt de tweede alinea vervangen door:

“Dit besluit is van toepassing van 1 januari 2018 tot en met 31 december 2024.”.

Artikel 2

Dit besluit wordt van kracht op de datum van kennisgeving.

Artikel 3

Dit besluit is gericht tot Roemenië.

Gedaan te Brussel, 4 september 2020.

Voor de Raad

De voorzitter

M. ROTH


(1)  PB L 347 van 11.12.2006, blz. 1.

(2)  Uitvoeringsbesluit 2012/181/EU van de Raad van 26 maart 2012 waarbij Roemenië wordt gemachtigd een bijzondere maatregel te treffen die afwijkt van artikel 287 van Richtlijn 2006/112/EG betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde (PB L 92 van 30.3.2012, blz. 26).

(3)  Uitvoeringsbesluit 2014/931/EU van de Raad van 16 december 2014 tot verlenging van Uitvoeringsbesluit 2012/181/EU waarbij Roemenië wordt gemachtigd een bijzondere maatregel te treffen die afwijkt van artikel 287 van Richtlijn 2006/112/EG betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde (PB L 365 van 19.12.2014, blz. 145).

(4)  Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/1855 van de Raad van 10 oktober 2017 waarbij Roemenië wordt gemachtigd een bijzondere maatregel toe te passen die afwijkt van artikel 287 van Richtlijn 2006/112/EG betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde (PB L 265 van 14.10.2017, blz. 19).

(5)  Richtlijn (EU) 2020/285 van de Raad van 18 februari 2020 tot wijziging van Richtlijn 2006/112/EG betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde wat betreft de bijzondere regeling voor kleine ondernemingen en Verordening (EU) nr. 904/2010 betreffende de administratieve samenwerking en uitwisseling van inlichtingen voor doeleinden van toezicht op de juiste uitvoering van de bijzondere regeling voor kleine ondernemingen (PB L 62 van 2.3.2020, blz. 13).

(6)  Verordening (EEG, Euratom) nr. 1553/89 van de Raad van 29 mei 1989 betreffende de definitieve uniforme regeling voor de inning van de eigen middelen uit de belasting over de toegevoegde waarde (PB L 155 van 7.6.1989, blz. 9).


Az oldal tetejére