EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52019PC0137

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de sluiting van het protocol tot uitvoering van de partnerschapsovereenkomst inzake visserij tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Kaapverdië (2019-2024)

COM/2019/137 final

Brussel, 14.3.2019

COM(2019) 137 final

2019/0078(NLE)

Voorstel voor een

BESLUIT VAN DE RAAD

betreffende de sluiting van het protocol tot uitvoering van de partnerschapsovereenkomst inzake visserij tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Kaapverdië (2019-2024)


TOELICHTING

1.ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL

Motivering en doel van het voorstel

De partnerschapsovereenkomst inzake visserij tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Kaapverdië 1 (hierna "de overeenkomst" genoemd) is op 30 maart 2007 in werking getreden 2 . Het huidige protocol bij de overeenkomst is op 23 december 2014 van toepassing geworden en verstrijkt op 22 december 2018.

Op basis van de desbetreffende onderhandelingsrichtsnoeren 3 heeft de Commissie met de regering van de Republiek Kaapverdië (hierna "Cabo Verde" genoemd) onderhandelingen gevoerd met het oog op het sluiten van een nieuw protocol bij de overeenkomst. Na afloop van deze onderhandelingen is op 12 oktober 2018 een nieuw protocol geparafeerd. Het protocol bestrijkt een periode van vijf jaar vanaf de datum van voorlopige toepassing, d.w.z. vanaf de datum van de ondertekening ervan, zoals bepaald in artikel 15 van het protocol.

Verenigbaarheid met bestaande bepalingen op het beleidsterrein

In overeenstemming met de prioriteiten van de hervorming van het visserijbeleid 4 biedt het nieuwe protocol vaartuigen van de Unie vangstmogelijkheden in de wateren van Cabo Verde op basis van de beste beschikbare wetenschappelijke adviezen en met inachtneming van de aanbevelingen van de Internationale Commissie voor de instandhouding van Atlantische tonijnen (International Commission for the Conservation of Atlantic Tunas – ICCAT). Dit nieuwe protocol houdt rekening met de resultaten van een evaluatie van het meest recente protocol (2014-2018) en met een verkennende evaluatie waarin is nagegaan of het wenselijk is een nieuw protocol te sluiten. Beide evaluaties werden uitgevoerd door externe deskundigen. Voorts zal het protocol het voor de Europese Unie en de Republiek Cabo Verde mogelijk maken om nauwer samen te werken met het oog op de bevordering van een verantwoorde exploitatie van de visbestanden in de wateren van Cabo Verde, en zal het de inspanningen van Cabo Verde voor de ontwikkeling van zijn blauwe economie ondersteunen, dit alles in het belang van beide partijen.

Het protocol voorziet in vangstmogelijkheden in de volgende categorieën:

28 vriesvaartuigen voor de tonijnvisserij met de zegen;

27 vaartuigen voor de visserij met de drijvende beug;

14 vaartuigen voor de tonijnvisserij met de hengel.

Verenigbaarheid met andere beleidsterreinen van de Unie

De onderhandelingen over een nieuw protocol bij de partnerschapsovereenkomst inzake visserij met Cabo Verde passen in het kader van het externe optreden van de EU ten aanzien van de ACS-landen, en houden met name rekening met de doelstellingen van de Unie op het gebied van de eerbiediging van de democratische beginselen en de mensenrechten.

2.RECHTSGRONDSLAG, SUBSIDIARITEIT EN EVENREDIGHEID

Rechtsgrondslag

De gekozen rechtsgrondslag is het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, waar in artikel 43, lid 2, het gemeenschappelijk visserijbeleid is vastgesteld en waar in artikel 218, lid 6, onder a), v), de desbetreffende fase van de procedure voor het onderhandelen over en het sluiten van overeenkomsten tussen de Unie en derde landen is vastgesteld.

Subsidiariteit (bij niet-exclusieve bevoegdheid)

Het voorstel betreft een gebied dat onder de exclusieve bevoegdheid van de Europese Unie valt.

Evenredigheid

Het voorstel staat in verhouding tot de in artikel 31 van de verordening inzake het gemeenschappelijk visserijbeleid vastgestelde doelstelling om een juridisch, ecologisch, economisch en sociaal bestuurskader voor visserijactiviteiten van vissersvaartuigen van de Unie in wateren van derde landen tot stand te brengen. Het voorstel is in overeenstemming met die bepalingen, alsook met de bepalingen van artikel 32 van diezelfde verordening over financiële steun aan derde landen.

3.EVALUATIE, RAADPLEGING VAN BELANGHEBBENDEN EN EFFECTBEOORDELING

Evaluatie van bestaande wetgeving en controle van de resultaatgerichtheid ervan

In 2018 heeft de Commissie een ex-postevaluatie van het huidige protocol bij de partnerschapsovereenkomst inzake visserij met Cabo Verde verricht, alsook een ex-ante-evaluatie van een eventuele vernieuwing van het protocol. De conclusies van die evaluaties zijn opgenomen in een afzonderlijk werkdocument 5 .

In de evaluatie is geconcludeerd dat de sector van de tonijnvisserij in de EU veel belangstelling heeft voor de visserij in Cabo Verde en dat een vernieuwing van het protocol zou bijdragen aan een betere monitoring, controle en bewaking en aan een betere governance van de visserij in de regio. Het belang van Mindelo (op het eiland São Vicente) als een van de belangrijkste aanlandingshavens en plaatsen van verwerking in West-Afrika draagt bij aan de relevantie van het beoogde nieuwe protocol, zowel voor de sectoren van de tonijnvisserij in de EU als voor het partnerland.

Raadpleging van belanghebbenden

In het kader van de evaluatie is overlegd met de lidstaten, vertegenwoordigers van de sector, internationale middenveldorganisaties, alsook met de visserijautoriteiten en met vertegenwoordigers van het maatschappelijk middenveld van Cabo Verde. Daarnaast heeft ook overleg plaatsgevonden in het kader van de adviesraad voor de volle zee.

Bijeenbrengen en gebruik van expertise

Overeenkomstig artikel 31, lid 10, van de verordening inzake het gemeenschappelijk visserijbeleid heeft de Commissie voor de evaluatie vooraf en de evaluatie achteraf een beroep gedaan op een onafhankelijke consultant.

4.GEVOLGEN VOOR DE BEGROTING

De jaarlijkse financiële tegenprestatie van de Europese Unie bedraagt 750 000 EUR, berekend op basis van:

a) een referentietonnage van 8 000 ton per jaar, waarvoor gedurende de hele looptijd van het protocol een bedrag voor de toegang tot de wateren wordt betaald van 400 000 EUR per jaar;

b) steun voor de ontwikkeling van het sectorale visserijbeleid en de blauwe economie van Cabo Verde ten bedrage van 350 000 EUR per jaar gedurende de hele looptijd van het protocol. Deze steun beantwoordt aan de doelstellingen van het nationale beleid inzake duurzaam beheer van de continentale en maritieme visbestanden gedurende de hele looptijd van het protocol.

Het jaarlijkse bedrag van de vastleggings- en betalingskredieten wordt in het kader van de jaarlijkse begrotingsprocedure vastgesteld, onder meer voor de reservelijn voor protocollen die bij het begin van het jaar nog niet in werking zijn getreden 6 .

2019/0078 (NLE)

Voorstel voor een

BESLUIT VAN DE RAAD

betreffende de sluiting van het protocol tot uitvoering van de partnerschapsovereenkomst inzake visserij tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Kaapverdië (2019-2024)

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 43, lid 2, in samenhang met artikel 218, lid 6, onder a), v), en artikel 218, lid 7,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Gezien de goedkeuring van het Europees Parlement 7 ,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)Op 19 december 2006 heeft de Raad zijn goedkeuring gehecht aan Verordening (EG) nr. 2027/2006 8 betreffende de sluiting van de partnerschapsovereenkomst inzake visserij tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Kaapverdië (hierna "de overeenkomst" genoemd) 9 , welke overeenkomst op 30 maart 2007 in werking is getreden, vervolgens stilzwijgend is verlengd en nog steeds van kracht is.

(2)Het meest recente protocol tot uitvoering van de overeenkomst verstrijkt op 22 december 2018.

(3)De Commissie heeft namens de Europese Unie onderhandeld over een nieuw protocol tot uitvoering van de overeenkomst (hierna "het protocol" genoemd). Na afloop van de onderhandelingen is het protocol op 12 oktober 2018 geparafeerd.

(4)Overeenkomstig Besluit 2018/.../EU van de Raad 10 is het protocol ondertekend op [datum van de ondertekening invoegen].

(5)Het protocol is voorlopig van toepassing met ingang van de datum van ondertekening.

(6)Het protocol heeft tot doel het voor de Europese Unie en de Republiek Cabo Verde mogelijk te maken om nauwer samen te werken met het oog op de bevordering van een duurzaam visserijbeleid en een verantwoorde exploitatie van de visbestanden in de wateren van Cabo Verde, en Cabo Verde ondersteuning te bieden bij zijn inspanningen om een blauwe economie te ontwikkelen.

(7)Het protocol moet namens de Unie worden goedgekeurd.

(8)Bij artikel 9 van de overeenkomst is een gemengde commissie opgericht die belast is met de controle van de toepassing van de overeenkomst. Voorts kan de gemengde commissie overeenkomstig artikel 6, lid 3, en artikel 7, leden 1 en 2, van het protocol bepaalde wijzigingen van het protocol goedkeuren. Om de goedkeuring van die wijzigingen te vergemakkelijken dient de Commissie onder bepaalde voorwaarden te worden gemachtigd om deze wijzigingen goed te keuren volgens een vereenvoudigde procedure,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Het protocol tot uitvoering van de partnerschapsovereenkomst inzake visserij tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Kaapverdië (2019-2024) (hierna het "protocol" genoemd) wordt namens de Unie goedgekeurd.

De tekst van het protocol is als bijlage I aan dit besluit gehecht.

Artikel 2

De Commissie wordt, overeenkomstig de bepalingen en voorwaarden van bijlage II bij dit besluit, gemachtigd om namens de Unie goedkeuring te verlenen voor wijzigingen van het protocol die worden vastgesteld door de gemengde commissie die is ingesteld krachtens artikel 9 van de partnerschapsovereenkomst inzake visserij tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Kaapverdië.

Artikel 3

De voorzitter van de Raad wijst de persoon (personen) aan die gemachtigd is (zijn) om namens de Unie de in artikel 16 van het protocol bedoelde kennisgevingen te verrichten, waarmee de instemming van de Unie om door het protocol gebonden te zijn tot uiting wordt gebracht.

Artikel 4

Dit besluit treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel,

   Voor de Raad

   De voorzitter

(1)    PB L 414 van 30.12.2006, blz. 3.
(2)    PB L 107 van 25.4.2007, blz. 7.
(3)    Aangenomen tijdens de zitting van de Raad Justitie en Binnenlandse Zaken van 4 en 5 juni 2018.
(4)    PB L 354 van 28.12.2013, blz. 22.
(5)    SWD (2018) 194 final van 16.5.2018.
(6)    In overeenstemming met het Interinstitutioneel akkoord betreffende samenwerking in begrotingszaken (2013/C 373/01).
(7)    PB C […] van […], blz. […].
(8)    Verordening (EG) nr. 2027/2006 van de Raad van 19 december 2006 betreffende de sluiting van de partnerschapsovereenkomst inzake visserij tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Kaapverdië (PB L 414 van 30.12.2006, blz. 1).
(9)    PB L 414 van 30.12.2006, blz. 3.
Top

Brussel, 14.3.2019

COM(2019) 137 final

BIJLAGEN

bij voorstel voor een

BESLUIT VAN DE RAAD

betreffende de sluiting van het protocol tot uitvoering van de partnerschapsovereenkomst inzake visserij tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Kaapverdië (2019-2024)


BIJLAGE I

PROTOCOL TOT UITVOERING VAN DE PARTNERSCHAPSOVEREENKOMST INZAKE VISSERIJ TUSSEN DE EUROPESE GEMEENSCHAP EN DE REPUBLIEK KAAPVERDIË

(2019-2024)

Artikel 1

Beginselen

1.De twee partijen verbinden zich ertoe verantwoorde visserij in de visserijzone van Cabo Verde te bevorderen op basis van het beginsel van niet-discriminatie. Cabo Verde verbindt zich ertoe om op alle industriële tonijnvisserijvloten die in zijn visserijzone actief zijn, dezelfde technische en instandhoudingsmaatregelen toe te passen, met als doel bij te dragen tot een goede governance van de visserij.

2.De partijen verbinden zich ertoe deze overeenkomst uit te voeren overeenkomstig artikel 9 van de Overeenkomst van Cotonou inzake de essentiële elementen van die overeenkomst, i.e. de mensenrechten, de democratische beginselen en de rechtsstaat, en het fundamentele element van die overeenkomst, i.e. goed openbaar bestuur, duurzame ontwikkeling en duurzaam en deugdelijk beheer van het milieu.

3.De partijen verbinden zich ertoe informatie openbaar te maken en uit te wisselen over elke overeenkomst waarbij aan buitenlandse vaartuigen toegang tot de visserijzone van Cabo Verde wordt verleend en de daaruit voortvloeiende visserijinspanning, met name het aantal afgegeven machtigingen en de vangsten.

4.Op grond van artikel 6 van de overeenkomst mogen vissersvaartuigen die de vlag van een lidstaat van de Unie voeren (hierna "vaartuigen van de Unie" genoemd), slechts visserijactiviteiten in de exclusieve economische zone (EEZ) van de Republiek Cabo Verde verrichten indien zij in het bezit zijn van een door de Cabo Verde in het kader van dit protocol afgegeven geldige vismachtiging.

5.De Kaapverdische autoriteiten zorgen ervoor dat de visserijzones tussen de kust en de in dit protocol vastgestelde grenzen exclusief toegankelijk zijn voor Kaapverdische vissers.

Artikel 2

Toepassingsperiode

Dit protocol en de bijlage daarbij zijn van toepassing voor een periode van vijf (5) jaar met ingang van de eerste dag van de voorlopige toepassing overeenkomstig artikel 15, tenzij het protocol overeenkomstig artikel 14 wordt opgezegd.

Artikel 3

Vangstmogelijkheden

1.De vangstmogelijkheden die op grond van artikel 5 van de partnerschapsovereenkomst inzake visserij aan vaartuigen van de Unie zijn toegekend, worden als volgt vastgesteld:

vriesvaartuigen voor de tonijnvisserij met de zegen: 28 vaartuigen;

vaartuigen voor de tonijnvisserij met de hengel: 14 vaartuigen;

vaartuigen voor de visserij met de drijvende beug: 27 vaartuigen.

Die vangstmogelijkheden zijn gericht op de vangst, binnen de in aanhangsel 2 bij dit protocol vastgestelde grenzen, van de sterk migrerende soorten die zijn opgenomen in bijlage 1 bij het Zeerechtverdrag van de Verenigde Naties van 1982, met uitzondering van de in het kader van de Internationale Commissie voor de instandhouding van Atlantische tonijnen (ICCAT) of andere internationale verdragen beschermde of verboden soorten.

2.Lid 1 is van toepassing onverminderd de artikelen 6 en 7.

Artikel 4

Financiële tegenprestatie

1.De totale waarde van het protocol voor de in artikel 2 bedoelde periode wordt geraamd op 3 750 000 EUR.

2.De in artikel 7 van de overeenkomst bedoelde financiële tegenprestatie wordt vastgesteld op 750 000 EUR per jaar, verdeeld als volgt:

(a)een bedrag van 400 000 EUR per jaar als financiële compensatie voor de toegang tot de bestanden, wat overeenkomt met een referentietonnage van 8 000 ton per jaar;

(b)een specifiek bedrag van 350 000 EUR per jaar voor de ondersteuning van de uitvoering van het sectorale visserijbeleid van Cabo Verde.

Daarnaast wordt het bedrag van de door de reders verschuldigde rechten voor vismachtigingen die op grond van de artikelen 5 en 6 van de overeenkomst en volgens de voorwaarden van hoofdstuk II, deel 2, van de bijlage bij dit protocol worden afgegeven, geraamd op 600 000 EUR per jaar.

3.Lid 1 is van toepassing onverminderd de artikelen 5, 6, 7, 10 en 14 van dit protocol en de artikelen 12 en 13 van de overeenkomst.

4.Als de totale vangst van de vaartuigen van de Unie in de Kaapverdische wateren meer bedraagt dan het in lid 2, onder a), vermelde referentietonnage, wordt het in lid 2, onder a), bedoelde bedrag van de financiële tegenprestatie voor elke extra gevangen ton verhoogd met 50 EUR. Het jaarlijks door de Unie te betalen bedrag mag evenwel niet meer bedragen dan het dubbele van het in lid 2, onder a), vermelde bedrag. Als de vaartuigen van de Unie meer vangen dan de met het dubbele van het jaarlijkse totaalbedrag overeenstemmende hoeveelheid, wordt het voor de extra hoeveelheid verschuldigde bedrag het volgende jaar betaald.

5.Voor het eerste jaar vindt de betaling van de in lid 2, onder a) en b), bedoelde financiële tegenprestatie uiterlijk negentig (90) dagen na de datum van de voorlopige toepassing van het protocol plaats, en voor de volgende jaren uiterlijk op de verjaardag van het protocol. De benutting van de in lid 2, onder a), bedoelde financiële tegenprestatie valt onder de exclusieve bevoegdheid van de autoriteiten van Cabo Verde.

6.De in lid 2, onder a) en b), bedoelde financiële bijdragen worden overgemaakt op de rekeningen van het ministerie van Financiën van Cabo Verde. De in lid 2, onder b), bedoelde bijdrage wordt opgenomen in de nationale begroting. De bankgegevens van de rekeningen worden jaarlijks door de autoriteiten van Cabo Verde aan de Europese Commissie meegedeeld.

Artikel 5

Sectorale steun

1.De in het kader van dit protocol verleende sectorale steun draagt bij aan de uitvoering van de nationale strategie voor de visserij en de blauwe economie. De steun beoogt het duurzame beheer van de visbestanden en de ontwikkeling van de sector, door met name:

(a)versterking van de monitoring, controle en bewaking van de visserijactiviteiten;

(b)vergroting van de wetenschappelijke kennis over de visbestanden;

(c)steun voor de kustgemeenschappen (visserijactiviteiten, opleiding, werkgelegenheid, veiligheid van de vissers en economische ontwikkeling);

(d)versterking van de internationale samenwerking;

(e)steun voor de blauwe economie en ontwikkeling van de aquacultuur.

2.Uiterlijk drie maanden na de inwerkingtreding van dit protocol worden de partijen het in de in artikel 9 van de overeenkomst bedoelde gemengde commissie eens over een meerjarig sectoraal programma en de daarbij horende uitvoeringsbepalingen, waarin met name het volgende wordt opgenomen:

(a)de op jaarbasis en op meerjarige basis vastgestelde richtsnoeren voor het gebruik van het in artikel 4, lid 2, onder b), bedoelde deel van de financiële tegenprestatie;

(b)de doelstellingen die op jaarbasis en op meerjarige basis moeten worden bereikt om op termijn tot een duurzame en verantwoorde visserij te komen, waarbij rekening wordt gehouden met de prioriteiten die Cabo Verde stelt voor zijn nationale visserijbeleid of voor andere beleidsterreinen die met de totstandbrenging van een duurzame en verantwoorde visserij verband houden of daarop van invloed zijn;

(c)de criteria en de procedures voor de jaarlijkse beoordeling van de resultaten.

3.Elke wijziging die in het jaarlijkse of meerjarige sectorale programma wordt voorgesteld, moet door de gemengde commissie worden goedgekeurd, in voorkomend geval via briefwisseling.

4.Elk jaar legt Cabo Verde bij de gemengde commissie een stand van zaken van de met de sectorale steun uitgevoerde projecten voor. Deze stand van zaken wordt onderzocht door de gemengde commissie, die een evaluatie maakt van de resultaten.

5.De sectorale steun wordt in schijven betaald naargelang van de in de programmering vastgestelde behoeften en de behaalde resultaten.

6.De Unie kan de betaling van de in artikel 4, lid 2, onder b), bedoelde specifieke financiële tegenprestatie geheel of gedeeltelijk herzien of schorsen indien deze financiële tegenprestatie niet wordt benut of wanneer bij een door de gemengde commissie uitgevoerde evaluatie blijkt dat de bereikte resultaten niet met de programmering overeenstemmen.

7.Nadat beide partijen met elkaar overleg hebben gepleegd en hun toestemming hebben gegeven, wordt de betaling van de financiële tegenprestatie hervat zodra de resultaten van de uitvoering dit rechtvaardigen. De in artikel 4, lid 2, onder b), bedoelde specifieke financiële tegenprestatie mag evenwel slechts tot uiterlijk zes maanden na het verstrijken van het protocol worden betaald.

8.De partijen geven zichtbaarheid aan de acties die met sectorale steun worden gefinancierd.

Artikel 6

Wetenschappelijke samenwerking met het oog op verantwoorde visserij

1.Gedurende de looptijd van dit protocol doen de Unie en de autoriteiten van Cabo Verde het nodige om voor alle soorten die onder dit protocol vallen, de ontwikkeling van de vangsten, van de visserijinspanning en van de toestand van de visbestanden in de visserijzone van Cabo Verde te monitoren. Met name komen de partijen overeen de gegevensverzameling en -analyse te versterken met het oog op de opstelling van een nationaal actieplan voor de instandhouding en het beheer van de haaien in de EEZ van Cabo Verde.

2.De partijen leven de aanbevelingen en resoluties van de ICCAT na die betrekking hebben op een verantwoord beheer van de visserijen.

3.Overeenkomstig artikel 4 van de overeenkomst kunnen de partijen, op basis van de aanbevelingen en de resoluties van de ICCAT en de beste beschikbare wetenschappelijke adviezen, in onderling overleg een gezamenlijke wetenschappelijke vergadering beleggen om na te gaan hoe het gesteld is met de belangrijkste soorten waarop de vaartuigen van de Unie vissen, met name de pelagische haaien. De resultaten van de wetenschappelijke vergadering worden voorgelegd aan de gemengde commissie, die in voorkomend geval aanvullende maatregelen vaststelt voor een duurzaam beheer van de visbestanden die door de vaartuigen van de Unie worden gevangen.

4.Aangezien pelagische haaien tot de soorten behoren die door de vloot van de Unie mogen worden gevangen in combinatie met de tonijnvisserij, wordt, gezien de kwetsbaarheid van deze soorten blijkens de wetenschappelijke adviezen van de ICCAT, vanuit het voorzorgsbeginsel bijzondere aandacht besteed aan de vangst van deze soorten door de vaartuigen voor de beugvisserij die in het kader van dit protocol vissen. Beide partijen werken samen om de beschikbaarheid en de opvolging van de wetenschappelijke gegevens over de gevangen soorten te verbeteren.

5.Daartoe stellen beide partijen een mechanisme in om deze visserij van nabij te volgen ten einde de duurzame exploitatie van dit bestand te garanderen. Dit monitoringsmechanisme is met name gebaseerd op een trimestriële uitwisseling van de gegevens over de haaienvangsten. Als deze vangsten in een jaar groter zijn dan 30 % van het in artikel 4, lid 2, onder a), bedoelde referentietonnage, wordt de monitoring opgedreven in die zin dat de gegevens maandelijks worden uitgewisseld, en plegen de partijen overleg met elkaar. Als deze vangsten in een jaar oplopen tot 40 % van het genoemde referentietonnage, stelt de gemengde commissie zo nodig aanvullende beheersmaatregelen vast om de activiteiten van de beugvisserijvloot beter te omkaderen.

6.De gemengde commissie kan besluiten het genoemde monitoringmechanisme aan te passen op basis van de resultaten van de werkzaamheden van de gezamenlijke wetenschappelijke vergadering.

7.De partijen werken samen aan de versterking van de mechanismen voor controle, inspectie en bestrijding van illegale, ongemelde en ongereglementeerde visserij in Cabo Verde.

Artikel 7

Herziening, in onderlinge overeenstemming, van de vangstmogelijkheden en de technische maatregelen

1.De gemengde commissie kan de in artikel 3 bedoelde vangstmogelijkheden herzien en in onderlinge overeenstemming aanpassen mits de door de ICCAT vastgestelde aanbevelingen en resoluties bevestigen dat deze aanpassing het duurzame beheer van de onder dit protocol vallende visbestanden garandeert. De in artikel 4, lid 2, onder a), bedoelde financiële tegenprestatie wordt dan evenredig en pro rata temporis aangepast en dit protocol en de bijlage daarbij worden dienovereenkomstig gewijzigd.

2.De gemengde commissie kan, indien nodig, de in dit protocol vastgestelde voorwaarden voor de uitoefening van de visserij en de uitvoeringsbepalingen voor de sectorale steun onderzoeken en in onderlinge overeenstemming aanpassen.

Artikel 8

Bevordering van de samenwerking tussen de marktdeelnemers

1.De partijen werken samen om de aanlandingsmogelijkheden in de Kaapverdische havens te verbeteren.

2.De partijen spannen zich in om de omstandigheden te creëren die de betrekkingen tussen hun bedrijven op technisch, economisch en commercieel gebied bevorderen via de totstandbrenging van een voor ondernemingen en investeerders gunstig klimaat.

Artikel 9

Samenwerking op het gebied van de blauwe economie

1.De partijen verbinden zich ertoe samen te werken om de blauwe economie te bevorderen, met name op het gebied van aquacultuur, maritieme ruimtelijke ordening, energie, mariene biotechnologie en bescherming van de mariene ecosystemen.

2.Beide partijen verbinden zich ertoe investeringen op het gebied van de visserij en de maritieme economie te bevorderen overeenkomstig de doelstellingen van het bijzondere partnerschap tussen Cabo Verde en de Europese Unie.

3.Beide partijen werken samen om de Europese particuliere actoren bewust te maken van de commerciële en industriële mogelijkheden in de visserijsector en de maritieme economie van Cabo Verde.

4.Beide partijen werken samen om gemeenschappelijke acties op te zetten en informatie en goede praktijken uit te wisselen. Daartoe maken zij afspraken over contactpunten en communicatiemethoden.

Artikel 10

Schorsing van de uitvoering van het protocol

1.De uitvoering van dit protocol, met inbegrip van de betaling van de financiële tegenprestatie, kan worden geschorst op initiatief van een van beide partijen wanneer zich een of meer van de onderstaande omstandigheden voordoen:

a)overmacht of onvoorziene omstandigheden waardoor in de EEZ van Cabo Verde geen visserijactiviteiten kunnen plaatsvinden;

b)belangrijke wijzigingen in de inhoud en de uitvoering van het visserijbeleid van een van de partijen die gevolgen hebben voor dit protocol;

c)de inwerkingtreding van de in artikel 96 van de Overeenkomst van Cotonou vermelde overlegmechanismen naar aanleiding van een inbreuk op de essentiële en fundamentele elementen van de mensenrechten als bedoeld in artikel 9 van de Overeenkomst van Cotonou;

d)een probleem bij de betaling van de in artikel 4, lid 2, onder a), bedoelde financiële tegenprestatie door de Unie om andere dan de in dit lid, onder c), genoemde redenen;

e)een ernstig en onopgelost geschil tussen de twee partijen over de toepassing of de interpretatie van dit protocol.

2.Wanneer de toepassing van het protocol om andere dan de in lid 1, onder c), genoemde redenen wordt geschorst, meldt de betrokken partij haar voornemen hiertoe schriftelijk en ten minste drie maanden vóór de datum van inwerkingtreding van de schorsing. De schorsing van het protocol om in lid 1, onder c), genoemde redenen is onmiddellijk na het schorsingsbesluit van toepassing.

3.Bij schorsing blijven de partijen in onderling overleg streven naar een minnelijke schikking van het geschil. Wanneer zij hierin slagen, wordt de toepassing van het protocol hervat en wordt het bedrag van de financiële compensatie evenredig en pro rata temporis verlaagd, overeenkomstig de duur van de periode waarin de toepassing van het protocol was geschorst.

Artikel 11

Elektronische gegevensuitwisseling

1.Cabo Verde en de Unie verbinden zich ertoe om de informaticasystemen die nodig zijn voor de elektronische uitwisseling van alle gegevens en documenten die met de uitvoering van de overeenkomst verband houden, operationeel te maken en te houden.

2.De elektronische versie van een document wordt als volledig gelijkwaardig aan de papieren versie beschouwd.

3.Cabo Verde en de Unie stellen elkaar onmiddellijk in kennis van iedere storing van een informaticasysteem. De met de uitvoering van de overeenkomst verband houdende gegevens en documenten worden dan automatisch via een alternatief communicatiemiddel doorgestuurd.

Artikel 12

Vertrouwelijkheid van de gegevens

1.Cabo Verde en de Europese Unie verbinden zich ertoe alle in het kader van de overeenkomst verkregen nominatieve gegevens over de vaartuigen van de Unie en hun visserijactiviteiten te allen tijde strikt te behandelen overeenkomstig de beginselen van vertrouwelijkheid en bescherming van gegevens.

2.De partijen zien erop toe dat alleen de geaggregeerde gegevens over de visserijactiviteiten in de wateren van Cabo Verde openbaar worden gemaakt overeenkomstig de ter zake geldende ICCAT-bepalingen.

3.Gegevens die als vertrouwelijk kunnen worden beschouwd, mogen door de bevoegde autoriteiten uitsluitend worden gebruikt voor de uitvoering van de overeenkomst en voor visserijbeheer, -controle en -bewaking.

Artikel 13

Geldend nationaal recht

1.De activiteiten van de vissersvaartuigen van de Unie die in het kader van dit protocol actief zijn in de wateren van Cabo Verde, ressorteren onder het recht van Cabo Verde, en met name de bepalingen van het beheersplan voor de visbestanden van Cabo Verde, tenzij anders is bepaald in de overeenkomst of in dit protocol en de daarbij horende bijlage en aanhangsels.

2.De autoriteiten van Cabo Verde informeren de Europese Commissie over iedere wijziging of nieuwe wetgeving op het gebied van de visserij.

Artikel 14

Opzegging

1.In geval van opzegging van dit protocol stelt de betrokken partij de andere partij ten minste zes maanden vóór de datum waarop de opzegging in werking treedt, schriftelijk in kennis van haar voornemen om het op te zeggen.

2.Door de in lid 1 bedoelde kennisgeving te versturen wordt het overleg tussen de partijen geopend.

Artikel 15

Voorlopige toepassing

Dit protocol is voorlopig van toepassing met ingang van de datum van ondertekening.

Artikel 16

Inwerkingtreding

Dit protocol treedt in werking op de datum waarop de partijen elkaar ervan in kennis stellen dat de hiertoe vereiste procedures zijn voltooid.

Voor de Europese Unie                Voor de Republiek Cabo Verde



BIJLAGE

VOORWAARDEN VOOR DE UITOEFENING VAN DE VISSERIJ IN DE VISSERIJZONE VAN CABO VERDE DOOR VAARTUIGEN VAN DE UNIE

HOOFDSTUK I

ALGEMENE BEPALINGEN

1.Aanwijzing van de bevoegde autoriteit

Voor de toepassing van deze bijlage wordt, tenzij anders is bepaald, met elke verwijzing naar de Unie of naar Cabo Verde als bevoegde autoriteit, het volgende bedoeld:

voor de Unie: de Europese Commissie, in voorkomend geval via de delegatie van de Unie op Cabo Verde;

voor Cabo Verde: het voor visserij bevoegde ministerie.

2.Visserijzone

De coördinaten van de EEZ van Cabo Verde zijn opgenomen in aanhangsel 1. De vaartuigen van de Unie mogen hun visserijactiviteiten uitoefenen buiten de grenzen die voor elke categorie in aanhangsel 2 zijn vastgesteld, en de Kaapverdische vissers behouden de exclusiviteit van de visserij in de wateren tussen de kust en die grenzen.

Bij de afgifte van de vismachtiging stelt Cabo Verde de reders in kennis van de grenzen van de voor scheepvaart en visserij verboden gebieden. Ook de Unie wordt op de hoogte gebracht.

3.Aanwijzing van een plaatselijke agent

Vaartuigen van de Unie die voornemens zijn vangsten in een haven van Cabo Verde aan te landen of over te laden, kunnen worden vertegenwoordigd door een op Cabo Verde verblijvende agent.

4.Bankrekening

Cabo Verde stelt de Unie vóór de inwerkingtreding van dit protocol in kennis van de gegevens van de bankrekening(en) waarop de financiële bedragen die in het kader van de overeenkomst ten laste komen van de vaartuigen van de Unie, moeten worden overgemaakt. De aan de bankoverschrijvingen verbonden kosten zijn voor rekening van de reders.

HOOFDSTUK II

VISMACHTIGINGEN

Deel 1: Toepasselijke procedures

1.Voorwaarden voor het verkrijgen van een vismachtiging – in aanmerking komende vaartuigen

De in artikel 6 van de overeenkomst bedoelde vismachtigingen worden, op voorwaarde dat het vaartuig is ingeschreven in het register van vissersvaartuigen van de Unie, afgegeven overeenkomstig Verordening (EU) 2017/2403 inzake het duurzame beheer van externe vissersvloten. Alle eerdere verplichtingen van de reder, de kapitein of het vaartuig zelf uit hoofde van visserijactiviteiten in Cabo Verde in het kader van de overeenkomst moeten zijn nagekomen.

2.Aanvraag van een vismachtiging

Voor elk vaartuig dat in het kader van de overeenkomst wenst te vissen, dient de Unie, door middel van het formulier in aanhangsel 3, bij Cabo Verde een vismachtigingsaanvraag in, ten minste 15 werkdagen vóór het begin van de aangevraagde geldigheidsduur. De aanvraag moet getypt zijn of leesbaar geschreven in hoofdletters.

In de vismachtigingsaanvraag moeten de doelsoorten duidelijk zijn aangegeven.

Als het om een eerste vismachtigingsaanvraag in het kader van het huidige protocol gaat of wanneer het betrokken vaartuig een technische wijziging heeft ondergaan, moet de aanvraag vergezeld gaan van het bewijs van betaling van het forfaitaire visrecht voor de geldigheidsduur van de aangevraagde vismachtiging en van de in hoofdstuk IX vermelde forfaitaire bijdrage voor waarnemers; voorts moet de aanvraag het volgende bevatten:

(a)in voorkomend geval de naam en het adres van de plaatselijke agent van het vaartuig;

(b)een recente kleurenfoto van het vaartuig (zijaanzicht) van minstens 15 × 10 cm;    

(c)elk ander in het kader van de overeenkomst vereist document.

Voor vaartuigen waarvan de technische kenmerken niet zijn gewijzigd, gaat de aanvraag tot vernieuwing van een vismachtiging in het kader van het huidige protocol uitsluitend vergezeld van het bewijs van betaling van het visrecht en van de forfaitaire bijdrage in de kosten voor de waarnemer.

3.Afgifte van de vismachtiging

Cabo Verde doet de vismachtiging voor tonijn en de daarmee geassocieerde soorten ("atum e afins") en de andere soorten waarop in het kader van dit protocol mag worden gevist, aan de Unie toekomen binnen 15 werkdagen na ontvangst van het volledige aanvraagdossier.

Wordt een vismachtiging tijdens de geldigheidsduur van dit protocol vernieuwd, dan moet de nieuwe vismachtiging een duidelijke verwijzing naar de oorspronkelijke bevatten.

De Unie zendt de vismachtiging door naar de reder of de agent. Wanneer de kantoren van de Unie gesloten zijn, mag Cabo Verde de vismachtiging rechtstreeks aan de reder of zijn agent toezenden, met kopie aan de Unie.

4.Lijst van vaartuigen die mogen vissen

Onmiddellijk na de afgifte van de vismachtiging stelt Cabo Verde voor elke categorie vaartuigen de definitieve lijst van vaartuigen op die in de visserijzone van Cabo Verde mogen vissen. Deze lijst wordt onmiddellijk aan de nationale autoriteit voor visserijcontrole en aan de Unie meegedeeld.

5.Geldigheidsduur van de vismachtiging

De geldigheidsduur van de vismachtigingen bedraagt één jaar en kan worden verlengd.

Voor de bepaling van het begin van de geldigheidsduur wordt onder "jaarperiode" verstaan:

(a)in het eerste toepassingsjaar van het protocol, de periode tussen de datum van inwerkingtreding ervan en 31 december van hetzelfde jaar;    

(b)vervolgens elk volledig kalenderjaar;    

(c)in het laatste toepassingsjaar van het protocol, de periode tussen 1 januari en de datum waarop dit protocol afloopt.

6.Aan boord houden van de vismachtiging

Onmiddellijk wordt een kopie van de vismachtiging elektronisch doorgegeven aan de Unie en aan de reder of zijn plaatselijke agent. Die aan boord gehouden kopie is geldig gedurende een periode van maximaal 60 kalenderdagen na de datum van afgifte van de vismachtiging. Na die periode moet de originele vismachtiging aan boord worden gehouden.

7.Overdracht van de vismachtiging

De vismachtiging wordt voor een bepaald vaartuig opgesteld en is niet overdraagbaar. Wanneer evenwel wordt geconstateerd dat er sprake is van overmacht, zoals verlies of langdurige immobilisatie van een vaartuig vanwege ernstige technische averij, wordt de vismachtiging op verzoek van de Unie vervangen door een nieuwe machtiging die wordt afgegeven op naam van een ander vaartuig dat gelijkt op het te vervangen vaartuig.

In geval van overdracht wordt de te vervangen vismachtiging door de reder of zijn agent aan Cabo Verde teruggegeven en stelt Cabo Verde zo spoedig mogelijk de vervangingsmachtiging op. De vervangingsmachtiging wordt zo spoedig mogelijk aan de reder of zijn agent afgegeven, op het ogenblik waarop de te vervangen machtiging wordt ingeleverd. De vervangingsmachtiging gaat in op de dag dat de te vervangen machtiging is teruggegeven.

Cabo Verde werkt de lijst van tot visserij gemachtigde vaartuigen zo spoedig mogelijk bij. De nieuwe lijst wordt onmiddellijk aan de nationale autoriteit voor visserijcontrole en aan de Unie meegedeeld.

8.Ondersteuningsvaartuigen

Op verzoek van de Europese Unie en na onderzoek door de bevoegde autoriteiten machtigt Cabo Verde de vissersvaartuigen van de Europese Unie die over een vismachtiging beschikken, om zich te laten bijstaan door ondersteuningsvaartuigen.

De ondersteuningsvaartuigen mogen niet voor de visvangst zijn uitgerust. Bijtanken en overladen van vangsten worden niet als ondersteuning beschouwd.

De in dit hoofdstuk bedoelde procedure voor toezending van de vismachtigingsaanvragen geldt ook voor de ondersteuningsvaartuigen, voor zover deze procedure op deze vaartuigen van toepassing is. Cabo Verde stelt de lijst van gemachtigde ondersteuningsvaartuigen op en deelt deze onverwijld mee aan de Unie.

Deze vaartuigen betalen een jaarlijks recht van 3 500 EUR.

Deel 2: Visrechten en voorschotten

1.Het door de reders te betalen visrecht wordt vastgesteld op 70 EUR per ton gevangen vis.

2.De vismachtigingen worden afgegeven na betaling van de volgende geanticipeerde forfaitaire visrechten aan de bevoegde Kaapverdische autoriteiten:

voor de vaartuigen voor de tonijnvisserij met de zegen: 6 510 EUR per jaar overeenkomend met een hoeveelheid van 93 ton per vaartuig;

voor de vaartuigen voor de visserij met de hengel: 1 400 EUR per jaar overeenkomend met een hoeveelheid van 20 ton per vaartuig;

voor de vaartuigen voor de visserij met de drijvende beug: 3 850 EUR per jaar overeenkomend met een hoeveelheid van 55 ton per vaartuig.

3.Het geanticipeerde forfaitaire visrecht omvat alle nationale en lokale belastingen, met uitzondering van de havengelden, de rechten voor overlading en de kosten van geleverde diensten. Voor het eerste en het laatste jaar worden het geanticipeerde forfaitaire visrecht en het equivalent ervan in tonnage per vaartuig berekend pro rata temporis, op basis van het aantal maanden waarvoor de vismachtiging geldt.

4.Op basis van de vangstaangiften van de vaartuigen stelt de Unie voor elk vaartuig een eindafrekening vast van de rechten die het vaartuig verschuldigd is voor het visseizoen van het vorige kalenderjaar. De Unie doet deze eindafrekening vóór 30 april van het lopende jaar via de lidstaten aan Cabo Verde en de reder toekomen. Cabo Verde kan de eindafrekening op basis van bewijsstukken betwisten binnen 30 dagen vanaf de ontvangst ervan. Bij verschil van mening plegen de partijen overleg in de gemengde commissie. Indien Cabo Verde binnen 30 dagen geen bezwaar aantekent, wordt de eindafrekening geacht te zijn goedgekeurd.

5.Valt de eindafrekening hoger uit dan het voor het verkrijgen van de vismachtiging betaalde geanticipeerde forfaitaire visrecht, dan maakt de reder het saldo binnen 45 dagen over aan Cabo Verde, behalve wanneer hij daartegen bezwaar maakt. Is het bedrag van de eindafrekening evenwel kleiner dan het geanticipeerde forfaitaire visrecht, dan wordt het verschil niet aan de reder terugbetaald.

HOOFDSTUK III

TECHNISCHE INSTANDHOUDINGSMAATREGELEN

In aanhangsel 2 worden per visserijtak de voor de visserijzone, het vistuig en de bijvangsten geldende technische maatregelen voor vaartuigen met een vismachtiging vastgesteld.

De vaartuigen nemen alle aanbevelingen van de ICCAT in acht. Overeenkomstig deze aanbevelingen streven de partijen ernaar de incidentele vangsten van schildpadden, zeevogels en andere niet-doelsoorten te verminderen. De vaartuigen van de Unie zorgen ervoor dat deze incidentele vangsten worden vrijgelaten om die soorten een zo groot mogelijke overlevingskans te bieden.

HOOFDSTUK IV

VANGSTAANGIFTEN

1.De kapitein van een vaartuig van de Unie dat in het kader van de overeenkomst vist, houdt een visserijlogboek bij dat in overeenstemming is met de toepasselijke resoluties en aanbevelingen van de ICCAT. De kapitein is verantwoordelijk voor de juistheid van de gegevens die in het elektronische visserijlogboek zijn vermeld.

2.Elk vissersvaartuig van de Unie dat beschikt over een op grond van dit protocol afgegeven vismachtiging, moet zijn uitgerust met een elektronisch systeem (hierna "ERS-systeem" genoemd – "electronic reporting system") dat de gegevens over de visserijactiviteit van het vaartuig (hierna "ERS-gegevens" genoemd) kan registreren en doorsturen.

3.Een vaartuig met een op grond van dit protocol afgegeven machtiging dat niet met een ERS-systeem is uitgerust, of waarvan het ERS-systeem niet werkt, mag de visserijzone van Cabo Verde niet binnenvaren om daar visserijactiviteiten te verrichten.

4.De vangsten worden meegedeeld overeenkomstig aanhangsel 5.

5.Het vaartuig stuurt de ERS-gegevens naar zijn vlaggenstaat, die ze automatisch ter beschikking van Cabo Verde stelt. De vlaggenstaat zorgt voor de ontvangst en de registratie in een elektronische gegevensbank waarin die gegevens gedurende ten minste 36 maanden op beveiligde wijze kunnen worden bewaard.

6.De vlaggenstaat en Cabo Verde zien erop toe dat zij zijn uitgerust met de nodige hardware en software voor de automatische transmissie van de ERS-gegevens.

7.Voor de transmissie van de ERS-gegevens wordt gebruikgemaakt van de door de Europese Commissie beheerde elektronische communicatiemiddelen voor de uitwisseling in gestandaardiseerde vorm van visserijgegevens.

8.Bij niet-naleving van de bepalingen inzake de vangstaangifte kan Cabo Verde de vismachtiging van het betrokken vaartuig schorsen totdat de ontbrekende vangstaangifte is doorgestuurd, en de reder de sanctie opleggen waarin de geldende nationale wetgeving voorziet. In geval van recidive kan Cabo Verde de vernieuwing van de vismachtiging weigeren. Cabo Verde stelt de Unie onverwijld in kennis van elke sanctie die in dit verband wordt toegepast.

9.De vlaggenstaat en Cabo Verde wijzen elk een ERS-correspondent aan die fungeert als contactpunt voor aangelegenheden in verband met de uitvoering van dit protocol. De vlaggenstaat en Cabo Verde stellen elkaar in kennis van de contactgegevens van hun ERS-correspondent en werken deze informatie zo nodig onmiddellijk bij.

HOOFDSTUK V

AANLANDINGEN EN OVERLADINGEN

1.Kennisgeving

De kapitein van een vaartuig van de Unie die vangsten in een haven van Cabo Verde wil aanlanden of in een visserijzone van Cabo Verde gedane vangsten wil overladen, stelt Cabo Verde ten minste 24 uur vóór de aanlanding of overlading in kennis van:

(a)de naam van het vissersvaartuig waaruit wordt aangeland of overgeladen;

(b)de haven van aanlanding of overlading;

(c)de verwachte datum en het verwachte tijdstip van aanlanding of overlading;

(d)de hoeveelheid (uitgedrukt in kilogram levend gewicht of, in voorkomend geval, in aantal exemplaren) van elke aan te landen of over te laden soort (aangeduid met de FAO-drielettercode);

(e)in geval van overlading, de naam van het ontvangende vaartuig;

(f)het gezondheidscertificaat van het ontvangende vaartuig.

De overlading moet plaatsvinden in de wateren van een daartoe gemachtigde haven van Cabo Verde. Overlading op zee is verboden.

Worden deze bepalingen niet nageleefd, dan worden de daartoe in de wetgeving van Cabo Verde vastgestelde sancties toegepast.

2.Aanmoediging tot het aanlanden

Beide partijen werken samen om bij te dragen aan de ontwikkeling van de visserijsector van Cabo Verde en om de economische en sociale voordelen van de overeenkomst te versterken, in het bijzonder dankzij de toename van de aanlandingen van de vloot van de Unie en de valorisatie van visserijproducten.

De reders die op tonijn vissen, doen een inspanning om een deel van hun in de wateren van Cabo Verde bovengehaalde vangsten aan te landen. De aangelande vangsten kunnen aan lokale bedrijven worden verkocht tegen een tussen de marktdeelnemers onderhandelde prijs.

De gemengde commissie zal regelmatig, na overleg met de betrokken actoren, nagaan hoever het staat met de uitvoering van de strategie om de aangelande hoeveelheden te vergroten en in hoeverre de haveninfrastructuur en de infrastructuur voor de verwerking werkelijk operationeel zijn.

HOOFDSTUK VI

CONTROLE EN INSPECTIE

1.Binnenvaren en verlaten van de zone

Telkens wanneer een vaartuig van de Unie met een vismachtiging de visserijzone van Cabo Verde binnenvaart of verlaat, moet dit drie uur van tevoren aan Cabo Verde worden gemeld.

Bij de melding van het binnenvaren of verlaten van de visserijzone deelt het vaartuig met name de volgende gegevens mee:

(a)verwachte datum, verwacht tijdstip en verwachte plaats van binnenvaren of verlaten van de zone;

(b)de aan boord gehouden hoeveelheid van elke soort (aangeduid met de FAO-drielettercode), uitgedrukt in kilogram levend gewicht of, in voorkomend geval, in aantal exemplaren;

(c)de aanbiedingsvorm van de producten.

2.Positieberichten van de vaartuigen – VMS-systeem

Elk vaartuig van de Unie dat in het kader van dit protocol mag vissen, moet uitgerust zijn met een satellietvolgsysteem voor vaartuigen, hierna "VMS-systeem" genoemd (Vessel Monitoring System – VMS) dat beantwoordt aan de specificaties van aanhangsel 4.

Het is verboden het satellietcommunicatiesysteem voor permanente lokalisering dat voor datatransmissie aan boord van het vaartuig is geplaatst, te verplaatsen, los te koppelen, te vernietigen, te beschadigen of onklaar te maken of om bewust de door dit systeem verzonden of geregistreerde gegevens te manipuleren, te verdraaien of te vervalsen.

De kennisgeving gebeurt bij voorkeur via het ERS/VMS-systeem of wanneer dat niet goed werkt, per e-mail, fax of radio. Cabo Verde stelt de betrokken vaartuigen en de Unie onverwijld in kennis van elke wijziging van het e-mailadres, het oproepnummer of de radiofrequentie.

Tijdens hun aanwezigheid in de visserijzone van Cabo Verde moeten de vaartuigen van de Unie die over een vismachtiging beschikken, zijn uitgerust met een satellietvolgsysteem (Vessel Monitoring System – VMS) dat hun positie automatisch en permanent (om het uur) meedeelt aan het VCC van hun vlaggenstaat.

Elk positiebericht moet het volgende bevatten:

(a)de identificatiegegevens van het vaartuig;

(b)de meest recente geografische positie van het vaartuig (lengtegraad, breedtegraad), met een foutenmarge van minder dan 500 meter en een betrouwbaarheidsinterval van 99 %;

(c)de datum en het tijdstip van de registratie van de positie;

(d)de snelheid en de vaarrichting van het vaartuig;

(e)en geconfigureerd zijn volgens het formaat in aanhangsel 4.

Een vaartuig dat in de visserijzone van Cabo Verde bij het vissen wordt waargenomen zonder dat het zijn aanwezigheid vooraf heeft gemeld, wordt beschouwd als een vaartuig in overtreding.

3.Inspectie

De vaartuigen van de Unie met een vismachtiging worden in de visserijzone van Cabo Verde of in de haven gecontroleerd door vaartuigen en inspecteurs van Cabo Verde die duidelijk herkenbaar zijn als voor visserijcontrole aangewezen vaartuigen en inspecteurs.

Voordat de inspecteurs van Cabo Verde aan boord gaan, stellen zij het vaartuig van de Unie in kennis van hun besluit om een inspectie uit te voeren. De inspectie wordt door maximaal twee inspecteurs uitgevoerd, die hun identiteit en kwalificatie als inspecteur moeten aantonen alvorens met de inspectie te beginnen.

De inspecteurs van Cabo Verde blijven niet langer aan boord van het vaartuig van de Unie dan nodig is om de met de inspectie verband houdende taken te verrichten. Zij voeren de inspectie zo uit dat deze zo weinig mogelijk gevolgen heeft voor het vaartuig, de visserijactiviteit en de lading.

Cabo Verde kan de Unie toestaan om als waarnemer deel te nemen aan de inspectie op zee.

De kapitein van het vaartuig van de Unie vergemakkelijkt het aan boord gaan en de werkzaamheden van de inspecteurs van Cabo Verde.

Aan het eind van elke inspectie stellen de inspecteurs van Cabo Verde een inspectieverslag op. De kapitein van het vaartuig van de Unie mag opmerkingen toevoegen aan het inspectieverslag. Het inspectieverslag wordt ondertekend door de inspecteur die het opstelt, en door de kapitein van het vaartuig van de Unie.

De inspecteurs van Cabo Verde overhandigen een kopie van het inspectieverslag aan de kapitein van het vaartuig van de Unie alvorens het vaartuig te verlaten. Cabo Verde doet de Unie binnen acht dagen na de inspectie een kopie van het inspectieverslag toekomen.

HOOFDSTUK VII

INBREUKEN

1.Behandeling van inbreuken

Iedere inbreuk door een vaartuig van de Unie dat beschikt over een vismachtiging overeenkomstig deze bijlage, moet worden vermeld in een inspectieverslag.

De ondertekening van het inspectieverslag door de kapitein laat het recht van verweer van de reder tegen de betrokken inbreuk onverlet.

2.Aanhouding van een vaartuig – informatievergadering

Wanneer de geldende wetgeving van Cabo Verde daarin voorziet voor de betrokken inbreuk, kan elk vaartuig van de Unie dat een inbreuk begaat, worden verplicht zijn visserijactiviteit te beëindigen en, wanneer het vaartuig zich op zee bevindt, zich naar een haven van Cabo Verde te begeven.

Cabo Verde stelt de Unie uiterlijk binnen één werkdag in kennis van iedere aanhouding van een vaartuig van de Unie met een vismachtiging. Deze kennisgeving gaat vergezeld van de elementen die de aanhouding motiveren.

Alvorens tegen het vaartuig, de kapitein, de bemanning of de lading maatregelen te nemen, met uitzondering van maatregelen voor het veiligstellen van de bewijsstukken, belegt Cabo Verde op verzoek van de Unie binnen één werkdag na de kennisgeving van de aanhouding van het vaartuig een informatiebijeenkomst om de feiten die hebben geleid tot de aanhouding van het vaartuig, toe te lichten en eventuele verdere maatregelen uiteen te zetten. Aan deze informatievergadering kan een vertegenwoordiger van de vlaggenstaat van het vaartuig deelnemen.

3.Vervolging van de inbreuk – schikkingsprocedure

Cabo Verde stelt de op de inbreuk toe te passen sanctie vast overeenkomstig de geldende nationale wetgeving.

Wanneer de afhandeling van de inbreuk een gerechtelijke procedure impliceert, wordt, voordat deze wordt ingeleid en voor zover de inbreuk geen strafbaar feit inhoudt, een schikkingsprocedure tussen Cabo Verde en de Unie ingeleid om de aard en de hoogte van de sanctie te bepalen. Aan deze schikkingsprocedure kan een vertegenwoordiger van de vlaggenstaat van het vaartuig deelnemen. De schikkingsprocedure wordt uiterlijk drie dagen na de kennisgeving van de aanhouding van het vaartuig afgesloten.

4.Gerechtelijke procedure – bankgarantie

Indien geen minnelijke schikking tot stand komt en de inbreuk aan de bevoegde gerechtelijke instantie wordt voorgelegd, stelt de reder van het vaartuig dat de inbreuk heeft gepleegd, een bankgarantie bij een door Cabo Verde opgegeven bank ter hoogte van een door Cabo Verde vast te stellen bedrag dat de kosten van de aanhouding van het vaartuig, de geschatte boetesom en de eventuele compenserende vergoedingen dekt. De bankgarantie wordt niet vrijgegeven voordat de gerechtelijke procedure is voltooid.

De bankgarantie wordt onmiddellijk na de uitspraak van het vonnis vrijgegeven en aan de reder terugbetaald:

(a)in haar geheel, wanneer geen sanctie wordt opgelegd;

(b)ten bedrage van het saldo, wanneer de boetesom lager uitvalt dan de bankgarantie.

Cabo Verde stelt de Unie binnen acht dagen na de uitspraak in kennis van de uitkomst van de gerechtelijke procedure.

5.    Vrijgave van het vaartuig en de bemanning

Het vaartuig en de bemanning mogen de haven verlaten zodra de uit de schikkingsprocedure voortvloeiende sanctie is vereffend of zodra de bankgarantie is gesteld.

HOOFDSTUK VIII

AANMONSTERING VAN ZEELIEDEN

1.Aantal aan te monsteren zeelieden

Tijdens hun visseizoen in de visserijzone van Cabo Verde hebben de vaartuigen van de Unie minstens het volgende aantal Kaapverdische zeelieden aan boord:

(a)de vloot van de vaartuigen voor de tonijnvisserij met de zegen heeft minstens zes zeelieden aan boord;

(b)de vloot van de vaartuigen voor de tonijnvisserij met de hengel heeft minstens twee zeelieden aan boord;

(c)de vloot van de vaartuigen voor de visserij met de drijvende beug heeft minstens vijf zeelieden aan boord.

De reders van de vaartuigen van de Unie doen al het mogelijke om nog meer Kaapverdische zeelieden aan te monsteren.

2.Vrije keuze van zeelieden

Cabo Verde houdt een lijst bij van Kaapverdische zeelieden die gekwalificeerd zijn om op de vaartuigen van de Unie te worden aangemonsterd.

De reder, of zijn agent, kiest uit deze lijst de aan te monsteren Kaapverdische zeelieden en stelt Cabo Verde in kennis van hun inschrijving op de bemanningslijst.

3.Contracten van de zeelieden

Het arbeidscontract van de Kaapverdische zeelieden wordt opgesteld door de reder of zijn agent en de zeeman, die zich kan laten vertegenwoordigen door zijn vakvereniging. Het wordt gewaarmerkt door de maritieme autoriteit van Cabo Verde. Het bevat met name de datum en de haven van aanmonstering.

Het contract garandeert de zeelieden de aansluiting bij de socialezekerheidsregeling die in Cabo Verde op hen van toepassing is. Het omvat ook een overlijdens-, ziekte- en ongevallenverzekering.

De ondertekenende partijen krijgen een kopie van het contract.

De in de verklaring van de Internationale Arbeidsorganisatie (IAO) neergelegde fundamentele rechten op het werk zijn van toepassing op Kaapverdische zeelieden. Het gaat daarbij met name om de vrijheid van vereniging, de effectieve erkenning van het recht op collectieve onderhandeling en de bestrijding van discriminatie op het gebied van werk en beroep.

4.Loon van de zeelieden

Het loon van de Kaapverdische zeelieden komt ten laste van de reder. Het wordt vastgesteld vóór de afgifte van de vismachtiging, in onderling overleg tussen de reder of zijn agent en Cabo Verde.

Het loon mag niet minder bedragen dan dat van de bemanning van de nationale vaartuigen en mag evenmin onder de normen van de IAO liggen.

5.Verplichtingen van de zeeman

De zeeman moet zich daags vóór de in zijn contract vermelde datum van aanmonstering melden bij de kapitein van het aangewezen vaartuig. De kapitein deelt de zeeman de voor de aanmonstering vastgestelde datum en tijd mee. Als de zeeman afhaakt of zich niet op de voor de aanmonstering vastgestelde datum en tijd meldt, wordt zijn contract als vervallen beschouwd en wordt de reder automatisch ontheven van zijn plicht die zeeman aan te monsteren. In dat geval wordt de reder geen financiële sanctie of compenserende betaling opgelegd.

6.NIET-AANMONSTERING VAN ZEELIEDEN

Reders van vaartuigen die geen Kaapverdische zeelieden aanmonsteren, betalen vóór 30 september van het lopende jaar voor elke zeeman onder het in het begin van dit hoofdstuk vastgestelde aantal, een forfaitair bedrag van 20 EUR per dag dat hun vaartuigen aanwezig zijn in de visserijzone van Cabo Verde.

HOOFDSTUK IX

WAARNEMERS

1.Waarneming van visserijactiviteiten

Zolang er nog geen systeem van regionale waarnemers opgezet is, nemen de vaartuigen die op grond van de overeenkomst in de visserijzone van Cabo Verde mogen vissen, in plaats van regionale waarnemers, waarnemers aan boord die door Cabo Verde zijn aangewezen overeenkomstig de in dit hoofdstuk uiteengezette regels.

De visserijactiviteiten van vaartuigen met een vismachtiging vallen onder een waarnemersregeling in het kader van de overeenkomst.

Deze waarnemersregeling is in overeenstemming met de aanbevelingen van de ICCAT.

2.Aangewezen vaartuigen en waarnemers

Uiterlijk 15 dagen vóór de datum waarop de waarnemer aan boord zou moeten gaan, wijst Cabo Verde de vaartuigen van de Unie aan die een waarnemer aan boord moeten nemen, evenals de waarnemer die aan dit vaartuig wordt toegewezen.

Op het ogenblik van de afgifte van de vismachtiging stelt Cabo Verde de Unie en de reder of zijn agent in kennis van de aangewezen vaartuigen en waarnemers, alsook van de tijd die de waarnemer aan boord van elk vaartuig zal doorbrengen. Cabo Verde stelt de Unie en de reder of zijn agent onverwijld in kennis van iedere wijziging in de aangewezen vaartuigen en waarnemers.

Cabo Verde streeft ernaar geen waarnemers aan te wijzen voor vaartuigen die reeds een waarnemer aan boord hebben of die voor het betrokken visseizoen in het kader van hun activiteiten in andere visserijzones dan die van Cabo Verde reeds formeel verplicht zijn een waarnemer aan boord te nemen.

De waarnemers blijven niet langer aan boord van het vaartuig dan nodig is om hun taken te verrichten.

3.Forfaitaire financiële bijdrage

Wanneer het visrecht moet worden betaald, maakt de reder voor elk vaartuig een forfaitair bedrag van 200 EUR per jaar over aan Cabo Verde.

4.Loon van de waarnemer

Het loon en de sociale bijdragen voor de waarnemer zijn voor rekening van Cabo Verde.

5.Voorwaarden voor het aan boord nemen van de waarnemer

De voorwaarden voor het aan boord nemen van de waarnemer, met name de duur van zijn aanwezigheid aan boord, worden in onderling overleg tussen de reder of zijn agent en Cabo Verde vastgesteld.

De waarnemer wordt aan boord als een officier behandeld. Voor zijn verblijf aan boord wordt evenwel rekening gehouden met de technische indeling van het vaartuig.

Kost en logies van de waarnemer aan boord van het vaartuig zijn voor rekening van de reder.

De kapitein neemt binnen de grenzen van zijn bevoegdheid de nodige maatregelen om de fysieke veiligheid en het algemene welzijn van de waarnemer te waarborgen.

De waarnemer krijgt alle faciliteiten die nodig zijn voor de uitoefening van zijn taken. Hij heeft toegang tot de communicatiemiddelen, de documenten die verband houden met de visserijactiviteiten van het vaartuig, met name het visserijlogboek en het navigatieboek, en tot de delen van het vaartuig die rechtstreeks verband houden met de uitoefening van zijn taken.

6.Verplichtingen van de waarnemer

Gedurende zijn volledige verblijf aan boord:

(a)zorgt de waarnemer ervoor dat hij de visserijactiviteiten noch onderbreekt, noch hindert;

(b)gaat de waarnemer zorgvuldig om met de goederen en de installaties aan boord;

(c)bewaart de waarnemer geheimhouding over alle aan het vaartuig toebehorende documenten.

7.Inscheping en ontscheping van de waarnemer

De waarnemer wordt in een door de reder gekozen haven aan boord genomen.

De reder of zijn vertegenwoordiger stelt Cabo Verde tien dagen vóór het aan boord nemen van de waarnemer in kennis van de datum, het tijdstip en de haven van inscheping. Indien de waarnemer in een ander land aan boord gaat, zijn de reiskosten tot de haven van inscheping voor rekening van de reder.

Als de waarnemer zich niet binnen twaalf uur na de vastgestelde datum en tijd meldt, wordt de reder automatisch ontheven van zijn plicht die waarnemer aan boord te nemen. Het vaartuig mag de haven verlaten en zijn visserijactiviteiten aanvatten.

Wanneer de waarnemer niet in een haven van Cabo Verde van boord gaat, zorgt de reder er, op zijn kosten, voor dat de waarnemer zo spoedig mogelijk naar Cabo Verde kan terugkeren.

8.Taken van de waarnemer

De waarnemer verricht de volgende taken:

(a)hij observeert de visserijactiviteiten van het vaartuig;

(b)hij verifieert de positie van het vaartuig tijdens de visserijactiviteiten;

(c)hij verricht een bemonstering voor biologische doeleinden in het kader van een wetenschappelijk programma;

(d)hij noteert welk vistuig wordt gebruikt;

(e)hij verifieert de in het logboek opgenomen gegevens over de in de visserijzone van Cabo Verde gedane vangsten;

(f)hij verifieert de percentages bijvangsten en raamt de hoeveelheid teruggooi;

(g)in de periode dat het vaartuig actief is in de visserijzone van Cabo Verde, deelt hij zijn waarnemingen ten minste eenmaal per week per radio, fax of e-mail mee en geeft hij daarbij ook de aan boord aanwezige hoeveelheden hoofd- en bijvangst op.

9.Verslag van de waarnemer

Alvorens het vaartuig te verlaten, legt de waarnemer de kapitein van het vaartuig een verslag van zijn waarnemingen voor. De kapitein van het vaartuig mag opmerkingen toevoegen aan het verslag van de waarnemer. Het verslag wordt ondertekend door de waarnemer en de kapitein. De kapitein ontvangt een kopie van het verslag van de waarnemer.

De waarnemer zendt zijn verslag toe aan Cabo Verde, dat binnen acht dagen na het van boord gaan van de waarnemer een kopie doet toekomen aan de Unie.

AANHANGSELS VAN DE BIJLAGE

Aanhangsel 1 – Visserijzone van Cabo Verde

Aanhangsel 2 – Technische instandhoudingsmaatregelen

Aanhangsel 3 – Formulier voor de aanvraag van een vismachtiging

Aanhangsel 4 – VMS-systeem (Vessel monitoring system – satellietvolgsysteem)

Aanhangsel 5 – Uitvoering van het systeem voor elektronische transmissie van visserijactiviteiten (ERS-systeem)



Aanhangsel 1

Visserijzone van Cabo Verde

De visserijzone van Cabo Verde strekt zich uit tot 200 zeemijl te rekenen vanaf de volgende basislijnen:



Punt

Noorderbreedte

Westerlengte

Eiland

A.

14° 48' 43,17"

24° 43' 48,85"

I. Brava

C-P1 a Rainha

14° 49' 59,10"

24° 45' 33,11"

C-P1 a Faja

14° 51' 52,19"

24° 45' 09,19"

D-P1 Vermelharia

16° 29' 10,25"

24° 19' 55,87"

S. Nicolau

E.

16° 36' 37,32"

24° 36' 13,93"

Ilhéu Raso

F-P1 a da Peça

16° 54' 25,10"

25° 18' 11,00"

Santo Antão

F.

16° 54' 40,00"

25° 18' 32,00"

G-P1 a Camarín

16° 55' 32,98"

25° 19' 10,76"

H-P1 a Preta

17° 02' 28,66"

25° 21' 51,67"

I-P1 A Mangrade

17° 03' 21,06"

25° 21' 54,44"

J-P1 a Portinha

17° 05' 33,10"

25° 20' 29,91"

K-P1 a do Sol

17° 12' 25,21"

25° 05' 56,15"

L-P1 a Sinagoga

17° 10' 41,58"

25° 01' 38,24"

M-Pta Espechim

16° 40' 51,64"

24° 20' 38,79"

S. Nicolau

N-Pta Norte

16° 51' 21,13"

22° 55' 40,74"

Sal

O-Pta Casaca

16° 50' 01,69"

22° 53' 50,14"

P-Ilhéu Cascalho

16° 11' 31,04"

22° 40' 52,44"

Boa Vista

Pl-Ilhéu Baluarte

16° 09' 05,00"

22° 39' 45,00"

Q-Pta Roque

16° 05' 09,83"

22° 40' 26,06"

R-Pta Flamengas

15° 10' 03,89"

23° 05' 47,90"

Maio

S.

15° 09' 02,21"

23° 06' 24,98"

Santiago

T.

14° 54' 10,78"

23° 29' 36,09"

U-D. Maria Pia

14° 53' 50,00"

23° 30' 54,50"

I. de Fogo

V-Pta Pesqueiro

14° 48' 52,32"

24° 22' 43,30"

I. Brava

X-Pta Nho Martinho

14° 48' 25,59

24° 42' 34,92"

II

>

14° 48' 43,17"

24° 43' 48,85"

Overeenkomstig het op 17 februari 1993 ondertekende verdrag tussen de Republiek Cabo Verde en de Republiek Senegal wordt de zeegrens met Senegal gevormd door de volgende punten:

Punt

Noorderbreedte

Westerlengte

A

13° 39' 00"

20° 04' 25"

B

14° 51' 00"

20° 04' 25"

C

14° 55' 00"

20° 00' 00"

D

15° 10' 00"

19° 51' 30"

E

15° 25' 00"

19° 44' 50"

F

15° 40' 00"

19° 38' 30"

G

15° 55' 00"

19° 35' 40"

H

16° 04' 05"

19° 33' 30"

Overeenkomstig het tussen de Republiek Cabo Verde en de Islamitische Republiek Mauritanië

ondertekende verdrag wordt de zeegrens tussen de twee landen gevormd door de volgende punten:

Punt

Noorderbreedte

Westerlengte

H

16° 04,0'

019° 33,5'

I

16° 17,0'

019° 32,5'

J

16° 28,5'

019° 32,5'

K

16° 38,0'

019° 33,2'

L

17° 00,0'

019° 32,1'

M

17° 06,0'

019° 36,8'

N

17° 26,8'

019° 37,9'

O

17° 31,9'

019° 38,0'

P

17° 44,1'

019° 38,0'

Q

17° 53,3'

019° 38,0'

R

18° 02,5'

019° 42,1'

S

18° 07,8'

019° 44,2'

T

18° 13,4'

019° 47,0'

U

18° 18,8'

019° 49,0'

V

18° 24,0'

019° 51,5'

X

18° 28,8'

019° 53,8'

Y

18° 34,9'

019° 56,0'

Z

18° 44,2'

020° 00,0'


Aanhangsel 2

Technische instandhoudingsmaatregelen

1.Maatregelen voor alle categorieën

(a)Verboden soorten

Overeenkomstig het Verdrag inzake trekkende diersoorten en overeenkomstig de resoluties van de ICCAT is de visserij op de reuzenmanta (Manta birostris), de reuzenhaai (Cetorhinus maximus), de witte haai (Carcharodon carcharias), de grootoog-voshaai (Alopias superciliosus), hamerhaaien van de familie Sphyrnidae (met uitzondering van de kaphamerhaai), de witpunthaai (Carcharhinus longimanus) en de zijdehaai (Carcharhinus falciformis) verboden.

Overeenkomstig de nationale wetgeving van Cabo Verde is de visserij op de walvishaai (Rhincondon typus) verboden.

Verbod op het afsnijden van haaienvinnen:

Het is verboden haaienvinnen aan boord van vaartuigen af te snijden en haaienvinnen aan boord te houden, over te laden of aan te landen. Onverminderd het voorgaande mogen haaienvinnen, om de opslag aan boord te vergemakkelijken, gedeeltelijk worden ingesneden en tegen het karkas worden aangevouwen, maar zij mogen niet vóór het aanlanden van het karkas worden verwijderd.

(b)Overlading op zee

Overlading op zee is verboden. De overlading moet plaatsvinden in de wateren van een daartoe gemachtigde haven van Cabo Verde.

2.Specifieke maatregelen

NOTITIE 1: VAARTUIGEN VOOR DE TONIJNVISSERIJ MET DE HENGEL

(1)Visserijzone: buiten 12 zeemijl, gemeten vanaf de basislijn.

(2)Toegestaan vistuig: hengels.

(3)Doelsoorten: geelvintonijn (Thunnus albacares), grootoogtonijn (Thunnus obesus) en gestreepte tonijn (Katsuwonus pelamis).

Bijvangsten: naleving van de aanbevelingen van de ICCAT en de FAO.

NOTITIE 2: VAARTUIGEN VOOR DE TONIJNVISSERIJ MET DE ZEGEN

(1)Visserijzone: buiten 18 zeemijl, gemeten vanaf de basislijn, rekening houdend met de archipelstructuur van de visserijzone van Cabo Verde.

(2)Toegestaan vistuig: zegen.

(3)Doelsoorten: geelvintonijn (Thunnus albacares), grootoogtonijn (Thunnus obesus) en gestreepte tonijn (Katsuwonus pelamis).

Bijvangsten: naleving van de aanbevelingen van de ICCAT en de FAO.

NOTITIE 3: VAARTUIGEN VOOR DE VISSERIJ MET DE DRIJVENDE BEUG

(1)Visserijzone: buiten 18 zeemijl, gemeten vanaf de basislijn.

(2)Toegestaan vistuig: drijvende beug.

(3)Doelsoorten: zwaardvis (Xiphias gladius), blauwe haai (Prionace glauca), geelvintonijn (Thunnus albacares) en grootoogtonijn (Thunnus obesus).

Bijvangsten: naleving van de aanbevelingen van de ICCAT en de FAO.

3.Bijwerking

Beide partijen plegen met elkaar overleg in de gemengde commissie om deze technische instandhoudingsmaatregelen bij te werken aan de hand van wetenschappelijke aanbevelingen.



Aanhangsel 3

Formulier voor de aanvraag van een vismachtiging

VISSERIJOVEREENKOMST CABO VERDE – EUROPESE UNIE

I.AANVRAGER

1.Naam van de aanvrager:    

2.Naam van de producentenorganisatie (PO) of de reder:    

3.Adres van de PO of de reder:    

4.Telefoonnummer:        faxnummer:        e-mailadres:    

5.Naam van de kapitein:    nationaliteit:        e-mailadres:    

6.Naam en adres van de plaatselijke agent:    

II. IDENTIFICATIE VAN HET VAARTUIG

7.Naam van het vaartuig:    

8.Vlaggenstaat:    Haven van registratie:    

9.Op het vaartuig aangebrachte kentekens:     MMSI:    IMO-nummer:    

10.Registratiedatum van huidige vlag (DD/MM/JJJJ): …/…/…

Vroegere vlag (indien van toepassing):    

11.Bouwplaats:            Datum (DD/MM/JJJJ): …/…/…

12.Radiofrequentie: HF:        VHF:    

13.Satelliettelefoonnummer:        IRCS:    

III.TECHNISCHE GEGEVENS VAARTUIG

14.Lengte over alles (meter):        Breedte over alles (meter):    

Tonnage (in GT Londen):    

15.Motortype:                Motorvermogen (in kW):    

16.Aantal bemanningsleden:    

17.Conserveringsmethode aan boord:    ijs koeling gemengd  

18.invriezen

19.Verwerkingscapaciteit per dag (24 uur) in ton:    

Aantal visruimen:            Totale capaciteit visruimen (in m3):    

20.VMS. Gegevens automatische positiemelder:

Fabrikant:     Model:    Reeksnummer:    

Softwareversie:    Satellietexploitant (MCSP):    

IV.VISSERIJACTIVITEIT

21.Toegestaan vistuig:    □ ringzegen    □ beuglijnen    □ hengels

22.Plaats van aanlanding van de vangsten:    

23.Machtiging gevraagd voor de periode van (DD/MM/JJJJ) …/…/… tot en met (DD/MM/JJJJ) …/…/…

Ondergetekende verklaart dat de informatie in deze aanvraag juist is en te goeder trouw is verstrekt.

Gedaan te …………………………………., op ... / ... / ...

Handtekening van de aanvrager:    

Aanhangsel 4

VMS-SYSTEEM (VESSEL MONITORING SYSTEM – SATELLIETVOLGSYSTEEM)

1.Positieberichten van de vaartuigen – VMS-systeem

De eerste positie die na het binnenvaren van de visserijzone van Cabo Verde wordt geregistreerd, wordt aangeduid met de code "ENT". Alle daaropvolgende posities worden aangeduid met de code "POS", met uitzondering van de eerste na het verlaten van de visserijzone van Cabo Verde geregistreerde positie, die wordt aangeduid met de code "EXI".

Het VCC van de vlaggenstaat zorgt ervoor dat de positieberichten automatisch worden verwerkt en, in voorkomend geval, elektronisch worden doorgestuurd. De positieberichten moeten op een beveiligde manier worden geregistreerd en drie jaar lang worden bewaard.

2.Versturen van positieberichten bij uitval van het VMS-systeem

De kapitein ziet erop toe dat het VMS-systeem van zijn vaartuig altijd volledig operationeel is en dat de positieberichten correct worden verstuurd naar het VCC van de vlaggenstaat.

Bij uitval wordt het VMS-systeem van het vaartuig binnen 30 dagen hersteld of vervangen. Zo niet mag het vaartuig na deze termijn niet langer in de visserijzone van Cabo Verde vissen.

Vaartuigen die in de visserijzone van Cabo Verde vissen en waarvan het VMS-systeem defect is, sturen hun positieberichten ten minste om de vier uur per e-mail, radio of fax door aan het VCC van de vlaggenstaat, met opgave van alle verplichte gegevens.

3.Beveiligde verzending van de positieberichten aan Cabo Verde

Het VCC van de vlaggenstaat stuurt de positieberichten van de betrokken vaartuigen automatisch door naar het VCC van Cabo Verde. Het VCC van de vlaggenstaat en het VCC van Cabo Verde wisselen hun e-mailadres uit en stellen elkaar onverwijld in kennis van elke wijziging daarvan.

Het versturen van de positieberichten tussen het VCC van de vlaggenstaat en het VCC van Cabo Verde gebeurt elektronisch via een beveiligd communicatiesysteem.

Het VCC van Cabo Verde stelt het VCC van de vlaggenstaat en de Unie onmiddellijk in kennis van iedere onderbreking in de ontvangst van de opeenvolgende positieberichten van een vaartuig met een vismachtiging, voor zover dat vaartuig niet heeft gemeld dat het de visserijzone zou verlaten.

4.Slechte werking van het communicatiesysteem

Cabo Verde zorgt ervoor dat zijn elektronische uitrusting compatibel is met die van het VCC van de vlaggenstaat en stelt de Unie onverwijld van elk probleem bij de transmissie en de ontvangst van positieberichten in kennis, met het oog op een zo spoedig mogelijke technische oplossing. Eventuele geschillen worden door de gemengde commissie beslecht.

De kapitein wordt verantwoordelijk geacht voor elke bewezen manipulatie van het VMS-systeem van het vaartuig die tot doel heeft de werking ervan te verstoren of de positieberichten te vervalsen. Inbreuken worden bestraft met de in de geldende wetgeving van Cabo Verde vastgestelde sancties.

5.Herziening van de frequentie van de positieberichten

Op basis van bewijsstukken ter staving van een overtreding kan Cabo Verde het VCC van de vlaggenstaat, met kopie aan de Unie, verzoeken het interval voor het versturen van de positieberichten van een vaartuig gedurende een bepaalde onderzoeksperiode te verminderen tot 30 minuten. Cabo Verde moet deze bewijsstukken overleggen aan het VCC van de vlaggenstaat en aan de Unie. Het VCC van de vlaggenstaat stuurt de positieberichten onverwijld volgens de nieuwe frequentie door naar Cabo Verde.

Aan het einde van de onderzoeksperiode stelt Cabo Verde het VCC van de vlaggenstaat en de Unie in kennis van de eventuele follow-up.

6.Verzending van VMS-berichten aan Cabo Verde

Gegeven

Code

Verplicht (V) /Optioneel (O)

Inhoud

Begin record

SR

V

Systeeminformatie – geeft het begin van de record aan

Geadresseerde

AD

V

Berichtinformatie – ISO-alfa-3-landcode (ISO-3166) van geadresseerde

Verzender

FR

V

Berichtinformatie – ISO-alfa-3-landcode (ISO-3166) van verzender

Vlaggenstaat

FS

V

Berichtinformatie – ISO-alfa-3-landcode (ISO-3166) van vlaggenstaat

Berichttype

TM

V

Berichtinformatie – type bericht (ENT, POS, EXI, MAN)

Radioroepnaam (IRCS)

RC

V

Vaartuiginformatie – internationale radioroepnaam van het vaartuig (IRCS)

Intern referentienummer van de overeenkomstsluitende partij

IR

O

Vaartuiginformatie – uniek nummer van de overeenkomstsluitende partij ISO-alfa-3-code (ISO-3166), gevolgd door het nummer

Extern registratienummer

XR

V

Vaartuiginformatie – nummer aangebracht op de romp van het vaartuig (ISO 8859.1)

Breedtegraad

LT

V

Positie-informatie – positie in graden en decimale graden N/Z GG.ggg (WGS84)

Lengtegraad

LG

V

Positie-informatie – positie in graden en decimale graden O/W GG.ggg (WGS84)

Vaarrichting

CO

V

Vaarrichting van het vaartuig, op een schaal van 360°

Snelheid

SP

V

Vaarsnelheid van het vaartuig in tienden van knopen

Datum

DA

V

Positie-informatie – datum van registratie van de positie in UTC (JJJJMMDD)

Tijdstip

TI

V

Positie-informatie – tijdstip van registratie van de positie in UTC (UUMM)

Einde record

ER

V

Systeeminformatie – geeft het einde van de record aan

Bij de transmissie is de volgende informatie vereist om het VCC van Cabo Verde in staat te stellen het VCC van verzending te identificeren:

IP-adres van de server van het VCC en/of DNS-referenties;

SSL-certificaat (volledige keten van de certificeringsautoriteiten).

De structuur van de gegevenstransmissie is als volgt:

de gebruikte tekens moeten in overeenstemming zijn met ISO-norm 8859.1;

een dubbele schuine streep (//) en de letters "SR" geven het begin van een bericht aan;

elk gegevenselement wordt aangegeven met de code ervan en wordt van de andere gegevenselementen gescheiden door een dubbele schuine streep (//);

een enkele schuine streep (/) scheidt code en gegeven;

de ER-code, gevolgd door een dubbele schuine streep (//) geeft het einde van het bericht aan.

Aanhangsel 5

Toepassing van het elektronische systeem voor het rapporteren van visserijactiviteiten (ERS-systeem)

Registratie van de visserijgegevens en verzending van de aangiften via ERS

1.De kapitein van een vissersvaartuig van de Unie dat beschikt over een machtiging op grond van dit protocol, moet, wanneer het vaartuig zich in de visserijzone bevindt:

(a)elk binnenvaren en verlaten van de visserijzone registreren aan de hand van een specifiek bericht waarin is vermeld welke hoeveelheden van elke soort aan boord zijn op het tijdstip waarop de visserijzone wordt binnengevaren of verlaten, en de datum, het tijdstip en de positie waarop de visserijzone wordt binnengevaren of verlaten. Dat bericht wordt uiterlijk twee uur vóór het binnenvaren of het verlaten van de visserijzone via ERS of een ander communicatiemiddel naar het VCC van Cabo Verde doorgestuurd;

(b)elke dag de positie van het vaartuig om 12 uur 's middags registreren, wanneer geen enkele visserijactiviteit heeft plaatsgevonden;

(c)voor elke visserijactiviteit de positie van deze activiteit registreren, het soort vistuig en de van elke soort gevangen hoeveelheden, waarbij een onderscheid wordt gemaakt tussen de aan boord gehouden vangsten en de teruggegooide vangsten. Elke soort wordt geïdentificeerd aan de hand van de FAO-drielettercode. De hoeveelheden worden uitgedrukt in kilogram levend gewicht en, zo nodig, in aantal exemplaren;

(d)de in het elektronische visserijlogboek geregistreerde gegevens dagelijks, uiterlijk om 24:00:00 uur, doorsturen naar zijn vlaggenstaat; deze transmissie vindt plaats voor elke dag die in de visserijzone wordt doorgebracht, zelfs als niets worden gevangen. Zij vindt ook telkens vóór het verlaten van de visserijzone plaats.

2.De kapitein is verantwoordelijk voor de nauwkeurigheid van de geregistreerde en verzonden gegevens.

3.De vlaggenstaat stelt de ERS-gegevens ter beschikking van het visserijcontrolecentrum (VCC) van Cabo Verde overeenkomstig de beginselen van hoofdstuk IV van de bijlage bij dit protocol.

Gegevens in UN/CEFACT-formaat worden doorgestuurd via het FLUX-net dat de Europese Commissie ter beschikking stelt.

Als transmissie op die wijze niet mogelijk is, worden de gegevens tot aan het einde van de overgangsperiode via DEH (Data Exchange Highway) doorgestuurd in formaat EU-ERS (v 3.1).

Het VCC van de vlaggenstaat zendt de instantberichten (COE, COX en PNO) die van het vaartuig afkomstig zijn, onverwijld automatisch door naar het VCC van Cabo Verde. De andere berichttypen worden vanaf de datum van daadwerkelijke ingebruikname van het formaat UN-CEFACT ook automatisch eenmaal per dag doorgestuurd, of worden, in afwachting van die ingebruikname, onverwijld ter beschikking van het VCC van Cabo Verde gesteld wanneer daartoe via het centrale knooppunt van de Europese Commissie automatisch een verzoek aan het VCC van de vlaggenstaat wordt gericht. Na de effectieve invoering van het nieuwe formaat zal deze wijze van terbeschikkingstelling enkel nog betrekking hebben op specifieke aanvragen betreffende historische gegevens.

4.Het VCC van Cabo Verde bevestigt de ontvangst van de toegezonden instant-ERS-gegevens door een ontvangstbevestiging waarin ook de geldigheid van het ontvangen bericht wordt bevestigd. Er wordt geen ontvangstbevestiging verstuurd voor gegevens die Cabo Verde ontvangt naar aanleiding van een aanvraag die het zelf heeft ingediend. Cabo Verde behandelt alle ERS-gegevens als vertrouwelijk.

Mankement van het systeem voor elektronische transmissie aan boord van het vaartuig of van het communicatiesysteem

5.Het VCC van de vlaggenstaat en het VCC van Cabo Verde stellen elkaar onmiddellijk in kennis van alle gebeurtenissen die een weerslag kunnen hebben op de transmissie van de ERS-gegevens van een of meer vaartuigen.

6.Indien het VCC van Cabo Verde de gegevens die een vaartuig moet toezenden, niet ontvangt, stelt het het VCC van de vlaggenstaat hiervan onmiddellijk in kennis. Het VCC van de vlaggenstaat onderzoekt zo spoedig mogelijk waarom de ontvangst van de ERS-gegevens uitblijft en brengt het VCC van Cabo Verde op de hoogte van het resultaat van dat onderzoek.

7.Als er een mankement is in de transmissie tussen het vaartuig en het VCC van de vlaggenstaat, meldt dit VCC dit onverwijld aan de kapitein of de exploitant van het vaartuig of hun vertegenwoordiger(s). Na ontvangst van deze kennisgeving stuurt de kapitein van het vaartuig de bevoegde autoriteiten van de vlaggenstaat elke dag uiterlijk om 24:00:00 uur de ontbrekende gegevens toe via een daartoe geschikt telecommunicatiemiddel.

8.Bij een storing van het systeem voor elektronische transmissie dat aan boord van het vaartuig is geïnstalleerd, zorgt de kapitein of de exploitant van het vaartuig ervoor dat het ERS-systeem binnen tien dagen na de ontdekking van de storing wordt hersteld of vervangen. Na die termijn mag het vaartuig niet langer in de visserijzone vissen en moet het binnen 24 uur die zone verlaten of een haven van Cabo Verde aandoen. Het vaartuig mag de haven pas verlaten of pas naar de visserijzone terugkeren nadat het VCC van zijn vlaggenstaat heeft geconstateerd dat het ERS-systeem weer naar behoren functioneert.

9.Als Cabo Verde geen ERS-gegevens ontvangt wegens een storing van de elektronische systemen die onder toezicht van de Europese partij of Cabo Verde staan, neemt de betrokken partij onverwijld alle maatregelen die deze storing zo spoedig mogelijk kunnen verhelpen. De oplossing van het probleem wordt onmiddellijk ter kennis gebracht van de andere partij.

10.Het VCC van de vlaggenstaat zendt het VCC van Cabo Verde om de 24 uur via een ter beschikking staand elektronisch communicatiemiddel alle ERS-gegevens door die de vlaggenstaat sinds de meest recente transmissie heeft ontvangen. Op verzoek van Cabo Verde kan dezelfde procedure worden toegepast bij een onderhoud dat langer dan 24 uur duurt en een weerslag heeft op de systemen die onder toezicht van de Europese Unie staan. Cabo Verde waarschuwt zijn bevoegde controlediensten om te voorkomen dat wordt gedacht dat de vaartuigen van de Unie in overtreding zijn wat de transmissie van hun ERS-gegevens betreft. Het VCC van de vlaggenstaat zorgt ervoor dat de ontbrekende gegevens worden opgenomen in de elektronische databank die het overeenkomstig punt 3 van dit aanhangsel bijhoudt.

BIJLAGE II

Reikwijdte van de verleende bevoegdheden en procedure voor de vaststelling van het standpunt van de Unie in de gemengde commissie

1) De Commissie is gemachtigd om met de Republiek Cabo Verde te onderhandelen en, waar passend en indien wordt voldaan aan punt 3 van deze bijlage, namens de Unie wijzigingen van het protocol goed te keuren die betrekking hebben op de volgende aangelegenheden:

a) herziening van de vangstmogelijkheden en de desbetreffende bepalingen, en bijgevolg van de financiële tegenprestatie overeenkomstig artikel 7, lid 1, van het protocol;

b) aanpassing van de uitvoeringsbepalingen voor de sectorale steun overeenkomstig artikel 5 van het protocol;

c) beheersmaatregelen die overeenkomstig artikel 6, lid 3, van het protocol onder de bevoegdheid van de gemengde commissie vallen, en maatregelen tot aanpassing van de voorwaarden voor de uitoefening van de visserij overeenkomstig artikel 7, lid 2, van het protocol.

2) In de gemengde commissie die bij de partnerschapsovereenkomst is opgericht:

a) handelt de Unie in overeenstemming met de doelstellingen die zij in het kader van het gemeenschappelijk visserijbeleid nastreeft;

b) ijvert de Unie voor standpunten die in overeenstemming zijn met de desbetreffende voorschriften van de regionale organisaties voor visserijbeheer en die passen in de context van gezamenlijk beheer door de kuststaten.

3) Als er in een vergadering van de gemengde commissie een besluit moet worden genomen over wijzigingen van het protocol als bedoeld in punt 1, wordt het nodige gedaan om ervoor te zorgen dat het namens de Unie in te nemen standpunt rekening houdt met de meest recente statistische, biologische en andere relevante informatie die aan de Commissie is toegezonden.

4) Daartoe zenden de diensten van de Commissie op basis van die informatie, en lang genoeg vóór de betrokken vergadering van de gemengde commissie, een voorbereidend document met nadere bijzonderheden van het voorgestelde standpunt van de Unie ter bespreking en goedkeuring toe aan de Raad of zijn voorbereidende instanties.

5) Het beoogde standpunt van de Unie in het voorbereidende document wordt geacht te zijn goedgekeurd, tenzij een aantal lidstaten die een blokkerende minderheid vormen, daartegen bezwaar maken tijdens een vergadering van de voorbereidende instantie van de Raad of binnen twintig dagen na ontvangst van het voorbereidende document, naargelang welk tijdstip het vroegste is. Indien bezwaren worden gemaakt, wordt de zaak aan de Raad voorgelegd.

6) Indien tijdens latere vergaderingen, ook ter plaatse, geen overeenstemming kan worden bereikt, wordt de zaak overeenkomstig de procedure van de punten 4 en 5 opnieuw aan de Raad of zijn voorbereidende instanties voorgelegd om ervoor te zorgen dat in het standpunt van de Unie rekening wordt gehouden met de nieuwe elementen.

7) De Commissie wordt verzocht te gelegener tijd alle stappen te ondernemen die noodzakelijk zijn voor de follow-up van het besluit van de gemengde commissie, met inbegrip van, waar passend, de bekendmaking van het betrokken besluit in het Publicatieblad van de Europese Unie en de mededeling van de voorstellen die nodig zijn voor de uitvoering van dat besluit.

Top