Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52009DC0128

Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad - Een vereenvoudigd GLB voor Europa - In het voordeel van iedereen

/* COM/2009/0128 def. */

52009DC0128

Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad - Een vereenvoudigd GLB voor Europa - In het voordeel van iedereen /* COM/2009/0128 def. */


[pic] | COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN |

Brussel, 18.3.2009

COM(2009) 128 definitief

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Een vereenvoudigd GLB voor Europa – in het voordeel van iedereen

INHOUDSOPGAVE

1. De agenda van de Commissie voor een eenvoudiger GLB 3

2. Resultaten sinds 2005 4

3. Het actieplan ter vereenvoudiging van het gemeenschappelijk landbouwbeleid 7

4. Enkele speciale voorbeelden 10

5. Vooruitzichten 12

6. Conclusie 14

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Een vereenvoudigd GLB voor Europa – in het voordeel van iedereen

DE AGENDA VAN DE COMMISSIE VOOR EEN EENVOUDIGER GLB

Vanaf het begin van haar mandaat heeft de huidige Commissie gestreefd naar een eenvoudiger gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB)[1]. Landbouwers en andere marktdeelnemers in de landbouwsector moeten worden ontheven van te ingewikkelde administratieve verplichtingen die geen enkele beleidsdoelstelling dienen en die niet nodig zijn om een juist beheer van belastinggeld te garanderen. Vereenvoudiging van het GLB is essentieel om onze landbouweconomie concurrerender te maken, banen te behouden en te scheppen, en bij te dragen tot een gezonde ontwikkeling van onze plattelandsgebieden. Daarom levert een vereenvoudigd GLB voor iedereen voordeel op.

In 2005 heeft de Commissie een mededeling inzake vereenvoudiging en betere regelgeving voor het gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB) uitgebracht. Het programma en de uitvoering ervan zijn volledig ingebed in de algemene strategie van de Commissie over betere regelgeving[2], en met name in het lopende programma voor vereenvoudiging en in het actieprogramma ter beperking van de administratieve lasten.

Ondertussen is een indrukwekkend aantal met het GLB verband houdende vereenvoudigingsprojecten voltooid. Nu is het tijd om de balans op te maken en een overzicht te geven van de resultaten. In deze mededeling worden de activiteiten die sinds 2005 zijn uitgevoerd, voor het voetlicht gebracht, en worden indicatieve gegevens bekendgemaakt over de vermindering van de administratieve last voor landbouwers en overheden[3]. Het lopende actieplan ter vereenvoudiging van het GLB, de integrale-GMO-verordening, het onderzoek uit 2007 over administratieve lasten voor landbouwbedrijven en de resultaten van het proces van de gezondheidscontrole krijgen speciale aandacht. Tot slot wordt in deze mededeling onderzocht hoe in de toekomst nog meer vereenvoudigingsacties zouden kunnen worden uitgevoerd.

RESULTATEN SINDS 2005

In 2005 heeft de Europese Commissie zich ertoe verbonden om een reeks activiteiten te ondernemen die kunnen worden gekenschetst als technische of als beleidsvereenvoudiging[4].

Technische vereenvoudiging

Opschonen van landbouwregels

Er wordt voortdurend gewerkt aan het opsporen en intrekken van achterhaalde wetgeving van de Raad en de Commissie, zoals bijvoorbeeld in de zuivelsector[5]. Wanneer nieuwe wetgeving wordt goedgekeurd, wordt bestaande wetgeving ingetrokken. Van andere wetgeving die is blijven bestaan zonder dat deze een doel diende, is verklaard dat deze in onbruik is geraakt door middel van een verklaring van achterhaaldheid in 2006[6] en aan het begin van dit jaar[7]; het betreft in totaal bijna 300 achterhaalde wetteksten. Later dit jaar zal een voorstel worden goedgekeurd om een aantal achterhaalde wetteksten van de Raad in te trekken.

Een integrale-GMO-verordening

Op 22 oktober 2007 heeft de Raad Verordening (EG) nr. 1234/2007[8] goedgekeurd, ook wel de “integrale-GMO-verordening” genoemd. In deze verordening zijn alle sectorale gemeenschappelijke marktordeningen samengebracht. De verordening vervangt 45 wetteksten van de Raad. In punt 4.1 wordt dieper ingegaan op de integrale GMO.

Staatssteun

In 2006 en 2007 heeft de Commissie haar beleid inzake staatssteun in de landbouwsector gewijzigd en gestroomlijnd. Behalve herziene staatsteunrichtsnoeren[9] en de groepsvrijstellingsverordening voor de landbouw[10], heeft de Commissie een nieuwe de-minimisverordening[11] goedgekeurd waarbij de “de-minimisdrempel” voor de steun die lidstaten in de landbouwsector mogen verlenen, wordt opgetrokken. Wanneer de maatregel aan de in de de-minimisverordening vastgestelde eisen voldoet, wordt deze niet als staatssteun beschouwd en is kennisgeving niet vereist. Dankzij deze wijzigingen werd het aantal betrokken wetgevingsinstrumenten gereduceerd van zes tot drie.

Administratieve kosten

In 2006 heeft de Commissie een onderzoek gestart naar de precieze administratieve last voor landbouwbedrijven als gevolg van de hervorming van het GLB van 2003. De eindresultaten van dat onderzoek zijn in november 2007 gepubliceerd. In punt 4.2 wordt dieper op dat onderzoek ingegaan.

Beste praktijken delen

Om standpunten, ideeën en ervaringen met betrekking tot vereenvoudiging uit te wisselen zijn verscheidene platforms opgericht. In de eerste plaats is een groep van nationale deskundigen op het gebied van vereenvoudiging ingesteld. Deze groep komt ongeveer driemaal per jaar bijeen. Een aantal lidstaten heeft dit platform gebruikt om nationale initiatieven op het gebied van vereenvoudiging te presenteren en te bespreken.

Belanghebbenden en vertegenwoordigers van de landbouwsector en het bedrijfsleven hebben aan verscheidene vergaderingen van de adviesgroep inzake vereenvoudiging deelgenomen.

De conferentie inzake vereenvoudiging van het gemeenschappelijk landbouwbeleid die in oktober 2006 is gehouden, alsmede het seminar over dat onderwerp dat in oktober 2007 werd georganiseerd, bood de bij de uitvoering van het GLB betrokken partijen een breed platform om te discussiëren en ervaringen uit te wisselen.

Beleidsmatige maatregelen

Hervorming van de GMO voor suiker

Door de hervorming van de sector suiker, die begin 2006 officieel is goedgekeurd, is het stelsel merkbaar vereenvoudigd. Daarbij zijn de verschillende soorten quota in één enkel quotastelsel samengevoegd, is de begroting voor steun aan de sector suiker opgenomen in die voor de bedrijfstoeslagregeling en is de interventie vervangen door particuliere opslag.

Bedrijfstoeslagregeling

De bedrijfstoeslagregeling is in de eerste jaren van haar bestaan verscheidene malen aangepast om tot vereenvoudiging ervan te komen en om de regeling “boervriendelijker” te maken. Dit is bereikt door bijvoorbeeld landschappelijke elementen (zoals heggen en muren) op te nemen in de voor rechtstreekse steun in aanmerking komende oppervlakte en door verscheidene wijzigingen die zijn ingevoerd naar aanleiding van de goedkeuring van het verslag over de toepassing van het stelsel van randvoorwaarden[12].

Sector groenten en fruit en de wijnbouwsector

De regels in de sector groenten en fruit en die in de wijnbouwsector zijn door de hervormingen vereenvoudigd. Met name het feit dat deze sectoren nu zijn opgenomen in de bedrijfstoeslagregeling heeft geleid tot een homogener stelsel van rechtstreekse inkomenssteun.

Door de integratie van de sector groenten en fruit in de bedrijfstoeslagregeling zouden de landbouwbedrijven wel 2,2 miljoen euro aan administratieve lasten kunnen besparen.

Bovendien is de flexibiliteit van de uitvoering van het beleid door deze hervormingen vergroot door gebruik te maken van programmering, die ofwel door de producentenorganisaties (in de sector groenten en fruit), ofwel door de lidstaten (in de wijnbouwsector) wordt beheerd.

Effectbeoordeling en evaluatie

De laatste tien jaar is het effectbeoordelingsinstrument onmisbaar geworden bij de voorbereiding van belangrijke hervormingen in de landbouwsector. De belanghebbenden worden er zo in een vroeg stadium sterk bij betrokken. De effectbeoordeling maakt beoordeling vooraf van de administratieve kosten mogelijk door vast te stellen wat de problemen zijn en er een oordeel over te geven, door oplossingen te formuleren en door het effect van deze oplossingen te vergelijken . Hierdoor wordt het wetgevingsproces transparanter. Het effectbeoordelingsproces zorgt ook voor een verbetering van de kwaliteit van het voorstel en van de kwaliteit van het debat over het voorstel.

Sinds 2005 zijn 8 effectbeoordelingen uitgevoerd voor alle belangrijke hervormingen van het GLB, zoals bijvoorbeeld voor die van de wijnbouwsector, die van de sector groenten en fruit en de “gezondheidscontrole”[13].

Procesmatige aanpak

Raadpleging van de belanghebbenden, doorlichting en actieplan

De van de autoriteiten van de lidstaten en de belanghebbenden afkomstige suggesties die als technische vereenvoudiging konden worden aangemerkt, zijn opgenomen in het nieuw gecreëerde doorlopende actieplan voor vereenvoudiging. Met dit actieplan is het mogelijk vereenvoudigingsactiviteiten in het kader van het GLB te plannen en er toezicht op te houden; momenteel omvat het plan ongeveer 50 projecten.

Sinds 2005 zijn meer dan 200 suggesties voor vereenvoudiging van het GLB binnengekomen.

Conferentie

De Commissie heeft een internationale conferentie inzake vereenvoudiging van het gemeenschappelijk landbouwbeleid georganiseerd die op 3 en 4 oktober 2006 is gehouden.

Vertegenwoordigers van verschillende achtergronden en met verschillende belangen, zoals landbouwers, marktdeelnemers, verwerkende industrie, academici en autoriteiten van de lidstaten, hebben deelgenomen en bijgedragen aan het debat over vereenvoudiging, en hebben laten zien dat de politieke wil er was om het GLB te vereenvoudigen, een proces waarbij iedereen betrokken moet zijn om succes te garanderen.

Een concreet resultaat van de conferentie was een project betreffende het gebruik van uitvoercertificaten, dat door de Commissie is overgenomen. Hier wordt in hoofdstuk 3 verder op ingegaan.

Interne opleiding

Voorkomen is beter dan genezen. Dat geldt ook voor wetgeving. Personeelsleden die betrokken zijn bij de opstelling van wetsvoorstellen, hebben een interne opleiding gekregen op het gebied van het opstellen van wetgeving, en zullen die ook in de toekomst blijven krijgen. Het doel van de cursus is om er meteen vanaf het begin van het wetgevingsproces voor te zorgen dat de teksten duidelijk en eenvoudig zijn.

Informatietechnologiesystemen

Het gebruik van informatietechnologie is belangrijk om tot vereenvoudiging en vermindering van de administratieve lasten te komen. Hierbij is grote vooruitgang geboekt. Een systeem om de uitwissing van elektronische informatie tussen de diensten van de Commissie en de lidstaten te vergemakkelijken, ISAMM (Information System for Agricultural Market Management and Monitoring) bevindt zich in de laatste ontwikkelingsfase. Momenteel loopt een proefproject, en de eerste module van het systeem moet tegen de zomer van 2009 volledig operationeel zijn.

HET ACTIEPLAN TER VEREENVOUDIGING VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK LANDBOUWBELEID

Tijdens de conferentie van 2006 is de eerste versie van het “doorlopende” actieplan voor vereenvoudiging gepresenteerd. Daarin werden 20 projecten op het gebied van technische vereenvoudiging van het GLB gestart. Het plan was in januari 2009 uitgegroeid tot 50 projecten[14], waarvan er 43 zijn uitgevoerd. De in het actieplan opgenomen projecten waren gebaseerd op suggesties van de lidstaten, belanghebbenden, organisaties van landbouwers, en verwerkers, en op ideeën die door de diensten van de Commissie zelf naar voren waren gebracht.

De volgende projecten verdienen nader te worden toegelicht, omdat het goede voorbeelden zijn van de positieve effecten die vereenvoudiging op marktdeelnemers en landbouwers kan hebben.

Uitvoercertificaten voor rundvlees

De Commissie heeft in 2007 een sectorspecifieke vereenvoudigingsmaatregel goedgekeurd voor de sector rundvlees. De uitvoer in die sector, zowel die met als die zonder uitvoerrestitutie, ging gewoonlijk vergezeld van een certificaat. Hoewel het van groot belang is toezicht te blijven houden op de handel in met restitutie uitgevoerde producten, leek het niet langer noodzakelijk om te blijven toezien op de uitvoer van goederen die zonder restitutie werden verhandeld. Daarom heeft de Commissie de verplichting dat voor dergelijke uitvoer een uitvoercertificaat moet worden overgelegd, afgeschaft.

Zowel exportbedrijven als nationale autoriteiten profiteren van deze maatregel, aangezien zowel administratieve rompslomp als de controles zijn verminderd.

Ter illustratie: deze maatregel vermindert de kosten van de uitvoer van rundvlees met gemiddeld ongeveer 16 euro per ton. Bovendien wordt, zoals gezegd, de rompslomp minder en verbetert de zakelijke omgeving erdoor.

Etikettering van eieren

In 2007 heeft de Europese Commissie nieuwe uitvoeringsbepalingen goedgekeurd betreffende de handelsnormen voor eieren en in het bijzonder ten aanzien van de etikettering van eieren. Met deze regels wordt een modern, transparant wettelijk kader geschapen zonder dat de voorlichting aan en de bescherming van de consument worden verzwakt.

Het is bijvoorbeeld niet langer nodig eieren die rechtstreeks door de industrie worden gebruikt, te sorteren. Volgens de nieuwe regels mogen eieren binnen 10 dagen na de leg worden opgehaald, gesorteerd, gemerkt en verpakt, in plaats van elke derde werkdag te worden opgehaald. Hierdoor kan de industrie zichzelf beter organiseren, hetgeen vooral nuttig is in drukke tijden van het jaar.

De ontstane flexibiliteit leidt tot kostenbesparingen voor de producenten en de sectoren verderop in de keten, en tot lagere kosten voor de controle voor de lidstaten.

Tienmaandenregel

In artikel 44, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1782/2003 was bepaald dat percelen die door een landbouwer zijn aangegeven voor de bedrijfstoeslag ten minste 10 maanden ter beschikking van die landbouwer moeten staan.

Die bepaling is afgeschaft en de periode van 10 maanden is vervangen door één enkele datum, die door de lidstaat kan worden vastgesteld. Dit betekent dat de landbouwers niet langer 10 maanden over hun land hoeven te beschikken om steun te ontvangen. Het voordeel is grotere flexibiliteit bij het beheer van het bedrijf en bij het reageren op marktontwikkelingen.

De afschaffing van de tienmaandenregel leidt naar alle waarschijnlijkheid tot een vermindering van de administratieve lasten voor de landbouwbedrijven met ca. 19 miljoen euro.

Invoer- en uitvoercertificaten

In juni 2008 heeft de Commissie de meeste certificaatverplichtingen in de landbouwsector afgeschaft. Het aantal verplichte invoercertificaten is ingeperkt van 500 tot 65, en er zijn nog maar 43 verplichte uitvoercertificaten overgebleven[15]. Bovendien is het wettelijk kader voor de resterende certificaatverplichtingen vereenvoudigd en bestaat het nu uit één enkele verordening (certificaten in het geval van uitvoerrestituties en tariefcontingenten vallen erbuiten). In die verordening zijn alle aspecten van certificaten geregeld, wordt duidelijk aangegeven voor welke producten een certificaat vereist is, en worden regels vastgesteld met betrekking tot de geldigheidsperiode van het certificaat en de hoogte van de zekerheid.

De voordelen voor de marktdeelnemers (importeurs en exporteurs) zijn:

- besparingen op de administratieve kosten i.v.m. invoer en uitvoer;

- geen kosten meer voor het stellen (en terugvorderen) van zekerheden voor de certificaten.

Voor de nationale overheden zijn de besparingen eveneens evident: minder administratie en controle.

Deze maatregel zorgt waarschijnlijk voor een verlaging van de algemene lasten in verband met certificaten voor marktdeelnemers met ongeveer 7,4 miljoen euro.

Handelsnormen voor groenten en fruit

Als onderdeel van de hervorming van de sector groenten en fruit heeft de Commissie het aantal specifieke handelsnormen in deze sector, enigszins tegen de zin van sommige lidstaten, teruggebracht van 36 tot 10 (voor appels, citrusvruchten, kiwi’s, sla en andijvie, perziken en nectarines, peren, aardbeien, paprika’s, tafeldruiven en tomaten), de daarmee samenhangende controles gerationaliseerd en een algemene handelsnorm vastgesteld voor de meeste soorten groenten en fruit.

De 26 ingetrokken handelsnormen vertegenwoordigen 25% van de handel in verse groenten en fruit. Als gevolg van deze maatregel hoeven marktdeelnemers niet langer de kosten voor de naleving daarvan te dragen, behalve dan die voor de garantie dat hun producten van gezonde handelskwaliteit zijn, en hoeven nationale autoriteiten niet langer de controles voor die 26 specifieke normen uit te voeren.

Randvoorwaarden

Hoewel in de studie naar de administratieve lasten voor landbouwbedrijven werd geconcludeerd dat de administratieve kosten in verband met de randvoorwaarden relatief gering waren, namelijk tussen 0,3% en 4,3% van de totale lasten, zien landbouwers randvoorwaarden niettemin als irritant.

Om dat gevoel van ongemak te verminderen en om het systeem te vereenvoudigen, heeft de Commissie bepaald dat aankondiging vooraf van controles ter plaatse wordt toegestaan. Bovendien worden de betalingen aan landbouwers niet langer verlaagd wanneer een eventuele overtreding gering is, of wanneer de verlaging minder zou bedragen dan de de-minimislimiet van 100 euro.

Deze verbeteringen stellen de landbouwers in staat hun activiteiten beter te plannen, brengen minder administratieve rompslomp met zich om kleine overtredingen ongedaan te maken en nemen de dreiging te worden bestraft voor triviale overtredingen weg. De maatregel vereenvoudigt ook de taak van de nationale overheden.

Kennisgeving vooraf van controles ter plaatse kan de administratieve lasten voor landbouwbedrijven met 5,7 miljoen euro terugdringen.

ENKELE SPECIALE VOORBEELDEN

Hieronder wordt nader ingegaan op drie speciale gevallen van vereenvoudiging van het GLB die van essentieel belang zijn. Eén project betreft vereenvoudigde wetgeving, één heeft betrekking op de administratieve lasten en één op beleidsvereenvoudiging; alle drie hebben ze een sectoroverschrijdend effect: het zijn de integrale GMO, het onderzoek naar administratieve lasten en de gezondheidscontrole.

Integrale GMO

Een belangrijk resultaat in het kader van de wetgevingsvereenvoudiging van het GLB was de goedkeuring in 2007 van de Verordening van de Raad houdende een gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten8, kortweg “Integrale-GMO-verordening” genoemd.

De integrale GMO heeft een technisch karakter en is niet gericht op een wijziging van het onderliggende beleid, maar op de harmonisering van bepalingen, waardoor de regels van het GLB gemakkelijker te bevatten, minder omvangrijk, toegankelijker en eenvoudiger toe te passen werden.

De nieuwe verordening heeft 21 afzonderlijke gemeenschappelijke marktordeningen samengebracht en vervangen door één enkele tekst, waardoor het aantal artikelen is teruggebracht van 920 tot ongeveer 230, en waardoor 78 besluiten van de Raad zijn ingetrokken[16].

Op macroniveau heeft de goedkeuring van de GMO het aantal wetgevingsbesluiten met betrekking tot het GLB aanzienlijk verkleind. Voor het GLB gelden momenteel in hoofdzaak slechts 4 wetgevingsbesluiten, namelijk de verordening inzake rechtstreekse betalingen, de integrale-GMO-verordening, de verordening inzake plattelandsontwikkeling en de verordening inzake de financiering van het GLB.

Tot slot maakt de integrale GMO de verdere vereenvoudiging en de vermindering van de administratieve rompslomp op het niveau van de uitvoeringsbepalingen van de Commissie gemakkelijker.

Onderzoek naar administratieve lasten

In het kader van het actieprogramma voor de vermindering van de administratieve lasten is eind 2007 een “Onderzoek naar de administratieve lasten die voor de landbouwbedrijven voortvloeien uit het GLB”[17] bekendgemaakt. Met dit onderzoek, dat in Denemarken, Duitsland, Frankrijk, Ierland en Italië is uitgevoerd, zijn de administratieve kosten in verband met de bedrijfstoeslagregeling in 2006 beoordeeld, en wordt een vooruitblik op toekomstige ontwikkelingen geboden.

In het onderzoek worden verscheidene elementen aangegeven die een effect hebben op de administratieve lasten voor landbouwbedrijven.

Het eerste element betreft de omzetting door de lidstaten van de verordening inzake rechtstreekse betalingen. Dit betreft bijvoorbeeld de keuzes die zij hebben gemaakt ten aanzien van de bedrijfstoeslagregeling (historisch, regionaal of een combinatie van beide), alsmede of zij ervoor gekozen hebben volledig te ontkoppelen of bepaalde elementen gekoppeld te houden. Andere factoren zijn de manier waarop de aanvraagprocedure is opgezet, en het systeem voor de overdracht van toeslagrechten.

Volgens de suggesties die naar voren zijn gebracht in het kader van het actieprogramma ter beperking van de administratieve lasten, kunnen de lidstaten bijvoorbeeld door gebruik te maken van informatietechnologie in alle lidstaten nog eens een vermindering van de administratieve lasten voor landbouwbedrijven met meer dan 400 miljoen euro bereiken.

Andere aspecten die effect hebben op de administratieve lasten, zijn de nationale bedrijfscultuur, bijvoorbeeld het gebruik van externe consultants, en de structurele verschillen, zoals de omvang van de bedrijven en de differentiatie van de productie.

De resultaten van het onderzoek geven aan dat de administratieve lasten voor landbouwbedrijven aanzienlijk zullen afnemen. Één factor is het leercurve-effect en het verdwijnen van de administratieve kosten in verband met de start van de bedrijfstoeslagregeling[18]. De wijzigingen waartoe in het kader van de gezondheidscontrole is besloten, zijn nog een belangrijke reden.

Gezondheidscontrole

Vereenvoudiging was een van de belangrijkste redenen voor de Commissie om met de voorstellen in het kader van de gezondheidscontrole te komen[19]. De gezondheidscontrole betekent een vereenvoudiging van de bepalingen betreffende de bedrijfstoeslagregeling en maakt de hervorming van het GLB van 2003 efficiënter.

Een van de belangrijkste vereenvoudigingen als gevolg van de gezondheidscontrole bestaat uit de verdere ontkoppeling en de afschaffing van verschillende regelingen, zoals betalingen voor energiegewassen en durumtarwe, alsmede het programma voor de afzet van voorraden room, boter en boterconcentraat. Zoals blijkt uit het onderzoek naar administratieve lasten[20], geven gekoppelde steunregelingen aanleiding tot extra administratieve lasten voor landbouwers. Verdere ontkoppeling leidt derhalve automatisch tot een vermindering van die lasten.

Met de gezondheidscontrole worden ook de regels inzake vrijstelling van verplichte modulatie vereenvoudigd, alsmede de bepalingen betreffende het functioneren van de nationale reserve en de toeslagrechten die daaruit worden toegekend.

Bovendien worden de regels inzake braaklegging afgeschaft en worden de voorwaarden voor de overdracht van toeslagrechten vereenvoudigd.

De gezondheidscontrole leidt waarschijnlijk tot een vermindering van de administratieve lasten voor landbouwbedrijven met ongeveer 135 miljoen euro als gevolg van de afschaffing van speciale regelingen voor energiegewassen, areaalbetalingen, durumtarwe, noten en zetmeelaardappelen. Bovendien vermindert de afschaffing van de braaklegging de administratieve lasten voor landbouwbedrijven met naar schatting 146 miljoen euro.

VOORUITZICHTEN

De voortgang die de laatste jaren is geboekt, betekent voor de landbouwsector nog lang niet het einde van de activiteiten op het gebied van vereenvoudiging. Vereenvoudiging en vermindering van onnodige administratieve rompslomp zijn permanente punten van zorg die niet vanzelf verdwijnen. Om de vaart erin te houden en om de voorwaarden te scheppen om het GLB verder te vereenvoudigen, staan voor de komende jaren de volgende punten en projecten op het programma.

Gemeenschappelijke datum van inwerkingtreding

De inwerkingtreding van wetswijzigingen in het kader van het GLB valt over het algemeen op vaste data, zoals het begin van het verkoopseizoen. Om de controle op het beleid en de beleidswijzigingen verder te vergemakkelijken, alsmede om daar vooraf rekening mee te kunnen houden, zal verder worden onderzocht of het mogelijk is gemeenschappelijke data van inwerkingtreding[21] voor wetswijzigingen in het kader van het GLB in te voeren.

Randvoorwaarden

Momenteel zijn de regels inzake randvoorwaarden verspreid over verschillende besluiten. Het idee om een voorstel voor één enkel besluit inzake randvoorwaarden op te stellen door de huidige regels te harmoniseren, zal verder worden beoordeeld.

Mededelingen

De Commissie zal proberen het wettelijke kader voor mededelingen en het bewaren van informatie en documenten in het kader van gedeeld beheer van het GLB te vereenvoudigen en te harmoniseren. Het nieuwe kader zou uiteindelijk van toepassing kunnen zijn op alle mededelingen in het kader van het GLB, andere dan mededelingen over financiële informatie en, door middel van informatietechnologie, op alle bestaande systemen op dit gebied. Deze systemen kunnen door de Europese Commissie of door de bevoegde autoriteiten van de lidstaten worden beheerd. Bovendien zou een nieuw wettelijk kader bepalingen kunnen bevatten betreffende de toegang tot de verzamelde informatie voor alle autoriteiten en het publiek.

"Ervaring oogsten"

Met ingang van 2010 wordt een opleidingsprogramma voor ambtenaren van het directoraat-generaal Landbouw en plattelandsontwikkeling opgezet, waarvan een verblijf op een landbouwbedrijf onderdeel uitmaakt. Het doel van dit programma is om hun begrip voor de uitdagingen waarvoor de sector staat, te verdiepen. Dit zou kunnen leiden tot beleid dat nog beter aansluit bij de praktische situatie van de Europese boeren. De nadere details van het programma worden momenteel bepaald.

Kwaliteitsbeleid

Het groenboek over de kwaliteit van landbouwproducten is op 15 oktober 2008 gelanceerd. Dit groenboek markeert het begin van een brede openbare raadpleging over het kwaliteitsbeleid en houdt zich bezig met het probleem van de vereenvoudiging en de vermindering van de administratieve lasten, met name ten aanzien van handelsnormen, certificeringsregelingen en regelingen inzake geografische aanduidingen.

Naar aanleiding van de openbare raadpleging zal de Commissie in mei 2009 een Mededeling bekendmaken. Sommige opties uit de Mededeling zouden een belangrijk effect kunnen hebben op de vereenvoudiging en de vermindering van de administratieve lasten.

Voortzetting van het actieplan

Het actieplan blijft lopen en er zullen nieuwe projecten worden toegevoegd en uitgevoerd. Een van deze nieuwe projecten betreft de hopsector.

Op dit moment moeten de hoptelers verplicht teeltcontracten registreren. Deze registratie maakt het mogelijk essentiële marktinformatie te verkrijgen en schept een bepaald niveau van transparantie van de markt. Tegelijkertijd is die registratie een belastende bezigheid voor de telers en de overheden. Om de administratieve lasten te verminderen, worden alternatieven onderzocht voor het genereren van marktgegevens in de hopsector. Afhankelijk van de uitkomst van dat onderzoek, worden de nodige voorstellen gedaan.

Regelmatige herziening

De Commissie zal onderzoeken of het mogelijk is om de wetgeving regelmatiger te herzien, namelijk door oude wetten te herzien. Een analyse of bestaande bepalingen moeten worden gehandhaafd en, zo ja, in welke vorm, zou hiervan deel kunnen uitmaken. Daardoor zou de nieuwe wet helemaal bijgewerkt zijn en overeenstemmen met de nieuwste beginselen op het gebied van het opstellen van wetgeving.

Taalgebruik en toegankelijkheid van wetsteksten

De taal die in wetteksten wordt gebruikt kan de toegankelijkheid ervan voor gewone gebruikers beperken. De Commissie blijft alles in het werk stellen om wetteksten leesbaarder te maken door het taalgebruik te beoordelen en door mogelijk een opleiding in schrijfvaardigheid te geven.

Voortzetting van het delen van beste praktijken

De Commissie blijft bijeenkomsten met de lidstaten en belanghebbenden organiseren om te bespreken hoe het GLB verder kan worden vereenvoudigd en om verder activiteiten op dat gebied te ontwikkelen. In dit verband zullen ook de mogelijkheden voor een verdere vereenvoudiging van de randvoorwaarden worden uitgewerkt.

CONCLUSIE

De resultaten van het proces van vereenvoudiging van het GLB laten zien dat de inspanningen van de Commissie op dat gebied opvallend succesvol zijn geweest. Uit het feit dat hiermee in de toekomst wordt doorgegaan blijkt duidelijk dat de Commissie verdere vereenvoudiging nastreeft. Op basis van de eerste resultaten van de metingen op dit gebied[22] kan ervan worden uitgegaan dat de doelstelling, 25% vermindering van de administratieve lasten in 2012, wordt gehaald. Dit is des te indrukwekkender als men bedenkt dat het GLB te maken heeft met een dynamische politieke omgeving met verscheidene en vaak uiteenlopende financiële en politieke belangen, tegen een achtergrond van uiteenlopende landbouwculturen en –structuren. Bovendien gaat het GLB over de toekenning van financiële middelen, en daarom wordt het onvermijdelijk onderworpen aan harde beheers- en controleregels om de integriteit van de EU-begroting (lees: belastinggeld) te beschermen.

De vereenvoudiging van het GLB schept zakelijke omstandigheden waarin landbouwers en andere economische actoren minder belast worden met administratieve en nalevingskosten, waardoor de Europese landbouwgemeenschap beter kan concurreren. Boeren zijn daardoor beter in staat hun problemen het hoofd te bieden en aan de eisen van hun klanten te voldoen. Dit komt op zijn beurt weer ten goede aan alle burgers van de EU.

Boeren en economische actoren in de landbouwsector beoordelen de ingewikkeldheid van hun zakelijke omgeving echter niet alleen op basis van de regels van het GLB, maar ook tegen de achtergrond van alle wettelijke parameters waaraan zij zijn onderworpen. De Commissie beziet de vereenvoudiging en de vermindering van onnodige administratieve lasten derhalve als veelomvattende doelstellingen, die op alle beleidsterreinen die van belang zijn voor de landbouwsector, en op alle niveaus, met inbegrip van het niveau van de lidstaten en van de regio’s, moeten worden nagestreefd. Alle actoren die hierbij betrokken zijn, moeten in de toekomst bijzondere aandacht aan dit aspect besteden.

[1] COM(2005) 509 definitief van 19.10.2005.

[2] Derde strategische evaluatie over betere regelgeving in de Europese Unie - COM(2009) 15 definitief, 28.1.2009.

[3] Over het algemeen komen de in deze mededeling gebruikte cijfers uit de voorlopige resultaten van de metingen en aanbevelingen in het kader van het Actieprogramma ter beperking van de administratieve lasten. Volgens het standaardkostenmodel dat daarbij wordt gebruikt, worden de administratieve lasten vastgesteld op basis van de kosten van de naleving van de uit de EU-wetgeving en de nationale omzetting of de uitvoeringsmaatregelen daarvan voortvloeiende verplichtingen tot het verstrekken van informatie.

[4] technische vereenvoudiging (d.w.z. in een constant beleidskader) betekent herziening van het wettelijk kader, administratieve procedures en beheersmechanismen om tot stroomlijning en grotere kosteneffectiviteit te komen en bestaande beleidsdoelstellingen doeltreffender te bereiken, zonder wijziging van het onderliggende beleid; “beleidsvereenvoudiging” verkleint de ingewikkeldheid van het beleid door verbetering van de landbouwondersteuning en de plattelandsontwikkelingsbeleidsinstrumenten. Dit zou kunnen worden omschreven als “ontwikkeling van beleid dat tot vereenvoudiging leidt”.

[5] Verordening (EG) nr. 1081/2008 van de Commissie (PB L 296 van 5.11.2008, blz. 4).

[6] PB C 148 van 24.6.2006.

[7] PB C 30 van 6.2.2009.

[8] Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad van 22 oktober 2007 houdende een gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten en specifieke bepalingen voor een aantal landbouwproducten ("Integrale-GMO-verordening”) (PB L 299 van 16.11.2007, blz. 1).

[9] PB C 319 van 27.12.2006, blz. 1.

[10] Verordening (EG) nr. 1857/2006 van de Commissie van 15 december 2006 betreffende de toepassing van de artikelen 87 en 88 van het Verdrag op staatssteun voor kleine en middelgrote ondernemingen die landbouwproducten produceren, en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 70/2001 (PB L 358 van 16.12.2006, blz. 3).

[11] Verordening (EG) nr. 1535/2007 van de Commissie van 20 december 2007 betreffende de toepassing van de artikelen 87 en 88 van het EG-Verdrag op de-minimissteun in de landbouwproductiesector (PB L 337 van 21.12.2007, blz. 35).

[12] COM(2007) 147 van 29.3.2007.

[13] Voor aanvullende informatie over effectbeoordeling, zie: http://ec.europa.eu/governance/impact/index_en.htm.

[14] Voor meer informatie: http://ec.europa.eu/agriculture/index_en.htm.

[15] Verordening (EG) nr. 514/2008 van de Commissie van 9 juni 2008 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 376/2008 houdende gemeenschappelijke uitvoeringsbepalingen inzake het stelsel van invoer-, uitvoer- en voorfixatiecertificaten voor landbouwproducten (PB L 150 van 10.6.2008, blz. 7).

[16] Na opneming van de bepalingen voor groenten en fruit door middel van Verordening (EG) nr. 361/2008 van de Raad (PB L 121 van 7.5.2008, blz. 1).

[17] http://ec.europa.eu/agriculture/analysis/external/burden/index_en.htm.

[18] Een positieve leercurve en het verdwijnen van de startkosten zullen leiden tot een verlaging van de administratieve last voor landbouwbedrijven met meer dan 900 miljoen euro.

[19] COM(2008) 306 van 20.5.2008.

[20] Zie punt 4.2.

[21] Zie ook COM(2009) 15.

[22] Uit beschikbare ramingen blijkt dat de lasten op het gebied van rechtstreekse betalingen met ten minste 1,4 miljard euro zullen worden verminderd.

Top