31983R3285

*****

VERORDENING (EEG) Nr. 3285/83 VAN DE RAAD

van 14 november 1983

tot vaststelling van algemene voorschriften inzake de uitbreiding van bepaalde door telersverenigingen voor groenten en fruit vastgestelde regels

DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 1035/72 van de Raad van 18 mei 1972 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector groenten en fruit (1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 3284/83 (2), inzonderheid op artikel 15 ter,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Overwegende dat de Lid-Staten krachtens artikel 15 ter van Verordening (EEG) nr. 1035/72 onder bepaalde omstandigheden een aantal regels dat door een telersvereniging die representatief wordt geacht voor de produktie en de afzet in de betrokken economische regio, is vastgesteld voor haar leden, kunnen uitbreiden tot alle niet-aangesloten telers die in die regio zijn gevestigd;

Overwegende dat de representativiteit van de betrokken vereniging moet worden vastgesteld aan de hand van de omvang van produktie en afzet die deze vereniging op de markt van een bepaalde regio voor haar rekening neemt; dat ter vergemakkelijking van de tenuitvoerlegging van deze regeling voor de eerste toepassingsjaren representativiteitscriteria moeten worden vastgesteld die minder strak zijn dan later; dat voor deze eerste toepassingsperiode evenwel moet worden bepaald dat de regels die een representatieve vereniging of groepering toepast, niet mogen worden uitgebreid tot niet-aangesloten telers als een belangrijk deel van de producenten in de regio zich daartegen verzet;

Overwegende dat ter harmonisatie van de toepassing van bovenvermelde regeling in de Lid-Staten moet worden bepaald welke regels kunnen worden uitgebreid tot niet-aangesloten telers;

Overwegende dat in geval van verkoop op stam moet worden bepaald welke regels worden uitgebreid tot de teler respectievelijk de koper;

Overwegende dat het ter wille van de nodige soepelheid van de regeling wenselijk is dat de periode waarin de uitbreiding van regels tot niet-aangesloten telers wordt toegepast, een bepaalde tijdsduur niet overschrijdt,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING

VASTGESTELD:

Artikel 1

Deze verordening behelst de algemene uitvoeringsbepalingen van de regeling inzake uitbreiding van de in artikel 15 ter van Verordening (EEG) nr. 1035/72 bedoelde regels tot telers die niet zijn aangesloten bij een telersvereniging in de sector groenten en fruit.

Artikel 2

De in deze verordening bedoelde telers zijn telers waarvan de produktie hoofdzakelijk voor de verkoop is bestemd.

Artikel 3

Een telersvereniging of een groepering van telersverenigingen wordt als representatief beschouwd in de zin van artikel 15 ter, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 1035/72

- gedurende de eerste drie jaar van toepassing van deze verordening, wanneer zij meer dan 50 % omvat van de telers in de economische regio waar zij werkzaam is, en meer dan 50 % van de produktie van die regio voor haar rekening neemt;

- voor de volgende jaren, wanneer zij ten minste twee derde omvat van de telers in de economische regio waar zij werkzaam is, en ten minste twee derde van de produktie van die regio voor haar rekening neemt.

Artikel 4

Tijdens de in artikel 3, eerste streepje, bedoelde periode kunnen de in artikel 15 ter van Verordening (EEG) nr. 1035/72 bedoelde regels niet verplicht worden gesteld indien uit de in lid 1 van genoemd artikel bedoelde raadpleging blijkt dat ten minste een derde van de telers zich daartegen verzet.

Artikel 5

De regels die verplicht kunnen worden gesteld voor telers die in de betrokken regio zijn gevestigd en niet bij een telersvereniging als bedoeld in artikel 15 ter van Verordening (EEG) nr. 1035/72 zijn aangesloten, hebben betrekking op de in de bijlage bij deze verordening genoemde acties.

Artikel 6

1. In geval van verkoop van produkten op stam door een teler die niet bij een telersvereniging is aangesloten, wordt de koper als teler van de betrokken produkten beschouwd voor wat betreft het naleven van de regels bedoeld sub 1 e), f), 3 a), b), c) en d) en 4 van de bijlage.

2. De sub 4 van de bijlage vastgestelde regel is van toepassing bij de wederverkoop van het produkt.

3. De betrokken Lid-Staat kan beslissen dat andere dan de in lid 1 bedoelde regels die zijn opgenomen in de bijlage, verplicht kunnen worden gesteld voor de koper, wanneer deze verantwoordelijk is voor het beheer van de boomgaard.

Artikel 7

De krachtens artikel 15 ter van Verordening (EEG) nr. 1035/72 verplicht gestelde regels zijn voor elk produkt van toepassing:

- ten aanzien van de sub 1, 2 en 4 van de bijlage genoemde regels, gedurende een tijdvak van ten hoogste drie verkoopseizoenen,

- ten aanzien van de sub 3 van de bijlage bedoelde regels, uiterlijk tot het einde van elk verkoopseizoen.

Artikel 8

Deze verordening treedt in werking zodra de Gemeenschap ten overstaan van de twee kandidaat-landen haar verklaring over de toetredingsonderhandelingen in de sector groenten en fruit heeft afgelegd.

Op voorstel van de Commissie stelt de Raad met gekwalificeerde meerderheid van stemmen vast dat aan de in de eerste alinea bedoelde voorwaarde is voldaan; hij stelt vervolgens de datum van inwerkingtreding van deze verordening vast overeenkomstig het bepaalde in de eerste alinea.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.

Gedaan te Brussel, 14 november 1983.

Voor de Raad

De Voorzitter

C. SIMITIS

(1) PB nr. L 118 van 20. 5. 1972, blz. 1.

(2) Zie blz. 1 van dit Publikatieblad.

BIJLAGE

Limitatieve lijst van de door de telersverenigingen toegepaste regels die krachtens artikel 15 ter van Verordening (EEG) nr. 1035/72 tot niet-aangesloten telers kunnen worden uitgebreid

1. Regels met het oog op een betere kennis van de produktie (artikel 13, lid 1, sub b), derde streepje):

a) aangifte van de geplande teelten per produkt en eventueel per variëteit;

b) aangifte van de reële teeltsituatie;

c) aangifte van de totale gecultiveerde oppervlakte met verdeling per produkt en indien mogelijk per variëteit;

d) aangifte van de verwachte oogst in ton en van de verwachte oogstdata per produkt en indien mogelijk per variëteit;

e) periodieke aangifte van de geoogste hoeveelheden of van de beschikbare voorraden per variëteit;

f) inlichtingen inzake de opslagcapaciteit.

2. Regels inzake de produktie (artikel 13, lid 1, sub b), tweede streepje):

a) inachtneming van de voorgeschreven keuze inzake het zaad dat naar gelang van de bestemming van het produkt moet worden gebruikt: verse produkten of produkten voor industriële verwerking;

b) inachtneming van de voorschriften inzake de uitdunning van boomgaarden.

3. Regels voor de afzet (artikel 13, lid 1, sub b), tweede streepje):

a) inachtneming van de vastgestelde data voor het begin van de oogst en inachtneming van de spreiding van de afzet voor pit- en steenvruchten;

b) inachtneming van de criteria inzake minimumkwaliteit en de minimumgrootte van pit- en steenvruchten buiten de perioden met een geringe produktie;

c) inachtneming van de voorschriften inzake verpakking, aanbiedingsvorm en aanduiding in het eerste commercialisatiestadium;

d) aanduiding van de oorsprong van het produkt.

4. Inachtneming van de bodemprijs van het produkt:

- overeenkomstig artikel 15 ter, lid 1, sub d), en lid 9.