Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31978R3085

Verordening (Euratom, EGKS, EEG) nr. 3085/78 van de Raad van 21 december 1978 tot wijziging met name wat de te gebruiken muntpariteiten betreft, van Verordening (EEG, Euratom, EGKS) nr. 259/68 tot vaststelling van het Statuut van de ambtenaren van de Europese Gemeenschappen en de regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van deze Gemeenschappen en van Verordening (Euratom, EGKS, EEG) nr. 2530/72 alsmede van Verordening (EGKS, EEG, Euratom) nr. 1543/73 betreffende bepaalde bijzondere maatregelen

PB L 369 van 29/12/1978, p. 6–7 (DA, DE, EN, FR, IT, NL)

Dit document is verschenen in een speciale editie. (EL, ES, PT)

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 04/10/1979

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/1978/3085/oj

31978R3085

Verordening (Euratom, EGKS, EEG) nr. 3085/78 van de Raad van 21 december 1978 tot wijziging met name wat de te gebruiken muntpariteiten betreft, van Verordening (EEG, Euratom, EGKS) nr. 259/68 tot vaststelling van het Statuut van de ambtenaren van de Europese Gemeenschappen en de regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van deze Gemeenschappen en van Verordening (Euratom, EGKS, EEG) nr. 2530/72 alsmede van Verordening (EGKS, EEG, Euratom) nr. 1543/73 betreffende bepaalde bijzondere maatregelen

Publicatieblad Nr. L 369 van 29/12/1978 blz. 0006 - 0007
Bijzondere uitgave in het Grieks: Hoofdstuk 01 Deel 4 blz. 000P
Bijzondere uitgave in het Spaans: Hoofdstuk 01 Deel 2 blz. 0240
Bijzondere uitgave in het Portugees: Hoofdstuk 01 Deel 2 blz. 0240


++++

VERORDENING ( EURATOM , EGKS , EEG ) Nr . 3085/78 VAN DE RAAD

van 21 december 1978

tot wijziging met name wat de te gebruiken muntpariteiten betreft , van Verordening ( EEG , Euratom , EGKS ) nr . 259/68 tot vaststelling van het Statuut van de ambtenaren van de Europese Gemeenschappen en de regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van deze Gemeenschappen en van Verordening ( Euratom , EGKS , EEG ) nr . 2530/72 alsmede van Verordening ( EGKS , EEG , Euratom ) nr . 1543/73 betreffende bepaalde bijzondere maatregelen

DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN ,

Gelet op het Verdrag tot instelling van één Raad en één Commissie welke de Europese Gemeenschappen gemeen hebben , inzonderheid op artikel 24 ,

Gezien het voorstel van de Commissie , gedaan na advies van het Comité voor het Statuut ( 1 ) ,

Gezien het advies van het Europese Parlement ( 2 ) ,

Gezien het advies van het Hof van Justitie ,

Overwegende dat bij artikel 2 van Verordening ( EEG , Euratom , EGKS ) nr . 259/68 ( 3 ) , laatstelijk gewijzigd bij Verordening ( Euratom , EGKS , EEG ) nr . 3084/78 ( 4 ) , het Statuut van de ambtenaren van de Europese Gemeenschappen en bij artikel 3 van deze verordening de regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van deze Gemeenschappen is vastgesteld ; dat de Raad dit Statuut en deze regeling op voorstel van de Commissie en na raadpleging van de betrokken Instellingen met gekwalificeerde meerderheid van stemmen dient te wijzigen ;

Overwegende dat het noodzakelijk is gebleken over te gaan tot wijziging van de bepalingen van het Statuut betreffende de bij de toepassing van het Statuut te gebruiken muntpariteiten en de modaliteiten voor de overmaking van een gedeelte van de inkomsten van een ambtenaar naar een ander land dan het land van de standplaats van de betrokkene ;

Overwegende dat dientengevolge , wat de muntpariteiten betreft , moet worden overgegaan tot wijziging van Verordening ( Euratom , EGKS , EEG ) nr . 2530/72 van de Raad van 4 december 1972 tot vaststelling van de bijzondere tijdelijke maatregelen betreffende de aanwerving van ambtenaren van de Europese Gemeenschappen ingevolge de toetreding van nieuwe Lid-Staten , alsmede betreffende de beëindiging van de dienst van ambtenaren van deze Gemeenschappen ( 5 ) en van Verordening ( EGKS , EEG , Euratom ) nr . 1543/73 van de Raad van 4 juni 1973 tot vaststelling van de bijzondere maatregelen welke tijdelijk van toepassing zijn op de ambtenaren van de Europese Gemeenschappen die bezoldigd worden uit de kredieten voor onderzoek en investeringen ( 6 ) ,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD :

Artikel 1

Artikel 63 van het Statuut wordt als volgt gelezen :

" Artikel 63

De bezoldiging van de ambtenaar wordt uitgedrukt in Belgische frank . Zij wordt uitbetaald in de valuta van het land waar de ambtenaar zijn functie uitoefent .

De bezoldiging , uitbetaald in een andere valuta dan de Belgische frank , wordt berekend op basis van de wisselkoersen die gebruikt worden voor de uitvoering van de algemene begroting der Europese Gemeenschappen op 1 juli 1978 .

Die datum wordt bij het in artikel 65 voorgeschreven jaarlijkse onderzoek naar het bezoldigingspeil op voorstel van de Commissie door de Raad gewijzigd met de gekwalificeerde meerderheid van stemmen vastgesteld in lid 2 , tweede alinea , eerste streepje , van artikel 148 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap en van artikel 118 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie .

Onverminderd de toepassing van de artikelen 64 en 65 worden de krachtens deze artikelen vastgestelde aanpassingscoëfficiënten in geval van wijziging van voornoemde datum aangepast door de Raad die , volgens de procedure van de derde alinea , de gevolgen van de schommeling van de Belgische frank ten opzichte van de in de tweede alinea bedoelde koersen corrigeert . " .

Artikel 2

Artikel 17 van bijlage VII van het Statuut wordt als volgt gelezen :

" Artikel 17

1 . De aan de ambtenaar verschuldigde bedragen worden uitbetaald op de plaats en in de valuta van het land waar de ambtenaar zijn functie uitoefent .

2 . Onder de voorwaarden van een regeling die , na advies van het Comité voor het Statuut , in gemeenschappelijk overleg door de Instellingen van de Gemeenschappen wordt vastgesteld , kan de ambtenaar :

a ) door bemiddeling van de Instelling waartoe hij behoort , regelmatig een deel van zijn inkomsten laten overmaken , indien dit niet het bedrag van de ontheemdingstoelage of de buitenlandtoelage overschrijdt ,

- hetzij in de valuta van de Lid-Staat waarvan hij onderdaan is ;

- hetzij in de valuta van de Lid-Staat waarin hij zelf woonachtig is , dan wel waar een gezinslid te zijnen laste verblijfplaats heeft ;

- hetzij in de valuta van het land waar hij zijn vorige standplaats had of van het land van de zetel van zijn Instelling , op voorwaarde dat het een ambtenaar betreft die buiten het grondgebied van de Gemeenschappen te werk is gesteld ;

b ) boven het in de aanhef van sub a ) aangegeven maximum regelmatig gelden laten overmaken , voor zover deze bestemd zijn voor de bestrijding van uitgaven die in het bijzonder verband houden met regelmatig terugkerende en met bewijzen gestaafde lasten die de ambtenaar buiten het land waar de zetel van zijn Instelling is gevestigd of waar hij zijn functie uitoefent , draagt ;

c ) bij hoge uitzondering en in deugdelijk gemotiveerde gevallen worden toegestaan de bedragen waarover hij in de sub a ) bedoelde valuta's zou willen beschikken , buiten bovengenoemde regelmatige overmakingen te doen overmaken .

3 . De in lid 2 bedoelde overmakingen geschieden op basis van de in artikel 63 , tweede alinea , van het Statuut bedoelde wisselkoersen ; op de over te maken bedragen wordt de coëfficiënt toegepast die verkregen wordt door deling van de aanpassingscoëfficiënt voor het land in welks valuta de overmaking geschiedt door de aanpassingscoëfficiënt die is vastgesteld voor het land waarin de ambtenaar zijn standplaats heeft . " .

Artikel 3

De vierde alinea van artikel 3 , lid 3 , van Verordening ( Euratom , EGKS , EEG ) nr . 2530/72 en van Verordening ( EGKS , EEG , Euratom ) nr . 1543/73 , wordt als volgt gelezen :

" De vergoeding die wordt betaald in een andere valuta dan de Belgische frank wordt berekend op basis van de in artikel 63 , tweede alinea , van het Statuut bedoelde pariteiten . " .

Artikel 4

Deze verordening treedt in werking op 1 januari 1979 .

Zij is van toepassing met ingang van 1 april 1979 .

Voor de pensionen en vergoedingen waarvan het nettobedrag een vermindering ondergaat ten opzichte van de toepassing van het thans geldende stelsel , is deze verordening evenwel eerst met ingang van 1 oktober 1979 van toepassing . Met ingang van die datum wordt het verschil tussen de nettobedragen zoals die voortvloeien uit de toepassing van deze verordening , en die welke in de maand september 1979 worden ontvangen , met 1/10 per maand verminderd .

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat .

Gedaan te Brussel , 21 december 1978 .

Voor de Raad

De Voorzitter

Otto Graf LAMBSDORFF

( 1 ) PB nr . C 99 van 22 . 4 . 1977 , blz . 5 .

( 2 ) PB nr . C 183 van 1 . 8 . 1977 , blz . 55 .

( 3 ) PB nr . L 56 van 4 . 3 . 1968 , blz . 1 .

( 4 ) Zie blz . 1 van dit Publikatieblad .

( 5 ) PB nr . L 272 van 5 . 12 . 1972 , blz . 1 .

( 6 ) PB nr . L 155 van 11 . 6 . 1973 , blz . 1 .

Top