EUR-Lex Access to European Union law
This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document C:2010:157:FULL
Official Journal of the European Union, C 157, 17 June 2010
Publicatieblad van de Europese Unie, C 157, 17 juni 2010
Publicatieblad van de Europese Unie, C 157, 17 juni 2010
ISSN 1725-2474 doi:10.3000/17252474.C_2010.157.nld |
||
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 157 |
|
Uitgave in de Nederlandse taal |
Mededelingen en bekendmakingen |
53e jaargang |
Nummer |
Inhoud |
Bladzijde |
|
IV Informatie |
|
|
INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE |
|
|
Europese Commissie |
|
2010/C 157/01 |
||
|
INFORMATIE OVER DE EUROPESE ECONOMISCHE RUIMTE |
|
|
Toezichthoudende Autoriteit van de EVA |
|
2010/C 157/02 |
||
2010/C 157/03 |
||
2010/C 157/04 |
||
|
|
|
(1) Voor de EER relevante tekst |
NL |
|
IV Informatie
INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE
Europese Commissie
17.6.2010 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 157/1 |
Wisselkoersen van de euro (1)
16 juni 2010
2010/C 157/01
1 euro =
|
Munteenheid |
Koers |
USD |
US-dollar |
1,2277 |
JPY |
Japanse yen |
112,15 |
DKK |
Deense kroon |
7,4382 |
GBP |
Pond sterling |
0,83085 |
SEK |
Zweedse kroon |
9,6014 |
CHF |
Zwitserse frank |
1,3888 |
ISK |
IJslandse kroon |
|
NOK |
Noorse kroon |
7,8780 |
BGN |
Bulgaarse lev |
1,9558 |
CZK |
Tsjechische koruna |
25,741 |
EEK |
Estlandse kroon |
15,6466 |
HUF |
Hongaarse forint |
281,07 |
LTL |
Litouwse litas |
3,4528 |
LVL |
Letlandse lat |
0,7073 |
PLN |
Poolse zloty |
4,0925 |
RON |
Roemeense leu |
4,2360 |
TRY |
Turkse lira |
1,9291 |
AUD |
Australische dollar |
1,4261 |
CAD |
Canadese dollar |
1,2631 |
HKD |
Hongkongse dollar |
9,5658 |
NZD |
Nieuw-Zeelandse dollar |
1,7651 |
SGD |
Singaporese dollar |
1,7141 |
KRW |
Zuid-Koreaanse won |
1 487,22 |
ZAR |
Zuid-Afrikaanse rand |
9,3836 |
CNY |
Chinese yuan renminbi |
8,3880 |
HRK |
Kroatische kuna |
7,2130 |
IDR |
Indonesische roepia |
11 254,79 |
MYR |
Maleisische ringgit |
4,0048 |
PHP |
Filipijnse peso |
56,760 |
RUB |
Russische roebel |
38,3500 |
THB |
Thaise baht |
39,796 |
BRL |
Braziliaanse real |
2,2048 |
MXN |
Mexicaanse peso |
15,5151 |
INR |
Indiase roepie |
57,1620 |
(1) Bron: door de Europese Centrale Bank gepubliceerde referentiekoers.
INFORMATIE OVER DE EUROPESE ECONOMISCHE RUIMTE
Toezichthoudende Autoriteit van de EVA
17.6.2010 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 157/2 |
Mededeling van Noorwegen in verband met Richtlijn 94/22/EG van het Europees Parlement en de Raad van 30 mei 1994 betreffende de voorwaarden voor het verlenen en het gebruik maken van vergunningen voor de prospectie, de exploratie en de winning van koolwaterstoffen
Bekendmaking van een uitnodiging tot het indienen van aanvragen voor vergunningen voor oliewinning op het Noors continentaal plat — Vergunningsronde in van tevoren afgebakende gebieden (Awards in Predefined Areas) 2010
2010/C 157/02
Het Noorse ministerie van Olie en Energie gaat hierbij over tot bekendmaking van een uitnodiging tot het indienen van aanvragen voor vergunningen voor oliewinning in overeenstemming met artikel 3, lid 2, onder a), van Richtlijn 94/22/EG van het Europees Parlement en de Raad van 30 mei 1994 betreffende de voorwaarden voor het verlenen en het gebruik maken van vergunningen voor de prospectie, de exploratie en de winning van koolwaterstoffen.
De toewijzing van vergunningen voor oliewinning geschiedt aan naamloze vennootschappen, geregistreerd in Noorwegen of in een andere staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (de EER-Overeenkomst), of aan natuurlijke personen die ingezetenen zijn van een staat die partij is bij de EER-Overeenkomst. De naamloze vennootschap dient te beschikken over een minimum aandelenkapitaal van 1 miljoen NOK of een bedrag dat in de valuta van het land van registratie hieraan gelijkwaardig is.
Ondernemingen die momenteel geen vergunninghouders op het continentaal plat van Noorwegen zijn, kunnen vergunningen voor oliewinning toegewezen krijgen indien zij tevoren reeds als geschikte vergunninghouders op het Noors continentaal plat zijn erkend.
Ondernemingen die individuele aanvragen indienen en ondernemingen die als onderdeel van een groep hun aanvragen indienen, zullen door het ministerie op gelijke voet worden behandeld. Aanvragers die een individuele aanvraag indienen of aanvragers die onderdeel zijn van een groep die gezamenlijk een aanvraag indient, zullen allen worden aangemerkt als aanvragers voor een winningsvergunning. Het ministerie kan aan de hand van door groepen of door individuele aanvragers ingediende aanvragen de samenstelling van de vergunninghoudende groepen bepalen en de exploitant voor deze groepen aanstellen.
Voor de toekenning van een participatie in een winningsvergunning is vereist dat de vergunninghouders een overeenkomst voor aardoliewinningsactiviteiten aangaan, daarbij inbegrepen een gezamenlijke exploitatie-overeenkomst en een financiële overeenkomst. Indien de winningsvergunning stratigrafisch wordt verdeeld, dienen de vergunninghouders van de twee stratigrafisch verdeelde vergunningen tevens een specifieke gezamenlijke exploitatieovereenkomst te sluiten waarin de onderlinge betrekkingen rond de verdeelsleutel worden geregeld.
De vergunninghouders vormen na de ondertekening van deze overeenkomsten een gemeenschappelijke onderneming waarin de omvang van hun participatie te allen tijde identiek is aan hun participatie in de winningsvergunning.
De vergunningsdocumenten zijn hoofdzakelijk gebaseerd op relevante stukken van de gunningsronde in van te voren afgebakende gebieden 2009. Het doel hiervan is de voornaamste elementen van aanpassingen aan het kader beschikbaar te stellen voor de bedrijfstak, voordat de aanvragen moeten worden ingediend.
Criteria voor de toekenning van een winningsvergunning
Voor het bevorderen van een verstandig beheer van de grondstoffen en een snelle en efficiënte exploratie naar en winning van aardolie op het Noors continentaal plat, met inbegrip van de samenstelling van groepen vergunninghouders om dit te bereiken, gelden de volgende criteria bij de toekenning van participaties in winningsvergunningen en voor de aanstelling van een exploitant:
a) |
de relevante technische expertise van de aanvrager, met inbegrip van expertise die betrekking heeft op ontsluitingswerkzaamheden, onderzoek, veiligheid en het milieu, en hoe deze expertise actief de kosteneffectieve exploratie en, eventueel, de winning van olie in het betrokken geografische gebied, kan bevorderen; |
b) |
dat de aanvrager over afdoende financiële middelen beschikt om de exploratie naar en, eventueel, de winning van olie in het desbetreffende geografische gebied uit te voeren; |
c) |
het inzicht van de aanvrager in de geologie van het betrokken geografische gebied, en hoe de vergunninghouders zich voorstellen een efficiënte exploratie naar olie uit te voeren; |
d) |
de eerder opgedane ervaring van de aanvrager op het Noors continentaal plat, dan wel gelijkwaardige relevante ervaring in andere gebieden; |
e) |
de ervaringen van het ministerie met betrekking tot de activiteiten van de aanvrager op het gebied van aardolie; |
f) |
ingeval de aanvragers zich als onderdeel van een groep presenteren, wordt rekening gehouden met de samenstelling van de groep, de aanbevolen exploitant en de collectieve competenties van de groep; |
g) |
winningsvergunningen worden hoofdzakelijk toegekend aan een gemeenschappelijke onderneming waarvan ten minste één deelnemer als exploitant ten minste één proefboring op het Noors continentaal plat heeft verricht, dan wel buiten het Noors continentaal plat gelijkwaardige relevante operationele ervaring heeft opgedaan; |
h) |
winningsvergunningen worden hoofdzakelijk toegekend aan twee of meer deelnemers wanneer ten minste één dezer over de onder g) genoemde ervaring beschikt; |
i) |
de voor winningsvergunningen in de Barentszzee aangestelde exploitant dient als exploitant ten minste één proefboring op het Noors continentaal plat te hebben verricht, dan wel buiten het Noors Continentaal Plat gelijkwaardige relevante operationele ervaring te hebben opgedaan; |
j) |
de voor winningsvergunningen in diep water aangestelde exploitant dient op het Noors continentaal plat ten minste één proefboring te hebben verricht, dan wel buiten het Noors continentaal plat gelijkwaardige relevante operationele ervaring te hebben opgedaan; |
k) |
de exploitant die is aangesteld voor winningsvergunningen waarbij het verrichten van proefboringen gepaard gaat met hoge druk en/of hoge temperaturen (HPHT), dient als exploitant op het Noors continentaal plat ten minste één proefboring te hebben verricht, dan wel buiten het Noors continentaal plat gelijkwaardige relevante operationele ervaring te hebben opgedaan. |
Blokken waarvoor aanvragen kunnen worden ingediend
Het geografische gebied waarvoor aanvragen kunnen worden ingediend is het gebied op het Noors continentaal plat dat voor deze vergunningsronde van tevoren is afgebakend. Aanvragen voor deelnemingen in winningsvergunningen kunnen worden ingediend voor de blokken waarvoor binnen het afgebakende gebied nog geen vergunningen zijn afgegeven en voor blokken of delen van blokken die vóór het verstrijken van de termijn voor het indienen van aanvragen zijn opgegeven en verlaten.
Bijgewerkte kaarten met de beschikbare blokken zijn te vinden op de site van het directoraat Olie van Noorwegen (Fact maps: http://www.npd.no/apa2009), of door contact op te nemen met het ministerie van Olie en Energie, Tel. +47 22246209.
Aanvragen voor vergunningen voor oliewinning moeten worden ingediend bij het:
Ministry of Petroleum and Energy |
PO Box 8148 Dep. |
0033 Oslo |
NORWAY |
Vóór: 12u00 's middags op 15 september 2010.
De toewijzing van vergunningen voor oliewinning in het kader van de gunningsronde 2010 voor van te voren afgebakende gebieden op het Noors continentaal plat zal niet eerder plaatsvinden dan 90 dagen na de datum van publicatie van de uitnodiging tot het indienen van aanvragen. Zij is gepland voor eind 2010/begin 2011, maar niet later dan 30 januari 2011.
Zie voor de volledige tekst van de mededeling en gedetailleerde kaarten van de beschikbare gebieden: http://www.npd.no/apa2009, of neem contact op met het ministerie van Olie en Energie, Tel. +47 22246209.
17.6.2010 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 157/5 |
Beknopte informatie van de EVA-staten betreffende overheidssteun die wordt verleend krachtens het in punt 1 j van bijlage XV van de EER-Overeenkomst genoemde besluit (Verordening (EG) nr. 800/2008 van de Commissie waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 87 en 88 van het Verdrag met de gemeenschappelijke markt verenigbaar worden verklaard — de algemene groepsvrijstellingsverordening)
2010/C 157/03
DEEL I
Steun nr. |
GBER 15/2009/ENV |
|||
Lidstaat |
Bulgarije |
|||
Steunverlenende autoriteit |
Naam |
Innovation Norway |
||
Adres |
|
|||
Webpagina |
http://www.norwaygrants.org |
|||
Benaming van de steunmaatregel |
Steun voor milieustudies in het kader van het Noorse samenwerkingsprogramma met Bulgarije |
|||
Nationale rechtsgrondslag (Referentie desbetreffende nationale officiële publicatie) |
Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Gemeenschap en het Koninkrijk Noorwegen betreffende een samenwerkingsprogramma voor economische groei en duurzame ontwikkeling in Bulgarije van 25.7.2007 (PB L 221 van 25.8.2007, blz. 46). |
|||
Weblink naar de volledige tekst van de steunmaatregel |
http://www.efta.int/content/legal-texts/eea-enlargement/bulg-2007 |
|||
Soort steun |
Steun voor milieustudies |
|
||
Ad-hoc steun Neen |
|
|||
Looptijd |
Regeling |
21.4.2009 tot 30.4.2011 |
||
Betrokken economische sector(en) |
Alle economische sectoren die in aanmerking komen voor steun |
Beperking van de emissie van broeikasgassen, energie-efficiëntie en hernieuwbare energie, vereenvoudiging van duurzame productie |
||
Soort begunstigde |
kmo |
Ja SV-Phoenix Ltd |
||
Grote ondernemingen |
Neen |
|||
Begrotingsmiddelen |
Totale geplande jaarbudget in het kader van de regeling |
250 000 NOK |
||
|
Subsidie |
Ja |
DEEL II
Algemene doelstellingen |
Doelstellingen |
Maximum steunintensiteit (in %) of maximum steunbedrag in nationale munteenheid |
kmo-verhogingen in % |
|
Steun ten behoeve van milieustudies (art. 24) |
50 % |
20/10 % |
17.6.2010 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 157/6 |
Beknopte informatie van de EVA-staten betreffende overheidssteun die wordt verleend krachtens het in punt 1 j van bijlage XV van de EER-Overeenkomst genoemde besluit (Verordening (EG) nr. 800/2008 van de Commissie waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 87 en 88 van het Verdrag met de gemeenschappelijke markt verenigbaar worden verklaard — de algemene groepsvrijstellingsverordening)
2010/C 157/04
DEEL I
Steun nr. |
GBER 16/2009/REG |
|||
Lidstaat |
Noorwegen |
|||
Regio |
Naam van de regio (NUTS) |
Soort regionale-steungebied |
||
Troms |
NUTS III |
|||
Steunverlenende autoriteit |
Naam |
Provincie Troms |
||
Adres |
|
|||
Webpagina |
http://www.tromsfylke.no/ |
|||
Benaming van de steunmaatregel |
Regionaal ontwikkelingsprogramma voor Troms 2009 (Regionalt utviklingsprogram for Troms 2009) |
|||
Nationale rechtsgrondslag (referentie desbetreffende nationale officiële publicatie) |
Begroting van de Raad van de provincie Troms (Fylkeskommunale midler tildelt av Fylkestinget over årlige budsjetter) |
|||
Weblink naar de volledige tekst van de steunmaatregel |
http://www.tromsfylke.no/Forside/Publikasjoner/Planer/tabid/332/Default.aspx |
|||
Soort steun |
Regeling |
Ja |
||
Aanpassing bestaande steunmaatregel |
Neen |
|
||
Looptijd |
Regeling |
1.10.2009 tot 31.12.2013 |
||
Betrokken economische sector(en) |
Alle economische sectoren komen voor steun in aanmerking |
Alle sectoren |
||
Soort begunstigde |
kmo |
Ja |
||
Grote ondernemingen |
Ja |
|||
Budget |
Totale geplande jaarbudget in het kader van de regeling |
50 miljoen NOK |
||
Steuninstrument (art. 5) |
Subsidie |
x |
||
Lening |
x |
DEEL II
Algemene doelstellingen (lijst) |
Doelstellingen (lijst) |
Maximum steunintensiteit in % of maximum steunbedrag in NOK |
KMO-verhogingen in % |
|
Regionale investerings- en werkgelegenheidssteun (art. 13) |
Regeling |
22 % |
Sone III: kleine ondernemingen: 30 % middelgrote ondernemingen: 20 % grote ondernemingen: 10 % Sone IV: kleine ondernemingen: 35 % middelgrote ondernemingen: 25 % en grote ondernemingen: 15 % Investeringen in verband met de verwerking en de afzet van landbouwproducten: 40 % |
|
Ad hoc-steun (art. 13, lid 1) |
… % |
|
||
Steun voor nieuw opgerichte kleine ondernemingen (art. 14) |
|
5 % |
30 % de eerste drie jaar en 20 % voor de laatste twee jaar |
|
KMO-steun ten behoeve van investeringen en werkgelegenheid (art. 15) |
|
10 % |
Kleine ondernemingen: 20 % Middelgrote ondernemingen: 10 % |
|
Steun voor nieuw, door vrouwelijke ondernemers opgerichte kleine ondernemingen (art. 16) |
|
6 % |
15 % voor de eerste vijf jaar (niet meer dan 1 miljoen EUR per onderneming) |
|
Steun voor milieubescherming (art. 17-25) |
Investeringssteun die ondernemingen in staat stelt verder te gaan dan communautaire normen inzake milieubescherming of, bij ontstentenis van communautaire normen, het niveau van milieubescherming te doen toenemen (art. 18) Geef a.u.b. een specifieke verwijzing naar de betrokken norm |
1 % |
Kleine ondernemingen: 55 % Middelgrote ondernemingen: 45 % Grote ondernemingen: 35 % Indien een onderneming een investering verricht waardoor zij in staat is verder te gaan dan communautaire normen inzake milieubescherming of, bij ontstentenis van communautaire normen, het niveau van milieubescherming te doen toenemen |
|
Steun voor de aanschaf van nieuwe vervoersmiddelen die verder gaan dan communautaire normen of die, bij ontstentenis van communautaire normen, het niveau van milieubescherming doen toenemen (art. 19) |
1 % |
55 %/45 % en 35 % voor resp. kleine, middelgrote en grote ondernemingen |
||
KMO-steun ten behoeve van vroege aanpassing aan toekomstige communautaire normen (art. 20) |
2 % |
15 %/10 % voor resp. kleine en middelgrote ondernemingen |
||
Milieu-investeringssteun ten behoeve van energiebesparende maatregelen (art. 21) |
1 % |
80 %/70 %/60 % voor resp. kleine, middelgrote en grote ondernemingen |
||
Milieu-investeringssteun ten behoeve van hoogrenderende warmtekrachtkoppeling (art. 22) |
1 % |
65 %/55 %/45 % voor resp. kleine, middelgrote en grote ondernemingen |
||
Milieu-investeringssteun ter stimulering van energie uit hernieuwbare energiebronnen (art. 23) |
1 % |
65 %/55 %/45 % voor resp. kleine, middelgrote en grote ondernemingen |
||
Steun ten behoeve van milieustudies (art. 24) |
3 % |
70 %/60 %/50 % voor resp. kleine, middelgrote en grote ondernemingen |
||
KMO-steun ten behoeve van consultancy en deelneming aan beurzen (art. 26-27) |
KMO-steun ten behoeve van consultancy (art. 26) |
3 % |
50 % |
|
KMO-steun ten behoeve van deelneming aan beurzen (art. 27) |
3 % |
50 % |
||
Steun voor onderzoek, ontwikkeling en innovatie (art. 30-37) |
Steun aan onderzoek- en ontwikkelingprojecten (art. 31) |
Fundamenteel onderzoek (art. 31, lid 2, onder a)) |
… % |
|
Industrieel onderzoek (art. 31, lid 2, onder b)) |
4 % |
55 % (grote ondernemingen) 65 % (kleine en middelgrote ondernemingen) 80 % volgens art. 31, lid 4, onder b) |
||
Experimentele ontwikkeling (art. 31, lid 2, onder c)) |
3 % |
45 %/35 % voor kleine/middelgrote ondernemingen. Of tot 15 % extra volgens art. 31, lid 4, onder b) |
||
Steun voor technische haalbaarheidsstudies (art. 32) |
5 % |
Kleine en middelgrote ondernemingen: 75 % (industrieel onderzoek) Kleine en middelgrote ondernemingen: 50 % (experimentele ontwikkeling).Grote ondernemingen: 65 % (industrieel onderzoek) en 45 % (experimentele ontwikkeling) |
||
Steun voor KMO’s ten behoeve van kosten voor industriële-eigendomsrechten (art. 33) |
1 % |
Kosten in verband met industrieel onderzoek: 55 % voor grote ondernemingen; 65 % voor kleine en middelgrote ondernemingen |
||
Steun voor onderzoek en ontwikkeling in de landbouw en visserij (art. 34) |
6 % |
100 % (O&O-instellingen) |
||
Steun voor jonge innoverende ondernemingen (art. 35) |
1 miljoen NOK |
Minder dan 1 miljoen EUR |
||
Steun voor innovatieadviesdiensten en voor diensten inzake innovatieondersteuning (art. 36) |
500 000 NOK |
Kleine en middelgrote ondernemingen. Minder dan 200 000 NOK per jaar |
||
Steun voor uitlenen van hooggekwalificeerd personeel (art. 37) |
500 000 NOK |
50 % voor kleine en middelgrote ondernemingen |
||
Opleidingssteun (art. 38-39) |
Specifieke opleiding (art. 38, lid 1) |
6 % |
(Sone III og IV) 40 % voor kleine en middelgrote ondernemingen 30 % voor grote ondernemingen |
|
Algemene opleiding (art. 38, lid 2) |
10 % |
75 % voor kleine en middelgrote ondernemingen 55 % voor grote ondernemingen (Sone III og IV) |
||
Steun voor kwetsbare en gehandicapte werknemers (art. 40-42) |
Steun in de vorm van loonsubsidies ten behoeve van de indienstneming van kwetsbare werknemers (art. 40) |
… % |
|
|
Werkgelegenheidssteun in de vorm van loonsubsidies ten behoeve van gehandicapte werknemers (art. 41) |
1 % |
75 % |
||
Steun ter compensatie van de bijkomende kosten voor het in dienst hebben van gehandicapte werknemers (art. 42) |
1 % |
100 % |
V Adviezen
PROCEDURES IN VERBAND MET DE UITVOERING VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK MEDEDINGINGSBELEID
Europese Commissie
17.6.2010 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 157/9 |
Mededeling van het Koninkrijk België met betrekking tot Richtlijn 94/22/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende de voorwaarden voor het verlenen en het gebruik maken van vergunningen voor de prospectie, de exploratie en de productie van koolwaterstoffen
(Voor de EER relevante tekst)
2010/C 157/05
Overeenkomstig artikel 10 van Richtlijn 94/22/EG van het Europees Parlement en de Raad van 30 mei 1994 betreffende de voorwaarden voor het verlenen en het gebruik maken van vergunningen voor de prospectie, de exploratie en de productie van koolwaterstoffen (1) deelt het Koninkrijk België de Europese Commissie onderstaande lijst van bevoegde instanties mee welke belast worden met de behandeling van aanvragen die betrekking hebben op grondgebied binnen de regio Wallonië:
— |
Alle aanvragen met het oog op het verkrijgen van een vergunning voor de prospectie en productie van aardolie en aardgas (koolwaterstoffen), overeenkomstig het Besluit van de Waalse Regering van 19 maart 2009 tot bepaling van de vorm en de modaliteiten van het onderzoek van de aanvragen tot exclusieve vergunning voor de opsporing of de ontginning van aardolie en brandbare gassen en tot wijziging van het besluit van de Waalse Regering van 4 juli 2002 tot bepaling van de lijst van de aan een milieueffectstudie onderworpen projecten en van de ingedeelde installaties en activiteiten, worden ingediend bij de volgende instantie:
|
— |
De Waalse Regering neemt een besluit over de vergunningsaanvragen. |
(1) PB L 164 van 30.6.1994, blz. 3.
17.6.2010 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 157/10 |
Mededeling van de Franse regering in verband met Richtlijn 94/22/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende de voorwaarden voor het verlenen en het gebruik maken van vergunningen voor de prospectie, de exploratie en de productie van koolwaterstoffen (1)
(Bericht betreffende de aanvragen voor exclusieve opsporingsvergunningen voor vloeibare of gasvormige koolwaterstoffen genaamd „Permis de Sens” en „Permis de Sergines”)
(Voor de EER relevante tekst)
2010/C 157/06
Bij verzoek van 11 december 2009 heeft de onderneming Realm Energy International waarvan de hoofdzetel gevestigd is te 2nd Floor, Berkeley Square House, Berkeley Square, London W1J 6BD, UNITED KINGDOM, een exclusieve vergunning aangevraagd voor de opsporing van vloeibare of gasvormige koolwaterstoffen, genaamd „Permis de Sens”.
Bij verzoek van 8 januari 2010 heeft de onderneming Concorde Energy LLC waarvan de hoofdzetel gevestigd is te 137 Bull Lea Road, Suite 200, Lexington, KY 40511, UNITED STATES OF AMERICA, een exclusieve vergunning aangevraagd voor de opsporing van vloeibare of gasvormige koolwaterstoffen, genaamd „Permis de Sergines”.
De gebieden waarop deze aanvragen, voor een duur van 5 jaar, betrekking hebben, hebben een gezamenlijke oppervlakte van ongeveer 775 km2 en hebben betrekking op een deel van de departementen Aube, Seine-et-Marne en Yonne. Hun omtrek wordt gevormd door de meridianen en breedtecirkels die de hoekpunten met de volgende geografische coördinaten met elkaar verbinden, uitgaande van de meridiaan van Parijs:
Hoekpunt |
Oosterlengte (graden) |
Noorderbreedte (graden) |
A |
0,80 |
53,90 |
B |
0,83 |
53,90 |
C |
0,83 |
53,85 |
D |
0,91 |
53,85 |
E |
0,91 |
53,90 |
F |
1,10 |
53,90 |
G |
1,10 |
53,80 |
H |
1,30 |
53,80 |
I |
1,30 |
53,70 |
J |
1,20 |
53,70 |
K |
1,20 |
53,60 |
L |
1,10 |
53,60 |
M |
1,10 |
53,50 |
N |
0,90 |
53,50 |
O |
0,90 |
53,80 |
P |
0,80 |
53,80 |
Indiening van aanvragen en gunningscriteria
De indieners van de oorspronkelijke aanvraag en ondernemingen die aanvragen om eveneens in aanmerking te komen moeten voldoen aan de voorwaarden als omschreven in de artikelen 4 en 5 van Besluit 2006-648 van 2 juni 2006 inzake mijnbouwtitels en vergunningen voor ondergrondse opslag (Staatsblad van de Franse Republiek van 3 juni 2006).
Geïnteresseerde bedrijven kunnen binnen een termijn van negentig dagen na de publicatie van deze mededeling verzoeken eveneens in aanmerking te komen voor deze vergunning, waarbij de procedure dient te worden gevolgd die is vermeld in de „Mededeling inzake het verkrijgen van mijnbouwtitels voor koolwaterstoffen in Frankrijk”, gepubliceerd in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen C 374 van 30 december 1994, blz. 11, en vastgesteld bij Besluit 2006-648 van 2 juni 2006 inzake mijnbouwtitels en vergunningen voor ondergrondse opslag (Staatsblad van de Franse Republiek van 3 juni 2006).
De aanvragen om eveneens in aanmerking te komen moeten worden gericht aan de minister belast met het mijnwezen op het onderstaande adres. Besluiten inzake de oorspronkelijke aanvraag en de aanvragen om eveneens in aanmerking te komen worden genomen binnen een termijn van twee jaar, te rekenen vanaf de datum van ontvangst door de Franse autoriteiten van de oorspronkelijke aanvraag, dat wil zeggen uiterlijk op 11 december 2011.
Voorwaarden en eisen betreffende de uitoefening en beëindiging van de opsporingsactiviteit
De aandacht van ondernemingen met belangstelling wordt gevestigd op de artikelen 79 en 79.1 van de mijnbouwcode en op Besluit 2006-649 van 2 juni 2006 betreffende de uitoefening van mijnbouwwerkzaamheden, werkzaamheden voor ondergrondse opslag en de politie voor mijnbouw en ondergrondse opslag (Staatsblad van de Franse Republiek van 3 juni 2006).
Nadere informatie kan worden verkregen op het volgende adres: ministère de l'écologie, de l'énergie, du développement durable et de la mer: Direction générale de l'énergie et climat, Direction de l'énergie, Sous-direction de la sécurité d'approvisionnement et des nouveaux produits énergétiques Grande Arche/Paroi Nord, 92055 La Défense Cedex, FRANCE, Tel. +33 140819529.
Alle bovengenoemde wettelijke en administratieve bepalingen kunnen worden geraadpleegd op de website van Légifrance: http://www.legifrance.gouv.fr
(1) PB L 164 van 30.6.1994, blz. 3.
17.6.2010 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 157/12 |
Mededeling van de Franse regering in verband met Richtlijn 94/22/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende de voorwaarden voor het verlenen en het gebruik maken van vergunningen voor de prospectie, de exploratie en de productie van koolwaterstoffen (1)
(Bericht betreffende de aanvraag voor een exclusieve opsporingsvergunning voor vloeibare of gasvormige koolwaterstoffen genaamd „Permis de Meaux”)
(Voor de EER relevante tekst)
2010/C 157/07
Bij verzoek van 19 november 2009 heeft de onderneming Realm Energy International waarvan de hoofdzetel gevestigd is te 2nd Floor, Berkeley Square House, Berkeley Square, London W1J 6BD, UNITED KINGDOM, voor een duur van 5 jaar een exclusieve vergunning aangevraagd voor de opsporing van vloeibare of gasvormige koolwaterstoffen, genaamd „Permis de Meaux”, met een oppervlakte van ongeveer 825 km2, gelegen in een deel van de departementen Aisne, Oise en Seine-et-Marne.
Het gebied waarop deze aanvraag betrekking heeft, heeft een omtrek die wordt gevormd door de meridianen en breedtecirkels die de hoekpunten met de volgende geografische coördinaten met elkaar verbinden, uitgaande van de meridiaan van Parijs:
Hoekpunt |
Oosterlengte (graden) |
Noorderbreedte (graden) |
A |
0,40 |
54,70 |
B |
1,00 |
54,70 |
C |
1,00 |
54,60 |
D |
0,60 |
54,60 |
E |
0,60 |
54,50 |
F |
0,70 |
54,50 |
G |
0,70 |
54,36 |
H |
0,66 |
54,36 |
I |
0,66 |
54,35 |
J |
0,64 |
54,35 |
K |
0,64 |
54,30 |
L |
0,54 |
54,30 |
M |
0,54 |
54,33 |
N |
0,53 |
54,33 |
O |
0,53 |
54,35 |
P |
0,51 |
54,35 |
Q |
0,51 |
54,36 |
R |
0,50 |
54,36 |
S |
0,50 |
54,37 |
T |
0,49 |
54,37 |
U |
0,49 |
54,39 |
V |
0,48 |
54,39 |
W |
0,48 |
54,40 |
X |
0,40 |
54,40 |
Indiening van aanvragen en gunningscriteria
De indieners van de oorspronkelijke aanvraag en ondernemingen die aanvragen om eveneens in aanmerking te komen moeten voldoen aan de voorwaarden als omschreven in de artikelen 4 en 5 van Besluit 2006-648 van 2 juni 2006 inzake mijnbouwtitels en vergunningen voor ondergrondse opslag (Staatsblad van de Franse Republiek van 3 juni 2006).
Geïnteresseerde bedrijven kunnen binnen een termijn van negentig dagen na de publicatie van deze mededeling verzoeken eveneens in aanmerking te komen voor deze vergunning, waarbij de procedure dient te worden gevolgd die is vermeld in de „Mededeling inzake het verkrijgen van mijnbouwtitels voor koolwaterstoffen in Frankrijk”, gepubliceerd in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen C 374 van 30 december 1994, blz. 11, en vastgesteld bij Besluit 2006-648 van 2 juni 2006 inzake mijnbouwtitels en vergunningen voor ondergrondse opslag (Staatsblad van de Franse Republiek van 3 juni 2006).
De aanvragen om eveneens in aanmerking te komen moeten worden gericht aan de minister belast met het mijnwezen op het onderstaande adres. Besluiten inzake de oorspronkelijke aanvraag en de aanvragen om eveneens in aanmerking te komen worden genomen binnen een termijn van twee jaar, te rekenen vanaf de datum van ontvangst door de Franse autoriteiten van de oorspronkelijke aanvraag, dat wil zeggen uiterlijk op 20 november 2011.
Voorwaarden en eisen betreffende de uitoefening en beëindiging van de opsporingsactiviteit
De aandacht van ondernemingen met belangstelling wordt gevestigd op de artikelen 79 en 79.1 van de mijnbouwcode en op Besluit 2006-649 van 2 juni 2006 betreffende de uitoefening van mijnbouwwerkzaamheden, werkzaamheden voor ondergrondse opslag en de politie voor mijnbouw en ondergrondse opslag (Staatsblad van de Franse Republiek van 3 juni 2006).
Nadere informatie kan worden verkregen op het volgende adres: Ministère de l'écologieμ, de l'énergie, du développement durable et Direction générale de l'énergie et climat, Direction de l'énergie, Sous-direction de la sécurité d'approvisionnement et des nouveaux produits énergétiques, Grande Arche/Paroi Nord, 92055 La Défense Cedex, FRANCE. Tel. + 33 140819529.
Alle bovengenoemde wettelijke en administratieve bepalingen kunnen worden geraadpleegd op de website van Légifrance: http://www.legifrance.gouv.fr
(1) PB L 164 van 30.6.1994, blz. 3.
17.6.2010 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 157/14 |
Mededeling van de Franse regering in verband met Richtlijn 94/22/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende de voorwaarden voor het verlenen en het gebruik maken van vergunningen voor de prospectie, de exploratie en de productie van koolwaterstoffen (1)
(Bericht betreffende de aanvraag voor een exclusieve opsporingsvergunning voor vloeibare of gasvormige koolwaterstoffen genaamd „Permis de Courpalay”)
(Voor de EER relevante tekst)
2010/C 157/08
Bij verzoek van 19 november 2009 heeft de onderneming Realm Energy International waarvan de hoofdzetel gevestigd is te 2nd Floor, Berkeley Square House, Berkeley Square, London W1J 6BD, UNITED KINGDOM, voor een duur van 5 jaar een exclusieve vergunning aangevraagd voor de opsporing van vloeibare of gasvormige koolwaterstoffen, genaamd „Permis de Courpalay”, met een oppervlakte van ongeveer 118 km2, gelegen in een deel van het departement Seine-et-Marne.
Het gebied waarop deze aanvraag betrekking heeft, heeft een omtrek die wordt gevormd door de meridianen en breedtecirkels die de hoekpunten met de volgende geografische coördinaten met elkaar verbinden, uitgaande van de meridiaan van Parijs:
Hoekpunt |
Oosterlengte (graden) |
Noorderbreedte (graden) |
A |
0,72 |
54,14 |
B |
0,74 |
54,14 |
C |
0,74 |
54,13 |
D |
0,80 |
54,13 |
E |
0,80 |
54,00 |
F |
0,62 |
54,00 |
G |
0,62 |
54,02 |
H |
0,63 |
54,02 |
I |
0,63 |
54,04 |
J |
0,64 |
54,04 |
K |
0,64 |
54,06 |
L |
0,66 |
54,06 |
M |
0,66 |
54,09 |
N |
0,72 |
54,09 |
Indiening van aanvragen en gunningscriteria
De indieners van de oorspronkelijke aanvraag en ondernemingen die aanvragen om eveneens in aanmerking te komen moeten voldoen aan de voorwaarden als omschreven in de artikelen 4 en 5 van Besluit 2006-648 van 2 juni 2006 inzake mijnbouwtitels en vergunningen voor ondergrondse opslag (Staatsblad van de Franse Republiek van 3 juni 2006).
Geïnteresseerde bedrijven kunnen binnen een termijn van negentig dagen na de publicatie van deze mededeling verzoeken eveneens in aanmerking te komen voor deze vergunning, waarbij de procedure dient te worden gevolgd die is vermeld in de „Mededeling inzake het verkrijgen van mijnbouwtitels voor koolwaterstoffen in Frankrijk”, gepubliceerd in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen C 374 van 30 december 1994, blz. 11, en vastgesteld bij Besluit 2006-648 van 2 juni 2006 inzake mijnbouwtitels en vergunningen voor ondergrondse opslag (Staatsblad van de Franse Republiek van 3 juni 2006).
De aanvragen om eveneens in aanmerking te komen moeten worden gericht aan de minister belast met het mijnwezen op het onderstaande adres. Besluiten inzake de oorspronkelijke aanvraag en de aanvragen om eveneens in aanmerking te komen worden genomen binnen een termijn van twee jaar, te rekenen vanaf de datum van ontvangst door de Franse autoriteiten van de oorspronkelijke aanvraag, dat wil zeggen uiterlijk op 20 november 2011.
Voorwaarden en eisen betreffende de uitoefening en beëindiging van de opsporingsactiviteit
De aandacht van ondernemingen met belangstelling wordt gevestigd op de artikelen 79 en 79.1 van de mijnbouwcode en op Besluit 2006-649 van 2 juni 2006 betreffende de uitoefening van mijnbouwwerkzaamheden, werkzaamheden voor ondergrondse opslag en de politie voor mijnbouw en ondergrondse opslag (Staatsblad van de Franse Republiek van 3 juni 2006).
Nadere informatie kan worden verkregen op het volgende adres: Ministère de l'Écologie, de l'Énergie, du Développement durable et de la Mer: Direction générale de l'énergie et climat, Direction de l'énergie, Sous-direction de la sécurité d'approvisionnement et des nouveaux produits énergétiques Grande Arche/Paroi Nord, 92055 La Défense Cedex, FRANCE. Tel. +33 140819529.
Alle bovengenoemde wettelijke en administratieve bepalingen kunnen worden geraadpleegd op de website van Légifrance: http://www.legifrance.gouv.fr
(1) PB L 164 van 30.6.1994, blz. 3.
17.6.2010 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 157/16 |
Mededeling van de Franse regering in verband met Richtlijn 94/22/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende de voorwaarden voor het verlenen en het gebruik maken van vergunningen voor de prospectie, de exploratie en de productie van koolwaterstoffen (1)
(Bericht betreffende de aanvragen voor exclusieve opsporingsvergunningen voor vloeibare of gasvormige koolwaterstoffen genaamd „Permis du pays de Bray” en „Permis du pays de Bray-Sud”)
(Voor de EER relevante tekst)
2010/C 157/09
Bij verzoek van 21 april en 19 augustus 2009 heeft de onderneming POROS SAS waarvan de hoofdzetel gevestigd is te 145 rue Michel Carré, BP 73, 95100 Argenteuil Cedex, FRANCE, voor een duur van 5 jaar twee exclusieve vergunningen aangevraagd voor de opsporing van vloeibare of gasvormige koolwaterstoffen, genaamd „Permis du pays de Bray” en „Permis du pays de Bray-Sud”.
De gebieden waarop deze aanvragen betrekking hebben, hebben een omtrek die wordt gevormd door de meridianen en breedtecirkels die de hoekpunten met de volgende geografische coördinaten met elkaar verbinden, uitgaande van de meridiaan van Parijs:
„Permis du pays de Bray”, ongeveer 587 km2 gelegen in de departementen Oise en Seine-Maritime |
||
Hoekpunt |
Noorderbreedte (graden) |
Westerlengte (graden) |
A |
55,10 |
0,70 |
B |
55,10 |
0,30 |
C |
54,80 |
0,30 |
D |
54,80 |
0,40 |
E |
54,90 |
0,40 |
F |
54,90 |
0,70 |
„Permis du pays de Bray-Sud”, ongeveer 261 km2 gelegen in het departement Oise |
||
Hoekpunt |
Noorderbreedte (graden) |
Westerlengte (graden) |
A |
54,90 |
0,30 |
B |
54,90 |
0,10 |
C |
54,80 |
0,10 |
D |
54,80 |
0,00 |
E |
54,70 |
0,00 |
F |
54,70 |
0,20 |
G |
54,80 |
0,20 |
H |
54,80 |
0,30 |
Indiening van aanvragen en gunningscriteria
De indieners van de oorspronkelijke aanvraag en ondernemingen die aanvragen om eveneens in aanmerking te komen moeten voldoen aan de voorwaarden als omschreven in de artikelen 4 en 5 van Besluit 2006-648 van 2 juni 2006 inzake mijnbouwtitels en vergunningen voor ondergrondse opslag (Staatsblad van de Franse Republiek van 3 juni 2006).
Geïnteresseerde bedrijven kunnen binnen een termijn van negentig dagen na de publicatie van deze mededeling verzoeken eveneens in aanmerking te komen voor deze vergunning, waarbij de procedure dient te worden gevolgd die is vermeld in de „Mededeling inzake het verkrijgen van mijnbouwtitels voor koolwaterstoffen in Frankrijk”, gepubliceerd in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen C 374 van 30 december 1994, blz. 11, en vastgesteld bij Besluit 2006-648 van 2 juni 2006 inzake mijnbouwtitels en vergunningen voor ondergrondse opslag (Staatsblad van de Franse Republiek van 3 juni 2006).
De aanvragen om eveneens in aanmerking te komen moeten worden gericht aan de minister belast met het mijnwezen op het onderstaande adres. Besluiten inzake de oorspronkelijke aanvraag en de aanvragen om eveneens in aanmerking te komen worden genomen binnen een termijn van twee jaar, te rekenen vanaf de datum van ontvangst door de Franse autoriteiten van de oorspronkelijke aanvragen, dat wil zeggen uiterlijk op 14 mei 2011 wat de „Permis du pays de Bray” betreft, en 19 augustus 2011 wat de „Permis du pays de Bray-Sud” betreft.
Voorwaarden en eisen betreffende de uitoefening en beëindiging van de opsporingsactiviteit
De aandacht van ondernemingen met belangstelling wordt gevestigd op de artikelen 79 en 79.1 van de mijnbouwcode en op Besluit 2006-649 van 2 juni 2006 betreffende de uitoefening van mijnbouwwerkzaamheden, werkzaamheden voor ondergrondse opslag en de politie voor mijnbouw en ondergrondse opslag (Staatsblad van de Franse Republiek van 3 juni 2006).
Nadere informatie kan worden verkregen op het volgende adres: Ministère de l'Écologie, de l'Énergie, du Développement durable et de la Mer: Direction générale de l'énergie et climat, Direction de l'énergie, Sous-direction de la sécurité d'approvisionnement et des nouveaux produits énergétiques Grande Arche/Paroi Nord, 92055 La Défense Cedex, FRANCE. Tel. 33 140819529.
Alle bovengenoemde wettelijke en administratieve bepalingen kunnen worden geraadpleegd op de website van Légifrance: http://www.legifrance.gouv.fr
(1) PB L 164 van 30.6.1994, blz. 3.
17.6.2010 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 157/18 |
Mededeling van de Franse regering in verband met Richtlijn 94/22/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende de voorwaarden voor het verlenen en het gebruik maken van vergunningen voor de prospectie, de exploratie en de productie van koolwaterstoffen (1)
(Bericht betreffende de aanvraag voor een exclusieve opsporingsvergunning voor vloeibare of gasvormige koolwaterstoffen genaamd „Permis de Chailley”)
(Voor de EER relevante tekst)
2010/C 157/10
Bij verzoek van 13 februari 2009 heeft de onderneming Thermopyles SAS waarvan de hoofdzetel gevestigd is te 50 rue du Midi, 94300 Vincennes, (FRANCE), voor een duur van 5 jaar een exclusieve vergunning aangevraagd voor de opsporing van vloeibare of gasvormige koolwaterstoffen, genaamd „Permis de Chailley”, met een oppervlakte van ongeveer 671 km2, gelegen in een deel van de departementen Yonne en Aube.
Het gebied waarop deze aanvraag betrekking heeft, heeft een omtrek die wordt gevormd door de meridianen en breedtecirkels die de hoekpunten met de volgende geografische coördinaten met elkaar verbinden, uitgaande van de meridiaan van Parijs:
Hoekpunt |
Oosterlengte (graden) |
Noorderbreedte (graden) |
A |
1,80 |
53,50 |
B |
1,30 |
53,50 |
C |
1,30 |
53,30 |
D |
1,80 |
53,30 |
Indiening van aanvragen en gunningscriteria
De indieners van de oorspronkelijke aanvraag en ondernemingen die aanvragen om eveneens in aanmerking te komen moeten voldoen aan de voorwaarden als omschreven in de artikelen 4 en 5 van Besluit 2006-648 van 2 juni 2006 inzake mijnbouwtitels en vergunningen voor ondergrondse opslag (Staatsblad van de Franse Republiek van 3 juni 2006).
Geïnteresseerde bedrijven kunnen binnen een termijn van negentig dagen na de publicatie van deze mededeling verzoeken eveneens in aanmerking te komen voor deze vergunning, waarbij de procedure dient te worden gevolgd die is vermeld in de „Mededeling inzake het verkrijgen van mijnbouwtitels voor koolwaterstoffen in Frankrijk”, gepubliceerd in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen C 374 van 30 december 1994, blz. 11, en vastgesteld bij Besluit 2006-648 van 2 juni 2006 inzake mijnbouwtitels en vergunningen voor ondergrondse opslag (Staatsblad van de Franse Republiek van 3 juni 2006).
De aanvragen om eveneens in aanmerking te komen moeten worden gericht aan de minister belast met het mijnwezen op het onderstaande adres. Besluiten inzake de oorspronkelijke aanvraag en de aanvragen om eveneens in aanmerking te komen worden genomen binnen een termijn van twee jaar, te rekenen vanaf de datum van ontvangst door de Franse autoriteiten van de oorspronkelijke aanvraag, dat wil zeggen uiterlijk op 18 februari 2011.
Voorwaarden en eisen betreffende de uitoefening en beëindiging van de opsporingsactiviteit
De aandacht van ondernemingen met belangstelling wordt gevestigd op de artikelen 79 en 79.1 van de mijnbouwcode en op Besluit 2006-649 van 2 juni 2006 betreffende de uitoefening van mijnbouwwerkzaamheden, werkzaamheden voor ondergrondse opslag en de politie voor mijnbouw en ondergrondse opslag (Staatsblad van de Franse Republiek van 3 juni 2006).
Nadere informatie kan worden verkregen op het volgende adres: Ministère de l'Écologie, de l'Énergie, du Développement durable et de la Mer: Direction générale de l'énergie et climat, Direction de l'énergie, Sous-direction de la sécurité d'approvisionnement et des nouveaux produits énergétiques Grande Arche de la Défense/Paroi Nord, 92055 La Défense Cedex, FRANCE, Tel. +33 140819529.
Alle bovengenoemde wettelijke en administratieve bepalingen kunnen worden geraadpleegd op de website van Légifrance: http://www.legifrance.gouv.fr
(1) PB L 164 van 30.6.1994, blz. 3.
17.6.2010 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 157/19 |
Voorafgaande aanmelding van een concentratie
(Zaak COMP/M.5747 — Iberia/British Airways)
(Voor de EER relevante tekst)
2010/C 157/11
1. |
Op 10 juni 2010 heeft de Commissie een aanmelding van een voorgenomen concentratie in de zin van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (1) ontvangen. Hierin is meegedeeld dat Iberia Líneas Aéreas de España, S.A. („Iberia”, Spanje) een volledige fusie in de zin van artikel 3, lid 1, onder b), van de EG-concentratieverordening aangaat met British Airways Plc („British Airways”, Verenigd Koninkrijk). |
2. |
De bedrijfswerkzaamheden van de betrokken ondernemingen zijn:
|
3. |
Op grond van een voorlopig onderzoek is de Commissie van oordeel dat de aangemelde transactie binnen het toepassingsgebied van de EG-concentratieverordening kan vallen. Ten aanzien van dit punt wordt de definitieve beslissing echter aangehouden. |
4. |
De Commissie verzoekt belanghebbenden haar hun eventuele opmerkingen over de voorgenomen concentratie kenbaar te maken. Deze opmerkingen moeten de Commissie uiterlijk tien dagen na dagtekening van deze bekendmaking hebben bereikt. Zij kunnen per faxbericht (+32 22964301), per e-mail naar COMP-MERGER-REGISTRY@ec.europa.eu of per post, onder vermelding van zaaknummer COMP/M.5747 — Iberia/British Airways, aan onderstaand adres worden toegezonden:
|
(1) PB L 24 van 29.1.2004, blz. 1 (de „EG-concentratieverordening”).
17.6.2010 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 157/20 |
Voorafgaande aanmelding van een concentratie
(Zaak COMP/M.5779 — Comcast/NBC Universal)
(Voor de EER relevante tekst)
2010/C 157/12
1. |
Op 11 juni 2010 heeft de Commissie een aanmelding van een voorgenomen concentratie in de zin van artikel 4 en na een verwijzing in het kader van artikel 4, lid 5, van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (1) ontvangen. Hierin is meegedeeld dat de onderneming Comcast Corporation („Comcast”, Verenigde Staten) in de zin van artikel 3, lid 1, onder b), van de EG-concentratieverordening de volledige zeggenschap verkrijgt over NBC Universal, Inc. („NBCU”, Verenigde Staten) door de verwerving van aandelen. |
2. |
De bedrijfswerkzaamheden van de betrokken ondernemingen zijn:
|
3. |
Op grond van een voorlopig onderzoek is de Commissie van oordeel dat de aangemelde transactie binnen het toepassingsgebied van de EG-concentratieverordening kan vallen. Ten aanzien van dit punt wordt de definitieve beslissing echter aangehouden. |
4. |
De Commissie verzoekt belanghebbenden haar hun eventuele opmerkingen over de voorgenomen concentratie kenbaar te maken. Deze opmerkingen moeten de Commissie uiterlijk tien dagen na dagtekening van deze bekendmaking hebben bereikt. Zij kunnen per faxbericht (+32 22964301), per e-mail naar COMP-MERGER-REGISTRY@ec.europa.eu of per post, onder vermelding van zaaknummer COMP/M.5779 — Comcast/NBC Universal, aan onderstaand adres worden toegezonden:
|
(1) PB L 24 van 29.1.2004, blz. 1 (de „EG-concentratieverordening”).
17.6.2010 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 157/21 |
Voorafgaande aanmelding van een concentratie
(Zaak COMP/M.5877 — Geodis/Giraud)
(Voor de EER relevante tekst)
2010/C 157/13
1. |
Op 11 juni 2010 heeft de Commissie een aanmelding van een voorgenomen concentratie in de zin van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (1) ontvangen. Hierin is meegedeeld dat Geodis („Geodis”, Frankrijk), een volle dochteronderneming van SNCF Participations („SNCF-P”, Frankrijk), in de zin van artikel 3, lid 1, onder b), van de concentratieverordening de uitsluitende zeggenschap verkrijgt over Giraud International („Giraud”, Frankrijk). |
2. |
De bedrijfswerkzaamheden van de betrokken ondernemingen zijn:
|
3. |
Op grond van een voorlopig onderzoek is de Commissie van oordeel dat de aangemelde transactie binnen het toepassingsgebied van de EG-concentratieverordening kan vallen. Ten aanzien van dit punt wordt de definitieve beslissing echter aangehouden. |
4. |
De Commissie verzoekt belanghebbenden haar hun eventuele opmerkingen over de voorgenomen concentratie kenbaar te maken. Deze opmerkingen moeten de Commissie uiterlijk tien dagen na dagtekening van deze bekendmaking hebben bereikt. Zij kunnen per faxbericht (+32 22964301), per e-mail naar COMP-MERGER-REGISTRY@ec.europa.eu of per post, onder vermelding van zaaknummer COMP/M.5877 — Geodis/Giraud, aan onderstaand adres worden toegezonden:
|
(1) PB L 24 van 29.1.2004, blz. 1 (de „EG-concentratieverordening”).