Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document C:2010:322:FULL

Publicatieblad van de Europese Unie, C 322, 27 november 2010


Display all documents published in this Official Journal
 

ISSN 1725-2474

doi:10.3000/17252474.C_2010.322.nld

Publicatieblad

van de Europese Unie

C 322

European flag  

Uitgave in de Nederlandse taal

Mededelingen en bekendmakingen

53e jaargang
27 november 2010


Nummer

Inhoud

Bladzijde

 

I   Resoluties, aanbevelingen en adviezen

 

ADVIEZEN

 

Raad

2010/C 322/01

Resolutie van de Raad van 18 november 2010 inzake de gestructureerde EU-dialoog over sport

1

 

IV   Informatie

 

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE

 

Raad

2010/C 322/02

Besluit van de Raad van 22 november 2010 tot benoeming van de gewone en de plaatsvervangende leden van de raad van bestuur van het Europees Agentschap voor de veiligheid en de gezondheid op het werk

3

2010/C 322/03

Besluit van de Raad van 22 november 2010 houdende benoeming van de gewone en de plaatsvervangende leden van de raad van bestuur van de Europese Stichting tot verbetering van de levens- en arbeidsomstandigheden

8

 

Europese Commissie

2010/C 322/04

Wisselkoersen van de euro

12

 

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE LIDSTATEN

2010/C 322/05

Belasting over de toegevoegde waarde (BTW) (Vrijstelling beleggingsgoud) — Lijst van gouden munten die voldoen aan de criteria van artikel 344, lid 1, punt 2, van Richtlijn 2006/112/EG van de Raad (bijzondere regeling voor beleggingsgoud) — Geldig voor het jaar 2011

13

 

V   Adviezen

 

PROCEDURES IN VERBAND MET DE UITVOERING VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE HANDELSPOLITIEK

 

Europese Commissie

2010/C 322/06

Bericht van het naderend vervallen van bepaalde antidumpingmaatregelen

27

 

PROCEDURES IN VERBAND MET DE UITVOERING VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK MEDEDINGINGSBELEID

 

Europese Commissie

2010/C 322/07

Voorafgaande aanmelding van een concentratie (Zaak COMP/M.6039 — GE/Dresser) ( 1 )

28

2010/C 322/08

Voorafgaande aanmelding van een concentratie (Zaak COMP/M.6074 — ČEZ/EPH/Mibrag Group) ( 1 )

29

2010/C 322/09

Voorafgaande aanmelding van een concentratie (Zaak COMP/M.6072 — Carlyle/Primondo Operations) — Voor een vereenvoudigde procedure in aanmerking komende zaak ( 1 )

30

 

ANDERE HANDELINGEN

 

Europese Commissie

2010/C 322/10

Bekendmaking van een aanvraag overeenkomstig artikel 6, lid 2, van Verordening (EG) nr. 510/2006 van de Raad inzake de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen

31

2010/C 322/11

Bekendmaking van een aanvraag overeenkomstig artikel 6, lid 2, van Verordening (EG) nr. 510/2006 van de Raad inzake de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen

35

 


 

(1)   Voor de EER relevante tekst

NL

 


I Resoluties, aanbevelingen en adviezen

ADVIEZEN

Raad

27.11.2010   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 322/1


RESOLUTIE VAN DE RAAD

van 18 november 2010

inzake de gestructureerde EU-dialoog over sport

2010/C 322/01

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

1.   HERINNEREND AAN HET VOLGENDE:

i)

artikel 165 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, dat de Unie met name oproept „bij te dragen tot de bevordering van de Europese inzet op sportgebied, rekening houdend met haar specifieke kenmerken, haar op vrijwilligerswerk berustende structuren en haar sociale en educatieve functie” en „de Europese dimensie van sport te ontwikkelen”;

ii)

de Verklaring van de Europese Raad over sport in bijlage 5 bij de conclusies van het voorzitterschap (Brussel, 12 december 2008), waarin wordt opgeroepen de constructieve dialoog met het Internationaal Olympisch Comité en de vertegenwoordigers van de sportwereld te intensiveren.

2.   ZICH ERVAN BEWUST:

i)

dat op nationaal, regionaal en lokaal niveau reeds geruime tijd diverse dialoogmechanismen op het gebied van sport voorhanden zijn;

ii)

dat opeenvolgende EU-voorzitterschappen een aantal informele bijeenkomsten van de ministers van Sport en de voor sport bevoegde directeuren hebben belegd;

iii)

dat er op EU-niveau een dialoog met stakeholders van de sport heeft plaatsgevonden op verschillende niveaus, met name in het kader van het EU-sportforum;

iv)

dat er een Europese sociale dialoog in de sportsector wordt gevoerd, en dat er in 2008 een comité voor de sectorale sociale dialoog over voetbal is opgericht.

3.   IS VAN OORDEEL DAT:

i)

de inwerkingtreding van het Verdrag van Lissabon een nieuw tijdperk inluidt voor de EU-prioriteiten op het gebied van sport;

ii)

een versterkte EU-dialoog met stakeholders uit de sportwereld de gelegenheid biedt voor een permanente en gestructureerde gedachtewisseling over prioriteiten, uitvoering en follow-up van de EU-samenwerking op sportgebied;

iii)

die dialoog verder moet worden ontwikkeld door de bestaande structuren en praktijken te consolideren, met name het jaarlijks EU-sportforum;

iv)

er tevens een specifieke noodzaak is om de component op hoog niveau van de reeds bestaande dialoog, gekoppeld aan Raadszittingen, te versterken.

4.   KOMT DERHALVE OVEREEN DAT HET VOORZITTERSCHAP VAN DE RAAD:

i)

op gezette tijden, in het algemeen in de marge van de Raadszitting, een informele bijeenkomst van vooraanstaande vertegenwoordigers van de EU-overheidsinstanties en van de sportwereld moet beleggen, om van gedachten te wisselen over sportvraagstukken in de EU;

ii)

na het nodige overleg voor elke bijeenkomst een agenda moet opstellen, waarop met name kwesties worden geplaatst die in recente of komende Raadszittingen zijn of moeten worden behandeld;

iii)

een beperkt aantal deelnemers moet uitnodigen voor de bijeenkomst, en daarbij moet streven naar een evenwichtige vertegenwoordiging van de EU-overheidsinstanties en de sportwereld;

iv)

voor zo'n bijeenkomst vertegenwoordigers moet uitnodigen van de Raad (het teamvoorzitterschap en een vertegenwoordiger van het volgende teamvoorzitterschap, bijgestaan door het Raadssecretariaat), de Europese Commissie en het Europees Parlement;

v)

moet streven naar een representatieve, brede en evenwichtige deelneming van de sportwereld aan de bijeenkomst, met bijzondere nadruk op instanties uit de EU en uit Europa.

Bij het vaststellen van de lijst van genodigden uit de sportwereld moet het voorzitterschap ten volle rekening houden met de agenda van de Raadszitting, de prioriteiten van het teamvoorzitterschap, en urgente kwesties en actuele onderwerpen, waaronder de vraagstukken die tijdens het jaarlijks EU-sportforum aan de orde zijn gesteld. Waar nodig dient ook te worden gelet op de continuïteit van de vertegenwoordiging.

In dat verband moet het voorzitterschap uitgaan van de volgende richtsnoeren:

de diversiteit van de sportwereld moet worden weerspiegeld door in het bijzonder rekening te houden met de volgende aspecten: olympische en niet-olympische sport; professionele sport en amateursport; wedstrijdsport en recreatieve sport, alsmede breedtesport en gehandicaptensport;

er moet rekening worden gehouden met de belangen van de diverse actoren in de sportsector, waaronder de actoren met een Europese dimensie, zoals koepelorganisaties, Europese en nationale federaties, clubs en sportmannen en -vrouwen;

de specifieke kenmerken van de sportsector moeten in aanmerking worden genomen;

er moet ook rekening worden gehouden met de internationale dimensie van de EU-samenwerking op sportgebied.


IV Informatie

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE

Raad

27.11.2010   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 322/3


BESLUIT VAN DE RAAD

van 22 november 2010

tot benoeming van de gewone en de plaatsvervangende leden van de raad van bestuur van het Europees Agentschap voor de veiligheid en de gezondheid op het werk

2010/C 322/02

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 2062/94 van de Raad van 18 juli 1994 tot oprichting van een Europees Agentschap voor de veiligheid en de gezondheid op het werk (1), en met name artikel 8,

Gezien de lijsten van kandidaten die door de regeringen der lidstaten en door de werkgevers- en werknemersorganisaties bij de Raad zijn ingediend,

Gezien de lijsten van gewone en plaatsvervangende leden van het Raadgevend Comité voor de veiligheid en de gezondheid op het werk,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De Raad heeft bij besluit van 8 november 2007 (2) de gewone en de plaatsvervangende leden van de raad van bestuur van het Europees Agentschap voor de veiligheid en de gezondheid op het werk benoemd voor het tijdvak van 8 november 2007 tot en met 7 november 2010.

(2)

De gewone leden en de plaatsvervangende leden van de raad van bestuur moeten worden benoemd voor een tijdvak van drie jaar,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Tot gewoon lid of plaatsvervangend lid van de raad van bestuur van het Europees Agentschap voor de veiligheid en de gezondheid op het werk worden voor het tijdvak van 8 november 2010 tot en met 7 november 2013 benoemd:

I.   VERTEGENWOORDIGERS VAN DE REGERINGEN

Land

Leden

Plaatsvervangers

België

de heer Willy IMBRECHTS

de heer Christian DENEVE

Bulgarije

de heer Atanas KOLCHAKOV

mevrouw Darina KONOVA

Tsjechië

mevrouw Daniela KUBÍČKOVÁ

mevrouw Anežka SIXTOVÁ

Denemarken

mevrouw Charlotte SKJOLDAGER

mevrouw Annemarie KNUDSEN

Duitsland

de heer Ulrich RIESE

de heer Kai SCHÄFER

Estland

de heer Tiit KAADU

mevrouw Pille STRAUSS-RAATS

Ierland

de heer Daniel KELLY

mevrouw Mary DORGAN

Griekenland

mevrouw Elissavet GALANOPOULOU

de heer Antonios CHRISTODOULOU

Spanje

mevrouw Concepción PASCUAL LIZANA

de heer Mario GRAU RIOS

Frankrijk

mevrouw Mireille JARRY

de heer Laurent GRANGERET

Italië

 

 

Cyprus

de heer Leandros NICOLAIDES

de heer Anastasios YIANNAKI

Letland

de heer Renārs LŪSIS

mevrouw Jolanta GEDUŠA

Litouwen

mevrouw Aldona SABAITIENĖ

mevrouw Vilija KONDROTIENĖ

Luxemburg

 

 

Hongarije

 

 

Malta

 

 

Nederland

de heer M. P. FLIER

de heer M. G. DEN HELD

Oostenrijk

mevrouw Gertrud BREINDL

mevrouw Eva-Elisabeth SZYMANSKI

Polen

mevrouw Danuta KORADECKA

de heer Daniel Andrzej PODGÓRSKI

Portugal

de heer Luís Filipe NASCIMENTO LOPES

de heer José Manuel dos SANTOS

Roemenië

de heer Marian TĂNASE

mevrouw Anca Mihaela PRICOP

Slovenië

mevrouw Tatjana PETRIČEK

de heer Jože HAUKO

Slowakije

mevrouw Laurencia JANČUROVÁ

mevrouw Elena PALIKOVÁ

Finland

de heer Leo SUOMAA

de heer Erkki YRJÄNHEIKKI

Zweden

de heer Mikael SJÖBERG

de heer Stefan HULT

Verenigd Koninkrijk

de heer Clive FLEMING

de heer Stuart BRISTOW


II.   VERTEGENWOORDIGERS VAN DE WERKNEMERSORGANISATIES

Land

Leden

Plaatsvervangers

België

de heer François PHILIPS

de heer Herman FONCK

Bulgarije

de heer Aleksander ZAGOROV

de heer Ivan KOKALOV

Tsjechië

de heer Jaroslav ZAVADIL

de heer Miroslav KOSINA

Denemarken

de heer Jan KAHR FREDERIKSEN

mevrouw Lone JACOBSEN

Duitsland

 

 

Estland

de heer Argo SOON

de heer Ülo KRISTJUHAN

Ierland

de heer Sylvester CRONIN

mevrouw Esther LYNCH

Griekenland

de heer Ioannis ADAMAKIS

de heer Ioannis VASSILOPOULOS

Spanje

mevrouw Marisa RUFINO

de heer Pedro J. LINARES

Frankrijk

de heer Gilles SEITZ

de heer Henri FOREST

Italië

de heer Sebastiano CALLERI

mevrouw Gabriella GALLI

Cyprus

mevrouw Maria THEOCHARIDOU

de heer Nicos ANDREOU

Letland

de heer Ziedonis ANTAPSONS

de heer Mārtiņš PUŽULS

Litouwen

de heer Vitalius JARMONTOVIČIUS

de heer Gediminas MOZŪRA

Luxemburg

 

 

Hongarije

de heer Károly GYÖRGY

mevrouw Erika KOLLER

Malta

 

 

Nederland

de heer H. VAN STEENBERGEN

mevrouw Sonja BALJEU

Oostenrijk

 

 

Polen

de heer Mariusz ŁUSZCZYK

mevrouw Iwona PAWLACZYK

Portugal

 

 

Roemenië

 

 

Slovenië

mevrouw Lučka BÖHM

mevrouw Andreja MRAK

Slowakije

de heer Bohuslav BENDÍK

de heer Alexander ŤAŽÍK

Finland

mevrouw Raili PERIMÄKI

de heer Erkki AUVINEN

Zweden

mevrouw Christina JÄRNSTEDT

de heer Börje SJÖHOLM

Verenigd Koninkrijk

de heer Hugh ROBERTSON

mevrouw Liz SNAPE


III.   VERTEGENWOORDIGERS VAN DE WERKGEVERSORGANISATIES

Land

Leden

Plaatsvervangers

België

de heer Kris De MEESTER

de heer André PELEGRIN

Bulgarije

de heer Georgi STOEV

 

Tsjechië

de heer Karel PETRŽELKA

de heer Martin RÖHRICH

Denemarken

de heer Thomas PHILBERT NIELSEN

 

Duitsland

de heer Eckhard METZE

de heer Herbert BENDER

Estland

de heer Marek SEPP

mevrouw Veronika KAIDIS

Ierland

mevrouw Theresa DOYLE

de heer Kevin ENRIGHT

Griekenland

de heer Pavlos KIRIAKOGGONAS

mevrouw Natassa AVLONITOU

Spanje

mevrouw Pilar IGLESIAS VALCARCE

mevrouw Laura CASTRILLO NÚÑEZ

Frankrijk

mevrouw Nathalie BUET

de heer Patrick LÉVY

Italië

mevrouw Fabiola LEUZZI

 

Cyprus

de heer Polyvios POLYVIOU

mevrouw Lena PANAYIOTOU

Letland

mevrouw Liene VANCĀNE

 

Litouwen

de heer Vaidotas LEVICKIS

de heer Jonas GUZAVIČIUS

Luxemburg

de heer François ENGELS

de heer Pierre BLAISE

Hongarije

de heer Géza BOMBERA

 

Malta

de heer Joe DELIA

de heer John SCICLUNA

Nederland

de heer W. M. J. M. VAN MIERLO

de heer G. O. H. MEIJER

Oostenrijk

mevrouw Christa SCHWENG

mevrouw Alexandra SCHÖNGRUNDNER

Polen

 

 

Portugal

de heer Marcelino PENA E COSTA

de heer Luís HENRIQUE

Roemenië

de heer Ovidiu NICOLESCU

de heer Adrian IZVORANU

Slovenië

de heer Igor ANTAUER

mevrouw Maja SKORUPAN

Slowakije

de heer Róbert MAJTNER

 

Finland

mevrouw Katja LEPPÄNEN

de heer Rauno TOIVONEN

Zweden

mevrouw Bodil MELLBLOM

mevrouw Cecilia ANDERSON

Verenigd Koninkrijk

de heer Neil CARBERRY

de heer Keith SEXTON

Artikel 2

De Raad zal de nog niet aangewezen gewone en plaatsvervangende leden later benoemen.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het wordt vastgesteld.

Gedaan te Brussel, 22 november 2010.

Voor de Raad

De voorzitter

S. VANACKERE


(1)  PB L 216 van 20.8.1994, blz. 1.

(2)  PB C 271 van 14.11.2007, blz. 4.


27.11.2010   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 322/8


BESLUIT VAN DE RAAD

van 22 november 2010

houdende benoeming van de gewone en de plaatsvervangende leden van de raad van bestuur van de Europese Stichting tot verbetering van de levens- en arbeidsomstandigheden

2010/C 322/03

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EEG) nr. 1365/75 van de Raad van 26 mei 1975 betreffende de oprichting van een Europese Stichting tot verbetering van de levens- en arbeidsomstandigheden (1), met name artikel 6,

Gezien de lijsten van kandidaten die door de regeringen van de lidstaten en door de werknemers- en de werkgeversorganisaties bij de Raad zijn ingediend,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De Raad heeft met zijn besluit van 19 november 2007 (2) de gewone en de plaatsvervangende leden van de raad van bestuur van de Europese Stichting tot verbetering van de levens- en arbeidsomstandigheden benoemd voor het tijdvak van 1 december 2007 tot en met 30 november 2010.

(2)

De gewone en de plaatsvervangende leden van de raad van bestuur die de regeringen van de lidstaten en de werknemers- en de werkgeversorganisaties vertegenwoordigen, moeten voor een periode van drie jaar worden benoemd.

(3)

De Commissie moet haar vertegenwoordigers in de raad van bestuur benoemen,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Tot gewone en plaatsvervangende leden van de raad van bestuur van de Europese Stichting tot verbetering van de levens- en arbeidsomstandigheden worden benoemd voor het tijdvak van 1 december 2010 tot en met 30 november 2013:

I.   REGERINGSVERTEGENWOORDIGERS

Land

Gewone leden

Plaatsvervangende leden

België

de heer Michel DE GOLS

de heer Jan BATEN

Bulgarije

de heer Dragomir DRAGANOV

mevrouw Teodora DEMIREVA

Tsjechië

de heer Vlastimil VÁŇA

mevrouw Martina KAJÁNKOVÁ

Denemarken

mevrouw Lone HENRIKSEN

mevrouw Lisbet MØLLER NIELSEN

Duitsland

de heer Andreas HORST

de heer Sebastian JOBELIUS

Estland

de heer Märt MASSO

mevrouw Ester RÜNKLA

Ierland

de heer Paul CULLEN

 

Griekenland

mevrouw Stamatia PISSIMISSI

de heer Ioannis KONSTANTAKOPOULOS

Spanje

mevrouw María de MINGO CORRAL

de heer José ZAPATERO RANZ

Frankrijk

mevrouw Valérie DELAHAYE-GUILLOCHEAU

mevrouw Marie-Soline CHOMEL

Italië

 

 

Cyprus

de heer Orestis MESSIOS

mevrouw Yiota KAMBOURIDOU

Letland

mevrouw Ineta TĀRE

mevrouw Ineta VJAKSE

Litouwen

mevrouw Rita SKREBIŠKIENĖ

de heer Evaldas BACEVIČIUS

Luxemburg

 

 

Hongarije

 

 

Malta

 

 

Nederland

de heer Lauris BEETS

de heer Martin BLOMSMA

Oostenrijk

de heer Andreas SCHALLER

mevrouw Petra HRIBERNIG

Polen

de heer Jerzy CIECHAŃSKI

mevrouw Joanna MACIEJEWSKA

Portugal

de heer José Luís FORTE

de heer Fernando RIBEIRO LOPES

Roemenië

de heer Sorin Ioan BOTEZATU

mevrouw Liana Ramona MOSTENESCU

Slovenië

mevrouw Vladka KOMEL

mevrouw Metka ŠTOKA-DEBEVEC

Slowakije

 

 

Finland

mevrouw Pirjo HARJUNEN

de heer Antti NÄRHINEN

Zweden

de heer Per NYSTRÖM

mevrouw Åsa FORSSELL

Verenigd Koninkrijk

 

 


II.   VERTEGENWOORDIGERS VAN DE WERKNEMERSORGANISATIES

Land

Gewone leden

Plaatsvervangende leden

België

de heer Herman FONCK

de heer François PHILIPS

Bulgarije

mevrouw Keti KOYNAKOVA

de heer Ivan KOKALOV

Tsjechië

mevrouw Hana MÁLKOVÁ

de heer Tomáš PAVELKA

Denemarken

de heer Ole PRASZ

 

Duitsland

de heer Dieter POUGIN

mevrouw Friederike POSSELT

Estland

de heer Kalle KALDA

mevrouw Kadi ALATALU

Ierland

mevrouw Sally Anne KINAHAN

de heer Liam BERNEY

Griekenland

 

 

Spanje

mevrouw Antonia RAMOS

de heer Ramón BAEZA

Frankrijk

de heer Emmanuel COUVREUR

 

Italië

de heer Uliano STENDARDI

mevrouw Giulia BARBUICCI

Cyprus

de heer Nicolaos EPISTITHIOU

de heer Andreas MATSAS

Letland

mevrouw Ruta PORNIECE

mevrouw Linda ROMELE

Litouwen

mevrouw Kristina KRUPAVIČIENĖ

mevrouw Danutė ŠLIONSKIENĖ

Luxemburg

mevrouw Viviane GOERGEN

de heer René PIZZAFERRI

Hongarije

mevrouw Erzsébet HANTI

 

Malta

de heer William PORTELLI

 

Nederland

de heer Erik PENTENGA

de heer Leon MEIJER

Oostenrijk

mevrouw Karin ZIMMERMANN

mevrouw Sonja FREITAG

Polen

de heer Bogdan OLSZEWSKI

de heer Piotr OSTROWSKI

Portugal

de heer Vítor Manuel Vicente COELHO

de heer Armando FARIAS

Roemenië

mevrouw Cecilia GOSTIN

 

Slovenië

de heer Pavle VRHOVEC

mevrouw Maja KONJAR

Slowakije

de heer Erik MACÁK

mevrouw Margita DÖMÉNYOVÁ

Finland

de heer Juha ANTILA

mevrouw Leila KURKI

Zweden

de heer Mats ESSEMYR

de heer Sten GELLERSTEDT

Verenigd Koninkrijk

de heer Hugh ROBERTSON

mevrouw Elena CRASTA


III.   VERTEGENWOORDIGERS VAN DE WERKGEVERSORGANISATIES

Land

Gewone leden

Plaatsvervangende leden

België

de heer Kris De MEESTER

de heer Roland WAEYAERT

Bulgarije

de heer Dimiter BRANKOV

de heer Nikola ZIKATANOV

Tsjechië

mevrouw Vladimíra DRBALOVÁ

mevrouw Pavla BŘEČKOVÁ

Denemarken

de heer Benjamin HOLST

de heer Nils Juhl ANDREASEN

Duitsland

de heer Lutz MÜHL

mevrouw Renate HORNUNG-DRAUS

Estland

mevrouw Eve PÄÄRENDSON

de heer Tarmo KRIIS

Ierland

de heer Brendan McGINTY

de heer Eamonn McCOY

Griekenland

mevrouw Rena BARDANI

mevrouw Christina GEORGANTA

Spanje

de heer Miguel CANALES GUTIÉRREZ

mevrouw Rosario ESCOLAR POLO

Frankrijk

de heer Emmanuel JAHAN

de heer Emmanuel JULIEN

Italië

mevrouw Stefania ROSSI

mevrouw Paola ASTORRI

Cyprus

mevrouw Lena PANAYIOTOU

de heer Polyvios POLYVIOU

Letland

de heer Eduards FILIPPOVS

mevrouw Anita LĪCE

Litouwen

de heer Andrius GUZAVIČIUS

mevrouw Dovilė BAŠKYTĖ

Luxemburg

de heer Pierre OESCH

mevrouw Magalie LYSIAK

Hongarije

de heer Antal CSUPORT

de heer István KOMORÓCZKI

Malta

de heer Santo PORTERA

 

Nederland

de heer W. M. J. M. VAN MIERLO

de heer Gerard A.M. VAN DER GRIND

Oostenrijk

mevrouw Ruth LIST

mevrouw Heidrun MAIER-DE-KRUIJFF

Polen

de heer Piotr SARNECKI

de heer Adam AMBROZIK

Portugal

de heer Marcelino PENA E COSTA

de heer António VERGUEIRO

Roemenië

 

 

Slovenië

mevrouw Tatjana PAJNKIHAR

de heer Igor ANTAUER

Slowakije

de heer Martin HOŠTÁK

mevrouw Viola KROMEROVÁ

Finland

de heer Seppo SAUKKONEN

mevrouw Anu SAJAVAARA

Zweden

de heer Sverker RUDEBERG

de heer Niklas BECKMAN

Verenigd Koninkrijk

de heer Neil CARBERRY

de heer Ben DIGBY

Artikel 2

De Raad zal de nog niet aangewezen leden en plaatsvervangende leden later benoemen.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het wordt vastgesteld.

Gedaan te Brussel, 22 november 2010.

Voor de Raad

De voorzitter

S. VANACKERE


(1)  PB L 139 van 30.5.1975, blz. 1.

(2)  PB C 282 van 24.11.2007, blz. 10.


Europese Commissie

27.11.2010   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 322/12


Wisselkoersen van de euro (1)

26 november 2010

2010/C 322/04

1 euro =


 

Munteenheid

Koers

USD

US-dollar

1,3225

JPY

Japanse yen

110,92

DKK

Deense kroon

7,4540

GBP

Pond sterling

0,84470

SEK

Zweedse kroon

9,3070

CHF

Zwitserse frank

1,3252

ISK

IJslandse kroon

 

NOK

Noorse kroon

8,1770

BGN

Bulgaarse lev

1,9558

CZK

Tsjechische koruna

24,725

EEK

Estlandse kroon

15,6466

HUF

Hongaarse forint

279,90

LTL

Litouwse litas

3,4528

LVL

Letlandse lat

0,7096

PLN

Poolse zloty

4,0275

RON

Roemeense leu

4,3125

TRY

Turkse lira

1,9707

AUD

Australische dollar

1,3715

CAD

Canadese dollar

1,3523

HKD

Hongkongse dollar

10,2671

NZD

Nieuw-Zeelandse dollar

1,7653

SGD

Singaporese dollar

1,7455

KRW

Zuid-Koreaanse won

1 539,23

ZAR

Zuid-Afrikaanse rand

9,4290

CNY

Chinese yuan renminbi

8,8178

HRK

Kroatische kuna

7,4218

IDR

Indonesische roepia

11 919,98

MYR

Maleisische ringgit

4,1830

PHP

Filipijnse peso

58,626

RUB

Russische roebel

41,5390

THB

Thaise baht

40,065

BRL

Braziliaanse real

2,2862

MXN

Mexicaanse peso

16,5244

INR

Indiase roepie

60,6430


(1)  Bron: door de Europese Centrale Bank gepubliceerde referentiekoers.


INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE LIDSTATEN

27.11.2010   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 322/13


BELASTING OVER DE TOEGEVOEGDE WAARDE (BTW)

(VRIJSTELLING BELEGGINGSGOUD)

Lijst van gouden munten die voldoen aan de criteria van artikel 344, lid 1, punt 2, van Richtlijn 2006/112/EG van de Raad (bijzondere regeling voor beleggingsgoud)

Geldig voor het jaar 2011

2010/C 322/05

TOELICHTING

a)

Deze lijst is het resultaat van de mededelingen die door de lidstaten aan de Commissie zijn gedaan binnen de termijn die is vastgesteld bij artikel 345 van Richtlijn 2006/112/EG van de Raad van 28 november 2006 betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde.

b)

De in deze lijst vermelde munten worden geacht aan de criteria van artikel 344 te voldoen en worden dientengevolge in die lidstaten als beleggingsgoud beschouwd. De levering van deze munten is derhalve voor het gehele kalenderjaar 2011 vrijgesteld van btw.

c)

De vrijstelling is van toepassing op alle emissies van de in de lijst vermelde munten, met uitzondering van munten met een zuiverheid van minder dan 900/1000.

d)

Leveringen van niet in deze lijst voorkomende munten zijn echter eveneens vrijgesteld van btw indien zij aan de in de btw-richtlijn neergelegde vrijstellingscriteria voldoen.

e)

Deze lijst is opgesteld in de alfabetische volgorde van de namen van de landen en de munteenheden. Binnen eenzelfde categorie zijn de munten in volgorde van toenemende muntwaarde vermeld.

f)

In de lijst geeft de munteenheid de op de munten vermelde valuta weer. Indien de valuta niet in Romeins schrift op de munt is aangegeven, is de munteenheid voor zover mogelijk tussen haakjes vermeld.

LAND VAN UITGIFTE

MUNTEN

AFGHANISTAN

(20 AFGHANI)

10 000 AFGHANI

(1/2 AMANI)

(1 AMANI)

(2 AMANI)

(4 GRAMS)

(8 GRAMS)

1 TILLA

2 TILLAS

ALBANIË

20 LEKE

50 LEKE

100 LEKE

200 LEKE

500 LEKE

ALDERNEY

5 POUNDS

25 POUNDS

1 000 POUNDS

ANDORRA

50 DINERS

100 DINERS

250 DINERS

1 SOVEREIGN

ANGUILLA

5 DOLLARS

10 DOLLARS

20 DOLLARS

100 DOLLARS

ARGENTINIË

1 ARGENTINO

ARUBA

10 FLORIN

25 FLORIN

AUSTRALIË

5 DOLLARS

15 DOLLARS

25 DOLLARS

50 DOLLARS

100 DOLLARS

150 DOLLARS

200 DOLLARS

250 DOLLARS

500 DOLLARS

1 000 DOLLARS

2 500 DOLLARS

3 000 DOLLARS

10 000 DOLLARS

1/2 SOVEREIGN (= 1/2 POUND)

1 SOVEREIGN (= 1 POUND)

BAHAMA'S

10 DOLLARS

20 DOLLARS

25 DOLLARS

50 DOLLARS

100 DOLLARS

150 DOLLARS

200 DOLLARS

250 DOLLARS

2 500 DOLLARS

BELGIË

10 ECU

20 ECU

25 ECU

50 ECU

100 ECU

50 EURO GOLD

100 EURO

10 FRANCS

20 FRANCS

5 000 FRANCS

BELIZE

25 DOLLARS

50 DOLLARS

100 DOLLARS

250 DOLLARS

BERMUDA

10 DOLLARS

25 DOLLARS

30 DOLLARS

50 DOLLARS

60 DOLLARS

100 DOLLARS

200 DOLLARS

250 DOLLARS

BHUTAN

1 SERTUM

2 SERTUMS

5 SERTUMS

BOLIVIA

4 000 PESOS BOLIVIANOS

BOTSWANA

5 PULA

150 PULA

10 THEBE

BRAZILIË

300 CRUZEIROS

(4 000 REIS)

(5 000 REIS)

(6 400 REIS)

(10 000 REIS)

(20 000 REIS)

BRITSE MAAGDENEILANDEN

100 DOLLARS

BULGARIJE

(1 LEV)

(5 LEVA)

(10 LEVA)

(20 LEVA)

(100 LEVA)

(125 LEVA)

(1 000 LEVA)

(10 000 LEVA)

(20 000 LEVA)

BURUNDI

10 FRANCS

25 FRANCS

50 FRANCS

100 FRANCS

CANADA

1 DOLLAR

2 DOLLARS

5 DOLLARS

10 DOLLARS

20 DOLLARS

50 DOLLARS

100 DOLLARS

175 DOLLARS

200 DOLLARS

350 DOLLARS

1 SOVEREIGN

CAYMANEILANDEN

25 DOLLARS

50 DOLLARS

100 DOLLARS

250 DOLLARS

CHILI

2 PESOS

5 PESOS

10 PESOS

20 PESOS

50 PESOS

100 PESOS

200 PESOS

CHINA

5/20 YUAN (1/20 oz)

10/50 YUAN (1/10 oz)

25/100 YUAN (1/4 oz)

50/200 YUAN (1/2 oz)

100/500 YUAN (1 oz)

5 (YUAN)

10 (YUAN)

20 (YUAN)

25 (YUAN)

50 (YUAN)

100 (YUAN)

150 (YUAN)

200 (YUAN)

250 (YUAN)

300 (YUAN)

400 (YUAN)

450 (YUAN)

500 (YUAN)

1 000 (YUAN)

COLOMBIA

1 PESO

2 PESOS

2 1/2 PESOS

5 PESOS

10 PESOS

20 PESOS

100 PESOS

200 PESOS

300 PESOS

500 PESOS

1 000 PESOS

1 500 PESOS

2 000 PESOS

15 000 PESOS

CONGO

10 FRANCS

20 FRANCS

25 FRANCS

50 FRANCS

100 FRANCS

COOKEILANDEN

100 DOLLARS

200 DOLLARS

250 DOLLARS

COSTA RICA

5 COLONES

10 COLONES

20 COLONES

50 COLONES

100 COLONES

200 COLONES

1 500 COLONES

5 000 COLONES

25 000 COLONES

CUBA

4 PESOS

5 PESOS

10 PESOS

20 PESOS

50 PESOS

100 PESOS

CYPRUS

50 POUNDS

DENEMARKEN

10 KRONER

20 KRONER

DOMINICAANSE REPUBLIEK

30 PESOS

100 PESOS

200 PESOS

250 PESOS

DUITSLAND

1 DM

100 EURO

ECUADOR

1 CONDOR

10 SUCRES

EILAND MAN

1/20 ANGEL

1/10 ANGEL

1/4 ANGEL

1/2 ANGEL

1 ANGEL

5 ANGEL

10 ANGEL

15 ANGEL

20 ANGEL

1/25 CROWN

1/10 CROWN

1/5 CROWN

1/2 CROWN

1 CROWN

50 PENCE

1 POUND

2 POUNDS

5 POUNDS

50 POUNDS

(1/2 SOVEREIGN)

(1 SOVEREIGN)

(2 SOVEREIGNS)

(5 SOVEREIGNS)

EL SALVADOR

25 COLONES

50 COLONES

100 COLONES

200 COLONES

250 COLONES

EQUATORIAAL-GUINEA

250 PESETAS

500 PESETAS

750 PESETAS

1 000 PESETAS

5 000 PESETAS

ETHIOPIË

400 BIRR

600 BIRR

10 (DOLLARS)

20 (DOLLARS)

50 (DOLLARS)

100 (DOLLARS)

200 (DOLLARS)

FIJI

5 DOLLARS

10 DOLLARS

200 DOLLARS

250 DOLLARS

FILIPIJNEN

1 000 PISO

1 500 PISO

5 000 PISO

FINLAND

100 EURO

1 000 MARKKAA

2 000 MARKKAA

FRANKRIJK

1/4 EURO

10 EURO

20 EURO

50 EURO

100 EURO

200 EURO

250 EURO

500 EURO

1 000 EURO

5 000 EURO

5 FRANCS

10 FRANCS

20 FRANCS

40 FRANCS

50 FRANCS

100 FRANCS

500 FRANCS

655,97 FRANCS

GABON

10 FRANCS

25 FRANCS

50 FRANCS

100 FRANCS

1 000 FRANCS

3 000 FRANCS

5 000 FRANCS

10 000 FRANCS

20 000 FRANCS

GAMBIA

200 DALASIS

500 DALASIS

1 000 DALASIS

GIBRALTAR

1/25 CROWN

1/10 CROWN

1/5 CROWN

1/2 CROWN

1 CROWN

2 CROWNS

50 PENCE

1 POUND

5 POUNDS

25 POUNDS

50 POUNDS

100 POUNDS

1/25 ROYAL

1/10 ROYAL

1/5 ROYAL

1/2 ROYAL

1 ROYAL

GUATEMALA

5 QUETZALES

10 QUETZALES

20 QUETZALES

GUERNSEY

1 POUND

5 POUNDS

10 POUNDS

25 POUNDS

50 POUNDS

100 POUNDS

GUINEE

1 000 FRANCS

2 000 FRANCS

5 000 FRANCS

10 000 FRANCS

HAÏTI

20 GOURDES

50 GOURDES

100 GOURDES

200 GOURDES

500 GOURDES

1 000 GOURDES

HONDURAS

200 LEMPIRAS

500 LEMPIRAS

HONGARIJE

1 DUKAT

4 FORINT = 10 FRANCS

8 FORINT = 20 FRANCS

50 FORINT

100 FORINT

200 FORINT

500 FORINT

1 000 FORINT

5 000 FORINT

10 000 FORINT

20 000 FORINT

50 000 FORINT

100 000 FORINT

500 000 FORINT

10 KORONA

20 KORONA

100 KORONA

HONGKONG

1 000 DOLLARS

IJSLAND

500 KRONUR

10 000 KRONUR

INDIA

1 MOHUR

15 RUPEES

1 SOVEREIGN

INDONESIË

2 000 RUPIAH

5 000 RUPIAH

10 000 RUPIAH

20 000 RUPIAH

25 000 RUPIAH

100 000 RUPIAH

200 000 RUPIAH

IRAK

(5 DINARS)

(50 DINARS)

(100 DINARS)

IRAN

(1/2 AZADI)

(1 AZADI)

(1/4 PAHLAVI)

(1/2 PAHLAVI)

(1 PAHLAVI)

(2 1/2 PAHLAVI)

(5 PAHLAVI)

(10 PAHLAVI)

50 POUND

500 RIALS

750 RIALS

1 000 RIALS

2 000 RIALS

ISRAËL

20 LIROT

50 LIROT

100 LIROT

200 LIROT

500 LIROT

1 000 LIROT

5 000 LIROT

5 NEW SHEQALIM

10 NEW SHEQALIM

20 NEW SHEQALIM

5 SHEQALIM

10 SHEQALIM

500 SHEQEL

ITALIË

20 EURO

50 EURO

IVOORKUST

10 FRANCS

25 FRANCS

50 FRANCS

100 FRANCS

JAMAICA

100 DOLLARS

250 DOLLARS

JERSEY

1 POUND

2 POUNDS

5 POUNDS

10 POUNDS

20 POUNDS

25 POUNDS

50 POUNDS

100 POUNDS

1 SOVEREIGN

JOEGOSLAVIË

20 DINARA

100 DINARA

200 DINARA

500 DINARA

1 000 DINARA

1 500 DINARA

2 000 DINARA

2 500 DINARA

5 000 DINARA

1 DUCAT

4 DUCATS

JORDANIË

2 DINARS

5 DINARS

10 DINARS

25 DINARS

50 DINARS

60 DINARS

KATANGA

5 FRANCS

KENIA

100 SHILLINGS

250 SHILLINGS

500 SHILLINGS

KIRIBATI

150 DOLLARS

LESOTHO

1 LOTI

2 MALOTI

4 MALOTI

10 MALOTI

20 MALOTI

50 MALOTI

100 MALOTI

250 MALOTI

500 MALOTI

LETLAND

100 LATU

LIBERIA

12 DOLLARS

20 DOLLARS

25 DOLLARS

30 DOLLARS

50 DOLLARS

100 DOLLARS

200 DOLLARS

250 DOLLARS

500 DOLLARS

2 500 DOLLARS

LUXEMBURG

5 EURO

10 EURO

20 FRANCS

40 FRANCS

MACAU

250 PATACAS

500 PATACAS

1 000 PATACAS

10 000 PATACAS

MALAWI

250 KWACHA

MALEISIË

100 RINGGIT

200 RINGGIT

250 RINGGIT

500 RINGGIT

MALI

10 FRANCS

25 FRANCS

50 FRANCS

100 FRANCS

MALTA

50 EURO

5 (LIRI)

10 (LIRI)

20 (LIRI)

25 (LIRI)

50 (LIRI)

100 (LIRI)

LM 25

MARSHALLEILANDEN

20 DOLLARS

50 DOLLARS

200 DOLLARS

MAURITIUS

100 RUPEES

200 RUPEES

250 RUPEES

500 RUPEES

1 000 RUPEES

MEXICO

1/20 ONZA

1/10 ONZA

1/4 ONZA

1/2 ONZA

1 ONZA

2 PESOS

2 1/2 PESOS

5 PESOS

10 PESOS

20 PESOS

50 PESOS

250 PESOS

500 PESOS

1 000 PESOS

2 000 PESOS

MONACO

10 EURO

20 EURO

100 EURO

20 FRANCS

100 FRANCS

200 FRANCS

MONGOLIË

750 (TUGRIK)

1 000 (TUGRIK)

NEDERLAND

(1 DUKAAT)

(2 DUKAAT)

10 EURO

20 EURO

50 EURO

1 GULDEN

5 GULDEN

10 GULDEN

NEDERLANDSE ANTILLEN

5 GULDEN

10 GULDEN

50 GULDEN

100 GULDEN

300 GULDEN

NEPAL

1 ASARPHI

1 000 RUPEES

NICARAGUA

50 CORDOBAS

NIEUW-ZEELAND

5 DOLLARS

10 DOLLARS

150 DOLLARS

1,56 grammes/1/20 ounce

3,11 grammes/1/10 ounce

7,77 grammes/1/4 ounce

15,56 grammes/1/2 ounce

31,1 grammes/ 1 ounce

NIGER

10 FRANCS

25 FRANCS

50 FRANCS

100 FRANCS

NOORWEGEN

10 KRONER

20 KRONER

1 500 KRONER

OMAN

25 BAISA

50 BAISA

100 BAISA

1/4 OMANI RIAL

1/2 OMANI RIAL

OMANI RIAL

5 OMANI RIALS

10 OMANI RIALS

15 OMANI RIALS

20 OMANI RIALS

25 OMANI RIALS

75 OMANI RIALS

OOSTENRIJK

10 CORONA (= 10 KRONEN)

20 CORONA (= 20 KRONEN)

100 CORONA (= 100 KRONEN)

1 DUCAT

(4 DUCATS)

10 EURO

25 EURO

50 EURO

100 EURO

4 FLORIN = 10 FRANCS (= 4 GULDEN)

8 FLORIN = 20 FRANCS (= 8 GULDEN)

25 SCHILLING

100 SCHILLING

200 SCHILLING

200 SHILLING/10 EURO

500 SCHILLING

1 000 SCHILLING

2 000 SCHILLING

PAKISTAN

3 000 RUPEES

PANAMA

100 BALBOAS

500 BALBOAS

PAPOEA-NIEUW-GUINEA

100 KINA

PERU

1/5 LIBRA

1/2 LIBRA

1 LIBRA

5 SOLES

10 SOLES

20 SOLES

50 SOLES

100 SOLES

POLEN

50 ZŁOTYCH (orzeł bielik)

50 ZLOTYCH

100 ZŁOTYCH (orzeł bielik)

100 ZLOTYCH

200 ZŁOTYCH (orzeł bielik)

200 ZLOTYCH

500 ZŁOTYCH (orzeł bielik)

PORTUGAL

1 ESCUDO

100 ESCUDOS

200 ESCUDOS

500 ESCUDOS

5 EURO

8 EURO

10 000 REIS

ROEMENIË

12 1/2 LEI

20 LEI

25 LEI

50 LEI

100 LEI

500 LEI

1 000 LEI

2 000 LEI

5 000 LEI

RHODESIË

1 POUND

5 POUNDS

10 SHILLINGS

RUSLAND

10 (ROUBLES)

15 (ROUBLES)

25 (ROUBLES)

50 (ROUBLES)

100 (ROUBLES)

200 (ROUBLES)

1 000 (ROUBLES)

10 000 (ROUBLES)

RWANDA

10 FRANCS

25 FRANCS

50 FRANCS

100 FRANCS

SALOMONSEILANDEN

10 DOLLARS

25 DOLLARS

50 DOLLARS

100 DOLLARS

SAN MARINO

20 EURO

50 EURO

1 SCUDO

2 SCUDI

5 SCUDI

10 SCUDI

SAUDI-ARABIË

1 GUINEA (= 1 SAUDI POUND)

SENEGAL

10 FRANCS

25 FRANCS

50 FRANCS

100 FRANCS

250 FRANCS

500 FRANCS

1 000 FRANCS

2 500 FRANCS

SERVIË

10 DINARA

20 DINARA

SEYCHELLEN

1 000 RUPEES

1 500 RUPEES

SIERRA LEONE

20 DOLLARS

50 DOLLARS

100 DOLLARS

250 DOLLARS

500 DOLLARS

2 500 DOLLARS

1/4 GOLDE

1/2 GOLDE

1 GOLDE

5 GOLDE

10 GOLDE

1 LEONE

SINGAPORE

1 DOLLAR

2 DOLLARS

5 DOLLARS

10 DOLLARS

20 DOLLARS

25 DOLLARS

50 DOLLARS

100 DOLLARS

150 DOLLARS

250 DOLLARS

500 DOLLARS

SLOVENIË

100 EURO

5 000 TOLARS

20 000 TOLARS

25 000 TOLARS

SLOWAKIJE

100 EURO

5 000 KORUN (5 000 Sk)

10 000 KORUN (10 000 Sk)

SOMALIË

20 SHILLINGS

50 SHILLINGS

100 SHILLINGS

200 SHILLINGS

500 SHILLINGS

1 500 SHILLINGS

SPANJE

2 (ESCUDOS)

10 (ESCUDOS)

20 EURO

100 EURO

200 EURO

400 EURO

10 PESETAS

20 PESETAS

25 PESETAS

5 000 PESETAS

10 000 PESETAS

20 000 PESETAS

40 000 PESETAS

80 000 PESETAS

100 (REALES)

SUDAN

25 POUNDS

50 POUNDS

100 POUNDS

SURINAME

20 DOLLARS

50 DOLLARS

100 GULDEN

SWAZILAND

2 EMALANGENI

5 EMALANGENI

10 EMALANGENI

20 EMALANGENI

25 EMALANGENI

50 EMALANGENI

100 EMALAGENI

250 EMALAGENI

1 LILANGENI

SYRIË

(1/2 POUND)

(1 POUND)

TANZANIA

1 500 SHILINGI

2 000 SHILINGI

THAILAND

(150 BAHT)

(300 BAHT)

(400 BAHT)

(600 BAHT)

(800 BAHT)

(1 500 BAHT)

(2 500 BAHT)

(3 000 BAHT)

(4 000 BAHT)

(5 000 BAHT)

(6 000 BAHT)

TONGA

1/2 HAU

1 HAU

5 HAU

1/4 KOULA

1/2 KOULA

1 KOULA

TSJAAD

3 000 FRANCS

5 000 FRANCS

10 000 FRANCS

20 000 FRANCS

TSJECHIË

1 000 KORUN (1 000 Kč)

2 000 KORUN (2 000 Kč)

2 500 KORUN (2 500 Kč)

5 000 KORUN (5 000 Kč)

10 000 KORUN (10 000 Kč)

TSJECHOSLOWAKIJE

1 DUKÁT

2 DUKÁT

5 DUKÁT

10 DUKÁT

TUNESIË

2 DINARS

5 DINARS

10 DINARS

20 DINARS

40 DINARS

75 DINARS

10 FRANCS

20 FRANCS

100 FRANCS

5 PIASTRES

TURKIJE

(25 KURUSH) (= 25 PIASTRES)

(50 KURUSH) (= 50 PIASTRES)

(100 KURUSH) (= 100 PIASTRES)

(250 KURUSH) (= 250 PIASTRES)

(500 KURUSH) (= 500 PIASTRES)

1/2 LIRA

1 LIRA

500 LIRA

1 000 LIRA

10 000 LIRA

50 000 LIRA

100 000 LIRA

200 000 LIRA

1 000 000 LIRA

60 000 000 LIRA

TURKS- EN CAICOSEILANDEN

100 CROWNS

TUVALU

50 DOLLARS

UGANDA

50 SHILLINGS

100 SHILLINGS

500 SHILLINGS

1 000 SHILLINGS

URUGUAY

5 000 NUEVO PESOS

20 000 NUEVO PESOS

5 PESOS

VATICAAN

20 EURO

50 EURO

10 LIRE GOLD

20 LIRE

100 LIRE GOLD

VENEZUELA

(10 BOLIVARES)

(20 BOLIVARES)

(100 BOLIVARES)

1 000 BOLIVARES

3 000 BOLIVARES

5 000 BOLIVARES

10 000 BOLIVARES

5 VENEZOLANOS

VERENIGDE ARABISCHE EMIRATEN

(500 DIRHAMS)

(750 DIRHAMS)

(1 000 DIRHAMS)

VERENIGDE STATEN

2,5 DOLLARS

5 DOLLARS

10 DOLLARS (AMERICAN EAGLE)

20 DOLLARS

25 DOLLARS

50 DOLLARS

VERENIGD KONINKRIJK

(1/3 GUINEA)

(1/2 GUINEA)

50 PENCE

2 POUNDS

5 POUNDS

10 POUNDS

25 POUNDS

50 POUNDS

100 POUNDS

QUARTER SOVEREIGN

(1/2 SOVEREIGN) (= 1/2 POUND)

(1 SOVEREIGN) (= 1 POUND)

(2 SOVEREIGNS)

(5 SOVEREIGNS)

WEST-SAMOA

50 TALA

100 TALA

ZAÏRE

100 ZAIRES

ZAMBIA

250 KWACHA

ZUID-AFRIKA

1/10 KRUGERRAND

1/4 KRUGERRAND

1/2 KRUGERRAND

1 KRUGERRAND

1/10 oz NATURA

1/4 oz NATURA

1/2 oz NATURA

1 oz NATURA

1/2 POND

1 POND

1/10 PROTEA

1 PROTEA

1 RAND

2 RAND

5 RAND

25 RAND

1/2 SOVEREIGN (= 1/2 POUND)

1 SOVEREIGN (= 1 POUND)

ZUID-KOREA

2 500 WON

20 000 WON

25 000 WON

30 000 WON

50 000 WON

ZWEDEN

10 KRONOR

20 KRONOR

1 000 KRONOR

2 000 KRONOR

ZWITSERLAND

10 FRANCS

20 FRANCS

50 FRANCS

100 FRANCS


V Adviezen

PROCEDURES IN VERBAND MET DE UITVOERING VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE HANDELSPOLITIEK

Europese Commissie

27.11.2010   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 322/27


Bericht van het naderend vervallen van bepaalde antidumpingmaatregelen

2010/C 322/06

1.   Overeenkomstig artikel 11, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1225/2009 van de Raad van 30 november 2009 betreffende beschermende maatregelen tegen invoer met dumping uit landen die geen lid zijn van de Europese Gemeenschap (1), maakt de Europese Commissie bekend dat de hieronder vermelde antidumpingmaatregelen op de in de onderstaande tabel vermelde datum zullen vervallen, tenzij een nieuw onderzoek wordt geopend overeenkomstig de volgende procedure.

2.   Procedure

De producenten in de Unie kunnen een schriftelijk verzoek om een nieuw onderzoek indienen. Dit verzoek moet voldoende bewijsmateriaal bevatten om aan te tonen dat voortzetting of herhaling van dumping en schade bij het vervallen van de maatregelen waarschijnlijk is.

Indien de Commissie besluit een nieuw onderzoek naar de betrokken maatregelen te openen, zullen de importeurs, de exporteurs, de vertegenwoordigers van het land van uitvoer en de producenten in de Unie in de gelegenheid worden gesteld de in het verzoek om een nieuw onderzoek verstrekte informatie aan te vullen, te weerleggen of daarop commentaar te leveren.

3.   Termijn

De EU-producenten kunnen een schriftelijk verzoek tot opening van een nieuw onderzoek indienen, dat ten minste drie maanden voor de hieronder vermelde datum moet zijn ontvangen door de Europese Commissie, Directoraat-generaal Handel (Eenheid H-1), N-105 4/92, 1049 Brussel, BELGIË (2).

4.   Dit bericht wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikel 11, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1225/2009.

Product

Land(en) van oorsprong of van uitvoer

Maatregelen

Referentie

Vervaldatum

Doodgebrand (gesinterd) magnesiet

Volksrepubliek China

Antidumpingrecht

Verordening (EG) nr. 716/2006 van de Raad (PB L 125 van 12.5.2006, blz. 1)

13.5.2011


(1)  PB L 343 van 22.12.2009, blz. 51.

(2)  Fax +32 22956505.


PROCEDURES IN VERBAND MET DE UITVOERING VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK MEDEDINGINGSBELEID

Europese Commissie

27.11.2010   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 322/28


Voorafgaande aanmelding van een concentratie

(Zaak COMP/M.6039 — GE/Dresser)

(Voor de EER relevante tekst)

2010/C 322/07

1.

Op 19 november 2010 heeft de Commissie een aanmelding van een voorgenomen concentratie in de zin van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (1) ontvangen. Hierin is meegedeeld dat General Electric Group („GE”, Verenigde Staten) in de zin van artikel 3, lid 1, onder b), van de EG-concentratieverordening de volledige zeggenschap verkrijgt over Dresser Holdings, Inc („Dresser”, Verenigde Staten) door de verwerving van aandelen.

2.

De bedrijfswerkzaamheden van de betrokken ondernemingen zijn:

GE: mondiaal actieve, gediversifieerde industriële, technologische en dienstverlenende onderneming,

Dresser: mondiale producent van energie-infrastructuur en aanbieder van olie- en gasproducten en aanverwante diensten (kracht- en compressiesystemen, afsluitkleppen, enz.).

3.

Op grond van een voorlopig onderzoek is de Commissie van oordeel dat de aangemelde transactie binnen het toepassingsgebied van de EG-concentratieverordening kan vallen. Ten aanzien van dit punt wordt de definitieve beslissing echter aangehouden.

4.

De Commissie verzoekt belanghebbenden haar hun eventuele opmerkingen over de voorgenomen concentratie kenbaar te maken.

Deze opmerkingen moeten de Commissie uiterlijk tien dagen na dagtekening van deze bekendmaking hebben bereikt. Zij kunnen per faxbericht (+32 22964301), per e-mail naar COMP-MERGER-REGISTRY@ec.europa.eu of per post, onder vermelding van zaaknummer COMP/M.6039 — GE/Dresser, aan onderstaand adres worden toegezonden:

Europese Commissie

Directoraat-generaal Concurrentie

Griffie voor concentraties

J-70

1049 Brussel

BELGIË


(1)  PB L 24 van 29.1.2004, blz. 1 (de „EG-concentratieverordening”).


27.11.2010   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 322/29


Voorafgaande aanmelding van een concentratie

(Zaak COMP/M.6074 — ČEZ/EPH/Mibrag Group)

(Voor de EER relevante tekst)

2010/C 322/08

1.

Op 19 november 2010 heeft de Commissie een aanmelding van een voorgenomen concentratie in de zin van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (1) ontvangen. Hierin is meegedeeld dat HC Fin3 NV (Nederland), die volledig in handen is van Energetický a průmyslový holding, a.s. („EPH”, Tsjechië), en ČEZ, a.s. („ČEZ”, Tsjechië) in de zin van artikel 3, lid 1, onder b), van de EG-concentratieverordening de gezamenlijke zeggenschap verkrijgen over JTSD Braunkohlebergbau GmbH („JTSD”, Duitsland) en haar volle dochteronderneming Mitteldeutsche Braunkohlengesellschaft mbH („Mibrag”, Duitsland) (Mibrag en haar dochterondernemingen tezamen „Mibrag Group”), die momenteel onder zeggenschap staan van Severočeské doly a.s. („SD”, Tsjechië), een dochteronderneming van ČEZ, en Lignite Investments (Cyprus), een SPV die volledig in handen is van de heer Křetínský, door de verwerving van aandelen.

2.

De bedrijfswerkzaamheden van de betrokken ondernemingen zijn:

EPH: strategische investeerder in de energiesector en belangrijke investeerder in de industrie,

JTSD: besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid die de volledige zeggenschap heeft over Mibrag,

Migrab Group: houdt zich hoofdzakelijk bezig met de winning van ortholigniet, stadsverwarming en de exploitatie van bruinkoolgestookte elektriciteitscentrales in Duitsland,

SD: winning van bruinkool in Tsjechië,

ČEZ: diverse activiteiten in de energiesector, zoals de opwekking, distributie en vekoop van elektriciteit en warmte in Tsjechië, de handel in elektriciteit en de exploitatie van elektriciteitscentrales in een aantal andere Europese landen.

3.

Op grond van een voorlopig onderzoek is de Commissie van oordeel dat de aangemelde transactie binnen het toepassingsgebied van de EG-concentratieverordening kan vallen. Ten aanzien van dit punt wordt de definitieve beslissing echter aangehouden.

4.

De Commissie verzoekt belanghebbenden haar hun eventuele opmerkingen over de voorgenomen concentratie kenbaar te maken.

Deze opmerkingen moeten de Commissie uiterlijk tien dagen na dagtekening van deze bekendmaking hebben bereikt. Zij kunnen per faxbericht (+32 22964301), per e-mail naar COMP-MERGER-REGISTRY@ec.europa.eu of per post, onder vermelding van zaaknummer COMP/M.6074 — ČEZ/EPH/Mibrag Group, aan onderstaand adres worden toegezonden:

Europese Commissie

Directoraat-generaal Concurrentie

Griffie voor concentraties

J-70

1049 Brussel

BELGIË


(1)  PB L 24 van 29.1.2004, blz. 1 (de „EG-concentratieverordening”).


27.11.2010   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 322/30


Voorafgaande aanmelding van een concentratie

(Zaak COMP/M.6072 — Carlyle/Primondo Operations)

Voor een vereenvoudigde procedure in aanmerking komende zaak

(Voor de EER relevante tekst)

2010/C 322/09

1.

Op 19 november 2010 heeft de Commissie een aanmelding van een voorgenomen concentratie in de zin van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (1) ontvangen. Hierin is meegedeeld dat The Carlyle Group („Carlyle”, Verenigde Staten), via haar dochteronderneming CEP III Participations S.à r.l. SICAR („CEP III”, Verenigde Staten), in de zin van artikel 3, lid 1, onder b), van de EG-concentratieverordening zeggenschap verkrijgt over bepaalde kleinhandelsactiviteiten onder de merknamen „Walz” (Duitsland), „Bon’A Parte” (Denemarken), „Elégance” (Duitsland), „Mirabeau” (Duitsland), „Planet Sports” (Duitsland), en „Vertbaudet” (Duitsland) („Primondo Operations”), die onder zeggenschap staan van de Primondo Specialty Group („Primondo”, Duitsland), door de verwerving van aandelen.

2.

De bedrijfswerkzaamheden van de betrokken ondernemingen zijn:

Carlyle: beheer van alternatieve activa over de gehele wereld via investeringsfondsen die zich wereldwijd bezighouden met vier disciplines (overnames, alternatieve kredietverlening, groeikapitaal en vastgoed) in diverse bedrijfstakken,

Primondo Operations: kleinhandel via postorder of internet (e-handel); kleinhandel in kleding, schoeisel, textiel, babyverzorgingsproducten, sportuitrusting, spellen en speelgoed in warenhuizen; groothandel in kleding en schoeisel.

3.

Op grond van een voorlopig onderzoek is de Commissie van oordeel dat de aangemelde concentratie binnen het toepassingsgebied van de EG-concentratieverordening kan vallen. Ten aanzien van dit punt wordt de definitieve beslissing echter aangehouden. Er zij op gewezen dat deze zaak in aanmerking kan komen voor de vereenvoudigde procedure zoals uiteengezet in de mededeling van de Commissie betreffende een vereenvoudigde procedure voor de behandeling van bepaalde concentraties krachtens de EG-concentratieverordening (2).

4.

De Commissie verzoekt belanghebbenden haar hun eventuele opmerkingen over de voorgenomen concentratie kenbaar te maken.

Deze opmerkingen moeten de Commissie uiterlijk tien dagen na dagtekening van deze bekendmaking hebben bereikt. Zij kunnen per faxbericht (+32 22964301), per e-mail naar COMP-MERGER-REGISTRY@ec.europa.eu of per post, onder vermelding van zaaknummer COMP/M.6072 — Carlyle/Primondo Operations, aan onderstaand adres worden toegezonden:

Europese Commissie

Directoraat-generaal Concurrentie

Griffie voor concentraties

J-70

1049 Brussel

BELGIË


(1)  PB L 24 van 29.1.2004, blz. 1 (de „EG-concentratieverordening”).

(2)  PB C 56 van 5.3.2005, blz. 32 („mededeling betreffende een vereenvoudigde procedure”).


ANDERE HANDELINGEN

Europese Commissie

27.11.2010   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 322/31


Bekendmaking van een aanvraag overeenkomstig artikel 6, lid 2, van Verordening (EG) nr. 510/2006 van de Raad inzake de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen

2010/C 322/10

Deze bekendmaking verleent het recht om op grond van artikel 7 van Verordening (EG) nr. 510/2006 van de Raad (1) bezwaar aan te tekenen tegen de aanvraag. Bezwaarschriften moeten de Commissie bereiken binnen zes maanden te rekenen vanaf de datum van deze bekendmaking.

ENIG DOCUMENT

VERORDENING (EG) Nr. 510/2006 VAN DE RAAD

„ΚΑΤΣΙΚΑΚΙ ΕΛΑΣΣΟΝΑΣ” (KATSIKAKI ELASSONAS)

EG-nummer: EL-PDO-0005-0734-14.01.2009

BGA ( ) BOB (X )

1.   Naam:

„Κατσικάκι Ελασσόνας” (Katsikaki Elassonas)

2.   Lidstaat of derde land:

Griekenland

3.   Beschrijving van het landbouwproduct of levensmiddel:

3.1.   Productcategorie:

Categorie 1.1 —

Vers vlees (en verse slachtafvallen)

3.2.   Beschrijving van het product waarvoor de in punt 1 vermelde naam van toepassing is:

Vers vlees van zogende geitenlammeren die 30-55 dagen oud zijn, 5,5-9,0 kg wegen en geboren zijn uit geiten met de fenotypische kenmerken van inheemse, overal op het Griekse hoofdeiland verspreide, Griekse geitenrassen. De fenotypische kenmerken van de dieren zijn: gemiddelde hoogte, goede ontwikkeling van het lichaam, goede lichaamsverhoudingen, bont van kleur maar hoofdzakelijk zwart, langharig, gehoornd, oren van gemiddelde grootte, korte maar stevige poten, uitzonderlijk resistent, matige eter, sterk temperament, geschikt voor een droog, heet klimaat, arme weidegronden en een extensief houderijsysteem, late sexuele rijpheid, lage incidentie van meervoudige geboorten, lage melkproductie (de melk heeft een hoog vetgehalte (5 %) en eiwitgehalte (3,5 %)), bestand tegen extreme weersomstandigheden, bestand tegen ziekten en in staat om verre afstanden af te leggen. Deze geitenpopulaties behoren tot het plaatselijke Griekse ras (Capra prisca) of zijn het resultaat van een kruising van dit ras met bokken van het Skopelos-ras. De geiten worden gehouden in een extensief of een semi-extensief systeem in de provincie Elassona — de regio is hieronder omschreven en afgebakend — en grazen op hooggelegen (boven 250 m) bergweiden.

Het vlees wordt uitsluitend vers verkocht, a) in de vorm van hele karkassen, b) in de vorm van halve karkassen of c) in deelstukken.

Organoleptische kenmerken van „Katsikaki Elassonas” vlees:

„Katsikaki Elassonas” vlees heeft een karakteristiek aroma en een aangename geur en smaak. Het is zacht en sappig vlees en heeft een pH van 7,0-7,2. Het heeft een zeer dun tot helemaal geen vetlaagje en geen onderhuids vet. Het karkas is benig en heeft een hoog gehalte aan linoleenzuur. De kleur van het vlees varieert van wit tot zachtroze en stemt overeen met het bepaalde in de communautaire verordeningen. Het valt onder de categorie „lichte geitenlammeren”, overeenkomstig de communautaire wetgeving.

Chemische kenmerken van „Katsikaki Elassonas” vlees:

Katsikaki Elassonas

Vochtgehalte %

(gem. waarde)

Eiwitgehalte %

(gem. waarde)

Vetgehalte %

(gem. waarde)

Asgehalte %

(gem. waarde)

 

77,71

19,63

1,02

1,18


Kleur van het vlees

L = 43,17 + 0,46

Helder

a = 7,28 + 0,79

Rood

b = 10,40 + 0,63

Geel

3.3.   Grondstoffen (alleen voor verwerkte producten):

3.4.   Diervoeders (alleen voor producten van dierlijke oorsprong):

Tot op het ogenblik dat ze worden geslacht, worden de geitenlammeren uitsluitend gezoogd door het moederdier. De geiten grazen vrij op bergweiden (op meer dan 250 m hoogte) en op kunstweiden. Krachtvoer (hoofdzakelijk granen, leguminosen, groenten, stro, klaver en oliehoudende zaden) dat hoofdzakelijk in het afgebakende geografische gebied wordt geproduceerd alsook vitamines en mineralen worden gedurende 3-5 maanden toegediend. De kleine kunstweiden worden bemest met gebruikmaking van mest van dieren die afkomstig zijn uit het geografische gebied aangezien het gebruik van insecticiden, pesticiden en kunstmest niet is toegestaan.

3.5.   Specifieke onderdelen van het productieproces die in het afgebakende geografische gebied moeten plaatsvinden:

Geslachte geitenlammeren mogen slechts de benaming „Katsikaki Elassonas” voeren indien:

a)

beide ouderdieren vóór de paring al minstens acht maanden in het afgebakende geografische productiegebied verbleven;

b)

de geitenlammeren ook in het afgebakende geografische productiegebied geboren zijn en er tot aan de slacht gehouden werden.

3.6.   Specifieke voorschriften betreffende het in plakken snijden, het raspen, het verpakken enz.:

3.7.   Specifieke voorschriften betreffende de etikettering:

Het volgende etiket moet op de hele karkassen, de halve karkassen en de deelstukken worden aangebracht:

Image

4.   Beknopte beschrijving van het afgebakende geografische gebied:

Het productiegebied omvat:

a)

de provincie Elassona in de prefectuur Larissa en

b)

het district Damasios in de gemeente Tirnavos in dezelfde prefectuur.

5.   Verband met het geografische gebied:

5.1.   Specificiteit van het geografische gebied:

Het afgebakende geografische gebied is bergachtig en semibergachtig met hoogten die variëren van 250 m tot 2 550 m. Zestig percent van het gebied is bedekt met weiden met een grote variëteit aan grassen, kruiden en aromatische planten. De gronden in de provincie Elassona die geschikt zijn om als weideland te worden ingezet, omvatten natuurlijke weilanden, landbouwgronden waarop diervoeders worden geteeld, braakland en kunstweiden. De natuurlijke weilanden zijn begroeid met weidegras, met struikgewas en ten dele met bossen. Het meest kenmerkend voor de regio is het hoge niveau aan biodiversiteit van de flora en de vele soorten aromatische planten.

De kruidachtige vegetatie bestaat hoofdzakelijk uit grassen en in mindere mate uit leguminosen en composieten. De onderfamilies die meestal worden aangetroffen zijn Festuceae, Hordeae, Pemineae, Aerostideae, Phalatideae en Aneneae. De kruidachtige planten die het meest worden aangetroffen zijn onder meer Festuca rubra, Dactylis glomerata, Bromus sp., Trifolium sp., Stipa sp., Lolium sp., enz. Het struikgewas draagt in belangrijke mate bij aan de voeding doordat de dieren zowel de jonge scheuten als de kruidachtige vegetatie die in de schaduw van de kroon van de plant groeit, kunnen eten. De beweidingcapaciteit bedraagt 1,39 grootvee-eenheden.

De plaatselijke geitenpopulaties zijn klein van stuk, matige eters en aangepast aan de bergachtige en semibergachtige omgeving van het afgebakende geografische gebied. De extensieve geitenhouderij vormt een integraal onderdeel van de cultuur en van de instandhouding van het natuurlijke milieu en maakt essentieel deel uit van het dagelijks leven in de provincie Elassona.

5.2.   Specificiteit van het product:

Het spierweefsel van geslachte „Katsikaki Elassonas” is gelijkmatig verdeeld. Het karkas is licht, het vlees is bedekt met een zeer dun tot helemaal geen vetlaagje en van een onderhuidse vetlaag is geen sprake. „Katsikaki Elassonas” hebben een hoger eiwitgehalte (19,63 %) dan geitenlammeren van andere regio’s (18,9 %). Het totale vetgehalte bedraagt minder dan 1,02 % in vergelijking met 4,83 % bij dieren van andere regio’s en het vlees is wit tot roze in tegenstelling tot het enigszins rode vlees van geitenlammeren uit de laagvlakte. Onderzoek van de vetzuren in het karkas hebben aangetoond dat de geitenlammeren van Elassona een hoger gehalte aan linoleenzuur hebben (C18:3) dan de geitenlammeren van laaglandregio’s. Het vlees van geitenlammeren van Elassona is mals en sappig en heeft een karakteristiek aroma en een aangename geur en smaak, zelfs wanneer de dieren al wat ouder zijn. Om al deze redenen is het vlees „Katsikaki Elassonas” in vele stedelijke gebieden bijv. in Larissa, Katerini, Athene, Thessaloniki, Kreta en ook in het buitenland zeer gegeerd.

5.3.   Causaal verband tussen het geografische gebied en de kwaliteit of de kenmerken van het product (voor een BOB) dan wel van een bepaalde hoedanigheid, de faam of een ander kenmerk van het product (voor een BGA):

Zijn kwaliteit dankt „Katsikaki Elassonas” aan de bijzondere bodemgesteldheid en klimaatomstandigheden in het gebied (bergachtig en semibergachtig land) dat kan bogen op een weelderige vegetatie, een grote plantenvariëteit (alleen al op de berg Olympus worden 1 700 soorten aangetroffen) en talrijke aromatische planten. De dieren die op de weiden van het bergachtige of semibergachtige Elassona grazen, verorberen een ruime waaier aan grassen, kruiden en planten. Ze leggen vaak grote afstanden af waardoor zij fysiek verschillen van de dieren die op lagere hoogte verblijven, en vooral van op stal gehouden dieren. De antioxidanten in vele aromatische planten verlenen de geitenmelk en vooral het vlees van de geitenlammeren een bijzondere en karakteristieke geur en smaak die door de consument zeer op prijs worden gesteld.

Er is een positief verband tussen de intensiteit van het aroma en het linoleenzuur (C18:3) dat in dieren die in de vrije natuur grazen in hogere concentraties wordt aangetroffen en tussen deze bij het vlees van zogende geitenlammeren zeer gezochte eigenschappen en de bodem, de vegetatie en het microklimaat in de provincie Elassona.

Bij analyse van de vetzuren in geitenlammeren uit de regio Elassona zijn hogere hoeveelheden linoleenzuur (C18:3) aangetroffen dan in geitenlammeren uit laaglandregio’s. Het aroma wordt ook beïnvloed door het voeder van de dieren, de wijze waarop ze worden gehouden, het ras, de leeftijd en de reproductieve toestand.

„Katsikaki Elassonas” vlees dankt zijn organoleptische kenmerken aan:

a)

de kleine plaatselijke geitenrassen die matige eters zijn, sterk zijn en zich volledig hebben aangepast aan de bijzondere geografische omgeving;

b)

het feit dat de geiten vrij rondlopen en dagelijks op weiden grazen;

c)

de zeer gevarieerde vegetatie, het gevarieerde aanbod aan grassen, kruiden en aromatische planten;

d)

de diverse hoogten (250m-2 550 m);

e)

de bodem en het microklimaat in de regio;

f)

het feit dat de geitenlammeren uitsluitend worden gezoogd door het moederdier;

g)

de hoge gehaltes aan linoleenzuur (C18:3);

h)

de korte periode waarin de moederdieren (geiten) krachtvoer krijgen dat grotendeels in de provincie Elassona wordt geproduceerd.

De geitenhouderij en de productie van „Katsikaki Elassonas” komen reeds eeuwenlang in het gebied voor. Het vlees wordt afgezet op de markten van Larissa, Katerini, Athene, Thessaloniki en op buitenlandse markten (Italië, Spanje en Cyprus).

Verwijzing naar de bekendmaking van het productdossier:

(Artikel 5, lid 7, van Verordening (EG) nr. 510/2006)

http://www.minagric.gr/greek/data/Προδιαγραφές%20προϊόντος%20ΚΑΤΣΙΚΑΚΙ%20ΕΛΑΣΣΟΝΑΣ.doc


(1)  PB L 93 van 31.3.2006, blz. 12.


27.11.2010   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 322/35


Bekendmaking van een aanvraag overeenkomstig artikel 6, lid 2, van Verordening (EG) nr. 510/2006 van de Raad inzake de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen

2010/C 322/11

Deze bekendmaking verleent het recht om op grond van artikel 7 van Verordening (EG) nr. 510/2006 van de Raad (1) bezwaar aan te tekenen tegen de aanvraag. Bezwaarschriften moeten de Commissie bereiken binnen zes maanden te rekenen vanaf de datum van deze bekendmaking.

ENIG DOCUMENT

VERORDENING (EG) Nr. 510/2006 VAN DE RAAD

„JABŁKA GRÓJECKIE”

EG-nummer: PL-PGI-0005-0730-01.12.2008

BGA ( X ) BOB ( )

1.   Naam:

„Jabłka grójeckie”

2.   Lidstaat of derde land:

Polen

3.   Beschrijving van het landbouwproduct of levensmiddel:

3.1.   Productcategorie:

Categorie 1.6:

Groenten, fruit en granen, in ongewijzigde staat of verwerkt

3.2.   Beschrijving van het product waarvoor de in punt 1 vermelde naam van toepassing is:

Appelen van de hierna opgesomde variëteiten mogen als „jabłka grójeckie” van de klasse „extra” dan wel van klasse I worden verkocht indien ze op het ogenblik van de verkoop voldoen aan de in de onderstaande tabel vermelde minimumvoorwaarden op het vlak van kleur, afmetingen en vastheid van het vruchtvlees. De zuurgraad van „Jabłka grójeckie” ligt in de regel ook 5 % hoger dan het voor de desbetreffende variëteit geldende gemiddelde. De waarde van deze parameter is evenwel afhankelijk van de weersomstandigheden tijdens de vegetatieperiode.

Variëteit

Kleur als % van het oppervlak

Afmetingen van de klasse „extra” (mm)

Afmetingen van klasse I (mm)

Minimale vastheid van het vruchtvlees (kg/cm2)

Alwa

55

60

55

5,5

Belle de Boskoop en mutanten

38

70

65

6

Braeburn

55

70

65

6

Cortland

55

70

65

4,5

Celeste

38

70

65

5,5

Delikates

55

70

65

5

Delbarestival en mutanten

38

60

55

5,5

Early Geneva

55

60

55

6

Elise

80

70

65

6

Elstar

38

60

55

4,5

Empire

80

60

55

5

Fuji

55

70

65

6

Gala en mutanten

38

60

55

5,5

Gloster

55

70

65

5,5

Golden Delicious en mutanten

10

70

65

5

Idared

55

70

65

5,5

Jerseymac

55

60

55

5,5

Jonagold en mutanten

38

70

65

5

Jonagored en mutanten

80

70

65

5

Lobo

55

70

65

4,5

Ligol

55

70

65

5,5

Mutsu

10

70

65

6

Paula Red

55

70

65

5,5

Pinova en mutanten

38

70

65

5,5

Piros

38

60

55

5,5

Rubin

80

70

65

4,5

Shampion en mutanten

55

70

65

4,5

3.3.   Grondstoffen (alleen voor verwerkte producten):

3.4.   Diervoeders (alleen voor producten van dierlijke oorsprong):

3.5.   Specifieke onderdelen van het productieproces die in het afgebakende geografische gebied moeten plaatsvinden:

De volgende productiefasen van de „jabłka grójeckie” moeten in het in punt 4 afgebakende geografische gebied worden doorlopen:

de voorbereiding van de grond;

het planten;

het snoeien en vormgeven;

de bemesting;

de irrigatie;

de toediening van gewasbeschermingsmiddelen;

de behandelingen om de vruchtkwaliteit te verbeteren;

de oogst.

„Jabłka grójeckie” moeten geteeld worden in het in punt 4 afgebakende geografische gebied volgens de geïntegreerde productiemethode voor appelen of volgens de GLOBALGAP-voorschriften.

3.6.   Specifieke voorschriften betreffende het in plakken snijden, het raspen, het verpakken enz.:

Geen

3.7.   Specifieke voorschriften betreffende de etikettering:

4.   Beknopte beschrijving van het afgebakende geografische gebied:

In de provincie Mazowieckie:

Het gehele district Grójecki (gemeenten: Belsk Duży, Błędów, Chynów, Goszczyn, Grójec, Jasieniec, Mogielnica, Nowe Miasto n. Pilicą, Pniewy en Warka),

de gemeente Mszczonów in het district Żyrardowski,

de gemeenten Tarczyn, Prażmów en Góra Kalwaria in het district Piaseczyński,

de gemeente Sobienie Jeziory in het district Otwocki,

de gemeente Wilga in het district Garwoliński,

de gemeenten Grabów n. Pilicą en Magnuszew in het district Kozienicki,

de gemeenten Stromiec, Białobrzegi en Promna in het district Białobrzeski;

In de provincie Łódzkie:

de gemeenten Biała Rawska, Sadkowice, Regnów en Cielądz in het district Rawski,

de gemeente Kowiesy in het district Skierniewicki.

5.   Verband met het geografische gebied:

5.1.   Specificiteit van het geografische gebied:

5.1.1.   Natuurlijke factoren

Het productiegebied van de „jabłka grójeckie” is in Centraal Polen gevestigd, in de vlakte van Warsaw, op het plateau van Rawa, in de Białobrzegi-vallei en in de centrale Vistula-vallei. Deze geografische regio's maken deel uit van het centrale en het zuidelijke Mazowiecka laagland.

Podsol- of pseudopodsolgronden die zich op zand en klei en op marginale afzettingsgronden van gemiddelde tot geringe kwaliteit hebben gevormd en die voor de appelteelt ideaal zijn, overheersen in deze gebieden. De jaarlijkse neerslag in de regio bedraagt 600 mm. Het vegetatieseizoen bedraagt ongeveer 200 dagen zodat de meeste appelvariëteiten hier kunnen worden geteeld. Het vrij milde, haast continentale klimaat in de regio biedt bescherming tegen belangrijke plantverliezen, zelfs wanneer het vorstgevoelige variëteiten betreft.

De regio heeft een karakteristiek microklimaat dat wordt gekenmerkt door lage nachttemperaturen (die tot 0 °C kunnen bedragen) in de periode vóór de oogst (september en begin oktober).

Het afgebakende teeltgebied van de „jabłka grójeckie” is zeer homogeen van karakter. Van het centrum, d.w.z. vanaf de stad Grójec, tot aan de grenzen van dit gebied, worden in elke gemeente appelen geteeld. De concentratie van de appelplantages die in de omgeving van Grójec tot 70 % bedraagt, neemt af naarmate men zich verder van deze stad verwijdert. Net buiten de grenzen van het afgebakende teeltgebied, zijn de plantages meer verspreid. Daarom wordt het teeltgebied „de grootste boomgaard van Europa” genoemd.

5.1.2.   Historische en menselijke factoren

„De grootste boomgaard van Europa”, zoals de Grójec-regio wordt genoemd, ontstond in de tijd van Koningin Bona die bekend stond om haar belangstelling voor de tuinbouw en de fruitteelt. In 1545 ontving zij een groot stuk grond in het district Grójec dat zij later veilig stelde door eigenaren van tuinderijen diverse privileges te verlenen. De wettige status van fruitteler werd vervolgens, in 1578, bekrachtigd door het koninklijk decreet dat door de zoon van Koningin Bona werd uitgevaardigd. Dat was de eerste impuls voor de ontwikkeling van boomgaarden, met name appelboomgaarden. In historische werken wordt talrijke malen verwezen naar boomgaarden die in het gebied rond Grójec in heerlijkheden en op boerenbedrijven het licht zagen.

Een niet onbelangrijke rol in de geschiedenis van de „jabłka grójeckie” werd ook gespeeld door leden van de clerus (Roch Wójcicki in Belsk, Niedźwiedzki in Łęczeszyce, Stefan Roguski in Goszczyn en Edward Kawiński in Konary), die in de fruitteelt in de regio in de 19e eeuw het voortouw namen.

Het begin van de 20e eeuw zag de opkomst van commerciële boomgaarden waarvoor het werk van Jan Cieślak uit Podgórzyce symbool staat. Cieślak leverde een grote bijdrage aan de verbetering van de appelteelt en de opslagtechnieken (in 1918 bouwde hij het eerste fruitpakhuis in Polen).

Ook de eerste adviseurs verschenen in de vroege jaren ′20 op het toneel. Een van de beroemdste in de regio was Witalis Urbanowicz die in 1909 bekendheid verwierf met de opstelling van zijn „Tien geboden voor de tuinbouw”.

Wie zegt: een periode van zeer snelle groei van de fruitteelt in de Grójec-regio die aan het einde van de Tweede Wereldoorlog begon, zegt professor Szczepan Pieniążek. De oprichting van het Onderzoekinstituut voor pomologie en bloementeelt (Instytut Sadownictwa i Kwiaciarstwa) dat de plaatselijke fruittelers de nieuwste kennis en ervaring heeft bijgebracht, werd door deze professor aangemoedigd. Op zijn aanbeveling werd ook door één van zijn studenten, Eligiusz Gajewski, de experimentele afdeling van het instituut voor pomologie en bloementeelt in Nowa Wieś opgericht. Deze evolueerde tot een bedrijf dat als model dient en dat praktische knowhow aan de fruittelers van Grójec doorgeeft.

Na verloop van tijd nam de teelt van „jabłka grójeckie” uitbreiding maar in 1958 mislukte de oogst van de plaatselijke telers en deze gebeurtenis zette de vicevoorzitter van het districtpresidium van de nationale raad in Grójec, Wacław Przytocki, ertoe aan een appelbloesemfestival (Dni Kwitnących Jabłoni) te organiseren met als doel de appelen en ook de regio in haar geheel te promoten. Aanvankelijk werd het appelbloesemfestival ieder jaar in een andere plaats en telkens onder een andere naam georganiseerd: „Dni Kwitnących Jabłoni”, „Dni Kwitnącej Jabłoni”, „Grójeckie Dni Kwitnącej Jabłoni”, „Grójeckie Dni Kwitnących Jabłoni”, „Kwitnące Jabłonie” en „Święto Kwitnących Jabłoni”. Laatstgenoemde naam wordt nu al tien jaar gebruikt.

5.2.   Specificiteit van het product:

„Jabłka grójeckie” hebben een blos die in de regel 5 % feller is dan doorgaans het geval is. De mooie rode blos van de appels laat de vruchten er niet alleen aantrekkelijk uitzien maar duidt tevens op een hoger pigmentgehalte — hoofdzakelijk anthocyanine en carotenoïde — in het weefsel van de schil. De zuurgraad van „jabłka grójeckie” ligt doorgaans ook 5 % hoger dan het voor de desbetreffende variëteit geldende gemiddelde. De waarde van deze parameter is evenwel afhankelijk van de weersomstandigheden tijdens de vegetatieperiode.

5.3.   Causaal verband tussen het geografische gebied en de kwaliteit of de kenmerken van het product (voor een BOB) dan wel van een bepaalde hoedanigheid, de faam of een ander kenmerk van het product (voor een BGA):

Voor de link tussen „jabłka grójeckie” en het in punt 4 afgebakende geografische gebied zorgen de in punt 5.2 beschreven specifieke kenmerken waarvoor de in punt 5.1.1 beschreven natuurlijke factoren en de hieronder beschreven faam verantwoordelijk zijn.

Door de natuurlijke omstandigheden in het teeltgebied van de „jabłka grójeckie”, met name de bodem en het specifieke microklimaat, kleuren de „jabłka grójeckie” vlugger, is de blos op de vruchten feller dan doorgaans het geval is en ontstaat een hoge zuurgraad die in heel Europa door de verwerkers op prijs wordt gesteld. De lage nachttemperaturen hebben een gunstige invloed op de fysiologische processen die net vóór de oogst in de appelen plaatsvinden. De verklaring hiervoor is dat oxidatieprocessen tijdens de nachtelijke rustperiode minder intensief zijn waardoor er een betere verhouding suiker-zuur ontstaat hetgeen in belangrijke mate bijdraagt aan de uitstekende smaak van de „jabłka grójeckie”.

De unieke kenmerken van de „jabłka grójeckie” hangen nauw samen met het teeltgebied van de appelen en zijn het resultaat van het bijzondere microklimaat. De aan de oogst voorafgaande periode in de Grójec-regio wordt bovendien gekenmerkt door belangrijke temperatuurdalingen (tot 0 °C in september en het begin van oktober). Kortom, de bodem en het specifieke microklimaat zorgen voor de unieke natuurlijke omstandigheden die de „jabłka grójeckie” vlugger laten kleuren en de appels voorzien van een meer dan gemiddelde blos en van een hoge zuurgraad die in heel Europa door de verwerkers op prijs wordt gesteld.

De gunstige omstandigheden voor de appelteelt in de Grójec-regio hebben de appels een uitzonderlijke faam bezorgd die gedurende 500 jaar alsmaar steviger is geworden. Voor de meeste inwoners van de provincie Mazowieckie en van de omliggende provincies is Grójec synoniem voor appelteelt. Overal in het gebied vindt men verwijzingen naar de fruitteelt: in het wapenschild van het district Grójecki en van een aantal gemeenten (Chynów, Belsk Duży, Błędów, Jasieniec, Kowiesy en Sadkowice) waarin appelen zijn opgenomen; in plaatsnamen zoals Sadków en Sadkowice („sad” is het Poolse woord voor boomgaard); in een bas-reliëf in het Huis van de Tuinbouw in Grójec dat een appeloogst voorstelt; in het immens populaire jaarlijkse appelbloesemfestival en in de nationale boomgaardconferentie die jaarlijks in Grójec plaatsvindt; en in de namen waarmee sommige stadsdelen werden bedacht, zoals bij het woningbouwproject Zielony Sad („Groene boomgaard”) het geval is.

Aan een eeuwenlange traditie hebben de plaatselijke fruittelers het te danken dat zij de vaardigheden die vereist zijn om appelbomen te verzorgen, haast tot in de perfectie beheersen. De plaatselijke nijverheid is ook toegespitst op de behoeften van de fruitteelt: fruitverwerkende bedrijven, handelsmaatschappijen, producentenorganisaties, toeleveringsbedrijven voor de fruittelers, machinebouwers, enz.

In de Grójec-regio zijn nu kleine bedrijven gevestigd die aan intensieve fruitteelt doen, en deze bedrijven zijn goed voor haast 40 % van de nationale appelproductie. In sommige gemeenten bedraagt de concentratie van de appelplantages tot 70 %.

De uitstekende reputatie die de appelen genieten en die zij te danken hebben aan de klimaatomstandigheden in de regio en aan de lange teelttraditie, werd bevestigd in het kader van een enquête die in het gehele land in september 2008 onder de consumenten werd gehouden. De resultaten van de enquête toonden aan hoe sterk de Grójec-regio geassocieerd wordt met de fruitteelt, met name de appelteelt. 27,7 % van de medewerkers aan de enquête legden het verband tussen de Grójec-regio en de fruitteelt. 19 % van de Polen associëren de Grójec-regio met de appelteelt. Het percentage ondervraagden uit de naburige provincies van Mazowieckie dat Grójec en appelen met elkaar associeert is zelfs nog hoger: 32 % in de provincie Łódzkie en 36 % in de provincie Świętokrzyskie.

De faam van de „jabłka grójeckie” wordt ook bevestigd door artikelen in de pers. Enkele voorbeelden zijn: „Co czwarte jabłko z Grójca” (1991), „Z Grójca do Szwecji” (1992), „Jabłko ekologiczne” (1993), „Eurojabłka z Grójeckiego” (1995), „Sady po klęsce” (2000), „Jabłkowe centrum Europy?” (2001) en „Grójeckie jabłka najlepsze” (2007).

Verwijzing naar de bekendmaking van het productdossier:

(Artikel 5, lid 7, van Verordening (EG) nr. 510/2006)

http://www.minrol.gov.pl/index.php?/pol/Jakosc-zywnosci/Produkty-regionalne-i-tradycyjne/Wnioski-przeslane-do-UE-od-kwietnia-2006-roku


(1)  PB L 93 van 31.3.2006, blz. 12.


Top