EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 92001E003629

SCHRIFTELIJKE VRAAG P-3629/01 van Salvador Garriga Polledo (PPE-DE) aan de Commissie. Lijst met fraudegevallen en onregelmatigheden bij het ESF in Spanje tijdens de periode 1994-1999.

PB C 172E van 18.7.2002, p. 100–100 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

European Parliament's website

92001E3629

SCHRIFTELIJKE VRAAG P-3629/01 van Salvador Garriga Polledo (PPE-DE) aan de Commissie. Lijst met fraudegevallen en onregelmatigheden bij het ESF in Spanje tijdens de periode 1994-1999.

Publicatieblad Nr. 172 E van 18/07/2002 blz. 0100 - 0100


SCHRIFTELIJKE VRAAG P-3629/01

van Salvador Garriga Polledo (PPE-DE) aan de Commissie

(8 januari 2002)

Betreft: Lijst met fraudegevallen en onregelmatigheden bij het ESF in Spanje tijdens de periode 1994-1999

Kan de Commissie overeenkomstig het kaderakkoord inzake de betrekkingen tussen het Parlement en de Raad van 29 juni 2000 in samenwerking met OLAF een lijst toesturen waarin de organen worden genoemd die betrokken zijn bij de door Spanje gemelde 137 onregelmatigheden bij het ESF met betrekking tot niet-subsidiabele uitgaven in de programmeringsperiode 1994-1999?

Antwoord van mevrouw Schreyer namens de Commissie

(28 januari 2002)

Het geachte parlementslid zij verwezen naar het antwoord van de Commissie op zijn schriftelijke vraag P-3135/01(1).

De Commissie merkt op dat in artikel 10 van Verordening (EG) nr. 1681/94 van de Commissie van 11 juli 1994 betreffende onregelmatigheden in het kader van de financiering van het structuurbeleid en de terugvordering van in dat kader onverschuldigd betaalde bedragen, alsmede betreffende de inrichting van een informatiesysteem op dit gebied(2) is bepaald dat namen van natuurlijke personen of van rechtspersonen slechts aan een andere lidstaat of een andere instelling van de Gemeenschap mogen worden medegedeeld, wanneer deze gegevens nodig zijn om onregelmatigheden te voorkomen of om deze te bestrijden dan wel om vermoede onregelmatigheden te constateren.

Bijgevolg is de Commissie, bij gebrek aan een specifieke rechtvaardiging, niet voornemens de door het geachte parlementslid genoemde lijst met namen mee te delen.

(1) PB C 147 E van 20.6.2002, blz. 111.

(2) PB L 178 van 12.7.1994.

Top