92000E2635

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-2635/00

van Karin Riis-Jørgensen (ELDR) aan de Commissie

(1 augustus 2000)

Betreft: Onwettige overheidssteun aan Combus A/S

De Deense autobusonderneming Combus A/S (die in het bezit is van de overheid) is met overheidssteun in staat via prijzen die ver onder het werkelijke kostenpeil liggen, te concurreren met binnen- en buitenlandse particuliere autobusondernemingen.

Volgens mijn gegevens hebben de Deense autobusbedrijven (De Danske Busvognmænd) tijdens een bijeenkomst met de Commissie in het najaar van 1999 hun standpunt over de onwettige overheidssteun aan Combus A/S uiteengezet. Tijdens deze bijeenkomst kregen De Danske Busvognmænd de indruk dat de Commissie bereid was de zaak verder uit te zoeken.

Kan de Commissie in dit verband mededelen:

1. of zij dit onderzoek na de bijeenkomst met De Danske Busvognmænd in het najaar van 1999 heeft uitgevoerd;

2. hoe ver zij, als het onderzoek loopt, is gekomen en, niet in de laatste plaats, wanneer zij het probleem van de onwettige overheidssteun aan Combus A/S denkt te hebben afgerond?

Antwoord van mevrouw de Palacio namens de Commissie

(23 oktober 2000)

Overheidsfinanciering die de mededinging vervalst of dreigt te vervalsen door bepaalde ondernemingen te bevoordelen en die nadelige invloed heeft op de handel tussen de lidstaten, vereist in principe een voorafgaande goedkeuring vanwege de Commissie. Geen enkele kennisgeving van overheidssteun krachtens artikel 88 (ex artikel 93) van het EG-Verdrag heeft de Commissie bereikt wat de kwestie van de financiering van de Deense openbare vervoersmaatschappij Combus A/S betreft.

Financiële vergoedingen van openbaar vervoer over de weg en per spoor zijn echter vrijgesteld van voorafgaande kennisgeving en beoordeling door de Commissie krachtens de overheidssteunregeling van het Verdrag, op voorwaarde dat deze vergoedingen worden verleend conform de Verordening (EEG) nr. 1191/69 van de Raad van 26 juni 1969 betreffende het optreden van de lidstaten ten aanzien van met het begrip openbare dienst verbonden verplichtingen op het gebied van het vervoer per spoor, over de weg en over de binnenwateren(1) als gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 1893/91 van de Raad van 20 juni 1991(2).

De lidstaten mogen in het kader van de verordening zelf bepalen in welke vorm ze bedrijven de kosten van de openbare dienstverlening vergoeden. Wanneer misbruik van dergelijke steun bewezen is, zal de Commissie echter reageren, op voorwaarde dat zowel een nadelig effect op de mededinging, alsook een effect op de grensoverschrijdende handel kan worden vastgesteld.

De Commissie heeft nog geen formele beslissing genomen betreffende haar beoordeling van de financiering van Combus A/S. Gezien de huidige marktsituatie is de Commissie van mening dat een onmiddellijk reactie niet is vereist.

(1) PB L 156 van 28.6.1969.

(2) PB L 169 van 29.6.1991.