Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 91999E000598

    SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 598/99 van Ilona GRAENITZ Sluiting van de kerncentrales Bohunice, Kosloduj en Ignalina

    PB C 325 van 12.11.1999, p. 123 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

    European Parliament's website

    91999E0598

    SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 598/99 van Ilona GRAENITZ Sluiting van de kerncentrales Bohunice, Kosloduj en Ignalina

    Publicatieblad Nr. C 325 van 12/11/1999 blz. 0123


    SCHRIFTELIJKE VRAAG P-0598/99

    van Ilona Graenitz (PSE) aan de Commissie

    (3 maart 1999)

    Betreft: Sluiting van de kerncentrales Bohunice, Kosloduj en Ignalina

    De kerncentrales Bohunice (V-1) in Slowakije, Ignalina in Litouwen en Kosloduj (reactorblokken 1-4) in Bulgarije behoren tot de gevaarlijkste in Europa. De Europese Commissie beschouwt deze centrales in haar mededeling aan de Raad en het Europees Parlement betreffende de activiteiten in de nucleaire sector ten behoeve van de kandidaatlanden in Midden- en Oost-Europa en de Nieuwe Onafhankelijke Staten (COM(98) 0134 def. van 31.1.1998) als niet meer moderniseerbaar (hoofdstuk 5A, blz. 12).

    1. Is de Europese Commissie nog steeds van mening dat deze kerncentrales niet meer moderniseerbaar zijn en zo snel mogelijk moeten worden gesloten?

    2. Op welke termijn kan op een sluiting van deze drie kerncentrales worden gerekend?

    3. Welke maatregelen zal de Commissie in haar ressort nemen om de definitieve sluiting van deze kerncentrales te bespoedigen?

    4. Wordt overwogen om de sluiting eventueel te verbinden aan de toetreding van deze landen tot de Europese Unie, zoals de woordvoerder van commissaris Papoutsis in het geval van Ignalina heeft gedaan (zie European Voice 11-17.2.1999, blz. 9)?

    5. Acht de Commissie het noodzakelijk om, juist met het oog op de uitbreiding, uniforme veiligheidsnormen voor de EU in te voeren?

    6. Indien ja, acht de Europese Commissie het mogelijk om in de komende jaren dergelijke normen vast te leggen?

    Antwoord van de heer van den Broek namens de Commissie

    (31 maart 1999)

    1. De Commissie blijft de mening toegedaan dat de reactoren Ignalina 1-2, Kozloduy 1-4 en Bohunice VI van een type zijn dat niet tegen redelijke kosten op een veiligheidsniveau kan worden gebracht dat in overeenstemming met de westerse veiligheidsdoelstellingen is en dat deze reactoren moeten worden gesloten en buiten bedrijf worden gesteld.

    2. De Commissie is van mening dat de data voor de sluiting van deze reactoren verenigbaar moeten zijn met de prioriteiten van de partnerschappen voor toetreding en de eisen vervat in de overeenkomst inzake de rekening "nucleaire veiligheid" en een element moeten vormen van de door deze landen uit te stippelen en ten uitvoer te leggen veelomvattende energiestrategieën.

    3. De Commissie is met de regeringen van de betrokken landen in gesprek om hun te helpen bij het uitstippelen van de nodige energiestrategieën en staat in nauwe verbinding met de internationale financieringsinstellingen om financieringsplannen te helpen ontwikkelen waarop de internationale financiële steun kan worden gebaseerd. Wanneer bevredigende akkoorden zijn bereikt, zal de Commissie haar financiële deelneming specificeren.

    4. De Commissie zal erop toezien dat de bevordering van nucleaire veiligheid hoge prioriteit blijft krijgen. In haar dialoog met de regeringen van de toetredingskandidaten in het kader van de partnerschappen voor toetreding, maar ook in het kader van de Europaovereenkomst zal de Commissie deze regeringen eveneens aanmoedigen om op dit gebied de nodige stappen te nemen.

    5-6. Er werd een veelomvattend pakket algemene richtsnoeren voor nucleaire veiligheid uitgewerkt dat regelmatig door de Internationale Organisatie voor Atoomenergie (IAEA) wordt bijgewerkt. Dit pakket voorschriften vormt voor ieder afzonderlijk land de grondslag voor de uitwerking van de nodige nationale regels en normen. De Commissie stimuleert de invoering van een zo hoog mogelijk niveau van nationale veiligheidsregels en -praktijken en helpt de kandidaat-landen bij de totstandbrenging van hun eigen met de beste communautaire praktijkervaring verenigbare nucleaire regelgevingsstelsels.

    Top