EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 91996E002563

SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 2563/96 van Nikitas KAKLAMANIS aan de Commissie. Mond- en klauwzweer

PB C 83 van 14.3.1997, p. 28 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT)

European Parliament's website

91996E2563

SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 2563/96 van Nikitas KAKLAMANIS aan de Commissie. Mond- en klauwzweer

Publicatieblad Nr. C 083 van 14/03/1997 blz. 0028


SCHRIFTELIJKE VRAAG E-2563/96 van Nikitas Kaklamanis (UPE) aan de Commissie (11 oktober 1996)

Betreft: Mond- en klauwzweer

Zoals bekend wordt Griekenland voor de derde keer getroffen door mond- en klauwzeer, en wel in de gevoelige gebieden langs de grens, met name in Evros.

Deze veeziekte is afkomstig uit Turkije, hetgeen blijkt uit verklaringen van de meest ter zake bevoegde internationale organisaties en deskundigen van de EU, daar de ziekte van het type "o-1¨ is, die in heel dit land heerst.

Zodra er in Griekenland ook maar lichte gevallen van mond- en klauwzeer worden geconstateerd neemt het land vergaande maatregelen (zoals het afmaken van verdachte dieren) en spaart het kosten noch moeite, terwijl zijn buurlanden volledig onverschillig staan tegenover de verspreiding van de ziekte.

Turkije, dat verantwoordelijk is voor de verspreiding van deze ziekte, heeft geen enkele bereidheid tot samenwerking getoond, terwijl de daardoor voor Griekenland ontstane schade op economisch, zakelijk en nationaal vlak enorm is.

Kan de Commissie, gelet op het voorgaande, de volgende vragen beantwoorden:

1. Welke maatregelen denkt zij te nemen tegen Turkije, dat streeft naar toetreding tot de EU, maar dat systematisch de EU-mechanismen veronachtzaamt?

2. Overweegt zij dit land in quarantaine te plaatsen en de invoer van veeteeltprodukten uit dit land te verbieden om aldus de verspreiding van mond- en klauwzeer in de andere lid-staten te voorkomen?

3. Is zij voornemens Griekenland compensatie te geven voor de omvangrijke schade die het heeft opgelopen, mede gelet op het feit dat het de aanbeveling van de EU steeds volledig naleeft en alles doet wat het kan om de verspreiding van de ziekte te voorkomen, terwijl zijn buurland geen enkele maatregel neemt?

Antwoord van de heer Fischler namens de Commissie (20 november 1996)

De situatie met betrekking tot mond- en klauwzeer in Oost-Europa wordt door de Commissie op de voet en met veel aandacht gevolgd. Griekenland moet worden gelukgewenst omdat het de ziekte op zijn grondgebied met succes heeft bestreden en tot één enkele regio heeft kunnen beperken. Ook in Turkije zijn maatregelen getroffen om te voorkomen dat de ziekte in de Gemeenschap wordt binnengebracht. Turkije staat niet op de lijst van derde landen die dieren en bepaalde dierlijke produkten naar de Gemeenschap mogen uitvoeren. De Commissie is er zich evenwel van bewust dat deze maatregel alleen ontoereikend is om de verspreiding van mond- en klauwzeer naar de aan het Turks grondgebied grenzende gebieden te voorkomen. Om dat probleem op te lossen en om eventuele verdere communautaire maatregelen vast te stellen hebben deskundigen in september en oktober 1996

een bezoek gebracht aan Turkije. De resultaten daarvan worden momenteel onderzocht en aanbevelingen voor de te treffen maatregelen zullen worden gedaan. De Commissie zal niet aarzelen om, in samenwerking met de Griekse en de Turkse autoriteiten, de nodige maatregelen te treffen om het grondgebied van de Gemeenschap, met name de rechtstreeks bedreigde delen van Griekenland, op adequate wijze te beschermen. Een van de mogelijkheden is een vaccinatiecampagne in Turkije.

Met betrekking tot de eventuele compensatie van Griekenland voor de genomen bestrijdingsmaatregelen, hebben de Griekse autoriteiten op 30 december 1996 bij de Commissie een aanvraag ingediend op grond van artikel 3 van Beschikking 90/424/EEG van de Raad betreffende bepaalde uitgaven op veterinair gebied ((PB L 224 van 18.8.1990, laatstelijk gewijzigd bij Beschikking 94/370/EG van deRaad - PB L 168 van 2.7.1994 )). Deze aanvraag betreft de uitgaven voor dieren die in de periode juli-september 1996 zijn geslacht en vernietigd op besmette bedrijven en op contactbedrijven, en wordt onderzocht volgens de daarvoor geldende procedures.

Top