EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32003R1671

Verordening (EG) nr. 1671/2003 van de Raad van 22 september 2003 tot beëindiging van de antidumpingprocedures betreffende getextureerd filamentgaren van polyester (PTY) uit Taiwan, Indonesië, Thailand en Maleisië

PB L 237 van 24.9.2003, p. 1–2 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

Legal status of the document In force

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2003/1671/oj

32003R1671

Verordening (EG) nr. 1671/2003 van de Raad van 22 september 2003 tot beëindiging van de antidumpingprocedures betreffende getextureerd filamentgaren van polyester (PTY) uit Taiwan, Indonesië, Thailand en Maleisië

Publicatieblad Nr. L 237 van 24/09/2003 blz. 0001 - 0002


Verordening (EG) nr. 1671/2003 van de Raad

van 22 september 2003

tot beëindiging van de antidumpingprocedures betreffende getextureerd filamentgaren van polyester (PTY) uit Taiwan, Indonesië, Thailand en Maleisië

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 384/96 van de Raad van 22 december 1995 betreffende beschermende maatregelen tegen invoer met dumping uit landen die geen lid zijn van de Europese Gemeenschap(1), hierna "de basisverordening" genoemd, met name op artikel 9,

Gezien het voorstel dat de Commissie, na raadpleging van het Raadgevend Comité, heeft ingediend,

Overwegende hetgeen volgt:

A. PROCEDURE

1. Eerdere onderzoeken en thans geldende maatregelen

(1) Bij Verordening (EG) nr. 3905/88(2) heeft de Raad definitieve antidumpingrechten ingesteld op getextureerd filamentgaren van polyester (hierna "PTY" (polyester textured filament yarn) genoemd) uit Taiwan.

(2) Bij Verordening (EG) nr. 2160/96(3) heeft de Raad definitieve antidumpingrechten ingesteld op PTY uit Indonesië en Thailand.

(3) Bij Verordening (EG) nr. 1001/97(4) heeft de Raad definitieve antidumpingrechten ingesteld op PTY uit Maleisië. In september 2000 werd, in het kader van een tussentijds onderzoek dat door de voornaamste producent/exporteur was aangevraagd, het recht dat op die producent/exporteur van toepassing was bij Verordening (EG) nr. 1992/2000(5) verminderd tot 3,2 %.

2. Onderzoek bij het vervallen van de maatregelen en tussentijds onderzoek

Taiwan

(4) Na de bekendmaking van het bericht dat de antidumpingmaatregelen ten aanzien van PTY uit Taiwan binnenkort zouden vervallen(6), heeft de Commissie een verzoek ontvangen voor de inleiding van een herzieningsprocedure overeenkomstig artikel 11, lid 2, van de basisverordening.

(5) Na raadpleging van het Raadgevend Comité heeft de Commissie vastgesteld dat er voldoende bewijsmateriaal was om tot de inleiding van een herzieningsprocedure over te gaan en is zij overeenkomstig artikel 11, lid 2, van de basisverordening met een onderzoek begonnen(7).

(6) De Commissie heeft tezelfdertijd op eigen initiatief een onderzoek geopend(8) op grond van artikel 11, lid 3, van de basisverordening, na te hebben vastgesteld dat er voldoende bewijsmateriaal was om over te gaan tot een tussentijds onderzoek naar de invoer van PTY uit Taiwan, en na raadpleging van het Raadgevend Comité.

Indonesië

(7) Na de bekendmaking van het bericht dat de antidumpingmaatregelen ten aanzien van PTY uit Indonesië binnenkort zouden vervallen(9), heeft de Commissie een verzoek ontvangen voor de inleiding van een herzieningsprocedure overeenkomstig artikel 11, lid 2, van de basisverordening.

(8) Na raadpleging van het Raadgevend Comité heeft de Commissie vastgesteld dat er voldoende bewijsmateriaal was om tot de inleiding van een herzieningsprocedure over te gaan en is zij overeenkomstig artikel 11, lid 2, van de basisverordening met een onderzoek begonnen(10).

(9) De Commissie heeft tezelfdertijd op eigen initiatief een onderzoek geopend(11) op grond van artikel 11, lid 3, van de basisverordening, na te hebben vastgesteld dat er voldoende bewijsmateriaal was om over te gaan tot een tussentijds onderzoek naar de invoer van PTY uit Indonesië, en na raadpleging van het Raadgevend Comité.

Thailand

(10) Na de bekendmaking van het bericht dat de antidumpingmaatregelen ten aanzien van PTY uit Thailand binnenkort zouden vervallen(12), heeft de Commissie een verzoek ontvangen voor de inleiding van een herzieningsprocedure overeenkomstig artikel 11, lid 2, van de basisverordening.

(11) Na raadpleging van het Raadgevend Comité heeft de Commissie vastgesteld dat er voldoende bewijsmateriaal was om tot de inleiding van een herzieningsprocedure over te gaan en is zij overeenkomstig artikel 11, lid 2, van de basisverordening met een onderzoek begonnen(13).

Maleisië

(12) Na de bekendmaking van het bericht dat de antidumpingmaatregelen ten aanzien van PTY uit Maleisië binnenkort zouden vervallen(14), heeft de Commissie een verzoek ontvangen voor de inleiding van een herzieningsprocedure overeenkomstig artikel 11, lid 2, van de basisverordening.

(13) Na raadpleging van het Raadgevend Comité heeft de Commissie vastgesteld dat er voldoende bewijsmateriaal was om tot de inleiding van een herzieningsprocedure over te gaan en is zij overeenkomstig artikel 11, lid 2, van de basisverordening met een onderzoek begonnen(15).

B. INTREKKING VAN DE KLACHT EN BEËINDIGING VAN DE PROCEDURES

(14) Bij schrijven van 2 mei 2003 aan de Commissie heeft het "International Rayon and Synthetic Fibres Committee (CIRFS)" zijn verzoeken ingetrokken om de inleiding van een herzieningsprocedure bij het vervallen van de maatregelen ten aanzien van PTY uit Indonesië, Maleisië, Taiwan en Thailand, welke verzoeken waren ingediend op grond van artikel 11, lid 2, van de basisverordening.

(15) Overeenkomstig artikel 9, lid 1, van de basisverordening kan de procedure worden beëindigd wanneer de klacht wordt ingetrokken, tenzij dit niet in het belang van de Gemeenschap is.

(16) Gelet op het voorgaande wordt geoordeeld dat de herzieningsprocedures bij het vervallen van de maatregelen moeten worden beëindigd, daar bij het onderzoek niet is gebleken dat dit niet in het belang van de Gemeenschap is. Bovendien wordt het niet langer in het belang van de Gemeenschap geacht de tussentijdse onderzoeken voort te zetten betreffende de antidumpingmaatregelen ten aanzien van PTY uit Indonesië en Taiwan.

(17) Dit werd aan de belanghebbenden medegedeeld die in de gelegenheid werden gesteld opmerkingen te maken. Er werden geen opmerkingen ontvangen dat beëindiging van deze onderzoeken tegen het belang van de Gemeenschap was.

(18) De conclusie is derhalve dat de antidumpingprocedures betreffende de invoer van PTY uit Indonesië, Maleisië, Taiwan en Thailand zonder het nemen van maatregelen moeten worden beëindigd,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De antidumpingprocedures betreffende de invoer van getextureerd filamentgaren van polyester, ingedeeld onder de GN-code 5402 33 00, van oorsprong uit Taiwan, Indonesië, Thailand en Maleisië, worden hierbij beëindigd.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 22 september 2003.

Voor de Raad

De voorzitter

R. Buttiglione

(1) PB L 56 van 6.3.1996, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1972/2002 (PB L 305 van 7.11.2002, blz. 1).

(2) PB L 347 van 16.12.1988, blz. 10. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1074/96 (PB L 141 van 14.6.1996, blz. 45) en Verordening (EG) nr. 2010/2000 (PB L 241 van 26.9.2000, blz. 1).

(3) PB L 289 van 12.11.1996, blz. 14. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1078/2001 (PB L 149 van 2.6.2001, blz. 5).

(4) PB L 145 van 5.6.1997, blz. 1.

(5) PB L 238 van 22.9.2000, blz. 1.

(6) PB C 361 van 15.12.2000, blz. 2.

(7) PB C 170 van 14.6.2001, blz. 2.

(8) PB C 129 van 31.5.2002, blz. 5.

(9) PB C 74 van 7.3.2001, blz. 2.

(10) PB C 316 van 10.11.2001, blz. 9. (Het bericht van inleiding van deze procedure had ook betrekking op Thailand).

(11) PB C 129 van 31.5.2002, blz. 2.

(12) PB C 74 van 7.3.2001, blz. 2.

(13) PB C 316 van 10.11.2001, blz. 9 (het bericht van inleiding van deze procedure had ook betrekking op Indonesië).

(14) PB C 248 van 6.9.2001, blz. 2.

(15) PB C 135 van 6.6.2002, blz. 10.

Top