EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31994R0777

Verordening (EG) nr. 777/94 van de Raad van 29 maart 1994 houdende afwijking van Verordening (EEG) nr. 1637/91 wat betreft de betaling aan de melkproducenten van een vergoeding in verband met de verlaging van de referentiehoeveelheden

PB L 91 van 8.4.1994, p. 8–8 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT)

Dit document is verschenen in een speciale editie. (FI, SV)

Legal status of the document In force

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/1994/777/oj

31994R0777

Verordening (EG) nr. 777/94 van de Raad van 29 maart 1994 houdende afwijking van Verordening (EEG) nr. 1637/91 wat betreft de betaling aan de melkproducenten van een vergoeding in verband met de verlaging van de referentiehoeveelheden

Publicatieblad Nr. L 091 van 08/04/1994 blz. 0008 - 0008
Bijzondere uitgave in het Fins: Hoofdstuk 3 Deel 56 blz. 0264
Bijzondere uitgave in het Zweeds: Hoofdstuk 3 Deel 56 blz. 0264


VERORDENING (EG) Nr. 777/94 VAN DE RAAD van 29 maart 1994 houdende afwijking van Verordening (EEG) nr. 1637/91 wat betreft de betaling aan de melkproducenten van een vergoeding in verband met de verlaging van de referentiehoeveelheden

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid op artikel 43,

Gezien het voorstel van de Commissie (1),

Gezien het advies van het Europees Parlement (2),

Overwegende dat bij Verordening (EEG) nr. 1637/91 (3) onder andere een communautaire regeling is vastgesteld voor de financiering van de beëindiging van de melkproduktie op grond waarvan, na volledige en definitieve beëindiging van de melkproduktie uiterlijk op 31 maart 1992, onder bepaalde voorwaarden een vergoeding wordt uitbetaald; dat in de bijlage van voornoemde verordening financiële middelen zijn toegewezen per Lid-Staat;

Overwegende dat artikel 2, lid 5, van de genoemde verordening bepaalt dat, indien de financiële middelen niet volledig zijn opgebruikt, het beschikbare bedrag wordt gebruikt voor de betaling van een vergoeding aan alle producenten voor wie een verlaagde referentiehoeveelheid blijft gelden; dat in bepaalde Lid-Staten de toepassing van deze bepaling heeft belet dat de middelen van de Gemeenschap gebruikt worden voor voortzetting van de regeling voor de beëindiging van de melkproduktie;

Overwegende dat de Raad bij Verordening (EEG) nr. 1560/93 tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 3950/92 tot instelling van een extra heffing in de sector melk en zuivelprodukten (4), 40 miljoen ecu heeft toegewezen als bijdrage voor nationale programma's voor beëindiging van de melkproduktie; dat het in de huidige situatie om verschillende redenen nodig is hoeveelheden toe te voegen aan de nationale reserves; dat daarom de mogelijkheid moet worden gegeven om af te wijken van artikel 2, lid 5, van Verordening (EEG) nr. 1637/91 en het nog beschikbare bedrag van de financiële middelen van de Gemeenschap die waren uitgetrokken voor de betaling van een vergoeding aan alle producenten een nieuwe bestemming te geven en toe te wijzen voor de nationale programma's voor beëindiging van de melkproduktie,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

In afwijking van het bepaalde in artikel 2, lid 5, eerste alinea, van Verordening (EEG) nr. 1637/91 mogen de betrokken Lid-Staten de beschikbare bedragen ook gebruiken om, overeenkomstig artikel 8, eerste alinea, eerste streepje, van Verordening (EEG) nr. 3950/92, op verzoek van de betrokken producenten, een voor financiering door de Gemeenschap in aanmerking komende vergoeding te betalen van maximaal 10 ecu per 100 kg per jaar. De op deze wijze vrijgekomen referentiehoeveelheden worden opnieuw toegewezen aan de in artikel 1 van Verordening (EEG) nr. 1637/91 bedoelde producenten, tenzij deze kiezen voor de oorspronkelijk in de eerste alinea van artikel 2, lid 5, van genoemde verordening vastgestelde vergoeding.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de zevende dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.

Gedaan te Brussel, 29 maart 1994.

Voor de Raad

De Voorzitter

G. MORAITIS

(1) PB nr. C 23 van 27. 1. 1994, blz. 15.

(2) Advies uitgebracht op 11 maart 1994 (nog niet verschenen in het Publikatieblad).

(3) PB nr. L 150 van 15. 6. 1991, blz. 30. Verordening gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 1188/92 (PB nr. L 124 van 9. 5. 1992, blz. 1).

(4) PB nr. L 154 van 25. 6. 1993, blz. 30.

Top