EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 92004E000059

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-0059/04 van Hiltrud Breyer (Verts/ALE) aan de Commissie. Aspect van dierbescherming bij premiebetalingen na de hervorming van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid.

PB C 84E van 3.4.2004, p. 530–530 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

European Parliament's website

3.4.2004   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

CE 84/530


(2004/C 84 E/0606)

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-0059/04

van Hiltrud Breyer (Verts/ALE) aan de Commissie

(20 januari 2004)

Betreft:   Aspect van dierbescherming bij premiebetalingen na de hervorming van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid

Na het van kracht worden van de hervorming van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid worden de subsidies voor fokkers van runderen nadrukkelijk gekoppeld aan de naleving van de basiseisen van de EU op het gebied van dierbescherming en diergezondheid. Boeren die niet aan deze eisen voldoen, worden naast de algemeen toepasbare sancties ook nog eens gekort op de rechtstreekse betalingen.

Hoe wordt gecontroleerd of de bedrijven aan het aspect van dierbescherming voldoen?

Op welke wijze strookt het aspect van dierbescherming met subsidies voor de fokkers van vechtstieren, die hun brood verdienen door de dieren meer dan eens ten behoeve van stierfeesten te verhuren, waarbij deze dieren worden blootgesteld aan urenlange martelingen, doordat zij bijvoorbeeld met lansen worden mishandeld, doordat hun hoorns worden aangestoken of doordat zij in zee worden gejaagd? Is de Commissie voornemens de subsidies aan deze bedrijven permanent te verlagen, omdat het duidelijk is dat de minimumeisen op het gebied van dierbescherming en diergezondheid door deze bedrijven op grond van hun aard niet kunnen worden vervuld?

Antwoord van de heer Fischler namens de Commissie

(3 maart 2004)

In de verklaring van de Commissie bij het akkoord over de verordening van de Raad betreffende de hervorming van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (Verordening (EG) nr. 1782/2003 (1)) is bepaald dat de officiële diensten die toezicht houden op de naleving van de relevante regels inzake dierenwelzijn, ook moeten controleren of de landbouwers de randvoorwaarden van de verordening naleven.

Het betaalorgaan dat verantwoordelijk is voor de betaling van steunbedragen, zal op basis van deze controles sancties toepassen.

De Commissie is momenteel bezig met het opstellen van de nodige uitvoeringsbepalingen ter zake overeenkomstig de bovenvermelde verklaring.

In Verordening (EG) nr. 1782/2003 van de Raad, die, na het advies van het Europees Parlement, in september 2003 is aangenomen, worden de rechtstreekse betalingen vanaf 1 januari 2007 afhankelijk gesteld van de naleving van randvoorwaarden op het gebied van dierenwelzijn en met name de bepalingen van Richtlijn 98/58/EG van de Raad van 20 juli 1998 inzake de bescherming van voor landbouwdoeleinden gehouden dieren (2). Dit heeft echter geen betrekking op vechtstieren omdat de richtlijn overeenkomstig artikel 1, lid 2, onder b), niet van toepassing is op „dieren die bestemd zijn voor wedstrijden, tentoonstellingen, dan wel evenementen of activiteiten op cultureel of sportief gebied”. Bovendien is in artikel 6, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1782/2003 van de Raad bepaald dat verlagingen of uitsluitingen van betalingen „niet van toepassing zijn indien de niet-naleving betrekking heeft op a) een landbouwactiviteit, of b) landbouwgrond van het bedrijf …”. De behandeling die vechtstieren in de arena ondergaan, valt dan ook volledig buiten het toepassingsgebied van zowel de bovenvermelde richtlijn als de bovenvermelde verordening.

Het is de Commissie overigens niet bekend dat potentiële vechtstieren, zolang ze op de boerderij verblijven, slechter worden behandeld dan dieren die voor andere doeleinden worden gehouden.


(1)  Verordening (EG) nr. 1782/2003 van de Raad van 29 september 2003 tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor regelingen inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot vaststelling van bepaalde steunregelingen voor landbouwers, PB L 270 van 21.10.2003.

(2)  PB L 221 van 8.8.1998.


Top