Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 91999E000467

    SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 467/99 van Edith MÜLLER Bestrijding van aids en discriminatie van aidspatiënten in Asturië, Spanje

    PB C 341 van 29.11.1999, p. 120 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

    European Parliament's website

    91999E0467

    SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 467/99 van Edith MÜLLER Bestrijding van aids en discriminatie van aidspatiënten in Asturië, Spanje

    Publicatieblad Nr. C 341 van 29/11/1999 blz. 0120


    SCHRIFTELIJKE VRAAG E-0467/99

    van Edith Müller (V) aan de Commissie

    (5 maart 1999)

    Betreft: Bestrijding van aids en discriminatie van aidspatiënten in Asturië, Spanje

    Op 23 januari 1999 is in het Boletín Oficial van het prinsdom Asturië (BOPA) een verordening gepubliceerd, ondertekend door het regionale departement Volksgezondheid van Asturië, waarin wordt overwogen een nominaal register op te stellen van de HIV-geïnfecteerden die woonachtig zijn in Asturië (circa 4.000 personen). In genoemd register zouden alle gegevens worden opgenomen: voornaam, achternaam, geboortedatum, geslacht en risicofactoren. Aids-patiënten zouden tevens gegevens moeten verstrekken over seksuele gedragingen en over druggebruik, alsmede over hun land van herkomst ingeval zij niet de Spaanse nationaliteit hebben.

    De secretaris van het Nationale aidsplan, Francisco Parras, had aangekondigd dat de registratie van seropositieven anoniem zou zijn, prospectief en dat identificatie via vingerafdrukken zou plaatsvinden. Het prinsdom Asturië is het eerste autonome gewest in Spanje dat zich niet houdt aan de eerder gedane toezegging van de rijksoverheid. Als genoemd register wordt opgesteld, zouden de persoonlijke gegevens van de geïnfecteerden op een lijst voorkomen waarvan misbruik zou kunnen worden gemaakt, wat discriminatie in de hand zou kunnen werken.

    In de resolutie inzake aidsbestrijding van de Raad van ministers van Volksgezondheid, in het kader van de Raad bijeen op 22 december 1989, wordt bepaald dat bij de preventie en controle van aids iedere vorm van discriminatie van de geïnfecteerden moet worden vermeden. In Besluit 647/96/EG(1) van het Europees Parlement en de Raad, van 29 maart 1996 wordt in Bijlage D als doelstelling vermeld dat iedere mogelijke vorm van discriminatie van aidspatiënten moet worden vermeden.

    In eerdere en overige bepalingen wordt gehamerd op de bescherming van geïnfecteerden tegen iedere vorm van discriminatie omdat preventie van genoemde discriminatie zinvoller is dan vervolging ervan.

    Is de Commissie niet van mening dat het bestaan van een register van geïnfecteerden waarin persoonlijke gegevens worden vermeld in strijd is met het beginsel van preventie van discriminatie en dat een dergelijk register ertoe bijdraagt dat de ziekte verborgen blijft omdat geïnfecteerden vrezen dat hun gegevens niet voldoende beschermd zijn en dat het feit dat zij de ziekte hebben tegen hen gebruikt kan worden?

    Welke maatregelen overweegt de Commissie te nemen om ervoor te zorgen dat geïnfecteerden in Asturië niet worden gediscrimineerd?

    Antwoord van de heer Monti namens de Commissie

    (29 april 1999)

    Richtlijn 95/46/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 1995 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens(2) schrijft een verbod voor op de verwerking van gevoelige gegevens zoals die op het gebied van de gezondheid of het seksuele leven (artikel 8, lid 1). Op deze algemene regel zijn enkele uitzonderingen van toepassing, bijv. wanneer de betrokkene toestemming heeft gegeven of wanneer de verwerking noodzakelijk is voor doeleinden van preventieve geneeskunde, medische diagnose, het verstrekken van zorg of behandelingen of het beheer van gezondheidsdiensten, mits die gevoelige gegevens worden verwerkt door een gezondheidswerker die aan het beroepsgeheim is onderworpen of door een andere persoon voor wie een gelijkwaardige geheimhoudingsplicht geldt.

    Bovengenoemde uitzonderingen gelden echter alleen voor het verbod op de verwerking en niet voor andere bepalingen uit de richtlijn, zoals de beginselen van evenredigheid en de beperking van doeleinden (artikel 6). Met andere woorden: ook als de verwerking van gevoelige gegevens is toegestaan, moet toch aan alle in de richtlijn vastgelegde eisen worden voldaan. Het is daarom de taak van de lidstaat om de burger te beschermen tegen schending van zijn fundamentele rechten op een persoonlijke levenssfeer en op non-discriminatie.

    Richtlijn 95/46/EG moest uiterlijk op 24 oktober 1998 in de nationale wetgevingen zijn verwerkt. Spanje heeft niet aan die termijn voldaan. De Commissie heeft Spanje een aanmaningsbrief gestuurd en overweegt op het ogenblik in het kader van een inbreukprocedure verdere stappen te ondernemen.

    (1) PB L 95 van 16.4.1996, blz. 16.

    (2) PB L 281 van 23.11.1995.

    Top