EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 91999E000208

SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 208/99 van Armelle GUINEBERTIERE Steun voor de schapenteelt

PB C 341 van 29.11.1999, p. 68 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

European Parliament's website

91999E0208

SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 208/99 van Armelle GUINEBERTIERE Steun voor de schapenteelt

Publicatieblad Nr. C 341 van 29/11/1999 blz. 0068


SCHRIFTELIJKE VRAAG E-0208/99

van Armelle Guinebertière (UPE) aan de Commissie

(12 februari 1999)

Betreft: Steun voor de schapenteelt

De schapenfokkers kennen één van de laagste inkomensniveaus in de landbouwsector. Door de daling van de prijs van het schapenvlees (met 50 % van 1997 tot 1998) is er een besluit nodig om de sector te ondersteunen.

Om te beginnen ziet het ernaar uit dat het budgettair stabilisatiemechanisme dat in 1988 ingevoerd is om de schapenpremie van de Gemeenschap te berekenen, nutteloos is. De duidelijke toename van het schapenbestand in Europa is voorbij sinds er met de hervorming van 1992 premierechten ingevoerd zijn. Wel heeft een premie voor het platteland nog altijd volledig recht van bestaan.

Ten tweede moet er gevreesd worden voor verstoring van het evenwicht: de toekenning van de extensiveringspremie in de gemeenschappelijke marktordening voor rundvlees dreigt erop uit te lopen dat fokkers van zowel schapen als runderen in veel streken volledig op runderteelt overschakelen. Een overeenkomstige maatregel, op te nemen in het ontwerp van verordening op de plattelandsontwikkeling, om ook een extensiveringspremie voor de schapenteelt in te voeren, zou welkom zijn.

Denkt de Commissie niet dat er oplossingen nodig zijn, binnen de grenzen van een systeem dat bepaald wordt door de compensatieregelingen van de Gemeenschap, om de moeilijkheden in de schapenteelt zo veel mogelijk te beperken en te voorkomen?

Antwoord van de heer Fischler namens de Commissie

(12 maart 1999)

Het is juist dat 1998 een zeer moeilijk jaar voor vele vleessectoren is geweest en de schapenhouderij vormt hierop geen uitzondering. De prijzen daalden relatief echter minder dan in andere vleessectoren, en deze daling werd volledig gecompenseerd door de ooipremie, die met 50,3 % toenam in vergelijking met het jaar daarvoor. De prijzen voor lamsvlees daalden met 13,3 % in 1998 in vergelijking met het gemiddelde in het jaar daarvoor.

Hoewel de inkomens van schapenfokkers mogelijk lager liggen dan in vele andere landbouwsectoren gebruikelijk is, ontvangt de sector schapenvlees relatief veel steun. Het aandeel in de uitgaven van het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (7-8 %) is meer dan viermaal de bijdrage van de sector aan de uiteindelijke landbouwproductie.

De Commissie is niet voornemens een voorstel te doen waarin de basisprijs wordt verhoogd door opheffing van het stabilisatiemechanisme. Het vaste percentage van 7 % dat bij de hervorming van 1992 werd ingevoerd werd gecompenseerd door de invoering van de specifieke premie voor de schapenhouderij ("rural world premium") voor producenten in probleemgebieden. Gelet op dit verband zou opheffing van het stabilisatiemechanisme vragen oproepen over de betaling van de specifieke premie. Bovendien zou opheffing van het stabilisatiemechanisme de begrotingsuitgaven verhogen, en er bijvoorbeeld toe leiden dat de uitgaven voor de ooipremie voor 1998 met ongeveer 25 % (365 miljoen) zou stijgen.

Evenmin is het de bedoeling een extensiveringspremie in de schapenhouderij voor te stellen. Het is juist dat bij de berekening van de veebezitting in de rundvleessector rekening wordt gehouden met het aantal voor de premie gedeclareerde ooien, teneinde discriminatie te vermijden tussen fokkers van zowel schapen als runderen en fokkers van uitsluitend runderen. De invoering van een dergelijk stelsel voor schapen zou echter nadelig zijn voor producenten in bepaalde regio's van de Gemeenschap die geen land bezitten waarvoor zij een steunaanvraag "oppervlakte" kunnen indienen ter ondersteuning van een aanvraag voor een extensiveringspremie. Bovendien bestaat er sinds 1993 een extensiveringspremie in de rundvleessector zonder dat dit invloed heeft op de schapenhouderij.

Top