Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62021TB0382

    Zaak T-382/21: Beschikking van het Gerecht van 7 maart 2022 — the airscreen company/EUIPO — Moviescreens Rental (airscreen) [“Uniemerk – Oppositieprocedure – Aanvraag voor Uniebeeldmerk airscreen – Ouder Uniewoordmerk AIRSCREEN – Artikel 8, lid 2, van verordening (EG) nr. 207/2009 [thans artikel 8, lid 2, van verordening (EU) 2017/1001] – Beroep dat kennelijk rechtens ongegrond is”]

    PB C 198 van 16.5.2022, p. 50–50 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
    PB C 198 van 16.5.2022, p. 34–34 (GA)

    16.5.2022   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 198/50


    Beschikking van het Gerecht van 7 maart 2022 — the airscreen company/EUIPO — Moviescreens Rental (airscreen)

    (Zaak T-382/21) (1)

    (“Uniemerk - Oppositieprocedure - Aanvraag voor Uniebeeldmerk airscreen - Ouder Uniewoordmerk AIRSCREEN - Artikel 8, lid 2, van verordening (EG) nr. 207/2009 [thans artikel 8, lid 2, van verordening (EU) 2017/1001] - Beroep dat kennelijk rechtens ongegrond is”)

    (2022/C 198/73)

    Procestaal: Duits

    Partijen

    Verzoekende partij: the airscreen company GmbH & Co. KG (Münster, Duitsland) (vertegenwoordigers: O. Spieker, A. Schönfleisch en N. Willich, advocaten)

    Verwerende partij: Bureau voor intellectuele eigendom van de Europese Unie (vertegenwoordiger: D. Hanf, gemachtigde)

    Andere partij in de procedure voor de kamer van beroep van het EUIPO, interveniërend voor het Gerecht: Moviescreens Rental GmbH (Damme, Duitsland) (vertegenwoordigers: D. Schulz en P. Stelzig, advocaten)

    Voorwerp

    Beroep tegen de beslissing van de vierde kamer van beroep van het EUIPO van 5 mei 2021 (zaak R 1990/2020-4) inzake een oppositieprocedure tussen the airscreen company en Moviescreens Rental

    Dictum

    1)

    Het beroep wordt verworpen.

    2)

    the airscreen company GmbH & Co. KG wordt verwezen in de kosten.


    (1)  PB C 329 van 16.8.2021.


    Top