This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62020CA0433
Case C-433/20: Judgment of the Court (Second Chamber) of 24 March 2022 (request for a preliminary ruling from the Oberlandesgericht Wien — Austria) — Austro-Mechana Gesellschaft zur Wahrnehmung mechanisch-musikalischer Urheberrechte Gesellschaft mbH v Strato AG (Reference for a preliminary ruling — Harmonisation of certain aspects of copyright and related rights in the information society — Directive 2001/29/EC — Article 2 — Reproduction — Article 5(2)(b) — Private copying exception — Concept of ‘any medium’ — Servers owned by third parties made available to natural persons for private use — Fair compensation — National legislation that does not make the providers of cloud computing services subject to the private copying levy)
Zaak C-433/20: Arrest van het Hof (Tweede kamer) van 24 maart 2022 (verzoek om een prejudiciële beslissing, ingediend door het Oberlandesgericht Wien — Oostenrijk) — Austro-Mechana Gesellschaft zur Wahrnehmung mechanisch-musikalischer Urheberrechte Gesellschaft mbH / Strato AG (Prejudiciële verwijzing – Harmonisatie van bepaalde aspecten van het auteursrecht en de naburige rechten in de informatiemaatschappij – Richtlijn 2001/29/EG – Artikel 2 – Reproductie – Artikel 5, lid 2, onder b) – Beperking ten aanzien van het kopiëren voor privégebruik – Begrip “op welke drager dan ook” – Terbeschikkingstelling voor privégebruik van servers van derden aan natuurlijke personen – Billijke compensatie – Nationale regeling op grond waarvan de aanbieders van cloudcomputingdiensten geen heffing voor het kopiëren voor privégebruik hoeven te betalen)
Zaak C-433/20: Arrest van het Hof (Tweede kamer) van 24 maart 2022 (verzoek om een prejudiciële beslissing, ingediend door het Oberlandesgericht Wien — Oostenrijk) — Austro-Mechana Gesellschaft zur Wahrnehmung mechanisch-musikalischer Urheberrechte Gesellschaft mbH / Strato AG (Prejudiciële verwijzing – Harmonisatie van bepaalde aspecten van het auteursrecht en de naburige rechten in de informatiemaatschappij – Richtlijn 2001/29/EG – Artikel 2 – Reproductie – Artikel 5, lid 2, onder b) – Beperking ten aanzien van het kopiëren voor privégebruik – Begrip “op welke drager dan ook” – Terbeschikkingstelling voor privégebruik van servers van derden aan natuurlijke personen – Billijke compensatie – Nationale regeling op grond waarvan de aanbieders van cloudcomputingdiensten geen heffing voor het kopiëren voor privégebruik hoeven te betalen)
PB C 198 van 16.5.2022, p. 5–6
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, GA, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
16.5.2022 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 198/5 |
Arrest van het Hof (Tweede kamer) van 24 maart 2022 (verzoek om een prejudiciële beslissing, ingediend door het Oberlandesgericht Wien — Oostenrijk) — Austro-Mechana Gesellschaft zur Wahrnehmung mechanisch-musikalischer Urheberrechte Gesellschaft mbH / Strato AG
(Zaak C-433/20) (1)
(Prejudiciële verwijzing - Harmonisatie van bepaalde aspecten van het auteursrecht en de naburige rechten in de informatiemaatschappij - Richtlijn 2001/29/EG - Artikel 2 - Reproductie - Artikel 5, lid 2, onder b) - Beperking ten aanzien van het kopiëren voor privégebruik - Begrip “op welke drager dan ook” - Terbeschikkingstelling voor privégebruik van servers van derden aan natuurlijke personen - Billijke compensatie - Nationale regeling op grond waarvan de aanbieders van cloudcomputingdiensten geen heffing voor het kopiëren voor privégebruik hoeven te betalen)
(2022/C 198/07)
Procestaal: Duits
Verwijzende rechter
Oberlandesgericht Wien
Partijen in het hoofdgeding
Verzoekende partij: Austro-Mechana Gesellschaft zur Wahrnehmung mechanisch-musikalischer Urheberrechte Gesellschaft mbH
Verwerende partij: Strato AG
Dictum
1) |
Artikel 5, lid 2, onder b), van richtlijn 2001/29/EG van het Europees Parlement en de Raad van 22 mei 2001 betreffende de harmonisatie van bepaalde aspecten van het auteursrecht en de naburige rechten in de informatiemaatschappij moet aldus worden uitgelegd dat de in die bepaling gebezigde uitdrukking “reproductie, op welke drager dan ook” zich mede uitstrekt tot het maken, voor privédoeleinden, van reservekopieën van auteursrechtelijk beschermde werken op een server waarop de aanbieder van cloudcomputingdiensten opslagruimte ter beschikking stelt van een gebruiker. |
2) |
Artikel 5, lid 2, onder b), van richtlijn 2001/29 moet aldus worden uitgelegd dat het zich niet verzet tegen een nationale regeling waarbij de in die bepaling bedoelde beperking is omgezet in nationaal recht, in het geval waarin deze regeling de aanbieders van opslagdiensten in het kader van cloudcomputing niet verplicht om een billijke compensatie te betalen voor het zonder toestemming maken van reservekopieën van auteursrechtelijk beschermde werken door natuurlijke personen die deze reservekopieën gebruiken voor privédoeleinden en zonder enig direct of indirect commercieel oogmerk, voor zover die regeling voorziet in de betaling van een billijke compensatie aan de rechthebbenden. |