EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62019CA0015

Zaak C-15/19: Arrest van het Hof (Tweede kamer) van 14 mei 2020 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Corte suprema di cassazione — Italië) — A.m.a. — Azienda Municipale Ambiente SpA/Consorzio Laziale Rifiuti — Co.La.Ri. (Prejudiciële verwijzing – Milieu – Afvalstoffen – Richtlijn 1999/31/EG – Bestaande stortplaatsen – Periode van nazorg na de sluiting van de stortplaats – Verlenging – Kosten van het storten van afvalstoffen – Beginsel dat de vervuiler betaalt – Toepassing in de tijd van de richtlijn)

PB C 240 van 20.7.2020, p. 16–16 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

20.7.2020   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 240/16


Arrest van het Hof (Tweede kamer) van 14 mei 2020 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Corte suprema di cassazione — Italië) — A.m.a. — Azienda Municipale Ambiente SpA/Consorzio Laziale Rifiuti — Co.La.Ri.

(Zaak C-15/19) (1)

(Prejudiciële verwijzing - Milieu - Afvalstoffen - Richtlijn 1999/31/EG - Bestaande stortplaatsen - Periode van nazorg na de sluiting van de stortplaats - Verlenging - Kosten van het storten van afvalstoffen - Beginsel dat de vervuiler betaalt - Toepassing in de tijd van de richtlijn)

(2020/C 240/20)

Procestaal: Italiaans

Verwijzende rechter

Corte suprema di cassazione

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partij: A.m.a. — Azienda Municipale Ambiente SpA

Verwerende partij: Consorzio Laziale Rifiuti — Co.La.Ri.

Dictum

De artikelen 10 en 14 van richtlijn 1999/31/EG van de Raad van 26 april 1999 betreffende het storten van afvalstoffen moeten aldus worden uitgelegd dat zij zich niet verzetten tegen de uitlegging van een nationale bepaling volgens welke stortplaatsen die op het tijdstip van de omzetting van deze richtlijn in gebruik waren, moeten worden onderworpen aan de uit die richtlijn voortvloeiende verplichtingen, in het bijzonder aan een verlenging van de periode van nazorg van die stortplaatsen, zonder dat onderscheid hoeft te worden gemaakt naargelang de datum waarop het afval is opgeslagen of een maatregel hoeft te worden getroffen om de financiële impact van die verlenging voor de houder van het afval in te dammen.


(1)  PB C 164 van 13.5.2019.


Top