Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62018TN0286

    Zaak T-286/18: Beroep ingesteld op 7 mei 2018 — Azarov/Raad

    PB C 240 van 9.7.2018, p. 52–52 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    201806220591970182018/C 240/602862018TC24020180709NL01NLINFO_JUDICIAL20180507525211

    Zaak T-286/18: Beroep ingesteld op 7 mei 2018 — Azarov/Raad

    Top

    C2402018NL5210120180507NL0060521521

    Beroep ingesteld op 7 mei 2018 — Azarov/Raad

    (Zaak T-286/18)

    2018/C 240/60Procestaal: Duits

    Partijen

    Verzoekende partij: Mykola Yanovych Azarov (Kiev, Oekraïne) (vertegenwoordigers: A. Egger en G. Lansky, advocaten)

    Verwerende partij: Raad van de Europese Unie

    Conclusies

    krachtens artikel 263 VWEU, besluit (GBVB) 2018/333 van de Raad van 5 maart 2018 tot wijziging van besluit 2014/119/GBVB betreffende beperkende maatregelen tegen bepaalde personen, entiteiten en lichamen in het licht van de situatie in Oekraïne (PB 2018, L 63, blz. 48) en uitvoeringsverordening (EU) 2018/326 van de Raad van 5 maart 2018 tot uitvoering van verordening (EU) nr. 208/2014 betreffende beperkende maatregelen tegen bepaalde personen, entiteiten en lichamen in het licht van de situatie in Oekraïne (PB 2018, L 63, blz. 5), nietig verklaren voor zover zij verzoeker betreffen;

    krachtens artikel 64 van het Reglement voor de procesvoering van het Gerecht, bepaalde maatregelen tot organisatie van de procesgang vaststellen;

    krachtens artikel 87, lid 2, van het Reglement voor de procesvoering van het Gerecht, de Raad verwijzen in de kosten.

    Middelen en voornaamste argumenten

    Ter ondersteuning van zijn beroep voert verzoeker twee middelen aan.

    1.

    Eerste middel: Schending van het evenredigheidsbeginsel

    Verzoeker betoogt dat de reeds voor de vijfde maal vastgestelde beperkende maatregelen kennelijk onevenredig zijn.

    2.

    Tweede middel: Kennelijke beoordelingsfouten

    Verzoeker voert aan dat de Raad bij zijn beslissing om de beperkende maatregelen te verlengen niet beschikte over de door de rechtspraak vereiste voldoende solide feitelijke grondslag.

    Top