Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62018CA0502

    Zaak C-502/18: Arrest van het Hof (Negende kamer) van 11 juli 2019 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Městský soud v Praze — Tsjechische Republiek) — CS e.a./České aerolinie a.s. (Prejudiciële verwijzing — Vervoer — Gemeenschappelijke regels inzake compensatie en bijstand aan passagiers bij instapweigering en annulering of langdurige vertraging van vluchten — Verordening (EG) nr. 261/2004 — Artikel 5, lid 1, onder c) — Artikel 7, lid 1 — Recht op compensatie — Rechtstreeks aansluitende vluchten — Vlucht bestaande uit twee vluchten uitgevoerd door verschillende luchtvaartmaatschappijen — Langdurige vertraging die is ontstaan bij de tweede vlucht, waarvan het begin- en eindpunt zich buiten de Europese Unie bevinden en die werd uitgevoerd door een in een derde land gevestigde vervoerder)

    PB C 305 van 9.9.2019, p. 26–26 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    9.9.2019   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 305/26


    Arrest van het Hof (Negende kamer) van 11 juli 2019 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Městský soud v Praze — Tsjechische Republiek) — CS e.a./České aerolinie a.s.

    (Zaak C-502/18) (1)

    (Prejudiciële verwijzing - Vervoer - Gemeenschappelijke regels inzake compensatie en bijstand aan passagiers bij instapweigering en annulering of langdurige vertraging van vluchten - Verordening (EG) nr. 261/2004 - Artikel 5, lid 1, onder c) - Artikel 7, lid 1 - Recht op compensatie - Rechtstreeks aansluitende vluchten - Vlucht bestaande uit twee vluchten uitgevoerd door verschillende luchtvaartmaatschappijen - Langdurige vertraging die is ontstaan bij de tweede vlucht, waarvan het begin- en eindpunt zich buiten de Europese Unie bevinden en die werd uitgevoerd door een in een derde land gevestigde vervoerder)

    (2019/C 305/32)

    Procestaal: Tsjechisch

    Verwijzende rechter

    Městský soud v Praze

    Partijen in het hoofdgeding

    Verzoekende partijen: CS, DR, EQ, FP, GO, HN, IM, JL, KK, LJ, MI

    Verwerende partij: České aerolinie a.s

    Dictum

    Artikel 5, lid 1, onder c), en artikel 7, lid 1, van verordening (EG) nr. 261/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 11 februari 2004 tot vaststelling van gemeenschappelijke regels inzake compensatie en bijstand aan luchtreizigers bij instapweigering en annulering of langdurige vertraging van vluchten en tot intrekking van verordening (EEG) nr. 295/91, gelezen in samenhang met artikel 3, lid 5, van verordening nr. 261/2004, moeten aldus worden uitgelegd dat in het kader van rechtstreeks aansluitende vluchten die bestaan uit twee vluchten — met vertrek in een luchthaven van een lidstaat en met als bestemming een luchthaven in een derde land na een tussenlanding in een ander derde land —, en die in het kader van één enkele boeking zijn aangekocht, een passagier die bij zijn aankomst op de eindbestemming het slachtoffer is van een vertraging van drie uur of meer, die is ontstaan in het kader van de tweede vlucht, welke op basis van een codesharingovereenkomst is uitgevoerd door een in een derde land gevestigde vervoerder, krachtens die verordening compensatie kan vorderen van de communautaire luchtvaartmaatschappij die de eerste vlucht heeft uitgevoerd.


    (1)  PB C 341 van 24.9.2018.


    Top