EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62018CA0163

Zaak C-163/18: Arrest van het Hof (Derde kamer) van 10 juli 2019 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Rechtbank Noord-Nederland — Nederland) — HQ, IP, wettelijk vertegenwoordigd door HQ, JO/Aegean Airlines SA (Prejudiciële verwijzing — Luchtvervoer — Verordening (EG) nr. 261/2004 — Gemeenschappelijke regels inzake compensatie en bijstand aan passagiers bij instapweigering en annulering of langdurige vertraging van vluchten — Annulering van de vlucht — Bijstand — Recht op terugbetaling van het vliegticket door de luchtvaartmaatschappij — Artikel 8, lid 2 — Pakketreis — Richtlijn 90/314/EEG — Faillissement van de reisorganisator)

PB C 305 van 9.9.2019, p. 15–16 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

9.9.2019   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 305/15


Arrest van het Hof (Derde kamer) van 10 juli 2019 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Rechtbank Noord-Nederland — Nederland) — HQ, IP, wettelijk vertegenwoordigd door HQ, JO/Aegean Airlines SA

(Zaak C-163/18) (1)

(Prejudiciële verwijzing - Luchtvervoer - Verordening (EG) nr. 261/2004 - Gemeenschappelijke regels inzake compensatie en bijstand aan passagiers bij instapweigering en annulering of langdurige vertraging van vluchten - Annulering van de vlucht - Bijstand - Recht op terugbetaling van het vliegticket door de luchtvaartmaatschappij - Artikel 8, lid 2 - Pakketreis - Richtlijn 90/314/EEG - Faillissement van de reisorganisator)

(2019/C 305/19)

Procestaal: Nederlands

Verwijzende rechter

Rechtbank Noord-Nederland

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partijen: HQ, IP, wettelijk vertegenwoordigd door HQ, JO

Verwerende partij: Aegean Airlines SA

Dictum

Artikel 8, lid 2, van verordening (EG) nr. 261/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 11 februari 2004 tot vaststelling van gemeenschappelijke regels inzake compensatie en bijstand aan luchtreizigers bij instapweigering en annulering of langdurige vertraging van vluchten en tot intrekking van verordening (EEG) nr. 295/91, moet aldus worden uitgelegd dat een passagier die op grond van richtlijn 90/314/EEG van de Raad van 13 juni 1990 betreffende pakketreizen, met inbegrip van vakantiepakketten en rondreispakketten, het recht heeft om terugbetaling van zijn vliegticket te eisen van zijn reisorganisator, daardoor niet meer krachtens deze verordening terugbetaling van dit ticket kan vorderen van de luchtvaartmaatschappij, ook niet wanneer de reisorganisator financieel niet in staat is om het ticket terug te betalen en geen enkele maatregel heeft getroffen om deze terugbetaling te waarborgen.


(1)  PB C 182 van 28.5.2018.


Top