EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62012CA0177

Zaak C-177/12: Arrest van het Hof (Vijfde kamer) van 24 oktober 2013 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Cour de cassation du Grand-Duché de Luxembourg — Luxemburg) — Caisse nationale des prestations familiales/Salim Lachheb, Nadia Lachheb (Prejudiciële verwijzing — Sociale zekerheid — Verordening (EEG) nr. 1408/71 — Gezinsbijslag — Kinderpremie — Nationale wettelijke bepalingen op grond waarvan bijslag als kinderpremie zonder aanvraag wordt toegekend — Non-cumulatie van gezinsbijslagen)

PB C 367 van 14.12.2013, p. 10–11 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

14.12.2013   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 367/10


Arrest van het Hof (Vijfde kamer) van 24 oktober 2013 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Cour de cassation du Grand-Duché de Luxembourg — Luxemburg) — Caisse nationale des prestations familiales/Salim Lachheb, Nadia Lachheb

(Zaak C-177/12) (1)

(Prejudiciële verwijzing - Sociale zekerheid - Verordening (EEG) nr. 1408/71 - Gezinsbijslag - Kinderpremie - Nationale wettelijke bepalingen op grond waarvan bijslag als kinderpremie zonder aanvraag wordt toegekend - Non-cumulatie van gezinsbijslagen)

2013/C 367/16

Procestaal: Frans

Verwijzende rechter

Cour de cassation du Grand-Duché de Luxembourg

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partij: Caisse nationale des prestations familiales

Verwerende partijen: Salim Lachheb, Nadia Lachheb

Voorwerp

Verzoek om een prejudiciële beslissing — Cour de cassation du Grand-Duché de Luxembourg — Uitlegging van de artikelen 1, sub u-i, 3, 4, lid 1, sub h, en 76 van verordening (EEG) nr. 1408/71 van de Raad van 14 juni 1971 betreffende de toepassing van de sociale zekerheidsregelingen op werknemers en zelfstandigen, alsmede op hun gezinnen, die zich binnen de Gemeenschap verplaatsen (PB L 149, blz. 2) — Uitlegging van de artikelen 18 VWEU en 45 VWEU, artikel 7 van verordening (EEG) nr. 1612/68 van de Raad van 15 oktober 1968 betreffende het vrije verkeer van werknemers binnen de Gemeenschap (PB L 257, blz. 2) en artikel 10 van verordening (EEG) nr. 574/72 van de Raad van 21 maart 1972 tot vaststelling van de wijze van toepassing van verordening (EEG) nr. 1408/71 (PB L 74, blz. 1) — Begrip „gezinsbijslag” — Toelaatbaarheid van een nationale regeling die voor werknemers die hun beroep uitoefenen op het grondgebied van een andere lidstaat, bij wijze van belastingvermindering voorziet in de toekenning van een uitkering voor elk kind ten laste — Gelijke behandeling — Schorsing van de toekenning van de gezinsbijslag in de lidstaat van tewerkstelling tot het bedrag van de door de wettelijke regeling van de lidstaat van verblijf bepaalde bijslag — Regels betreffende non-cumulatie

Dictum

De artikelen 1, sub u-i, en 4, lid 1, sub h, van verordening (EEG) nr. 1408/71 van de Raad van 14 juni 1971 betreffende de toepassing van de socialezekerheidsregelingen op werknemers en zelfstandigen, alsmede op hun gezinsleden, die zich binnen de Gemeenschap verplaatsen, zoals gewijzigd en bijgewerkt bij verordening (EG) nr. 118/97 van de Raad van 2 december 1996, zoals gewijzigd bij verordening (EG) nr. 647/2005 van het Europees Parlement en de Raad van 13 april 2005, moeten aldus worden uitgelegd dat een uitkering als de bij de wet van 21 december 2007 op de kinderpremie ingevoerde kinderpremie een gezinsbijslag in de zin van die verordening vormt.


(1)  PB C 200 van 7.7.2012.


Top