EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62011CA0283

Zaak C-283/11: Arrest van het Hof (Grote kamer) van 22 januari 2013 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Bundeskommunikationssenat — Oostenrijk) — Sky Österreich GmbH/Österreichischer Rundfunk (Richtlijn 2010/13/EU — Aanbieden van audiovisuele mediadiensten — Artikel 15, lid 6 — Geldigheid — Evenementen van groot belang voor publiek waarvoor exclusieve televisie-uitzendrechten gelden — Recht van toegang van televisieomroeporganisaties tot dergelijke evenementen teneinde korte nieuwsverslagen te verzorgen — Beperking van eventuele compensatie voor houder van exclusief recht tot extra kosten die voortkomen uit verschaffen van deze toegang — Handvest van de grondrechten van de Europese Unie — Artikelen 16 en 17 — Evenredigheid)

PB C 71 van 9.3.2013, p. 3–4 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

9.3.2013   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 71/3


Arrest van het Hof (Grote kamer) van 22 januari 2013 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Bundeskommunikationssenat — Oostenrijk) — Sky Österreich GmbH/Österreichischer Rundfunk

(Zaak C-283/11) (1)

(Richtlijn 2010/13/EU - Aanbieden van audiovisuele mediadiensten - Artikel 15, lid 6 - Geldigheid - Evenementen van groot belang voor publiek waarvoor exclusieve televisie-uitzendrechten gelden - Recht van toegang van televisieomroeporganisaties tot dergelijke evenementen teneinde korte nieuwsverslagen te verzorgen - Beperking van eventuele compensatie voor houder van exclusief recht tot extra kosten die voortkomen uit verschaffen van deze toegang - Handvest van de grondrechten van de Europese Unie - Artikelen 16 en 17 - Evenredigheid)

2013/C 71/05

Procestaal: Duits

Verwijzende rechter

Bundeskommunikationssenat

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partij: Sky Österreich GmbH

Verwerende partij: Österreichischer Rundfunk

Voorwerp

Verzoek om een prejudiciële beslissing — Bundeskommunikationssenat — Verenigbaarheid van artikel 15, lid 6, van richtlijn 2010/13/EU van het Europees Parlement en de Raad van 10 maart 2010 betreffende de coördinatie van bepaalde wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in de lidstaten inzake het aanbieden van audiovisuele mediadiensten (PB L 95, blz. 1) met de vrijheid van ondernemerschap en het recht op eigendom, zoals gewaarborgd door de artikelen 16 en 17 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie alsmede door artikel 1 van het aanvullende protocol bij het Verdrag tot Bescherming van de Rechten van de Mens en de Fundamentele Vrijheden — Recht van alle omroeporganisaties op het verkrijgen van toegang tot evenementen van groot belang voor het publiek die op basis van exclusiviteit worden uitgezonden, met het oog op het verzorgen van korte nieuwsverslagen — Beperking van eventuele compensatie tot de extra kosten die rechtstreeks voortkomen uit het verschaffen van die toegang — Evenredigheid

Dictum

Bij onderzoek van de prejudiciële vraag is niet gebleken van feiten of omstandigheden die de geldigheid van artikel 15, lid 6, van richtlijn 2010/13/EU van het Europees Parlement en de Raad van 10 maart 2010 betreffende de coördinatie van bepaalde wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in de lidstaten inzake het aanbieden van audiovisuele mediadiensten (richtlijn audiovisuele mediadiensten) kunnen aantasten.


(1)  PB C 269 van 10.9.2011.


Top