EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62010CN0074

Zaak C-74/10 P: Hogere voorziening ingesteld op 9 februari 2010 door European Renewable Energies Federation ASBL (EREF) tegen het arrest van het Gerecht van eerste aanleg (Zesde kamer) van 19 november 2009 in zaak T-94/07: European Renewable Energies Federation ASBL (EREF)/Europese Commissie

PB C 113 van 1.5.2010, p. 21–21 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

1.5.2010   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 113/21


Hogere voorziening ingesteld op 9 februari 2010 door European Renewable Energies Federation ASBL (EREF) tegen het arrest van het Gerecht van eerste aanleg (Zesde kamer) van 19 november 2009 in zaak T-94/07: European Renewable Energies Federation ASBL (EREF)/Europese Commissie

(Zaak C-74/10 P)

2010/C 113/32

Procestaal: Engels

Partijen

Rekwirant: European Renewable Energies Federation ASBL (EREF) (vertegenwoordiger: J. Kuhbier, Rechtsanwalt)

Andere partij in de procedure: Europese Commissie

Conclusies

de beschikking van het Gerecht van eerste aanleg van 19 november 2009 in zaak T-94/07, EREF/Commissie van de Europese Gemeenschappen, vernietigen;

de zaak voor afdoening terugverwijzen naar de Zesde kamer van het Gerecht;

de Europese Commissie verwijzen in de kosten van de hogere voorziening

Middelen en voornaamste argumenten

Rekwirant verzoekt het Hof de beschikking van het Gerecht van eerste aanleg van 19 november 2009 in zaak T-94/07 te vernietigen en de zaak voor heronderzoek terug te verwijzen naar het Gerecht.

Rekwirant betwist de conclusie van het Gerecht van eerste aanleg dat zijn advocaat, Dr. Fouquet, hem niet kon vertegenwoordigen voor het Gerecht van eerste aanleg, zodat zijn verzoek niet-ontvankelijk was.

Het Gerecht van eerste aanleg is van oordeel dat Dr. Fouquet door haar benoeming tot directeur van EREF op 29 juni 2004 niet langer kon worden beschouwd als een onafhankelijke derde. Rekwirant voert aan dat Dr. Fouquet niet officieel tot directeur van EREF was benoemd: naar Belgisch recht had een dergelijke benoeming officieel moeten worden geregistreerd bij de bevoegde Belgische autoriteiten. Dr. Fouquet had slechts de titel van directeur en was niet of slechts in zeer geringe mate vertegenwoordigingsbevoegd.

Rekwirant voert tevens aan dat, zelfs indien wordt verondersteld dat Dr. Fouquet formeel directeur was, het Gerecht van eerste aanleg de criteria ter beoordeling van de status van een advocaat als onafhankelijke derde partij onjuist heeft toegepast. Aangevoerd wordt dat het Gerecht van eerste aanleg zowel de juridische status van de vertegenwoordiger van EREF voor het Gerecht als de daadwerkelijke verdeling van taken en plichten tussen Dr. Fouquet en EREF onjuist heeft opgevat. Naar Duits recht kan Dr. Fouquet ondanks haar directeurschap bij EREF rekwirant voor het Gerecht te vertegenwoordigen.


Top