Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62010CA0338

    Zaak C-338/10: Arrest van het Hof (Derde kamer) van 22 maart 2012 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Finanzgericht Hamburg — Duitsland) — Grünwald Logistik Service GmbH (GLS)/Hauptzollamt Hamburg-Stadt (Dumping — Antidumpingrecht op invoer van bepaalde bereide of verduurzaamde citrusvruchten van oorsprong uit Volksrepubliek China — Verordening (EG) nr. 1355/2008 — Geldigheid — Verordening (EG) nr. 384/96 — Artikel 2, lid 7, sub a — Vaststelling van normale waarde — Land zonder markteconomie — Verplichting van Commissie om zorgvuldig te werk te gaan bij vaststelling van normale waarde op basis van prijs of berekende waarde van soortgelijk product in derde land met markteconomie)

    PB C 133 van 5.5.2012, p. 5–6 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    5.5.2012   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 133/5


    Arrest van het Hof (Derde kamer) van 22 maart 2012 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Finanzgericht Hamburg — Duitsland) — Grünwald Logistik Service GmbH (GLS)/Hauptzollamt Hamburg-Stadt

    (Zaak C-338/10) (1)

    (Dumping - Antidumpingrecht op invoer van bepaalde bereide of verduurzaamde citrusvruchten van oorsprong uit Volksrepubliek China - Verordening (EG) nr. 1355/2008 - Geldigheid - Verordening (EG) nr. 384/96 - Artikel 2, lid 7, sub a - Vaststelling van normale waarde - Land zonder markteconomie - Verplichting van Commissie om zorgvuldig te werk te gaan bij vaststelling van normale waarde op basis van prijs of berekende waarde van soortgelijk product in derde land met markteconomie)

    2012/C 133/08

    Procestaal: Duits

    Verwijzende rechter

    Finanzgericht Hamburg

    Partijen in het hoofdgeding

    Verzoekende partij: Grünwald Logistik Service GmbH (GLS)

    Verwerende partij: Hauptzollamt Hamburg-Stadt

    Voorwerp

    Verzoek om een prejudiciële beslissing — Finanzgericht Hamburg — Geldigheid, ten aanzien van artikel 2, lid 7, sub a, van verordening (EG) nr. 384/96 van de Raad van 22 december 1995 betreffende beschermende maatregelen tegen invoer met dumping uit landen die geen lid zijn van de Europese Gemeenschap (PB 1996, L 56, blz. 1), van verordening (EG) nr. 642/2008 van de Commissie van 4 juli 2008 tot instelling van een voorlopig antidumpingrecht op bepaalde bereide of verduurzaamde citrusvruchten (mandarijnen enz.) van oorsprong uit de Volksrepubliek China (PB L 178, blz. 19) en van verordening (EG) nr. 1355/2008 van de Raad van 18 december 2008 tot instelling van een definitief antidumpingrecht en tot definitieve inning van het voorlopig recht op bepaalde bereide of verduurzaamde citrusvruchten (mandarijnen enz.) van oorsprong uit de Volksrepubliek China (PB L 350, blz. 35) –Vaststelling van de normale waarde voor een land zonder markteconomie –Vaststelling van de normale waarde op basis van de prijs die in de Unie werkelijk is betaald of moet worden betaald voor een soortgelijk product — Verplichting van de Commissie, op basis van artikel 2, lid 7, sub a, van verordening (EG) nr. 384/96, om de nodige maatregelen te treffen om de normale waarde vast te stellen op basis van de prijs of de berekende waarde in een derde land met een markteconomie

    Dictum

    Verordening (EG) nr. 1355/2008 van de Raad van 18 december 2008 tot instelling van een definitief antidumpingrecht en tot definitieve inning van het voorlopig recht op bepaalde bereide of verduurzaamde citrusvruchten (mandarijnen enz.) van oorsprong uit de Volksrepubliek China is ongeldig.


    (1)  PB C 260 van 25.09.2010.


    Top