EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62009CN0517

Zaak C-517/09: Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Collège d'autorisation et de contrôle du Conseil supérieur de l'audiovisuel (België) op 11 december 2009 — RTL Belgium SA (voorheen TVI SA)

PB C 51 van 27.2.2010, p. 19–20 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

27.2.2010   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 51/19


Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Collège d'autorisation et de contrôle du Conseil supérieur de l'audiovisuel (België) op 11 december 2009 — RTL Belgium SA (voorheen TVI SA)

(Zaak C-517/09)

2010/C 51/30

Procestaal: Frans

Verwijzende rechter

Collège d'autorisation et de contrôle du Conseil supérieur de l'audiovisuel

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partij: RTL Belgium SA (voorheen TVI SA)

Verwerende partij: Conseil supérieur de l'audiovisuel

Prejudiciële vraag

Kan het begrip „uitoefenen van effectieve controle over de keuze van programma’s en de organisatie ervan” in artikel 1, sub c, van richtlijn 89/552/EEG van de Raad van 3 oktober 1989 betreffende de coördinatie van bepaalde wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in de lidstaten inzake de uitoefening van televisieomroepactiviteiten (1), zoals gewijzigd bij richtlijn 2007/65/EG van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2007 (richtlijn audiovisuele mediadiensten), aldus worden uitgelegd dat een vennootschap die in een lidstaat is gevestigd en krachtens een vergunning van de regering van die lidstaat een audiovisuele mediadienst mag aanbieden, daadwerkelijk een dergelijke controle uitoefent wanneer zij tegen betaling van een niet nader bepaald bedrag, overeenkomend met de totale omzet uit reclame die bij de uitzending van deze dienst wordt behaald, een in een andere lidstaat gevestigde derde vennootschap (met mogelijkheid van subdelegatie) belast met de productie van alle eigen programma’s van die dienst, de externe communicatie op het gebied van het programmaschema, alsmede de financiële en juridische zaken, het personeelsbeleid, het beheer van de infrastructuur en andere voorzieningen met betrekking tot het personeel, en voorts blijkt dat de beslissingen met betrekking tot de samenstelling van de programma’s, het eventueel schrappen van uitzendingen en de aanpassing van het programmaschema wegens actuele gebeurtenissen, op de zetel van die derde vennootschap worden genomen en uitgevoerd.


(1)  Richtlijn 89/552/EEG van de Raad van 3 oktober 1989 betreffende de coördinatie van bepaalde wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in de lidstaten inzake de uitoefening van televisie-omroepactiviteiten (PB L 298, blz. 23)


Top