Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62007FB0111

Zaak F-111/07: Beschikking van het Gerecht voor ambtenarenzaken (Tweede kamer) van 12 december 2007 — Kerelov/Commissie (Ambtenaren — Kennelijke niet-ontvankelijkheid — Artikel 44, lid 1, sub c), van Reglement voor de procesvoering van het Gerecht van eerste aanleg)

PB C 64 van 8.3.2008, p. 64–65 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

8.3.2008   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 64/64


Beschikking van het Gerecht voor ambtenarenzaken (Tweede kamer) van 12 december 2007 — Kerelov/Commissie

(Zaak F-111/07)

(Ambtenaren - Kennelijke niet-ontvankelijkheid - Artikel 44, lid 1, sub c), van Reglement voor de procesvoering van het Gerecht van eerste aanleg)

(2008/C 64/106)

Procestaal: Frans

Partijen

Verzoekende partij: Georgi Kerelov (Pazardzhik, Bulgarije) (vertegenwoordiger: A. Kerelov, advocaat)

Verwerende partij: Commissie van de Europese Gemeenschappen

Voorwerp

Vordering tot, enerzijds, nietigverklaring van het besluit van EPSO van 14 december 2006 om verzoeker niet te vragen om met het oog op een mogelijke toelating tot het vergelijkend onderzoek een sollicitatieformulier in te vullen en, anderzijds, vergoeding van de door hem geleden schade

Dictum

1)

Het beroep wordt kennelijk niet-ontvankelijk verklaard.

2)

Elke partij draagt de eigen kosten.


Top