EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62007CA0148

Zaak C-215/08: Arrest van het Hof (Eerste kamer) van 15 april 2010 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Bundesgerichtshof — Duitsland) — E. Friz GmbH/Carsten von der Heyden (Consumentenbescherming — Buiten verkoopruimten gesloten overeenkomsten — Werkingssfeer van richtlijn 85/577/EEG — Toetreding tot gesloten vastgoedfonds met vorm van personenvennootschap — Herroeping)

PB C 148 van 5.6.2010, p. 5–6 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

5.6.2010   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 148/5


Arrest van het Hof (Eerste kamer) van 15 april 2010 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Bundesgerichtshof — Duitsland) — E. Friz GmbH/Carsten von der Heyden

(Zaak C-215/08) (1)

(Consumentenbescherming - Buiten verkoopruimten gesloten overeenkomsten - Werkingssfeer van richtlijn 85/577/EEG - Toetreding tot gesloten vastgoedfonds met vorm van personenvennootschap - Herroeping)

2010/C 148/07

Procestaal: Duits

Verwijzende rechter

Bundesgerichtshof

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partij: E. Friz GmbH

Verwerende partij: Carsten von der Heyden

Voorwerp

Verzoek om een prejudiciële beslissing — Bundesgerichtshof (Duitsland) — Uitlegging van artikel 1, lid 1, en artikel 5, lid 2, van richtlijn 85/577/EEG van de Raad van 20 december 1985 betreffende de bescherming van de consument bij buiten verkoopruimten gesloten overeenkomsten (PB L 372, blz. 31) — Werkingsfeer — Toetreding van een consument tot een gesloten vastgoedfonds in de vorm van een personenvennootschap, voornamelijk met het oogmerk kapitaal te beleggen — Rechtsgevolgen van opzegging

Dictum

1.

Richtlijn 85/577/EEG van de Raad van 20 december 1985 betreffende de bescherming van de consument bij buiten verkoopruimten gesloten overeenkomsten is van toepassing op een overeenkomst, gesloten in omstandigheden als in het hoofdgeding aan de orde, betreffende de toetreding van een consument tot een gesloten vastgoedfonds met de vorm van een personenvennootschap, wanneer het doel van die toetreding prioritair niet is om lid van de vennootschap te worden maar om geld te beleggen.

2.

Artikel 5, lid 2, van richtlijn 85/577 staat in omstandigheden als die van het hoofdgeding niet in de weg aan een nationale regel die inhoudt dat in geval van herroeping van de toetreding tot een gesloten vastgoedfonds met de vorm van een personenvennootschap, welke toetreding heeft plaatsgevonden na ongevraagde huis-aan-huisverkoop, de consument jegens de vennootschap een naar rato van zijn deelneming op het tijdstip van zijn terugtrekking uit dit fonds berekend recht op het saldo van de scheiding en deling kan doen gelden, en aldus wellicht een lager bedrag terugkrijgt dan zijn inleg of gehouden is deel te nemen in het verlies van dit fonds.


(1)  PB C 209 van 15.8.2008.


Top