This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 52021BP1618
Resolution (EU) 2021/1618 of the European Parliament of 29 April 2021 with observations forming an integral part of the decision on discharge in respect of the implementation of the budget of the European GNSS Agency for the financial year 2019
Resolutie (EU) 2021/1618 van het Europees Parlement van 29 april 2021 met de opmerkingen die een integrerend deel uitmaken van het besluit over het verlenen van kwijting voor de uitvoering van de begroting van het Europees GNSS-Agentschap voor het begrotingsjaar 2019
Resolutie (EU) 2021/1618 van het Europees Parlement van 29 april 2021 met de opmerkingen die een integrerend deel uitmaken van het besluit over het verlenen van kwijting voor de uitvoering van de begroting van het Europees GNSS-Agentschap voor het begrotingsjaar 2019
PB L 340 van 24.9.2021, p. 341–344
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
24.9.2021 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 340/341 |
RESOLUTIE (EU) 2021/1618 VAN HET EUROPEES PARLEMENT
van 29 april 2021
met de opmerkingen die een integrerend deel uitmaken van het besluit over het verlenen van kwijting voor de uitvoering van de begroting van het Europees GNSS-Agentschap voor het begrotingsjaar 2019
HET EUROPEES PARLEMENT,
— |
gezien zijn besluit over het verlenen van kwijting voor de uitvoering van de begroting van het Europees GNSS-Agentschap voor het begrotingsjaar 2019, |
— |
gezien artikel 100 van en bijlage V bij zijn Reglement, |
— |
gezien het verslag van de Commissie begrotingscontrole (A9-0074/2021), |
A. |
overwegende dat de definitieve begroting van het Europees GNSS-Agentschap (het “Agentschap”) voor het begrotingsjaar 2019 volgens zijn staat van ontvangsten en uitgaven (1)33 589 862,79 EUR bedroeg, d.w.z. 4,22 % meer dan in 2018; overwegende dat de begroting van het Agentschap voornamelijk afkomstig is uit de begroting van de Unie (2); |
B. |
overwegende dat de Rekenkamer in haar verslag over de jaarrekening van het Agentschap voor het begrotingsjaar 2019 (hierna “het verslag van de Rekenkamer”) verklaart redelijke zekerheid te hebben gekregen dat de jaarrekening van het Agentschap betrouwbaar is en de onderliggende verrichtingen wettig en regelmatig zijn; |
Financieel en begrotingsbeheer
1. |
merkt met tevredenheid op dat de inspanningen op het gebied van begrotingstoezicht gedurende het begrotingsjaar 2019 hebben geresulteerd in een uitvoeringspercentage van de begroting van 100 %, hetzelfde percentage als in 2018; stelt voorts vast dat het uitvoeringspercentage van de betalingskredieten 85,95 % bedroeg, een daling van 2,22 % ten opzichte van 2018; |
2. |
merkt op dat het Agentschap in 2018 naast zijn kernbegroting ook een groot bedrag aan gedelegeerde begroting beheerde, ter dekking van het Europees overlaysysteem voor geostationaire navigatie (Egnos), de delegatieovereenkomst inzake Galileo, de delegatieovereenkomst inzake de publiek gereguleerde dienst en de delegatieovereenkomst voor Horizon 2020; merkt op dat in 2019 een totaal van 290 696 766,98 EUR aan gedelegeerde begroting werd vastgelegd en dat er voor 523 494 171,23 EUR aan betalingen werd gedaan; |
Functioneren
3. |
merkt op dat het Agentschap gebruikmaakt van bepaalde maatregelen als kernprestatie-indicatoren om de toegevoegde waarde van zijn activiteiten te beoordelen, en andere maatregelen om zijn begrotingsbeheer te verbeteren, zoals percentage van succesvol uitgevoerde onafhankelijke kwetsbaarheidsbeoordelingen en vastleggings- en betalingspercentages binnen de gestelde termijnen; |
4. |
is ingenomen met het feit dat het Agentschap zijn boekhoudkundige diensten sinds 2015 heeft uitbesteed aan de Commissie en de interne-auditcapaciteit deelt met het Europees Agentschap voor chemische stoffen; moedigt het Agentschap aan verder en uitgebreider samen te werken met de agentschappen van de Unie; |
5. |
verzoekt het Agentschap voort te gaan met het ontwikkelen van synergie-effecten, en de samenwerking en de uitwisseling van goede praktijken met andere Europese agentschappen verder uit te bouwen, teneinde de efficiëntie op gebieden zoals personeelsbeleid, gebouwenbeheer, IT-diensten en veiligheid te vergroten; |
6. |
merkt op dat het Agentschap in juli 2019 een incident had dat erin resulteerde dat de Galileo-diensten gedurende zes dagen buiten gebruik waren, wat geleid heeft tot de activering van dringende herstelprocedures in de getroffen Galileo-infrastructuur; merkt op dat de raad voor de veiligheidsaccreditatie van het Agentschap het dossier over de onderbrekingen van de dienstverlening in 2018-2019, met bijzondere aandacht voor die in juli 2019, heeft geanalyseerd en op een aantal punten heeft gewezen om de robuustheid van het systeem te verhogen; verzoekt het Agentschap de kwijtingsautoriteit op de hoogte te houden van de ontwikkelingen op dit gebied; |
7. |
wijst erop dat er in februari 2019 vier nieuwe satellieten in gebruik zijn genomen; |
8. |
wijst erop dat bij de MyGalileoApp-wedstrijd in 2019, waaraan werd meegedaan door circa 150 teams, financiële prijzen werden uitgereikt voor 3 nieuwe innoverende manieren om Galileo te gebruiken, waardoor start-ups in de Unie en jonge vernieuwende bedrijven hun zakelijk potentieel konden vergroten; |
9. |
stelt vast dat het Agentschap volgens het speciaal verslag van de Rekenkamer over de toekomst van EU-agentschappen in de praktijk slechts heel weinig autonomie bezit voor wat zijn kerntaak betreft, namelijk het exploiteren van het wereldwijde satellietnavigatiesysteem Galileo in het kader van een delegatieovereenkomst met de Commissie; verzoekt de Commissie om de autonomie van het Agentschap te herzien, in het bijzonder de bevoegdheden van het Agentschap betreffende de uitvoering van de delegatieovereenkomst aan de hand van een aantal complexe contracten met industriepartners en entiteiten uit de overheidssector; verzoekt het Agentschap de kwijtingsautoriteit op de hoogte te houden van de ontwikkelingen in dit verband; |
10. |
stelt vast dat het Agentschap, zoals wordt aangegeven in het speciaal verslag van de Rekenkamer naar aanleiding van de tussen maart en september 2019 verrichte controle, zijn samenwerking met de lidstaten, internationale organisaties en andere EU-agentschappen aanzienlijk moet verbeteren, aangezien is geconstateerd dat het Agentschap slechts beperkte informatie had over de strategieën en acties van de lidstaten met betrekking tot het ondersteunen van de ingebruikneming van Galileo-diensten; moedigt het Agentschap met klem aan tot meer samenwerking en een intensievere uitwisseling van kennis met de lidstaten, internationale organisaties en andere EU-agentschappen, met als doel het bevorderen van de ingebruikneming van de diensten van Galileo en het implementeren van de gemeenschappelijke doelstelling om het EU-beleid ten uitvoer te leggen in het belang van de burgers van de Unie; verzoekt het Agentschap de kwijtingsautoriteit op de hoogte te houden van de ontwikkelingen in dit verband; |
11. |
benadrukt dat het belangrijk is het Agentschap verder te digitaliseren, wat interne activiteiten en managementprocedures betreft; benadrukt dat het Agentschap in dit opzicht proactief moet blijven, teneinde een digitale kloof tussen de agentschappen koste wat het kost te vermijden; wijst er evenwel op dat alle noodzakelijke beveiligingsmaatregelen moeten worden getroffen om risico’s voor de onlineveiligheid van de verwerkte informatie te vermijden; herhaalt eveneens dat het Agentschap zichtbaarder moet worden in de media, op het internet en op sociale netwerken, zodat zijn werkzaamheden bekendheid verwerven; |
Galileo-incident
12. |
betreurt dat er op 10 juli 2019, tijdens een systeemupgrade, een probleem is opgetreden in de Galileo-grondinfrastructuur dat heeft geleid tot een zes dagen durende onderbreking van de initiële navigatie- en tijdbepalingsdiensten van Galileo; stelt evenwel met voldoening vast dat de Commissie een onafhankelijke onderzoeksraad heeft opgericht om dit incident te onderzoeken en aanbevelingen te doen ter voorkoming van gelijkaardige incidenten in de toekomst; |
13. |
merkt op dat de onderzoeksraad tot de bevinding is gekomen dat er sprake is geweest van een foutieve manipulatie, een technische anomalie in apparatuur, en een atypische configuratie van de door de anomalie betroffen apparatuur, merkt verder op dat de onderzoeksraad diverse onderliggende oorzaken hiervoor heeft geïdentificeerd, die verband houden met de organisatie en het management van Galileo, menselijke factoren, en een complexe en niet-standaardsysteemconfiguratie; vraagt de Commissie en het Agentschap om de aanbevelingen van de onderzoeksraad nauwgezet te volgen, in het bijzonder met betrekking tot de continuïteit van de dienstverlening, het optimaliseren van het bestuur van Galileo en het verbeteren van de institutionele communicatie in geval van crisissituaties naar gebruikers en lidstaten toe; verzoekt de Commissie en het Agentschap om de kwijtingsautoriteit geregeld in te lichten over hun opvolgingsacties; |
Personeelsbeleid
14. |
stelt vast dat de personeelsformatie op 31 december 2019 voor 92,81 % ingevuld was, aangezien 129 tijdelijke functionarissen waren aangesteld van de 139 tijdelijke functionarissen die in het kader van de begroting van de Unie waren toegestaan (tegenover 128 toegestane posten in 2018); stelt vast dat in 2019 verder nog 55 arbeidscontractanten en 3 gedetacheerde nationale deskundigen voor het Agentschap werkten; stelt vast dat het Agentschap voor zijn personeelsformatie 2019 tien extra posten toegewezen kreeg, bovenop de ene reeds geplande post; |
15. |
vindt het verontrustend dat het Agentschap volgens het speciaal verslag van de Rekenkamer moeite heeft om personeel met de nodige technische deskundigheid aan te werven en dat het Agentschap het tekort aan posten of nationale deskundigen compenseert door in toenemende mate kerntaken uit te besteden aan privécontractanten, van wie het vervolgens afhankelijk kan worden; vraagt de Commissie de situatie grondig te onderzoeken en het Agentschap de nodige middelen te verstrekken om het nodige personeel aan te werven; verzoekt de Commissie over deze kwestie verslag uit te brengen aan de kwijtingsautoriteit; |
16. |
is ingenomen met de inspanningen en de nieuwe maatregelen van het Agentschap om hooggespecialiseerde werknemers aan te trekken, aan te werven en te behouden; |
17. |
betreurt het aanhoudende geografische onevenwicht in de samenstelling van het personeel van het Agentschap, met name op het niveau van het middenkader en het hogere management; verzoekt het Agentschap om voor een juiste vertegenwoordiging van burgers uit alle lidstaten te zorgen, uiteraard met inachtneming van de vaardigheden en verdiensten van de kandidaten, zoals aangegeven in artikel 27 van het statuut van de ambtenaren; |
18. |
moedigt het Agentschap ertoe aan verder te werken aan een kader voor personeelsbeleid voor de lange termijn dat gericht is op het evenwicht tussen werk en privéleven, levenslange begeleiding en loopbaanontwikkeling, genderevenwicht, telewerk, geografisch evenwicht en de aanwerving en integratie van mensen met een beperking; |
19. |
stelt vast dat voor 2019 een ongelijke genderverhouding tussen mannen en vrouwen is gerapporteerd met betrekking tot het hogere management (7 mannen en 4 vrouwen) en de raad van bestuur (24 mannen en 5 vrouwen); vraagt het Agentschap om in de toekomst voor genderevenwicht binnen het hogere management te zorgen; verzoekt de Commissie en de lidstaten bij het voordragen van kandidaten voor de raad van bestuur van het Agentschap rekening te houden met het belang van het waarborgen van genderevenwicht; |
20. |
maakt zich zorgen over de omvang van de raad van bestuur van het Agentschap, die de besluitvorming bemoeilijkt en aanzienlijke administratieve kosten veroorzaakt; |
Duurzaamheid
21. |
betreurt dat het Agentschap nog geen koolstofreductiedoelstellingen heeft vastgelegd; vraagt het Agentschap een milieuvriendelijk werkkader te creëren, zijn koolstofvoetafdruk en energieverbruik te verkleinen en elektronische werkprocedures te ontwikkelen; |
22. |
betreurt dat niet kan worden vastgesteld hoeveel hernieuwbare energie het Agentschap gebruikt, aangezien zijn energieleverancier geen details verstrekt over het aandeel van de verschillende energiebronnen; verzoekt het Agentschap over te schakelen op een leverancier die details kan verschaffen over de energiebronnen; |
Aanbesteding
23. |
merkt aangaande de follow-up van de bevindingen van de Rekenkamer van 2018 op dat er een juridische procedure is aangespannen tegen het Agentschap bij het Hof van Justitie van de Europese Unie (HvJ-EU), waarin het resultaat van de aanbestedingsprocedure voor een raamovereenkomst inzake de exploitatie van het Galileo-satellietsysteem voor de periode 2017-2027, ter waarde van 1,5 miljard EUR, werd aangevochten; wijst erop dat Eutelsat de zaak heeft opgegeven en bij het HvJ-EU heeft ingetrokken; |
24. |
merkt aangaande de follow-up van de bevindingen van de Rekenkamer van voorgaande jaren op dat in de e-indiening van de e-aanbestedingsprocedures geen rekening is gehouden met de complexe aanbestedingsbehoeften van het Agentschap, en dat er is besloten dat inschrijvingen niet elektronisch zullen worden uitgevoerd, zonder dus gebruik te maken van de e-aanbestedingsinstrumenten die zijn ontwikkeld door de Commissie; maakt uit het antwoord van het Agentschap op dat het Agentschap weer contact heeft opgenomen met de Commissie om mogelijke e-inschrijving voor die aanbestedingen te evalueren waarvoor het het meest geschikt zou kunnen zijn; verzoekt het Agentschap de kwijtingsautoriteit op de hoogte te houden van eventuele ontwikkelingen op dit gebied; |
Preventie van en omgang met belangenconflicten en transparantie
25. |
merkt op dat niet alle cv’s van de leden van de raad van bestuur zijn gepubliceerd op de website van het Agentschap; verzoekt het Agentschap nogmaals om de cv’s van alle leden van zijn raad van bestuur te publiceren, en aan de kwijtingsautoriteit verslag uit te brengen over de in dit verband genomen maatregelen; wijst erop dat het secretariaat van de raad van bestuur alsmede de coördinator van de interne controle, de leden van de raad van bestuur eraan herinnert en er bij hen op aandringt de ontbrekende documenten in te leveren en dat de belangenverklaringen van de leden van de raad van bestuur worden opgeslagen in het beheersysteem voor documenten van het Agentschap; |
26. |
merkt op dat cv’s en belangenverklaringen van hoge functionarissen worden gepubliceerd op de website van het Agentschap; merkt echter op dat cv’s en belangenverklaringen van leidinggevend personeel niet worden gepubliceerd op de website van het Agentschap; wijst erop dat het Agentschap in afwachting is van de formele goedkeuring van de uitvoeringsregels betreffende belangenverklaringen door de Commissie om de cv’s van leidinggevend personeel op zijn website te publiceren; |
27. |
benadrukt dat het huidige ethische kader dat van toepassing is op de instellingen en agentschappen van de Unie aanzienlijke tekortkomingen vertoont, die te wijten zijn aan de fragmentatie ervan en het gebrek aan samenhang tussen bestaande bepalingen; beklemtoont dat die problemen moeten worden aangepakt door het opzetten van een gemeenschappelijk ethisch kader waarmee de toepassing van strenge ethische normen voor alle instellingen, organen en instanties van de Unie wordt gegarandeerd; |
28. |
onderstreept dat bepaalde functionarissen verklaringen inzake afwezigheid van belangenconflicten invullen en zelf beoordelen of zij de ethische normen naleven; benadrukt echter dat eigen verklaringen en zelfbeoordelingen niet volstaan, en dat bijgevolg nader onderzoek nodig is; |
Interne controles
29. |
maakt uit het verslag van de Rekenkamer op dat het Agentschap werkafspraken heeft gemaakt met het Europees Ruimteagentschap (ESA) over de uitvoering van de Egnos- en Galileo-programma’s en dat het Agentschap in 201955,5 miljoen EUR heeft betaald volgens de Egnos-werkafspraak en 223,7 miljoen EUR volgens de Galileo-werkafspraak; maakt uit het verslag van de Rekenkamer op dat het gevaar bestaat dat de betalingen van het Agentschap aan het ESA wellicht berekend zijn op basis van onnauwkeurige kosten vanwege het ontbreken van een volledige ex-ante- of ex-post-strategie; maakt uit het antwoord van het Agentschap op dat de ex-ante-controle is uitgevoerd om te bevestigen dat de betalingsverzoeken in overeenstemming zijn met de respectieve betalingsplannen en de voorfinanciering die is vermeld in de werkafspraken en dat ex-post-controle niet van toepassing is op het Agentschap omdat het Agentschap een contractuele betalingsverplichting heeft; maakt uit het verslag van de Rekenkamer op dat ex-post-controle, met name volledige afstemming van kosten en activiteiten met de geclaimde kosten, van 2020 tot 2023 door het Agentschap zal worden uitgevoerd; |
30. |
maakt uit het verslag van de Rekenkamer op dat het Agentschap vertraging oploopt bij de tenuitvoerlegging van zijn nieuwe kader voor interne controle, dat in 2019 zou worden goedgekeurd, en bij de goedkeuring van zijn bedrijfscontinuïteitsplan, waar de Rekenkamer sinds 2015 follow-uponderzoek naar gedaan had, en dat pas op 15 mei 2020 is goedgekeurd, wat derhalve een ernstige zwakke plek vormde in de procedures van het Agentschap; maakt uit het antwoord van het Agentschap op dat het voornemens is de laatste hand te leggen aan zijn kader voor interne controle in 2020; |
31. |
merkt op dat de dienst Interne Audit (IAS) in november 2019 een auditverslag heeft opgesteld over de exploitatie van Egnos met vijf belangrijke aanbevelingen en een onderwerp waar aandacht aan moet worden besteed; verzoekt het Agentschap de kwijtingsautoriteit op de hoogte te houden van de vorderingen op dit gebied; |
32. |
merkt op dat de interne-auditcapaciteit in 2019 een audit heeft uitgevoerd van de “Capaciteitsopbouw van GSA-personeel” en hoewel het verslag nog niet was afgerond in 2019 was het de bedoeling dat het één zeer belangrijke en vier belangrijke aanbevelingen bevatte; verzoekt het Agentschap om de kwijtingsautoriteit van de vorderingen van de tenuitvoerlegging van deze aanbevelingen op de hoogte te houden; |
33. |
merkt op dat het Agentschap in 2019 een auditbedrijf BDO had geselecteerd om de drie reguliere externe audits uit te voeren op de activiteiten van 2018 in het kader van de drie delegatieovereenkomsten met DG GROW (nu DEFIS), Egnos, Galileo- en Horizon 2020-subsidies, waarna geconcludeerd werd dat de door DG DEFIS gedelegeerde middelen op adequate wijze waren uitgegeven; hoewel er enkele administratieve fouten waren ontdekt, betrof het geen materiële bevindingen; |
34. |
merkt aangaande de follow-up-maatregelen naar aanleiding van opmerkingen van de kwijtingsautoriteit in voorgaande jaren op dat de IAS een audit heeft uitgevoerd op “IT-governance in GSA” in 2018 en dat het Agentschap een actieplan heeft opgesteld met zes acties om verbeteringen door te voeren; merkt op dat de IAS in maart 2020 twee acties heeft afgesloten en dat het Agentschap alle overige documentatie die relevant is voor de resterende acties heeft voorbereid en het Agentschap is van mening dat de IAS na de indiening van het voorbereide pakket, het merendeel van de acties, zo niet alle, zal kunnen afsluiten; verzoekt het Agentschap de kwijtingsautoriteit mee te delen welke ontwikkelingen op dit vlak hebben plaatsgevonden; |
Overige opmerkingen
35. |
merkt op, in het licht van het commentaar en de opmerkingen van de kwijtingsautoriteit in verband met de toezegging van het Agentschap om iedere negatieve impact van het besluit van het VK om zich terug te trekken uit de Unie te minimaliseren, dat sommige contracten zijn overgedragen van VK-aannemers aan aannemers die gevestigd zijn op het grondgebied van een van de lidstaten van de Unie en dat andere contracten op natuurlijke wijze zijn verlopen voor de datum van terugtrekking, en dat de back-up-site van het Galileo-centrum voor beveiligingscontrole (GSMC) is overgebracht van het VK naar Spanje, om de continuïteit van de dienstverlening te waarborgen; |
36. |
verwijst voor andere opmerkingen van horizontale aard bij het kwijtingsbesluit naar zijn resolutie van 29 april 2021 (3) over het functioneren en het financiële beheer van en de controle op de agentschappen. |
(1) PB C 430 van 20.12.2019, blz. 12.
(2) PB C 430 van 20.12.2019, blz. 12.
(3) Aangenomen teksten, P9_TA(2021)0215.