EUROPESE COMMISSIE
Brussel, 5.9.2018
COM(2018) 610 final
BIJLAGE
bij
Voorstel voor een Besluit van de Raad
inzake de ondertekening, namens de Unie, van de statusovereenkomst tussen de Europese Unie en de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië inzake acties die het Europees Grens- en kustwachtagentschap uitvoert in de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië
BIJLAGE
STATUSOVEREENKOMST
tussen de Europese Unie en de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië inzake acties die het Europees Grens- en kustwachtagentschap in de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië uitvoert
DE EUROPESE UNIE,
en de VOORMALIGE JOEGOSLAVISCHE REPUBLIEK MACEDONIË
hierna „de partijen” genoemd,
OVERWEGENDE dat zich situaties kunnen voordoen waarin het Europees Grens- en kustwachtagentschap („het Agentschap”) de operationele samenwerking tussen de lidstaten van de Europese Unie en de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië coördineert, ook op het grondgebied van de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië,
OVERWEGENDE dat de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, sinds 2005 als kandidaat-lidstaat, nauw samenwerkt met de Unie bij het beheer van de migratiestromen en de bestrijding van illegale immigratie en grensoverschrijdende criminaliteit,
OVERWEGENDE dat de partijen de bepalingen in de verklaringen bij deze statusovereenkomst zullen naleven,
OVERWEGENDE dat een rechtskader in de vorm van een statusovereenkomst tot stand moet worden gebracht voor de situaties waarin teamleden van het Europees Grens- en kustwachtagentschap uitvoeringsbevoegdheden zullen hebben op het grondgebied van de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië,
OVERWEGENDE dat bij alle acties van het Europees Grens- en kustwachtagentschap op het grondgebied van de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië de grondrechten volledig in acht moeten worden genomen,
HEBBEN BESLOTEN DE VOLGENDE OVEREENKOMST TE SLUITEN:
Artikel 1
Toepassingsgebied van de overeenkomst
1.Deze overeenkomst regelt de rechten en plichten van de leden van een team van het Agentschap bij het beheer van migratiestromen en de bestrijding van illegale immigratie en grensoverschrijdende criminaliteit in de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, waar zij uitvoeringsbevoegdheden bezitten, alsmede andere aspecten die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van acties waaraan leden van een team van het Agentschap en de bevoegde autoriteiten van de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië deelnemen.
2.Deze overeenkomst voorziet niet in de uitbreiding van het toepassingsgebied van de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië betreffende de overname van personen die zonder vergunning op het grondgebied verblijven („Overnameovereenkomst EG-Fyrom”). Met betrekking tot terugkeeroperaties als omschreven in artikel 2, lid 4, heeft deze overeenkomst alleen betrekking op het verlenen van operationele steun voor terugkeeroperaties die worden uitgevoerd in overeenstemming met de Overnameovereenkomst EG-Fyrom.
3.Deze overeenkomst is uitsluitend van toepassing op het grondgebied van de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië en de leden van het team hebben uitvoeringsbevoegdheden in de gebieden van de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië als bedoeld in het operationele plan.
Artikel 2
Definities
Voor de toepassing van deze overeenkomst wordt verstaan onder:
(1)„actie”: een gezamenlijke operatie, een snelle grensinterventie of een terugkeeroperatie;
(2)„gezamenlijke operatie”: een actie die gericht is op de bestrijding van illegale immigratie of grensoverschrijdende criminaliteit, of op de verlening van intensievere technische en operationele ondersteuning aan de grens met de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië en de inzet van leden van een team van het Agentschap op het grondgebied van de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië gedurende een bepaalde periode, overeenkomstig het operationele plan;
(3)„snelle grensinterventie”: een actie die erop gericht is snel op te treden in een situatie waarin zich specifieke en onevenredige problemen voordoen aan de grenzen tussen de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië met een lidstaat en die gedurende beperkte tijd wordt uitgevoerd, overeenkomstig het operationele plan;
(4)„terugkeeroperatie”: een operatie die door het Agentschap wordt gecoördineerd en door een of meer lidstaten verstrekte technische en operationele steun behelst, waarbij terugkeerders vanuit een of meer lidstaten gedwongen of vrijwillig terugkeren naar de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië conform de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië inzake de overname van personen die zonder vergunning op het grondgebied verblijven;
(5)„grenstoezicht”: het toezicht op personen aan een grens, dat uitsluitend wegens de voorgenomen of daadwerkelijke grensoverschrijding en dus niet om andere redenen wordt uitgeoefend, en dat bestaat in grenscontroles op grensdoorlaatposten en grensbewaking tussen de grensdoorlaatposten;
(6)„teamlid”: personeelslid van het Agentschap of een lid van het team van grenswachters van de deelnemende lidstaten, onder wie grenswachters die door de lidstaten bij het Agentschap zijn gedetacheerd, die bij acties worden ingezet; desgevallend met inbegrip van andere relevante personeelsleden van wie de taken in het operationele plan zijn omschreven;
(7)„lidstaat”: een lidstaat van de Europese Unie;
(8)„lidstaat van herkomst”: de lidstaat waarvan een teamlid grenswachter of ander relevant personeelslid is;
(9)„persoonsgegevens”: alle informatie over een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke persoon; als identificeerbaar wordt beschouwd een natuurlijke persoon die direct of indirect kan worden geïdentificeerd, met name aan de hand van een identificator zoals een naam, een identificatienummer, locatiegegevens, een online identificator of van een of meer elementen die kenmerkend zijn voor de fysieke, fysiologische, genetische, psychische, economische, culturele of sociale identiteit van die natuurlijke persoon;
(10)„deelnemende lidstaat”: een lidstaat die deelneemt aan een actie in de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië door technische uitrusting, grenswachters en andere relevante personeelsleden ter beschikking te stellen om te worden ingezet in het kader van een team;
(11)„Agentschap”: het Europees Grens- en kustwachtagentschap dat is opgericht bij Verordening (EU) 2016/1624 betreffende de Europese grens- en kustwacht;
(12)„uitvoeringsbevoegdheden van de teamleden”: de bevoegdheden die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van de voor grenstoezicht en terugkeeroperaties vereiste taken op het grondgebied van de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië tijdens een gezamenlijke operatie, zoals vastgesteld in het operationele plan.
Artikel 3
Start van de actie
1.Het Agentschap kan aan de bevoegde autoriteiten van de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië voorstellen doen om een actie te starten. De bevoegde autoriteiten van de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië kunnen het Agentschap verzoeken de start van een actie in overweging te nemen.
2.De uitvoering van een actie vereist de instemming van zowel de bevoegde autoriteiten van de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië als het Agentschap.
Artikel 4
Operationeel plan
Het Agentschap en de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië stellen voor iedere gezamenlijke operatie of snelle grensinterventie een operationeel plan op, dat wordt goedgekeurd door de lidstaten die aan het operationele gebied grenzen. Het plan bevat een gedetailleerde beschrijving van de organisatorische en procedurele aspecten van de gezamenlijke operatie of snelle grensinterventie, met inbegrip van een beschrijving en beoordeling van de situatie, modus operandi, het operationele opzet en de operationele doelstellingen, het in te zetten soort technische uitrusting, het uitvoeringsplan, de samenwerking met andere derde landen, andere agentschappen en organen van de Unie of internationale organisaties, bepalingen over de eerbiediging van de grondrechten, waaronder de bescherming van persoonsgegevens, de te verwachten duur van de actie, het gebied waar de actie zal worden uitgevoerd, een beschrijving van de taken en verantwoordelijkheden, met inbegrip van de eerbiediging van de grondrechten, en bijzondere instructies voor de teamleden, alsmede de toegestane raadpleging van databanken en het toegestane gebruik van dienstwapens, munitie en uitrusting in de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, de samenstelling van de teams, alsmede de inzet van andere relevante personeelsleden, voorschriften inzake bevelvoering en aansturing, waaronder de naam en rang van de grenswachters van de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië die verantwoordelijk zijn voor de samenwerking met de teamleden van het Agentschap, in het bijzonder de namen en rangen van de grenswachters van de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië die tijdens de inzet van de teamleden in de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië het bevel voeren, alsook de positie van de teamleden in de bevelstructuur en het soort technische uitrusting dat zal worden gebruikt; de coördinatie-, bevel-, controle-, communicatie en rapportagestructuren, de organisatorische en logistieke regelingen en de evaluatie en de financiële aspecten van de gezamenlijke operatie of snelle grensinterventie. De gezamenlijke operatie of snelle grensinterventie wordt door de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië en het Agentschap gezamenlijk geëvalueerd.
Artikel 5
Taken en bevoegdheden van de teamleden
1. De teamleden mogen de taken verrichten en de uitvoeringsbevoegdheden uitoefenen die vereist zijn voor grenstoezicht- en terugkeeroperaties.
2. De teamleden eerbiedigen de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië
3. De teamleden mogen uitsluitend taken verrichten en bevoegdheden uitoefenen op het grondgebied van de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië op instructie en in aanwezigheid van grenswachters of andere relevante personeelsleden van de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië. De voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië geeft in voorkomend geval overeenkomstig het operationele plan instructies aan de teams.
Het Agentschap kan via zijn coördinerend functionaris zijn mening over de aan het team gegeven instructies kenbaar maken aan de verantwoordelijke persoon van de grenspolitie van de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië. De voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië houdt rekening met die mening en geeft er voor zover mogelijk gevolg aan.
Wanneer de aan het team verstrekte instructies niet in overeenstemming zijn met het operationele plan, meldt de coördinerend functionaris dit onmiddellijk aan de uitvoerend directeur van het Agentschap. De uitvoerend directeur kan passende maatregelen nemen, met inbegrip van de opschorting of beëindiging van de actie.
4. Bij de uitvoering van hun taken en de uitoefening van hun bevoegdheden dragen teamleden in voorkomend geval hun eigen uniform. De teamleden dragen in voorkomend geval op hun uniform ook zichtbaar een persoonlijk identificatiemiddel en een blauwe armband met het insigne van de Europese Unie en dat van het Agentschap. Om zich tegenover de nationale autoriteiten van de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië te kunnen identificeren, hebben de teamleden altijd het in artikel 8 bedoelde accreditatiedocument bij zich.
5. Bij het uitvoeren van hun taken en het uitoefenen van hun bevoegdheden mogen teamleden dienstwapens dragen en munitie en uitrusting bij zich hebben overeenkomstig hetgeen is toegestaan volgens de wetgeving van de lidstaat van herkomst en het recht van de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië. De voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië laat het Agentschap, voordat de teamleden worden ingezet, weten welke dienstwapens, munitie en uitrusting zijn toegestaan en stelt het in kennis van het wettelijke kader en de voorwaarden voor het gebruik daarvan.
6. Bij het verrichten van hun taken en het uitoefenen van hun bevoegdheden mogen de teamleden, indien de lidstaat van herkomst en de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië daarmee instemmen, geweld gebruiken, onder meer met dienstwapens, munitie en uitrusting, in aanwezigheid van grenswachters of andere relevante personeelsleden van de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië en met inachtneming van het nationale recht van de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië. De voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië mag teamleden toestaan geweld te gebruiken in afwezigheid van grenswachters of andere relevante personeelsleden van de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië. De voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië laat het Agentschap, voordat de teamleden worden ingezet, weten in hoeverre en onder welke voorwaarden het gebruik van lichamelijk geweld en dwangmaatregelen zijn toegestaan.
7.Voordat de teamleden worden ingezet, deelt de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië het Agentschap mee welke nationale databanken mogen worden geraadpleegd. De raadpleging gebeurt met inachtneming van de nationale wetgeving van de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië.
Nationale databanken zijn uitsluitend toegankelijk voor personen uit de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië die gemachtigd zijn de relevante nationale databanken te raadplegen.
De voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië kan toestaan dat gegevens uit zijn nationale databanken worden gedeeld met de leden van het team indien dat noodzakelijk is voor het vervullen van de in het operationele plan vermelde operationele doelstellingen of met het oog op terugkeeroperaties.
Artikel 6
Opschorting en beëindiging van de actie
1. Indien de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië de bepalingen van deze overeenkomst of van het operationele plan niet naleeft, kan de uitvoerend directeur van het Agentschap de actie opschorten of beëindigen na schriftelijke kennisgeving aan de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië. De uitvoerend directeur deelt de redenen van de opschorting of beëindiging mee aan de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië.
2. Indien het Agentschap of een deelnemende lidstaat de bepalingen van deze overeenkomst of van het operationele plan niet naleeft, kan de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië de actie opschorten of beëindigen na schriftelijke kennisgeving aan het Agentschap. De voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië deelt de redenen van de opschorting of beëindiging mee aan het Agentschap.
3. Met name kan de uitvoerend directeur van het Agentschap of de minister van Binnenlandse Zaken van de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië de actie opschorten of beëindigen in geval van een inbreuk op de grondrechten of schending van het beginsel van non-refoulement of de regels inzake gegevensbescherming.
4. Beëindiging van de actie doet geen afbreuk aan de rechten of verplichtingen die voortvloeien uit de toepassing van deze overeenkomst of het operationele plan voorafgaand aan de beëindiging ervan.
Artikel 7
Voorrechten en immuniteiten van de teamleden
1. De voorrechten en immuniteiten van de leden van het team van het Agentschap moeten waarborgen dat zij hun officiële functies in het kader van de acties die overeenkomstig het operationele plan op het grondgebied van de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië worden uitgevoerd, naar behoren kunnen vervullen.
2. Papieren, correspondentie en bezittingen van de teamleden zijn onschendbaar, behalve in het geval van uit hoofde van lid 8 toegestane executoriale maatregelen.
3. De teamleden genieten immuniteit ten aanzien van de rechtsmacht in strafzaken van de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië voor alle handelingen die zij hebben verricht in het kader van de uitoefening van hun officiële functies bij acties die overeenkomstig het operationele plan zijn uitgevoerd.
Indien een teamlid wordt beschuldigd van een strafbaar feit, worden de uitvoerend directeur van het Agentschap en de bevoegde autoriteit van de lidstaat van herkomst hier onmiddellijk van in kennis gesteld. Voordat de procedure voor de rechter wordt ingeleid, deelt de uitvoerend directeur van het Agentschap de bevoegde gerechtelijke instanties van de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië mee of de teamleden de handeling in kwestie hebben verricht in het kader van de uitoefening van hun officiële functies bij acties die overeenkomstig het operationele plan zijn uitgevoerd, nadat zorgvuldig alle opmerkingen in aanmerking zijn genomen die de bevoegde autoriteit van de lidstaat van herkomst en de bevoegde autoriteiten van de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië hebben gemaakt. In afwachting van de verklaring van het Agentschap onthouden het Agentschap en de lidstaat van herkomst zich van maatregelen die de mogelijke strafrechtelijke vervolging van het teamlid door de bevoegde autoriteiten van de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië waarschijnlijk in gevaar zullen brengen.
Indien de handeling is verricht in het kader van de uitoefening van officiële functies bij acties die overeenkomstig het operationele plan zijn uitgevoerd, wordt geen procedure ingeleid. Indien de handeling niet is verricht in het kader van de uitoefening van officiële functies bij acties die overeenkomstig het operationele plan zijn uitgevoerd, kan de procedure worden voortgezet. De verklaring van de uitvoerend directeur van het Agentschap is bindend voor de autoriteiten van de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië.
De aan de teamleden verleende voorrechten en de immuniteit ten aanzien van de rechtsmacht in strafzaken van de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië laten de rechtsmacht van de lidstaat van herkomst jegens de teamleden onverlet.
4. De teamleden genieten immuniteit ten aanzien van de burgerlijke en bestuursrechtelijke rechtsmacht van de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië voor alle handelingen die zij hebben verricht in het kader van de uitoefening van hun officiële functies bij acties die overeenkomstig het operationele plan zijn uitgevoerd.
Indien tegen teamleden een burgerlijke procedure wordt aangespannen voor een rechterlijke instantie van de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, worden de uitvoerend directeur van het Agentschap en de bevoegde autoriteit van de lidstaat van herkomst daar onmiddellijk van in kennis gesteld. Voordat de procedure voor de rechter wordt ingeleid, deelt de uitvoerend directeur de bevoegde gerechtelijke instanties van de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië mee of de teamleden de handeling in kwestie hebben verricht in het kader van de uitoefening van hun officiële functies bij acties die overeenkomstig het operationele plan zijn uitgevoerd, nadat zorgvuldig alle opmerkingen in aanmerking zijn genomen die de bevoegde autoriteit van de lidstaat van herkomst en de bevoegde autoriteit van de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië hebben gemaakt.
Indien de handeling is verricht in het kader van de uitoefening van officiële functies bij acties die overeenkomstig het operationele plan zijn uitgevoerd, wordt geen procedure ingeleid. Indien de handeling niet is verricht in het kader van de uitoefening van officiële functies bij acties die overeenkomstig het operationele plan zijn uitgevoerd, kan de procedure worden voortgezet. De verklaring van de uitvoerend directeur van het Agentschap is bindend voor de autoriteiten van de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië.
Indien teamleden een procedure inleiden, kunnen zij zich niet beroepen op immuniteit ten aanzien van de rechtsmacht wanneer er een tegenvordering wordt ingesteld die direct verband houdt met de hoofdvordering.
5. De lidstaat van herkomst kan desgevallend de immuniteit van de teamleden overeenkomstig de leden 3 en 4 van dit artikel ten aanzien van de strafrechtelijke, civiele en bestuursrechtelijke rechtsmacht van de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië opheffen. Het opheffen van de immuniteit moet altijd uitdrukkelijk kenbaar worden gemaakt.
6. Teamleden zijn niet verplicht als getuige op te treden.
7. Indien een teamlid in het kader van de uitoefening van officiële functies bij acties die overeenkomstig het operationele plan zijn uitgevoerd, schade heeft veroorzaakt, is de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië aansprakelijk.
Indien de schade is veroorzaakt door grove nalatigheid of een opzettelijke fout of indien een handeling niet in het kader van de uitoefening van officiële functies door een teamlid van een deelnemende lidstaat is verricht, kan de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië via de uitvoerend directeur van het Agentschap verzoeken dat de deelnemende lidstaat in kwestie een vergoeding betaalt.
Indien de schade is veroorzaakt door grove nalatigheid of een opzettelijke fout of indien de handeling niet is verricht in het kader van de uitoefening van officiële functies door een lid van het team dat in dienst is van het Agentschap, kan de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië het Agentschap verzoeken een vergoeding te betalen.
8. Tegen teamleden mogen geen executoriale maatregelen worden genomen, behalve indien tegen hen een burgerlijke procedure wordt ingeleid die geen verband houdt met hun officiële functies in het kader van acties die overeenkomstig het operationele plan worden uitgevoerd.
De bezittingen van teamleden ten aanzien waarvan de uitvoerend directeur van het Agentschap heeft verklaard dat zij nodig zijn voor de vervulling van hun officiële functies, mogen niet in beslag worden genomen ter uitvoering van een vonnis, beslissing of bevel. In burgerlijke procedures mogen teamleden niet aan beperkingen van de persoonlijke vrijheid, noch aan andere dwangmaatregelen worden onderworpen.
9. De immuniteit van de teamleden ten aanzien van de rechtsmacht van de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië houdt voor hen geen immuniteit in ten aanzien van de rechtsmacht van hun lidstaat van herkomst.
10. De teamleden zijn ten aanzien van diensten die voor het Agentschap zijn verleend, vrijgesteld van in de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië geldende voorschriften op het gebied van sociale zekerheid.
11. Teamleden zijn vrijgesteld van elke vorm van belasting in de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië over het salaris en de emolumenten die het Agentschap of de lidstaten van herkomst hun betalen, evenals van iedere belasting op inkomsten die zij van buiten de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië ontvangen.
12. De voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië laat de binnenkomst toe van goederen voor persoonlijk gebruik door teamleden en verleent vrijstelling van alle douanerechten, belastingen en daarmee verband houdende heffingen, met uitzondering van heffingen voor opslag, vervoer en soortgelijke diensten, een en ander overeenkomstig de geldende wet- en regelgeving. De voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië laat tevens de uitvoer van dergelijke goederen toe.
13. De persoonlijke bagage van teamleden wordt vrijgesteld van inspectie, tenzij er ernstige redenen zijn om te veronderstellen dat de bagage goederen bevat die niet bedoeld zijn voor persoonlijk gebruik door teamleden, of goederen waarvan de in- of uitvoer verboden is door de wetgeving van of onderworpen is aan quarantainebepalingen van de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië. De inspectie van dergelijke persoonlijke bagage mag slechts plaatsvinden in aanwezigheid van het betrokken teamlid respectievelijk de betrokken teamleden of een gemachtigde vertegenwoordiger van het lid/de leden van het team.
Artikel 8
Accreditatiedocument
1. Het Agentschap geeft, in samenwerking met de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, aan alle teamleden een in de officiële talen van de partijen gesteld document af, aan de hand waarvan zij zich kunnen identificeren tegenover de nationale autoriteiten van de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië en waaruit blijkt dat de houder het recht heeft de in artikel 5 van deze overeenkomst en in het operationele plan bedoelde taken te verrichten en bevoegdheden uit te oefenen. Het document bevat de volgende gegevens van elk teamlid: naam en nationaliteit, rang of functiebenaming, een recente gedigitaliseerde foto en een beschrijving van de taken die tijdens de inzet mogen worden verricht.
2. In combinatie met een geldig reisdocument verleent het accreditatiedocument het teamlid toegang tot de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, zonder dat een visum of voorafgaande toestemming vereist is.
3. Het accreditatiedocument wordt na afloop van de actie aan het Agentschap terugbezorgd.
Artikel 9
Grondrechten
1. De teamleden eerbiedigen bij het verrichten van hun taken en het uitoefenen van hun bevoegdheden ten volle de grondrechten en de fundamentele vrijheden, ook wat betreft de toegang tot asielprocedures, de menselijke waardigheid, het verbod van foltering en onmenselijke of vernederende behandeling, het recht op vrijheid, het beginsel van non-refoulement, het verbod van collectieve uitzetting, de rechten van het kind en het recht op eerbiediging van het privéleven en het familie- en gezinsleven. Bij het verrichten van hun taken en het uitoefenen van hun bevoegdheden is willekeurige discriminatie verboden, op welke grond ook, met inbegrip van geslacht, ras of etnische afkomst, godsdienst of overtuiging, handicap, leeftijd, seksuele oriëntatie of genderidentiteit. Bij het verrichten van hun taken en het uitoefenen van hun bevoegdheden uitgevoerde maatregelen die inbreuk maken op de grondrechten en fundamentele vrijheden, moeten evenredig zijn met het door die maatregelen nagestreefde doel en de wezenlijke inhoud van de grondrechten en fundamentele vrijheden eerbiedigen.
2. Elke partij stelt een klachtenregeling in om beschuldigingen te behandelen van inbreuk op de grondrechten door haar personeelsleden bij de uitoefening van hun officiële taken tijdens uit hoofde van deze overeenkomst uitgevoerde gezamenlijke operaties, snelle grensinterventies of terugkeeroperaties.
Artikel 10
Verwerking van persoonsgegevens
1. De verwerking van persoonsgegevens is alleen toegestaan indien noodzakelijk voor de uitvoering van deze overeenkomst door de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, het Agentschap of de deelnemende lidstaten.
2. De verwerking van persoonsgegevens door de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië is onderworpen aan de nationale wetgeving van dat land.
3. De verwerking van persoonsgegevens voor administratieve doeleinden door het Agentschap en de deelnemende lidstaat of lidstaten, ook in het geval van de doorgifte van persoonsgegevens naar de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, is onderworpen aan Verordening (EG) nr. 45/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2000 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door de communautaire instellingen en organen en betreffende het vrije verkeer van die gegevens, Richtlijn 95/46/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 1995 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens, Kaderbesluit 2008/977/JBZ van de Raad van 27 november 2008 over de bescherming van persoonsgegevens die worden verwerkt in het kader van de politiële en justitiële samenwerking in strafzaken, alsmede de maatregelen die het Agentschap heeft vastgesteld voor de toepassing van Verordening (EG) nr. 45/2001, zoals bedoeld in artikel 45, lid 2, van Verordening (EU) 2016/1624.
4. Wanneer de verwerking de doorgifte van persoonsgegevens met zich meebrengt, geven de lidstaten en het Agentschap op het moment van de doorgifte van persoonsgegevens naar de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië aan of er algemene of specifieke toegangs- of gebruiksbeperkingen gelden, ook met betrekking tot het doorgeven, wissen of vernietigen. Wanneer na de verstrekking van persoonsgegevens duidelijk wordt dat dergelijke beperkingen nodig zijn, stellen zij de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië daar dienovereenkomstig van in kennis.
5. Persoonsgegevens die voor administratieve doeleinden tijdens de actie zijn verzameld, mogen door het Agentschap, de deelnemende lidstaten en de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië worden verwerkt overeenkomstig de toepasselijke wetgeving inzake gegevensbescherming.
6. Na afloop van elke actie stellen het Agentschap, de deelnemende lidstaten en de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië een gezamenlijk verslag op over de toepassing van de leden 1 tot en met 5 van dit artikel. Dat verslag wordt naar de grondrechtenfunctionaris en de functionaris voor gegevensbescherming van het Agentschap gezonden, alsook naar de bevoegde autoriteit voor de bescherming van persoonsgegevens in de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië. De grondrechtenfunctionaris en de functionaris voor gegevensbescherming van het Agentschap brengen verslag uit aan de uitvoerend directeur van het Agentschap.
Artikel 11
Geschillen en interpretatie
1. Alle aangelegenheden in verband met de toepassing van deze overeenkomst worden gezamenlijk onderzocht door de bevoegde autoriteiten van de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië en door vertegenwoordigers van het Agentschap, dat de aan de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië grenzende lidstaten raadpleegt.
2. Bij gebreke van een regeling worden geschillen met betrekking tot de uitlegging of de toepassing van deze overeenkomst uitsluitend langs diplomatieke weg opgelost tussen de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië en de Europese Commissie, die alle aan de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië grenzende lidstaten raadpleegt.
Artikel 12
Inwerkingtreding, looptijd en beëindiging van de overeenkomst
1. Deze overeenkomst wordt door de partijen volgens hun eigen interne wettelijke procedures goedgekeurd.
2. Deze overeenkomst treedt in werking op de eerste dag van de tweede maand volgende op de datum waarop de partijen elkaar in kennis hebben gesteld van de voltooiing van de in lid 1 bedoelde interne wettelijke procedures.
3. Deze overeenkomst wordt voor onbepaalde tijd gesloten. De overeenkomst kan door schriftelijke overeenstemming tussen de partijen of eenzijdig door een van de partijen worden beëindigd. In laatstgenoemd geval stelt de partij die de overeenkomst wenst te beëindigen de andere partij daarvan schriftelijk via diplomatieke kanalen in kennis.
De beëindiging wordt van kracht op de eerste dag van de tweede maand volgende op de maand waarop de kennisgeving is gedaan.
4. Deze overeenkomst kan te allen tijde worden gewijzigd met wederzijdse schriftelijke instemming van beide partijen. Wijzigingen treden in werking overeenkomstig lid 1 van dit artikel.
5. Kennisgevingen als bedoeld in dit artikel worden, wat de Europese Unie betreft, gedaan aan het secretariaat-generaal van de Raad van de Europese Unie en, wat de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië betreft, aan het ministerie van Buitenlandse Zaken.
Artikel 13
Verhouding tot andere overeenkomsten
Deze overeenkomst heeft geen invloed op de rechten en verplichtingen van de partijen uit hoofde van andere internationale overeenkomsten waardoor beide partijen gebonden zijn.
Artikel 14
Bevoegde autoriteiten voor de uitvoering van de overeenkomst
1. In de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië is het ministerie van Binnenlandse Zaken de bevoegde autoriteit voor de uitvoering van deze overeenkomst.
2. Voor de Europese Unie is het Agentschap de bevoegde autoriteit voor de uitvoering van de overeenkomst.
GEMEENSCHAPPELIJKE VERKLARING BETREFFENDE IJSLAND, NOORWEGEN, ZWITSERLAND EN LIECHTENSTEIN
De partijen nemen nota van de nauwe band tussen de Europese Unie en Noorwegen, IJsland, Zwitserland en Liechtenstein, met name uit hoofde van de overeenkomsten van 18 mei 1999 en 26 oktober 2004 inzake de wijze waarop deze landen worden betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis.
Het is daarom wenselijk dat de autoriteiten van Noorwegen, IJsland, Zwitserland en Liechtenstein enerzijds, en de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië anderzijds, onverwijld bilaterale overeenkomsten sluiten inzake de uitvoering van acties door het Europees Grens- en kustwachtagentschap in de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, die vergelijkbaar zijn met de onderhavige overeenkomst.
GEZAMENLIJKE VERKLARING
Beide partijen zijn het erover eens dat zich onthouden van maatregelen die een eventuele latere strafrechtelijke vervolging van een lid van het team door de bevoegde autoriteiten van de ontvangende staat in gevaar kunnen brengen ook betekent dat men zich ervan dient te onthouden de terugkeer van het betrokken lid van het team vanuit de gebouwen van de Europese grens- en kustwacht in de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië naar zijn/haar lidstaat van herkomst op actieve wijze te faciliteren, in afwachting van de verklaring van de uitvoerend directeur van het Agentschap.