EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52015PC0005

Voorstel voor een BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot toekenning van macrofinanciële bijstand aan Oekraïne

/* COM/2015/05 final - 2015/0005 (COD) */

52015PC0005

Voorstel voor een BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot toekenning van macrofinanciële bijstand aan Oekraïne /* COM/2015/05 final - 2015/0005 (COD) */


TOELICHTING

1.  ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL

· Motivering en doel van het voorstel

De EU streeft naar een voortdurend hechtere relatie met Oekraïne, die verder gaat dan louter bilaterale samenwerking en geleidelijke politieke associatie en economische integratie omvat. Oekraïne is een belangrijk land zowel binnen het Europees nabuurschapsbeleid als binnen het Oostelijk Partnerschap. De EU heeft in 1998 een Partnerschaps- en samenwerkingsovereenkomst met Oekraïne gesloten, dat het kader voor de samenwerking op alle grote hervormingsgebieden afbakent en de rechtsgrondslag voor de betrekkingen tussen de EU en Oekraïne blijft. De betrekkingen werden verder versterkt in november 2009, toen het kabinet van ministers van Oekraïne zijn goedkeuring hechtte aan de Associatieagenda EU-Oekraïne, die in 2011 werd geactualiseerd (in juni 2013 bekrachtigd door de Samenwerkingsraad EU-Oekraïne). Op 21 maart en 27 juni 2014 hebben de EU en Oekraïne een Associatieovereenkomst ondertekend, die tot een diepe politieke associatie en economische integratie tussen de EU en Oekraïne zal leiden. De Associatieovereenkomst heeft betrekking op een breed scala van gebieden zoals justitie, handel en sectorale samenwerking, waaronder energie, vervoer en milieu, en voorziet in gedetailleerde verplichtingen en termijnen die voor beide partijen veeleisend zijn.

De Oekraïense economie is in een diepe recessie terechtgekomen, die het gevolg is van reeds lang bestaande macro-economische onevenwichtigheden en structurele problemen. De situatie werd nog verergerd door het uitbreken van een gewapend conflict in het oosten, dat een zware tol eiste van de economie doordat heel wat productiecapaciteit verloren ging en het vertrouwen slonk. Naar aanleiding van massale protesten van de bevolking trad voormalig president Viktor Janoekovitsj af en werd in februari 2014 een hervormingsgezinde regering benoemd in Oekraïne. Die regering begon met een ambitieus programma voor macro-economische aanpassing en structurele hervormingen om het onhoudbare economische model van het land om te buigen en de weg te effenen voor duurzame groei op lange termijn. Dit programma werd ondersteund door een IMF-programma voor financiële bijstand van 17 miljard USD en aanzienlijke steun van andere internationale donoren.

Na de politieke verandering in februari 2014 werden in Oekraïne vrije en democratische presidents- en parlementsverkiezingen gehouden (respectievelijk op 25 mei en 26 oktober). Daarnaast trof de Oekraïense overheid in 2014 belangrijke maatregelen om de corruptie te bestrijden en de rechtsstaat te versterken. In december 2014 presenteerde de nieuw gevormde coalitieregering een ambitieus actieplan voor haar hervormingsagenda. Het is de bedoeling dat dat actieplan begin 2015 wordt gevolgd door een allesomvattende nationale hervormingsstrategie, waarin de maatregelen voor economische, politieke, gerechtelijke en bestuurlijke hervorming zijn vastgelegd die in 2015-2017 moeten worden getroffen om macro-economische stabiliteit op middellange termijn te waarborgen en de Associatieovereenkomst EU-Oekraïne ten uitvoer te leggen.

De hervormingsinspanningen van de overheid werden echter ernstig bemoeilijkt door het gewapende conflict in het oosten, toenemende handelsbeperkingen van Rusland en de escalatie van een geschil over aardgas tussen de twee landen. De economische recessie in Oekraïne is daardoor nog erger geworden dan aanvankelijk door de internationale donoren werd verwacht. Verwacht wordt dat de crisis zal blijven duren, aangezien Oekraïne waarschijnlijk ook in 2015 een inkrimping zal doormaken. Door het verlies van exportopbrengsten ten gevolge van het conflict in het oosten en de vertrouwenscrisis is de lokale valuta sterk gedevalueerd en zijn de internationale reserves uitgeput. In de huidige situatie heeft Oekraïne geen toegang tot internationale markten voor schuldpapier en wordt niet verwacht dat het op korte termijn opnieuw toegang daartoe zal krijgen. Daardoor is er een aanzienlijk aanvullend extern financieringstekort ontstaan.

In deze context is aanvullende officiële financiële bijstand nodig om de betalingsbalansbehoeften van Oekraïne op korte termijn te lenigen, onder meer de aanvulling van de internationale reserves, en om het hervormingsprogramma van de overheid te ondersteunen, met name voor de herstructurering van de energie- en de banksector. Tot slot maar daarom niet minder belangrijk is die steun nodig om het vertrouwen van investeerders op te krikken, wat van wezenlijk belang is om de economie van Oekraïne uiteindelijk opnieuw in de richting van duurzame groei te krijgen.

De Oekraïense overheid heeft de EU op 9 september 2014 om 2 miljard EUR macrofinanciële bijstand verzocht. Het verzoek om macrofinanciële bijstand werd op 15 december 2014 herhaald in een tweede schrijven. Gelet op die verzoeken en de economische situatie in Oekraïne, met name het feit dat er aanzienlijke aanvullende externe financieringsbehoeften zijn ontstaan, dient de Europese Commissie bij het Europees Parlement en de Raad een voorstel in tot toekenning van macrofinanciële bijstand aan Oekraïne van ten hoogste 1,8 miljard EUR in de vorm van leningen op middellange termijn.

De voorgestelde macrofinanciële bijstand moet Oekraïne helpen om een deel van zijn resterende aanvullende externe financieringsbehoeften in 2015 en begin 2016 in het kader van het lopende IMF-programma te dekken. Die aanvullende behoeften worden door het IMF op 15 miljard USD geraamd. Door de bijstand van de EU zou de economie ook op korte termijn minder kwetsbaar worden qua betalingsbalans en begroting, terwijl de aanpassings- en hervormingsprogramma's van de regering worden ondersteund met een passend pakket bijgaande beleidsmaatregelen dat met de Oekraïense overheid moeten worden overeengekomen in een memorandum van overeenstemming.

In deze context is de Commissie van oordeel dat aan de politieke en economische randvoorwaarden voor een macrofinanciële-bijstandsoperatie van het voorgestelde bedrag en de voorgestelde aard is voldaan.

· Algemene context

Oekraïne is in een diepe recessie terechtgekomen, die het gevolg is van reeds lang bestaande economische en structurele problemen. De situatie werd nog verergerd door het gewapende conflict in het oostelijke deel van het land, waardoor niet alleen een deel van de productiecapaciteit van Oekraïne vernietigd werd maar ook het vertrouwen bij gezinnen en ondernemingen aanzienlijk slonk. De voorbije maanden werden broodnodige stabilisatiemaatregelen om de onevenwichtigheden te verminderen en de begrotings- en externe houdbaarheid te waarborgen, ten uitvoer gelegd, wat verder woog op de economische vooruitzichten op korte termijn. Er wordt dan ook verwacht dat het bbp in 2014 met ongeveer 7 % in reële termen zal krimpen.

Ondanks de sterke economische krimp en het voorzichtige beleid van de centrale bank blijft de inflatiedruk hoog als gevolg van de verzwakking van de valuta en een aanpassing van de gereguleerde prijzen (met name de tarieven van de nutsvoorzieningen). De inflatie op basis van de consumentenprijsindex steeg in november tot 21,8 % ten opzichte van een jaar eerder en zal in de nabije toekomst naar verwachting verder stijgen, wanneer het effect van de devaluatie van de valuta zich volledig doet gevoelen. Sinds de overstap op een zwevende wisselkoers in februari is de hryvnia bijna 50 % van zijn waarde ten opzichte van de USD verloren, wat ruim boven de aanvankelijke verwachtingen ligt. De verzwakking was bijzonder sterk in augustus en september, wat de centrale bank noopte tot een aantal administratieve maatregelen en valutacontroles, alsook enkele interventies op enkele wisselmarkten, waardoor de wisselkoers tijdelijk kon worden gestabiliseerd in de aanloop naar de parlementsverkiezingen van oktober. Tegelijkertijd hadden die maatregelen een negatief effect op de activiteiten van ondernemingen en leidden ze tot een snelle uitputting van de reeds lage internationale reserves. Na een lichte versoepeling van de administratieve controles is de valuta vanaf november sterk gedevalueerd.

Door de zwakke economische activiteit in combinatie met de hogere rente-uitgaven voor schulden in buitenlandse valuta ten gevolge van de sterke devaluatie van de valuta, en doordat in de oostelijke delen van het land heel wat belastingontvangsten verloren gingen, is het begrotingstekort in 2014 gestegen, ondanks een aantal bezuinigingsmaatregelen van de overheid[1]. Volgens recente prognoses van het ministerie van Financiën zal het begrotingstekort van de overheid voor heel 2014 oplopen tot 5,3 % van het bbp.

Daarnaast zorgde het noodlijdende olie- en gasbedrijf Naftogaz voor heel wat extra druk op de overheidsfinanciën in 2014. Dat bedrijf kampt van oudsher met grote exploitatieverliezen doordat de aardgasprijzen voor gezinnen en gemeentelijke nutsbedrijven door de overheid gereguleerd zijn en het bedrijf onder de kostprijs moet verkopen, en wordt algemeen niet efficiënt geleid. In 2014 werden de activiteiten van het bedrijf negatief beïnvloed door de sterke devaluatie van de hryvnia en doordat de aan Rusland verschuldigde achterstallen voor gas moesten worden gedekt (met inbegrip van de achterstallen die in 2013 waren opgelopen). De overheid moest daardoor in november een bedrag van 103 miljard UAH in Naftogaz injecteren, wat gelijkstaat met 6,8 % van het voorspelde bbp. Het globale begrotingstekort van Oekraïne in 2014, met inbegrip van het tekort van Naftogaz, zal dus naar verwachting tot bijna 12 % van het bbp oplopen, terwijl het tekort in 2013 6,7 % beliep en het IMF in april 2014 een tekort van 8,5 % voorspelde.

Het oplopende begrotingstekort en de sterke devaluatie van de lokale valuta hebben in combinatie met een aanzienlijke economische krimp tot een drastische verslechtering van de overheidsschuld van Oekraïne geleid. Eind oktober 2014 was de overheidsschuld opgelopen tot 63 % van het voorspelde bbp voor het jaar, een stijging met bijna 23 procentpunten ten opzichte van de overheidsschuld van 40,2 % van het bbp eind 2013.

Aan de externe kant heeft de devaluatie van de hryvnia in combinatie met de zwakke binnenlandse vraag bijgedragen tot een aanzienlijke aanpassing van de lopende rekening. Het tekort zal in 2014 naar verwachting tot ongeveer 4 % van het bbp dalen, terwijl het in 2013 9 % bedroeg, maar dit valt vooral toe te schrijven aan de sterke daling van de invoer[2]. Dit ging echter gepaard met grote financiële uitstromen in de particuliere sector, omdat het vertrouwen snel slonk in een omgeving die geopolitiek erg onzeker is[3]. De officiële financiering die vanaf mei 2014 werd verlengd, volstond niet om de kapitaalvlucht te compenseren. In de periode mei-december ontving Oekraïne in totaal ongeveer 9 miljard USD aan bruto officiële financiering, waarvan een groot deel werd gebruikt om vervallende schuld te dekken (zie de IMF-steun en andere donorbijstand tot 2014).

Door de dieper wordende economische recessie en de vertrouwenscrisis heeft de omvangrijke officiële financiële bijstand aan Oekraïne in 2014 niet volstaan om de voortdurende uitputting van de reserves een halt toe te roepen. In de eerste elf maanden van het jaar halveerden de reserves ten opzichte van hun niveau eind 2013 tot slechts 10 miljard USD. In december wordt een verdere aanzienlijke daling verwacht ten gevolge van betalingen voor gas (met inbegrip van de achterstallen die aan Rusland moeten worden betaald). Daardoor wordt momenteel verwacht dat de bruto internationale reserves van Oekraïne tegen eind 2014 tot 7 miljard USD zullen dalen, of ongeveer een maand van de voorspelde invoer van goederen en diensten in 2015.

Op 30 april 2014 keurde het IMF een stand-by-overeenkomst van twee jaar voor Oekraïne goed voor 10,976 miljard speciale trekkingsrechten (17 miljard USD of 800 % van het quotum van het land). De financiële bijstand van het IMF is aangevuld met aanzienlijke steun uit andere officiële en bilaterale bijstand (EU, VS, Japan, Canada). Ook andere internationale financiële instellingen, zoals de Wereldbank, de EBWO en de EIB, hebben hun activiteit beduidend opgeschroefd om de economische transitie van Oekraïne te ondersteunen.

Omdat de economische recessie dieper is dan verwacht en de kapitaaluitstromen ten gevolge van de vertrouwenscrisis groot zijn, zal Oekraïne in 2015 en begin 2016 echter aanzienlijke aanvullende financieringsbehoeften hebben. Die behoeften komen voornamelijk voort uit het feit dat de erg lage internationale resevers moeten worden aangevuld en de particuliere kapitaaluitstromen erg groot zijn. De aanvullende financieringsbehoeften worden geraamd op 15 miljard USD. De voorgestelde macrofinanciële bijstand zou 16,7 % van het totale aanvullende financieringstekort dekken.

· Bestaande bepalingen op het door het voorstel bestreken gebied

Er is macrofinanciële bijstand aan Oekraïne toegekend bij drie afzonderlijke besluiten:

· Besluit 2002/639/EG van de Raad van 12 juli 2002 tot toekenning van aanvullende macrofinanciële bijstand aan Oekraïne[4]

· Besluit nr. 388/2010/EU van het Europees Parlement en de Raad van 7 juli 2010 tot toekenning van macrofinanciële bijstand aan Oekraïne[5]

· Besluit 2014/215/EU van de Raad van 14 april 2014 tot toekenning van macrofinanciële bijstand aan Oekraïne[6]

· Samenhang met andere beleidsgebieden en doelstellingen van de EU

De voorgestelde macrofinanciële bijstand is in overeenstemming met de toezegging van de EU de onmiddellijke economische en politieke transitie in Oekraïne te ondersteunen. De voorgestelde macrofinanciële bijstand is in overeenstemming met de leidende beginselen voor het gebruik van dit instrument, zoals het uitzonderlijke karakter ervan, politieke randvoorwaarden, complementariteit, conditionaliteit en financiële discipline.

De voorgestelde macrofinanciële bijstand sluit tevens aan bij de doelstellingen van het Europees nabuurschapsbeleid. Hij ondersteunt mee de doelstellingen van de Europese Unie van economische stabiliteit en economische ontwikkeling in Oekraïne en, meer in het algemeen, in de oostelijke Europese nabuurschap. Door de overheid te helpen bij haar inspanningen om een stabiel macro-economisch kader in te voeren en een ambitieus programma van structurele hervormingen ten uitvoer te leggen, draagt de voorgestelde bijstand ertoe bij dat de andere financiële bijstand van de EU aan het land, waaronder begrotingssteunmaatregelen, doeltreffender wordt. De voorgestelde macrofinanciële bijstand is ook een aanvulling op de bijstand van andere multilaterale en bilaterale donoren in het kader van het door de IMF ondersteunde economische programma.

De macrofinanciële bijstand van de EU zou een aanvulling vormen op het totaal van 1,565 miljard EUR aan subsidies dat kan worden gemobiliseerd in het kader van het Europees nabuurschapsinstrument, de nabuurschapsinvesteringsfaciliteit, het instrument voor bijdrage aan stabiliteit en vrede, en het onderdeel van de EU-begroting voor het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid over de periode 2014-2020, waarvoor in 2014 al 370 miljoen EUR is vastgelegd. Door de Oekraïense overheid te ondersteunen bij de totstandbrenging van een passend kader om op korte termijn het macro-economische beleid te hervormen en structurele hervormingen door te voeren, zou de macrofinanciële bijstand de meerwaarde van de totale EU-inbreng verhogen en het EU-optreden via andere financiële instrumenten, zoals de overeenkomst voor staatsopbouw en andere begrotingssteunmaatregelen, doeltreffender maken.

Oekraïne heeft belangrijke economische banden met de EU. De EU is één van de belangrijkste handelspartners van Oekraïne: ongeveer één derde van de buitenlandse handel van Oekraïne gaat naar de EU. In 2013 bedroeg de waarde van de Oekraïense invoer uit de EU 23,9 miljard EUR en die van de uitvoer 18,8 miljard EUR. Oekraïne is ook sterk afhankelijk van de EU wat buitenlandse directe investeringen en andere financiële stromen betreft. Op 27 juni 2014 hebben de EU en Oekraïne overeenstemming bereikt over de toekomstige oprichting van een diepe en brede vrijhandelszone (DCFTA). Dit zal bijdragen tot een verdere toename van de bilaterale handel in goederen en diensten en geleidelijk de handelsgerelateerde regels en normen van Oekraïne in overeenstemming brengen met die van de EU.

De transitie van Oekraïne is zeer moeilijk en het risico van economische instorting is niet geweken. De nieuwe regering heeft er zich echter publiekelijk toe verbonden betekenisvolle stappen te zetten op de weg naar politieke en economische hervormingen, teneinde de corruptie te bestrijden en de instellingen en mechanismen, met inbegrip van de rechtsstaat, te versterken. Het land is ook een programma van economische hervormingen aan het ontwikkelen, die erop gericht zijn de fundamenten te leggen voor een duurzaam groeimodel. Vorderingen ten aanzien van die doelstellingen en het hervormingsprogramma zullen van het allergrootste belang zijn om een succesvolle transitie mogelijk te maken.

2.  RESULTATEN VAN DE RAADPLEGING VAN BELANGHEBBENDE PARTIJEN EN EFFECTBEOORDELING

· Raadpleging van belanghebbende partijen

De macrofinanciële bijstand wordt toegekend als een integrerend onderdeel van de internationale steun voor de economische stabilisatie van Oekraïne. Bij de voorbereiding van dit voorstel voor macrofinanciële bijstand hebben de diensten van de Commissie overleg gepleegd met het IMF en de Wereldbank, die omvangrijke financieringsprogramma's aan het invoeren zijn. De Commissie heeft ook regelmatig contact gehad met de Oekraïense overheid.

· Bijeenbrengen en benutten van deskundigheid

De diensten van de Commissie hebben, met bijstand van externe deskundigen een operationele beoordeling van de kwaliteit en betrouwbaarheid van de financiële en administratieve procedures van Oekraïne uitgevoerd, waarvan het eindverslag in augustus 2014 is opgesteld.

· Effectbeoordeling

De macrofinanciële bijstand en het bijbehorende economische aanpassings- en hervormingsprogramma zullen de financieringsbehoeften van Oekraïne op korte termijn helpen te verlichten en beleidsmaatregelen ondersteunen die erop gericht zijn de houdbaarheid van de betalingsbalans en de begroting op middellange termijn te versterken en meer duurzame groei in de hand te werken. De macrofinanciële bijstand zal met name de hervormingsinspanningen op de volgende gebieden ondersteunen: beheer van de overheidsfinanciën en corruptiebestrijding; belastingdienst; hervormingen in de energiesector, met inbegrip van versterking van het sociale vangnet om ervoor te zorgen dat de voortschrijdende intrekking van de subsidies voor de kleinhandelsenergieprijzen gericht wordt opgevangen; hervormingen van de financiële sector, en maatregelen ter verbetering van het ondernemingsklimaat.

3.  JURIDISCHE ELEMENTEN VAN HET VOORSTEL

· Samenvatting van de voorgestelde maatregel(en)

De Europese Unie stelt Oekraïne macrofinanciële bijstand beschikbaar voor in totaal ten hoogste 1,8 miljard EUR in de vorm van leningen op middellange termijn. De bijstand zal bijdragen aan de dekking van de resterende externe financieringsbehoeften van Oekraïne in 2015-2016, zoals de Commissie die op basis van de ramingen van het IMF heeft vastgesteld.

Het is de bedoeling dat de bijstand in drie leningtranches wordt uitbetaald. De uitbetaling van de eerste tranche zal naar verwachting plaatsvinden midden 2015. De tweede tranche zou kunnen worden uitbetaald in het vierde kwartaal van 2015. De derde en laatste tranche zou beschikbaar kunnen worden gesteld aan het eind van het eerste kwartaal van 2016. De bijstand zal door de Commissie worden beheerd. Daarbij zijn met het Financieel Reglement strokende specifieke bepalingen ter preventie van fraude en andere onregelmatigheden van toepassing.

De Commissie en de Oekraïense overheid zouden een memorandum van overeenstemming overeenkomen, waarin de structurele hervormingsmaatregelen die met de voorgestelde macrofinanciële-bijstandsoperatie gepaard moeten gaan, onder meer qua timing en volgorde worden vastgelegd. Die maatregelen zullen de hervormingsagenda van de overheid, waaronder de relevante onderdelen van de bovengenoemde nationale hervormingsstrategie voor 2015-2017, en de tenuitvoerlegging van de Associatieovereenkomst EU-Oekraïne ondersteunen, en een aanvulling vormen op de programma's die met het IMF, de Wereldbank en andere multilaterale en bilaterale donoren zijn overeengekomen. Zoals doorgaans voor macrofinanciële bijstand zouden de uitbetalingen onder meer afhankelijk worden gesteld van bevredigende evaluaties in het kader van het IMF-programma en van het feit dat Oekraïne een beroep blijft doen op middelen van het IMF.

De Europese Commissie zal met de Oekraïense overheid consensus nastreven over de verwachte nationale hervormingsstrategie, om ervoor te zorgen dat de conditionaliteit die in het memorandum van overeenstemming voor de voorgestelde macrofinanciële-bijstandsoperatie moet worden overeengekomen, vlot ten uitvoer wordt gelegd. Die beleidsvoorwaarden zouden ervoor moeten zorgen dat enkele van de fundamentele tekortkomingen die de Oekraïense economie in de loop der jaren heeft opgebouwd, worden aangepakt. Mogelijke gebieden van conditionaliteit zouden in beginsel het volgende kunnen omvatten: beheer van de overheidsfinanciën en corruptiebestrijding; belastingdienst; hervormingen in de energiesector; hervormingen van de financiële sector, en maatregelen ter verbetering van het ondernemingsklimaat.

Het besluit om de volledige macrofinanciële bijstand in de vorm van leningen uit te betalen, wordt gerechtvaardigd door het ontwikkelingsniveau van Oekraïne (afgemeten aan het inkomen per hoofd van de bevolking). Het is tevens in overeenstemming met de behandeling die Oekraïne ten deel valt van de Wereldbank en het IMF.

· Rechtsgrondslag

De rechtsgrondslag voor dit voorstel is artikel 212 van het VWEU.

· Subsidiariteitsbeginsel

Het subsidiariteitsbeginsel is nageleefd aangezien de doelstelling de macro-economische stabiliteit op korte termijn in Oekraïne te herstellen, onvoldoende kan worden verwezenlijkt door de lidstaten alleen en derhalve beter door de Europese Unie kan worden verwezenlijkt. De belangrijkste redenen zijn de budgettaire beperkingen op nationaal niveau en de behoefte aan krachtige donorcoördinatie om de omvang en de doeltreffendheid van de bijstand zo groot mogelijk te maken.

· Evenredigheidsbeginsel

Het voorstel is in overeenstemming met het evenredigheidsbeginsel: het beperkt zich tot het minimum dat vereist is om de doelstelling van macro-economische stabiliteit op korte termijn te verwezenlijken en gaat niet verder dan hetgeen voor dat doel nodig is.

Zoals de Commissie op basis van de ramingen van het IMF in het kader van de stand-by-overeenkomst heeft vastgesteld, komt het bedrag van de bijstand neer op 16,7 % van het geraamde aanvullende financieringstekort voor de periode 2015–Q1 2016. Dit aanzienlijke engagement wordt gerechtvaardigd door: het politieke belang van Oekraïne voor de stabiliteit in de Europese nabuurschap; de politieke integratie van het land met de EU, zoals die tot uiting komt in de Associatieovereenkomst tussen de twee partijen, die op 1 november 2014 voorlopig in werking is getreden, en de uitzonderlijk moeilijke situatie en de daaruit voortvloeiende grote financieringsbehoeften waarmee dit buurland van de EU momenteel wordt geconfronteerd.

· Keuze van instrumenten

Projectfinanciering of technische bijstand zou niet geschikt of voldoende zijn voor de verwezenlijking van macro-economische doelstellingen. De belangrijkste meerwaarde van macrofinanciële bijstand in vergelijking met andere EU-instrumenten zou zijn dat hij de externe financiële druk snel verlicht en de totstandkoming van een stabiel macro-economisch kader, onder meer door de bevordering van een houdbare betalingsbalans- en begrotingssituatie, en een geschikt kader voor structurele hervormingen faciliteert. Doordat de totstandkoming van een passend algemeen kader voor macro-economisch en structureel beleid wordt gefaciliteerd, kan macrofinanciële bijstand de maatregelen die in Oekraïne in het kader van andere financiële instrumenten van de EU met een nauwere focus worden gefinancierd, doeltreffender maken.

4.  GEVOLGEN VOOR DE BEGROTING

De geplande bijstand zou worden verstrekt in de vorm van een lening en worden gefinancierd met behulp van een lening die de Commissie namens de EU zal opnemen. De kosten van de bijstand voor de begroting zullen gelijk zijn aan het bedrag van de voorziening dat uit begrotingsonderdeel 01 03 06 ("Voorziening van het Garantiefonds") in het Garantiefonds moet worden gestort en dat overeenstemt met 9 % van de uitbetaalde bedragen. In de veronderstelling dat de eerste en de tweede tranche van de lening ten belope van in totaal 1 200 miljoen EUR in 2015 zullen worden uitbetaald en dat de derde tranche van de lening ten belope van 600 miljoen EUR in 2016 zal worden uitbetaald, zal de voorziening van het Garantiefonds overeenkomstig de regels waaraan het Garantiefondsmechanisme onderworpen is, plaatsvinden in het kader van de begrotingen voor 2017 (108 miljoen EUR) en 2018 (54 miljoen EUR). Op basis van de momenteel beschikbare informatie over de verwachte totale voorzieningsbehoeften van het Garantiefonds zullen die aanvullende gevolgen voor de begroting ten dele worden gefinancierd door een hertoewijzing in de indicatieve financiële programmering voor 2017 en 2018 uit macrofinanciële bijstand (subsidies) (begrotingsonderdeel 01 03 02) en ten dele door gebruik te maken van de niet-toegewezen marge voor vastleggingen onder rubriek 4 van het meerjarig financieel kader. De indicatieve uitsplitsing van die financiering is als volgt:

miljoen EUR

|| 2017 || 2018

Extra uitgaven: || ||

Voorziening van het Garantiefonds als gevolg van het voorstel (zie het financieel memorandum) || 108 || 54

Financieringsbronnen: || ||

Macrofinanciële bijstand (subsidies) 01.0302 Marge onder rubriek 4 || -50 -58 || -40 -14

5.  FACULTATIEVE ELEMENTEN

· Evaluatie-/herzienings-/vervalbepaling

Het voorstel bevat een vervalbepaling. De voorgestelde macrofinanciële bijstand zal beschikbaar worden gesteld gedurende tweeënhalf jaar vanaf de eerste dag na de inwerkingtreding van het memorandum van overeenstemming.

2015/0005 (COD)

Voorstel voor een

BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

tot toekenning van macrofinanciële bijstand aan Oekraïne

HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 212,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie[7],

Na toezending van het ontwerp van wetgevingshandeling aan de nationale parlementen,

Handelend volgens de gewone wetgevingsprocedure[8],

Overwegende hetgeen volgt:

(1)       De betrekkingen tussen de Europese Unie en Oekraïne ontwikkelen zich in het kader van het Europees nabuurschapsbeleid (ENB) en het Oostelijk Partnerschap. Van 2007 tot 2011 werd onderhandeld over een associatieovereenkomst tussen de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en hun lidstaten, enerzijds, en Oekraïne, anderzijds, waarvan een diepe en brede vrijhandelsruimte (Deep and Comprehensive Free Trade Area (DCFTA)) deel uitmaakt, en in 2012 werd die overeenkomst geparafeerd (hierna "de Associatieovereenkomst" genoemd). De Associatieovereenkomst werd ondertekend door Oekraïne en de Unie op 21 maart en 27 juni 2014. Sinds 1 november 2014 worden belangrijke onderdelen van de Associatieovereenkomst voorlopig toegepast op het gebied van de eerbiediging van de mensenrechten, de fundamentele vrijheden en de rechtsstaat, politieke dialoog en hervorming, justitie, vrijheid en veiligheid, economische en financiële samenwerking.

(2)       Na de herinvoering van de Oekraïense grondwet van 2004 werden met succes presidents- en parlementsverkiezingen gehouden op respectievelijk 25 mei 2014 en 26 oktober 2014. Na de vorming van een nieuwe regering op 2 december 2014, die een weerspiegeling is van het resultaat van de parlementsverkiezingen, heeft Oekraïne opnieuw bevestigd dat het binnen het door de Associatieovereenkomst geboden kader politieke en economische hervormingen wil doorvoeren, en heeft het een actieplan gepresenteerd waarin de voorgenomen hervormingen zijn vastgelegd.

(3)       De schending van de soevereiniteit en territoriale integriteit van Oekraïne en het daaruit voortvloeiende militaire conflict hebben schadelijke effecten op de reeds wankele economische en financiële stabiliteit van Oekraïne gehad. Oekraïne heeft te kampen met een moeilijke betalingsbalans en liquiditeitspositie ten gevolge van het slinkende vertrouwen en de daarmee gepaard gaande kapitaalvlucht, en met een verslechterende begrotingssituatie ten gevolge van de rechtstreekse budgettaire kosten van het conflict, een dieper dan verwachte recessie en het verlies van belastingontvangsten uit de gebieden die door de separatisten worden gecontroleerd. Daarnaast is de economische situatie ook nog verslechterd door reeds bestaande structurele zwakheden en budgettaire en externe-financiële kwetsbaarheden.

(4)       In deze context zijn de externe financieringsbehoeften van Oekraïne aanzienlijk groter dan oorspronkelijk was vastgesteld en is er aanvullende financiële bijstand van internationale crediteuren en donoren nodig. Tijdens zijn meest recente evaluatiemissie voor het programma heeft het Internationaal Monetair Fonds (IMF) een aanzienlijke financieringsbehoefte vastgesteld, die de financiering die de internationale gemeenschap tot dusver heeft uitgetrokken, daaronder begrepen de macrofinanciële bijstand van de Unie uit hoofde van Besluit 2002/639/EG van de Raad[9], Besluit 388/2010/EU van het Europees Parlement en de Raad[10] en Besluit 2014/215/EU van de Raad[11], te boven gaat.

(5)       De Unie heeft meermaals verklaard dat zij de nieuwe Oekraïense overheid wil ondersteunen bij het stabiliseren van de situatie en het voortzetten van de hervormingen. De Unie heeft tevens verklaard dat zij volledig bereid is om de inspanningen van de internationale gemeenschap en de internationale financiële instellingen, in het bijzonder het IMF, te ondersteunen in het kader van een internationaal bijstandspakket waarmee de dringende behoeften van Oekraïne kunnen worden gelenigd, mits er bij Oekraïne een duidelijk engagement voor hervormingen is. Financiële steun van de Unie aan Oekraïne is in overeenstemming met het beleid dat de Unie in het ENB en het Oostelijk Partnerschap voorstaat. In zijn conclusies van 18 december 2014 heeft de Europese Raad verklaard dat de Unie en haar lidstaten, na de tweede uitbetaling door de Commissie in december 2014 van 500 miljoen EUR aan macrofinanciële bijstand, klaarstaan om het hervormingsproces in Oekraïne verder te faciliteren en te ondersteunen, tezamen met andere donoren en overeenkomstig de conditionaliteit van het IMF.

(6)       De macrofinanciële bijstand van de Unie moet een uitzonderlijk financieel instrument zijn van ongebonden en niet-toegewezen betalingsbalanssteun, gericht op het lenigen van de onmiddellijke externe financieringsbehoeften van de begunstigde, en dienen ter ondersteuning van een beleidsprogramma met krachtige directe aanpassings- en structurele hervormingsmaatregelen die gericht zijn op het verbeteren van de betalingsbalanspositie op korte termijn.

(7)       Op 30 april 2014 hebben de Oekraïense overheid en het IMF overeenstemming bereikt over een stand-by-overeenkomst van twee jaar met 10,976 miljard speciale trekkingsrechten (ongeveer 17,01 miljard USD, 800 % van het quotum) ter ondersteuning van het economische aanpassings- en hervormingsprogramma van Oekraïne.

(8)       In het licht van de drastisch verslechterende betalingsbalanssituatie in Oekraïne heeft de Commissie op 5 maart 2014 een steunpakket aangekondigd, dat door de buitengewone Europese Raad van 6 maart 2014 werd bekrachtigd. Het pakket omvat financiële bijstand ten belope van 11 miljard EUR voor de periode 2014-2020, daaronder begrepen tot 1,565 miljard EUR aan subsidies voor dezelfde periode die worden gemobiliseerd in het kader van het Europees nabuurschapsinstrument, de nabuurschapsinvesteringsfaciliteit, het instrument voor bijdrage aan stabiliteit en vrede, en het onderdeel van de EU-begroting voor het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid, alsook macrofinanciële bijstand van de Unie tot 1,61 miljard EUR voor 2014-2015.

(9)       Op 9 september 2014 heeft Oekraïne, gelet op de verslechterende economische situatie en vooruitzichten, de Unie verzocht om aanvullende macrofinanciële bijstand. Dit verzoek werd op 15 december 2014 herhaald in een andere brief.

(10)     Daar Oekraïne onder het ENB valt, moet het worden beschouwd als een land dat voor macrofinanciële bijstand van de Unie in aanmerking komt.

(11)     Aangezien er nog steeds een aanzienlijk resterend extern financieringstekort op de betalingsbalans van Oekraïne bestaat, dat de door het IMF en andere multilaterale instellingen verstrekte middelen te boven gaat, wordt de door de Unie aan Oekraïne toe te kennen macrofinanciële bijstand (hierna "de macrofinanciële bijstand van de Unie" genoemd) in de huidige uitzonderlijke omstandigheden beschouwd als een passende reactie op het verzoek van Oekraïne om in samenhang met het IMF-programma de economische stabilisatie te ondersteunen. De macrofinanciële bijstand van de Unie zou de economische stabilisatie en de structurele hervormingsagenda van Oekraïne ondersteunen en een aanvulling vormen op de middelen die in het kader van de financiële regeling met het IMF beschikbaar worden gesteld.

(12)     De macrofinanciële bijstand van de Unie moet erop gericht zijn dat het herstel van een houdbare externe financiële positie voor Oekraïne wordt ondersteund, waardoor het land ook in zijn economische en sociale ontwikkeling overeenkomstig de Associatieovereenkomst wordt ondersteund.

(13)     De vaststelling van het bedrag van de macrofinanciële bijstand van de Unie is gebaseerd op een volledige kwantitatieve beoordeling van de resterende externe financieringsbehoeften van Oekraïne, en bij de vaststelling ervan is rekening gehouden met het vermogen van het land zichzelf te financieren met eigen middelen, met name met de internationale reserves waarover het beschikt. De macrofinanciële bijstand van de Unie moet complementair zijn aan de programma’s van het IMF en de Wereldbank en de door hen verstrekte middelen. Bij de vaststelling van het bedrag van de bijstand is ook rekening gehouden met de verwachte financiële bijdragen van multilaterale donoren en met het feit dat de lasten billijk moeten worden verdeeld tussen de Unie en andere donoren, alsook met de andere externe financieringsinstrumenten van de Unie die al in Oekraïne worden ingezet en met de meerwaarde van de totale betrokkenheid van de Unie.

(14)     De Commissie moet ervoor zorgen dat de macrofinanciële bijstand van de Unie juridisch en materieel verenigbaar is met de hoofdbeginselen, -doelstellingen en -maatregelen die zijn vastgesteld in het kader van de verschillende onderdelen van het extern optreden en andere relevante beleidsmaatregelen van de Unie.

(15)     De macrofinanciële bijstand van de Unie moet het externe beleid van de Unie jegens Oekraïne ondersteunen. De diensten van de Commissie en de Europese Dienst voor extern optreden moeten gedurende de hele macrofinanciële-bijstandsoperatie nauw samenwerken om het externe beleid van de Unie te coördineren en de samenhang ervan te waarborgen.

(16)     De macrofinanciële bijstand van de Unie moet Oekraïne ondersteunen in zijn engagement met betrekking tot waarden die het land met de Unie deelt, waaronder democratie, de rechtsstaat, goed bestuur, eerbiediging van de mensenrechten, duurzame ontwikkeling en armoedebestrijding, en ook in zijn engagement met betrekking tot de beginselen van open, op regels gebaseerde en eerlijke handel.

(17)     Eerbiediging door Oekraïne van doeltreffende democratische mechanismen, waaronder een parlementair stelsel met meerdere partijen en de rechtsstaat, alsook de mensenrechten moet een randvoorwaarde zijn voor de toekenning van de macrofinanciële bijstand van de Unie. Daarnaast moeten de specifieke doelstellingen van de macrofinanciële bijstand van de Unie de efficiëntie, transparantie en toerekenbaarheid van de beheersystemen voor overheidsfinanciën in Oekraïne bevorderen, en bijdragen aan structurele hervormingen die gericht zijn op de bevordering van duurzame en inclusieve groei, het scheppen van werkgelegenheid en begrotingsconsolidatie. De Commissie en de Europese Dienst voor extern optreden moeten regelmatig erop toezien dat aan de randvoorwaarden is voldaan en die doelstellingen worden behaald.

(18)     Om te verzekeren dat de financiële belangen van de Unie in het kader van de macrofinanciële bijstand van de Unie op efficiënte wijze worden beschermd, moet Oekraïne passende maatregelen nemen in verband met de preventie en bestrijding van fraude, corruptie en andere onregelmatigheden met betrekking tot deze bijstand. Daarnaast moet erin worden voorzien dat de Commissie controles verricht en de Rekenkamer audits.

(19)     De uitbetaling van de macrofinanciële bijstand van de Unie laat de bevoegdheden van het Europees Parlement en de Raad (als begrotingsautoriteit) onverlet.

(20)     De bedragen van de voorziening voor de macrofinanciële bijstand moeten stroken met de in het meerjarig financieel kader vastgestelde begrotingskredieten.

(21)     De macrofinanciële bijstand van de Unie moet door de Commissie worden beheerd. Om ervoor te zorgen dat het Europees Parlement en de Raad de tenuitvoerlegging van dit besluit kunnen volgen, moet de Commissie hen regelmatig inlichten over ontwikkelingen met betrekking tot de bijstand en hun relevante documenten daarover verstrekken.

(22)     Om eenvormige voorwaarden voor de tenuitvoerlegging van dit besluit te waarborgen, moeten aan de Commissie uitvoeringsbevoegdheden worden toegekend. Die bevoegdheden moeten worden uitgeoefend overeenkomstig Verordening (EU) nr. 182/2011 van het Europees Parlement en de Raad[12].

(23)     De macrofinanciële bijstand van de Unie moet onderworpen zijn aan voorwaarden inzake economisch beleid, die in een memorandum van overeenstemming moeten worden vastgelegd. Omwille van de efficiëntie en om eenvormige voorwaarden voor de tenuitvoerlegging te waarborgen, moet de Commissie worden gemachtigd om met de Oekraïense overheid onderhandelingen over die voorwaarden te voeren, onder toezicht van het comité van vertegenwoordigers van de lidstaten waarin Verordening (EU) nr. 182/2011 voorziet. Krachtens die verordening moet in de regel de raadplegingsprocedure worden gebruikt in alle andere gevallen dan die waarin die verordening voorziet. Gezien de mogelijk belangrijke effecten van bijstand van meer dan 90 miljoen EUR, is het passend dat de onderzoeksprocedure voor verrichtingen boven die drempel wordt gebruikt. Gezien het bedrag van de macrofinanciële bijstand van de Unie aan Oekraïne moet op de goedkeuring van het memorandum van overeenstemming en voor het verlagen, opschorten of annuleren van de bijstand de onderzoeksprocedure worden toegepast,

HEBBEN HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

1.           De Unie stelt Oekraïne macrofinanciële bijstand (hierna "de macrofinanciële bijstand van de Unie" genoemd) beschikbaar voor ten hoogste 1,8 miljard EUR, teneinde de economische stabilisatie van Oekraïne en een substantiële hervormingsagenda te ondersteunen. De bijstand draagt bij aan het dekken van de betalingsbalansbehoeften van Oekraïne die in het kader van het IMF-programma zijn vastgesteld.

2.           Het volledige bedrag van de macrofinanciële bijstand van de Unie wordt aan Oekraïne verstrekt in de vorm van leningen. De Commissie is bevoegd om namens de Unie de nodige financiële middelen te lenen op de kapitaalmarkten of van financiële instellingen, en die middelen vervolgens aan Oekraïne door te lenen. De leningen hebben een looptijd van ten hoogste 15 jaar.

3.           De uitbetaling van de macrofinanciële bijstand van de Unie wordt door de Commissie beheerd op een wijze die strookt met de overeenkomsten of afspraken tussen het Internationaal Monetair Fonds (IMF) en Oekraïne, en met de hoofdbeginselen en -doelstellingen van de economische hervormingen die in de in het kader van het Europees nabuurschapsbeleid (ENB) overeengekomen Associatieovereenkomst EU-Oekraïne en Associatieagenda EU-Oekraïne zijn vastgelegd. De Commissie licht het Europees Parlement en de Raad regelmatig in over de ontwikkelingen met betrekking tot de macrofinanciële bijstand van de Unie, met inbegrip van de uitbetalingen, en verstrekt die instellingen tijdig relevante documenten.

4.           De macrofinanciële bijstand van de Unie wordt voor een periode van tweeënhalf jaar beschikbaar gesteld, met ingang van de eerste dag na de inwerkingtreding van het in artikel 3, lid 1, bedoelde memorandum van overeenstemming.

5.           Wanneer de financieringsbehoeften van Oekraïne tijdens de periode van uitbetaling van de macrofinanciële bijstand van de Unie aanzienlijk verminderen ten opzichte van de oorspronkelijke prognoses, verlaagt de Commissie, handelend volgens de in artikel 7, lid 2, bedoelde onderzoeksprocedure, het bedrag van de bijstand of schort zij de bijstand op of annuleert zij die.

Artikel 2

1.           Eerbiediging door Oekraïne van doeltreffende democratische mechanismen – waaronder een parlementair stelsel met meerdere partijen – en de rechtsstaat, alsook de mensenrechten moet een randvoorwaarde zijn voor de toekenning van de macrofinanciële bijstand van de Unie.

2.           Tijdens de volledige duur van de macrofinanciële bijstand van de Unie zien de Commissie en de Europese Dienst voor extern optreden erop toe dat aan die randvoorwaarde is voldaan.

3.           De leden 1 en 2 van dit artikel worden toegepast overeenkomstig Besluit 2010/427/EU van de Raad[13].

Artikel 3

1.           De Commissie bereikt, volgens de in artikel 7, lid 2, bedoelde onderzoeksprocedure, met de Oekraïense overheid overeenstemming over duidelijk bepaalde voorwaarden inzake economisch beleid en financiële voorwaarden, gericht op structurele hervormingen en gezonde overheidsfinanciën, waaraan de macrofinanciële bijstand van de Unie onderworpen is en die in een memorandum van overeenstemming (hierna "het memorandum van overeenstemming" genoemd), dat een tijdschema voor de verwezenlijking van die voorwaarden bevat, moeten worden vastgelegd. De in het memorandum van overeenstemming vastgelegde voorwaarden inzake economisch beleid en financiële voorwaarden stroken met de in artikel 1, lid 3, bedoelde overeenkomsten of afspraken, met inbegrip van de programma’s voor macro-economische aanpassing en structurele hervorming die door Oekraïne met steun van het IMF worden uitgevoerd.

2.           De in lid 1 bedoelde voorwaarden zijn er in het bijzonder op gericht de efficiëntie, transparantie en toerekenbaarheid van de beheersystemen voor overheidsfinanciën in Oekraïne te bevorderen, met inbegrip van de systemen voor het gebruik van de macrofinanciële bijstand van de Unie. Bij het bepalen van de beleidsmaatregelen moet ook terdege rekening worden gehouden met de vorderingen wat betreft het wederzijds openstellen van markten, de ontwikkeling van op regels gebaseerde en eerlijke handel en andere prioriteiten in het kader van het externe beleid van de Unie. De Commissie ziet regelmatig erop toe welke vorderingen bij het verwezenlijken van die doelstellingen zijn gemaakt.

3.           De financiële voorwaarden van de macrofinanciële bijstand van de Unie worden in detail vastgelegd in een tussen de Commissie en de Oekraïense overheid te sluiten leningovereenkomst.

4.           De Commissie controleert op gezette tijden of de in artikel 4, lid 3, vastgestelde voorwaarden vervuld blijven, onder meer of het economische beleid van Oekraïne in overeenstemming is met de doelstellingen van de macrofinanciële bijstand van de Unie. De Commissie werkt daarbij nauw samen met het IMF en de Wereldbank en, indien nodig, met het Europees Parlement en de Raad.

Artikel 4

1.           De macrofinanciële bijstand van de Unie wordt door de Commissie beschikbaar gesteld in drie leningtranches, mits aan de voorwaarden van lid 3 is voldaan. De omvang van elke tranche wordt in het in artikel 3 bedoelde memorandum van overeenstemming vastgelegd.

2.           Voor de bedragen van de macrofinanciële bijstand van de Unie worden, indien nodig, voorzieningen getroffen overeenkomstig Verordening (EG, Euratom) nr. 480/2009 van de Raad[14].

3.           De Commissie besluit tot uitbetaling van de tranches mits aan alle van de volgende voorwaarden voldaan is:

(a) de in artikel 2 vastgestelde randvoorwaarde;

(b) bevredigende voorderingen bij de uitvoering van een beleidsprogramma met krachtige maatregelen voor aanpassing en structurele hervorming, ondersteund door een niet uit voorzorg getroffen kredietregeling met het IMF; en

(c) de uitvoering binnen een specifieke termijn van de in het memorandum van overeenstemming vastgelegde voorwaarden inzake economisch beleid en financiële voorwaarden.

De tweede tranche wordt niet vroeger dan drie maanden na de uitbetaling van de eerste tranche uitbetaald. De derde tranche wordt niet vroeger dan drie maanden na de uitbetaling van de tweede tranche uitbetaald.

4.           Wanneer de in lid 3 vastgestelde voorwaarden niet zijn vervuld, schort de Commissie de uitbetaling van de macrofinanciële bijstand van de Unie tijdelijk op of annuleert zij die. In die gevallen licht zij het Europees Parlement en de Raad in over de redenen voor die opschorting of annulering.

5.           De macrofinanciële bijstand van de Unie wordt uitbetaald aan de Nationale Bank van Oekraïne. Met inachtneming van de in het memorandum van overeenstemming vast te leggen bepalingen, onder andere betreffende een bevestiging van de resterende budgettaire financieringsbehoeften, kunnen de middelen van de Unie aan het Oekraïense ministerie van Financiën als eindbegunstigde worden overgemaakt.

Artikel 5

1.           De op de macrofinanciële bijstand van de Unie betrekking hebbende verrichtingen tot het opnemen en verstrekken van leningen worden uitgevoerd in euro met dezelfde valutadatum, en mogen de Unie niet blootstellen aan looptijdtransformaties, valuta- of renterisico's of andere commerciële risico's.

2.           Wanneer de omstandigheden dit mogelijk maken en indien Oekraïne daarom verzoekt, kan de Commissie de nodige maatregelen nemen om ervoor te zorgen dat in de leningsvoorwaarden een clausule inzake vervroegde aflossing is opgenomen en dat in de voorwaarden van de opgenomen leningen een overeenkomstige clausule voorkomt.

3.           De Commissie kan, wanneer de omstandigheden een gunstiger rente op de verstrekte lening mogelijk maken en indien Oekraïne daarom verzoekt, besluiten de oorspronkelijk door haar opgenomen leningen geheel of gedeeltelijk te herfinancieren of de desbetreffende financiële voorwaarden te herstructureren. De herfinancieringen of herstructureringen geschieden onder de in lid 1 en in lid 4 vastgestelde voorwaarden en mogen niet leiden tot een verlenging van de looptijd van de betrokken opgenomen leningen en evenmin tot een verhoging van het op de datum van die herfinancieringen of herstructureringen nog uitstaande bedrag.

4.           Alle kosten die de Unie ter zake van de uit hoofde van dit besluit opgenomen of verstrekte leningen maakt, komen ten laste van Oekraïne.

5.           De Commissie licht het Europees Parlement en de Raad in over de ontwikkelingen met betrekking tot de in de leden 2 en 3 bedoelde verrichtingen.

Artikel 6

1.           De macrofinanciële bijstand van de Unie wordt ten uitvoer gelegd overeenkomstig Verordening (EU, Euratom) nr. 966/2012 van het Europees Parlement en de Raad[15] en Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1268/2012 van de Commissie[16].

2.           De macrofinanciële bijstand van de Unie wordt onder direct beheer ten uitvoer gelegd.

3.           Het memorandum van overeenstemming en de leningovereenkomst met de Oekraïense overheid bevatten bepalingen die het volgende verzekeren:

(a) Oekraïne controleert regelmatig of de uit de begroting van de Unie verstrekte financiering naar behoren is gebruikt, neemt passende maatregelen ter voorkoming van onregelmatigheden en fraude, en onderneemt zo nodig gerechtelijke stappen om de uit hoofde van dit besluit verstrekte middelen waaraan geen wettige bestemming is gegeven, terug te vorderen;

(b) de financiële belangen van de Unie worden beschermd, in het bijzonder met specifieke maatregelen met het oog op de preventie en de bestrijding van fraude, corruptie en andere onregelmatigheden in verband met de macrofinanciële bijstand van de Unie, overeenkomstig Verordening (EG, Euratom) nr. 2988/95 van de Raad[17], Verordening (Euratom, EG) nr. 2185/96 van de Raad[18] en Verordening (EU, Euratom) nr. 883/2013 van het Europees Parlement en de Raad[19];

(c) de Commissie, met inbegrip van het Europees Bureau voor fraudebestrijding, en haar vertegenwoordigers worden uitdrukkelijk gemachtigd tot het uitvoeren van controles, waaronder controles en inspecties ter plaatse;

(d) de Commissie en de Rekenkamer worden uitdrukkelijk gemachtigd om tijdens en na de periode waarin de macrofinanciële bijstand van de Unie beschikbaar is, audits uit te voeren, waaronder documentaudits en audits ter plaatse, zoals operationele beoordelingen;

(e) de Unie heeft recht op vervroegde terugbetaling van de lening, indien is vastgesteld dat Oekraïne met betrekking tot het beheer van de macrofinanciële bijstand van de Unie fraude, corruptie of een andere onwettige activiteit heeft gepleegd die de financiële belangen van de Unie schaadt.

4.           Tijdens de tenuitvoerlegging van de macrofinanciële bijstand van de Unie ziet de Commissie door middel van operationele beoordelingen toe op de deugdelijkheid van de voor deze bijstand geldende financiële en administratieve procedures en interne en externe controlemechanismen van Oekraïne.

Artikel 7

1.           De Commissie wordt bijgestaan door een comité. Dat comité is een comité in de zin van Verordening (EU) nr. 182/2011.

2.           Wanneer naar dit lid wordt verwezen, is artikel 5 van Verordening (EU) nr. 182/2011 van toepassing.

Artikel 8

1.           De Commissie dient jaarlijks, uiterlijk op 30 juni, bij het Europees Parlement en de Raad een verslag in over de tenuitvoerlegging van dit besluit in het voorgaande jaar, met inbegrip van een evaluatie van die tenuitvoerlegging. In dit verslag:

(a) worden de gemaakte vorderingen bij de tenuitvoerlegging van de macrofinanciële bijstand van de Unie onderzocht;

(b) worden de economische situatie en vooruitzichten van Oekraïne, alsook de bij de tenuitvoerlegging van de in artikel 3, lid 1, bedoelde beleidsmaatregelen gemaakte vorderingen beoordeeld;

(c) wordt het verband gespecificeerd tussen de in het memorandum van overeenstemming vastgelegde voorwaarden inzake economisch beleid, de actuele economische en budgettaire prestaties van Oekraïne en de besluiten van de Commissie tot uitbetaling van de tranches van de macrofinanciële bijstand van de Unie.

2.           Uiterlijk twee jaar na het verstrijken van de in artikel 1, lid 4, bedoelde beschikbaarheidsperiode dient de Commissie bij het Europees Parlement en de Raad een verslag van de evaluatie achteraf in met een beoordeling van de resultaten en de efficiëntie van de voltooide macrofinanciële bijstand van de Unie en van de mate waarin die tot de doelstellingen van de bijstand heeft bijgedragen.

Artikel 9

Dit besluit treedt in werking op de derde dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel,

Voor het Europees Parlement                                                 Voor de Raad

De voorzitter                                                                           De voorzitter

FINANCIEEL MEMORANDUM

1.           KADER VAN HET VOORSTEL/INITIATIEF

1.1.        Benaming van het voorstel/initiatief

Macrofinanciële bijstand aan de Republiek Oekraïne

1.2.        Betrokken beleidsterrein(en) in de ABM/ABB-structuur[20]

Beleidsterrein:           Titel 01 – Economische en financiële zaken

Activiteit:                  03 – Internationale economische en financiële kwesties

1.3.        Aard van het voorstel/initiatief

X Het voorstel/initiatief betreft een nieuwe actie

1.4.        Doelstellingen

1.4.1.     De met het voorstel/initiatief beoogde strategische meerjarendoelstelling(en) van de Commissie

"Het bevorderen van welvaart buiten de EU"

Het belangrijkste relevante terrein waarop DG ECFIN actief is, heeft betrekking op:

1. Bevordering van de tenuitvoerlegging van het Europees nabuurschapsbeleid door verdieping van de economische analyse en versterking van de beleidsdialoog en advisering over de economische aspecten van de actieplannen.

2. Ontwikkeling, bewaking en tenuitvoerlegging van macrofinanciële bijstand voor derde partnerlanden in samenwerking met de betrokken internationale financiële instellingen.

1.4.2.     Specifieke doelstelling(en) en betrokken ABM/ABB-activiteiten

Specifieke doelstelling nr. 1: "Macrofinanciële bijstand verstrekken aan derde landen om mee te werken aan de oplossing van hun betalingsbalansproblemen en het herstel van de houdbaarheid van hun externe schuld"

Betrokken AMB/ABB-activiteit(en): Internationale economische en financiële betrekkingen, mondiaal bestuur.

1.4.3.     Verwachte resulta(a)t(en) en gevolg(en)

De voorgenomen bijstand bestaat uit een EU-lening tot 1,8 miljard EUR aan Oekraïne en moet bijdragen tot een houdbaarder betalingsbalanssituatie. De bijstand zal het land het hoofd helpen bieden aan de economische en sociale problemen die het ondervindt ten gevolge van de binnenlandse en regionale onrust. Ook zal de bijstand structurele hervormingen bevorderen die zijn gericht op verhoging van de duurzame economische groei en verbetering van het beheer van de overheidsfinanciën.

1.4.4.     Resultaat- en effectindicatoren

De autoriteiten zullen op regelmatige basis aan de diensten van de Commissie verslag moeten uitbrengen over een aantal indicatoren en een uitgebreid verslag moeten verstrekken over de naleving van de overeengekomen beleidsvoorwaarden voordat de bijstand wordt uitbetaald.

De diensten van de Commissie zullen ook na de operationele beoordeling van de financiële en administratieve procedures in Oekraïne die in 2014 ter voorbereiding van eerdere macrofinanciële-bijstandsoperaties werd uitgevoerd, op het beheer van de overheidsfinanciën blijven toezien. De EU-delegatie in Oekraïne zal ook periodieke verslagen uitbrengen over aangelegenheden die relevant zijn voor het toezicht op de bijstand. De diensten van de Commissie zullen nauwe contacten met het IMF en de Wereldbank blijven onderhouden om te profiteren van hun inzichten naar aanleiding van hun lopende activiteiten in Oekraïne.

Het voorstel voor een wetgevingsbesluit voorziet in een jaarlijks bij de Raad en het Europees Parlement in te dienen verslag waarin een evaluatie van de tenuitvoerlegging van deze maatregel is opgenomen. Een onafhankelijke evaluatie achteraf van de bijstand zal binnen twee jaar na afloop van de uitvoeringsperiode worden uitgevoerd.

1.5.        Motivering van het voorstel/initiatief

1.5.1.     Behoefte(n) waarin op korte of lange termijn moet worden voorzien

De uitbetaling van de bijstand zal afhankelijk worden gesteld van bevredigende vorderingen bij de tenuitvoerlegging van de toekomstige financieringsovereenkomst tussen Oekraïne en het IMF. Daarnaast komen de Commissie en de Oekraïense overheid specifieke beleidsvoorwaarden overeen die in een memorandum van overeenstemming worden vastgelegd.

1.5.2.     Toegevoegde waarde van de deelname van de EU

Door het land te helpen de economische schok te boven te komen die de binnenlandse en regionale onrust heeft veroorzaakt, draagt de voorgestelde macrofinanciële bijstand bij tot de bevordering van de macro-economische stabiliteit en de economische hervormingen in het land. Doordat de macrofinanciële bijstand fungeert als aanvulling op de middelen die door de internationale financiële instellingen, de EU en andere donoren beschikbaar zijn gesteld, zal hij bijdragen tot de algehele doeltreffendheid van het financiële steunpakket dat door de internationale donorengemeenschap in de nasleep van de crisis is overeengekomen.

Het voorgestelde programma zal er ook toe bijdragen dat het engagement van de regering voor hervorming wordt versterkt. Dit resultaat zal onder meer worden verwezenlijkt door de uitbetaling van de bijstand van passende voorwaarden afhankelijk te stellen. In een ruimere context zal het programma voor de andere landen in de regio een signaal zijn dat de EU bereid is steun te verlenen aan landen die ondanks moeilijke economische omstandigheden duidelijk hebben gekozen voor politieke hervormingen.

1.5.3.     Nuttige ervaring die bij soortgelijke activiteiten in het verleden is opgedaan

Sinds 2004 zijn in totaal vijftien evaluaties achteraf van macrofinanciële-bijstandsoperaties uitgevoerd. Volgens die evaluaties levert macrofinanciële bijstand een positieve, zij het soms bescheiden en indirecte bijdrage tot een betere houdbaarheid van de externe positie, de macro-economische stabiliteit en de totstandbrenging van structurele hervormingen in het begunstigde land. In de meeste gevallen hebben de macrofinanciële-bijstandsoperaties een positief effect gehad op de betalingsbalans van het land en verlichting gebracht in de begrotingsmoeilijkheden. Ook hebben ze geleid tot een enigszins hogere economische groei.

1.5.4.     Samenhang en eventuele synergie met andere relevante instrumenten

De EU is een van de belangrijkste donoren van Oekraïne. De EU is voornemens om in het kader van haar normale samenwerkingsprogramma voor de periode 2014-2020 tot 1,565 miljard EUR aan subsidies beschikbaar te stellen ter ondersteuning van de politieke en economische hervormingen van Oekraïne.

De belangrijkste meerwaarde van macrofinanciële bijstand in vergelijking met andere EU-instrumenten zou zijn dat hij op korte termijn ten uitvoer kan worden gelegd om de onmiddellijke externe financiële druk op Oekraïne snel te verlichten en de totstandkoming van een stabiel macro-economisch kader te faciliteren, onder meer door de totstandkoming van een houdbare betalingsbalans- en begrotingssituatie en een geschikt kader voor structurele hervormingen te faciliteren. Macrofinanciële bijstand is niet bedoeld als periodieke financiële steun en evenmin ter ondersteuning van de economische en sociale ontwikkeling van de begunstigde landen. De macrofinanciële bijstand moet worden beëindigd zodra het land weer een houdbare externe financiële situatie heeft.

Voorts zou de macrofinanciële bijstand complementair zijn aan interventies van de internationale financiële instellingen, in het bijzonder aan de door het IMF ondersteunde aanpassings- en hervormingsprogramma's en de leningen voor ontwikkelingsbeleid van de Wereldbank.

1.6.        Duur en financiële gevolgen

X Voorstel/initiatief met een beperkte geldigheidsduur

X  Voorstel/initiatief is van kracht gedurende 2,5 jaar vanaf de inwerkingtreding van het memorandum van overeenstemming, zoals bepaald in artikel 1, lid 4, van het besluit

X  Financiële gevolgen vanaf 2015 tot en met 2018

1.7.        Beheersvorm(en)[21]

X Direct gecentraliseerd beheer door de Commissie

2.           BEHEERSMAATREGELEN

2.1.        Regels inzake het toezicht en de verslagen

De bijstand in kwestie is van macro-economische aard en sluit qua opzet aan bij het door het IMF ondersteunde economische programma. Het toezicht op de actie door de diensten van de Commissie zal plaatsvinden op basis van de vorderingen bij de tenuitvoerlegging van de IMF-overeenkomst en de specifieke hervormingsmaatregelen die met de Oekraïense autoriteiten in een memorandum van overeenstemming moeten worden vastgelegd (zie ook punt 1.4.4).

2.2.        Beheers- en controlesysteem

2.2.1.     Mogelijke risico's

Aan deze macrofinanciële-bijstandsoperatie zijn fiduciaire, beleidsmatige en politieke risico's verbonden.

Er bestaat een risico dat de macrofinanciële bijstand, die niet aan specifieke uitgaven is gebonden, op frauduleuze wijze zou kunnen worden aangewend. In het algemeen hangt dit risico samen met factoren zoals de kwaliteit van beheerssystemen in de centrale bank en het ministerie van Financiën en de geschiktheid van interne en externe controlemogelijkheden.

Een ander wezenlijk risico voor de operatie vloeit voort uit de economische en politieke onzekerheid, met name ten gevolge van de niet-uitgelokte schending van de Oekraïense soevereiniteit en territoriale integriteit door de Russische Federatie. Op binnenlands vlak wordt het voornaamste risico gevormd door instabiliteit ten gevolge van moeilijkheden in het politieke en economische hervormingsproces. De volledige tenuitvoerlegging van de stabilisatie- en hervormingsmaatregelen die door de internationale gemeenschap worden ondersteund, met inbegrip van de voorgestelde macrofinanciële-bijstandsoperatie, zou kunnen worden ondermijnd door maatschappelijke ontevredenheid die tot onrust kan leiden.

Tot slot zijn er risico's van een eventuele verzwakking van de Europese en de wereldwijde economische context.

2.2.2.     Controlemiddel(en)

De macrofinanciële bijstand zal worden onderworpen aan verificatie-, controle- en auditprocedures onder de verantwoordelijkheid van de Commissie, met inbegrip van het Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF), en van de Europese Rekenkamer.

2.2.3.     Kosten en baten van controles en waarschijnlijk niveau van niet-naleving

De basiskosten voor de Commissie die met de verificatie- en controlemethoden verband houden, alsmede de kosten van de vóór de operatie uitgevoerde operationele beoordeling van de financiële en administratieve procedures worden in tabel 3.2.1 beschreven. Daarnaast zijn er kosten voor de Europese Rekenkamer en voor eventuele interventies van OLAF. De operationele beoordeling helpt niet alleen de risico's van misbruik van de middelen in te schatten, maar biedt als bijkomend voordeel nuttige informatie over de noodzakelijke hervormingen op het gebied van het beheer van de overheidsfinanciën. Wat het waarschijnlijke niveau van niet-naleving betreft, wordt het risico van niet-naleving (in de vorm van niet-terugbetaling van de lening of misbruik van de middelen) op grond van de ervaringen die met het instrument van macrofinanciële bijstand sinds het bestaan ervan zijn opgedaan, laag ingeschat.

2.3.        Maatregelen ter voorkoming van fraude en onregelmatigheden

Om de risico's van frauduleus gebruik van de middelen te voorkomen, zijn meerdere maatregelen getroffen en zullen nog andere maatregelen worden getroffen:

Ten eerste hebben de diensten van de Commissie, met bijstand van daartoe naar behoren gemachtigde externe deskundigen, in april 2014 een operationele beoordeling uitgevoerd van de financiële en administratieve procedures van het ministerie van Financiën en de Nationale Bank van Oekraïne, teneinde te voldoen aan de vereisten van het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen. Die beoordeling had betrekking op gebieden zoals de opstelling en uitvoering van de begroting, interne financiële controle bij de overheid, interne en externe controle, aanbestedingen, contanten en het beheer van de staatsschuld, alsook de onafhankelijkheid van de centrale bank. De conclusie van de beoordeling luidde dat het kader voor goed financieel beheer van de macrofinanciële bijstand in Oekraïne voor de EU voldoende doeltreffend is om bijstand te kunnen toekennen. Daarnaast zal de bijstand worden uitbetaald op een speciaal daarvoor bedoelde rekening bij de Nationale Bank van Oekraïne.

Ten tweede omvat de voorgestelde rechtsgrondslag voor macrofinanciële bijstand aan Oekraïne een bepaling over maatregelen ter preventie van fraude. Die maatregelen zullen verder worden uitgewerkt in het memorandum van overeenstemming en de leningovereenkomst in de vorm van een aantal bepalingen met betrekking tot inspectie, fraudepreventie, controles en de terugvordering van middelen in geval van fraude of corruptie. Het is voorts de bedoeling dat aan de bijstand een aantal specifieke beleidsvoorwaarden, met name op het gebied van het beheer van de overheidsfinanciën, zal worden verbonden ter bevordering van de efficiëntie, de transparantie en de toerekenbaarheid.

Ten slotte zal de macrofinanciële bijstand worden onderworpen aan verificatie-, controle- en auditprocedures onder de verantwoordelijkheid van de Commissie, met inbegrip van OLAF, en van de Europese Rekenkamer.

3.           GERAAMDE FINANCIËLE GEVOLGEN VAN HET VOORSTEL/INITIATIEF

3.1.        Rubriek(en) van het meerjarige financiële kader en betrokken begrotingsonderde(e)l(en) voor uitgaven

Bestaande begrotingsonderdelen voor uitgaven

01 03 02 Macrofinanciële bijstand

01 03 06 Voorziening van het Garantiefonds

In volgorde van de rubrieken van het meerjarige financiële kader en de begrotingsonderdelen.

Rubriek van het meerjarige financiële kader || Begrotingsonderdeel || Soort uitgave || Bijdrage

Nummer [Beschrijving…...….] || GK/NGK ([22]) || van EVA-landen[23] || van kandidaat-lidstaten[24] || van derde landen || in de zin van artikel 18, lid 1, onder a bis), van het Financieel Reglement

4 || 01 03 02 Macrofinanciële bijstand || GK || NEE || NEE || NEE || NEE

4 || 01 03 06 Voorziening van het Garantiefonds || NGK || NEE || NEE || NEE || NEE

01 03 06 – Garantie van de Europese Unie voor opgenomen EU-leningen voor macrofinanciële bijstand aan derde landen: Overeenkomstig Verordening (EG, Euratom) nr. 480/2009 van de Raad[25] zijn stortingen in het Garantiefonds vereist. Overeenkomstig die verordening komt het Fonds overeen met 9 % (het "streefbedrag") van het uitstaande bedrag in hoofdsom van het totaal van de verplichtingen van de EU die uit elke operatie voortvloeien, vermeerderd met de verschuldigde en niet-betaalde rente. Aan het begin van het jaar "n" wordt het te storten bedrag berekend: dit is het verschil tussen het streefbedrag en de waarde van de nettoactiva van het Fonds aan het einde van het jaar "n–1". Dit voorzieningsbedrag wordt in het jaar "n" in het ontwerp van begroting van het jaar "n+1" opgenomen en aan het begin van het jaar "n+1" in één keer overgemaakt uit begrotingsonderdeel 01 03 06 ("Voorziening van het Garantiefonds"). Voor de berekening van de storting in het Fonds zal dus 9 % van het uitbetaalde bedrag (ten hoogste 162 miljoen EUR) als streefbedrag aan het einde van het jaar "n-1" in aanmerking worden genomen.

De begrotingspost ("p.m.") op het onderdeel voor de begrotingsgarantie voor de lening zal alleen worden ingezet als daadwerkelijk een beroep op de begrotingsgarantie wordt gedaan. Verwacht wordt dat geen beroep op de garantie zal worden gedaan.

Te creëren nieuwe begrotingsonderdelen: niet van toepassing.

3.2.        Geraamde gevolgen voor de uitgaven

3.2.1.     Samenvatting van de geraamde gevolgen voor de uitgaven

in miljoenen euro's (tot op 3 decimalen)

|| Rubriek van het meerjarig financieel kader: || 4 || || || [Rubriek: De EU als mondiale partner]

|| DG: <ECFIN> || || || Jaar 2015 || Jaar 2016 || Jaar 2017 || Jaar 2018 || TO-TAAL ||

|| Ÿ Beleidskredieten || || || || || ||

|| Begrotingsonderdeel 01 03 06 Voorziening van het Garantiefonds || Vastleggingen || (1a) || || || 108 || 54 || 162 ||

|| Betalingen || (2a) || || || 108 || 54 || 162 ||

|| Uit het budget van specifieke programma's gefinancierde administratieve kredieten (operationele beoordeling en evaluatie achteraf) || || || || || ||

|| Begrotingsonderdeel 01 03 02 || Vastleggingen || (3) || || 0,2 || || || 0,20 ||

|| || Betalingen || (3a) || || || 0,2 || || 0,20 ||

|| TOTAAAL kredieten voor DG ECFIN || Vastleggingen || =1+1a +3 || || 0,2 || 108 || 54 || 162,2 ||

|| Betalingen || =2+2a +3 || || || 108,2 || 54 || 162,2 ||

|| Ÿ TOTAAL beleidskredieten || Vastleggingen || (4) || || 0,2 || 108 || 54 || 162,2 ||

|| || Betalingen || (5) || || || 108,2 || 54 || 162,2 ||

Ÿ TOTAAL beleidskredieten, inclusief evaluatie achteraf || Vastleggingen || (4) || || 0,2 || 108 || 54 || 162,2 ||

Betalingen || (5) || || || 108,2 || 54 || 162,2 ||

Ÿ TOTAAL uit het budget van specifieke programma's gefinancierde administratieve kredieten || (6) || || || || || ||

TOTAAL kredieten voor RUBRIEK 4 van het meerjarige financiële kader || Vastleggingen || =4+ 6 || || 0,2 || 108 || 54 || 162,2 ||

Betalingen || =5+ 6 || || || 108,2 || 54 || 162,2 ||

Wanneer het voorstel/initiatief gevolgen heeft voor meerdere rubrieken:

in miljoenen euro's (tot op drie decimalen)

Rubriek van het meerjarige financiële kader || 5 || "Administratieve uitgaven"

|| || || || || ||

|| Jaar 2014 || Jaar 2015 || Jaar 2016 || Jaar 2017 || TO-TAAL

Ÿ Personele middelen || || 0,660 || 0,396 || 0,132 || 1,188

Ÿ Andere administratieve uitgaven || || 0,022 || 0,016 || 0,016 || 0,054

TOTAAL DG ECFIN || Kredieten || || 0,682 || 0,412 || 0,148 || 1,242

TOTAAL kredieten voor RUBRIEK 5 van het meerjarige financiële kader || (Totaal vastleggingen = Totaal betalingen) || || 0,682 || 0,412 || 0,148 || 1,242

in miljoenen euro's (tot op 3 decimalen)

|| || Jaar 2014 || Jaar 2015 || Jaar 2016 || Jaar 2017 || TO-TAAL

TOTAAL kredieten voor de RUBRIEKEN 1 tot en met 5 van het meerjarige financiële kader || Vastleggingen || || 0,682 || 0,412 || 0,148 || 1,242

Betalingen || || 0,682 || 0,412 || 0,148 || 1,242

3.2.2.     Geraamde gevolgen voor de beleidskredieten

¨ Voor het voorstel/initiatief zijn geen beleidskredieten nodig

X Voor het voorstel/initiatief zijn beleidskredieten nodig, zoals hieronder nader wordt beschreven:

Vastleggingskredieten, in miljoenen euro's (tot op drie decimalen)

Vermeld doelstellingen en outputs ò || || || || || || || || || || ||

SPECIFIEKE DOELSTELLING NR. 1[26] || || || || || || || || || || ||

|| || Jaar 2015 || Jaar 2016 || Jaar 2017 || Jaar 2018 || Jaar 2019 || ||

|| Soort || Aantal || Kosten || Aantal || Kosten || Aantal || Kosten || Aantal || Kosten || Aantal || Kosten || Totaal aantal || Totale kosten

- Output 1 || Evaluatie achteraf || || || || || 1 || 0,2 || || || || || 1 || 0,2

- Output 2 || Voorziening van het Garantiefonds || || || || || 1 || 108 || 1 || 54 || || || 2 || 162

Subtotaal voor specifieke doelstelling nr. 1 || || || || || 2 || 108,2 || 1 || 54 || || || 3 || 162,2

TOTALE KOSTEN || || || || || 2 || 108,2 || 1 || 54 || || || 3 || 162,2

3.2.3.     Geraamde gevolgen voor de administratieve kredieten

3.2.3.1.  Samenvatting

¨ Voor het voorstel/initiatief zijn geen administratieve kredieten nodig

X Voor het voorstel/initiatief zijn administratieve kredieten nodig, zoals hieronder nader wordt beschreven:

in miljoenen euro's (tot op 3 decimalen)

|| [27] || Jaar 2014 || Jaar 2015 || Jaar 2016 || Jaar 2017 || Zoveel jaren invullen als nodig is om de duur van de gevolgen weer te geven (zie punt 1.6) || TOTAAL

RUBRIEK 5 van het meerjarige financiële kader || || || || || || || || ||

Personele middelen || || || 0,660 || 0,396 || 0,132 || || || || 1,188

Overige administratieve uitgaven (dienstreizen) || || || 0,022 || 0,016 || 0,016 || || || || 0,054

Subtotaal RUBRIEK 5 van het meerjarige financiële kader || || || 0,682 || 0,412 || 0,148 || || || || 1,242

Buiten RUBRIEK 5[28] van het meerjarige financiële kader || || || || || || || || ||

Personele middelen || || || || || || || || ||

Andere administratieve uitgaven || || || || || || || || ||

Subtotaal buiten RUBRIEK 5 van het meerjarige financiële kader || || || || || || || || ||

TOTAAL || || || 0,682 || 0,412 || 0,148 || || || || 1,242

In de benodigde administratieve kredieten zal worden voorzien door de kredieten van het DG die reeds voor het beheer van deze actie zijn toegewezen en/of in het DG zijn herverdeeld, eventueel aangevuld met middelen die in het kader van de jaarlijkse toewijzingsprocedure met inachtneming van de bestaande budgettaire beperkingen aan het beherende DG kunnen worden toegewezen.

3.2.3.2.  Geraamde personeelsbehoeften

¨ Voor het voorstel/initiatief zijn geen personele middelen nodig.

X Voor het voorstel/initiatief zijn personele middelen nodig, zoals hieronder nader wordt beschreven:

Raming in voltijdequivalenten

|| || Jaar 2014 || Jaar 2015 || Jaar 2016 || Jaar 2017 || Invullen: zoveel jaren als nodig om de duur van de gevolgen weer te geven (zie punt 1.6)

Ÿ Posten opgenomen in de lijst van het aantal ambten (ambtenaren en tijdelijke functionarissen) ||

01 01 01 01 (zetel en vertegenwoordigingen van de Commissie) || || || 5 || 3 || 1 || || ||

XX 01 01 02 (delegaties) || || || || || || || ||

XX 01 05 01 (onderzoek door derden) || || || || || || || ||

10 01 05 01 (eigen onderzoek) || || || || || || || ||

Ÿ Extern personeel (in voltijdequivalenten: VTE)[29]

XX 01 02 01 (AC, INT, END van de totale financiële middelen) || || || || || || || ||

XX 01 02 02 (AC, INT, JED, AL en END in de delegaties) || || || || || || || ||

XX 01 04 yy[30] || - zetel || || || || || || || ||

- delegaties || || || || || || || ||

XX 01 05 02 (AC, END, INT - onderzoek door derden) || || || || || || || ||

10 01 05 02 (AC, END, INT - eigen onderzoek) || || || || || || || ||

Ander begrotingsonderdeel (te vermelden) || || || || || || || ||

TOTAAL || || || 5 || 3 || 1 || || ||

XX is het beleidsterrein of de begrotingstitel

De benodigde personele middelen zullen worden gefinancierd uit de middelen die reeds voor het beheer van deze actie zijn toegewezen en/of binnen het DG zijn herverdeeld, eventueel aangevuld met middelen die in het kader van de jaarlijkse toewijzingsprocedure met inachtneming van de budgettaire beperkingen aan het beherende DG kunnen worden toegewezen.

Beschrijving van de uit te voeren taken:

Ambtenaren en tijdelijk personeel || Directeur dir. D: toezicht houden op en beheren van de operatie, contacten onderhouden met de Raad en het Parlement voor de vaststelling van het besluit en de goedkeuring van het memorandum van overeenstemming, met de Oekraïense overheid onderhandelen over het memorandum, verslagen beoordelen, inspectiebezoeken leiden en vorderingen bij het naleven van de voorwaarden beoordelen. Eenheidshoofd/adjunct-eenheidshoofd dir. D: de directeur bijstaan bij het beheren van de operatie, het onderhouden van contacten met de Raad en het Parlement voor de vaststelling van het besluit en de goedkeuring van het memorandum van overeenstemming, met de Oekraïense overheid onderhandelen over het memorandum en de leningsfaciliteitovereenkomst (samen met dir. L), het beoordelen van verslagen en van de vorderingen bij het naleven van de voorwaarden. Deskeconomisten, sector macrofinanciële bijstand (dir. D): het besluit en het memorandum voorbereiden, contacten onderhouden met de overheid en de internationale financiële instellingen, evaluatiebezoeken verrichten, voorbereiden van verslagen van de diensten van de Commissie en procedures voor het beheer van de bijstand, contacten onderhouden met externe deskundigen voor de operationele evaluatie en de evaluatie achteraf. Directoraat L (eenheden L4, L5 en L6 onder toezicht van de directeur): de leningsfaciliteitovereenkomst voorbereiden, erover onderhandelen met de Oekraïense overheid en ervoor zorgen dat die wordt goedgekeurd door de bevoegde diensten van de Commissie en door beide partijen wordt ondertekend. Toezicht houden na de inwerkingtreding van de leningsfaciliteitovereenkomst. De besluiten van de Commissie inzake de leningtransactie(s) voorbereiden, de indiening van de verzoeken om middelen follow-up geven, de banken selecteren en de financieringstransactie(s) voorbereiden en uitvoeren, en de middelen aan Oekraïne uitbetalen. De administratieve activiteiten verrichten voor de follow-up van de terugbetaling van de lening(en). De bijbehorende verslagen opstellen.

Extern personeel || n.v.t.

3.2.4.     Verenigbaarheid met het huidige meerjarige financiële kader

X Het voorstel/initiatief is verenigbaar met het huidige meerjarige financiële kader.

3.2.5.     Bijdrage van derden aan de financiering

X Het voorstel/initiatief voorziet niet in medefinanciering door derden.

3.3.        Geraamde gevolgen voor de ontvangsten

X       Het voorstel/initiatief heeft geen financiële gevolgen voor de ontvangsten.

[1]               De overheid heeft de begroting twee keer herzien (in maart en in juli) om te pogen het hoge begrotingstekort in te dijken.

[2]               In de periode januari-oktober kelderde de invoer van goederen met 26,2 % ten opzichte van een jaar eerder, wat veel groter was dan de daling van de uitvoer met 10,8 %.

[3]               In de periode januari-oktober 2014 beliep de netto-uitstroom van de financiële rekening 4,8 miljard USD. De belangrijkste factor achter de kapitaaluitstroom waren opnamen van banktegoeden van niet-ingezetenen. In die periode werden ook bij de buitenlandse directe investeringen en de portefeuille-investeringen uitstromen opgetekend, al waren die minder groot.

[4]               PB L 209 van 6.8.2002, blz. 22.

[5]               PB L 189 van 22.7.2010, blz. 28.

[6]               PB L 111 van 15.4.2014, blz. 85.

[7]               PB C […] van […], blz. […].

[8]               Standpunt van het Europees Parlement van … 2012 en Besluit van de Raad van … 2012.

[9]               PB L 209 van 6.8.2002, blz. 22-23.

[10]             PB L 189 van 22.7.2010, blz. 28.

[11]             PB L 111 van 15.4.2014, blz. 85.

[12]             Verordening (EU) nr. 182/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 16 februari 2011 tot vaststelling van de algemene voorschriften en beginselen die van toepassing zijn op de wijze waarop de lidstaten de uitoefening van de uitvoeringsbevoegdheden door de Commissie controleren (PB L 55 van 28.2.2011, blz. 13).

[13]             Besluit 2010/427/EU van de Raad van 26 juli 2010 tot vaststelling van de organisatie en werking van de Europese Dienst voor extern optreden (PB L 201 van 3.8.2010, blz. 30).

[14]             Verordening (EG, Euratom) nr. 480/2009 van de Raad van 25 mei 2009 tot instelling van een Garantiefonds (PB L 145 van 10.6.2009, blz. 10).

[15]             Verordening (EU, Euratom) nr. 966/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2012 tot vaststelling van de financiële regels van toepassing op de algemene begroting van de Unie en tot intrekking van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 (PB L 298 van 26.10.2012, blz. 1).

[16]             Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1268/2012 van de Commissie van 29 oktober 2012 houdende uitvoeringsvoorschriften voor Verordening (EU, Euratom) nr. 966/2012 tot vaststelling van de financiële regels van toepassing op de algemene begroting van de Unie (PB L 362 van 31.12.2012, blz. 1).

[17]             Verordening (EG, Euratom) nr. 2988/95 van de Raad van 18 december 1995 betreffende de bescherming van de financiële belangen van de Europese Gemeenschappen (PB L 312 van 23.12.1995, blz. 1).

[18]             Verordening (Euratom, EG) nr. 2185/96 van de Raad van 11 november 1996 betreffende de controles en verificaties ter plaatse die door de Commissie worden uitgevoerd ter bescherming van de financiële belangen van de Gemeenschappen tegen fraudes en andere onregelmatigheden (PB L 292 van 15.11.1996, blz. 2).

[19]             Verordening (EU, Euratom) nr. 883/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 11 september 2013 betreffende onderzoeken door het Europees Bureau voor Fraudebestrijding (OLAF) en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1073/1999 van het Europees Parlement en de Raad en Verordening (Euratom) nr. 1074/1999 van de Raad (PB L 248 van 18.9.2013, blz. 1).

[20]             ABM: Activity Based Management – ABB: Activity Based Budgeting.

[21]             Nadere gegevens over de beheersvormen en verwijzingen naar het Financieel Reglement zijn beschikbaar op BudgWeb: http://www.cc.cec/budg/man/budgmanag/budgmanag_en.html

[22]             GK = gesplitste kredieten/NGK = niet-gesplitste kredieten.

[23]             EVA: Europese Vrijhandelsassociatie.

[24]             Kandidaat-lidstaten en, in voorkomend geval, potentiële kandidaat-lidstaten van de Westelijke Balkan.

[25]             Verordening (EG, Euratom) nr. 480/2009 van de Raad van 25 mei 2009 tot instelling van een Garantiefonds (PB L 145 van 10.6.2009, blz. 10).

[26]             Zoals beschreven in punt 1.4.2. "Specifieke doelstelling(en)…"

[27]             Jaar N is het jaar waarin met de uitvoering van het voorstel/initiatief wordt begonnen.

[28]             Technische en/of administratieve bijstand en uitgaven ter ondersteuning van de uitvoering van programma's en/of acties van de EU (vroegere "BA"-onderdelen), onderzoek door derden, eigen onderzoek.

[29]             AC= Agent Contractuel (arbeidscontractant); AL= Agent Local (plaatselijk functionaris); END= Expert National Détaché (gedetacheerd nationaal deskundige); INT = Intérimaire (uitzendkracht); JED= Jeune Expert en Délégation (jonge deskundige in delegaties).

[30]             Onder het maximum voor extern personeel uit beleidskredieten (vroegere "BA"-onderdelen).

Top