This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 52013DC0088
REPORT FROM THE COMMISSION TO THE EUROPEAN PARLIAMENT AND THE COUNCIL on the quality of fiscal data reported by Member States in 2012
VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD over de kwaliteit van de in 2012 door de lidstaten verstrekte begrotingsgegevens
VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD over de kwaliteit van de in 2012 door de lidstaten verstrekte begrotingsgegevens
/* COM/2013/088 final */
VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD over de kwaliteit van de in 2012 door de lidstaten verstrekte begrotingsgegevens /* COM/2013/088 final */
VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES
PARLEMENT EN DE RAAD over de kwaliteit van
de in 2012 door de lidstaten verstrekte begrotingsgegevens INHOUDSOPGAVE VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES
PARLEMENT EN DE RAAD over de kwaliteit van de in 2012 door de lidstaten
verstrekte begrotingsgegevens.................................................................... 2 1........... ACHTERGROND......................................................................................................... 3 2........... Belangrijkste bevindingen in
verband met de in 2012 verstrekte gegevens over het overheidstekort en de
overheidsschuld.............................................................................................................. 3 2.1........ Tijdigheid, betrouwbaarheid en
volledigheid..................................................................... 3 2.1.1..... Tijdigheid....................................................................................................................... 3 2.1.2..... Betrouwbaarheid............................................................................................................ 4 2.1.3..... Volledigheid van de tabellen en de
ondersteunende informatie.......................................... 4 2.1.4..... Aanvullende tabellen betreffende de
financiële crisis......................................................... 6 2.1.5..... Vragenlijst over intergouvernementele
leningen................................................................. 6 2.2........ Naleving van de registratieregels en
consistentie van de statistische gegevens.................... 7 2.2.1..... Informatie-uitwisseling en
verduidelijkingen...................................................................... 7 2.2.2..... Contactbezoeken en methodologische
bezoeken............................................................. 7 2.2.3..... Specifiek advies van Eurostat.......................................................................................... 8 2.2.4..... Recente methodologische kwesties.................................................................................. 8 2.2.5..... Consistentie met onderliggende
overheidsrekeningen........................................................ 9 2.3........ Publicatie........................................................................................................................ 9 2.3.1..... Publicatie van totaalcijfers en
gedetailleerde rapporteringstabellen.................................... 9 2.3.2..... Voorbehoud ten aanzien van de
kwaliteit van de gegevens............................................. 10 2.3.3..... Wijzigingen in de ingediende gegevens........................................................................... 10 2.3.4..... Publicatie van metagegevens (lijsten)............................................................................. 11 3........... Conclusies.................................................................................................................... 11 1. ACHTERGROND Artikel 8, lid 3, van Verordening (EG) nr.
479/2009 van de Raad (gewijzigd door Verordening (EG) nr. 679/2010) betreffende
de toepassing van het aan het Verdrag tot oprichting van de Europese
Gemeenschap gehechte Protocol betreffende de procedure bij buitensporige
tekorten[1]
verplicht de Commissie (Eurostat) (hierna "Eurostat" te noemen)
regelmatig verslag uit te brengen aan het Europees Parlement en de Raad over de
kwaliteit van de door de lidstaten ingediende feitelijke gegevens. In dit
jaarverslag wordt een algemene beoordeling gegeven over de tijdigheid,
betrouwbaarheid, volledigheid en consistentie van de gegevens en de
inachtneming van de registratieregels. Het vorige verslag (over de
kennisgevingen van 2011) is door de Commissie aangenomen op 13 april 2012. Eurostat beoordeelt regelmatig de kwaliteit van de
door de lidstaten ingediende feitelijke gegevens en van de onderliggende
rekeningen van de sector overheid, die zijn opgesteld overeenkomstig
Verordening (EG) nr. 2223/96 van de Raad van 25 juni 1996 inzake het Europees
systeem van nationale en regionale rekeningen in de Gemeenschap (ESR 1995)[2]. Deze werkzaamheden zijn
toegespitst op de factoren die een verklaring vormen voor het
overheidsoverschot/-tekort en de verandering in de overheidsschuld. De lidstaten
sturen Eurostat deze informatie tweemaal per jaar. Deze omvat ook aanvullende
informatie zoals de vragenlijst over de kennisgevingstabellen in verband met de
procedure bij buitensporige tekorten (PBT) en bilaterale verduidelijkingen door
de lidstaten. Eurostat legt ook in alle lidstaten regelmatig contactbezoeken in
het kader van de PBT af teneinde voortdurend met de lidstaten in gesprek te
blijven. Dit verslag is gebaseerd op de belangrijkste
bevindingen en resultaten in verband met de in 2012 ingediende PBT-gegevens,
waarbij de nadruk ligt op de laatste indieningsronde van oktober 2012. Voor
zover relevant worden vergelijkingen gemaakt met de indieningsronde van april
2012 en die van 2011. 2. Belangrijkste
bevindingen in verband met de in 2012 verstrekte gegevens over het
overheidstekort en de overheidsschuld 2.1. Tijdigheid, betrouwbaarheid en volledigheid 2.1.1. Tijdigheid De lidstaten moeten tweemaal per jaar, vóór 1
april en vóór 1 oktober, bij de Commissie hun feitelijke en voorziene PBT-gegevens
indienen[3].
In 2012 omvatte de PBT-kennisgeving de jaren 2008 tot en met 2012. Voor 2012
worden de door de nationale autoriteiten voorziene gegevens vermeld, terwijl
het voor 2008 tot en met 2011 om werkelijke gegevens gaat (d.w.z. definitieve,
semi-definitieve, voorlopige of geschatte gegevens). Eurostat gaat niet na of
de door de lidstaten gemelde voorziene gegevens juist zijn. Dat is de taak van
DG ECFIN. Doorgaans worden de indieningstermijnen zeer goed
nageleefd. Bij beide indieningsronden voor de PBT-gegevens in 2012 hebben alle
lidstaten hun feitelijke gegevens vóór de wettelijke uiterste datum ingediend.
Wat de voorziene gegevens betreft, hebben alle lidstaten in de indieningsronde
voor april 2012 hun cijfers vóór 1 april 2011 ingediend, behalve Frankrijk, dat
de voorziene gegevens voor 2012 op 6 april heeft doorgegeven. 2.1.2. Betrouwbaarheid Bijstellingen van in oktober 2012 ingediende
gegevens ten opzichte van die van april 2012 waren voornamelijk het gevolg van
de bijwerking van brongegevens, de herindeling van eenheden bij andere
sectoren, het geregistreerde effect van overheidsinterventies in verband met de
financiële crisis en methodologische wijzigingen. Zoals gewoonlijk moest de
overheidsschuld in oktober ten opzichte van april in mindere mate worden
bijgesteld dan het overheidstekort. De grootste bijstellingen van de omvang van het
overheidstekort vonden plaats in Spanje en Ierland. In de PBT-kennisgevingen
van Spanje voor de jaren 2010 en 2011 werd het tekort in oktober 2012 naar
boven bijgesteld ten opzichte van april 2012 vanwege nog ongeregistreerde
onbetaalde rekeningen in verband met gezondheidsuitgaven in nationale en lokale
subsectoren van de overheid en vanwege de herindeling van kapitaalinjecties van
de nationale overheid voor drie banken. In Ierland had de grootste bijstelling
betrekking op het jaar 2011, waarvoor het tekort naar boven moest worden
aangepast als gevolg van een herziening van een kapitaaloverdracht in verband
met kapitaalinjecties voor twee banken. Wat de overheidsschuld betreft, werden in oktober
ten opzichte van de gegevens van april de grootste bijstellingen aangebracht in
het Verenigd Koninkrijk en Italië. In het Verenigd Koninkrijk nam het voor de
jaren 2008 en 2009 gemelde tekort aanzienlijk af op grond van een wijziging in
de berekening van het effect van schuldafwikkelingsstructuren (defeasance)
in handen van de overheid, terwijl de overheidsschuld in Italië voor de gehele
periode 2008-2011 moest worden bijgesteld ingevolge de tenuitvoerlegging van
het besluit van Eurostat inzake de registratie van handelskredieten. Tussen april en oktober werden het bbp van
Griekenland voor de jaren 2010 en 2011 en dat van Luxemburg voor de jaren 2008
en 2009 aanmerkelijk herzien. Wat herzieningen gedurende de kennisgevingsperiode
betreft, hebben de meeste lidstaten de door hen gerapporteerde gegevens na de
eerste indiening in oktober 2012 bijgesteld. Er zijn 35 keer herziene gegevens
ingediend door 23 landen, terwijl in april 2012 38 keer herziene gegevens waren
ingediend door 22 landen. Het merendeel van deze herzieningen werd door de
lidstaten ingediend in antwoord op opmerkingen of technische vragen van
Eurostat. Hierbij ging het om de vervollediging van incomplete gegevens, de
correctie van technische fouten, interne inconsistenties, aanpassingen in de
kennisgevingstabellen of het bijbehorende vragenformulier of onjuiste
registratie in tabellen. Door de in april en oktober gedurende de
kennisgevingsperiode ingediende herziene gegevens werden de door de lidstaten
oorspronkelijk gemelde overheidstekorten en ‑schulden over het algemeen
niet substantieel gewijzigd; alleen werd bij de indieningsronde van oktober het
tekortcijfer voor Ierland nog binnen de kennisgevingsperiode met -0,2
procentpunt van het bbp bijgesteld. 2.1.3. Volledigheid
van de tabellen en de ondersteunende informatie Het invullen van de rapporteringstabellen is
wettelijk verplicht en van wezenlijk belang om ervoor te zorgen dat Eurostat de
kwaliteit van de gegevens naar behoren kan beoordelen. Artikel 8, lid 2, van
Verordening (EG) nr. 479/2009 als gewijzigd bepaalt dat de lidstaten Eurostat
de relevante statistische informatie moeten verstrekken. Deze “omvat in het
bijzonder: a) gegevens van de nationale rekeningen; b) lijsten; c) kennisgevingstabellen in het kader van
de buitensporigtekortprocedure; d) aanvullende vragenlijsten en
verduidelijkingen in verband met de kennisgevingen.” Er zijn vier belangrijke
PBT-kennisgevingstabellen. Het invullen van de PBT-tabellen 1, 2 en 3 is
wettelijk verplicht, en de lidstaten hebben ingestemd met de indiening van
tabel 4[4].
De tabellen 1 en 2A (centrale overheid) betreffen de jaren 2008 tot en met
2012, terwijl de andere tabellen de jaren 2008 tot en met 2011 betreffen[5]. De meeste lidstaten hebben alle PBT-kennisgevingstabellen
ingevuld[6].
Bij de indieningsronde van oktober 2012 gaven echter drie lidstaten voor
PBT-tabel 2 hetzij geen volledige informatie over het verband tussen het
werksaldo en het PBT-overschot/-tekort voor alle subsectoren (voornamelijk
ontbrak informatie voor lokale overheden) of voor alle jaren, hetzij werksaldi
die gelijk waren aan het PBT-overschot/-tekort. Wat PBT-tabel 3 betreft, hebben niet alle
lidstaten alle uitsplitsingen gemaakt. Vooral de verlangde informatie voor de
posten "leningen" en "deelnemingen" werd niet altijd
verstrekt. Bovendien heeft een aantal landen tot dusver geen statistische
verschillen aangegeven, wat normaliter betekent dat dergelijke verschillen ten
onrechte onder de rubriek “handelskredieten en transitorische posten” worden
vermeld. Ondanks de verbeteringen die in sommige lidstaten
zijn bereikt, blijft de in tabel 4 ingevulde informatie in vele gevallen
ontoereikend. Met name verstrekken sommige lidstaten geen volledige gegevens
betreffende het saldo van de overheidsverplichtingen in verband met
handelskredieten en voorschotten. Alle lidstaten hebben antwoorden op de vragenlijst
betreffende de kennisgevingstabellen ingediend[7].
Hoewel de dekking en de kwaliteit van de antwoorden opnieuw zijn verbeterd ten
opzichte van voorgaande jaren, moet op deze punten verdere vooruitgang worden
geboekt, aangezien sommige landen niet alle in de vragenlijst verlangde
informatie hebben ingediend. Dit geldt in het bijzonder voor gegevens over
vorderingen van en schuldkwijtscheldingen door de centrale overheid, de
uitsplitsing van de rubriek “handelskredieten en transitorische posten”, en de
boeking van door de overheid verstrekte garanties (voornamelijk wat betreft de
subsector lokale overheden). De volledigheid van de in de PBT-tabellen in te
vullen gegevens is nog steeds voor verbetering vatbaar. Evenwel hebben de nog
resterende problemen naar verwachting slechts een klein effect op de
gegevenskwaliteit. 2.1.4. Aanvullende
tabellen betreffende de financiële crisis Eurostat verzamelt sinds 15 juli 2009 een reeks
gegevens over de financiële crisis in een aanvullende tabel. Deel 1 van de
aanvullende tabel heeft betrekking op gegevens over transacties die zijn
geregistreerd in de inkomsten- en uitgavenrekening van de overheid en een
daadwerkelijk effect hebben op het PBT-tekort/-overschot. Deel 2 van de
aanvullende tabel betreft voorraden van financiële activa en passiva die het
gevolg zijn van de steun aan financiële instellingen. Er wordt onderscheid
gemaakt tussen activiteiten die daadwerkelijk hebben bijgedragen aan de
overheidspassiva (opgenomen in de overheidsschuld) en activiteiten die in de
toekomst potentieel zouden kunnen bijdragen aan de overheidspassiva, maar die
vooralsnog afhankelijk worden geacht van toekomstige gebeurtenissen (niet
opgenomen in de overheidsschuld). Deze tabellen tonen de overheidsinterventies
die rechtstreeks verband houden met de steun aan financiële instellingen.
Steunmaatregelen voor niet-financiële instellingen en algemene economische
steunmaatregelen blijven buiten beschouwing. De gegevens die zijn verzameld in 2012 hadden
betrekking op de periode 2007 tot en met 2011. Op zeven na (namelijk Bulgarije,
Estland, Malta, Polen, Roemenië, Slowakije en Tsjechië) maken alle lidstaten
melding van verschillende gedurende de periode 2007-2011 ondernomen
overheidsinterventies in de context van de financiële crisis. Eurostat heeft
bij zijn PBT-persberichten een nota gepubliceerd waarin deze gegevens werden
geanalyseerd[8].
2.1.5. Vragenlijst
over intergouvernementele leningen Sinds de kennisgeving van april 2011 leveren de
lidstaten ook gegevens over intergouvernementele leningen die worden verstrekt
in verband met financiële reddingsoperaties. Deze informatie, die analyse
mogelijk maakt van leningen die de lidstaten aan andere lidstaten (in 2011
hoofdzakelijk aan Griekenland, Ierland en Portugal) voor steunacties
verstrekken, is opgenomen in het persbericht over PBT. Dergelijke intergouvernementele leningen zijn fors
toegenomen in de context van de financiële crisis en moeten worden afgetrokken
van de aggregaten van de Maastrichtschuld van de EU27 en de eurozone, die
allebei op een geconsolideerde basis worden berekend. Als gevolg van deze
consolidering zijn de aggregaten van de EU27 en de eurozone niet gelijk aan de
rekenkundige som van de schulden van de lidstaten (d.w.z. de voornoemde
intergouvernementele leningen worden buiten beschouwing gelaten om te voorkomen
dat ze dubbel worden meegeteld). De bedragen met betrekking tot de Europese
Faciliteit voor financiële stabiliteit (EFSF) zijn onder de in de vragenlijst
gemelde cijfers voor het jaar 2011 begrepen. 2.2. Naleving
van de registratieregels en consistentie van de statistische gegevens 2.2.1. Informatie-uitwisseling
en verduidelijkingen Tijdens de beoordelingsperiode tussen de
indieningstermijn van 1 oktober en de publicatie van de gegevens op 22 oktober
2012 nam Eurostat contact op met de nationale statistische instanties in alle
lidstaten om nadere informatie te vragen en om uitleg over de toepassing van de
registratieregels voor specifieke transacties te krijgen. In het kader van dit
proces werd intensief gecorrespondeerd tussen Eurostat en de nationale
autoriteiten. Een eerste reeks verzoeken om nadere toelichting is vóór 5
oktober naar alle landen verzonden. Een tweede reeks verzoeken is verzonden
naar 23 landen, terwijl drie landen een derde verzoek ontvingen. Voor enkele
landen heeft Eurostat om herziene kennisgevingstabellen verzocht[9]. 2.2.2. Contactbezoeken
en methodologische bezoeken Verordening (EG) nr. 479/2009, zoals gewijzigd,
voorziet in contactbezoeken en methodologische bezoeken. Er worden regelmatig
contactbezoeken – waaronder ook onlangs ingevoerde zogenoemde
“upstream-contactbezoeken” – aan de lidstaten gebracht om de ingediende
gegevens te evalueren, de methoden te onderzoeken, de statistische bronnen te
bespreken en om na te gaan of de registratieregels worden nageleefd, zoals die
over de afbakening van de overheid, het moment van de registratie en de
classificatie van overheidstransacties en -schulden. In 2012 heeft Eurostat de volgende PBT-bezoeken
afgelegd: Oostenrijk (17-19 januari, upstream-contactbezoek), Litouwen (8-9
februari), Letland (15-16 februari), Bulgarije (27-29 februari), België (5-7
maart en 4 september, upstream-contactbezoeken, en 27 juni,
standaardcontactbezoek), Griekenland (22-23 maart en 24-25 september),
Slowakije (3-4 mei), Tsjechië (22-24 mei, upstream-contactbezoek), Malta (22-23
mei), Spanje (18-22 juni en 11-14 september, beide upstream-contactbezoeken),
Oostenrijk (25-26 juni), Hongarije (10-11 juli), Ierland (30-31 augustus),
Frankrijk (10-11 september), Cyprus (26 september), Tsjechië (13-14 november),
Italië (19-21 november, upstream-contactbezoek), Portugal (22-23 november) en
Denemarken (29-30 november). Bovendien werd op 24 mei 2012 een technisch bezoek
afgelegd aan Spanje, terwijl ook twee bezoeken (een technisch en een
pretoetredingsbezoek) aan de toekomstige lidstaat Kroatië werden gebracht. Tot de regelmatig terugkerende onderwerpen tijdens
die bezoeken behoorden de classificatie van eenheden binnen of buiten de sector
overheid (zoals openbaar vervoer, televisie en radio, ziekenhuizen en
universiteiten), kapitaalinjecties, publiek-private partnerschappen,
EU-stromen, de registratie van garanties en het algemene kwaliteitsbeheer van
de gegevensstromen afkomstig van upstream-instanties. Er wordt passende
aandacht besteed aan lidstaten met gedecentraliseerde structuren, zoals
autonome regio’s. Elk bezoek leidt tot een aantal actiepunten voor de bezochte
lidstaat. De tenuitvoerlegging van deze actiepunten leidt in de loop van de
tijd tot verbeteringen in de gegevenskwaliteit. De uiteindelijke bevindingen
van elk contactbezoek worden, samen met een beschrijving van de overeengekomen
actiepunten en de stand van zaken, toegezonden aan het Economisch en Financieel
Comité en gepubliceerd op de website van Eurostat. Methodologische bezoeken vinden alleen plaats
wanneer Eurostat vaststelt dat er ernstige risico's of problemen zijn in
verband met de kwaliteit van de gegevens, met name wat de methode, de begrippen
of de classificatie betreft. In 2012 zijn er geen methodologische bezoeken
uitgevoerd. 2.2.3. Specifiek
advies van Eurostat De lidstaten overleggen regelmatig met Eurostat om
kwesties in verband met de registratie in de nationale rekeningen van
toekomstige of eerdere transacties te verduidelijken. Eurostat verleent advies
volgens de bestaande richtsnoeren. Om te voldoen aan de transparantiebepaling
in Verordening (EG) nr. 479/2009, zoals gewijzigd, publiceert Eurostat zijn
advies[10],
tenzij de betrokken lidstaat hiertegen bezwaar maakt. In 2012 heeft Eurostat
een advies gepubliceerd over de volgende aangelegenheden: de boekhoudkundige
behandeling van kapitaalinjecties voor Ierse banken, de behandeling van een
kapitaalinjectie (“Gesellschafterzuschuss”) en een overheidsgarantie ten gunste
van KA Finanz AG in Oostenrijk, de statistische registratie van de vroegtijdige
aflossingen van hypotheekleningen tegen preferentiële wisselkoersen en de
daarmee verband houdende belastingvermindering in Hongarije, de registratie van
betalingsverplichtingen die bij gerechtelijk besluit met terugwerkende kracht
zijn vastgesteld in Roemenië, de methodologische behandeling van
kapitaalinjecties door de overheid in de herwaarderingsreserves van de Magyar
Nemzeti Bank in Hongarije en de registratie van betalingen in verband met de
terugbetaling van foutief berekende sociale premies in de periode 2011-2012 in
Roemenië. 2.2.4. Recente
methodologische kwesties Zoals gewoonlijk heeft Eurostat nauwlettend
toegezien op de toepassing van de voorschriften van het ESR 1995 en vooral op
de meest recente besluiten. Deze besluiten zijn opgenomen in het Handboek
overheidstekort en overheidsschuld, waarvan de meest recente versie is
gepubliceerd in maart 2012[11]
en dat nu een jaarlijkse bijwerkingsprocedure ondergaat. In juli 2012 heeft Eurostat een besluit
gepubliceerd betreffende de statistische registratie van bepaalde operaties in
verband met handelskredietverplichtingen aangegaan door overheidsdiensten[12]. In april 2012 heeft Eurostat een oriëntatienota
gepubliceerd over het effect van de Europese overheidstekorten en
overheidsschulden op de beslissingen die zijn genomen tijdens de bijeenkomsten
van de Europese Raad in 2011 en 2012[13].
In juli 2012 werd een nota over de gevolgen van de herkapitalisering van
banken voor de overheidsfinanciën[14]
gepubliceerd ter aanvulling van de vorige nota, die richtsnoeren bevatte over
kapitaalinjecties voor banken en de classificatie van door de overheid
gesteunde “bad banks”. 2.2.5. Consistentie met onderliggende
overheidsrekeningen De indieningstermijnen van 1 april en 1 oktober,
die zijn vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 479/2009, zoals gewijzigd, zijn
ingevoerd met het oog op consistentie met de onderliggende jaar- en kwartaalrekeningen
van de sector overheid, waarvan de cijfers in verschillende tabellen in het
kader van het ESR 1995 bij Eurostat zijn ingediend. Eurostat analyseert
systematisch de consistentie van de PBT-kennisgevingen met de ingediende
onderliggende rekeningen van de sector overheid. De totale uitgaven en
inkomsten van de overheid moeten bijvoorbeeld met de gemelde tekorten
overeenstemmen. In het algemeen is de consistentie van de
PBT-gegevens met de volgens het ESR 1995 ingediende overheidsrekeningen de
afgelopen jaren verbeterd, hoewel de niet-financiële gegevens nog altijd beter
zijn dan de financiële gegevens. Bij de indieningsronde van oktober 2012 waren
de PBT-cijfers voor alle niet-financiële gegevens volledig consistent met de
ESR-tabellen (zowel op jaar- als op kwartaalbasis). Toch moeten de lidstaten
zich nog inspannen om voor de nodige consistentie tussen de PBT-tabellen en de
ESR-tabellen voor financiële gegevens te zorgen. De gerapporteerde gegevens van
oktober 2012 vertonen voor zes lidstaten duidelijke verschillen tussen de
PBT-gegevens en de financiële kwartaalrekeningen, terwijl bij een derde van de
lidstaten sprake is van verschillen tussen de PBT-gegevens en de financiële
ESR-jaarrekeningen wat betreft het saldo van de overheidsverplichtingen in
verband met handelskredieten en voorschotten. De PBT-schuldgegevens waren voor
alle lidstaten volledig consistent met de overeenkomstig het ESR gerapporteerde
gegevens over de driemaandelijkse overheidsschuld. 2.3. Publicatie 2.3.1. Publicatie
van totaalcijfers en gedetailleerde rapporteringstabellen Artikel 14 van Verordening (EG) nr. 479/2009,
zoals gewijzigd, luidt: “De Commissie (Eurostat) verstrekt de gegevens over
het feitelijke overheidstekort en de feitelijke overheidsschuld en de
onderliggende overheidsrekeningen met het oog op de toepassing van het Protocol
betreffende de procedure bij buitensporige tekorten binnen drie weken na de […]
indieningstermijnen […]. De gegevens worden verstrekt door ze bekend te maken.” De gegevens over het overheidstekort en de
overheidsschuld zijn gepubliceerd op 23 april[15]
en 22 oktober 2012[16],
samen met alle rapporteringstabellen zoals die door de lidstaten waren
ingediend. Sinds januari 2012 publiceert Eurostat, telkens op een tijdstip rond
T+115 dagen, persmededelingen over de driemaandelijkse “Maastrichtschuld”. Eurostat publiceert op zijn website ook de jaar-
en kwartaalstatistieken van de overheidsfinanciën die aan de PBT-gegevens ten
grondslag liggen, samen met een nota over de stock-flow adjustments[17]. Daarnaast publiceert Eurostat
de door de lidstaten verschafte informatie over overheidsinterventies in de
context van de financiële crisis[18]
en de gegevens over intergouvernementele leningen. In oktober 2012 heeft
Eurostat voor het eerst een nota gepubliceerd over het saldo van de
overheidsverplichtingen in verband met handelskredieten en voorschotten[19]. Volgens Verordening (EG) nr. 479/2009, zoals
gewijzigd, moeten de lidstaten hun feitelijke gegevens over tekorten en
schulden bekendmaken. Alle lidstaten publiceren tekort- en schuldcijfers op
nationaal niveau. De meeste lidstaten hebben aan Eurostat meegedeeld dat zij al
hun rapporteringstabellen publiceren. Vijf lidstaten publiceren slechts een
deel van de rapporteringstabellen, en één lidstaat, Frankrijk, publiceert geen
PBT-tabellen op nationaal niveau. 2.3.2. Voorbehoud
ten aanzien van de kwaliteit van de gegevens Eurostat heeft twee voorbehouden gemaakt ten
aanzien van de kwaliteit van de gegevens die Ierland in april 2012 heeft
ingediend. Beide voorbehouden zijn gedurende de beoordelingsperiode in oktober
2012 ingetrokken. Ierland: Eurostat
heeft zijn specifieke voorbehoud van april 2012 ten aanzien van door Ierland
verstrekte gegevens ingetrokken, dat verband hield met het feit dat de
herstructureringsplannen van Allied Irish Banks en Irish Life & Permanent
(dat sinds 2012 bekend staat als Permanent TSB) nog niet afgerond waren. Het
centraal bureau voor de statistiek van Ierland en Eurostat hebben de bij de
mededingingsautoriteiten van de EU ingediende geactualiseerde
herstructureringsplannen bestudeerd. Deze plannen zijn dusdanig opgesteld dat
met betrekking tot de kapitaalinjecties van juli 2011 in Allied Irish Banks en
Permanent TSB goed kan worden onderscheiden tussen tekortverhogende en
niet-tekortverhogende componenten. Dit onderscheid is doorgevoerd in de
herziene gegevens die door Ierland zijn ingediend. Tevens heeft Eurostat zijn specifieke voorbehoud
van april 2012 ten aanzien van door Ierland verstrekte gegevens ingetrokken,
dat verband hield met de statistische classificatie van National Asset
Management Agency Investment Limited (NAMA-IL). Uit door het centraal bureau
voor de statistiek van Ierland verstrekte documenten bleek dat NAMA-IL
grotendeels in particulier bezit is, nadat Irish Life zijn aandeel in NAMA-IL
aan een particuliere investeerder heeft verkocht. Dit is een noodzakelijke
voorwaarde om een “special purpose entity” overeenkomstig het besluit van
Eurostat van 15 juli 2009 inzake overheidsinterventies in verband met de
financiële crisis te kunnen aanmerken als niet behorend tot de sector overheid. 2.3.3. Wijzigingen
in de ingediende gegevens Eurostat heeft de door het Verenigd Koninkrijk in
het kader van de PBT-kennisgeving van april 2012 ingediende gegevens gewijzigd.
Deze wijziging werd gedurende de beoordelingsperiode in oktober 2012
ingetrokken. Verenigd Koninkrijk
Het nationaal bureau voor de statistiek van het VK heeft Bradford & Bingley
en Northern Rock Asset Management geherclassificeerd als behorend tot de sector
overheid, in overeenstemming met het hoofdstuk inzake “defeasance” van het
Handboek overheidstekort en overheidsschuld. Dienovereenkomstig hoeft Eurostat
de door het Verenigd Koninkrijk gerapporteerde tekort- en schuldgegevens met
betrekking tot schuldafwikkelingsstructuren in handen van de overheid niet
langer aan te passen. 2.3.4. Publicatie
van metagegevens (lijsten)[20] Ingevolge Verordening (EG) nr. 479/2009, zoals
gewijzigd, moeten de lidstaten naast andere statistische informatie ook
PBT-lijsten verstrekken om Eurostat in staat te stellen de naleving van het ESR
1995 te controleren. Verder stelt de verordening de publicatie van deze lijsten
door de lidstaten verplicht. Eurostat heeft de lijsten van alle lidstaten
gepubliceerd. Met uitzondering van Luxemburg en Nederland meldden alle
lidstaten dat zij hun PBT-lijsten nationaal hebben gepubliceerd. In 2012 heeft Eurostat een nieuw model voor de
PBT-lijsten ingevoerd, dat een aantal structurele wijzigingen meebrengt en
waarvoor meer gedetailleerde informatie moet worden verstrekt (bijvoorbeeld met
betrekking tot samenstellingsprocedures, afbakening van de sector overheid,
specifieke transacties, kwaliteitsbeheer, upstream‑gegevensbronnen enz.).
De nieuwe PBT-lijsten zullen eind 2013 door Eurostat worden gepubliceerd. 3. Conclusies Sinds 2006 worden door Eurostat wijzigingen
aangebracht in en/of voorbehouden gemaakt ten aanzien van de kwaliteit van
ingediende gegevens. In oktober 2012 heeft Eurostat voor het eerst noch een
voorbehoud gemaakt noch wijzigingen aangebracht in de gegevens van de
PBT-kennisgeving. Bovendien zijn in de PBT-kennisgeving van oktober 2012 twee
voorbehouden ten aanzien van door Ierland verstrekte gegevens en de wijziging
van gegevens van het Verenigd Koninkrijk van april 2012 ingetrokken. Eurostat erkent dat algemene verbeteringen zijn
bereikt wat betreft de consistentie en volledigheid van de gerapporteerde
gegevens. Desondanks zijn er nog steeds enkele problemen: de lidstaten dienen
hun inspanningen te versterken om de dekking en kwaliteit van de ingediende gegevens
over handelskredieten en de volledigheid van de gegevens inzake de subnationale
overheden te verbeteren. Daarnaast besteedt Eurostat bijzondere aandacht aan
het rapportagesysteem voor autonome regio’s en overheidsinterventies in de
context van de financiële crisis (herkapitalisering van banken). Al met al komt Eurostat tot de conclusie dat de
kwaliteit van de ingediende begrotingsgegevens in 2012 verder is verbeterd. In
het algemeen hebben de lidstaten betere informatie verstrekt, zowel in de PBT-kennisgevingstabellen
als in andere relevante statistische rapportages. [1] PB
L 145 van 10.6.2009, blz. 1. [2] PB
L 310 van 30.11.1996, blz. 1. [3] Artikel
3, leden 1 en 3, van Verordening (EG) nr. 479/2009, zoals gewijzigd. [4] Zie
de verklaringen voor de Raadsnotulen van 22 november 1993. [5] De
verstrekking van voorziene gegevens in andere PBT-tabellen dan de tabellen 1 en
2A wordt in Verordening (EG) nr. 479/2009, zoals gewijzigd, niet expliciet
voorgeschreven. [6] De
door de lidstaten ingediende PBT-kennisgevingstabellen zijn te vinden op de
website van Eurostat:
http://epp.eurostat.ec.europa.eu/portal/page/portal/government_finance_statistics/excessive_deficit/edp_notification_tables. [7] Deze
vragenlijst bestaat uit dertien onderdelen, waarin wordt gevraagd om kwantitatieve
en soms ook kwalitatieve informatie op verschillende gebieden, zoals
transacties in verband met belastingen en sociale premies en met de EU, aankoop
van militaire uitrusting, overheidsgaranties, kwijtschelding van schulden,
kapitaalinjecties door de overheid in overheidsondernemingen, publiek-private
partnerschappen enz. [8] Zie:
http://epp.eurostat.ec.europa.eu/portal/page/portal/government_finance_statistics/documents/Background_note_fin_crisis_Oct_2012_final.pdf.
[9] Zie
punt 2.1. [10] Zie:
http://epp.eurostat.ec.europa.eu/portal/page/portal/government_finance_statistics/methodology/advice_member_states. [11] Zie:
http://epp.eurostat.ec.europa.eu/portal/page/portal/product_details/publication?p_product_code=KS-RA-12-003. [12] Zie:
http://epp.eurostat.ec.europa.eu/portal/page/portal/government_finance_statistics/documents/Statist.record.of_some_operations_rel.to_trade_credits_i.pdf. [13] Zie:
http://epp.eurostat.ec.europa.eu/portal/page/portal/government_finance_statistics/documents/Note_on_statistical_implications_of_summits-updated-12_A.pdf. [14] Zie:
http://epp.eurostat.ec.europa.eu/portal/page/portal/government_finance_statistics/documents/The_impact_of_bank_recapitalisations_on_government_fina1.pdf. [15] Zie:
http://epp.eurostat.ec.europa.eu/cache/ITY_PUBLIC/2-23042012-AP/EN/2-23042012-AP-EN.PDF. [16] Zie:
http://epp.eurostat.ec.europa.eu/cache/ITY_PUBLIC/2-23042012-AP/EN/2-23042012-AP-EN.PDF. [17] Zie: http://epp.eurostat.ec.europa.eu/cache/ITY_PUBLIC/STOCK_FLOW_2012_OCT/EN/STOCK_FLOW_2012_OCT-EN.PDF. [18] Zie:
http://epp.eurostat.ec.europa.eu/portal/page/portal/government_finance_statistics/excessive_deficit/supplementary_tables_financial_turmoil. [19] Zie:
http://epp.eurostat.ec.europa.eu/portal/page/portal/government_finance_statistics/documents/Note_on_AF.71L-Oct_2012.pdf. [20] Lijsten
van de methoden, procedures en bronnen die worden gebruikt om de feitelijke
gegevens over tekorten en schulden en de daaraan ten grondslag liggende
overheidsrekeningen op te stellen.