Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52011IP0019

    Schending van de vrijheid van meningsuiting en discriminatie op grond van seksuele geaardheid in Litouwen Resolutie van het Europees Parlement van 19 januari 2011 over de schending van de vrijheid van meningsuiting en discriminatie op grond van seksuele geaardheid in Litouwen

    PB C 136E van 11.5.2012, p. 50–52 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    11.5.2012   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    CE 136/50


    Woensdag 19 januari 2011
    Schending van de vrijheid van meningsuiting en discriminatie op grond van seksuele geaardheid in Litouwen

    P7_TA(2011)0019

    Resolutie van het Europees Parlement van 19 januari 2011 over de schending van de vrijheid van meningsuiting en discriminatie op grond van seksuele geaardheid in Litouwen

    2012/C 136 E/10

    Het Europees Parlement,

    gezien de internationale instrumenten die de mensenrechten en de fundamentele vrijheden waarborgen en discriminatie verbieden, met name het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (EVRM),

    gezien de artikelen 6 en 7 van het Verdrag betreffende de Europese Unie en artikel 19 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, op grond waarvan de EU en haar lidstaten verplicht zijn de mensenrechten en fundamentele vrijheden te eerbiedigen, en die Europese middelen aanreiken om op te treden tegen discriminatie en schendingen van de mensenrechten,

    gezien het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, en met name artikel 11, dat de vrijheid van meningsuiting garandeert, en artikel 21, lid 1, dat discriminatie op grond van seksuele geaardheid verbiedt,

    gezien de ontwerpwijzigingen in het wetboek van administratieve overtredingen van de Republiek Litouwen (nr. XIP-2595),

    gezien het ontwerpadvies van het Ministerie van Justitie van de Republiek Litouwen (nr. 11-30-01),

    gezien de activiteiten van de EU ter bestrijding van discriminatie op grond van seksuele geaardheid en homofobie,

    gezien het verslag van het Bureau voor de grondrechten van november 2010 over homofobie, transfobie en discriminatie op grond van seksuele geaardheid en genderidentiteit,

    gezien zijn resolutie van 17 september 2009 over de Litouwse wet betreffende de bescherming van minderjarigen tegen de schadelijke gevolgen van openbare informatie (1),

    onder verwijzing naar zijn vroegere resoluties over homofobie, bescherming van minderheden en antidiscriminatiebeleid, en met name die over homofobie in Europa (2),

    gelet op artikel 115, lid 5 en artikel 110, lid 2, van zijn Reglement,

    A.

    overwegende dat de Seimas (het Litouwse parlement) op 16 december 2010 een stemming heeft uitgesteld over ontwerpwetgeving tot wijziging van het wetboek van administratieve overtredingen die beoogt „het in het openbaar propageren van homoseksuele relaties” te bestraffen met een boete van 2 000 tot 10 000 LTL (580 tot 2 900 EUR), omdat de wijzigingen nog niet bestudeerd zijn door de desbetreffende parlementaire commissies en momenteel nog bekeken worden door de Litouwse nationale autoriteiten,

    B.

    overwegende dat de Commissie onderwijs, wetenschap en cultuur van de Seimas op 8 december 2010 seksuele geaardheid heeft geschrapt uit de lijst van gronden die recht hebben op bescherming in de bepalingen inzake gelijke kansen in de onderwijswet (artikel 5, lid 1),

    C.

    overwegende dat de ontwerpwijzigingen in het wetboek van administratieve overtredingen strijdig zijn met artikel 25 van de grondwet van de Republiek Litouwen, dat bepaalt dat „mensen niet mag worden belet informatie en ideeën te zoeken, te ontvangen en over te brengen”, en artikel 29, dat bepaalt dat „alle mensen gelijk zijn voor de wet, het gerecht en andere staatsinstellingen en -ambtenaren. De rechten van mensen mogen niet worden beperkt, noch mogen mensen voorechten krijgen op grond van geslacht, ras, nationaliteit, taal, origine, sociale status, geloof, overtuigingen of meningen”,

    D.

    overwegende dat de minister van Justitie van de Republiek Litouwen heeft verklaard van mening te zijn dat de ontwerpwijzigingen in het wetboek van administratieve overtredingen strijdig zijn met de verplichtingen van Litouwen uit hoofde van zijn grondwet, het Europees Handvest van de grondrechten, het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden en het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten,

    E.

    overwegende dat in het recentste verslag van het Bureau voor de grondrechten over homofobie, transfobie en discriminatie op grond van seksuele geaardheid en genderidentiteit van november 2010 wordt geconcludeerd dat „de wijzigingen potentieel elke openbare uiting of afbeelding van, of informatie over homoseksualiteit strafbaar zouden kunnen stellen”,

    F.

    overwegende dat de Seimas in juni 2009 met een overweldigende meerderheid wijzigingen in de wet betreffende de bescherming van minderjarigen tegen de schadelijke gevolgen van openbare informatie heeft aangenomen waardoor minderjarigen geen toegang mogen krijgen tot informatie over homoseksualiteit,

    G.

    overwegende dat de betekenis van „het uiten of propageren van seksuele geaardheid” in de reclamewet onduidelijk blijft,

    H.

    overwegende dat tot deze resolutie aanleiding is gegeven door een reeks verontrustende gebeurtenissen, zoals de goedkeuring van de wet betreffende de bescherming van minderjarigen tegen de schadelijke gevolgen van openbare informatie, de poging van lokale autoriteiten om betogingen voor gelijkheid en gayprides te verbieden, en de opruiende of dreigende taal en de haatzaaiende uitspraken van een aantal leidende politici en parlementsleden,

    I.

    overwegende dat Viviane Reding, vicevoorzitter van de Europese Commissie, Catherine Ashton, hoge vertegenwoordiger van de Unie, Herman Van Rompuy, voorzitter van de Europese Raad, en Jerzy Buzek, voorzitter van het Europees Parlement, op 17 mei 2010, de Internationale Dag tegen homofobie, unaniem elke vorm van homofobie en discriminatie op grond van seksuele geaardheid hebben veroordeeld,

    J.

    overwegende dat de Wereldgezondheidsorganisatie homoseksualiteit in 1990 uit de lijst van psychische aandoeningen heeft geschrapt, overwegende dat er geen geloofwaardig onderzoek bestaat dat aantoont dat seksuele voorlichting van kinderen en jongeren hun seksuele geaardheid zou kunnen beïnvloeden, en overwegende dat educatie over seksuele diversiteit tolerantie en aanvaarding van verschillen bevordert,

    1.

    huldigt de waarden en beginselen waarop de Unie berust, in het bijzonder de eerbiediging van de mensenrechten en de rechten van alle minderheden;

    2.

    herbevestigt dat de Instellingen en de lidstaten van de EU de plicht hebben erop toe te zien dat de mensenrechten in de EU geëerbiedigd, beschermd en bevorderd worden, zoals bepaald in het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden, het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie en artikel 6 van het Verdrag betreffende Europese Unie, zonder onderscheid naar seksuele geaardheid;

    3.

    roept de Seimas op de ontwerpwijzigingen in het wetboek van administratieve overtredingen te verwerpen, seksuele geaardheid op te nemen in de lijst van beschermde gronden in de onderwijswet, minderjarigen in staat te stellen vrij toegang te krijgen tot informatie over seksuele geaardheid, en de betekenis van het verbod in de reclamewet te verduidelijken;

    4.

    wijst erop dat de voorgestelde wijzigingen nog niet in stemming zijn gebracht in de plenaire vergadering van het Litouwse parlement en momenteel nog altijd onderzocht worden door de Litouwse nationale autoriteiten;

    5.

    betuigt zijn erkentelijkheid over de herhaaldelijke krachtige stellingnamen van Dalia Grybauskaitė, president van de Republiek Litouwen, die homofobe ontwerpwetgeving heeft gehekeld als schadelijk voor de burgers en het imago van Litouwen, en roept de president op haar veto te gebruiken tegen de wijzigingen in het wetboek van administratieve overtredingen indien deze worden aangenomen;

    6.

    is verheugd dat homofobie onlangs is aangemerkt als verzwarende omstandigheid bij misdrijven;

    7.

    looft de bilaterale actie die de Commissie tot dusver heeft ondernomen; verzoekt de Commissie een juridische beoordeling van de voorgestelde wijzigingen in het wetboek van administratieve overtredingen te verrichten en een EU-routekaart met concrete maatregelen tegen homofobie en discriminatie op grond van seksuele geaardheid te publiceren;

    8.

    is ingenomen met het voornemen van de Litouwse autoriteiten om de voorgestelde wijzigingen, die als strijdig met het Europese recht en meer bepaald het beginsel van niet-discriminatie op grond van seksuele geaardheid worden beschouwd, te herzien;

    9.

    verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie te doen toekomen aan de Raad, de Commissie, de regeringen en parlementen van de lidstaten en de kandidaat-landen, de president en het parlement van de Republiek Litouwen, het Bureau van de Europese Unie voor de grondrechten en de commissaris voor de Mensenrechten van de Raad van Europa.


    (1)  PB C 224 E van 19.8.2010, blz. 18.

    (2)  PB C 287 E van 24.11.2006, blz. 179, PB C 300 E van 9.12.2006, blz. 491, PB C 74 E van 20.3.2008, blz. 776.


    Top