This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 52011DC0187
REPORT FROM THE COMMISSION TO THE EUROPEAN PARLIAMENT AND THE COUNCIL on the quality of fiscal data reported by Member States in 2010
VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD over de kwaliteit van de in 2010 door de lidstaten verstrekte begrotingsgegevens
VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD over de kwaliteit van de in 2010 door de lidstaten verstrekte begrotingsgegevens
/* COM/2011/0187 def. */
/* COM/2011/0187 def. */ VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD over de kwaliteit van de in 2010 door de lidstaten verstrekte begrotingsgegevens
[pic] | EUROPESE COMMISSIE | Brussel, 11.4.2011 COM(2011) 187 definitief VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD over de kwaliteit van de in 2010 door de lidstaten verstrekte begrotingsgegevens VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD over de kwaliteit van de in 2010 door de lidstaten verstrekte begrotingsgegevens INHOUDSOPGAVE 1. Achtergrond 3 1.1. Gewijzigde verordening 3 2. Belangrijkste bevindingen in verband met de in 2010 verstrekte gegevens over het overheidstekort en de overheidsschuld 4 2.1. Tijdigheid en volledigheid 4 2.1.1. Tijdigheid 4 2.1.2. Volledigheid van de tabellen en de ondersteunende informatie 4 2.1.3. Aanvullende tabellen betreffende de financiële onrust 5 2.2. Naleving van de registratieregels en consistentie van de statistische gegevens 6 2.2.1. Informatie-uitwisseling en verduidelijkingen 6 2.2.2. Contactbezoeken en methodologische bezoeken 6 2.2.3. Specifiek advies van Eurostat 7 2.2.4. Recente methodologische kwesties 7 2.2.5. Consistentie met onderliggende overheidsrekeningen 7 2.3. Publicatie 7 2.3.1. Publicatie van totaalcijfers en gedetailleerde rapporteringstabellen 7 2.3.2. Voorbehoud ten aanzien van de kwaliteit van de gegevens 8 2.3.3. Wijzigingen in de ingediende gegevens 8 2.3.4. Publicatie van metagegevens (lijsten) 9 3. Conclusies 9 ACHTERGROND Artikel 8, lid 3, van Verordening (EG) nr. 479/2009 van de Raad betreffende de toepassing van het aan het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap gehechte Protocol betreffende de procedure bij buitensporige tekorten[1] verplicht de Commissie (Eurostat) (hierna "Eurostat" te noemen) regelmatig verslag uit te brengen aan het Europees Parlement en de Raad over de kwaliteit van de door de lidstaten ingediende feitelijke gegevens. In dit verslag wordt een algemene beoordeling gegeven over de inachtneming van de registratieregels en de volledigheid, betrouwbaarheid, tijdigheid en consistentie van de gegevens. Eurostat beoordeelt regelmatig de kwaliteit van de door de lidstaten ingediende feitelijke gegevens en van de onderliggende algemene rekeningen van de sector overheid, die zijn opgesteld overeenkomstig Verordening (EG) nr. 2223/96 van de Raad van 25 juni 1996 inzake het Europees systeem van nationale en regionale rekeningen in de Gemeenschap (ESR 1995)[2]. De beoordeling is voornamelijk gebaseerd op gegevens over de uitvoering van de overheidsbegroting en de overheidsactiva en –schulden. Deze werkzaamheden zijn toegespitst op de factoren die een verklaring vormen voor het overheidsoverschot/-tekort en de verandering in de overheidsschuld. De lidstaten sturen Eurostat deze informatie tweemaal per jaar. Deze omvat ook aanvullende informatie zoals de vragenlijst over de kennisgevingstabellen in verband met de procedure bij buitensporige tekorten (PBT) en bilaterale verduidelijkingen door de lidstaten. Eurostat legt ook in alle lidstaten regelmatig contactbezoeken in het kader van de PBT af teneinde voortdurend met de lidstaten in gesprek te blijven. Dit verslag is gebaseerd op de belangrijkste bevindingen en resultaten in verband met de in 2010 ingediende PBT-gegevens, waarbij de nadruk ligt op de laatste indieningsronde (oktober 2010). Voor zover relevant worden vergelijkingen gemaakt met de indieningsronde van april 2010 en die van april en oktober 2009. Gewijzigde verordening Verordening (EG) nr. 479/2009 werd in juli 2010 gewijzigd wat betreft de kwaliteit van de statistische gegevens in het kader van de procedure bij buitensporige tekorten[3]. De gewijzigde verordening verschaft met name de basis voor methodologische bezoeken in het kader van de PBT, die alleen plaatsvinden "in uitzonderlijke gevallen wanneer duidelijk ernstige risico’s of problemen in verband met de kwaliteit van de gegevens aan het licht zijn gebracht". Eurostat stelt het Economisch en Financieel Comité en de Comittee on Monetary, Financial and Balance of Payments Statistics in kennis van zijn besluit om een dergelijk bezoek af te leggen. De frequentie van de contactbezoeken in het kader van de PBT zal ook toenemen. De verordening machtigt Eurostat en de nationale statistische instanties om een beoordeling te maken van de gegevensbronnen waaraan de statistische gegevens zijn ontleend en van de opstelling van deze gegevensbronnen[4]. In aanvulling hierop kan Eurostat de volledigheid beoordelen van de groepen eenheden die door deze gegevensbronnen worden gedekt. Dit zou Eurostat in staat stellen om gedetailleerde conclusies te trekken over de kwaliteit van de ingediende gegevens, zoals omschreven in artikel 8, lid 1. De combinatie van ruimere bevoegdheden voor zowel Eurostat als de nationale statistische instanties is bedoeld om een regulier preventief systeem op te bouwen dat op alle lidstaten van toepassing is en een drievoudig doel heeft, namelijk beter toezicht en het preventief onderkennen en beoordelen van risico's teneinde zo vroeg mogelijk correctieve maatregelen te nemen. De uitvoering van de bovengenoemde ruimere bevoegdheden, en maatregelen met het oog op algemene problemen in verband met systeemrisico in nationale statistische systemen – zoals geïdentificeerd door de Europese Adviescommissie voor statistische governance – zullen aan de orde komen in een op handen zijnde mededeling van de Commissie. BELANGRIJKSTE BEVINDINGEN IN VERBAND MET DE IN 2010 VERSTREKTE GEGEVENS OVER HET OVERHEIDSTEKORT EN DE OVERHEIDSSCHULD Tijdigheid en volledigheid Tijdigheid De lidstaten moeten tweemaal per jaar, vóór 1 april en vóór 1 oktober, bij de Commissie hun voorziene en feitelijke begrotings- en balansgegevens indienen[5]. In 2010 omvatte de PBT-kennisgeving de jaren 2006 tot en met 2010. Voor 2010 worden de door de nationale autoriteiten voorziene gegevens vermeld, terwijl het voor 2006 tot en met 2009 om werkelijke gegevens gaat (d.w.z. definitieve, semi-definitieve, voorlopige of geschatte gegevens). Doorgaans worden de indieningstermijnen zeer goed nageleefd. Bij de tweede indieningsronde van 2010 hebben alle lidstaten hun gegevens binnen de wettelijke termijn, vóór 1 oktober 2010, ingediend. De Griekse autoriteiten hebben op 10 november een nadere kennisgeving gestuurd naar aanleiding van een methodologisch bezoek[6]. Bij de indieningsronde van april hebben alle lidstaten hun gegevens vóór 1 april ingediend, behalve Griekenland (op 1 april) en Frankrijk (dat de geplande gegevens voor het jaar 2010 pas op 12 april 2010 indiende). Sommige lidstaten hebben hun gegevens na de eerste indiening herzien. In oktober 2010 werden 29 herziene verslagen ingediend door 18 landen, terwijl in april 2010 25 herziene verslagen werden ingediend door 16 landen. Met uitzondering van Griekenland, dat ingrijpende herzieningen doorvoerde, hebben de lidstaten de meeste herzieningen ingediend in antwoord op opmerkingen of technische vragen van Eurostat. Hierbij ging het om de correctie van kleine fouten, interne inconsistenties of onjuiste registratie in tabellen. Volledigheid van de tabellen en de ondersteunende informatie Het invullen van de rapporteringstabellen is wettelijk verplicht en van wezenlijk belang om ervoor te zorgen dat Eurostat goed toezicht op de kwaliteit van de gegevens kan houden. Artikel 8, lid 2, van Verordening (EG) nr. 479/2009 bepaalt dat de lidstaten Eurostat de relevante statistische informatie moeten verstrekken. Deze "omvat in het bijzonder: a) gegevens van de nationale rekeningen; b) lijsten; c) kennisgevingstabellen in het kader van de procedure bij buitensporige tekorten; d) aanvullende vragenlijsten en verduidelijkingen in verband met de kennisgevingen." De PBT-kennisgevingstabellen bestaan uit vier belangrijke (reeksen) tabellen. Het invullen van de PBT-tabellen 1, 2 en 3 is wettelijk verplicht, en de lidstaten hebben ingestemd met de indiening van tabel 4[7]. De tabellen 1 en 2A (centrale overheid) betreffen de jaren 2006 tot en met 2010, terwijl de andere tabellen de jaren 2006 tot en met 2009 betreffen[8]. De meeste lidstaten hebben alle PBT-kennisgevingstabellen ingevuld[9]. Bij de indieningsronde van oktober 2010 gaven echter acht lidstaten voor PBT-tabel 2 hetzij geen informatie over het verband tussen het werksaldo en het PBT-overschot/-tekort voor alle subsectoren of voor alle jaren, hetzij werksaldi die gelijk waren aan het PBT-overschot/-tekort. Wat PBT-tabel 3 betreft, hebben niet alle lidstaten alle uitsplitsingen gemaakt. Vooral de verlangde informatie voor de posten "leningen" en "deelnemingen" ontbraken vaak. Alle lidstaten dienden hun antwoorden op de vragenlijst betreffende de kennisgevingstabellen[10] in. Hoewel de dekking en de kwaliteit van de antwoorden beter is geworden dan in de afgelopen jaren, hebben sommige landen niet alle in de vragenlijst verlangde informatie ingediend. Aanvullende tabellen betreffende de financiële onrust Eurostat heeft sinds 15 juli 2009 in twee aanvullende tabellen een reeks gegevens over de financiële onrust verzameld. Deze tabellen laten overheidsinterventies zien die rechtstreeks verband houden met de ondersteuning van financiële instellingen. Steunmaatregelen voor niet-financiële instellingen en algemene economische steunmaatregelen blijven buiten beschouwing. De in 2010 verzamelde gegevens betroffen 2007, 2008 en 2009. Vermeld moet echter worden dat de meeste interventies plaatsvonden in 2008. Slechts één land (het Verenigd Koninkrijk) meldde reeds latente verplichtingen voor 2007. Naleving van de registratieregels en consistentie van de statistische gegevens Informatie-uitwisseling en verduidelijkingen Tijdens de beoordelingsperiode tussen de indieningstermijn van 30 september 2010 en de publicatie van de gegevens op 22 oktober nam Eurostat contact op met de nationale statistische instanties in alle lidstaten om nadere informatie te vragen en om uitleg over de toepassing van de registratieregels voor specifieke transacties te krijgen. In het kader van dit proces vond tussen Eurostat en de nationale autoriteiten een intensieve correspondentie plaats. Een eerste reeks verzoeken om verduidelijking is voor 6 oktober verzonden en een tweede reeks verzoeken is verzonden aan 22 landen. Voor enkele landen heeft Eurostat om herziene kennisgevingstabellen verzocht[11]. Contactbezoeken en methodologische bezoeken Verordening (EG) nr. 479/2009, zoals gewijzigd bij Verordening (EG) nr 679/2010, voorziet in contactbezoeken en methodologische bezoeken. Er worden regelmatig contactbezoeken aan de lidstaten gebracht om de ingediende gegevens te evalueren, de methoden te onderzoeken, de in de lijsten omschreven statistische bronnen en processen te bespreken en om na te gaan of de registratieregels worden nageleefd, zoals die over de afbakening van de overheid, het moment van de registratie en de classificatie van overheidstransacties en -schulden. Methodologische bezoeken vinden alleen plaats wanneer de Eurostat vaststelt dat er duidelijk ernstige risico's of problemen zijn in verband met de kwaliteit van de gegevens, met name wat de methode, de begrippen of de classificatie betreft. In 2010 heeft Eurostat de volgende PBT-bezoeken afgelegd: Finland (25-26 januari), Griekenland (verscheidene methodologische bezoeken in het kader van de PBT), Nederland (15 juni), Malta (6-7 juli), Hongarije (6-7 juli), Roemenië (6-7 september), Bulgarije (16-17 september), Ierland (16-17 november), Litouwen (22-23 november), België (26 november), Frankrijk (29 november) en Cyprus (13 december). Ook werd in 2010 een reeks methodologische bezoeken aan Griekenland afgelegd. Deze methodologische bezoeken vloeiden voort uit het door Eurostat gemaakte voorbehoud ten aanzien van de Griekse cijfers over het overheidstekort en de overheidsschuld van oktober 2009, en het naar aanleiding daarvan in januari 2010 door de Commissie uitgebrachte verslag over de Griekse statistieken[12]. Tot de regelmatig terugkerende onderwerpen tijdens die bezoeken behoorden de classificatie van eenheden binnen of buiten de sector overheid (zoals openbaar vervoer, tv en radio, ziekenhuizen en universiteiten), kapitaalinjecties, publiek-private partnerschappen, EU-stromen en de registratie van garanties. Specifiek advies van Eurostat De lidstaten hebben regelmatig Eurostat geraadpleegd om duidelijkheid te krijgen over allerlei boekhoudkundige kwesties in verband met uitgevoerde of nog uit te voeren transacties. Eurostat verleent advies volgens de bestaande richtsnoeren. Om te voldoen aan de transparantiebepaling in Verordening nr. 479/2009, publiceert Eurostat zijn brief met advies[13], tenzij de betrokken lidstaat hiertegen bezwaar maakt. In 2010 heeft Eurostat het volgende advies gepubliceerd: België (de sectorindeling van de Masterplanprojecten in Antwerpen en de registratie van staatsobligaties als onderpand bij derivatencontracten in de nationale rekeningen in het kader van een PBT), Ierland (voorlopig standpunt over de boekhoudkundige behandeling in het kader van het ESR 1995 van het registratiemoment van de betaling van rente op promessen, te betalen aan de Anglo Irish Bank), Nederland (registratie van de Illiquid Assets Back-up Facility voor ING), Hongarije (registratiemoment van transacties voor hertoetreding van bepaalde groepen mensen tot het socialezekerheidsstelsel), Duitsland (classificatie van de Erste Abwicklungsanstalt) en Spanje (classificatie van een wegennetproject van de Autonome Gemeenschap Aragón). Eurostat heeft in 2010 advies verschaft over verscheidene methodologische kwesties die op verzoek van de betrokken lidstaten niet zijn gepubliceerd. Recente methodologische kwesties Zoals gewoonlijk heeft Eurostat nauwlettend toegezien op de toepassing van de voorschriften van het ESR 1995 en vooral op de meest recente besluiten. Deze besluiten zijn opgenomen in het Handboek overheidstekort en overheidsschuld, waarvan de meest recente versie is gepubliceerd in oktober 2010. Consistentie met onderliggende overheidsrekeningen De indieningstermijnen van 1 april en 1 oktober, die zijn vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 479/2009, zijn ingevoerd met het oog op consistentie met de onderliggende jaar- en kwartaalrekeningen van de sector overheid, waarvan de cijfers in verschillende tabellen in het kader van het ESR 1995 bij Eurostat zijn ingediend. Eurostat analyseert systematisch de consistentie van de PBT-kennisgevingen met de ingediende onderliggende rekeningen van de sector overheid. De totale uitgaven en inkomsten van de overheid moeten bijvoorbeeld met de gemelde tekorten overeenstemmen. In het algemeen is de consistentie van de PBT-gegevens met de ingediende overheidsrekeningen die volgens het ESR-95 zijn opgesteld, de afgelopen jaren steeds beter geworden, hoewel dit nog altijd meer geldt voor de niet-financiële dan voor de financiële gegevens. Publicatie Publicatie van totaalcijfers en gedetailleerde rapporteringstabellen Artikel 14 van Verordening (EG) nr. 479/2009 luidt: "De Commissie (Eurostat) verstrekt de gegevens over het feitelijke overheidstekort en de feitelijke overheidsschuld en de onderliggende overheidsrekeningen met het oog op de toepassing van het Protocol betreffende de procedure bij buitensporige tekorten binnen drie weken na de […] indieningstermijnen […]. De gegevens worden verstrekt door ze bekend te maken." De gegevens over het overheidstekort en de overheidsschuld zijn gepubliceerd op 22 april en 22 oktober, samen met alle rapporteringstabellen die het meest recentelijk door de lidstaten bij Eurostat waren ingediend. De publicatie van oktober betrof alleen de gegevens van 26 lidstaten, met uitzondering van de gegevens uit Griekenland en de EU-aggregaten. De aggregaten (EU in haar geheel en eurozone) en de gegevens over Griekenland zijn gepubliceerd op 15 november 2010[14], samen met de gegevens over de andere 26 lidstaten die ongewijzigd waren ten opzichte van het persbericht van 22 oktober 2010. Eurostat publiceert op zijn website ook de jaar- en kwartaalstatistieken van de overheidsfinanciën die aan de PBT-gegevens ten grondslag liggen, samen met informatie over de stock-flow adjustment[15]. Eurostat publiceerde ook de door de lidstaten verschafte informatie over overheidsinterventies in de context van de financiële onrust[16]. Volgens Verordening (EG) nr. 479/2009 moeten de lidstaten hun feitelijke gegevens over tekorten en schulden bekendmaken. De meeste lidstaten hebben aan Eurostat meegedeeld dat zij al hun rapporteringstabellen publiceren. Voorbehoud ten aanzien van de kwaliteit van de gegevens Eurostat heeft een voorbehoud gemaakt ten aanzien van de kwaliteit van de gegevens die Griekenland in april 2010 heeft ingediend. Dit voorbehoud is ingetrokken in het persbericht van november 2010. Wijzigingen in de ingediende gegevens De persberichten over de PBT van 2009 en 2010 verschaften duidelijkheid over de wijziging van kennisgevingsgegevens van het Verenigd Koninkrijk in alle kennisgevingen in 2009 en 2010[17]. "Eurostat heeft in 2000 de door het Verenigd Koninkrijk ingediende gegevens over het tekort voor de jaren 2006 tot en met 2009 gewijzigd, zodat alle opbrengsten uit de verkoop van UMTS-licenties op dezelfde wijze worden geregistreerd. Dit leidt tot een toename van het overheidstekort in 2007 en 2008 (en voor de begrotingsjaren 2007/2008 en 2008/2009) met GBP 1,044 miljoen (0,1% van het bbp) en in 2006 en 2009 (begrotingsjaren 2006/2007 en 2009/2010) met GBP 1,045 miljoen (0,1% van het bbp). De ingediende gegevens over de schuld blijven hetzelfde". Publicatie van metagegevens (lijsten[18]) Ingevolge Verordening (EG) 479/2009, zoals gewijzigd, moeten de lidstaten naast andere statistische informatie ook PBT-lijsten verstrekken om Eurostat in staat te stellen de naleving van het ESR 1995 te controleren. Verder verplicht de verordening tot publicatie van deze lijsten door de lidstaten. Eurostat heeft de inventarissen van alle lidstaten gepubliceerd. Alle lidstaten meldden dat zij hun PBT-lijsten nationaal hebben gepubliceerd of voornemens waren dit binnenkort te doen. CONCLUSIES Eurostat komt tot de conclusie dat de kwaliteit van de begrotingsgegevens in 2010 verder is verbeterd. In het algemeen hebben de lidstaten betere informatie verstrekt, zowel in de PBT-kennisgevingstabellen als in andere relevante statistische verslagen. Doorgaans is de consistentie van de PBT-gegevens met de ingevolge het ESR 1995 ingediende overheidsrekeningen bevredigend en wordt deze in vergelijking met de situatie in de voorafgaande jaren steeds beter, met name wat de financiële kant betreft. Er zijn in 2010 geen kanttekeningen bij de kwaliteit van de ingediende gegevens geplaatst, afgezien van het voorbehoud ten aanzien van de kwaliteit van de in april 2010 door de Griekenland verstrekte gegevens. Dit voorbehoud is ingetrokken in november 2010. Bij het afsluiten van een langdurig en kritisch proces dat was ingeleid in oktober 2009 heeft Eurostat op 22 november geconcludeerd dat de laatste herziene gegevens voor 2006-2009 voor Griekenland voldoende betrouwbaar waren voor PBT-doeleinden en overeenstemden met de kwaliteit van de gegevens van andere EU-lidstaten. Op de Eurostat-website is een specifiek verslag getiteld "Information Note on Greek Fiscal Data" beschikbaar. Ondanks deze verbeteringen zijn er nog steeds enkele problemen in verband met de naleving van de registratieregels en de volledigheid en de kwaliteit van een deel van de verstrekte statistische informatie. Daarom heeft Eurostat de lidstaten opgeroepen te blijven investeren in de kwaliteit van de statistieken van de overheidsfinanciën om het vereiste kwaliteitsniveau te bereiken wat het voldoen aan de registratieregels, de volledigheid, de betrouwbaarheid, de tijdigheid en de consistentie van gegevens over de overheid betreft. Bovendien zal de Commissie, voortbouwend op haar ervaring met Griekenland en op opmerkingen van de Europese Adviescommissie voor statistische governance, een mededeling uitbrengen over de problemen in verband met systeemrisico in nationale statistische systemen en in verband met een op risico gebaseerde aanpak voor de PBT-gegevens, met name voor de gegevens uit bronnen op een lager niveau, door de uitvoering van de versterkte bevoegdheden van Eurostat op grond van de gewijzigde Verordening (EG) nr. 479/2009. [1] PB L 145 van 10.6.2009, blz. 1. [2] PB L 310 van 30.11.1996, blz. 1. [3] Verordening (EG) nr. 679/2010 van de Raad (PB L 199 van 30.7.2010, blz. 1.) [4] Hiervoor wordt een op risico gebaseerde aanpak ontwikkeld. [5] Artikel 3, leden 1 en 3, van Verordening (EG) nr. 479/2009. [6] Nadere gegevens over de Griekse begrotingsgegevens zijn opgenomen in het verslag "Information Note on Greek Fiscal Data" van Eurostat van 15 november 2010, beschikbaar op de Eurostat-website: http://epp.eurostat.ec.europa.eu/portal/page/portal/government_finance_statistics/introduction. [7] Zie de verklaringen voor de Raadsnotulen van 22 november 1993. [8] De verstrekking van elders voorziene gegevens in andere PBT-tabellen dan de tabellen 1 en 2A wordt niet expliciet voorgeschreven in de gewijzigde Verordening (EG) nr. 479/2009. [9] Zie voor een uitvoerige beschrijving van de inhoud van deze tabellen de Eurostat-website: http://epp.eurostat.ec.europa.eu/portal/page?_pageid=2373,58110711&_dad=portal&_schema=PORTAL) [10] Deze vragenlijst bestaat uit dertien onderdelen, waarin wordt gevraagd om kwantitatieve en soms ook kwalitatieve informatie op verschillende gebieden, zoals transacties in verband met belastingen en sociale premies en met de EU, aankoop van militaire uitrusting, overheidsgaranties, kwijtschelding van schulden, kapitaalinjecties door de overheid in overheidsondernemingen, publiek-private partnerschappen, enz. [11] Zie punt 2.1. [12] Zie: http://epp.eurostat.ec.europa.eu/portal/page/portal/government_finance_statistics/procedure/eurostat_edp_visits_member_states. [13] Zie: http://epp.eurostat.ec.europa.eu/portal/page/portal/government_finance_statistics/methodology/advice_member_states. [14] Eurostat-persberichten 55/2010, 157/2010 en 170/2010. [15] De afdeling Government Finance (overheidsfinanciën) van de Eurostat-website verschaft publieke toegang tot informatie over statistieken voor de buitensporigtekortprocedure en de onderliggende rekeningen van de sector overheid, zoals gegevens, methodologische besluiten en handboeken en de bevindingen van de PBT-contactbezoeken: http://epp.eurostat.ec.europa.eu/portal/page/portal/government_finance_statistics/introduction. [16] Zie: http://epp.eurostat.ec.europa.eu/portal/page/portal/government_finance_statistics/procedure/supplementary_tables_financial_turmoil. [17] Artikel 15, lid 2, van Verordening (EG) nr. 479/2009 luidt: "Indien er aanwijzingen zijn dat de door de lidstaten ingediende feitelijke gegevens niet in overeenstemming zijn met de eisen van artikel 8, lid 1, van deze verordening, kan de Commissie (Eurostat) deze gegevens wijzigen en de gewijzigde gegevens en een motivering voor de wijziging verstrekken." [18] Lijsten van de methoden, procedures en bronnen die worden gebruikt om de feitelijke gegevens over tekorten en schulden en de daaraan ten grondslag liggende overheidsrekeningen op te stellen.