EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52007PC0451

Voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende de achterkentekenplaatverlichting van motorvoertuigen en aanhangwagens daarvan (Gecodificeerde versie)

/* COM/2007/0451 def. - COD 2007/0162 */

52007PC0451




NL

Brussel, 27.7.2007

COM(2007) 451 definitief

2007/0162 (COD)

Voorstel voor een

RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

betreffende de achterkentekenplaatverlichting van motorvoertuigen en aanhangwagens daarvan

(Gecodificeerde versie)

(door de Commissie ingediend)

TOELICHTING

1. In de context van een Europa van de burgers hecht de Commissie groot belang aan het vereenvoudigen en verduidelijken van het Gemeenschapsrecht om het duidelijker en toegankelijker te maken voor de gewone burger, zodat deze nieuwe mogelijkheden krijgt en in staat wordt gesteld gebruik te maken van de specifieke rechten die hij aan het Gemeenschapsrecht kan ontlenen.

Dit doel kan niet worden verwezenlijkt zolang talloze bepalingen die meermaals en vaak ingrijpend zijn gewijzigd, gedeeltelijk in het oorspronkelijke besluit en gedeeltelijk in de latere wijzigingsbesluiten te vinden zijn. Om dan na te gaan wat de geldende regels zijn, is veel zoekwerk vereist, waarbij een groot aantal besluiten moet worden vergeleken.

Codificatie van meermaals gewijzigde regels is dan ook van essentieel belang om het Gemeenschapsrecht duidelijk en doorzichtig te maken.

2. Bij haar besluit van 1 april 1987 [1] heeft de Commissie daarom haar diensten opgedragen alle wetgevingbesluiten na maximaal tien wijzigingen te codificeren, waarbij zij erop wijst dat dit een minimumregel is en dat haar diensten ter wille van de duidelijkheid en het juiste begrip van de communautaire wetgeving ernaar zouden moeten streven de teksten waarvoor zij verantwoordelijkheid dragen, met nog kortere tussenpozen te codificeren.

3. De conclusies van het voorzitterschap van de Europese Raad van Edinburgh (december 1992) hebben dit bevestigd [2] en het belang van codificatie onderstreept, omdat daarmee rechtszekerheid wordt verschaft omtrent de vraag welke wet op een gegeven moment op een bepaald onderwerp van toepassing is.

Bij codificatie moet het normale wetgevingsproces van de Gemeenschap volledig in acht worden genomen.

Aangezien bij codificatie geen inhoudelijke wijzigingen in de betrokken wetteksten mogen worden aangebracht, zijn het Europees Parlement, de Raad en de Commissie bij Interinstitutioneel Akkoord van 20 december 1994 een versnelde werkmethode voor de codificatie van wetteksten overeengekomen.

4. Dit voorstel beoogt de codificatie van Richtlijn 76/760/EEG van de Raad van 27 juli 1976 inzake de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der lidstaten betreffende de achterkentekenplaatverlichting van motorvoertuigen en aanhangwagens daarvan [3]. De nieuwe richtlijn vervangt de verschillende besluiten die erin zijn verwerkt [4]; dit voorstel laat de inhoud van de besluiten die worden gecodificeerd onverlet en beperkt zich er derhalve toe deze samen te voegen en daarin slechts de formele wijzigingen aan te brengen die voor de codificatie zelf vereist zijn.

5. Dit voorstel voor een codificatie is opgesteld op basis van een voorafgaande consolidatie, in alle officiële talen, van Richtlijn 76/760/EEG en de besluiten tot wijziging daarvan, met behulp van een gegevensverwerkingssysteem van het Bureau voor officiële publicaties der Europese Gemeenschappen. Voorzover de artikelen zijn vernummerd, is het verband tussen de oude en de nieuwe nummering weergegeven in een concordantietabel die is opgenomen in bijlage IV bij de gecodificeerde richtlijn.

76/760/EEG (aangepast)

2007/0162 (COD)

Voorstel voor een

RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

betreffende de achterkentekenplaatverlichting van motorvoertuigen en aanhangwagens daarvan

(Voor de EER relevante tekst)

HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid op artikel 95 ,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité [5],

Handelend volgens de procedure van artikel 251 van het Verdrag [6],

Overwegende hetgeen volgt:

(1) Richtlijn 76/760/EEG van de Raad van 27 juli 2003 inzake de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der lidstaten betreffende de achterkentekenplaatverlichting van motorvoertuigen en aanhangwagens daarvan [7] is herhaaldelijk en ingrijpend gewijzigd [8]. Ter wille van de duidelijkheid en een rationele ordening van de tekst dient tot codificatie van deze richtlijn te worden overgegaan.

97/31/EG overweging 1 (aangepast)

(2) Richtlijn 76/760/EEG is één van de bijzondere richtlijnen van het EG-typegoedkeuringsysteem dat is geregeld bij Richtlijn [70/156/EEG van de Raad van 6 februari 1970 inzake de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten betreffende de typegoedkeuring van motorvoertuigen en aanhangwagens daarvan [9]] en stelt de technische voorschriften vast betreffende de achterkentekenplaatverlichting. Deze technische voorschriften beogen de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten, teneinde de uitvoering van de bij Richtlijn [70/156/EEG] geregelde EG-typegoedkeuringsprocedure ten aanzien van elk type voertuig mogelijk te maken. Derhalve zijn de bepalingen van Richtlijn [70/156/EEG] betreffende voertuigsystemen, onderdelen en afzonderlijke technische eenheden op de onderhavige richtlijn van toepassing.

76/760/EEG overweging 4

(3) Op grond van een geharmoniseerde goedkeuringsprocedure voor de achterkentekenplaatverlichting, is elke lidstaat in staat te constateren of de gemeenschappelijke constructie- en beproevingsvoorschriften worden nageleefd, en de andere lidstaten van het geconstateerde in kennis te stellen door het toezenden van een afschrift van het goedkeuringsformulier dat voor elk type achterkentekenplaatverlichting wordt opgesteld. Het aanbrengen van een EG-goedkeuringsmerk op alle inrichtingen, die in overeenstemming met het goedgekeurde type zijn gefabriceerd, maakt een technische controle van deze inrichtingen in de andere lidstaten overbodig.

76/760/EEG overweging 5 (aangepast)

(4) Het is wenselijk rekening te houden met de technische voorschriften die door de Economische Commissie voor Europa van de Verenigde Naties (VN-ECE) zijn vastgelegd in de desbetreffende reglementen die zijn gehecht aan de overeenkomst van de Economische Commissie voor Europa van de Verenigde Naties betreffende het aannemen van eenvormige technische eisen voor wielvoertuigen, uitrustingsstukken en onderdelen die kunnen worden aangebracht en/of gebruikt op wielvoertuigen en de voorwaarden voor wederzijdse erkenning van goedkeuringen verleend op basis van deze eisen (‘Herziene overeenkomst van 1958’) [10] .

76/760/EEG overweging 6 (aangepast)

(5) Deze EG-typegoedkeuringsprocedure moet een wederzijdse erkenning door de lidstaten inhouden van de door elk van hen op grond van de gemeenschappelijke voorschriften uitgevoerde controles.

(6) Deze richtlijn dient de verplichtingen van de lidstaten met betrekking tot de in bijlage III, deel B, genoemde termijnen voor omzetting in nationaal recht en toepassing van de aldaar genoemde richtlijnen onverlet te laten,

76/760/EEG

HEBBEN DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD:

Artikel 1

97/31/EG art. 1, punt 4 (aangepast)

Onder «voertuig» wordt in deze richtlijn verstaan, ieder voor deelneming aan het wegverkeer bestemd motorvoertuig, met of zonder carrosserie, op ten minste vier wielen en met een door de constructie bepaalde maximumsnelheid van meer dan 25 km per uur, alsmede aanhangwagens daarvan, met uitzondering van voertuigen die zich over rails bewegen, landbouw- en bosbouwtrekkers, alsmede alle mobiele machines.

76/760/EEG

Artikel 2

97/31/EG art. 1, punt 1 (aangepast)

1. Iedere lidstaat verleent de EG-onderdeeltypegoedkeuring voor elk type achterkentekenplaatverlichting dat voldoet aan de in de bijlagen I en II opgenomen constructie- en beproevingsvoorschriften .

76/760/EEG (aangepast)

2. De lidstaat die de EG-onderdeeltypegoedkeuring heeft verleend, treft de nodige maatregelen, om zo nodig in samenwerking met de bevoegde instanties van de andere lidstaten, voorzover noodzakelijk te controleren of de productie in overeenstemming is met het goedgekeurde type. Deze controle beperkt zich tot steekproeven.

Artikel 3

97/31/EG art. 1, punt 2

1. De lidstaten kennen de fabrikant een EG-onderdeeltypegoedkeuringsmerk toe overeenkomstig de in bijlage I, aanhangsel 3, vastgestelde modellen, voor elk type achterkentekenplaatverlichting dat door hen krachtens artikel 2 wordt goedgekeurd.

76/760/EEG

2. De lidstaten nemen de nodige maatregelen, teneinde te voorkomen dat merken worden gebruikt waardoor verwarring kan ontstaan tussen de achterkentekenplaatverlichting van een krachtens artikel 2 goedgekeurd type en andere inrichtingen.

76/760/EEG (aangepast)

Artikel 4

1. De lidstaten mogen het op de markt brengen van een achterkentekenplaatverlichting, voorzien van het EG-onderdeeltypegoedkeuringsmerk , niet verbieden om redenen die verband houden met hun constructie of werking.

2. Een lidstaat mag het op de markt brengen van een achterkentekenplaatverlichting, voorzien van het EG-onderdeeltypegoedkeuringsmerk , verbieden wanneer deze systematisch niet in overeenstemming is met het goedgekeurde type.

Deze lidstaat brengt de genomen maatregelen onverwijld ter kennis van de andere lidstaten en de Commissie, met opgave van de redenen van zijn beslissing.

97/31/EG art. 1, punt 3

Artikel 5

De bevoegde instanties van de lidstaten stellen elkaar volgens de in artikel [4, lid 6,], van Richtlijn [70/156/EEG] aangegeven procedure op de hoogte van elke goedkeuring die zij overeenkomstig de onderhavige richtlijn hebben verleend, geweigerd of ingetrokken.

76/760/EEG (aangepast)

Artikel 6

1. Indien de lidstaat die de EG-onderdeeltypegoedkeuring goedkeuring heeft verleend, constateert dat verscheidene achterkentekenplaatverlichtingen, voorzien van hetzelfde EG-onderdeeltypegoedkeuringsmerk , niet in overeenstemming zijn met het door hem goedgekeurde type, neemt hij de nodige maatregelen om de overeenstemming van de productie met het goedgekeurde type te waarborgen.

De bevoegde instanties van deze lidstaat stellen de bevoegde instanties van de andere lidstaten in kennis van de genomen maatregelen, die wanneer er systematisch gebrek aan overeenstemming is, zelfs intrekking van de EG-onderdeeltypegoedkeuring kunnen inhouden. Deze instanties nemen dezelfde maatregelen, wanneer zij door de bevoegde instanties van een andere lidstaat van een dergelijk gebrek aan overeenstemming in kennis worden gesteld.

2. De bevoegde instanties van de lidstaten stellen elkaar binnen een maand in kennis van de intrekking van een verleende EG-onderdeeltypegoedkeuring en van de beweegredenen daarvoor.

Artikel 7

Elke beslissing houdende weigering of intrekking van de EG-onderdeeltypegoedkeuring , dan wel verbod van het op de markt brengen of het gebruik, genomen uit hoofde van de bepalingen ter uitvoering van deze richtlijn, moet nauwkeurig worden gemotiveerd.

Deze beslissing wordt ter kennis van de belanghebbende gebracht met opgave van de krachtens de geldende wettelijke voorschriften van de lidstaten openstaande rechtsmiddelen en van de termijnen waarbinnen deze rechtsmiddelen kunnen worden aangewend.

Artikel 8

De lidstaten mogen de EG-typegoedkeuring of de nationale typegoedkeuring van een voertuig niet weigeren om redenen die verband houden met de achterkentekenplaatverlichting, indien deze van het EG-onderdeeltypegoedkeuringsmerk is voorzien en overeenkomstig de voorschriften van Richtlijn [76/756/EEG [11]] is aangebracht.

Artikel 9

De lidstaten mogen de verkoop, de inschrijving , het in het verkeer brengen of het gebruik van voertuigen niet weigeren of verbieden om redenen die verband houden met de achterkentekenplaatverlichting, indien deze van het EG-onderdeeltype-goedkeuringsmerk is voorzien en overeenkomstig de voorschriften van Richtlijn [76/756/EEG] is aangebracht.

Artikel 10

De wijzigingen die noodzakelijk zijn om de voorschriften van de bijlagen I en II bij deze richtlijn aan te passen aan de vooruitgang van de techniek, worden vastgesteld overeenkomstig de in artikel [13, lid 2,] van Richtlijn [70/156/EEG] bedoelde procedure .

Artikel 11

De lidstaten delen de Commissie de tekst van de belangrijkste bepalingen van intern recht mede die zij op het onder deze richtlijn vallende gebied vaststellen.

Artikel 12

Richtlijn 76/760/EEG, zoals gewijzigd bij de in bijlage III, deel A, genoemde besluiten, wordt ingetrokken, onverminderd de verplichtingen van de lidstaten met betrekking tot de in bijlage III, deel B, genoemde termijnen voor omzetting in nationaal recht en toepassing van de aldaar genoemde richtlijnen.

Verwijzingen naar de ingetrokken richtlijn gelden als verwijzingen naar de onderhavige richtlijn en worden gelezen volgens de concordantietabel in bijlage IV.

Artikel 13

Deze richtlijn treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing met ingang van […].

76/760/EEG art. 12

Artikel 14

Deze richtlijn is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te Brussel, […]

Voor het Europees Parlement Voor de Raad

De Voorzitter De Voorzitter

[…] […]

97/31/EG art. 1, punt 5 (aangepast)

LIJST VAN BIJLAGEN

BIJLAGE I: | Administratieve bepalingen voor de EG-typegoedkeuring |

| Aanhangsel 1: | Inlichtingenformulier |

| Aanhangsel 2: | Model: EG-typegoedkeuringsformulier |

| Aanhangsel 3: | Voorbeelden van het EG-onderdeeltypegoedkeuringsmerk |

BIJLAGE II: | Toepassingsgebied en technische voorschriften |

BIJLAGE III: | Deel A: Ingetrokken richtlijn met overzicht van de achtereenvolgende wijzigingen ervanDeel B: Termijnen voor omzetting in nationaal recht en toepassing |

BIJLAGE IV: | Concordantietabel |

97/31/EG art. 1, punt. 5

BIJLAGE I

ADMINISTRATRIEVE BEPALINGEN VOOR DE EG-TYPEGOEDKEURING

1. AANVRAAG VAN EG-ONDERDEELTYPEGOEDKEURING

1.1. De aanvraag van EG-onderdeeltypegoedkeuring overeenkomstig artikel [3, lid 4,] van Richtlijn [70/156/EEG] voor een type achterkentekenplaatverlichting wordt ingediend door de fabrikant.

2. Een model van het inlichtingenformulier is in aanhangsel 1 opgenomen.

1.3. Het volgende moet aan de voor de uitvoering van de typegoedkeuringsproeven verantwoordelijke technische dienst worden verstrekt:

1.3.1. twee monsters met de aanbevolen lamp of lampen.

2. MERKTEKENS

2.1. De inrichtingen die voor EG-onderdeeltypegoedkeuring worden aangeboden moeten voorzien zijn van:

2.1.1. het merk of de handelsnaam van de fabrikant;

2.1.2. in geval van lichten met vervangbare lichtbronnen:

het (de) type(n) van de voorgeschreven gloeilampen;

2.1.3. in geval van lichten met niet-vervangbare lichtbronnen:

de nominale spanning en het nominaal vermogen.

2.2. Deze merktekens moeten duidelijk leesbaar en onuitwisbaar op het lichtdoorlatende gedeelte of een van de lichtdoorlatende gedeelten van de inrichting zijn aangebracht. Zij moeten van buitenaf zichtbaar zijn wanneer de inrichting op het voertuig is gemonteerd.

2.3. Elke inrichting moet voldoende ruimte bieden voor het onderdeeltypegoedkeuringsmerk. Deze ruimte moet op de in aanhangsel 1 genoemde tekeningen worden aangegeven.

3. VERLENING VAN EG-ONDERDEELTYPEGOEDKEURING

3.1. Indien aan de terzake dienende voorschriften is voldaan, wordt EG-typegoedkeuring overeenkomstig artikel [4, lid 3,] en, in voorkomend geval, artikel [4, lid 4,] van Richtlijn [70/156/EEG] verleend.

3.2. Een model van het EG-typegoedkeuringsformulier is in aanhangsel 2 opgenomen.

3.3. Er dient een goedkeuringsnummer overeenkomstig bijlage [VII] van Richtlijn [70/156/EEG] aan elk goedgekeurd type achterkentekenplaatverlichting te worden toegekend. Dezelfde lidstaat mag datzelfde nummer niet aan een ander type achterkentekenplaatverlichting toekennen.

3.4. Wanneer EG-onderdeeltypegoedkeuring wordt aangevraagd voor een type verlichtings- en lichtsignaalinrichting bestaande uit een achterkentekenplaatverlichting en andere lichten, mag één EG-onderdeeltypegoedkeuringsnummer worden toegekend, op voorwaarde dat de achterkentekenplaatverlichting aan de bepalingen van deze richtlijn voldoet en dat alle andere lichten die deel uitmaken van de verlichtings- en lichtsignaalinrichting waarvoor EG-onderdeeltypegoedkeuring is aangevraagd, aan de daarop van toepassing zijnde bijzondere richtlijnen voldoen.

4. EG-ONDERDEELTYPEGOEDKEURINGSMERK

4.1. Behalve de in punt 2.1 genoemde merktekens moet iedere achterkentekenplaatverlichting, die overeenkomt met een overeenkomstig deze richtlijn goedgekeurd type, van een EG-onderdeeltypegoedkeuringsmerk zijn voorzien.

4.2. Dit merk bestaat uit:

4.2.1. een rechthoek met daarin de letter «e», gevolgd door het kengetal van de lidstaat die de goedkeuring heeft verleend:

1 voor Duitsland

2 voor Frankrijk

3 voor Italië

4 voor Nederland

5 voor Zweden

6 voor België

Toetredingsakte van 2003 art. 20 en bijlage II, blz. 53

7 voor Hongarije

8 voor Tsjechië

97/31/EG art. 1, punt 5

9 voor Spanje

11 voor het Verenigd Koninkrijk

12 voor Oostenrijk

13 voor Luxemburg

17 voor Finland

18 voor Denemarken

2006/96/EG art. 1 en bijlage, punt A.17

19 voor Roemenië

Toetredingsakte van 2003 art. 20 en bijlage II, blz. 53

20 voor Polen

97/31/EG art. 1, punt 5

21 voor Portugal

23 voor Griekenland

24 voor Ierland

Toetredingsakte van 2003 art. 20 en bijlage II, blz. 53

26 voor Slovenië

27 voor Slowakije

29 voor Estland

32 voor Letland

2006/96/EG art. 1 en bijlage, punt A.17

34 voor Bulgarije

Toetredingsakte van 2003 art. 20 en bijlage II, blz. 53

36 voor Litouwen

49 voor Cyprus

50 voor Malta

97/31/EG art. 1, punt 5 (aangepast)

4.2.2. nabij de rechthoek, het «basisgoedkeuringsnummer», opgenomen in deel 4 van het in bijlage [VII] van Richtlijn [70/156/EEG] bedoelde typegoedkeuringsnummer, voorafgegaan door twee cijfers die het volgnummer vormen, dat is toegekend aan de recentste ingrijpende technische wijziging van de onderhavige richtlijn op de datum waarop de EG-typegoedkeuring is verleend. Het volgnummer van de onderhavige richtlijn is 00;

97/31/EG art. 1, punt. 5

4.2.3. het volgende aanvullende symbool: de letter «L».

4.3. Het EG-onderdeelgoedkeuringsmerk moet zodanig op de lens of op een van de lenzen van het licht worden aangebracht dat zij onuitwisbaar en goed leesbaar zijn, ook wanneer de lichten op het voertuig zijn gemonteerd.

4.4. Voorbeelden van het EG-onderdeeltypegoedkeuringsmerk zijn afgebeeld in figuur 1 van aanhangsel 3.

4.5. Wanneer overeenkomstig punt 3.4 één EG-onderdeeltypegoedkeuringsnummer aan een type verlichtings- en lichtsignaalinrichting, bestaande uit een achterkentekenplaatverlichting en andere lichten, is toegekend, mag één EG-onderdeeltypegoedkeuringsmerk worden aangebracht, bestaande uit:

4.5.1. een rechthoek met daarin de letter «e», gevolgd door het kengetal van de lidstaat die de goedkeuring heeft verleend (zie punt 4.2.1);

4.5.2. het basisgoedkeuringsnummer (zie punt 4.2.2, eerste helft van de zin);

4.5.3. indien nodig, de voorgeschreven pijl, voorzover deze betrekking heeft op de gehele verlichtingseenheid.

4.6. Dit merk mag op een willekeurige plaats op het gegroepeerde, gecombineerde of samengebouwde licht worden aangebracht, mits:

4.6.1. het zichtbaar is na montage van de lichten;

4.6.2. geen lichtuitstralende onderdelen van gegroepeerde, gecombineerde of samengebouwde lichten kunnen worden verwijderd zonder tegelijkertijd het goedkeuringsmerk te verwijderen.

4.7. Het identificatiesymbool voor elk licht overeenkomstig elke richtlijn krachtens welke de EG-onderdeeltypegoedkeuring werd verleend, tezamen met het volgnummer (zie punt 4.2.2 tweede helft van de zin), in voorkomend geval de letter «D» en de voorgeschreven pijl moeten worden aangebracht:

4.7.1. hetzij op het desbetreffende uitvalsvlak van het licht;

4.7.2. hetzij op zodanige wijze gegroepeerd dat de gegroepeerde, gecombineerde of samengebouwde lichten duidelijk kunnen worden geïdentificeerd.

4.8. De afmetingen van de onderdelen van dit merk mogen niet kleiner zijn dan de minimumafmetingen die zijn aangeven voor de afzonderlijke merken in de verschillende richtlijnen krachtens welke de EG-onderdeeltypegoedkeuring werd verleend.

4.9. Voorbeelden van het EG-onderdeeltypegoedkeuringsmerk voor een met andere lichten gegroepeerd, gecombineerd of samengebouwd licht zijn in figuur 2 van aanhangsel 3 afgebeeld.

5. WIJZIGING VAN HET TYPE EN WIJZIGING VAN DE GOEDKEURING

5.1. Bij wijziging van het overeenkomstig deze richtlijn goedgekeurde type zijn de bepalingen van artikel [5] van Richtlijn [70/156/EEG] van toepassing.

6. OVEREENSTEMMING VAN DE PRODUCTIE

6.1. Normaal dienen maatregelen te worden genomen overeenkomstig artikel [10] van Richtlijn [70/156/EEG] om de overeenstemming van de productie te waarborgen.

6.2. De luminantie B van een willekeurig uit een in serie geproduceerde partij geselecteerde inrichting mag niet minder bedragen dan 2 cd/m2 en in de formule voor de gradiënt mag de factor 2 vervangen worden door 3 (zie punt 9 van de in punt 2.1 van bijlage II genoemde documenten).

97/31/EG art. 1, punt 5 (aangepast)

Aanhangsel 1

Inlichtingenformulier nr. …

betreffende de EG-onderdeeltypegoedkeuring van de achterkentekenplaatverlichting voor motorvoertuigen en aanhangwagens daarvan

(Richtlijn [76/760/EG])

(...PICT...)

(...PICT...)

(...PICT...)

(...PICT...)

Aanhangsel 2

MODEL

(Maximumformaat: A4 (210 × 297 mm)

(...PICT...)

(...PICT...)

(...PICT...)

(...PICT...)

97/31/EG art. 1, punt 5 (aangepast)

Aanhangsel 3

VOORBEELDEN VAN HET EG-ONDERDEELTYPEGOEDKEURINGSMERK

Figuur 1

(...PICT...)

De inrichting met het hierboven afgebeelde EG-typegoedkeuringsmerk voor een onderdeel is een achterkentekenplaatverlichting, die in Duitsland een typegoedkeuring heeft verkregen (e1) overeenkomstig deze richtlijn ( volgnummer 00), met als basisgoedkeuringsnummer 1471.

Figuur 2

Vereenvoudigd merk van gegroepeerde, gecombineerde of samengebouwde lichten wanneer twee of meer lichten deel uitmaken van dezelfde eenheid

(De verticale en horizontale lijnen vormen het schema van de lichtsignaalinrichting. Deze maken geen deel uit van het goedkeuringsmerk.)

MODEL A

(...PICT...)

MODEL B

(...PICT...)

MODEL C

(...PICT...)

NB: De drie voorbeelden van de goedkeuringsmerken, de modellen A, B en C zijn drie mogelijke varianten van de merktekens voor een verlichtings- en lichtsignaalinrichting, waarbij twee of meer lichten deel uitmaken van dezelfde gegroepeerde, gecombineerde of samengebouwde inrichting. Die merktekens geven aan dat de inrichting in Duitsland (e1) werd goedgekeurd met als basisgoedkeuringsnummer 1712 en bestaat uit:

- een retroflector van klasse IA, goedgekeurd overeenkomstig Richtlijn [76/757/EEG [12] van de Raad], volgnummer 02;

- een achterrichtingaanwijzer van categorie 2a, goedgekeurd overeenkomstig Richtlijn [76/759/EEG [13] van de Raad], volgnummer 01;

- een rood achterlicht (R), goedgekeurd overeenkomstig bijlage [II] van Richtlijn [76/758/EEG [14] van de Raad], volgnummer 02;

- een achtermistlicht (F), goedgekeurd overeenkomstig Richtlijn [77/538/EEG [15] van de Raad], volgnummer 00;

- een achteruitrijlicht (AR), goedgekeurd overeenkomstig Richtlijn [77/539/EEG [16] van de Raad], volgnummer 00;

- een stoplicht met twee intensiteitsniveaus (S2), goedgekeurd overeenkomstig bijlage [II] van Richtlijn [76/758/EEG], volgnummer 02;

- een achterkentekenplaatverlichting (L), goedgekeurd overeenkomstig de onderhavige richtlijn , volgnummer 00.

_____________

97/31/EG art. 1, punt 5

BIJLAGE II

TOEPASSINGSGEBIED EN TECHNISCHE VOORSCHRIFTEN

1. TOEPASSINGSGEBIED

Deze richtlijn is van toepassing op de achterkentekenplaatverlichting voor motorvoertuigen en van de aanhangwagens daarvan.

2. TECHNISCHE VOORSCHRIFTEN

97/31/EG art. 1, punt 5 (aangepast)

2.1. De technische voorschriften zijn die welke zijn opgenomen in de punten 1,5 t/m 9 en de bijlagen 3 t/m 5 van UN-ECE-reglement nr. 4 [17] dat uit de volgende geconsolideerde documenten bestaat:

97/31/EG art. 1, punt 5

– het reglement in de oorspronkelijke vorm (00) [18],

– supplement 1 op reglement nr. 4 [19],

– supplement 2 op reglement nr. 4 [20],

– supplementen 3 en 4 op reglement nr. 4 [21],

– supplement 5 op reglement nr. 4 [22],

met dien verstande dat:

97/31/EG art. 1, punt 5 (aangepast)

2.1.1. wanneer naar «reglement nr. 48» wordt verwezen, dit dient te worden gelezen als «Richtlijn [76/756/EEG]»,

2.1.2 wanneer naar «reglement nr. 37» wordt verwezen, dit dient te worden gelezen als «bijlage [VII] bij Richtlijn [76/761/EEG [23]] ».

______________

BIJLAGE III

Deel A

Ingetrokken richtlijn met overzicht van de achtereenvolgende wijzigingen ervan

(bedoeld in artikel 12)

Richtlijn 76/760/EEG van de Raad (PB L 262 van 27.9.1976, blz. 85) | |

Punt X.9 van bijlage I bij de Toetredingsakte van 1979 (PB L 291 van 19.11.1979, blz. 109) | |

Punt IX.13.d van bijlage I bij de Toetredingsakte van 1985 (PB L 302 van 15.11.1985, blz. 213) | |

Richtlijn 87/354/EEG van de Raad (PB L 192 van 11.7.1987, blz. 43) | Uitsluitend punt 7, onder d) van de bijlage wat betreft Richtlijn 76/760/EEG |

Punt XI.C.I.10 van bijlage I bij de Toetredingsakte van 1994 (PB C 241 van 29.8.1994, blz. 205) | |

Richtlijn 97/31/EG van de Commissie (PB L 171 van 30.6.1997, blz. 49) | |

Punt I.A.18 van bijlage II bij de Toetredingsakte van 2003 (PB L 236 van 23.9.2003, blz. 58) | |

Richtlijn 2006/96/EG van de Raad (PB L 363 van 20.12.2006, blz. 81) | Uitsluitend wat betreft de verwijzing naar Richtlijn 76/760/EEG in artikel 1 en bijlage, punt A.17 |

Deel B

Termijnen voor omzetting in nationaal recht en toepassing

(bedoeld in artikel 12)

Richtlijn | Omzettingstermijn | Toepassingsdatum |

76/760/EEG | 30 juni 1977 | 1 oktober 1977 |

87/354/EEG | 31 december 1987 | - |

97/31/EG | 1 januari 1998(*) [24] | 1 januari 1998 [25] |

2006/96/EG | 1 januari 2007 | - |

(*) Overeenkomstig artikel 2 van Richtlijn 97/31/EG:

“1. Met ingang van 1 januari 1998, of, indien de publicatie van de in artikel 3 genoemde teksten tot na 1 juli 1997 wordt uitgesteld, zes maanden na de effectieve datum van publicatie van deze teksten, mogen de lidstaten:

– voor een type motorvoertuig of een hierna genoemd type licht, noch de EG-typegoedkeuring, noch de nationale typegoedkeuring weigeren, noch

– de registratie, de verkoop of het in het verkeer brengen van voertuigen, noch de verkoop of het gebruik van een achterkentekenplaatverlichting verbieden, om redenen die met de achterkentekenplaatverlichting verband houden, indien die verlichting aan de bepalingen van Richtlijn 76/760/EEG, zoals gewijzigd bij de onderhavige richtlijn, voldoet en, wat voertuigen betreft, deze verlichting overeenkomstig de bepalingen van Richtlijn 76/756/EEG is gemonteerd.

2. Met ingang van 1 oktober 1998 mogen de lidstaten:

– niet langer de EG-typegoedkeuring verlenen en

– de nationale typegoedkeuring weigeren,

voor een type voertuig om redenen die verband houden met de achterkentekenplaatverlichting en voor een type achterkentekenplaatverlichting, indien niet aan de bepalingen van Richtlijn 76/760/EEG, zoals gewijzigd bij de onderhavige richtlijn, is voldaan.

3. Met ingang van 1 oktober 1999 zijn de bepalingen van Richtlijn 76/760/EEG inzake de achterkentekenplaatverlichting zoals onderdeel, zoals gewijzigd bij de onderhavige richtlijn, van toepassing voor de doeleinden van artikel 7, lid 2, van Richtlijn 70/156/EEG.

4. Onverminderd de leden 2 en 3 blijven de lidstaten de EG-typegoedkeuring verlenen en de verkoop of het gebruik van een achterkentekenplaatverlichting als reserveonderdeel overeenkomstig de voorgaande versies van Richtlijn 76/760/EEG toestaan, mits een dergelijke verlichting:

– is bestemd om op reeds in gebruik zijnde voertuigen te worden gemonteerd,

en

– voldoet aan de bepalingen van die richtlijn die golden toen de voertuigen voor het eerst werden geregistreerd.”

_____________

BIJLAGE IV

Concordantietabel

Richtlijn 76/760/EEG | De onderhavige richtlijn |

Artikel 1 | Artikel 2 |

Artikel 2, eerste alinea | Artikel 3, lid 1 |

Artikel 2, tweede alinea | Artikel 3, lid 2 |

Artikelen 3 en 4 | Artikelen 4 en 5 |

Artikel 5, lid 1, eerste zin | Artikel 6, lid 1, eerste alinea |

Artikel 5, lid 1, tweede en derde zin | Artikel 6, lid 1, tweede alinea |

Artikel 5, lid 2 | Artikel 6, lid 2 |

Artikel 6, eerste zin | Artikel 7, eerste alinea |

Artikel 6, tweede zin | Artikel 7, tweede alinea |

Artikelen 7 en 8 | Artikelen 8 en 9 |

Artikel 9 | Artikel 1 |

Artikel 10 | Artikel 10 |

Artikel 11, lid 1 | ___ |

Artikel 11, lid 2 | Artikel 11 |

___ | Artikelen 12 en 13 |

Artikel 12 | Artikel 14 |

Bijlagen I en II | Bijlagen I en II |

___ | Bijlage III |

___ | Bijlage IV |

_____________

[1] COM(87) 868 PV.

[2] Zie bijlage 3 bij deel A van die conclusies.

[3] Uitgevoerd overeenkomstig de mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad: Codificatie van het Acquis communautaire, COM(2001) 645 def.

[4] Zie bijlage III, deel A, bij dit voorstel.

[5] PB C […] van […], blz. […].

[6] PB C […] van […], blz. […].

[7] PB L 262 van 27.9.1976, blz. 85. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2006/96/EG (PB L 363 van 20.12.2006, blz. 81).

[8] Zie bijlage III, deel A.

[9] [PB L 42 van 23.2.1970, blz. 1. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2006/96/EG.]

[10] Gepubliceerd als Bijlage I bij Besluit 97/836/EG van de Raad (PB L 346 van 17.12.1997, blz. 78).

[11] [PB L […] van […], blz. […].]

[12] [PB L […] van […], blz. […].]

[13] [PB L […] van […], blz. […].]

[14] [PB L […] van […], blz. […].]

[15] [PB L […] van […], blz. […].]

[16] [PB L […] van […], blz. […].]

[17] PB L 203 van 30.7.1997, blz.74.

[18] E/ECE/324

- E/ECE/TRANS/505 Add. 3.

[19] E/ECE/324

- E/ECE/TRANS/505 Add. 3/Amend. 1 en …/Amend. 1/Corr. 1.

[20] E/ECE/324

- E/ECE/TRANS/505 Add. 3/Amend. 1 en …/Amend. 1/Corr. 1..

[21] E/ECE/324

- E/ECE/TRANS/505 Add. 3/Amend. 3.

[22] TRANS/WP.29/447.

[23] [PB L […] van […], blz. […].]

[24] Zie de artikelen 3 en 4, lid 1, van Richtlijn 97/31/EG. De termijn voor omzetting was 6 maanden na de datum van publicatie van UN-ECE-reglement nr. 4 (PB L 203 van 30.7.1997, blz. 74).

[25] Zie de artikelen 3 en 4, lid 1, van Richtlijn 97/31/EG. De toepassingsdatum was 6 maanden na de datum van publicatie van UN-ECE-reglement nr. 4 (PB L 203 van 30.7.1997, blz. 74).

--------------------------------------------------

Top